NSC erkent het woningtekort als een urgente crisis en pleit voor stevige regie van de overheid om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, met nadruk op sociale huur en betaalbare koop- en huurwoningen. Ze willen procedures versnellen, marktpartijen en corporaties stimuleren, en specifieke maatregelen nemen voor doelgroepen als starters, ouderen en studenten. Het programma bevat concrete voorstellen zoals een versnellingsfonds, strikte bouwdoelen, en het aanpakken van belemmeringen voor woningbouw.
NSC ziet het woningtekort als een structureel probleem dat vraagt om een forse bouwimpuls, met duidelijke sturing vanuit de overheid. De partij wil jaarlijks 100.000 woningen realiseren, waarvan 30% sociaal en 2/3 betaalbaar, om de druk op de woningmarkt te verlichten en starters, gezinnen en ouderen perspectief te bieden.
NSC beschouwt de wooncrisis vooral als een uitvoeringscrisis en wil bureaucratische barrières wegnemen, procedures verkorten en een crisisaanpak hanteren. Ze stellen een versnellingsfonds van €2 miljard voor en willen dat de overheid knopen doorhakt bij knelpunten.
“Versnellen van de woningbouw door verkorte procedures, een versnellingsfonds van €2 miljard en een crisisaanpak.”
“De Rijksoverheid moet knopen kunnen doorhakken bij knelpunten, bijvoorbeeld bij het aanwijzen van bouwlocaties om te komen tot een bouwprogramma met meer betaalbare woningen.”
“De wooncrisis is vooral een uitvoeringscrisis. Nieuw Sociaal Contract wil sneller kunnen bouwen door bureaucratische barrières weg te nemen en besluiten af te dwingen.”
NSC wil dat de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een duidelijke taakstelling krijgt voor het aantal te bouwen woningen, met strakke monitoring en sturing op regionale bouwdoelen. Dit moet zorgen voor meer daadkracht en minder vrijblijvendheid in het woningbouwbeleid.
“De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening houdt regie op de volkshuisvesting en krijgt een taakstelling voor het aantal woningen dat jaarlijks gebouwd moeten worden.”
“De minister stuurt en monitort strak via kwartaalrapportages hoeveel woningen in verschillende prijsklassen gepland staan of al gebouwd zijn.”
Om het woningtekort voor mensen met een smalle beurs te verlichten, wil NSC extra betaalbare huur- en koopwoningen bouwen, huurverhogingen maximeren, en een huurregister invoeren. Dit moet speculatie tegengaan en huurders beschermen tegen excessieve woonlasten.
“Bouwen van extra betaalbare huurwoningen en koopwoningen door corporaties en marktpartijen.”
“Om huren betaalbaar te houden, worden huurverhogingen in de sociale sector gemaximeerd op inflatie. Voor midden-huur en de vrije sector geldt een maximum van inflatie plus 1%.”
“Ook komt er een landelijk huurregister waarin gemeenten in elk geval kunnen zien wie actief zijn op de particuliere huurmarkt, welke huizen ze verhuren en wat de punten van deze huizen zijn.”
NSC wil de doorstroming op de woningmarkt bevorderen door woningruil mogelijk te maken en meer seniorenwoningen te bouwen. Dit moet ervoor zorgen dat mensen in een passende woning kunnen wonen en grotere woningen vrijkomen voor gezinnen.
“Op het moment dat iemand te groot woont, moet het mogelijk worden om van woning te ruilen met iemand die te klein woont. Dit zien we als gewenste woningruil.”
“Nieuw Sociaal Contract wil dat er meer seniorenwoningen komen, zodat Harry naar een geschikte woning kan verhuizen en zijn grotere woning weer vrijkomt voor een jong gezin.”
Om het woningtekort snel te verlichten, stimuleert NSC flexwoningen, tijdelijke woonunits en innovatieve woonvormen zoals collectieve woonprojecten en hospitaverhuur. Dit biedt snelle oplossingen voor specifieke doelgroepen en benut bestaande ruimte beter.
“Voor bepaalde doelgroepen kunnen flexwoningen uitkomst bieden. Op basis van de Omgevingswet kunnen tijdelijke woningen snel worden geplaatst.”
“We stimuleren hospitaverhuur door de kamervrijstelling te verhogen en tijdelijke verhuur makkelijker te maken. Zo helpen we woningnood te verminderen.”
“In collectieve woonvormen zoals wooncoöperaties, collectief particulier opdrachtgeverschap en geclusterde woonvormen voor ouderen leven mensen samen en krijgen buurten een impuls. We juichen dit soort initiatieven van harte toe, ze verdienen een plek in de bouwplannen.”
NSC wil langjarige, verplichte afspraken met woningcorporaties over de bouw van nieuwe woningen tot 2035, gekoppeld aan heldere regionale doelen. Dit moet zorgen voor continuïteit en voorspelbaarheid in de bouw van sociale en betaalbare woningen.
“We willen langjarige verplichte afspraken maken met woningbouwcorporaties over de bouw van nieuwe woningen tot 2035. Deze prestatieafspraken tussen Rijk en woningcorporaties zijn gekoppeld aan heldere woningbouwdoelen per regio.”
“We zetten nadrukkelijk in op de bouw van sociale huurwoningen en betaalbare midden-huur en -koopwoningen.”
De SGP erkent het woningtekort als een urgent probleem dat vooral door politieke keuzes is ontstaan en pleit voor een daadkrachtige bouwimpuls, met nadruk op betaalbare woningen voor starters, senioren en middeninkomens. De partij wil zowel het woningaanbod vergroten als de vraag beperken, onder meer door strenger migratiebeleid en het benutten van bestaande woningvoorraad. Concrete voorstellen zijn onder andere het versnellen van bouwprocedures, het stimuleren van binnen- én buitenstedelijke bouw, en het verruimen van mogelijkheden voor alternatieve woonvormen.
De SGP vindt dat het woningtekort vooral moet worden opgelost door het bouwen van meer woningen, met prioriteit voor betaalbare huur- en koopwoningen voor starters, senioren en middeninkomens. Zowel binnenstedelijke als buitenstedelijke bouw wordt gestimuleerd, en het Rijk moet regie nemen terwijl lokale overheden ruimte krijgen voor maatwerk.
“De enorme woningnood vraagt om meer woningen en een daadkrachtige aanpak. Het is schrijnend dat jongeren geen betaalbare starterswoning kunnen vinden en daardoor zelfs gezinsvorming uitstellen. Het is ongewenst dat ouderen niet kunnen doorstromen naar geschikte seniorenwoningen.”
“Er wordt niet alleen binnenstedelijk, maar ook buitenstedelijk gebouwd. Tegelijk gaan we wel als een goed rentmeester met de beschikbare ruimte om. Verdichten als het kan, uitbreiden als het moet!”
“Er wordt in alle segmenten gebouwd. Het Rijk ziet daarop toe. De SGP wil namelijk dat er een gevarieerd aanbod van bijvoorbeeld starterswoningen, betaalbare woningen en woningen voor senioren is.”
“De meeste aandacht gaat daarbij eerst uit naar het segment waar de nood het hoogst is. Ook de bouw van sociale huurwoningen verdient meer urgentie. De Rijksoverheid moet bijspringen met extra budget.”
De SGP ziet trage en complexe procedures als een belangrijke rem op woningbouw en wil deze waar mogelijk schrappen of versnellen. Lokale eisen mogen de bouw niet onnodig vertragen, bezwaarprocedures worden beperkt, en er komt een stikstofvrijstelling voor woningbouw.
“Extra (lokale) eisen staan ten dienste aan het aanpakken van de woningnood en zijn geen onnodig vertragende factoren.”
“Juridische procedures moeten ruimte krijgen, zolang het niet leidt tot traineren van projecten. In deze procedures wordt niet alleen de mening van de huizenbezitter, maar ook de positie van de woningzoekende meer meegenomen.”
“Er komt een stikstofvrijstelling voor woningbouwprojecten.”
