BVNL zet sterk in op het vergroten van het aantal woningen in Nederland door deregulering, het terugdringen van overheidsbemoeienis en het versoepelen van bouwregels. De partij wil vooral de markt en woningcorporaties ruimte geven om te bouwen, belemmeringen zoals stikstofbeleid en bureaucratie wegnemen, en ziet financiering vooral via private investeringen en minder overheidsuitgaven, mede door het schrappen van subsidies en het verkleinen van de overheid.
BVNL gelooft dat de woningmarkt vooral groeit door het wegnemen van regels en het terugtrekken van de overheid, zodat marktpartijen en woningcorporaties sneller en meer kunnen bouwen. Ze willen bestaande belemmeringen zoals stikstofbeleid, bouwvoorschriften en vergunningsplicht schrappen om het aanbod te vergroten.
“De overheid trekt zich terug uit de woningmarkt.”
“Deregulering en minder overheidsbemoeienis is de oplossing.”
“Verbeter, vereenvoudig en versnel het vergunningsproces voor bouwvergunningen.”
“Het Bouwbesluit wordt sterk vereenvoudigd.”
“Gemeenten kunnen geen aanvullende eisen stellen bovenop landelijke regels.”
“Stop met het onnodige stikstofbeleid en geef weer vergunningen af.”
BVNL wil dat woningcorporaties meer sociale huurwoningen bouwen en dat de markt de rest doet. De overheid moet vooral faciliteren, niet sturen. Ook het splitsen en transformeren van bestaande gebouwen moet makkelijker worden.
“Sta woningcorporaties toe om meer sociale woningen te bouwen en geef corporaties de mogelijkheid om, onder gunstige condities, woningen te verkopen aan huurders.”
“Corporaties bouwen sociale huurwoningen. De markt de overige sectoren.”
“Maak het splitsen van grote woningen in kleinere woningen vergunningsvrij. Dit leidt onmiddellijk tot meer woningen, zonder dat hiervoor extra ruimte wordt gebruikt.”
“Maak het transformeren van bedrijfsruimtes naar woningen makkelijker.”
“Alle belemmeringen om woningen boven winkels te realiseren worden weggenomen.”
BVNL wil de financiering van woningbouw vooral overlaten aan de markt en woningcorporaties, met minder subsidies en minder overheidsuitgaven. Ze willen blokkades voor financiering wegnemen door wetgeving te vereenvoudigen.
“Subsidies worden zoveel mogelijk gestopt.”
“Vereenvoudig de WWFT, de Wet ter voorkoming van Witwassen en Financieren van Terrorisme. Deze wet leidt tot enorme blokkades bij het verkrijgen van financieringen, en er worden nauwelijks criminelen door gepakt.”
“Zorg voor een betrouwbare overheid. Verhuurders, eigenaren, ontwikkelaars, beleggers, bouwers, banken en ondernemers kunnen niet investeren als de overheid onbetrouwbaar is.”
BVNL ziet het beperken van immigratie als een structurele maatregel om de druk op de woningmarkt te verlagen, zodat het woningtekort afneemt zonder dat er extra woningen hoeven te worden gebouwd.
“Voer een asielstop in. De Nederlandse bevolking krimpt, dus zonder immigratie zou er een overschot zijn aan woningen en zouden de huur- en koopprijzen kelderen.”
“Dit kan door de immigratie te stoppen en de woningmarkt te liberaliseren en te dereguleren, zodat er meer woningen kunnen worden bijgebouwd.”
“Om weer betaalbaar te kunnen wonen, moeten vraag en aanbod op de woningmarkt weer in balans komen door meer woningen te bouwen en immigratiebeperkende maatregelen te nemen.”
De ChristenUnie zet stevig in op het oplossen van de woningnood door jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen, met een duidelijke focus op betaalbaarheid en sociale huur. Ze willen dit realiseren door 20 miljard euro extra te investeren, woningcorporaties meer financiële ruimte te geven, en procedures te versnellen, zodat de bouwproductie daadwerkelijk omhoog gaat.
De ChristenUnie erkent het grote tekort aan woningen en stelt als doel om jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen, waarvan minstens tweederde betaalbaar is, inclusief 30% sociale huur. Dit moet de wooncrisis structureel aanpakken en de kansen voor starters, gezinnen en ouderen vergroten.
“We bouwen 100.000 woningen per jaar, waarvan ten minste tweederde goed te betalen is voor mensen met een gewoon inkomen.”
“Om dat in te lopen, moeten we elk jaar 100.000 nieuwe woningen bouwen. De ChristenUnie wil dat dit tempo echt gehaald wordt...”
“We willen dat wonen weer betaalbaar wordt voor iedereen. Daarom zorgen we dat minstens twee derde van de nieuw te bouwen huizen betaalbaar is, waaronder 30 procent sociale huur.”
Om deze bouwambitie te financieren, maakt de ChristenUnie 20 miljard euro extra vrij: 10 miljard voor betaalbare woningbouw en structureel een miljard per jaar extra investeringsruimte voor woningcorporaties. Ook mogen corporaties hun winst herinvesteren en voordelig lenen, en wordt het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen uitgebreid.
“maakt daar het komende decennium 20 miljard euro extra voor vrij: 10 miljard extra investeringen in betaalbare woningbouw en structureel een miljard per jaar door woningcorporaties meer investeringsruimte te bieden dan ze nu hebben”
“Ze mogen een deel van hun winst opnieuw investeren in nieuwe woningen (de herbestedingsreserve), dat levert elk jaar een miljard euro extra op voor meer betaalbare huizen.”
“Voor deze woningen kunnen ze bovendien voordelig geld lenen bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).”
“Daarom breiden we het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen uit, zodat ook starters eindelijk een kans krijgen op de koopmarkt.”
De ChristenUnie wil de bouwproductie versnellen door vergunningprocedures te vereenvoudigen en te verkorten, bezwaarprocedures te beperken, en landelijke goedkeuring voor fabrieksbouw mogelijk te maken. Dit moet voorkomen dat projecten onnodig vertragen en het bouwtempo verhogen.
“We versimpelen en versnellen daarom vergunningprocedures, zodat de meeste tijd van een bouwproject niet meer in procedures zit.”
“Bezwaarprocedures worden korter: mensen of groepen zonder direct belang kunnen geen eindeloze vertraging meer veroorzaken.”
“Er worden steeds meer woningen in de fabriek gebouwd. Dit moedigen we aan en vereenvoudigen we door een landelijke goedkeuring, zodat niet elk project apart beoordeeld hoeft te worden.”
De partij pleit voor landelijke regie, een langetermijnplan van het ministerie van Volkshuisvesting, en een centrale aanpak voor grote nieuwbouwlocaties, zodat bouwers duidelijkheid hebben en de productie niet stokt door versnippering of lokale tegenwerking.
“Ook komt er een langetermijnplan van het ministerie van Volkshuisvesting, zodat bouwers weten waar ze aan toe zijn.”
“Voor grote nieuwbouwlocaties komt er een centrale aanpak, waarin Rijk, provincie, gemeente en waterschap samenwerken.”
“Voor grote woningbouwopgaven komt een landelijke aanpak, zoals eerder bij de VINEX-wijken. Zo zorgen we dat bouwen sneller en beter gebeurt, op plekken die toekomstbestendig en bereikbaar zijn.”
