BVNL wil werkgelegenheid stimuleren door het aantrekkelijker te maken om te werken in plaats van een uitkering te ontvangen, werkgeverslasten en belastingen te verlagen, en de arbeidsmarkt te dereguleren. De partij pleit voor minder regels, meer contractvrijheid, en strengere eisen aan uitkeringsgerechtigden om participatie te bevorderen. Hun visie is economisch-liberaal: werken moet lonen, bureaucratie moet omlaag, en ondernemers krijgen meer ruimte.
BVNL vindt dat werken financieel aantrekkelijker moet zijn dan het ontvangen van een uitkering, om zo meer mensen te stimuleren deel te nemen aan de arbeidsmarkt en de armoedeval te voorkomen. Dit wordt bereikt door het verschil tussen uitkering en werk te vergroten, het minimumjeugdloon te verhogen, en uitkeringen te verlagen voor mensen die niet willen werken.
“Het verschil tussen een uitkering en werk moet daarom worden vergroot en de armoedeval moet worden opgeheven.”
“Het minimumjeugdloon gaat fors omhoog en stopt bij 18 jaar. Voor mensen die 18 jaar of ouder zijn geldt het gewone minimumloon.”
“Mensen die wél kunnen, maar niet willen werken worden gekort op hun bijstandsuitkering en op toeslagen (zoals huur- en zorgtoeslag).”
“Het verschil tussen een uitkering en een baan moet fors worden vergroot. Werken moet weer lonen.”
Om werkgelegenheid te bevorderen, wil BVNL de lasten voor werkgevers en werkenden fors verlagen. Dit moet het aantrekkelijker maken om mensen in dienst te nemen en om zelf te gaan werken.
“De werkgeverslasten verlagen.”
“Het vestigingsklimaat moet worden verbeterd door lagere belastingen (vlaktaks van 25%) in te voeren, minder overheidsbemoeienis, lage energiekosten en versoepeling van het arbeidsrecht.”
“De belasting op inkomsten uit arbeid te verlagen naar 25%.”
BVNL wil de arbeidsmarkt flexibeler maken door regels te schrappen, het ontslagrecht te versoepelen, en meer contractvrijheid toe te staan. Dit moet het makkelijker maken voor werkgevers om mensen aan te nemen en voor werknemers om te werken zoals zij willen.
“Het ontslagrecht moet worden versoepeld.”
“Het maximumaantal tijdelijke arbeidsovereenkomsten dat een werknemer en werkgever met elkaar mogen aangaan, wordt onbeperkt. Contractvrijheid is essentieel.”
“De wet DBA wordt ingetrokken en mensen mogen zelf bepalen of ze liever in loondienst gaan of als ZZP’er aan de slag gaan.”
“Minder regels voor ondernemers en bedrijven. Bureaucratie en regeldruk moeten worden teruggedrongen.”
BVNL wil dat mensen die kunnen werken, maar dat niet doen, worden aangespoord of verplicht om te participeren. Nieuwkomers krijgen pas na tien jaar recht op bijstand en moeten Nederlands leren om aanspraak te maken op sociale voorzieningen.
“331.000 migranten zouden kunnen werken maar doen dit niet. Die moeten met drang en dwang worden aangespoord om te participeren op de arbeidsmarkt.”
“Nieuwkomers hebben pas na 10 jaar arbeidsverleden recht op een bijstandsuitkering.”
“Geen Nederlands willen leren spreken betekent geen bijstandsuitkering. Voor sociale voorzieningen wordt een minimaal niveau van beheersing van de Nederlandse taal vereist.”
De VVD wil werkgelegenheid stimuleren door het aantrekkelijker te maken om mensen in dienst te nemen, werken meer te laten lonen dan uitkeringen, en bureaucratie op de arbeidsmarkt fors te verminderen. Ze pleiten voor een activerende sociale zekerheid, minder verplichtingen voor werkgevers, en gerichte ondersteuning voor mensen die (weer) aan het werk willen. De partij ziet werk als sleutel tot economische groei, integratie en persoonlijke ontwikkeling.
De VVD vindt dat werken financieel aantrekkelijker moet zijn dan het ontvangen van een uitkering. Ze willen de koppeling tussen uitkeringen en lonen loslaten, een uitkeringsplafond invoeren en lokale regelingen beperken zodat werken altijd loont.
“Wij laten deze koppeling los en herstellen het verschil tussen werk en uitkering. Voortaan stijgen de uitkeringen, behalve de AOW en regelingen voor arbeidsongeschikten, mee met de inflatie in plaats van met de lonen.”
“Het mag niet meer gebeuren dat iemand door een stapeling van uitkeringen en toeslagen meer te besteden heeft dan iemand die hard werkt om rond te komen. We voeren een plafond in op de totale steun die één huishouden kan ontvangen.”
“We hervormen deze lokale nivelleringsmachine door meer landelijke voorwaarden te stellen en regelingen waar nodig in te perken of landelijk te organiseren, zodat we ook bureaucratie verminderen. Het mag namelijk niet zo zijn dat werken voor een slechter inkomen zorgt dan een uitkering.”
De VVD wil het aannemen van personeel aantrekkelijker maken door werkgevers te ontlasten van langdurige verplichtingen bij ziekte en door minder verplichte vergoedingen bij ontslag. Dit moet vooral kleine ondernemers stimuleren om banen te creëren.
“We verlagen de drempel om personeel in dienst te nemen door het risico bij ziekte voor werkgevers te beperken. Vooral voor kleine ondernemers is het zwaar dat zij twee jaar loon moeten doorbetalen bij ziekte van een werknemer. We verkorten de termijn waarvoor kleine werkgevers aansprakelijk zijn en vervangen het tweede jaar voor een collectieve verzekering.”
“We zetten het mes in bureaucratische regels, moderniseren de werkloosheidswet door deze meer activerend te maken en geven meer ruimte voor maatwerk in cao’s, door de transitievergoeding niet langer verplicht te stellen.”
De VVD wil dat sociale zekerheid mensen sneller naar werk begeleidt, met strengere eisen aan bijstandsgerechtigden en meer ondersteuning voor omscholing en overstap naar sectoren met tekorten.
“We willen dat mensen zoveel mogelijk aan het werk gaan, ook als dat in deeltijd is. We bieden daarvoor de juiste hulpmiddelen, begeleiding en ondersteuning, zodat iedereen zijn of haar talenten kan benutten op de arbeidsmarkt.”
“Wie meer dan één keer passend werk weigert, moet gekort worden op de uitkering.”
“Uitkeringsgerechtigden die een geschikte baan weigeren, worden ook gekort. We willen dat gemeenten hier streng op handhaven, te vaak gebeurt dat nu niet.”
“Dat doen we door omscholing toegankelijk te maken, overstappers met een meerwerkbonus financieel te stimuleren, en overheidsinstanties met marktpartijen samen te laten werken om mensen naar werk te begeleiden.”
De VVD pleit voor een fundamentele hervorming van de arbeidsmarkt en sociale zekerheid, met minder regels en meer flexibiliteit voor werkgevers en werknemers. Dit moet leiden tot meer werkgelegenheid en economische groei.
“De VVD wil een totale herziening van de arbeidsmarkt en sociale zekerheid. Een forse deregulering zorgt voor meer banen, terwijl een zorgvuldige herziening zorgt voor behoud van zekerheid.”
“We willen dat werken loont en ondernemers beloond worden als zij mensen in dienst nemen en open staan voor nieuwe vormen van ondernemerschap.”
De VVD ziet werk als het belangrijkste instrument voor integratie en wil dat statushouders en vrouwen met een migratieachtergrond sneller aan het werk gaan, met specifieke aandacht voor begeleiding en het tegengaan van uitsluiting.
“Integreren doe je het beste op de werkvloer. Werk is het allerbelangrijkste instrument om integratie voor elkaar te krijgen en te voorkomen dat mensen afglijden in de criminaliteit of het fundamentalisme.”
“De VVD wil dat elke statushouder direct bij het krijgen van huisvesting een leerwerkplek of startbaan krijgt aangeboden en accepteert, in plaats van direct een uitkering.”
“De VVD wil dat vrouwen altijd zelfstandig met de gemeente kunnen spreken over werk, inkomen en schulden, zonder tussenkomst van man, familie of gemeenschap.”