“Waar plaatselijk of regionaal knelpunten optreden door vastgelopen of knellende procedures, kan het Rijk een meer sturende rol vervullen, bijvoorbeeld door het aanwijzen van bouwlocaties. Maar alleen als het voor snellere aanpak van de woningnood echt nodig is.”
De SGP stelt dat niet alleen het aanbod, maar ook de vraag naar woningen moet worden aangepakt. Demografische ontwikkelingen zoals immigratie en huishoudverdunning worden als belangrijke oorzaken van het woningtekort gezien, waarvoor strenger migratiebeleid en aandacht voor gezinsstructuren nodig zijn.
“Zo hebben demografische ontwikkelingen grote impact. Te denken valt aan immigratie. Dit vereist een strenger migratiebeleid. Maar ook de huishoudverdunning, mede door scheidingsproblematiek, heeft grote gevolgen. De overheid kan hier de ogen niet voor sluiten. De vraag moet en kan omlaag.”
“Er moet meer aandacht komen voor de toegenomen vraag naar woningen, zoals de impact van migratie en van echtscheidingsproblematiek.”
“Tegelijkertijd horen we van veel jonge stellen die het stichten van een gezin uitstellen omdat zij geen passende woning kunnen vinden, mede doordat statushouders voorrang krijgen. Daarnaast is er een woningtekort, druk op sociale voorzieningen en zijn er integratieproblemen.”
De SGP wil de bestaande woningvoorraad efficiënter gebruiken door bijvoorbeeld optoppen, splitsen en hospitaverhuur mogelijk te maken. Ook tijdelijke en alternatieve woonvormen zoals tiny houses, flexwoningen en het ombouwen van leegstaande panden worden gestimuleerd om het woningtekort op korte termijn te verlichten.
“De SGP wil dat we de bestaande woningvoorraad veel beter gaan benutten door optoppen, splitsen en hospitaverhuur mogelijk te maken.”
“Tijdelijke woningen, tiny houses en flexwoningen zijn een oplossing om op korte termijn de krapte op te vangen.”
“Het ombouwen van leegstaande kantoorpanden naar studentenhuisvesting kan hier een oplossing bieden.”
De SGP vindt dat de markt het woningtekort niet oplost en wil volkshuisvesting weer tot een kerntaak van de overheid maken, met duidelijke regie van het Rijk en samenwerking met corporaties en bedrijfsleven.
“Jarenlang is volkshuisvesting als een markt gezien. De SGP ziet dat de markt helaas niet alles even goed oppakt. Zo is er een groot tekort aan betaalbare (huur)woningen. Volkshuisvesting wordt daarom weer echt een verantwoordelijkheid van de overheid, uiteraard samen en met hulp van alle andere betrokkenen.”
“De woningbouwopgave vereist een goede en effectieve samenwerking tussen overheden, woningcorporaties en bedrijfsleven. Elk met hun eigen rol. De SGP vindt dat de Rijksoverheid regie moet hebben, maar provincies en gemeenten houden nadrukkelijk ruimte voor zelfstandige afwegingen, waarbij provincies ruimhartig faciliteren.”
BVNL ziet het woningtekort vooral als gevolg van overheidsbemoeienis en hoge immigratie, en pleit voor een combinatie van deregulering van de woningmarkt en het fors beperken van immigratie. Hun belangrijkste voorstellen zijn het terugtrekken van de overheid uit de woningmarkt, het schrappen van beperkende regels, het vergemakkelijken van woningbouw en woningtransformatie, en het stoppen van immigratie om de vraag te verminderen. De kern van hun visie is dat een vrije markt en minder migratie het woningtekort snel kunnen oplossen.
BVNL stelt dat overheidsmaatregelen en regelgeving het woningaanbod ernstig beperken en wil deze drastisch verminderen. Ze willen de woningmarkt liberaliseren, bouwregels versoepelen, en het splitsen en transformeren van woningen vergemakkelijken om het aanbod snel te vergroten.
“De overheid trekt zich terug uit de woningmarkt.”
“De Wet betaalbare huur wordt afgeschaft.”
“Maak het splitsen van grote woningen in kleinere woningen vergunningsvrij. Dit leidt onmiddellijk tot meer woningen, zonder dat hiervoor extra ruimte wordt gebruikt.”
“Het vergunningsvrij maken van woningdelen, het splitsen van woningen, het optoppen van woningen, het transformeren van kantoren naar woningen en het afschaffen van de kostendelersnorm, die er allemaal toe leiden dat de markt weer normaliseert.”
“Verbeter, vereenvoudig en versnel het vergunningsproces voor bouwvergunningen.”
BVNL ziet immigratie als de belangrijkste oorzaak van het woningtekort en wil deze vrijwel volledig stoppen. Door het beperken van immigratie verwachten zij dat de vraag naar woningen sterk afneemt, waardoor het tekort verdwijnt.
“De vraag naar woningen is geëxplodeerd door een netto migratiesaldo van meer dan 100.000 mensen gemiddeld per jaar.”
“Voer een asielstop in. De Nederlandse bevolking krimpt, dus zonder immigratie zou er een overschot zijn aan woningen en zouden de huur- en koopprijzen kelderen.”
“Dit kan door de immigratie te stoppen en de woningmarkt te liberaliseren en te dereguleren, zodat er meer woningen kunnen worden bijgebouwd.”
“Om weer betaalbaar te kunnen wonen, moeten vraag en aanbod op de woningmarkt weer in balans komen door meer woningen te bouwen en immigratiebeperkende maatregelen te nemen.”
BVNL wil het makkelijker maken om bestaande gebouwen te transformeren naar woningen, woningdelen en studentenhuizen weer toestaan, en het splitsen en optoppen van woningen stimuleren om het aanbod snel te vergroten zonder extra ruimtebeslag.
“Pas landelijk bestemmingsplannen aan, zodat extra verdiepingen op bestaande gebouwen kunnen worden gebouwd (het zogenaamde optoppen) en bouw überhaupt meer in de hoogte om kostbare ruimte te besparen.”
“Sta woningdelen en studentenhuizen weer toe en de druk op de woningmarkt zal, in elk geval in steden met veel jongeren, enorm afnemen.”
“Maak het transformeren van bedrijfsruimtes naar woningen makkelijker.”
BVNL wil geen voorrang meer voor statushouders bij sociale woningen en wil huurtoeslag en andere subsidies beperken of afschaffen, zodat de woningmarkt eerlijker en minder verstorend wordt.
BIJ1 ziet het woningtekort als een gevolg van marktwerking en speculatie, en pleit voor een radicaal andere aanpak waarbij wonen een recht is en geen verdienmodel. De partij wil het woningtekort oplossen door grootschalige bouw van sociale huurwoningen via een nationaal bouwbedrijf, het aanpakken van leegstand en speculatie, en het terugdringen van de macht van private partijen. Hun visie is gericht op structurele publieke regie, betaalbaarheid en inclusiviteit.
BIJ1 wil het woningtekort oplossen door een nationaal, publiek bouwbedrijf op te richten dat grootschalig kwalitatieve, duurzame sociale huurwoningen bouwt, zonder winstoogmerk. De overheid krijgt weer de regie over wat, waar en voor wie er gebouwd wordt, met prioriteit voor mensen met lage inkomens, jongeren en ouderen.
“Een Nationaal Bouwbedrijf bouwt woningen voor mensen, niet voor winst. Zo zetten wij de projectontwikkelaars die weigeren om betaalbaar te bouwen, omdat ze alleen verdienen aan te dure koopwoningen, buitenspel.”
“De overheid richt een nationaal publiek bouwbedrijf op dat zich volledig toelegt op de grootschalige bouw van kwalitatieve, duurzame sociale huurwoningen.”
“De prioriteit ligt bij het realiseren van passende, betaalbare woningen voor jongeren, ouderen en mensen met lage inkomens.”
“2. 1 miljoen sociale woningen erbij.”
BIJ1 ziet leegstand en speculatie als belangrijke oorzaken van het woningtekort en wil deze hard aanpakken. Dit gebeurt via hoge boetes, onteigening van leegstaande woningen, een verbod op speculatief grondbezit en het verplicht inzetten van onteigende panden voor maatschappelijke doeleinden.