NSC zet stevig in op het fors verhogen van het aantal woningen in Nederland, met als doel jaarlijks 100.000 nieuwe woningen te bouwen, waarvan een groot deel betaalbaar en sociaal. De partij wil dit bereiken door procedures te versnellen, een versnellingsfonds van €2 miljard op te richten, fiscale lasten voor woningcorporaties te verlagen en publieke en private investeringen te stimuleren. NSC kiest voor een actieve regierol van de overheid, duidelijke prestatieafspraken en inzet van financiële instrumenten om de bouwproductie structureel te verhogen.
NSC wil het woningtekort structureel aanpakken door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, met nadruk op sociale huur en betaalbare koop/middenhuur. Dit moet de wooncrisis oplossen en starters, gezinnen en ouderen perspectief bieden.
Om de bouwproductie daadwerkelijk te verhogen, wil NSC procedures inkorten, knelpunten oplossen en €2 miljard extra investeren via een versnellingsfonds. Dit fonds is bedoeld om projecten sneller uit te voeren en vergunningen sneller te verlenen.
“Versnellen van de woningbouw door verkorte procedures, een versnellingsfonds van €2 miljard en een crisisaanpak.”
“We investeren € 2 miljard extra in een versnellingsfonds voor de woningmarkt. Met het geld worden woningbouwprojecten sneller uitgewerkt, concrete knelpunten aangepakt en vergunningen eerder verleend.”
NSC wil dat de minister van Volkshuisvesting een centrale regierol krijgt, met harde taakstellingen en kwartaalrapportages. Er komen verplichte afspraken met corporaties en gemeenten over aantallen en typen woningen.
“De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening houdt regie op de volkshuisvesting en krijgt een taakstelling voor het aantal woningen dat jaarlijks gebouwd moeten worden.”
“We willen langjarige verplichte afspraken maken met woningbouwcorporaties over de bouw van nieuwe woningen tot 2035. Deze prestatieafspraken tussen Rijk en woningcorporaties zijn gekoppeld aan heldere woningbouwdoelen per regio.”
Om de bouw te financieren en investeringen aantrekkelijk te maken, verlaagt NSC fiscale lasten voor corporaties, introduceert garanties en investeringsinstrumenten, en zet in op cofinanciering tussen publiek en privaat.
“Om ervoor te zorgen dat woningcorporaties ook in de toekomst kunnen investeren in duurzame woningbouw worden voor corporaties fiscale heffingen die bedoeld zijn voor commerciële partijen, op korte termijn verlaagd of afgeschaft.”
“We willen een Woningbouw Investeringsgarantie openstellen (WIG), waarbij het Rijk garant staat voor afzet bij grote gebiedsontwikkelingen met gemengde bouwprogramma’s.”
“Cofinanciering door het Rijk en een evenwichtige verdeling tussen publieke en private kosten is daarbij noodzakelijk.”
“Om investeren in woningbouw te stimuleren nemen we belastingmaatregelen die de investeringscapaciteit van woningbouwcorporaties en private investeerders vergroten.”
NSC wil grondspeculatie tegengaan en publieke waarde veiligstellen door grondwaardestijgingen af te romen en sociale grondprijzen te hanteren voor sociale woningbouw.
“Er komt een gemeentelijke heffing om grondspeculatie tegen te gaan. Als grond in waarde stijgt, moet dat extra geld gaan naar de gebiedsontwikkeling of sociale woningbouw.”
“Locaties die bestemd zijn voor sociale huurwoningen hebben altijd een sociale grondprijs. Dit is bijvoorbeeld een vast percentage van de grondwaarde. Indien nodig worden er per locatie subsidies verstrekt.”
“Grondinstrumentarium moet ingezet worden om tot taxatie van de waarde van grond te komen op basis van huidig gebruik. Waardestijgingen die uitsluitend voortkomen uit bestemmingswijzigingen worden afgeroomd voor het publieke belang.”
BBB heeft het vergroten van het aantal woningen in Nederland hoog op de agenda staan, met nadruk op zowel nieuwbouw als het beter benutten van bestaande gebouwen, verspreid over stad en platteland. De partij wil procedures versnellen, regels versoepelen en woningcorporaties stimuleren om jaarlijks 30.000 sociale huurwoningen te bouwen. Voor de financiering pleit BBB onder meer voor een nationaal grondfonds en onderzoekt zij de oprichting van een Nationale Investeringsbank om publieke doelen als woningbouw te ondersteunen.
BBB wil fors inzetten op woningbouw, zowel in steden als dorpen, om de woningnood te verlichten en de leefbaarheid te behouden. De partij streeft naar maatwerk per regio, met een groot aandeel betaalbare woningen en extra aandacht voor starters, senioren en middengroepen.
“Woningbouw in heel Nederland. Niet alleen in steden, maar ook in kleine dorpen moeten er woningen bijkomen. BBB wil door woningbouw in de stad en op het platteland ook de voorzieningen zoals huisartsen, scholen en openbaar vervoer overal in Nederland beschikbaar en bereikbaar houden.”
“Wij streven ernaar dat twee van de drie nieuwe huizen in elke regio daadwerkelijk betaalbaar worden. Maximaal 30 procent daarvan is sociale huur. Woningcorporaties worden gestimuleerd om weer 30.000 sociale huurwoningen per jaar te bouwen.”
“De woninguitbreiding, zoals in de nieuwe stadswijk Utrecht Rijnenburg, moet worden versneld om te voldoen aan de groeiende vraag naar woningen en zo de woningcrisis aan te pakken.”
Om de bouwproductie te verhogen, wil BBB procedures verkorten, vergunningverlening versnellen en belemmerende regels schrappen. Gemeenten mogen geen extra eisen stellen tenzij ze die zelf bekostigen.
“Sneller bouwen. De procedures voor het starten van bouwprojecten worden verkort en vereenvoudigd. Regels voor nieuwe woningen, zoals het bouwbesluit en duurzaamheidseisen blijven de komende jaren gelijk om zekerheid te bieden aan bouwers en kopers. Gemeenten met hun welstandscommissies en provincies mogen geen extra eisen stellen aan te bouwen woningen, tenzij zij dit vanwege publiek belang zelf bekostigen.”
“We willen de Wet betaalbare huur dan ook afschaffen omdat deze leidt tot het aanzienlijk verminderen van huurwoningen.”
“Aan commissie STOER (Schrappen Tegenstrijdige en Overbodige Regelgeving) die korte metten maakt met onnodige regels. Aan nieuwe uitbreidings- en versnellingslocaties die echt helpen.”
BBB wil het ombouwen van bestaande panden tot woningen en het splitsen van woningen eenvoudiger maken, om sneller meer woonruimte te creëren zonder extra druk op het landschap.
Voor de financiering van grootschalige woningbouw en gebiedsontwikkeling wil BBB een nationaal grondfonds en onderzoekt zij de oprichting van een Nationale Investeringsbank. Dit moet gemeenten ondersteunen bij het aankopen van gronden en het verwezenlijken van publieke doelen als betaalbare woningbouw.
