NSC is niet tegen een verbod op tijdelijke contracten, maar wil tijdelijke contracten sterk beperken en het vaste contract weer als norm stellen. Ze steunen het wetsvoorstel ‘meer zekerheid flexwerkers’ en willen dat normale dienstverbanden de standaard worden, waarbij flexibele arbeid alleen nog voor uitzonderingen als ‘piek en ziek’ wordt toegestaan. Uitzendwerk en tijdelijke contracten worden dus niet volledig verboden, maar wel fors teruggedrongen.
NSC wil dat vaste contracten de standaard worden en tijdelijke contracten alleen nog in uitzonderlijke gevallen worden gebruikt. Ze steunen wetgeving die flexwerkers meer zekerheid biedt en willen uitzendwerk beperken tot situaties van ‘piek en ziek’. Dit betekent dat NSC niet tegen een verbod op tijdelijke contracten is, maar juist voorstander is van het fors inperken ervan.
“Een vast contract moet de norm zijn. Een vast contract biedt zekerheid op werk en inkomen en een betere toegang tot sociale regelingen. We zorgen ervoor dat minimaal 7 op de 10 werkenden straks een vast contract heeft.”
“Nieuw Sociaal Contract steunt daarom het wetsvoorstel ‘meer zekerheid flexwerkers’.”
“Dit betekent dat normale dienstverbanden de norm worden. Uitzendarbeid is uitsluitend om ‘piekte en ziekte’ op te vangen...”
“Arbeidscontracten moeten weer de norm worden. Flexwerkers worden ook in de zorg louter voor ‘piek en ziek’ ingezet.”
NSC pleit niet voor een totaalverbod op tijdelijke contracten, maar is ook niet de partij die zich uitspreekt tegen een verbod. Ze willen tijdelijke contracten niet behouden als gelijkwaardig alternatief, maar juist terugdringen tot een uitzondering.
“Normale dienstverbanden de norm... Uitzendarbeid is uitsluitend om ‘piekte en ziekte’ op te vangen...”
BBB is tegen een verbod op tijdelijke contracten en pleit juist voor het behoud en de verruiming van tijdelijke arbeidscontracten, vooral voor specifieke doelgroepen zoals studenten en starters. De partij wil flexibele arbeidscontracten minder flexibel maken, maar ziet tijdelijke contracten als noodzakelijk voor een wendbare arbeidsmarkt en het ondersteunen van kleine werkgevers en verhuurders. BBB verzet zich expliciet tegen overregulering die echte flexibiliteit en zelfstandigheid belemmert.
BBB vindt tijdelijke contracten belangrijk voor de arbeidsmarkt en woningmarkt, en wil deze niet verbieden maar juist behouden of verruimen waar nodig. Dit geldt zowel voor arbeidscontracten als voor tijdelijke huurcontracten, bijvoorbeeld voor studenten en starters. De partij ziet tijdelijke contracten als essentieel voor flexibiliteit en het ondersteunen van specifieke groepen.
“We willen regels aanpassen zodat verhuurders woningen blijven aanbieden in plaats van verkopen. Denk aan eerlijkere puntentellingen voor huurprijzen (woningwaardering), bijvoorbeeld geen strafpunten meer voor het ontbreken van buitenruimte. Ook willen we meer ruimte voor tijdelijke huurcontracten voor studenten.”
“Er komen starterscontracten zodat verhuren aan starters op de woningmarkt aantrekkelijker wordt.”
BBB is expliciet tegen voorstellen die de inzet van tijdelijke contracten of zelfstandigheid beperken door overregulering. De partij wil zelfstandigheid en flexibiliteit behouden, en wijst recente wetsvoorstellen die deze beperken af.
“We wijzen overregulering die echte zelfstandigheid ondermijnt zoals voorgesteld in de recente wetsvoorstellen (VBAR en de initiatiefwet Zelfstandigen) af.”
“Deze koers biedt zelfstandigen vrijheid en zekerheid, voorkomt onnodige bureaucratie voor opdrachtgevers en maakt misbruik beter opspoorbaar. Zo beschermen we echte ondernemers en houden we de arbeidsmarkt wendbaar én eerlijk.”
DENK is niet voor een verbod op tijdelijke contracten, maar wil het voor werkgevers aantrekkelijker maken om vaste contracten aan te bieden en tegelijkertijd keuzevrijheid behouden voor mensen die bewust kiezen voor flexibele vormen van werk. De partij benadrukt het belang van zekerheid voor wie dat wil, maar ook vrijheid voor wie bewust kiest voor flexibiliteit, en spreekt zich niet uit voor een verbod op tijdelijke contracten.