“Wie een woning onnodig leeg laat staan, betaalt een boete van 2,8% van de WOZ-waarde per maand (100% van de waarde in 3 jaar). Na 3 jaar onteigenen (terugpakken) we de woning en wijzen die toe aan mensen om te wonen.”
“Het kraakverbod wordt opgeheven en het niet benutten van woningen en panden wordt verboden. Er komt actieve handhaving om leegstand te bestrijden, onder andere door middel van onteigening.”
“De grondmarkt die de woningbouw gegijzeld houdt wordt afgeschaft. Grondspeculatie wordt onmogelijk gemaakt: er komt een hoge planbatenheffing, speculatief grondbezit wordt verboden, en gemeenten of het Rijk onteigenen private grond in woningbouwgebieden tegen sociale gebruikswaarde.”
BIJ1 wil de macht van private beleggers en projectontwikkelaars structureel terugdringen en woningcorporaties weer volledig onder publieke controle brengen. Dit moet ervoor zorgen dat woningen betaalbaar blijven en het woningtekort niet verder wordt vergroot door winstgedreven beleid.
“Zo wordt Nederland bevrijd uit de wurggreep van private woningbouw die duur, schraal en winstgedreven is — en hervormd tot een samenleving waar wonen weer draait om mensen, niet om marges.”
“Alle bestaande woningcorporaties worden genationaliseerd.”
“Woningcorporaties komen weer volledig onder controle van de overheid en maken we democratisch.”
BIJ1 beschouwt wonen als een basisrecht en wil dit wettelijk afdwingbaar maken, zodat iedereen toegang heeft tot een betaalbare woning, ongeacht achtergrond of inkomen. Dit recht moet boven marktbelang staan en het woningtekort structureel tegengaan.
D66 erkent het woningtekort als een urgent probleem en kiest voor grootschalige, structurele oplossingen zoals het bouwen van tien nieuwe steden, het versnellen van woningbouw en het stimuleren van doorstroming. De partij wil meer betaalbare woningen realiseren voor verschillende doelgroepen, regels vereenvoudigen en bestaande woonruimte beter benutten. Hun visie is dat wonen een basisrecht is en dat het woningtekort alleen opgelost kan worden door regie, innovatie en samenwerking.
D66 wil het woningtekort structureel aanpakken door fors meer woningen te bouwen, onder andere via tien nieuwe steden en het versnellen van procedures. Dit moet de doorstroming bevorderen en het aanbod vergroten, zodat meer mensen een betaalbare woning kunnen vinden.
“D66 wil tien nieuwe steden bouwen, vooral bij bestaande steden of kernen en bij grote ov-knooppunten.”
“De politiek wil al jaren meer huizen bouwen, maar het lukt nog steeds niet goed genoeg. Daardoor kunnen veel Nederlanders niet verder in het leven, omdat ze geen eigen dak boven het hoofd kunnen vinden.”
“We richten een Rijksgrondfaciliteit (een landelijke grondbank) op, zodat de grond die het Rijk in bezit heeft of krijgt, ingezet kan worden om sneller huizen te bouwen.”
“We maken bezwaarprocedures sneller en korter → Lees hier meer standpunten over een betere balans tussen recht op wonen en rechtsbescherming.”
D66 wil het woningtekort verminderen door te investeren in sociale huur, middenhuur en betaalbare koopwoningen, met specifieke aandacht voor starters, ouderen, jongeren en studenten. Doorstroming en het bouwen van gemengde wijken zijn hierbij essentieel.
“We willen dat meer mensen een goede, betaalbare woning kunnen vinden. Daarom investeren we grootschalig in de sociale huur, de middenhuur en betaalbare koop.”
“We leggen wettelijk vast dat bij nieuwbouw in elke gemeente minstens 30% sociale huur komt, zodat gemeenschappen in wijken gemengd blijven.”
“Voor jongeren en studenten bouwen we vooral huizen met gemeenschappelijke ruimtes. Zo kunnen meer mensen wonen op dezelfde plek én zulke huizen zorgen voor meer verbinding en sociale steun.”
“We halen de doelen voor seniorenwoningen nu bij lange na niet. Voor jongeren en studenten en voor alleenstaanden zijn de doelen er nog niet eens. Dat moet anders. Er moet een bouwquotum komen, zodat elke gemeente moet meebouwen voor elk van deze groepen.”
D66 ziet het stimuleren van doorstroming als een directe manier om het woningtekort te verlichten, onder meer door het makkelijker te maken voor ouderen om te verhuizen en woningdelen te stimuleren.
“Doorstroming is nu de manier om de woningmarkt in beweging te krijgen.”
“De eerste stap is meer huizen bouwen voor oudere mensen, zodat wie dat wil, kan verhuizen naar een passende plek.”
“D66 stelt een tijdelijke crisisregel in. Iedereen mag één kamer verhuren zonder dat dat negatieve financiële gevolgen heeft voor een uitkering, de belasting, de huur of een hypotheek. Zo stimuleren we woningdelen.”
D66 benadrukt het belang van regie en samenwerking tussen overheid, gemeenten, corporaties en andere partijen om het woningtekort effectief aan te pakken.
“Voor doorstroming is regie nodig. Het vraagt om heel goede samenwerking tussen banken, huiseigenaren, gemeenten, woningcorporaties en zorgorganisaties.”
“Woningcorporaties krijgen weer de ruimte om te doen waarvoor ze zijn opgericht: samen met de overheid en hun huurdersorganisaties betaalbare huizen bouwen in leefbare buurten.”
BBB erkent het woningtekort als een urgent probleem dat brede groepen raakt, en pleit voor meer en snellere woningbouw, minder regels en meer regionale maatwerkoplossingen. De partij wil bouwen in zowel stad als dorp, inzet op het benutten van bestaande gebouwen, en geeft prioriteit aan lokale woningzoekenden en doelgroepen als starters, senioren en middeninkomens. BBB koppelt het woningtekort expliciet aan migratie en wil migratie beperken om de druk op de woningmarkt te verlichten.
BBB ziet het woningtekort als een nationale crisis en wil fors meer woningen bouwen, zowel in steden als op het platteland, met maatwerk per regio. De partij wil procedures versnellen, regels vereenvoudigen en innovatie stimuleren om sneller te kunnen bouwen, en streeft naar betaalbare woningen voor verschillende doelgroepen.
“Na jaren van stilstand komt er eindelijk beweging. In een nationale woningcrisis is nationale sturing nodig.”
“Woningbouw in heel Nederland. Niet alleen in steden, maar ook in kleine dorpen moeten er woningen bijkomen.”
“Sneller bouwen. De procedures voor het starten van bouwprojecten worden verkort en vereenvoudigd.”
“Wij streven ernaar dat twee van de drie nieuwe huizen in elke regio daadwerkelijk betaalbaar worden. Maximaal 30 procent daarvan is sociale huur.”
BBB wil het woningtekort ook aanpakken door bestaande gebouwen en woningen beter te benutten, onder meer door splitsen, woningdelen en het ombouwen van leegstaande panden te vergemakkelijken.
“Ombouwen tot woningen, zoals voormalige boerderijen, kantoren en fabrieken, moet makkelijker worden.”
“Vergunningsvrij splitsen. BBB zet in op het vergunningsvrij delen en splitsen van woningen die zich daarvoor lenen.”
“Woningdelen, het splitsen van woningen en kamerverhuur en hospitaverhuur worden eenvoudiger en aantrekkelijker gemaakt.”
BBB wil bij woningtoewijzing prioriteit geven aan mensen met lokale binding, urgentie of beroepen die belangrijk zijn voor de gemeenschap, en stimuleert starters- en seniorenwoningen om doorstroming te bevorderen.
“Bij de toewijzing van koop en huurwoningen geven we voorrang aan mensen met een lokale binding, urgentie of mensen die een belangrijke bijdrage leveren aan de gemeenschap, denk aan onderwijzers, zorgpersoneel en politiemensen.”