“Onderzoek naar het instellen van een Grondfonds. Veel gemeenten missen de middelen om strategische gronden aan te kopen of voor te financieren. Het instellen door het Rijk van een grondfaciliteit die het aankopen van grond en herverkaveling ondersteunt kan daarbij ondersteuning bieden. Dit draagt bij aan het verwezenlijken van publieke doelen als betaalbare woningbouw, infrastructuur en klimaatadaptatie.”
“De oprichting van een Nationale Investeringsbank onderzoeken die: Vermogen van de overheid koppelt aan landelijke en regionale projecten; Investeert in mkb, innovatie en infrastructuur; Marktpartijen cofinanciert via garantstellingen en leningen; De rol overneemt van de huidige gefragmenteerde en niet goed werkende fondsen zoals het Groeifonds en InvestNL die daarmee kunnen worden opgeheven.”
Het CDA zet stevig in op het vergroten van het aantal woningen in Nederland, met als doel jaarlijks minimaal 100.000 woningen te bouwen, waarvan twee derde betaalbaar is. De partij wil dit realiseren door meer regie van het Rijk, langjarige financiering, inzet van pensioenfondsen, en het versterken van de financiële positie van woningcorporaties. Financiering komt uit bestaande middelen zoals de Woningbouwimpuls, bijdragen van pensioenfondsen, en het inzetten van planbaten en grondbeleid.
Het CDA heeft als concreet doel om jaarlijks minimaal 100.000 woningen te bouwen, met nadruk op betaalbaarheid en spreiding over doelgroepen zoals starters, gezinnen en ouderen. Dit moet de woningnood aanpakken en de leefbaarheid in steden en dorpen behouden.
Het CDA kiest voor een mix van financieringsbronnen: langjarige overheidsimpulsen, investeringen van pensioenfondsen, versterking van de financiële positie van woningcorporaties, en het inzetten van planbaten en grondbeleid. Hiermee wil de partij de bouwproductie structureel verhogen en betaalbaarheid waarborgen.
“We vragen pensioenfondsen een belangrijke rol te spelen in investeringen. De Nationale Prestatieafspraken zijn de basis voor investeringen van woningcorporaties. We zorgen ervoor dat corporaties voldoende financiële armslag hebben om de afspraken die ze ook zelf gemaakt hebben waar te maken.”
“We schalen de lessen van de pilots ‘parallel plannen’ op en zorgen voor langjarige financiering voor de Woningbouwimpuls en de realisatiestimulans.”
“Er moet ruimte komen in het gemeentelijk grondbeleid om sociale grondprijzen te kunnen rekenen. Met de planbatenheffing kunnen winsten vanwege gestegen waarden van grond gericht worden ingezet in gebiedsontwikkeling.”
“We zorgen dat zij hiervoor – net als bij sociale huur – geborgde financiering via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw krijgen.”
Om de bouwproductie daadwerkelijk te realiseren, wil het CDA bezwaarprocedures verkorten, bouwregels standaardiseren, en bovenwettelijke gemeentelijke eisen schrappen. Dit moet leiden tot snellere en efficiëntere woningbouw.
Naast nieuwbouw stimuleert het CDA doorstroming op de woningmarkt en het toevoegen van woningen binnen de bestaande voorraad, bijvoorbeeld door splitsen en optoppen.
De SGP heeft het vergroten van het aantal woningen in Nederland hoog op de agenda staan en ziet dit als een kerntaak van de overheid, met nadruk op betaalbaarheid en variatie in het aanbod. De partij wil dat de Rijksoverheid regie neemt, extra budget beschikbaar stelt voor woningbouw (vooral sociale huur), en bouwregels versoepelt om sneller te kunnen bouwen. Financiering komt uit extra overheidsbudgetten, het stimuleren van grondexploitatie, en het benutten van waardestijgingen bij gebiedsontwikkeling.
De SGP vindt dat de overheid weer de verantwoordelijkheid voor volkshuisvesting moet nemen, met de Rijksoverheid als regisseur en extra financiële middelen voor woningbouw, vooral waar de nood het hoogst is. Dit moet leiden tot een gevarieerd aanbod, met prioriteit voor starters, senioren en sociale huur.
“De SGP vindt dat de Rijksoverheid regie moet hebben... De Rijksoverheid moet bijspringen met extra budget.”
“Er wordt in alle segmenten gebouwd. Het Rijk ziet daarop toe. De SGP wil namelijk dat er een gevarieerd aanbod van bijvoorbeeld starterswoningen, betaalbare woningen en woningen voor senioren is. De meeste aandacht gaat daarbij eerst uit naar het segment waar de nood het hoogst is. Ook de bouw van sociale huurwoningen verdient meer urgentie. De Rijksoverheid moet bijspringen met extra budget.”
De SGP wil dat bouwregels worden gesnoeid en vereenvoudigd om de woningbouw te versnellen. Juridische procedures mogen projecten niet onnodig vertragen, en bezwaarprocedures worden beperkt.
“Bouwregels moeten meewerken en niet tegenwerken... Waar mogelijk wordt hierin gesnoeid en vereenvoudigd. De huidige woningnood vraagt om doorbraken op dit gebied.”
“Ook wordt het aantal bezwaarprocedures verminderd door de voorwaarde te stellen dat een bezwaarmaker een zienswijze bij de gemeente moet hebben ingediend.”
De SGP wil dat gemeenten en provincies actief grondexploitatie stimuleren en gebiedsinvesteringen mogelijk maken, bijvoorbeeld door bouwplicht bij verkoop en het benutten van waardestijgingen voor financiering.
“Dit kan door het actief stimuleren van grondexploitatie (gezamenlijk met gemeenten) of verkoop met een aan tijd gebonden bouwplicht.”
“In stedelijke gebieden komen wat de SGP betreft experimenten met gebiedsinvesteringszones, waarbij gebiedsontwikkeling en herinrichting bekostigd worden uit de waardestijging van bestaand vastgoed en nieuwe functies.”
De SGP wil niet alleen in steden, maar ook in de regio stevig bouwen en bestaande woningvoorraad beter benutten door bijvoorbeeld optoppen, splitsen en transformatie van leegstaande panden.
De SGP financiert de woningbouwopgave via extra overheidsbudgetten, maar wil ook gebiedsinvesteringen bekostigen uit waardestijging van vastgoed. Er wordt kritisch gekeken naar de groei van overheidsuitgaven, maar investeringen in woningbouw worden als noodzakelijk gezien.
De VVD zet stevig in op het fors vergroten van het aantal woningen in Nederland, met als speerpunt het bouwen van dertig nieuwe grootschalige woonwijken onder regie van het Rijk. De partij wil bouwregels schrappen, centrale regie voeren, investeren in infrastructuur en Rijksmiddelen vooral inzetten voor betaalbare koopwoningen, waarbij gemeenten die goed presteren financieel beloond worden. De VVD financiert deze plannen via gerichte Rijksinvesteringen, inzet van bestaande middelen en financiële prikkels voor gemeenten.
De VVD wil het woningtekort oplossen door fors meer woningen te bouwen, met centrale regie vanuit het Rijk. Er komen dertig nieuwe grootschalige woonwijken, ook buiten de Randstad, waarbij het Rijk samen met provincies en gemeenten investeert in de benodigde infrastructuur. Dit moet snel en grootschalig gebeuren, met minder regels en meer landelijke sturing.