DENK wil zekerheid op de arbeidsmarkt vergroten door vaste contracten aantrekkelijker te maken, maar erkent dat sommige mensen bewust kiezen voor flexibele of tijdelijke vormen van werk. De partij kiest dus niet voor een verbod op tijdelijke contracten, maar voor het stimuleren van vast werk en het behouden van keuzevrijheid.
“Wij willen dat er meer zekerheid is voor mensen op de arbeidsmarkt. Daarom willen wij het financieel aantrekkelijker maken voor werkgevers om een vast contract aan te bieden aan hun werknemers.”
“Dat betekent zekerheid voor wie dat wil, en vrijheid voor wie daar bewust voor kiest.”
“Als mensen bewust kiezen voor de vrijheid van het werken als een ZZP’er, moet dat altijd mogelijk zijn.”
“Wij willen dat mensen die bewust kiezen voor de vrijheid om zelfstandig (ZZP) te zijn, niet onnodig worden belemmerd.”
Forum voor Democratie (FVD) is duidelijk tegen een verbod op tijdelijke contracten en pleit juist voor meer vrijheid en flexibiliteit op de arbeidsmarkt. De partij wil dat ondernemers en zelfstandigen zelf kunnen bepalen hoe zij werken en met wie, zonder extra regulering of verplichtingen vanuit de overheid. FVD verzet zich expliciet tegen wetgeving die de inzet van tijdelijke contracten beperkt of zelfstandigen dwingt tot vaste constructies.
FVD vindt dat ondernemers en zelfstandigen maximale vrijheid moeten hebben in het aangaan van arbeidsrelaties, waaronder het gebruik van tijdelijke contracten. De partij ziet regulering en verplichtingen als een belemmering voor ondernemerschap en werkgelegenheid, en wil daarom bestaande anti-ZZP-wetgeving en andere beperkingen schrappen.
“We schrappen de Anti-ZZP wet, zodat ZZP-ers zelf kunnen beslissen voor wie ze werken en aan wie ze factureren.”
“MKB’ers en ZZP’ers zijn geen probleem dat gereguleerd moet worden, maar de motor van onze samenleving die juist gestimuleerd hoort te worden.”
“We versoepelen het ontslagrecht voor het MKB en verkorten de doorbetalingsverplichting bij ziekte naar één jaar, zodat ondernemers weer mensen durven aan te nemen.”
FVD is tegen het verplichten van zelfstandigen tot vaste contracten, verzekeringen of andere vormen van arbeidsregulering. De partij vindt dat ZZP’ers zelf moeten kunnen kiezen hoe zij hun werk en zekerheid organiseren.
“We dwingen ZZP’ers niet om pensioen- of arbeidsongeschiktheidsverzekeringen af te sluiten, zodat ze zelf kunnen beslissen hoe ze hun geld besteden.”
GroenLinks-PvdA is vóór het beperken van tijdelijke en flexibele contracten en wil juist vaste contracten stimuleren. De partij pleit voor het beëindigen van nuluren- en oproepcontracten, het beperken van uitzendcontracten tot uitzonderlijke situaties, en het belonen van werkgevers die mensen in vaste dienst nemen. Tijdelijke contracten blijven mogelijk, maar alleen als één van drie strikt omschreven contractvormen; een verbod op tijdelijke contracten wordt dus niet voorgesteld, maar de partij is duidelijk vóór het beperken ervan.
GroenLinks-PvdA wil het gebruik van tijdelijke en flexibele contracten sterk inperken om baanzekerheid te vergroten en misbruik te voorkomen. Tijdelijke contracten blijven toegestaan, maar alleen als één van drie contractvormen, waarbij vaste dienst de norm is. Dit standpunt adresseert de onzekerheid en slechte arbeidsomstandigheden die gepaard gaan met flexwerk en uitzendwerk.
“We maken een einde aan nuluren- en oproepcontracten. Er blijven drie contractvormen over. 1. Werknemer: het uitgangspunt is dat je gewoon in loondienst bent bij je werkgever met een vast of tijdelijk contract. 2. Uitzendkracht: tijdelijk werk dat niet of moeilijk te voorspellen is of werk dat ontstaat bij uitval door ziekte kan een werkgever invullen met uitzendkrachten. 3. Zzp’er: voor werk dat geen onderdeel is van de organisatie, werk dat niet behoort tot de reguliere werkzaamheden van een organisatie, of werk dat wel behoort tot de reguliere bedrijfsactiviteiten maar waarvoor bijzondere kennis nodig is kunnen zzp’ers een waardevolle aanvulling zijn.”