“Er komen starterscontracten zodat verhuren aan starters op de woningmarkt aantrekkelijker wordt.”
“We willen maatregelen om ouderen te helpen zelfstandig te blijven wonen. Dit vraagt zowel in de dorpen als in de steden versnelde bouw van seniorenwoningen, met ruimte voor ontmoeting en gezamenlijke voorzieningen.”
BBB koppelt het woningtekort expliciet aan migratie en wil de instroom van asielzoekers en migranten beperken om de druk op de woningmarkt te verminderen.
“Migratie beperken. Het indammen van de migratiestroom en een halt aan de ongecontroleerde hoeveelheid asielzoekers draagt bij aan het verminderen van de druk op de woningmarkt.”
“Ook migratie speelt een rol in de woningopgave: opvanglocaties nemen woonruimte in beslag en de toestroom vergroot de druk op gemeenten, voorzieningen en de leefomgeving.”
DENK ziet het woningtekort als een van de grootste uitdagingen voor Nederland en wil dat de overheid de regie stevig terugpakt op de woningmarkt. Hun belangrijkste voorstellen zijn het versneld bouwen van 100.000 woningen per jaar, het oprichten van een Rijksbouwbedrijf, het invoeren van wettelijke normen voor betaalbare woningen, en het drastisch versnellen van procedures. DENK legt de nadruk op betaalbaarheid, sociale huur, en het tegengaan van leegstand en belemmerende regelgeving.
DENK wil het woningtekort oplossen door fors meer en sneller te bouwen, met een sterke rol voor de overheid. Ze stellen een Rijksbouwbedrijf en een fulltime minister voor, met verregaande bevoegdheden om locaties aan te wijzen en procedures te versnellen. Dit moet het tekort aan betaalbare woningen snel terugdringen.
“Het doel is om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen.”
“We richten een Rijksbouwbedrijf op dat de verantwoordelijkheid krijgt om woningbouwprojecten te ontwikkelen.”
“Er komt een fulltime Minister van Volkshuisvesting. Deze Minister krijgt verregaande bevoegdheden, zoals het bindend kunnen aanwijzen van locaties waar woningbouw gerealiseerd moet worden.”
“We gaan drastisch procedures versnellen. Dat betekent dat overbodige en belemmerende regelgeving verdwijnt. Ook wordt er gekeken naar de mogelijkheden om bezwaarmogelijkheden tegen woningbouwprojecten te verminderen, de termijnen te versnellen en door middel van het vergroten van de capaciteit procedures sneller te doorlopen.”
Om het woningtekort structureel aan te pakken, wil DENK een wettelijke norm voor het aandeel betaalbare woningen en meer investeren in sociale huur. Ze willen dat 50% van de nieuwbouw uit sociale huur en koop bestaat, en dat woningcorporaties meer budget krijgen.
“Een wettelijke norm in te voeren voor meer betaalbare woningen. Hierbij moet 50% bestaan uit sociale huur en koopwoningen, 40% betaalbare middenhuur en koop, en 10% hoger segment.”
“Wij willen meer investeren in sociale huur. Dat betekent dat woningcorporaties meer budget krijgen.”
“Meer mensen komen in aanmerking voor een sociale huurwoning. De inkomensgrenzen worden verruimd.”
DENK wil het woningtekort ook verminderen door leegstand en onbenutte grond aan te pakken, en door doorstroming op de woningmarkt te bevorderen. Gemeenten krijgen instrumenten als een leegstandsheffing, en regels die woningdelen belemmeren worden afgeschaft.
“Om leegstand en het niet benutten van grond te kunnen aanpakken, kunnen gemeenten een leegstandsheffing of een heffing op braakliggende grond invoeren.”
“We bevorderen de doorstroming op de woningmarkt, door bijvoorbeeld verhuisbegeleiding en hulp aan ouderen die de behoefte hebben om kleiner te gaan wonen.”
“We schaffen de kostendelersnorm af en andere regels die woningdelen belemmeren worden ook afgeschaft. Hiermee komt er meer woningruimte beschikbaar.”
Om het woningtekort te bestrijden, wil DENK meer geld reserveren via een Rijkswoningbouwfonds en het planningsproces financieel ondersteunen.
De PVV stelt het woningtekort voor Nederlanders centraal en wijt dit vooral aan immigratie en voorrang voor statushouders. Hun belangrijkste voorstellen zijn het schrappen van voorrang voor statushouders, forse investeringen in woningbouw (zowel binnen- als buitenstedelijk), het verlagen van sociale huren, en het versoepelen van bouw- en bezwaarprocedures om sneller meer betaalbare woningen te realiseren.
De PVV ziet het geven van voorrang aan statushouders als een belangrijke oorzaak van het woningtekort voor Nederlanders. Zij willen deze voorrang volledig schrappen en de gemeentelijke taakstelling voor verplichte huisvesting van statushouders afschaffen.
“Nooit meer voorrang op sociale huurwoningen voor statushouders – ook niet met urgentie”
“Gemeentelijke taakstelling voor de verplichte huisvesting van statushouders schrappen”
“Sinds 2010 zijn er al zo’n 190.000 sociale huurwoningen mét voorrang aan statushouders weggegeven – zonder dat zij iets aan dit land hebben bijgedragen.”
De PVV wil het woningtekort aanpakken door fors te investeren in snellere woningbouw, zowel binnenstedelijk (transformatie, optoppen, splitsen) als buitenstedelijk (nieuwe grootschalige locaties). Ze willen procedures versnellen, bezwaar en beroep tijdelijk beperken, en de Rijksoverheid laten ingrijpen bij vastgelopen projecten.
“Forse extra investering in snellere woningbouw: sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen mét voldoende ruimte voor de auto”
“Buitenstedelijk bouwen: méér nieuwe grootschalige woningbouwlocaties”
“Binnenstedelijk bouwen; transformatie van kantoor- en bedrijfspanden; optoppen, splitsen en woningdelen; niet alleen straatjes erbij, maar ook hele buurten en wijken”
“Kortere en snellere vergunningverlening en procedures; tijdelijk beperken van de mogelijkheden tot bezwaar en beroep tegen woningbouw waar een omgevingsplan vastligt”
“Ingrijpen door de Rijksoverheid bij vastgelopen woningprojecten; provincies en gemeenten die niet voldoende bouwen of meewerken, worden aangepakt”
Om bestaande woningen betaalbaarder te maken, wil de PVV de sociale huren met 10% verlagen en de inkomensgrenzen voor betaalbare huurwoningen verhogen, zodat meer mensen hiervoor in aanmerking komen.
“De PVV verlaagt volgend jaar de sociale huren met 10%. Woningcorporaties worden gecompenseerd: door voor hen de winstbelasting te schrappen, komt de bouwopgave niet in gevaar. Ook verhogen we de inkomensgrenzen voor betaalbare huurwoningen, zodat meer woningzoekenden hiervoor in aanmerking komen.”
De PVV wil het bouwen van woningen versnellen door regels voor verbouwingen en aanbouwen te verruimen, bouweisen te schrappen, en bezwaarprocedures tijdelijk te beperken.
Als aanvullende maatregel wil de PVV permanent wonen in recreatiewoningen volledig toestaan om het woningtekort te verlichten.
“Permanente bewoning van recreatiewoningen volledig toestaan; ruimte voor woonwagens”
Volt erkent het woningtekort als een urgent probleem en wil dit oplossen door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, met nadruk op betaalbaarheid, duurzaamheid en doorstroming. Ze stellen landelijke regie, financiële injecties en innovatieve woonvormen voor, en willen bestaande bouw beter benutten en belemmeringen wegnemen. Hun visie is gericht op structurele, sociale en duurzame oplossingen die verschillende doelgroepen bedienen.
Volt wil het woningtekort structureel aanpakken door nationale regie te voeren en fors te investeren in de bouw van nieuwe woningen, met duidelijke doelen en financiële middelen. Dit moet zorgen voor voldoende, betaalbare en duurzame woningen voor iedereen.
“Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening krijgt een structureel budget waarmee het doel van 1 miljoen woningen bouwen ook echt gehaald kan worden.”
“Het doel van 100.000 woningen per jaar realistisch wordt. Dit wordt gedekt door de afbouw van de fiscale stimulering van koopwoningen.”
Volt wil niet alleen meer woningen bouwen, maar ook zorgen dat deze betaalbaar blijven en dat er betere doorstroming is op de woningmarkt, zodat starters, doorstromers en kwetsbare groepen sneller een passende woning kunnen vinden.
“Volt pleit ervoor dat iedereen betaalbaar, veilig en prettig kan wonen. Het tekort aan woningen dwingt bijvoorbeeld studenten tot lange reistijden of onzekere woonsituaties.”
“We bevorderen doorstroom op de huizenmarkt, zoals met afspraken in nieuwbouwprojecten, om voor een deel van de middenhuur- en koopwoningen voorrang te geven aan doorstromers vanuit de sociale huursector.”
“Ook zetten we terugkoopregelingen vaker in om meer betaalbare koopwoningen en doorstroom te realiseren.”
Volt wil het woningtekort ook aanpakken door bestaande gebouwen slimmer te gebruiken, bijvoorbeeld door splitsen, optoppen en transformeren, en door fiscale, milieu- en sociale belemmeringen weg te nemen.
“Door het beter benutten van bestaande bouw kan de woningvoorraad verder worden vergroot. De Rijksoverheid ontwikkelt in samenspraak met regionale overheden en partners in de huisvesting een landelijke stimuleringsmaatregel voor het splitsen, optoppen, aanplinten, bijplaatsen en transformeren van bestaande bebouwingen.”
“Ook het wegnemen van bestaande belemmeringen in de fiscale, milieu- en sociale wetgevingen worden hierin meegenomen.”
Volt ziet innovatieve en tijdelijke woonvormen als een noodzakelijke aanvulling om het woningtekort snel te verlichten, vooral voor spoedzoekers, studenten en kwetsbare groepen.
“We zorgen op korte termijn voor meer (tijdelijke) woningen. Ook moet het delen van een woning financieel aantrekkelijker gemaakt worden, onder andere door de kostendelersnorm af te schaffen.”
“We investeren in innovatieve en coöperatieve leef- en woonvormen. Niet alleen voor studenten en senioren, maar voor iedereen die in meer sociale samenhang wil leven.”
Volt wil dat de overheid en gemeenten actief sturen op woningbouw, onder meer door financiële instrumenten, het aanpakken van leegstand en het tegengaan van speculatie met bouwgrond.
“Gemeenten moeten binnen hun nieuwbouwopgave zorgen voor een goede mix van woningen. In principe geldt: minstens twee derde van de nieuwe woningen moet betaalbaar zijn en minimaal 30% sociale huur.”
“De leegstand van woningen moet worden ontmoedigd. Volt pleit daarom voor de Vlaamse aanpak, een methode waarbij leegstand wordt aangepakt met een jaarlijks stijgende gemeentelijke belasting.”
“Om sneller meer ruimte beschikbaar te maken voor nieuwbouw en de kosten van bouwprojecten en nieuwe woningen te verlagen wil Volt het speculeren met bouwgrond tegengaan.”
GroenLinks-PvdA ziet het woningtekort als een urgent maatschappelijk probleem en maakt volkshuisvesting tot topprioriteit. De partij wil jaarlijks 100.000 nieuwe woningen bouwen, de regie op grond en bouw terug in publieke handen brengen, en speculatie en leegstand krachtig aanpakken. Betaalbaarheid, versnelling van procedures en het tegengaan van woekerhuren staan centraal in hun aanpak.
GroenLinks-PvdA wil het woningtekort direct aanpakken door fors meer woningen te bouwen, met een nadruk op betaalbaarheid en diversiteit. De partij ziet bouwen als een publieke taak en wil de overheid weer leidend maken in de volkshuisvesting.
“Met het grootste investeringsprogramma in decennia gaan we ruim 100.000 woningen per jaar bouwen.”
“We versnellen de bouw door regels te versimpelen en de stikstofimpasse op te lossen.”
“Als we 100.000 nieuwe woningen willen bouwen, is ruimte nodig. Dat betekent dat andere belangen zullen moeten inschikken, zoals de veehouderij en de luchtvaart.”
De partij wil de macht van marktpartijen en speculanten beperken door grond en bouwregie weer publiek te maken. Dit moet ervoor zorgen dat bouwen sneller en in het algemeen belang gebeurt, niet voor winstmaximalisatie.
Om het woningtekort te verminderen, wil GroenLinks-PvdA speculatie met woningen en grond tegengaan, leegstand belasten en grondeigenaren aansporen sneller te bouwen.
De partij wil bezwaar- en beroepsprocedures inkorten zodat woningzoekenden sneller geholpen worden en bouwprojecten minder vertraging oplopen.
“We willen juridische procedures verkorten, zodat we sneller kunnen bouwen. Gemeenten en de Raad van State krijgen meer capaciteit om bezwaar- en beroepsprocedures versneld te behandelen.”
GroenLinks-PvdA wil dat nieuwbouwprojecten vooral betaalbare woningen opleveren en huurders beschermen tegen te hoge huren, zodat het woningtekort niet alleen kwantitatief maar ook kwalitatief wordt aangepakt.
“In elk nieuwbouwproject dat zij bouwen heeft 40% van de huurwoningen een huur van maximaal 900 euro per maand, en nog eens 30% van de woningen is ofwel een huurwoning tot 1200 euro, ofwel een koopwoning met een maximale koopprijs van 405.000 euro.”
“De wettelijke bescherming tegen woekerhuren gaat gelden voor alle huurwoningen.”
De Partij voor de Dieren ziet het woningtekort als een gevolg van politieke keuzes en pleit voor een duurzame, sociale en niet-commerciële aanpak van het probleem. Hun belangrijkste voorstellen zijn het benutten van bestaande bebouwing, het omzetten van landbouwgrond naar woonruimte door krimp van de veehouderij, het bouwen van meer sociale huurwoningen, en het ontmoedigen van speculatie en leegstand. De partij wil wonen loskoppelen van de markt en volkshuisvesting centraal stellen, met nadruk op betaalbaarheid, duurzaamheid en het tegengaan van huisjesmelkerij.
De PvdD wil het woningtekort primair oplossen door bestaande gebouwen te transformeren tot woningen, leegstand aan te pakken en doorstroming te stimuleren. Dit voorkomt onnodige nieuwbouw en beschermt natuur en open ruimte.
“Allereerst wordt bestaande bebouwing slimmer benut. Denk aan het transformeren van kantoorpanden, het aanpakken van leegstand, het optoppen en splitsen van bestaande woningen en het stimuleren van doorstroming. Hiermee kunnen vooral veel éénpersoonswoningen gecreëerd worden.”
“Lege bedrijfspanden worden herontwikkeld en krijgen een andere functie, zoals wonen. Nieuwbouw van kantoren en bedrijventerreinen wordt ontmoedigd.”
De partij stelt dat het woningtekort mede wordt veroorzaakt door ruimtegebruik van de veehouderij en wil door krimp van deze sector landbouwgrond vrijmaken voor woningbouw, zonder dat dit ten koste gaat van natuur en leefbaarheid.
“Door een krimp met 75% van het aantal dieren dat wordt gefokt en gedood in de veehouderij wordt de stikstofcrisis opgelost, komt er veel landbouwgrond en agrarische bebouwing vrij. Naast herstel van de natuur ontstaat zo ruimte voor woningen.”
“Door boeren te helpen overschakelen naar plantaardige landbouw komt er veel grond vrij die we veel beter kunnen verdelen. Verreweg het grootste deel daarvan zetten we om naar natuur zodat de biodiversiteit kan herstellen. Zo ontstaat ruimte voor woningen aan de rand van bestaande woonkernen, zonder dat dit ten koste gaat van leefbaarheid, landschaps- en cultuurhistorie en de natuur.”