“We bouwen dertig nieuwe grootschalige woonwijken met sturing vanuit Den Haag en maken het voor gemeenten makkelijker om veel meer huizen te laten bouwen.”
“We bouwen met sturing vanuit het Rijk dertig nieuwe grootschalige woonwijken, ook buiten de Randstad, en maken het voor gemeenten makkelijker om veel meer huizen te laten bouwen; via een tijdelijke nationale wet leggen we vast waar, welke en hoeveel woningen moeten worden gerealiseerd en op welke termijnen. Het Rijk investeert bovendien samen met provincies en gemeenten in de benodigde weg- en OV-infrastructuur om deze dertig nieuwe wijken te ontsluiten.”
De VVD wil de bouwproductie versnellen door flink te schrappen in bouwregels en de regie op ruimtelijke ordening terug te halen naar het Rijk. Gemeenten die bouwrecords breken krijgen een financiële bonus, achterblijvende gemeenten krijgen hulp. Minder regels en meer landelijke sturing moeten de bouwproductie verhogen.
“We gaan flink schrappen in bouwregels en nemen maatregelen die de betaalbaarheid van koop- én huurhuizen vergroten. De rem op bouwen, transformeren en herbestemmen moet eraf. Dat vraagt om centrale regie.”
“Het Rijk krijgt de regie op de ruimtelijke ordening en bouwproductie terug. Gemeenten die bouwrecords breken krijgen een financiële bonus om in nieuwe woningbouwplannen te investeren. Gemeenten die achterlopen op de bouwplannen krijgen hulp van het ministerie om de woningbouwproductie op te schalen.”
De VVD wil dat overheidsgeld primair wordt ingezet voor de bouw van betaalbare koopwoningen. Er komt een 'Betaalbare koopwet' die dit vastlegt, en per regio moet 25% van de bouwprojecten uit betaalbare koopwoningen bestaan. Overige betaalbaarheidseisen worden losgelaten om de bouw te versnellen.
“We zetten Rijksmiddelen vooral in voor de bouw van betaalbare koopwoningen.”
“Een Betaalbare koopwet: Hierin leggen we vast dat overheidsgeld met name naar betaalbare koopwoningen gaat. Per regio bestaan bouwprojecten voor 25% uit betaalbare koopwoningen. Alle overige (projectmatige) betaalbaarheidseisen laten we in principe los om de bouw aan te jagen.”
Om de nieuwe woonwijken bereikbaar te maken, investeert de VVD samen met andere overheden in infrastructuur zoals wegen en openbaar vervoer. Dit is essentieel om grootschalige woningbouw mogelijk te maken.
“Het Rijk investeert bovendien samen met provincies en gemeenten in de benodigde weg- en OV-infrastructuur om deze dertig nieuwe wijken te ontsluiten.”
“We investeren met de investeringsagenda voor nationale groei in onze infrastructuur en daarmee de bereikbaarheid van woonwijken, zodat we nieuwe auto-, spoor- en waterwegen kunnen aanleggen en bestaande verbindingen goed kunnen onderhouden.”
De VVD wil innovatieve samenwerking met de markt en financiële prikkels inzetten om woningbouw te stimuleren. Gemeenten worden beloond voor het behalen van bouwdoelen en er wordt ruimte gegeven aan particuliere initiatieven.
BIJ1 zet de groei van het aantal woningen, vooral sociale huurwoningen, zeer hoog op de agenda en kiest voor een radicale, publiek-gedreven aanpak. Ze willen 1 miljoen sociale woningen toevoegen via een Nationaal Bouwbedrijf, gefinancierd door het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek en het terugpakken van grond van speculanten. De partij wil de woningmarkt volledig onttrekken aan private winst en stelt grootschalige onteigening, nationalisatie en publieke investeringen centraal.
BIJ1 wil fors inzetten op de bouw van sociale huurwoningen door een publiek Nationaal Bouwbedrijf op te richten, dat zonder winstoogmerk werkt en permanent in publieke handen blijft. Dit bouwbedrijf moet de macht van private projectontwikkelaars doorbreken en garandeert dat woningen betaalbaar en toekomstbestendig zijn.
“2. 1 miljoen sociale woningen erbij. Een Nationaal Bouwbedrijf bouwt woningen voor mensen, niet voor winst. Zo zetten wij de projectontwikkelaars die weigeren om betaalbaar te bouwen, omdat ze alleen verdienen aan te dure koopwoningen, buitenspel.”
“5. De overheid richt een nationaal publiek bouwbedrijf op dat zich volledig toelegt op de grootschalige bouw van kwalitatieve, duurzame sociale huurwoningen. Dit bouwbedrijf werkt zonder winstoogmerk en blijft permanent in publieke handen, met democratische zeggenschap van bewoners en huurdersorganisaties.”
De financiering van deze woninggroei komt uit het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek (ruim €10 miljard per jaar) en het terugpakken/onteigenen van grond van speculanten en grote beleggers. Publieke middelen worden zo direct ingezet voor sociale woningbouw en het circulair renoveren van bestaande woningen.
“De hypotheekrenteaftrek (of: de bezitters-subsidie) schaffen we in fasen binnen 10 jaar af... Op termijn komt daardoor elk jaar ruim € 10 miljard vrij. Die miljarden gaan naar sociale woningbouw op grote schaal, coöperatieve woonvormen, en bestaande huurwoningen circulair renoveren en verduurzamen.”
“Onze grond weer van ons allemaal. Kostbare bouw- en landbouwgrond hoort niet in handen van speculanten zoals ASR, die 46.000 hectare oppotten en dat gebruiken om de overheid te chanteren. Deze grond pakken we terug en gebruiken we voor de bouw van sociale woningen.”
“Gemeenten of het Rijk onteigenen private grond in woningbouwgebieden tegen sociale gebruikswaarde. Nieuwe woningbouw mag voortaan alleen nog plaatsvinden op publieke grond. Die grond blijft permanent in collectief eigendom en wordt beheerd onder democratische controle van bewoners en lokale volkshuisvestingsorganisaties.”
BIJ1 wil alle woningcorporaties nationaliseren en onder democratische controle brengen, zodat de overheid weer bepaalt wat, waar en voor wie er gebouwd wordt. Dit moet de volkshuisvestelijke taak centraal stellen en de invloed van marktpartijen minimaliseren.
“Alle bestaande woningcorporaties worden genationaliseerd.”
“Woningcorporaties komen weer volledig onder controle van de overheid en maken we democratisch. Bewonerscommissies krijgen een vooraanstaande, bindende rol in het maken van de regels. Inclusief recht op instemmen met begrotingen en investeringen.”
Om bestaande woningen beter te benutten en speculatie te ontmoedigen, voert BIJ1 hoge leegstandsboetes en onteigening in. Onteigende woningen worden alleen voor maatschappelijke doeleinden ingezet.
“Wie een woning onnodig leeg laat staan, betaalt een boete van 2,8% van de WOZ-waarde per maand (100% van de waarde in 3 jaar). Na 3 jaar onteigenen (terugpakken) we de woning en wijzen die toe aan mensen om te wonen.”