“Goede contracten voor baanzekerheid. We belonen werkgevers die mensen in vaste dienst nemen; werkgevers die dat niet doen, gaan meer betalen.”
“We maken daarnaast een einde aan de praktijk waarbij werkgevers en uitzendbureaus werknemers voor vast werk onzekere contracten bieden.”
De partij wil de flexibiliteit van uitzendcontracten beperken, vooral waar structureel werk wordt verricht, en het gebruik van uitzendkrachten ontmoedigen. Dit is bedoeld om betere arbeidsomstandigheden te creëren en misbruik van flexibele contracten tegen te gaan.
“Om betere arbeidsomstandigheden te creëren en de vraag naar arbeidsmigranten te ontmoedigen, verhogen we het wettelijk minimumloon en beperken we de flexibiliteit van uitzendcontracten.”
De SP is vóór een verbod op tijdelijke contracten voor structureel werk en wil dat vast werk de norm wordt. Zij pleiten voor een verbod op flexibele constructies en uitzendkrachten bij structureel werk, met als doel zekerheid en betere arbeidsvoorwaarden voor werknemers. De partij is dus niet tegen een verbod op tijdelijke contracten, maar juist vóór strengere regulering en beperking van flexwerk.
De SP wil tijdelijke contracten en flexibele constructies verbieden voor structureel werk, omdat zij vinden dat vast werk zekerheid en betere arbeidsomstandigheden biedt. Flexwerk mag alleen nog bij piek en ziek, en structureel werk moet met vaste contracten worden ingevuld. Dit moet uitbuiting tegengaan en de positie van werknemers versterken.
“Voor structureel werk komt er een verbod op het inzetten van uitzendkrachten of andere flexibele constructies.”
“Vast werk is de norm. Flexwerk is alleen voor piek en ziek.”
“Een vast contract na zes maanden moet de norm zijn.”
“We stoppen bovendien met de uitbuiting van werknemers door een einde te maken aan alle constructies die leiden tot onzeker werk.”
De ChristenUnie is niet tegen een verbod op tijdelijke contracten, maar wil juist de doorgeschoten flexibilisering van de arbeidsmarkt tegengaan en duurzame arbeidsrelaties bevorderen. Ze pleiten ervoor dat vaste contracten aantrekkelijker worden voor werkgevers en dat tijdelijke contracten niet goedkoper mogen zijn dan vaste dienstverbanden. De partij ondersteunt wetsvoorstellen die flexwerkers meer zekerheid bieden.
De ChristenUnie vindt dat de groei van tijdelijke en flexibele contracten moet worden teruggedrongen en dat vaste dienstverbanden de norm moeten zijn. Ze willen dat het voor werkgevers aantrekkelijker wordt om mensen in vaste dienst te nemen en ondersteunen wetgeving die flexwerkers meer zekerheid geeft. Dit betekent dat de partij NIET tegen een verbod op tijdelijke contracten is, maar juist voorstander is van het beperken ervan.
“We willen af van de situatie dat tijdelijke werknemers voor een werkgever goedkoper zijn dan werknemers die voor onbepaalde tijd in dienst zijn. We streven duurzame arbeidsverhoudingen na tussen werkgevers en werknemers.”
“Het is de hoogste tijd om werk te maken van deze plannen en werknemers meer zekerheid te geven. Bijvoorbeeld via de wetsvoorstellen ‘Meer zekerheid flexwerkers’ en ‘Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden’, die spoedig door de Tweede Kamer behandeld moeten worden.”
“De negatieve uitwassen van onze flexibele arbeidsmarkt pakken we aan. Zoals de doorgeslagen flexibilisering in de vorm van een cultuur van uitbesteden en tijdelijke contracten.”
D66 is niet voor een verbod op tijdelijke contracten, maar wil het gebruik ervan beperken waar dit leidt tot onzekerheid, met name in de wetenschap. Ze pleiten voor meer vaste aanstellingen bij universiteiten om langdurige onzekerheid tegen te gaan, maar spreken zich niet uit voor een algemeen verbod op tijdelijke contracten in de gehele arbeidsmarkt. D66 kiest voor het verkleinen van verschillen tussen werkenden en het stimuleren van eerlijke arbeidsvoorwaarden, zonder een totaalverbod op tijdelijke contracten te bepleiten.