DENK wil werkgelegenheid bevorderen door meer zekerheid te bieden aan werknemers, het makkelijker en aantrekkelijker maken voor werkgevers om vaste contracten aan te bieden, en het ondersteunen van zelfstandigen en MKB-ondernemers. De partij zet zich in voor het dichten van de loonkloof, het tegengaan van uitbuiting en discriminatie op de arbeidsmarkt, en het creëren van eerlijke kansen voor iedereen, inclusief jongeren en mensen met een migratieachtergrond.
DENK vindt dat te veel mensen in onzekere arbeidsconstructies werken en wil daarom meer zekerheid en vastigheid op de arbeidsmarkt. Werkgevers moeten gestimuleerd worden vaste contracten aan te bieden, en zekerheden voor werknemers moeten behouden blijven.
“Wij willen dat er meer zekerheid is voor mensen op de arbeidsmarkt. Daarom willen wij het financieel aantrekkelijker maken voor werkgevers om een vast contract aan te bieden aan hun werknemers.”
“Wij willen dat zekerheden op de arbeidsmarkt voor werknemers behouden blijven. Dat betekent dat wij ons uitspreken tegen een vermindering van de ontslagbescherming en dat wij behoud willen van de WW duur.”
“Voor diegenen die dat willen, zet DENK in op een arbeidsmarkt met meer vastigheid en zekerheid.”
DENK erkent het belang van zelfstandigen en wil hun positie versterken door wettelijke duidelijkheid te bieden, schijnzelfstandigheid aan te pakken en een betaalbare arbeidsongeschiktheidsverzekering te realiseren.
“Daarom komt er in de vorm van een werkbare definitie een wettelijke verankering van zelfstandigheid, zodat de huidige onduidelijkheid niet meer leidt tot onnodige verdringing van zelfstandigen van de arbeidsmarkt.”
“Daarnaast willen wij dat er een betaalbare en collectief georganiseerde verzekering voor arbeidsongeschiktheid komt voor zelfstandigen, waarbij we ook kijken naar opt out mogelijkheden. De kosten van deze verzekering moeten zo veel mogelijk door opdrachtgevers worden gedragen.”
DENK wil gelijke beloning voor mannen en vrouwen en voor mensen met en zonder migratieachtergrond, en pakt uitwassen in de uitzendbranche en arbeidsdiscriminatie aan.
“Wij willen dat de loonkloof wordt gedicht. Wij gaan wettelijk borgen dat het verschil in beloning tussen mannen en vrouwen, en tussen mensen met en zonder een migratieachtergrond, wordt opgeheven.”
“Uitwassen in uitzendbranche gaan wij tegen met een vergunningsysteem. Zo pakken wij uitbuiting van arbeidsmigranten en discriminatie aan.”
DENK erkent de rol van het MKB in het scheppen van werkgelegenheid en wil deze ondernemers ondersteunen met krediet, lagere lasten en minder regeldruk.
“Wij waarderen de belangrijke rol van ondernemers in het MKB in het creëren van banen en economische groei. Wij willen deze ondernemers steunen.”
“We richten een publieke kredietbank op voor kleine ondernemers. Die verstrekt eerlijke leningen aan ondernemers die bij gewone banken geen kans krijgen.”
“Wij willen een verlaging van de belastingen en lasten voor kleinere ondernemingen.”
DENK wil jongeren betere kansen bieden door een hoger minimumjeugdloon, stagegaranties en het aanpakken van stagediscriminatie.
“Een verhoging van het minimumjeugdloon, zodat jongeren eerlijk worden beloond voor hun werk. 18 jarigen gaan gewoon het wettelijk minimumloon verdienen.”
“Een stageplek, geregeld via een landelijke stagegarantie.”
“Stagediscriminatie keihard aanpakken, met mysteryguest onderzoeken, sancties voor bedrijven en naming & shaming bij bewezen discriminatie.”
JA21 wil werkgelegenheid stimuleren door het bedrijfsleven te ontlasten, de arbeidsmarkt flexibeler te maken en het volledige arbeidspotentieel van Nederlanders beter te benutten. Ze pleiten voor minder regeldruk, lagere lasten op arbeid, beperking van laaggeschoolde arbeidsmigratie en meer ruimte voor scholing en doorwerken na de AOW-leeftijd. Hun visie is dat economische groei en werkgelegenheid vooral ontstaan door ondernemers en werknemers ruimte te geven, niet door overheidsingrijpen.
JA21 ziet hoge lasten en regeldruk als belangrijke belemmeringen voor het aannemen van personeel en het creëren van banen. Door deze te verlagen, willen ze werkgevers stimuleren om meer mensen in dienst te nemen en zo de werkgelegenheid vergroten.
“Zij moeten juist gestimuleerd worden om personeel aan te nemen; dit doet JA21 door de regeldruk te verlagen, geen nieuwe regels te introduceren en de lasten voor het bedrijfsleven niet te verhogen.”
“Werkgevers die personeel willen aannemen en mensen aan het werk willen zetten schrikken terug van hoge lasten en regeldruk. Zij moeten juist gestimuleerd worden om personeel aan te nemen; dit doet JA21 door de regeldruk te verlagen, geen nieuwe regels te introduceren en de lasten...”
“Het bedrijfsleven creëert banen en zorgt voor innovatie. De overheid moet daarbij faciliterend optreden en vooral niet in de weg zitten.”
JA21 wil de arbeidsmarkt moderniseren en flexibeler maken, onder meer door het versoepelen van het ontslagrecht, het vereenvoudigen van regelgeving voor ZZP’ers en het werkbaarder maken van het ziekte- en arbeidsongeschiktheidsstelsel. Dit moet de drempel voor werkgevers om personeel aan te nemen verlagen en de werkgelegenheid bevorderen.
“Ontslagrecht versoepelen zodat de drempel voor werkgevers om personeel aan te nemen verlaagd wordt.”
“Regelgeving voor ZZP’ers vereenvoudigen. JA21 wil de Wet DBA verbeteren en hiervoor kijken naar het Belgisch model om ZZP’ers meer ruimte en duidelijkheid te geven.”
“Het ziekte- en arbeidsongeschiktheidsstelsel weer werkbaar maken.”
JA21 wil het volledige arbeidspotentieel van Nederlanders benutten door in te zetten op scholing, omscholing en het activeren van mensen die nu aan de kant staan. Dit moet zowel de werkgelegenheid verhogen als personeelstekorten verminderen.
JA21 ziet ongerichte en laaggeschoolde arbeidsmigratie als een bedreiging voor de werkgelegenheid van Nederlanders en wil deze beperken. Alleen waar echt tekorten zijn en onder strikte voorwaarden steunen zij arbeidsmigratie.
JA21 wil werken aantrekkelijker maken door het belasting- en toeslagenstelsel te vereenvoudigen en de marginale druk fors te verlagen, zodat werken altijd meer oplevert dan niet werken.
“Werken weer laten lonen met een sterk vereenvoudigd stelsel van toelagen, dat niet primair inkomensafhankelijk is en waarmee de marginale druk fors omlaag gaat.”
“JA21 wil werknemers motiveren meer te werken, en pleit daarom voor een nieuw en sterk vereenvoudigd belastingstelsel, waarmee we de marginale druk fors verlagen – zo houden werkende Nederlanders meer over per verdiende euro.”
JA21 wil het mogelijk maken om na de AOW-leeftijd door te werken zonder fiscale of financiële belemmeringen, om zo de arbeidsparticipatie van ouderen te vergroten.
“Doorwerken na AOW-leeftijd zonder fiscale of financiële belemmeringen mogelijk maken.”
De SGP ziet werkgelegenheid als een kernverantwoordelijkheid van ondernemers en overheid, waarbij stabiele banen, aantrekkelijk ondernemingsklimaat en het stimuleren van de maakindustrie centraal staan. De partij wil werkgelegenheid bevorderen door lastenverlichting voor werkgevers, het aantrekkelijker maken van vaste contracten, en gerichte investeringen in MBO, technologie en regionale economie. Tegelijkertijd pleit de SGP voor het tegengaan van arbeidskrapte en het ondersteunen van kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt.