“Er komen hoge leegstandsboetes bij langdurige onnodige leegstand; als de eigenaar meerdere waarschuwingen negeert kan dit progressief oplopen tot 2,8% van de WOZ-waarde per maand, wat neerkomt op een boete van de volledige waarde van het pand in drie jaar. Er komen proactieve onteigeningsinstrumenten voor gemeenten met uitgebreide wettelijke grondslag. Er komt een door de overheid gesubsidieerd gemeentelijk fonds voor de onteigening van leegstaande woningen. Onteigende objecten mogen vervolgens alleen worden ingezet voor een maatschappelijke bestemming.”
DENK zet stevig in op het vergroten van het aantal woningen in Nederland, met als doel jaarlijks 100.000 woningen te bouwen en het woningtekort snel op te lossen. De partij wil dit realiseren door een actieve rol van de overheid, onder andere via een Rijkswoningbouwfonds, een Rijksbouwbedrijf en een fulltime minister met verregaande bevoegdheden. De financiering komt uit hogere belastingen voor grote bedrijven en superrijken, het afschaffen van ondoelmatige belastingvoordelen, en het toestaan van een hogere staatsschuld voor investeringen in publieke diensten.
DENK beschouwt het woningtekort als een topprioriteit en wil dat de overheid de regie neemt door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen. Hiervoor worden procedures versneld, een Rijksbouwbedrijf opgericht en een Rijkswoningbouwfonds opgezet. Het doel is om snel en grootschalig betaalbare woningen te realiseren.
“Wij willen sneller en meer bouwen. Het doel is om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen.”
“Er komt een Rijkswoningbouwfonds waarin we meer geld reserveren om de bouw van betaalbare woningen te stimuleren.”
“We richten een Rijksbouwbedrijf op dat de verantwoordelijkheid krijgt om woningbouwprojecten te ontwikkelen.”
“Er komt een fulltime Minister van Volkshuisvesting. Deze Minister krijgt verregaande bevoegdheden, zoals het bindend kunnen aanwijzen van locaties waar woningbouw gerealiseerd moet worden.”
DENK financiert de woningbouwplannen door hogere belastingen voor grote bedrijven en superrijken, het afschaffen van belastingvoordelen die ongelijkheid vergroten, en door het toestaan van een hogere staatsschuld voor investeringen in publieke diensten zoals woningbouw.
“Op fiscaal gebied kan dekking worden gerealiseerd door een eerlijkere bijdrage uit de winsten van grote bedrijven en van de superrijken. Wij verhogen daarom de winstbelasting voor grote bedrijven en schaffen ondoelmatige belastingvoordelen die de ongelijkheid vergroten af.”
“Binnen de bestaande Europese begrotingsregels is het dan ook bespreekbaar voor ons om de staatsschuld te laten oplopen, om investeringen in onze samenleving mogelijk te maken.”
Om sociale woningbouw te stimuleren, wil DENK meer budget beschikbaar stellen voor woningcorporaties en bestaande heffingen afschaffen. Dit moet zorgen voor meer betaalbare huurwoningen en een verruiming van de doelgroep.
“Wij willen meer investeren in sociale huur. Dat betekent dat woningcorporaties meer budget krijgen. Heffingen voor woningcorporaties, zoals de ATAD, worden afgeschaft.”
DENK wil belemmerende regelgeving en bezwaarmogelijkheden verminderen om woningbouwprojecten sneller te realiseren. Ook wordt extra budget vrijgemaakt om de plancapaciteit op peil te houden.
“We gaan drastisch procedures versnellen. Dat betekent dat overbodige en belemmerende regelgeving verdwijnt. Ook wordt er gekeken naar de mogelijkheden om bezwaarmogelijkheden tegen woningbouwprojecten te verminderen, de termijnen te versnellen en door middel van het vergroten van de capaciteit procedures sneller te doorlopen.”
“We stellen meer budget beschikbaar voor het op peil houden van de plancapaciteit voor woningbouw.”
GroenLinks-PvdA zet de groei van het aantal woningen in Nederland zeer hoog op de agenda en wil jaarlijks 100.000 nieuwe woningen bouwen, met een nadruk op betaalbaarheid en publieke regie. De partij financiert deze ambitie via een groot publiek investeringsprogramma, gunstige leningen, het afromen van speculatiewinsten, en het afschaffen van winstbelasting voor woningcorporaties. Hun visie is dat volkshuisvesting weer een publieke taak wordt, waarbij de overheid actief stuurt en investeert om de woningnood structureel op te lossen.
GroenLinks-PvdA maakt van woningbouw een absolute topprioriteit en wil de bouw van 100.000 woningen per jaar realiseren, met een sterke rol voor de overheid en woningcorporaties. Dit is een reactie op het falen van de markt en de groeiende woningnood, en moet zorgen voor voldoende betaalbare woningen voor iedereen.
De partij kiest voor een grootschalig publiek investeringsprogramma, aangevuld met gunstige leningen en het afschaffen van winstbelasting voor woningcorporaties, om de bouw van betaalbare woningen te financieren. Hiermee wil GroenLinks-PvdA minder afhankelijk zijn van commerciële investeerders en zorgen dat de opbrengsten van woningbouw terugvloeien naar de samenleving.
“Een investeringsprogramma voor tienduizenden betaalbare woningen. Als we sneller meer betaalbare woningen van topkwaliteit willen bouwen, is een ambitieus publiek investeringsprogramma nodig.”
“Het Rijk gaat gunstige financiering verstrekken zodat er voldoende wordt gebouwd en de Woningcorporaties Nieuwe Stijl hoeven geen belasting meer te betalen voor het uitvoeren van deze publieke taak.”
“De Woningcorporaties Nieuwe Stijl betaalt geen winstbelasting. De wet passen we daarvoor aan. Daarmee ontstaat extra investeringsruimte voor de bouw van nieuwe woningen, renovatie en verduurzaming.”
“Net als in Oostenrijk gaat het Rijk gunstige leningen verstrekken voor de bouw van extra betaalbare huurwoningen. Dat zijn bijvoorbeeld leningen met een lage rente van 1% voor een deel van de bouwkosten.”
Om de plannen structureel te financieren, wil GroenLinks-PvdA speculatiewinsten op grond afromen, belastingkortingen voor grondbezitters versoberen en prijsopdrijvende subsidies afbouwen. Zo vloeit meer geld naar woningbouw en wordt speculatie ontmoedigd.
“De winsten van grondspeculanten gaan we afromen en inzetten voor woningbouw.”
“Voor de financiering van jaarlijks terugkerende uitgaven kijken we naar het afromen van speculatiewinsten, het versoberen van belastingkortingen voor grondbezitters en het afbouwen van prijsopdrijvende subsidies.”
“We vinden dat deze speculatiewinsten ten goede moeten komen aan de samenleving. Een eerlijk deel van deze speculatiewinst vloeit terug naar de samenleving, zodat we het kunnen gebruiken voor woningbouw.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) erkent het woningtekort als een urgent probleem, maar kiest nadrukkelijk voor een kwalitatieve, duurzame en natuurvriendelijke groei van het aantal woningen, in plaats van louter kwantitatieve uitbreiding. De partij wil vooral bouwen waar écht behoefte aan is, met prioriteit voor sociale huur en betaalbare woningen, en financiert dit door het vrijmaken van landbouwgrond via krimp van de veehouderij, het stimuleren van hergebruik van bestaande gebouwen, en het verhogen van investeringsmogelijkheden voor woningcorporaties. PvdD verzet zich tegen marktwerking en speculatie, en wil publieke regie en investeringen inzetten om wonen betaalbaar en duurzaam te maken.