De PvdD wil het aandeel sociale huurwoningen vergroten, betaalbaarheid waarborgen, en het bouwen van dure woningen door investeerders ontmoedigen. De overheid moet sturen op waar en voor wie gebouwd wordt.
“Er komen meer betaalbare woningen: minimaal 40% van de nieuwbouwwoningen is sociale huur.”
“De overheid moet ingrijpen en ervoor zorgen dat er gebouwd wordt waar echt behoefte aan is. We willen dat studenten betaalbaar op kamers kunnen en dat jonge gezinnen een huur- of koopwoning vinden die bij hun gezins-situatie past.”
“De wooncrisis kan alleen worden opgelost als gevestigde financiële belangen plaatsmaken voor de belangen van mensen die een woning nodig hebben, van woningmarkt naar volkshuisvesting.”
De partij wil het onaantrekkelijk maken om te speculeren met woningen en bouwgrond, en huisjesmelkerij bestrijden door regulering en heffingen.
“Een heffing op leegstand en braakliggende grond bij (woning)bouwprojecten maakt het onaantrekkelijk om panden leeg te laten staan en te speculeren met bouwgrond.”
“We beperken het aantal panden dat een particuliere verhuurder mag verhuren. Toegelaten instellingen zoals woningcorporaties krijgen meer investeringsmogelijkheden voor realisering van huurwoningen in het middensegment.”
De PvdD koppelt het oplossen van het woningtekort aan duurzaamheid en klimaatdoelen, door te eisen dat nieuwbouw energieneutraal, circulair en natuurinclusief is.
De VVD ziet het woningtekort als het grootste probleem van deze tijd en wil dit vooral oplossen door fors meer woningen te bouwen, met centrale regie vanuit het Rijk en minder regels. De partij pleit voor het aanwijzen van dertig nieuwe grootschalige woonwijken, het schrappen van belemmerende regelgeving, en het stimuleren van zowel betaalbare koop- als huurwoningen. De kern van hun visie is: bouwen, minder bureaucratie, en meer landelijke sturing om het woningtekort snel en effectief aan te pakken.
De VVD wil het woningtekort oplossen door fors meer woningen te bouwen, met centrale regie vanuit het Rijk. Ze stellen voor om dertig nieuwe grootschalige woonwijken aan te wijzen, ook buiten de Randstad, en gemeenten te ondersteunen en stimuleren om sneller te bouwen.
“De manier om het woningtekort op te lossen is door meer te bouwen. Daarom gaan we vanuit het Rijk grote woonwijken met betaalbare huizen aanwijzen.”
“We bouwen met sturing vanuit het Rijk dertig nieuwe grootschalige woonwijken, ook buiten de Randstad, en maken het voor gemeenten makkelijker om veel meer huizen te laten bouwen; via een tijdelijke nationale wet leggen we vast waar, welke en hoeveel woningen moeten worden gerealiseerd en op welke termijnen.”
“We bouwen dertig nieuwe grootschalige woonwijken met sturing vanuit Den Haag en maken het voor gemeenten makkelijker om veel meer huizen te laten bouwen.”
De VVD stelt dat langdurige vergunningstrajecten en bezwaarprocedures de bouw ernstig vertragen en wil daarom fors schrappen in regels, procedures en bureaucratie. Dit moet ervoor zorgen dat woningen sneller gebouwd kunnen worden.
“We gaan daarom schrappen, schrappen, schrappen. In regels, in procedures en in bureaucratie. We onderzoeken de mogelijkheid om dit vorm te geven als een nood- of spoedwet. Een huis hoort niet in tien jaar te staan, maar in een paar jaar. Dat wordt een topprioriteit. Omdat de woningzoekende niet kan wachten.”
De VVD wil Rijksmiddelen vooral inzetten voor betaalbare koopwoningen en het aantrekkelijker maken voor investeerders en particulieren om huurwoningen te bouwen en te verhuren. Ook worden woningcorporaties verplicht meer sociale huurwoningen te bouwen.
“We zetten Rijksmiddelen vooral in voor de bouw van betaalbare koopwoningen.”
“We bouwen veel meer betaalbare huurwoningen en maken hier heldere afspraken over met investeerders en corporaties. Ook voor particulieren moet het aantrekkelijk worden om te investeren in huurwoningen en verhuur moet weer lonen.”
“Corporaties worden in staat gesteld en verplicht aanzienlijk meer sociale huurwoningen te bouwen.”
Naast nieuwbouw wil de VVD de bestaande woningvoorraad beter benutten door het makkelijker te maken om woningen te splitsen, op te toppen, of leegstaande gebouwen te transformeren tot woningen.
“Bestaande woningvoorraad beter te benutten, zoals via woningdelen, splitsen en optoppen. Belemmerende regelgeving wordt aangepakt om dit mogelijk te maken.”
“Het ombouwen van leegstaande gebouwen tot woningen wordt makkelijker gemaakt. Denk aan leegstaande kantoren, winkels of scholen die tot woonruimte kunnen worden getransformeerd.”
De VVD vindt dat ruimtelijke ordening niet langer alleen bij gemeenten kan liggen en wil meer centrale regie om sneller en op grotere schaal locaties beschikbaar te maken voor woningbouw.
“Ruimtelijke ordening kan niet langer alleen bij gemeenten liggen, want er zijn meer locaties nodig dan nu beschikbaar komen. Wij kiezen voor meer regie, meer doorstroming, meer huizen, maar minder regels.”
Gemeenten die veel bouwen krijgen een financiële bonus, achterblijvende gemeenten krijgen hulp van het Rijk om de bouwproductie op te schalen.
“Gemeenten die bouwrecords breken krijgen een financiële bonus om in nieuwe woningbouwplannen te investeren. Gemeenten die achterlopen op de bouwplannen krijgen hulp van het ministerie om de woningbouwproductie op te schalen.”
Het CDA erkent het woningtekort als een urgent probleem dat leidt tot uitgestelde levens voor jongeren en vastlopende doorstroming voor ouderen. Hun kernvoorstel is het bouwen van minimaal 100.000 woningen per jaar, met nadruk op betaalbaarheid, doorstroming en regie van het Rijk. Ze willen procedures versnellen, meer sociale en middeldure huur realiseren, en gemeenten en corporaties meer slagkracht geven om het tekort structureel aan te pakken.
Het CDA wil het woningtekort structureel aanpakken door fors meer woningen te bouwen, met een duidelijke focus op betaalbaarheid en spreiding over doelgroepen. Ze stellen een jaarlijkse bouwdoelstelling en eisen regie van het Rijk, met speciale aandacht voor starters, gezinnen en ouderen.
“We willen een stabiele productie van minimaal honderdduizend woningen per jaar. Het uitgangspunt is twee derde betaalbaar waarvan 30 procent sociale huur.”
“Het bestrijden van het woningtekort is een gezamenlijke opgave van het Rijk, gemeenten, provincies, corporaties, investeerders, ontwikkelaars en bouwers.”
Het CDA ziet trage procedures en regelgeving als belangrijke oorzaken van het woningtekort. Ze willen bezwaarprocedures inkorten, standaardisatie van bouwregels en snellere besluitvorming afdwingen.
Het CDA wil het woningtekort ook aanpakken door de doorstroming op de woningmarkt te stimuleren, met name door levensloopgeschikte woningen voor ouderen te bouwen en belemmeringen voor verhuizing weg te nemen.
Het CDA vindt dat het Rijk de regie moet nemen en dat woningcorporaties voldoende financiële armslag moeten krijgen om te bouwen, mede via nationale prestatieafspraken en investeringen van pensioenfondsen.
“Regie van het Rijk, doorzettingsmacht, ruimtelijk beleid en adequate financiering zijn harde voorwaarden.”
“De Nationale Prestatieafspraken zijn de basis voor investeringen van woningcorporaties. We zorgen ervoor dat corporaties voldoende financiële armslag hebben om de afspraken die ze ook zelf gemaakt hebben waar te maken.”