De SGP wil het voor werkgevers aantrekkelijker maken om mensen in vaste dienst te nemen door lasten te verlagen en flexwerk te beperken. Dit moet zorgen voor meer stabiele werkgelegenheid en minder onzekerheid voor werknemers.
“Het vaste contract wordt aantrekkelijker gemaakt, onder andere door werkgeverslasten te verlichten en meer ruimte te bieden voor tussenvormen.”
“De winstbelasting voor het bedrijfsleven en de werkgeverslasten worden verlicht, vooral gericht op het mkb. Vaak zijn dit familiebedrijven, ondernemingen in de maakindustrie en andere bedrijven die zorgen voor veel werkgelegenheid.”
De SGP ziet de maakindustrie en het MBO als cruciaal voor de werkgelegenheid en wil deze sectoren aantrekkelijker maken, onder meer door overheidsstimulering en samenwerking met het bedrijfsleven.
“Werken in de maakindustrie moet op alle mogelijke manieren aantrekkelijker worden gemaakt en gestimuleerd, ook door de overheid.”
“Overheid en bedrijfsleven zetten actief in op de werving van jongeren voor het middelbaar beroepsonderwijs.”
“De start van bedrijfs(vak)scholen bij mkb-bedrijven wordt financieel gestimuleerd.”
De SGP wil de arbeidskrapte verminderen door mensen aan de kant van de arbeidsmarkt te activeren en werkgevers te ondersteunen bij het aannemen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
“Een werkoffensief moet ervoor zorgen dat mensen die in deze krappe arbeidsmarkt aan de kant zitten weer aan het werk gaan.”
“De no-riskpolis wordt breed beschikbaar ter ondersteuning van werkgevers die iemand met een beperking in dienst nemen.”
“Het wordt voor bedrijven eenvoudiger mensen uit de doelgroep banenafspraak aan het werk te helpen door te snoeien in het aantal loketten en subsidies.”
De SGP benadrukt het belang van een voorspelbaar en aantrekkelijk ondernemingsklimaat, zodat bedrijven kunnen investeren en banen kunnen creëren.
“Ondernemers zijn de motor van onze economie. Ze zorgen voor banen, zodat anderen kunnen werken voor hun dagelijks brood.”
“Basisvereiste hiervoor is voorspelbaar overheidsbeleid zodat ondernemers weten waar zij van op aan kunnen, zeker ook ten aanzien van belastingen.”
“Overheid en bedrijfsleven maken afspraken in een langjarig, nationaal ondernemersakkoord over onder meer belastingklimaat, regeldruk, verduurzaming en financiering.”
De SGP wil onzekerheid bij flexwerkers en zzp’ers verminderen door heldere regelgeving en het tegengaan van schijnzelfstandigheid, maar met ruimte voor keuzevrijheid.
“De positie van de flexwerker wordt verbeterd om onzekerheid in werk en inkomen tegen te gaan, met oog voor die flexwerkers die juist behoefte hebben aan keuzevrijheid ten aanzien van hoeveel en wanneer zij werken.”
“Met de zelfstandigenwet wordt hiervoor een sectoraal rechtsvermoeden en een toets op zelfstandigheid en werkrelatie geïntroduceerd. Dat biedt vooraf duidelijkheid aan de zelfstandige en opdrachtgever.”
BBB ziet werkgelegenheid als essentieel voor bestaanszekerheid, regionale ontwikkeling en sociale samenhang. De partij wil werkgelegenheid stimuleren door arbeidsmarkthervormingen, het versterken van de maakindustrie en het mkb, investeren in vakmanschap en innovatie, en gerichte arbeidsmigratie voor sectoren met tekorten. BBB legt nadruk op regionale spreiding van werk, het waarderen van álle vormen van arbeid en het verminderen van regeldruk voor ondernemers.
BBB wil de arbeidsmarkt hervormen om vaste banen aantrekkelijker te maken, regeldruk te verminderen en werkenden meer zekerheid te bieden. Dit moet leiden tot meer werkgelegenheid, minder ziekteverzuim en een eerlijkere arbeidsmarkt, vooral voor het mkb.
“We investeren in een flexibele en toekomstbestendige arbeidsmarkt die kansen biedt aan iedereen.”
“Hierbij hanteren we als uitgangspunt dat vaste arbeidscontracten minder vast worden en flexibele arbeidscontracten minder flexibel worden.”
“Door de loondoorbetalingstermijn terug te brengen naar één jaar voor kleinere werkgevers, maken we het arbeidsmarktbeleid eerlijker en stimuleren we vaste contracten.”
BBB wil dat alle regio’s profiteren van economische groei door te investeren in vakmanschap, praktisch onderwijs en de maakindustrie. Dit moet regionale werkgelegenheid versterken en economische achterstanden tegengaan.
“BBB wil dat alle regio’s profiteren van economische groei, met meer aandacht voor vakmanschap, praktisch onderwijs en het benutten van lokaal arbeidspotentieel.”
“Er moet worden ingezet op een sterke maakindustrie, omdat deze sector essentieel is voor economische groei, innovatie en werkgelegenheid.”
“Energietechniek en industriële toepassingen die bijdragen aan strategische autonomie en werkgelegenheid in de maakindustrie in Nederland.”
BBB ziet het mkb en kleine ondernemers als de ruggengraat van werkgelegenheid en wil hen ondersteunen door regeldruk te verminderen en toegang tot financiering en overheidsopdrachten te verbeteren.
“Mkb’ers en kleine zelfstandigen zijn de ruggengraat van de Nederlandse economie. Ze zorgen voor werk, vakmanschap, levendige dorpen en persoonlijke dienstverlening.”
“BBB wil ruimte geven aan ondernemers, regels terugdringen, strategische sectoren versterken en investeren in innovatie en vakmanschap in de regio.”
BBB wil arbeidsmigratie beperken tot sectoren met structurele tekorten en focust op vakmensen die aantoonbaar bijdragen aan de economie, om zo knelpunten op de arbeidsmarkt en werkgelegenheidstekorten op te lossen.
“Arbeidsmigratie moet gericht zijn op die beroepsgroepen waar structurele tekorten bestaan én waar de inzet van vakbekwame mensen bijdraagt aan duurzame economische ontwikkeling.”
“BBB wil daarom een zorgvuldig, selectief en circulair arbeidsmigratiebeleid van buiten de EU, gericht op vakmensen met aantoonbare economische en maatschappelijke meerwaarde; van verpleegkundigen tot elektriciens en van lassers tot gespecialiseerde koks.”
BBB wil investeren in scholing en innovatie die aansluiten bij de behoeften van de regio en de kracht van mensen, zodat werkgelegenheid toekomstbestendig blijft en iedereen kan meedoen.
BIJ1 ziet werkgelegenheid als een recht en pleit voor structurele hervormingen die werk eerlijker, veiliger en toegankelijker maken voor iedereen. De partij wil het minimumloon fors verhogen, de werkweek verkorten, werknemers meer zeggenschap geven en basisbanen garanderen. BIJ1 richt zich op het bestrijden van uitbuiting, het versterken van werknemersrechten en het creëren van duurzame, rechtvaardige werkgelegenheid.
BIJ1 wil het minimumloon direct verhogen naar €19 per uur, het minimumjeugdloon afschaffen en het minimumloon koppelen aan 60% van het mediaan inkomen. Daarnaast wil de partij de werkweek verkorten naar 30 uur met behoud van loon en vaste contracten na 9 maanden verplicht stellen. Dit moet werk aantrekkelijker en eerlijker maken en bestaanszekerheid vergroten.
“Het minimumloon verhogen we direct naar € 19 per uur. Met een gelijke verhoging van de AOW (pensioen) en de bijstandsuitkering. We koppelen het minimumloon aan 60% van het mediaan inkomen, zodat het structureel meestijgt met andere lonen. Het minimumjeugdloon schaffen we af en trekken we gelijk met het minimumloon voor volwassenen.”
“We schaffen de 40-urige werkweek af en gaan naar een 30-urige werkweek met behoud van hetzelfde loon.”
“Werknemers die langer dan 9 maanden met een tijdelijk contract werken, krijgen een vast contract.”