PvdD wil het woningtekort oplossen door landbouwgrond vrij te maken via een forse krimp van de veehouderij, zodat er ruimte ontstaat voor natuur én woningbouw, met prioriteit voor bouwen aan de rand van bestaande woonkernen.
“Door een krimp van het aantal dieren in de veehouderij komt er landbouwgrond vrij voor natuur en woningbouw.”
“Door te kiezen voor een krimp met 75% van het aantal dieren dat wordt gefokt en gedood in de veehouderij wordt de stikstofcrisis opgelost, komt er veel landbouwgrond en agrarische bebouwing vrij. Naast herstel van de natuur ontstaat zo ruimte voor woningen.”
De partij wil eerst bestaande gebouwen en leegstand benutten, zoals het transformeren van kantoorpanden en het splitsen van woningen, voordat er nieuw wordt gebouwd.
“Allereerst wordt bestaande bebouwing slimmer benut. Denk aan het transformeren van kantoorpanden, het aanpakken van leegstand, het optoppen en splitsen van bestaande woningen en het stimuleren van doorstroming.”
PvdD wil minimaal 40% sociale huur bij nieuwbouw, woningcorporaties meer investeringsruimte geven, en marktwerking terugdringen. Financiering komt uit het schrappen van de verhuurdersheffing, extra steun aan corporaties, en het beperken van speculatie.
“Er komen meer betaalbare woningen: minimaal 40% van de nieuwbouwwoningen is sociale huur.”
“Toegelaten instellingen zoals woningcorporaties krijgen meer investeringsmogelijkheden voor realisering van huurwoningen in het middensegment.”
“We schaffen de verhuurdersheffing en winstbelasting voor woningcorporaties af en geven hen extra financiële steun. Hierdoor kunnen woningcorporaties huren bevriezen om wonen betaalbaar te houden en nieuwe sociale huurwoningen te bouwen.”
PvdD wil bouwen op plekken die veilig zijn voor de toekomst, en wijst bouw in laaggelegen polders af.
“Woningen bouwen we alleen op klimaatbestendige locaties. Laaggelegen polders onder zeeniveau zijn dat niet, zoals Rijnenburg nabij Utrecht.”
De partij wil wonen loskoppelen van de markt, speculatie ontmoedigen, en publieke regie herstellen.
“De wooncrisis kan alleen worden opgelost als gevestigde financiële belangen plaatsmaken voor de belangen van mensen die een woning nodig hebben, van woningmarkt naar volkshuisvesting.”
“Huizen zijn om in te wonen, niet om een slaatje uit te slaan. Steeds meer mensen komen in de knel door hun hoge huur, of kunnen geen aanspraak maken op een huurwoning. Huisjesmelken en speculeren maken we onaantrekkelijk door maatregelen in te voeren waarmee (lokaal) gestuurd kan worden op de verdeling van woningen.”
De SP zet stevig in op het bouwen van één miljoen extra betaalbare huurwoningen in Nederland, met een maximale huur van 800 euro. De partij wil dit realiseren via een Nationaal Woonfonds, waarvoor 30 miljard euro extra wordt geïnvesteerd, gefinancierd door het laten oplopen van de staatsschuld, het afbouwen van de hypotheekrenteaftrek boven 600 duizend euro en het belasten van grondspeculatie. De kern van hun visie is dat wonen een recht is en geen marktproduct, en dat de overheid de regie en financiering weer in handen moet nemen om de wooncrisis structureel op te lossen.
De SP wil fors inzetten op het vergroten van het aantal woningen door één miljoen extra betaalbare huurwoningen te realiseren. Dit moet gebeuren via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden, splitsen, optoppen en het terugkopen van te dure huurwoningen. Het doel is om wonen weer betaalbaar en bereikbaar te maken voor brede groepen, niet alleen de laagste inkomens.
“Wij bouwen één miljoen betaalbare huurwoningen, bevriezen de huren en geven bewoners weer zeggenschap over hun huis en hun buurt.”
“We zorgen voor één miljoen extra betaalbare huurwoningen, met een maximale huur van 800 euro. Dat doen we via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden, splitsen, optoppen, het terug kopen van te dure huurwoningen en door sloop te voorkomen.”
De financiering van deze woninggroei gebeurt via een Nationaal Woonfonds, waarin 30 miljard euro extra wordt geïnvesteerd. Dit bedrag komt bovenop bestaande investeringen en wordt gefinancierd door het bewust laten oplopen van de staatsschuld, het versneld afbouwen van de hypotheekrenteaftrek boven 600 duizend euro, en het belasten van grondspeculatie. De SP ziet dit als een noodzakelijke investering in mens en samenleving.
“Wij richten een Nationaal Woonfonds op en investeren 30 miljard euro in volkshuisvesting. Dit komt bovenop de al bestaande investeringen en dit doen we door de staatsschuld iets op te laten lopen.”
“Met dit geld bouwen we honderdduizenden betaalbare, duurzame huurwoningen van hoge kwaliteit, zonder winstoogmerk.”
“De opbrengsten uit afbouw van de hypotheekrenteaftrek boven de 600 duizend euro en het belasten van grondspeculatie vloeien terug in het Nationaal Woonfonds.”
De SP wil de hypotheekrenteaftrek versneld afbouwen voor woningen boven 600 duizend euro en de opbrengsten hiervan investeren in betaalbare huurwoningen en wooncoöperaties. Daarnaast worden grondspeculanten zwaarder belast en kan onteigening plaatsvinden als zij bouwen tegenhouden, zodat gemeenten en woningbouwverenigingen weer toegang krijgen tot betaalbare grond.
“Voor de komende vier jaar garanderen we deze regeling voor woningen tot 600 duizend euro, maar boven dit bedrag bouwen we de hypotheekrenteaftrek direct versneld af. Zo komt er jaarlijks 5 tot 6 miljard euro vrij. Dat geld investeren we in betaalbare huurwoningen, wooncoöperaties en huisvesting voor starters.”
“Grondeigenaren die grond vasthouden om winst te maken belasten we zwaarder. Speculanten die onnodig wachten met bouwen en hun belang boven die van de samenleving zetten zullen wij onteigenen. Gemeenten en woningbouwverenigingen krijgen weer toegang tot betaalbare grond zodat zij betaalbare woningen kunnen bouwen.”
Om betaalbaarheid te garanderen en investeringsruimte te creëren, wil de SP de huren bevriezen en de winstbelasting voor woonverenigingen afschaffen. Zo kunnen deze verenigingen meer investeren in nieuwbouw, renovatie en verduurzaming.
“Om het tij te keren bevriezen wij daarom de huren.”
“Woonverenigingen moeten weer kunnen investeren in betaalbare huurwoningen, renovatie en verduurzaming in plaats van miljarden af te dragen aan winstbelasting. Wij schaffen de oneerlijke winstbelasting en zogenaamde ATADheffing voor woonverenigingen af.”