D66 wil het aantal tijdelijke contracten bij universiteiten terugdringen en meer vaste aanstellingen realiseren, omdat langdurige onzekerheid voor onderzoekers problematisch is. Dit standpunt richt zich specifiek op de academische sector en niet op een algemeen verbod op tijdelijke contracten in andere sectoren.
“Te veel onderzoekers werken jarenlang op tijdelijke contracten. Dat zorgt voor veel onzekerheid en maakt dat wetenschap moeilijk te combineren is met het privéleven. D66 wil daarom meer vaste aanstellingen bij universiteiten.”
D66 benoemt het belang van keuzevrijheid in werkvormen en het verkleinen van verschillen tussen werkenden, maar pleit nergens voor een verbod op tijdelijke contracten. Ze richten zich op het verbeteren van arbeidsvoorwaarden en het tegengaan van oneerlijke concurrentie, zonder tijdelijke contracten te willen verbieden.
De Partij voor de Dieren (PvdD) is vóór het beperken van flexibele arbeidscontracten en wil juist af van tijdelijke contracten voor regulier werk. Zij pleiten voor vaste aanstellingen als norm, met tijdelijke contracten alleen voor uitzonderlijke situaties. De partij is dus niet tegen een verbod op tijdelijke contracten, maar wil deze juist sterk beperken.
PvdD wil dat vaste contracten de standaard worden en tijdelijke contracten alleen nog in uitzonderlijke gevallen worden toegestaan, zoals bij piekperiodes of specifieke situaties. Dit moet de positie van werknemers versterken en onzekerheid op de arbeidsmarkt tegengaan. Het standpunt is expliciet: flexibele en tijdelijke contracten voor regulier werk moeten zoveel mogelijk verdwijnen.
“We beperken arbeidscontracten tot vaste en tijdelijke contracten voor regulier werk, uitzendcontracten voor piekperiodes, en zelfstandigencontracten voor zzp’ers.”
“We willen af van flexcontracten en tijdelijke aanstellingen op scholen. Onderwijspersoneel dient zicht te hebben op een vaste aanstelling.”
Naast het beperken van tijdelijke contracten, wil PvdD dat uitzendkrachten dezelfde arbeidsvoorwaarden krijgen als vaste werknemers. Dit is bedoeld om misbruik van flexibele contractvormen tegen te gaan en gelijke behandeling te waarborgen.
“Uitzendkrachten krijgen dezelfde arbeidsvoorwaarden als vaste werknemers en het uitzendbeding voor uitzendkrachten, waardoor bij ziekte het contract stopt, wordt verboden.”
De SGP is tegen een verbod op tijdelijke contracten en pleit juist voor het behouden van keuzevrijheid en flexibiliteit op de arbeidsmarkt. De partij wil het vaste contract aantrekkelijker maken, maar benadrukt dat er ruimte moet blijven voor flexibele arbeidsvormen en tussenvormen, zodat werkgevers en werknemers kunnen kiezen wat het beste bij hun situatie past. De SGP ziet flexwerk als waardevol voor mensen die behoefte hebben aan keuzevrijheid en wil geen rigide verbod op tijdelijke contracten.
De SGP vindt dat er ruimte moet blijven voor flexibiliteit op de arbeidsmarkt, omdat sommige werknemers en werkgevers daar behoefte aan hebben. De partij wil het vaste contract aantrekkelijker maken, maar is expliciet tegen een verbod op tijdelijke contracten en pleit voor meer mogelijkheden voor tussenvormen. Dit standpunt is bedoeld om zowel keuzevrijheid als zekerheid te waarborgen, zonder de arbeidsmarkt te verstarren.
“Het vaste contract wordt aantrekkelijker gemaakt, onder andere door werkgeverslasten te verlichten en meer ruimte te bieden voor tussenvormen.”
“De positie van de flexwerker wordt verbeterd om onzekerheid in werk en inkomen tegen te gaan, met oog voor die flexwerkers die juist behoefte hebben aan keuzevrijheid ten aanzien van hoeveel en wanneer zij werken.”
“De arbeidsmarkt is gericht op stabiele arbeidsverhoudingen en er blijft ruimte voor flexibiliteit in bepaalde gevallen. Er komen meer mogelijkheden om werknemers in dienst te nemen en te houden.”