BIJ1 beschouwt werk als een recht en wil dat de overheid basisbanen garandeert met fatsoenlijk salaris, vooral om maatschappelijke uitdagingen aan te pakken. De partij wil een toegankelijke arbeidsmarkt, met extra aandacht voor mensen met een handicap en het afschaffen van sancties en tegenprestaties in de bijstand.
“Van werk maken we een recht met een basisbaan. Iedereen heeft het recht op werk met een fatsoenlijk salaris, en daar gaat de overheid voor zorgen.”
“We steken meer geld in scholingsprogramma’s voor mensen zonder werk. De norm wordt: op aanvraag geaccrediteerde cursussen en opleidingen kunnen volgen.”
“Tegenprestaties en sancties voor mensen in de bijstand schaffen we af.”
BIJ1 wil dat werknemers meer zeggenschap krijgen over hun werk en het beleid van bedrijven. Nieuwe bedrijven moeten standaard werknemerscoöperaties zijn, bestaande grote bedrijven krijgen een transitieplicht naar werknemersaandelen, en vakbonden krijgen meer rechten op de werkvloer.
“Nieuwe bedrijven worden standaard opgericht als werknemerscoöperaties.”
“Met meer dan 100 werknemers krijgen een transitieplicht: binnen 10 jaar moet het merendeel van de aandelen in handen zijn van de werknemers.”
“Vakbonden krijgen het recht om werkvloeren te bezoeken. Zo kunnen zij hun taak om de belangen van werknemers te ondersteunen beter uitvoeren en eventuele misstanden signaleren.”
De partij wil arbeidsmigranten en ongedocumenteerde werkenden dezelfde rechten geven als andere werknemers, inclusief bescherming tegen ontslag en uitbuiting. Werkgevers worden verplicht het minimumloon te betalen, ook bij grensoverschrijdend werk.
“Arbeidsmigranten en ongedocumenteerde mensen verdienen dezelfde rechten als elke andere werknemer.”
“Werkgevers worden verplicht het minimumloon te betalen, ook als de arbeiders via een wervingsbureau over de grens werken.”
“We verbieden het koppelen van werk en woonruimte, waarbij ontslag gelijk staat aan dakloos worden.”
GroenLinks-PvdA wil werkgelegenheid stimuleren door te investeren in goed betaalde, zekere banen, vooral in sectoren van de toekomst, en door het sociaal vangnet te versterken zodat iedereen kan meedoen. Ze zetten in op hogere lonen, vaste contracten, omscholing naar kraptesectoren en het tegengaan van uitbuiting en onzeker werk. De partij kiest voor een inclusieve arbeidsmarkt waarin werk moet lonen en niemand wordt buitengesloten.
GroenLinks-PvdA wil de economie hervormen zodat werkenden zekerheid en een eerlijk loon krijgen, met nadruk op vaste contracten en het stimuleren van werkgelegenheid in toekomstbestendige sectoren. Ze willen afscheid nemen van bedrijven die draaien op uitbuiting en zetten in op een hoger minimumloon en een groot loonakkoord.
“Wij kiezen daarom voor goed betaalde banen in de sectoren van de toekomst. We nemen afscheid van bedrijven die hier alleen kunnen bestaan door belastingvoordelen en uitbuiting van werknemers.”
“We sluiten een Groot Loonakkoord met vakbonden en werkgevers. Daarin maken we afspraken over hogere lonen in ruil voor investeringen in infrastructuur, onderzoek en technologie.”
“We verhogen het minimumloon naar 18 euro per uur.”
De partij wil werkgelegenheid vergroten door mensen actief te begeleiden naar sectoren met personeelstekorten, zoals techniek, zorg en onderwijs. Investeringen in omscholing, bijscholing en een leven lang leren zijn essentieel om mensen aan het werk te houden en tekorten te verminderen.
“We investeren in om-, her- en bijscholing, en in zij-instroom. We maken hierover afspraken met sociale partners, het onderwijs en de regio’s in de een werk-ontwikkel-aanpak.”
“We zetten in op laagdrempelige en aantrekkelijke omscholingstrajecten voor kraptesectoren, en bieden extra ondersteuning voor zij-instromers.”
“We breiden daarom specifiek opleidingen uit voor kraptesectoren in bijvoorbeeld techniek en zorg, en maken het makkelijk voor mensen om als zij-instromer een technisch beroep te doen.”
Om werk aantrekkelijker te maken en mensen te stimuleren deel te nemen aan de arbeidsmarkt, wil GroenLinks-PvdA dat werken altijd loont en dat de stap uit een uitkering veilig is. Ze pleiten voor een toegankelijker sociaal vangnet, hogere uitkeringen en het mogelijk maken om bij te verdienen vanuit een uitkering.
“Werk moet daarnaast lonen en de stap uit de uitkering mag geen sprong in het diepe zijn. Daarom zorgen we voor een terugvaloptie en maken we het mogelijk om vanuit een uitkering bij te verdienen.”
“We werken aan inkomenszekerheid en perspectief voor mensen die een beroep moeten doen op het sociale vangnet.”
“We zorgen voor een bijstandsvoorziening die voorziet in een menswaardig bestaan, zowel in Europees- als in Caribisch Nederland.”
De partij wil uitbuiting en onzekerheid op de arbeidsmarkt bestrijden door vaste contracten te stimuleren, nuluren- en oproepcontracten af te schaffen en schijnconstructies hard aan te pakken. Werkgevers worden verplicht om banen te creëren voor mensen met een beperking en discriminatie wordt bestreden.
“We maken een einde aan nuluren- en oproepcontracten. Er blijven drie contractvormen over.”
“Werkgevers die hun werknemers gedurende het laagseizoen ‘op vakantie sturen’ in de WW pakken we hard aan. We maken daarnaast een einde aan de praktijk waarbij werkgevers en uitzendbureaus werknemers voor vast werk onzekere contracten bieden.”
“We ondersteunen werkgevers bij het faciliteren van banen voor mensen met een beperking.”
Het CDA ziet werkgelegenheid als essentieel voor persoonlijke ontwikkeling, bestaanszekerheid en sociale samenhang. De partij wil werk voor iedereen bereikbaar maken door meer zekerheid te bieden aan werknemers, flexwerkers en zelfstandigen, en door gerichte ondersteuning voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Concrete voorstellen zijn de invoering van de basisbaan, hervorming van de Participatiewet, meer begeleiding en scholing, en het aantrekkelijker maken van werkgeverschap.
Het CDA wil dat iedereen die kan werken, ook daadwerkelijk aan het werk komt, met speciale aandacht voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Hiervoor worden sociale ontwikkelbedrijven ingezet en wordt de basisbaan ingevoerd, zodat niemand langdurig buitenspel staat.
“Via de sociale ontwikkelbedrijven en gemeenten kan door de invoering van de basisbaan iedereen in Nederland aan het werk of op weg naar passend werk.”
“Sociaal ontwikkelbedrijven leveren een belangrijke bijdrage aan de integratie en participatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en zijn een essentieel onderdeel van de sociale zekerheid. We werken toe naar landelijke dekking van ontwikkelbedrijven.”
Het CDA wil de tweedeling op de arbeidsmarkt tegengaan door flexwerkers meer zekerheid te bieden en werkgeverschap aantrekkelijker te maken. Dit moet zorgen voor meer vaste banen en minder onzekerheid, zodat werken altijd loont en mensen durven kiezen voor werk boven een uitkering.
“We willen werknemers meer zekerheid bieden en werkgeverschap aantrekkelijker maken. Daarom moet het arbeidsmarktpakket dat met sociale partners is afgesproken met urgentie worden doorgezet. Het gaat dan onder meer om meer zekerheid voor flexwerkers, een nieuwe crisisregeling voor personeelsbehoud en wetgeving voor het tweede ziektejaar.”
“Voor mensen met een uitkering die aan het werk gaan, willen we tijdelijke mogelijkheden om terug te keren naar de oude uitkering als het werken onverhoopt niet gaat. Zodat mensen durven kiezen voor een baan, ook als dat onzeker voelt, in plaats van de zekerheid van een uitkering.”
Het CDA benadrukt het belang van een leven lang ontwikkelen, met extra aandacht voor mensen van wie banen verdwijnen door technologische ontwikkelingen, senioren en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Scholing en begeleiding moeten de overstap naar ander werk makkelijker maken en de positie op de arbeidsmarkt versterken.