D66 zet stevig in op het vergroten van het aantal woningen in Nederland, met als speerpunt de bouw van tien nieuwe steden en het versnellen van woningbouw via een Rijksgrondfaciliteit en forse investeringen. De partij wil jaarlijks €2 miljard uittrekken om woningbouw te stimuleren, fiscale voordelen voor woningbezit afbouwen, de btw op nieuwbouw verlagen en gemeenten meer mogelijkheden geven om grond te ontwikkelen, zodat betaalbare en duurzame woningen voor iedereen bereikbaar worden.
D66 kiest voor een grootschalige aanpak van het woningtekort door de bouw van tien nieuwe steden, vooral bij bestaande steden en ov-knooppunten. Hiermee wil de partij het woningaanbod fors vergroten en tegelijkertijd zorgen voor leefbare, gemengde gemeenschappen met goede voorzieningen.
Om de woningbouw te versnellen, richt D66 een landelijke grondbank op en stelt jaarlijks €2 miljard beschikbaar. Gemeenten krijgen meer ruimte om zelf grond te kopen en te ontwikkelen, zodat de regie op woningbouw wordt versterkt en grondspeculatie wordt tegengegaan.
“We richten een Rijksgrondfaciliteit (een landelijke grondbank) op, zodat de grond die het Rijk in bezit heeft of krijgt, ingezet kan worden om sneller huizen te bouwen. We maken jaarlijks €2 miljard euro vrij om de woningbouw uit het slop te halen.”
D66 wil het bouwen van betaalbare woningen aantrekkelijker maken door de btw op nieuwbouw te verlagen en fiscale voordelen voor woningbezit af te bouwen. Zo wordt de woningmarkt eerlijker en komt er meer ruimte voor sociale huur en middenhuur.
Om te zorgen dat er voldoende woningen voor verschillende doelgroepen komen, stelt D66 een wettelijk bouwquotum in voor sociale huur en aandachtsgroepen, zodat elke gemeente verplicht wordt voor deze groepen te bouwen.
D66 wil dat gemeenten meer mogelijkheden krijgen om grond te kopen, te ontwikkelen en grondspeculatie te voorkomen, zodat de publieke regie op woningbouw wordt versterkt en niet alleen marktpartijen profiteren van investeringen.
“Gemeenten krijgen meer ruimte om zelf grond te kopen en te ontwikkelen. Ook krijgen gemeenten meer mogelijkheden om grondspeculaties te voorkomen en te zorgen dat er niet alleen huizen komen, maar ook speelplaatsen en groen.”
De PVV heeft het vergroten van het aantal woningen in Nederland tot nationale topprioriteit verklaard en wil fors extra investeren in woningbouw, met nadruk op sociale huur, middenhuur en betaalbare koopwoningen. De partij wil procedures versnellen, regels versoepelen en woningcorporaties meer ruimte geven, en financiert dit door bezuinigingen op asielopvang, ontwikkelingshulp, EU-afdrachten en andere uitgaven, alsmede via een planbatenheffing op bestemmingswijzigingen van grond. De PVV positioneert zich als partij die woningbouw centraal stelt en middelen wil vrijmaken door te snijden in andere overheidsuitgaven.
De PVV wil woningbouw tot nationale topprioriteit maken en stelt een nationaal crisisplan voor met forse extra investeringen in sociale huurwoningen, middenhuur en betaalbare koopwoningen. Dit moet het woningtekort terugdringen en woningen bereikbaar maken voor Nederlanders.
“Woningbouw moet weer een nationale topprioriteit worden. De PVV wil een nationaal crisisplan voor voldoende woningen. Daar trekken we fors extra geld voor uit. We bouwen sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen – voor starters, gezinnen, alleenstaanden en ouderen – mét voldoende ruimte voor de auto.”
“Forse extra investering in snellere woningbouw: sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen mét voldoende ruimte voor de auto”
De PVV wil snellere vergunningverlening, minder bezwaarprocedures en vereenvoudiging van bouweisen om de woningbouwproductie te verhogen.
“We schrappen en vereenvoudigen bouweisen zoveel mogelijk. We stoppen met het eindeloze geneuzel over duurzaam en circulair bouwen. Er komen geen verplichte warmtepomp en geen nieuwe duurzaamheidseisen; we gaan ook niet verplicht van het gas af.”
“Kortere en snellere vergunningverlening en procedures; tijdelijk beperken van de mogelijkheden tot bezwaar en beroep tegen woningbouw waar een omgevingsplan vastligt”
De PVV wil dat woningcorporaties niet alleen sociale huur, maar ook middenhuurwoningen bouwen, en compenseert hen fiscaal om de bouwopgave niet te belemmeren.
“Woningbouwcorporaties krijgen de taak om niet alleen sociale huurwoningen, maar ook middenhuurwoningen te bouwen. Dat kan: door vereenvoudiging van de Europese regels voor staatssteun kunnen corporaties aan de slag met 67.000 nieuwe middenhuurwoningen.”
“De PVV verlaagt volgend jaar de sociale huren met 10%. Woningcorporaties worden gecompenseerd: door voor hen de winstbelasting te schrappen, komt de bouwopgave niet in gevaar.”
De PVV financiert haar woningbouwplannen door te bezuinigen op asielopvang, ontwikkelingshulp, EU-afdrachten en andere posten, en door een planbatenheffing op bestemmingswijzigingen van grond.
“We dekken onze voorstellen door elders de uitgaven te beperken. We sluiten onze grenzen voor alle asielzoekers en sturen Oekraïense mannen terug naar Oekraïne. Alleen al dit jaar besteden we € 6 miljard aan de asielopvang en € 3 miljard aan de opvang van Oekraïners. De PVV stopt ook met ontwikkelingshulp. Elk jaar maken we vele miljarden over naar Afrika. Ook willen we miljarden minder afdragen aan de Europese Unie.”
“Door wijziging van de bestemming (woningbouw) wordt grond meer waard. Met de invoering van een planbatenheffing zetten we een deel daarvan in om méér betaalbare woningen te bouwen en gaan we grondspeculatie tegen.”
Forum voor Democratie (FVD) zet stevig in op het bouwen van 100.000 woningen per jaar in Nederland, met nadruk op betaalbaarheid en prioriteit voor Nederlanders. De partij wil dit realiseren door het schrappen van klimaat-, stikstof- en duurzaamheidseisen, waardoor bouwkosten dalen en kapitaal vrijkomt voor nieuwbouw, en door het beperken van sociale huur en het stimuleren van particulier woningbezit. FVD financiert deze plannen vooral door het stoppen van verduurzaming en het afschaffen van belemmerende regels, niet door extra overheidsuitgaven.
FVD wil het woningtekort oplossen door fors meer woningen te bouwen, vooral door het wegnemen van belemmerende regelgeving en het vrijmaken van kapitaal dat nu naar verduurzaming gaat. De partij ziet het schrappen van klimaat- en stikstofregels, het stoppen van verplichte verduurzaming en het versoepelen van bouwvoorschriften als de belangrijkste manieren om de bouwproductie te verhogen en betaalbaarheid te waarborgen.
“We bouwen snel 100.000 woningen per jaar, schrappen beknellende klimaat- en stikstofregels, en stoppen gedwongen verduurzaming om kapitaal vrij te maken voor nieuwbouw.”
“We bouwen jaarlijks 100.000 nieuwe woningen met voorrang voor Nederlanders, zodat het woningtekort verdwijnt.”