Het CDA wil bestaande leegstand tegengaan en een bouwplicht invoeren om sneller woningen toe te voegen en het tekort te verminderen.
De SP ziet het woningtekort als een direct gevolg van politieke keuzes en marktwerking, en pleit voor een radicaal andere aanpak waarbij volkshuisvesting en betaalbaarheid centraal staan. Hun belangrijkste voorstellen zijn het bouwen van één miljoen betaalbare huurwoningen, het ombouwen van leegstaande panden tot woonruimte, het tegengaan van speculatie en leegstand, en het vergroten van de zeggenschap van bewoners en gemeenten. De kern van hun visie is dat wonen een recht is, geen marktproduct, en dat de overheid de regie moet nemen om het woningtekort structureel op te lossen.
De SP wil het woningtekort oplossen door fors te investeren in de bouw van betaalbare huurwoningen, met een maximale huur van 800 euro. Dit gebeurt via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden, splitsen, optoppen en het terugkopen van te dure huurwoningen. De partij ziet dit als noodzakelijk om starters, gezinnen en ouderen een kans te geven op een betaalbare woning.
“We zorgen voor één miljoen extra betaalbare huurwoningen, met een maximale huur van 800 euro. Dat doen we via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden, splitsen, optoppen, het terugkopen van te dure huurwoningen en door sloop te voorkomen.”
“Met het Grote Woonplan garanderen we voor iedereen een betaalbaar en goed huis. Door een Nationaal Woonfonds op te richten kunnen we één miljoen extra huurwoningen beschikbaar maken via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden en het terugkopen van te dure huurwoningen.”
De SP wil leegstand en speculatie actief bestrijden door leegstaande panden extra te belasten, onteigening mogelijk te maken en deze panden snel geschikt te maken voor bewoning. Dit moet direct bijdragen aan het verminderen van het woningtekort, vooral voor jongeren, starters en dak- en thuislozen.
“Leegstaande panden worden extra belast, zodat speculatie niet langer loont. Als eigenaren geen plannen hebben om de panden te gebruiken of geschikt te maken voor bewoning, kunnen gemeenten deze onteigenen. We zetten leegstand om in woonruimte.”
“Wij pakken de leegstand aan. Terwijl tienduizenden jongeren geen woning kunnen vinden, staan in Nederland 64 duizend woningen langer dan een jaar leeg. Daarnaast is er maar liefst 16 miljoen vierkante meter aan leegstaande kantoren en andere gebouwen verspreid over 226 duizend panden. Daar liggen kansen.”
De SP wil dat gemeenten weer de regie krijgen over woningbouw, zodat er gericht gebouwd kan worden naar lokale behoefte en het belang van bewoners voorop staat. Dit moet ervoor zorgen dat het woningaanbod beter aansluit bij de vraag en dat bouwen niet langer wordt gedicteerd door marktpartijen.
“Gemeenten krijgen weer de regie over woningbouw, zodat er gericht gebouwd kan worden voor de samenstelling van gezinnen in de buurt.”
“Wij ondersteunen gemeenten financieel om woningen te realiseren en geven ze meer bevoegdheden om de markt opzij te zetten, zodat mensen weer op één komen te staan.”
De SP wil grondspeculatie en prijsopdrijving aanpakken door grondeigenaren die grond vasthouden zwaarder te belasten en, indien nodig, te onteigenen. Dit moet de bouw van betaalbare woningen versnellen en de invloed van speculanten beperken.
“Grondeigenaren die grond vasthouden om winst te maken belasten we zwaarder. Speculanten die onnodig wachten met bouwen en hun belang boven die van de samenleving zetten zullen wij onteigenen.”
“Het belang van bouwen voor iedereen gaat voor op winst voor de enkele speculant. Dus als we grond nodig hebben om te bouwen moet de overheid die in alle gevallen voor een redelijk bedrag kunnen verkrijgen.”
De SP wil sociale huurwoningen weer toegankelijk maken voor middeninkomens, zodat niet alleen de allerlaagste inkomens recht hebben op betaalbare huisvesting. Dit moet het woningtekort voor een bredere groep mensen verlichten.
FVD ziet het woningtekort als een urgent probleem en wil dit oplossen door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, vooral voor Nederlanders, en door het schrappen van milieu- en duurzaamheidsregels die de bouw vertragen. Ze willen het eigen woningbezit stimuleren, sociale huur beperken, en migratie sterk terugdringen om de druk op de woningmarkt te verlagen.
FVD wil het woningtekort oplossen door fors meer woningen te bouwen, met voorrang voor Nederlanders. Ze stellen dat milieuregels, stikstofbeleid en duurzaamheidseisen de bouw onnodig vertragen en duur maken, en willen deze daarom afschaffen.
“We bouwen jaarlijks 100.000 nieuwe woningen met voorrang voor Nederlanders, zodat het woningtekort verdwijnt.”
“We bouwen snel 100.000 woningen per jaar, schrappen beknellende klimaat- en stikstofregels, en stoppen gedwongen verduurzaming om kapitaal vrij te maken voor nieuwbouw.”
“We stoppen met verplichte duurzaamheidseisen, zodat bouwen makkelijker en goedkoper wordt.”
FVD ziet immigratie als een belangrijke oorzaak van het woningtekort en wil daarom de instroom beperken en Nederlanders voorrang geven bij toewijzing van woningen. Ook willen ze het aandeel sociale huurwoningen verkleinen en statushouders geen voorrang meer geven.
“We stoppen met het huisvesten van statushouders in de sociale sector en geven Nederlanders altijd voorrang.”
“Sociale huurwoningen worden beperkt, met voorrang voor Nederlanders boven statushouders.”
“Een eindeloze stroom immigranten bedreigt onze veiligheid, onze woningvoorraad en ons sociale vangnet.”
FVD wil het eigen woningbezit stimuleren door fiscale voordelen te behouden en uit te breiden, en door het makkelijker te maken voor starters en huurders om een huis te kopen. Studieschuld mag niet meetellen bij hypotheekaanvragen, en een goede huurgeschiedenis juist wel.
“De eigen woning blijft in box 1: nooit belasting over je eigen huis, dus ook geen eigenwoningforfait. De hypotheekrenteaftrek behouden we en het maximale aftrektarief gaat terug omhoog naar 52%.”
“Studieschuld mag nooit meetellen bij een hypotheekaanvraag, maar een goede huurgeschiedenis wél.”
“We sporen woningcorporaties aan om woningen aan huurders te verkopen, zodat meer Nederlanders eigenaar worden van hun eigen woning.”
JA21 ziet het woningtekort als een direct gevolg van falend beleid, met name door het negeren van demografische ontwikkelingen en een te hoge migratie. Hun kernvoorstellen zijn het beperken van bevolkingsgroei via migratieplafonds, versneld bouwen afgestemd op demografische trends, en het verbeteren van doorstroming en betaalbaarheid, vooral voor jonge gezinnen. De partij pleit voor structurele hervormingen én snelle maatregelen om het acute tekort te verlichten.
JA21 stelt dat het woningtekort vooral wordt veroorzaakt door snelle bevolkingsgroei als gevolg van migratie. Zij willen migratieplafonds juridisch verankeren en strenger selecteren op arbeidsmigratie en gezinshereniging, omdat bouwen alleen het tekort niet oplost zolang de instroom hoog blijft.
“De oplossing van de structurele woningnood zit dus niet alleen met het zo snel mogelijk beginnen met bouwen maar ook met een visie op de toekomst: waar is niet alleen nu, maar ook over 20 tot 40 jaar behoefte aan? Hiervoor kijken wij naar migratie, en naar balans in het woningaanbod.”
“Minstens de helft van de nieuw te bouwen woningen is nu nodig om de bevolkingsgroei door migratie bij te houden. Dit is een onhoudbare situatie. JA21 wil dat de overheid een beleid gaat ontwikkelen om de bevolkingsgroei van Nederland te beperken. Dat betekent onder meer het juridisch verankeren van migratie plafonds en scherpe selectie van arbeidsmigranten en gezinshereniging.”