“Het is belangrijk dat mensen zich een leven lang blijven ontwikkelen, voor henzelf, voor werkgevers en voor de samenleving. Soms is ondersteuning nodig: van school naar werk, van werk naar werk, van ziek naar weer gezond, en bij ingrijpende levensmomenten.”
“We roepen werkgevers op hun trainingsbudgetten juist ook aan te wenden voor senioren of medewerkers van wie de baan door technologische ontwikkeling verdwijnt.”
“We stimuleren opleidings- en ontwikkelingsfondsen om gezamenlijk vorm te geven aan ‘werk naar werk’, de transitie tussen sectoren, het verwerven van algemene vaardigheden en het versterken van de positie van senioren op de arbeidsmarkt.”
Het CDA wil de positie van zelfstandigen verduidelijken en schijnzelfstandigheid tegengaan. Zelfstandigen moeten verantwoordelijkheid nemen voor hun inkomensvoorziening bij arbeidsongeschiktheid en pensioen, terwijl opdrachtgevers en opdrachtnemers weten waar ze aan toe zijn.
“We maken de positie van zelfstandigen duidelijker door wetgeving aan te passen en te blijven inzetten op goede communicatie. Zelfstandigen moeten verantwoordelijkheid nemen voor een inkomensvoorziening bij arbeidsongeschiktheid (ook voordat de Basisverzekering Arbeidsongeschiktheid voor Zelfstandigen in werking treedt) en een toereikend pensioen.”
“We zetten de handhaving door de Belastingdienst op schijnzelfstandigheid door en introduceren een rechtsvermoeden van werknemerschap onder een bepaald tarief.”
Het CDA wil het stelsel van ziekte en arbeidsongeschiktheid hervormen om sneller herstel en re-integratie naar werk te bevorderen. De nadruk ligt op passend werk, preventie en vereenvoudiging van regels, zodat meer mensen duurzaam aan het werk blijven of terugkeren.
“We herzien het stelsel voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering met de nadruk op passend werk, snellere interventie, preventie en duurzame re-activatie, op basis van het advies van de Octas, in relatie tot de Ziektewet.”
“We verlichten de verantwoordelijkheden voor werkgevers door in het tweede ziektejaar zekerheid te bieden dat de werknemer kan worden begeleid naar werk buiten de organisatie met een verzuim-ontzorg-verzekering, zoals afgesproken in het arbeidsmarktpakket.”
D66 ziet werkgelegenheid als essentieel voor een sterke, eerlijke en toekomstbestendige samenleving. Ze willen werk aantrekkelijker maken door hogere lonen, lagere belastingen, het stimuleren van vaste contracten en het aanpakken van personeelstekorten via innovatie, omscholing en gerichte arbeidsmigratie. De partij zet in op gelijke kansen, eerlijke arbeidsvoorwaarden en het verkleinen van verschillen tussen werknemers en zelfstandigen.
D66 wil werken aantrekkelijker maken door het minimumloon te verhogen, belastingen op arbeid te verlagen en een belastingkorting te geven aan mensen die meer werken. Dit moet bijdragen aan meer werkgelegenheid en het oplossen van personeelstekorten.
“Als je werkt, heb je recht op een fatsoenlijk salaris. Daarom verlagen we het tarief in de eerste en tweede schijf van de inkomstenbelasting en verhogen we het minimumloon. De komende jaren is iedereen keihard nodig op de werkvloer. Daarom komt er een belastingkorting voor mensen die minstens vier dagen per week werken, wat een netto belastingvoordeel van minimaal €600 euro per jaar betekent.”
“Als je werkt, verdien je een goed en eerlijk loon. D66 zorgt daarom voor hogere lonen en lagere belastingen.”
D66 wil personeelstekorten aanpakken door innovatie te stimuleren, mensen te helpen overstappen naar krapteberoepen en arbeidsmigratie gericht in te zetten voor sectoren waar mensen echt nodig zijn. Tegelijkertijd willen ze uitbuiting van arbeidsmigranten tegengaan en de nadruk leggen op vakkrachten.
“We investeren in innovatie en maken het aantrekkelijker om (meer) te werken. Maar dat alleen is niet genoeg. Daarom zet D66 ook in op arbeidsmigratie: gericht, menselijk en slim. Zo houden we onze samenleving draaiend, blijven onze voorzieningen toegankelijk en onze economie sterk.”
“D66 wil een landelijke krapteaanpak. Samen met werkenden, ondernemers en de overheid stimuleren we mensen om over te stappen naar beroepen waar de krapte het grootst is. We beginnen met de zorg, het onderwijs en de techniek.”
“We kiezen voor vakkrachten en kenniswerkers die ons vooruit helpen naar een groene en leefbare toekomst, bij bedrijven en sectoren waar innovatie en eerlijk werkgeverschap vooropstaan.”
D66 wil de verschillen tussen werknemers en zelfstandigen verkleinen, oneerlijke concurrentie tegengaan en zorgen voor gelijke beloning en kansen op de werkvloer. Ze pleiten voor verplichte pensioenopbouw, uitbreiding van ouderschapsverlof en een wettelijke minimum stagevergoeding.
“D66 wil daarom de verschillen tussen deze groepen werkenden verkleinen en oneerlijke concurrentie voorkomen.”
“We maken een einde aan oneerlijke concurrentie tussen verschillende typen werkenden, of je nu in loondienst bent of werkt als zelfstandige.”
“D66 staat voor eerlijke kansen op de werkvloer. Dat betekent: gelijke beloning voor gelijk werk. Maar óók ruimte voor zorgtaken en concrete verplichtingen voor bedrijven. D66 wil het ouderschapsverlof uitbreiden en een wettelijke minimum stagevergoeding voor iedereen.”
D66 wil het aantrekkelijker maken voor werkgevers om vaste contracten aan te bieden door de verplichte loondoorbetaling bij ziekte te verkorten. Ook pleiten ze voor fundamentele hervorming van de WIA en een betere aansluiting tussen onderwijs en werk.
“Om ondernemers te stimuleren om meer vaste contracten aan te bieden wil D66 de verplichte loondoorbetaling bij ziekte verkorten naar 1 jaar.”
“De Wia (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) werkt op dit moment onvoldoende. De instroom groeit, de regels zijn onduidelijk en mensen krijgen niet altijd waar ze recht op hebben. Fundamentele hervorming is nodig.”
“Leven lang ontwikkelen vraagt een goede aansluiting tussen onderwijs en werk. Het vraagt daarnaast om méér leren op de werkvloer. Daarom wil D66 een persoonlijk leerbudget...”
NSC ziet werkgelegenheid als essentieel voor bestaanszekerheid en wil dat zoveel mogelijk mensen duurzaam en volwaardig kunnen deelnemen aan de arbeidsmarkt. De partij zet in op vaste contracten als norm, gerichte scholing en omscholing, het aantrekkelijker maken van werk voor kwetsbare groepen, en het versterken van het mkb als motor voor werkgelegenheid. Concrete voorstellen zijn onder meer het persoonlijk ontwikkelbudget voor werkenden, het bestrijden van schijnzelfstandigheid, en het stimuleren van banen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
NSC wil de onzekerheid op de arbeidsmarkt terugdringen door vaste contracten weer de norm te maken en flexwerk te beperken tot uitzonderingen. Dit moet zorgen voor meer zekerheid en bescherming voor werkenden, en een gelijk speelveld creëren tussen verschillende contractvormen.
“We zorgen ervoor dat minimaal 7 op de 10 werkenden straks een vast contract heeft.”
“Dit betekent dat normale dienstverbanden de norm worden. Uitzendarbeid is uitsluitend om ‘piekte en ziekte’ op te vangen en zelfstandigen krijgen duidelijkheid over de kaders waarbinnen zij kunnen ondernemen.”
Om werkenden inzetbaar te houden en werkzoekenden sneller aan een baan te helpen, zet NSC in op een persoonlijk ontwikkelbudget, gerichte scholingssubsidies en omschoolbanen, vooral in sectoren met personeelstekorten. Dit moet de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt verbeteren.
“Alle werkenden krijgen daarom een persoonlijk ontwikkelbudget, dat hen in staat stelt om zich persoonlijk te blijven ontwikkelen.”