“Geen verduurzaming van het huidige woningaanbod waardoor kapitaal beschikbaar komt voor de aanbouw van nieuwe woningen. We schrappen de klimaat- en milieuregels die de bouwsector beknellen.”
FVD wil het aandeel sociale huurwoningen verkleinen en het particulier woningbezit stimuleren, onder meer door huurders de kans te geven hun woning van corporaties te kopen. De partij stelt dat een kleinere sociale huursector en meer vrijheid voor verhuurders leiden tot een gezondere woningmarkt en meer aanbod, vooral in het middensegment.
FVD financiert haar woningbouwplannen niet door extra overheidsuitgaven, maar door het stoppen van verduurzamingsmaatregelen en het schrappen van regels die volgens de partij de bouw onnodig duur maken. Hierdoor komt volgens FVD kapitaal vrij voor nieuwbouw en kunnen lasten voor burgers omlaag.
Volt zet stevig in op het bouwen van 1 miljoen woningen in Nederland, met nationale regie en een structureel budget voor het ministerie van Volkshuisvesting. De financiering komt uit een combinatie van financiële injecties in bestaande woningbouwfondsen, het afbouwen van fiscale voordelen voor koopwoningen, het verlagen van de belastingdruk voor woningcorporaties, en het aantrekkelijker maken van investeringen voor pensioenfondsen en verzekeraars.
Volt wil de woningnood oplossen door het bouwen van 1 miljoen woningen, onder centrale aansturing van het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Dit beleid is bedoeld om de woningmarkt structureel te verbeteren en toekomstige tekorten te voorkomen.
“Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening krijgt een structureel budget waarmee het doel van 1 miljoen woningen bouwen ook echt gehaald kan worden.”
De financiering van de woningbouwopgave wordt gerealiseerd door bestaande fondsen te versterken, fiscale voordelen voor koopwoningen af te bouwen, en de belastingdruk voor woningcorporaties te verlagen. Dit moet zorgen voor meer betaalbare woningen en een eerlijkere verdeling van middelen.
“De instrumenten en fondsen krijgen een financiële injectie, zodat het doel van 100.000 woningen per jaar realistisch wordt. Dit wordt gedekt door de afbouw van de fiscale stimulering van koopwoningen.”
“We bouwen de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait zo snel mogelijk af en verplaatsen de eigen woning stapsgewijs naar box 3.”
“We stellen de woningcorporaties in staat meer te bouwen. Dat doen we door de belastingdruk op de woningcorporaties te verlagen, zodat er meer geïnvesteerd kan worden in nieuwe huurwoningen. We schaffen de vennootschapsbelasting voor woningcorporaties af.”
Volt wil dat de overheid vaker optreedt als medefinancier van bouwprojecten, onder andere via leningen en garanties, en het aantrekkelijker maken voor pensioenfondsen en verzekeraars om te investeren in woningbouw.
“De Rijksoverheid treedt vaker op als medefinancier van bouwprojecten voor betaalbare woningen, bijvoorbeeld door leningen of garanties te verstrekken.”
“We onderzoeken ook of deze garantstelling toegankelijk kan worden gemaakt voor andere marktpartijen, zodat het bijvoorbeeld ook voor pensioenfondsen en verzekeraars aantrekkelijker wordt om te blijven investeren in woningbouw- en beheer.”
Volt koppelt de financiering van woningbouw deels aan het Mobiliteitsfonds, om integrale ontwikkeling van nieuwe woonwijken en infrastructuur te waarborgen.
“De woningbouwopgave wordt dan ook deels uit het Mobiliteitsfonds gefinancierd.”
JA21 ziet het woningtekort als een urgent probleem veroorzaakt door falend beleid en snelle bevolkingsgroei, vooral door migratie. De partij zet stevig in op het vergroten van het aantal woningen door marktwerking, het aanwijzen van nieuwe bouwlocaties, en het investeren van 0,5% van het BBP in woningbouw. Tegelijkertijd wil JA21 de bevolkingsgroei beperken om de druk op de woningmarkt structureel te verlichten.
JA21 wil de groei van het aantal woningen stimuleren door structureel te investeren in woningbouw. Dit moet de productie verhogen en het aanbod beter laten aansluiten op de vraag, met oog voor demografische trends.
“Handhaven van ondersteuning van de woningbouw middels de investering van 0,5% van het BBP.”
De partij pleit voor het aanwijzen van nieuwe locaties voor woningbouw en het teruggeven van ruimte aan de markt om woningproductie af te stemmen op de behoefte. Dit moet zorgen voor een flexibeler en efficiënter woningaanbod.
JA21 ziet het beperken van de bevolkingsgroei, met name door migratie, als essentieel om het woningtekort structureel op te lossen. Zonder deze beperking blijft de vraag naar woningen volgens de partij onhoudbaar hoog.
“Een beleid ontwikkelen om de bevolkingsgroei van Nederland te beperken. Dat betekent onder meer het juridisch verankeren van migratie plafonds en scherpe selectie van arbeidsmigratanten en gezinshereniging.”
“Minstens de helft van de nieuw te bouwen woningen is nu nodig om de bevolkingsgroei door migratie bij te houden. Dit is een onhoudbare situatie.”
Om jonge gezinnen sneller aan een woning te helpen, wil JA21 fiscale stimulansen en alternatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop inzetten. Dit moet de acute woningnood onder starters verlichten.
“JA21 wil daarom met een samenhangend pakket komen van maatregelen zoals fiscale stimulansen en creatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop, om de acute woningnood voor jonge gezinnen te verlichten.”
50PLUS zet stevig in op het vergroten van het aantal woningen in Nederland, met een duidelijke focus op levensloopbestendige woningen voor ouderen om doorstroming te bevorderen. De partij wil 290.000 van deze woningen realiseren, het Ministerie voor Volkshuisvesting heroprichten en innovatieve woonvormen stimuleren, maar geeft nauwelijks concrete details over de financiering van deze plannen.
50PLUS ziet het bouwen van levensloopbestendige woningen voor ouderen als dé oplossing voor de woningnood, omdat dit doorstroming op de woningmarkt bevordert en jongeren indirect helpt. De partij stelt een concrete doelstelling van 290.000 woningen en wil het Ministerie voor Volkshuisvesting heroprichten om dit te realiseren. Er wordt aandacht gevraagd voor innovatieve woonvormen en het efficiënter benutten van de bestaande woningvoorraad, maar financieringsdetails blijven vaag.
“De doelstelling van 290.000 levensloopbestendige woningen wordt gefaseerd gerealiseerd met oog voor netcongestie en bouwcapaciteit om de doorstroming weer écht op gang te krijgen.”
“Het Ministerie voor Volkshuisvesting wordt weer in het leven geroepen.”
“Bouwen voor oud is de komende jaren de oplossing voor woningnood onder jongeren.”
“Als ouderen kunnen doorstromen naar geschikte, levensbestendige en betaalbare huisvesting op de juiste locaties, dan kan de bestaande woningvoorraad efficiënter worden benut.”
“Innovatieve woonvormen worden gestimuleerd: levensloopbestendige woningen en kleinschalige woonhofjes waar zorg, gemeenschap en zelfstandigheid worden gecombineerd.”