JA21 wil versneld bouwen, maar met oog voor demografische trends en regionale verschillen. Ook moeten bestaande gebouwen beter benut worden door optoppen, transformeren en splitsen, en doorstroming worden bevorderd, bijvoorbeeld via ouderenhuisvesting.
“Het woningtekort is inmiddels gegroeid tot boven de 400.000.”
“Het benutten van de huidige vastgoedvoorraad door optoppen, transformeren en splitsen van gebouwen en woningen waardoor gebruik gemaakt kan worden van bestaande infrastructuur en de stikstofuitstoot beperkter is.”
“Kleinere woningbouwontwikkelingen faciliteren zoals in het kader van ‘straatje erbij‘- concept waardoor met de inschakeling van het kleinere en middelgrote aannemingsbedrijf meer bouwcapaciteit beschikbaar komt.”
“Fabrieksmatige bouw stimuleren ook voor woningen met name in het segment één en tweepersoonshuishoudens zonodig aangevuld met import van fabrieksmatig geproduceerde modulaire tiny houses uit het buitenland.”
JA21 vindt het essentieel dat jonge gezinnen weer perspectief krijgen op een eigen woning. Zij willen fiscale stimulansen, creatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop, en het afschaffen van de overdrachtsbelasting om de doorstroming en betaalbaarheid te verbeteren.
“Jonge gezinnen met een relatief laag gezamenlijk inkomen kunnen vaak de gemiddelde starterswoning niet betalen. Veel jonge mensen ervaren momenteel een gevoel van uitzichtloosheid op de woningmarkt en overwegen zelfs om die reden het land te verlaten. JA21 wil daarom met een samenhangend pakket komen van maatregelen zoals fiscale stimulansen en creatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop, om de acute woningnood voor jonge gezinnen te verlichten.”
“De overdrachtsbelasting voor particuliere woningen geheel afschaffen, hetgeen ook de doorstroming zal bevorderen.”
JA21 wil de huurmarkt snel ontgrendelen door tijdelijke contracten voor bredere doelgroepen toe te staan, het woningwaarderingsstelsel aan te passen, en fiscale/regeldruk te verlichten om het huuraanbod snel te vergroten.
“Het op korte termijn ontgrendelen van de huurmarkt door bijvoorbeeld het toestaan van tijdelijke contracten voor bredere doelgroepen, directe aanpassingen van het woningwaarderingsstelsel, (tijdelijke) fiscale en regeldruk verlichting waardoor binnen enkele maanden een grotere, flexibeler huuraanbod ontstaat zonder bestaande huurders te benadelen.”
De ChristenUnie erkent het woningtekort als een urgent maatschappelijk probleem en wil dit aanpakken door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, waarvan minimaal tweederde betaalbaar is. Ze pleiten voor stevige overheidsregie, forse investeringen in betaalbare (sociale) woningen, versnelling van procedures en het beter benutten van bestaande gebouwen. Hun visie is gericht op rechtvaardigheid, leefbare gemeenschappen en het structureel oplossen van de wooncrisis.
De ChristenUnie wil het woningtekort terugdringen door fors meer woningen te bouwen, met nadruk op betaalbaarheid en sociale huur. Ze stellen een concreet bouwtempo voor en reserveren miljarden om dit te realiseren, met speciale aandacht voor starters, ouderen en gezinnen.
“Om dat in te lopen, moeten we elk jaar 100.000 nieuwe woningen bouwen. De ChristenUnie wil dat dit tempo echt gehaald wordt, en maakt daar het komende decennium 20 miljard euro extra voor vrij: 10 miljard extra investeringen in betaalbare woningbouw en structureel een miljard per jaar door woningcorporaties meer investeringsruimte te bieden dan ze nu hebben.”
“We bouwen 100.000 woningen per jaar, waarvan ten minste tweederde goed te betalen is voor mensen met een gewoon inkomen. Daarvoor trekken we de komende jaren miljarden extra uit...”
“We willen dat minstens twee derde van de nieuw te bouwen huizen betaalbaar is, waaronder 30 procent sociale huur.”
De partij ziet trage en complexe vergunningstrajecten als een belangrijke oorzaak van het woningtekort en wil deze procedures versnellen en vereenvoudigen, zodat sneller gebouwd kan worden.
“De bouw van woningen loopt vaak vast in lange en ingewikkelde vergunningsprocedures. ... We versimpelen en versnellen daarom vergunningprocedures, zodat de meeste tijd gaat naar bouwen.”
Naast nieuwbouw wil de ChristenUnie het woningtekort aanpakken door bestaande gebouwen en woningen efficiënter te gebruiken, bijvoorbeeld door transformatie, splitsing en het stimuleren van samenwonen.
“Bestaande gebouwen benutten we beter, bijvoorbeeld door leegstaande kantoren en gebouwen om te bouwen tot woningen, grote woningen te splitsen of door een extra verdieping op bestaande huizen toe te voegen (optoppen).”
“Door bestaande woningen beter te benutten en mensen de vrijheid te geven om samen te wonen, creëren we snel extra woonruimte zonder dat daar nieuwbouw voor nodig is.”
De ChristenUnie vindt dat de overheid meer regie moet nemen en pleit voor een landelijke aanpak, vergelijkbaar met eerdere grote bouwprogramma’s, om het woningtekort structureel op te lossen.
“De ChristenUnie kiest voor een overheid die regie neemt in de volkshuisvesting om betaalbaar en toekomstbestendig te bouwen.”
“Voor grote woningbouwopgaven komt een landelijke aanpak, zoals eerder bij de VINEX-wijken. Zo zorgen we dat bouwen sneller en beter gebeurt, op plekken die toekomstbestendig en bereikbaar zijn.”
50PLUS ziet het woningtekort vooral als een gevolg van het gebrek aan passende huisvesting voor ouderen, waardoor doorstroming stokt en jongeren moeilijk aan een woning komen. Hun belangrijkste voorstel is het grootschalig bouwen van levensloopbestendige woningen voor ouderen, zodat bestaande woningen vrijkomen voor andere doelgroepen. Daarnaast willen ze het Ministerie voor Volkshuisvesting heroprichten en innovatieve woonvormen stimuleren.
50PLUS stelt dat het woningtekort vooral wordt veroorzaakt door het ontbreken van geschikte woningen voor ouderen, waardoor doorstroming op de woningmarkt wordt belemmerd. Door te bouwen voor ouderen kunnen zij verhuizen naar passende woningen, waardoor hun oude woningen beschikbaar komen voor jongeren en andere woningzoekenden. Dit moet het woningtekort structureel verminderen.
“Bouwen voor oud is de komende jaren de oplossing voor woningnood onder jongeren.”
“Als ouderen kunnen doorstromen naar geschikte, levensbestendige en betaalbare huisvesting op de juiste locaties, dan kan de bestaande woningvoorraad efficiënter worden benut.”
“De doelstelling van 290.000 levensloopbestendige woningen wordt gefaseerd gerealiseerd met oog voor netcongestie en bouwcapaciteit om de doorstroming weer écht op gang te krijgen.”
Om het woningtekort effectief aan te pakken, wil 50PLUS het Ministerie voor Volkshuisvesting opnieuw instellen. Zij zien centrale regie als noodzakelijk om de bouwopgave te realiseren en de doorstroming te bevorderen.
“Het Ministerie voor Volkshuisvesting wordt weer in het leven geroepen.”
Naast grootschalige bouw wil 50PLUS innovatieve woonvormen stimuleren, zoals woonhofjes en woonzorgcomplexen, die inspelen op de behoeften van ouderen en mensen met zorgbehoefte. Dit draagt bij aan het oplossen van het woningtekort door het aanbod te verbreden en beter te laten aansluiten op de vraag.
“Innovatieve woonvormen worden gestimuleerd: levensloopbestendige woningen en kleinschalige woonhofjes waar zorg, gemeenschap en zelfstandigheid worden gecombineerd.”
“Bejaardenhuizen komen in moderne vorm en in allerlei varianten weer terug, waaronder woonzorg complexen voor ouderen.”