“De transitievergoeding wordt meer gericht op het mogelijk maken van een overstap naar een nieuwe baan of scholing, en daarom voortaan gestort in het persoonlijk ontwikkelbudget van werkenden.”
“Samen met werkgevers creëren we omschoolbanen in sectoren waar een personeelstekort is. Zo krijgen werklozen sneller uitzicht op een nieuwe baan en inkomen.”
“Het UWV en gemeentelijke diensten stellen geld beschikbaar voor de zogeheten ‘sectorale ontwikkelpaden’ (die zijn opgesteld voor beroepen in sectoren die schreeuwen om personeel) als het persoonlijk ontwikkelbudget van werkzoekenden onvoldoende is.”
NSC wil dat mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zoals mensen met een beperking of statushouders, meer kansen krijgen op werk. Hiervoor worden werkgevers ondersteund en worden extra arbeidsplaatsen en startbanen gecreëerd.
Het mkb en de maakindustrie zijn volgens NSC cruciaal voor de Nederlandse werkgelegenheid, vooral buiten de Randstad. De partij wil de regeldruk voor mkb’ers verlagen en investeren in technische opleidingen en regionale innovatie om banen te behouden en te creëren.
“Het midden- en kleinbedrijf (mkb) en familiebedrijven zijn de ruggengraat van de Nederlandse economie. Ze zorgen voor het grootste deel van de werkgelegenheid, zijn vaak diepgeworteld in hun regio en investeren duurzaam.”
“De maakindustrie in de regio is van vitaal belang voor werkgelegenheid en economische kracht buiten de Randstad.”
NSC wil schijnzelfstandigheid tegengaan en de sociale en fiscale behandeling van werkenden gelijk trekken, zodat er geen oneerlijke concurrentie is op arbeidsvoorwaarden en kwetsbare groepen beter beschermd worden.
“Schijnzelfstandigheid en oneerlijke concurrentie moet worden bestreden. In de wet wordt verankerd dat bij zelfstandigen die werken met een uurtarief onder € 36,- sprake is van een rechtsvermoeden van werknemerschap.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) wil werkgelegenheid toekomstbestendig, eerlijk en inclusief maken, met nadruk op groene sectoren, sociale zekerheid en gelijke behandeling. Ze pleiten voor publieke baangaranties, betere bescherming van kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt, en investeren in sectoren met maatschappelijke waarde. Hun visie is dat werkgelegenheid niet ten koste mag gaan van mens, dier of planeet, maar juist moet bijdragen aan welzijn en duurzaamheid.
PvdD wil dat de overheid actief zorgt voor werkgelegenheid in duurzame sectoren, met omscholing en inkomensbescherming voor werknemers. Dit moet de transitie naar een groene economie sociaal rechtvaardig maken en nieuwe, zinvolle banen creëren.
“De overheid biedt aantrekkelijke omscholing, publieke baangaranties en bescherming van inkomens voor groene en zinvolle banen.”
“We investeren in sectoren met grote maatschappelijke waarde en lage ecologische druk, zoals zorg, onderwijs, duurzame bouw, hernieuwbare energie en reparatiesectoren.”
De partij wil dat mensen met een beperking recht krijgen op betekenisvol werk met goede begeleiding en een volwaardig inkomen, ondersteund door voldoende middelen voor gemeenten.
“Mensen met een beperking krijgen recht op werk via sociale werkvoorzieningen met betekenisvol werk dicht bij huis, goede begeleiding en een volwaardig inkomen.”
“We zorgen voor betere ondersteuning op de werkvloer en toegankelijke werkplekken voor mensen met een beperking, bijvoorbeeld prikkelarme ruimtes voor neurodivergente mensen.”
PvdD streeft naar gelijke rechten en beloning voor arbeidsmigranten, met strengere regulering van uitzendbureaus en afschaffing van fiscale voordelen voor buitenlandse werknemers.
“Iedereen die in Nederland werkt – waar je ook vandaan komt – heeft recht op gelijke behandeling, goede huisvesting en bescherming tegen uitbuiting.”
“Gelijk loon en gelijke rechten voor gelijk werk wordt de norm.”
“De expatregeling en andere fiscale voordelen waarmee bedrijven buitenlandse werknemers aantrekken, schaffen we af.”
De partij wil de positie van werknemers versterken door vaste contracten te stimuleren, flexwerk te beperken, en gelijke beloning wettelijk te waarborgen.
“We beperken arbeidscontracten tot vaste en tijdelijke contracten voor regulier werk, uitzendcontracten voor piekperiodes, en zelfstandigencontracten voor zzp’ers.”
“Gelijke functies verdienen gelijke beloning. We voeren een Wet Gelijke Beloning in waarmee de genderloonkloof verdwijnt.”
PvdD wil het onderwijs beter laten aansluiten op de arbeidsmarkt van de toekomst, met nadruk op circulaire ambachten en praktijkgericht mbo.
“Het onderwijs moet beter aansluiten op toekomstige behoeften, waardoor mensen worden opgeleid voor een toekomstbestendige en duurzame arbeidsmarkt.”
“We investeren in praktijkgericht middelbaar beroepsonderwijs waardoor er ook in de toekomst voldoende vakmensen zijn.”
De ChristenUnie ziet werk als meer dan alleen inkomen: het is een bron van eigenwaarde, structuur en sociale zekerheid. Hun beleid richt zich op het bevorderen van duurzame werkgelegenheid, het tegengaan van flexwerk en uitbuiting, het aantrekkelijker maken van vast werk, en het ondersteunen van kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt. Concrete voorstellen zijn onder meer het verlagen van belastingen op werk, het reguleren van de uitzendsector, het verkleinen van verschillen tussen zzp’ers en werknemers, en het investeren in vakmensen en stageplaatsen.
De ChristenUnie wil dat werkgelegenheid bijdraagt aan sociale zekerheid, eigenwaarde en verbondenheid. Ze pleiten voor duurzame arbeidsverhoudingen, het aantrekkelijker maken van vast werk, en het tegengaan van flexwerk en uitbuiting. Werk moet lonen en iedereen moet kunnen meedoen, ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
“Een baan is de beste vorm van sociale zekerheid. Iedereen die aan de kant staat of een afstand heeft tot de arbeidsmarkt, moet volwaardig kunnen meedoen in de samenleving.”
“We willen af van de situatie dat tijdelijke werknemers voor een werkgever goedkoper zijn dan werknemers die voor onbepaalde tijd in dienst zijn. We streven duurzame arbeidsverhoudingen na tussen werkgevers en werknemers.”
“Werkenden met gewone inkomens – van een minimumloon tot circa twee keer modaal – moeten netto meer overhouden van hun loon.”
“Het is de hoogste tijd om werk te maken van deze plannen en werknemers meer zekerheid te geven. Bijvoorbeeld via de wetsvoorstellen ‘Meer zekerheid flexwerkers’ en ‘Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden’, die spoedig door de Tweede Kamer behandeld moeten worden.”
De partij wil de negatieve gevolgen van doorgeschoten flexibilisering aanpakken, de uitzendsector strenger reguleren en schijnconstructies tegengaan. Dit moet uitbuiting en onzekerheid voor werknemers, vooral arbeidsmigranten, verminderen.
“Strenge controle van de uitzendsector. Er wordt streng toegezien op de naleving van het nieuwe toelatingsstelsel voor de uitzendbranche.”
“Sectoren die geen verbetering laten zien in hoe ze met mensen omgaan (zoals de vleessector), krijgen een uitzendverbod opgelegd.”
“Pak schijnconstructies aan. Er zijn Europese afspraken nodig over vestigingseisen voor ondernemingen om brievenbusfirma’s te voorkomen.”
De ChristenUnie wil de kloof tussen zelfstandigen en werknemers dichten door een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering en het afbouwen van fiscale voordelen voor zzp’ers. Dit moet oneerlijke concurrentie en schijnzelfstandigheid tegengaan.
“De verschillen tussen zelfstandigen en werknemers in loondienst worden verkleind. Een verplichte verzekering tegen arbeidsongeschiktheid is noodzakelijk. Fiscale voordelen voor zelfstandigen worden in een verstandig tempo omgevormd naar één werkendenkorting.”
Om de toekomstige werkgelegenheid te waarborgen, investeert de ChristenUnie in beroepsonderwijs, positieve beeldvorming van vakmanschap en samenwerking tussen onderwijs en werkgevers. Dit moet jongeren betere kansen geven op de arbeidsmarkt.
“We zetten in op positieve beeldvorming en stimuleren jongeren om vol vertrouwen te kiezen voor het vmbo en het mbo. Er komt gericht beleid voor meer praktisch gericht onderwijs, bijvoorbeeld de techniekhavo.”
“De samenwerking tussen mbo-instellingen en werkgevers wordt versterkt, zodat elke jongere verzekerd is van een kwalitatief goede stageplaats, inclusief stagevergoeding.”
FVD ziet werkgelegenheid als direct verbonden met het stimuleren van ondernemerschap, het versterken van het beroepsonderwijs en het verminderen van afhankelijkheid van arbeidsmigratie. De partij wil het MKB en ZZP’ers ontlasten van regels en lasten, en jongeren praktisch opleiden voor toekomstbestendige beroepen, zodat banen behouden blijven en lonen in Nederland blijven. Hun visie is dat minder overheidsbemoeienis en meer focus op vakmanschap leiden tot een sterke, zelfredzame arbeidsmarkt.
FVD beschouwt het MKB en zelfstandigen als de motor van de werkgelegenheid en wil hen stimuleren door lasten en regels te verlagen. Dit moet het aannemen van personeel aantrekkelijker maken en ondernemerschap bevorderen, waardoor meer banen ontstaan en behouden blijven.
“MKB’ers en ZZP’ers zijn geen probleem dat gereguleerd moet worden, maar de motor van onze samenleving die juist gestimuleerd hoort te worden. En de ruimte dient te krijgen. Hun succes is ons aller succes – en daarom stellen wij hen centraal in ons beleid.”
“We versoepelen het ontslagrecht voor het MKB en verkorten de doorbetalingsverplichting bij ziekte naar één jaar, zodat ondernemers weer mensen durven aan te nemen.”
“We verhogen de zelfstandigenaftrek voor ZZP-ers naar €15.000, zodat hard werken loont.”
“We schrappen de Anti-ZZP wet, zodat ZZP-ers zelf kunnen beslissen voor wie ze werken en aan wie ze factureren.”
FVD wil het beroepsonderwijs hervormen met meer praktische leerwegen, samenwerking met bedrijven en herwaardering van vakmanschap. Dit moet jongeren direct inzetbaar maken in sectoren met tekorten, zoals zorg, techniek en bouw, en de afhankelijkheid van arbeidsmigratie verminderen.
“We richten het (V)MBO in met specifieke vakgerichte leerwegen, zodat praktisch ingestelde leerlingen écht een vak leren en het aantal schooluitvallers daalt.”
“We leggen in de praktische leerweg de nadruk op vakmanschap en ondernemerschap, zodat jongeren direct inzetbaar zijn in zorg, techniek en bouw.”
“We laten onderwijsprogramma’s mede invullen door ervaren vakmensen en regionale bedrijven, zodat opleidingen aansluiten op de arbeidsmarkt.”
“We leiden meer Nederlandse jongeren op tot vakmensen, zodat tekorten in bouw en techniek worden opgelost en geld in Nederland blijft.”
FVD wil de afhankelijkheid van arbeidsmigratie verminderen door Nederlandse jongeren op te leiden voor sectoren met tekorten en alleen tijdelijke, economisch waardevolle migranten toe te laten.
“Door jongeren op te leiden tot vakmensen, verminderen we bovendien onze afhankelijkheid van arbeidsmigratie en zorgen we dat lonen en belastingen in Nederland blijven.”
“We introduceren een streng gereguleerd Green-Card-model voor tijdelijke werkvergunningen, zodat alleen economisch waardevolle migranten - die cultureel compatibel zijn - tijdelijk kunnen bijdragen zonder uitzicht op naturalisatie.”
De SP wil werkgelegenheid versterken door vaste banen, hogere lonen en meer zekerheid voor werkenden centraal te stellen. Ze pleiten voor een hoger minimumloon, het recht op werk voor iedereen, en investeren in scholing en publieke sectoren om arbeidstekorten op te lossen. Hun visie is dat werk zekerheid, waardigheid en een eerlijk inkomen moet bieden, met minder flexwerk en meer vaste contracten.
De SP wil af van flexwerk en schijnzelfstandigheid en pleit voor vaste contracten, hogere lonen en betere arbeidsvoorwaarden om werkzekerheid en bestaanszekerheid te vergroten. Dit moet leiden tot meer innovatie, minder armoede en een sterkere economie.
“Vast werk is de norm. Flexwerk is alleen voor piek en ziek. Vaste krachten zorgen voor behoud en opbouw van kennis en vakmanschap. Dit zorgt voor meer innovatie en arbeidsproductiviteitsgroei. Schijnzelfstandigen komen in loondienst. We stoppen bovendien met de uitbuiting van werknemers door een einde te maken aan alle constructies die leiden tot onzeker werk.”
“Het wettelijk minimumloon moet omhoog. Een verhoging van het minimumloon leidt ook tot de verhoging van alle salarissen boven het minimumloon. Dit zal zorgen voor meer economische activiteit, meer innovatie, minder armoede en minder afhankelijkheid van export. We verhogen het minimumloon direct naar 18 euro per uur en er komt een wettelijke ondergrens van 60 procent van het mediane loon van voltijds werkenden.”
De SP wil dat iedereen recht krijgt op werk en begeleiding, met speciale aandacht voor mensen met een beperking en mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Ze investeren in sociale ontwikkelbedrijven en begeleidingstrajecten om extra banen te creëren en arbeidstekorten op te lossen.
“Iedereen krijgt recht op een baan en begeleiding. We zorgen voor een sociaal ontwikkelbedrijf met een volwaardig loon en goede cao. We investeren in werkontwikkelbedrijven waarmee we zorgen voor minimaal 40 duizend extra banen binnen deze bedrijven.”
“Arbeidstekorten lossen we op. Veel belangrijk werk in de publieke sector blijft liggen door tekorten aan zorgverleners, onderwijzers en agenten. Door meer waardering voor deze beroepen, een betere beloning, schrappen in bureaucratie en papierwerk en door waar gewenst te investeren in automatisering kunnen veel van deze tekorten opgelost worden.”
De SP ziet investeren in scholing, vakopleidingen en omscholing als essentieel om werkgelegenheid te behouden en te laten groeien, en om tekorten aan vakmensen op te lossen.
“Investeer in goede opleidingen, scholing en vakmanschap. We willen meer waardering voor vakmanschap en voor de voortdurende kennisontwikkeling van werknemers die nodig is om bij de tijd te blijven.”
“Ook stimuleren we omscholing: als de ontslagvergoeding wordt ingezet voor (om)scholing, verdubbelt de overheid dat bedrag.”
De SP wil arbeidstekorten in de publieke sector aanpakken door betere beloning, minder bureaucratie en meer waardering voor onmisbare beroepen, zodat deze sectoren aantrekkelijker worden en meer mensen er willen werken.
“Veel belangrijk werk in de publieke sector blijft liggen door tekorten aan zorgverleners, onderwijzers en agenten. Door meer waardering voor deze beroepen, een betere beloning, schrappen in bureaucratie en papierwerk en door waar gewenst te investeren in automatisering kunnen veel van deze tekorten opgelost worden.”
De SP wil uitbuiting van werknemers en arbeidsmigranten tegengaan door strengere regels, betere handhaving en het aanpakken van schijnconstructies en malafide uitzendbureaus.
“We versterken toezicht en handhaving. Schijnconstructies, gedwongen zelfstandigheid en uitbuiting pakken we aan. Voor structureel werk komt er een verbod op het inzetten van uitzendkrachten of andere flexibele constructies. In sectoren zoals de vleessector, distributie en transport komt er direct een volledig verbod op het inzetten van flexwerkers omdat de misstanden daar anders niet op te lossen zijn.”
“Arbeidsmigratie is een verdienmodel van bedrijven met lage lonen en uitzendbureaus. De vele misstanden rondom lage beloningen, slechte werkomstandigheden en geen of vreselijke huisvesting zijn een teken van foute bedrijfsvoering. We gaan arbeidsmigranten beschermen tegen werkgevers door niet langer toe te staan dat die ook hun huisbaas zijn.”
Volt wil werkgelegenheid stimuleren door een inclusieve, flexibele arbeidsmarkt te creëren waarin vaardigheden centraal staan, arbeidsmigratie eerlijk wordt geregeld en mensen actief worden begeleid naar kansrijke beroepen. Ze zetten in op het aanpakken van personeelstekorten in cruciale sectoren, het verbeteren van arbeidsomstandigheden en het toegankelijk maken van werk voor iedereen, inclusief asielzoekers en arbeidsmigranten. Concrete voorstellen zijn onder meer het afschaffen van de tewerkstellingsvergunning voor asielzoekers, het stimuleren van om- en bijscholing, en het versterken van toezicht op uitzendbureaus.
Volt wil overstappen naar een arbeidsmarkt waar vaardigheden zwaarder wegen dan diploma’s, zodat meer mensen kunnen meedoen en makkelijker tussen sectoren kunnen bewegen. Dit moet verborgen talent benutten en de veerkracht van de economie vergroten.
“Volt zet in op een arbeidsmarkt waarin vaardigheden belangrijker zijn dan diploma’s of functietitels. Zo wordt overstappen tussen sectoren eenvoudiger, benutten we verborgen talent en zorgen we voor veerkracht in onze economie.”
Volt wil mensen die nu aan de zijlijn staan actief begeleiden naar beroepen waar grote tekorten zijn, zoals zorg, onderwijs en techniek. Dit moet zowel de personeelstekorten aanpakken als de arbeidsparticipatie verhogen.
Volt wil het voor asielzoekers en statushouders makkelijker maken om te werken, onder meer door het afschaffen van de tewerkstellingsvergunning en het direct verstrekken van een BSN. Ook pleiten ze voor betere informatievoorziening en vertegenwoordiging van arbeidsmigranten.
“Onder het motto ‘recht op werk voor iedereen’, krijgen asielzoekers vanaf dag één een burgerservicenummer (BSN) en de mogelijkheid om te werken, en wordt de Tewerkstellingsvergunning afgeschaft.”
“We geven arbeidsmigranten een plek aan tafel bij beleidsmakers. De belangen van arbeidsmigranten moeten worden vertegenwoordigd door de arbeidsmigranten zelf.”
Volt wil gericht investeren in om- en bijscholing naar sectoren met grote tekorten, zoals zorg, ICT, onderwijs en techniek, om zo personeelstekorten structureel aan te pakken.
“We stimuleren om- en bijscholing naar cruciale sectoren zoals zorg, ICT, onderwijs en techniek door hiervoor gericht scholingsbudgetten in te zetten.”
Volt wil uitbuiting van arbeidsmigranten tegengaan door strengere controle en verplichte certificering van uitzendbureaus, met aandacht voor loonbetaling, klachtafhandeling en huisvesting.
“We zijn voorstander van aanvullende verplichte certificering van deze bureaus waarbij processen zoals loonbetaling, klachtafhandeling, administratie en huisvesting van arbeidsmigranten worden beoordeeld.”
Volt wil dat arbeidscontracten van arbeidsmigranten onafhankelijk zijn van huurcontracten, zodat zij niet direct dakloos raken bij verlies van werk.
“Volt ervoor dat arbeidscontracten altijd onafhankelijk moeten bestaan van een huurcontract. Hierdoor is een arbeidsmigrant niet direct dakloos, indien de arbeidsrelatie ophoudt.”
Volt wil meer aandacht voor neurodiversiteit bij werkgevers en inclusievere werkplekken, om het onbenutte potentieel van neurodivergente mensen te benutten.
“We vergroten de aandacht voor neurodiversiteit bij werkgevers. Ongeveer vijftien tot twintig procent van de mensen wordt als neurodivergent beschouwd en een deel van hen ondervindt hiervan hindernissen op het werk.”
De PVV noemt werkgelegenheid niet expliciet als speerpunt, maar zet in op het stimuleren van de bouwsector door grootschalige woningbouw en het verminderen van regelgeving. Daarnaast wil de partij het tekort aan zorgpersoneel aanpakken door bureaucratie te schrappen en meer mensen flexibel op te leiden en in te zetten. De focus ligt op het creëren van banen via woningbouw en het verbeteren van arbeidsomstandigheden in de zorg, niet op brede arbeidsmarktmaatregelen.
De PVV ziet het versnellen en opschalen van woningbouw als een manier om de economie te stimuleren en werkgelegenheid te creëren, vooral in de bouwsector. Door minder regels, snellere procedures en meer investeringen wil de partij bouwprojecten vlot trekken en zo banen scheppen.
“De PVV wil dat gemeenten sneller en meer bouwvergunningen afgeven. Daarnaast moet het afgelopen zijn met individuen en natuurorganisaties die aan de lopende band eindeloze rechtszaken aanspannen – bijvoorbeeld vanwege kikkers, padden en slakken – om zo de woningbouw tegen te houden.”
“Woningbouw moet weer een nationale topprioriteit worden. De PVV wil een nationaal crisisplan voor voldoende woningen. Daar trekken we fors extra geld voor uit. We bouwen sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen – voor starters, gezinnen, alleenstaanden en ouderen – mét voldoende ruimte voor de auto.”
“Forse extra investering in snellere woningbouw: sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen mét voldoende ruimte voor de auto”
De PVV wil het personeelstekort in de zorg verminderen door bureaucratie en managementlagen te schrappen, zorgverleners meer zeggenschap te geven en flexibel op te leiden. Dit moet het werkplezier verhogen, uitstroom tegengaan en meer mensen aantrekken of behouden in de zorg.
“Er is een groot tekort aan zorgpersoneel. We schrappen bureaucratie en managementlagen die de zorg duurder en ingewikkelder hebben gemaakt. Met slimme inzet van kunstmatige intelligentie verlagen we de administratiedruk. Zorgverleners krijgen meer zeggenschap over hun eigen werk.”
“Wij willen dat zorgverleners worden opgeleid om snel maar vakkundig en op plekken waar de schaarste het grootst is, ingezet te kunnen worden.”
“Daarnaast voeren we een meerwerkbonus voor het verplegend personeel in: parttimers die meer gaan werken, krijgen een bonus. Zo zorgen we ervoor dat meer werken gaat lonen.”
50PLUS richt zich bij werkgelegenheid vooral op het verbeteren van de positie van 50-plussers op de arbeidsmarkt, door leeftijdsdiscriminatie tegen te gaan en bedrijven te stimuleren ouderen in dienst te nemen. Ze pleiten voor scholing, financiële prikkels voor werkgevers en maatregelen om vroegtijdige uitval te voorkomen. Hun visie is dat ervaring en inzet van ouderen meer gewaardeerd moeten worden, zodat werkgelegenheid voor deze groep eerlijker en toegankelijker wordt.
50PLUS wil bedrijven aanmoedigen om ouderen in dienst te nemen door middel van financiële voordelen, zoals belastingvoordelen of subsidies. Dit moet de drempel voor werkgevers verlagen en de werkgelegenheid voor 50-plussers vergroten, omdat deze groep nu vaak wordt uitgesloten op de arbeidsmarkt.
“Bedrijven worden financieel gestimuleerd om ouderen in dienst te nemen, bijvoorbeeld door belastingvoordelen of subsidies voor de aanpassing van werkplekken.”
Om de kansen van ouderen op de arbeidsmarkt te verbeteren, wil 50PLUS investeren in speciale scholingsprogramma’s. Het doel is dat oudere werknemers hun vaardigheden up-to-date houden en zo hun inzetbaarheid en werkgelegenheid vergroten.
“Speciale scholingsprogramma’s voor oudere werknemers om hun vaardigheden up-to-date te houden en kansen op de arbeidsmarkt te vergroten.”
50PLUS wil maatregelen nemen om te voorkomen dat 50-plussers vroegtijdig uitvallen door ziekte of ontslag. Dit moet de arbeidsparticipatie van ouderen verhogen en hun positie op de arbeidsmarkt versterken.
“Maatregelen om te zorgen dat 50-plussers niet vroegtijdig uitvallen door ziekte of ontslag, om de arbeidsparticipatie van ouderen te verhogen.”