De VVD is expliciet tegen een verbod op tijdelijke huurcontracten en wil juist het huidige verbod schrappen. Hun belangrijkste voorstel is het afschaffen van het verbod op tijdelijke contracten om de huurmarkt te verruimen en het makkelijker te maken voor woningzoekenden, zoals studenten, om passende woonruimte te vinden. De VVD ziet het toestaan van tijdelijke contracten als een manier om het woningaanbod te vergroten en de huurprijzen te verlagen.
De VVD wil het verbod op tijdelijke huurcontracten afschaffen omdat zij vinden dat dit de huurmarkt onnodig beperkt en het woningaanbod verkleint. Door tijdelijke contracten toe te staan, verwachten zij dat er meer huurwoningen beschikbaar komen, de huurprijzen dalen en het makkelijker wordt voor bijvoorbeeld studenten om een kamer te vinden. Dit standpunt richt zich op het vergroten van flexibiliteit en het verminderen van regeldruk op de woningmarkt.
Volt is niet voor een verbod op tijdelijke contracten, maar wil vaste contracten stimuleren en misstanden met tijdelijke arbeid aanpakken. Volt pleit voor vaste contracten als norm, maar erkent het bestaan van tijdelijke contracten en wil deze niet verbieden. In sectoren met structurele misstanden wil Volt dat tijdelijke contracten alleen direct bij de werkgever worden afgesloten, om uitbuiting via intermediairs tegen te gaan.
Volt wil vaste contracten stimuleren, maar spreekt zich niet uit voor een verbod op tijdelijke contracten. In plaats daarvan wil Volt misstanden aanpakken door tijdelijke contracten alleen direct bij de werkgever toe te staan in risicosectoren. Het doel is om uitbuiting en het afschuiven van verantwoordelijkheid via intermediairs te voorkomen, niet om tijdelijke contracten te verbieden.
“We zorgen ervoor dat vaste arbeidscontracten de norm blijven en we zorgen ervoor dat zzp’erschap goed mogelijk blijft.”
“We pleiten ervoor dat vaste en tijdelijke arbeidsovereenkomsten, in sectoren waar structureel misstanden voorkomen, alleen nog maar direct bij een werkgever mogen worden afgesloten.”
BIJ1 is vóór het beperken van tijdelijke contracten en wil juist dat werknemers sneller een vast contract krijgen. Zij pleiten ervoor dat werknemers na 9 maanden met een tijdelijk contract automatisch recht krijgen op een vast contract, waarmee ze tijdelijke contracten sterk willen terugdringen. Dit beleid is bedoeld om baanzekerheid te vergroten en uitbuiting via flexibele arbeid te voorkomen.
BIJ1 wil tijdelijke contracten beperken door werknemers na 9 maanden automatisch een vast contract te geven. Hiermee willen ze onzekerheid en uitbuiting van flexwerkers tegengaan en zorgen voor meer baanzekerheid. Dit betekent dat BIJ1 niet tegen een verbod op tijdelijke contracten is, maar juist vóór het beperken ervan.
“Werknemers die langer dan 9 maanden met een tijdelijk contract werken, krijgen een vast contract.”
BVNL is expliciet tegen een verbod op tijdelijke contracten en pleit juist voor volledige contractvrijheid tussen werkgever en werknemer. De partij wil het maximumaantal tijdelijke arbeidsovereenkomsten volledig loslaten, zodat werkgevers en werknemers onbeperkt tijdelijke contracten kunnen afsluiten als zij dat willen. Dit past in hun bredere visie van minder overheidsbemoeienis en meer vrijheid op de arbeidsmarkt.
BVNL vindt contractvrijheid essentieel en wil het maximumaantal tijdelijke arbeidsovereenkomsten tussen werknemer en werkgever volledig afschaffen. Hiermee verzet de partij zich duidelijk tegen elk verbod of beperking op tijdelijke contracten, omdat zij vinden dat werkgevers en werknemers zelf moeten kunnen bepalen welke contractvorm het beste past. Dit standpunt is onderdeel van hun streven naar minder regulering en meer flexibiliteit op de arbeidsmarkt.
“Het maximumaantal tijdelijke arbeidsovereenkomsten dat een werknemer en werkgever met elkaar mogen aangaan, wordt onbeperkt. Contractvrijheid is essentieel.”
Het CDA is niet principieel tegen een verbod op tijdelijke contracten, maar pleit wel voor gerichte uitzonderingen waar een verbod onevenredig uitpakt, zoals bij studentenhuisvesting. De partij wil tijdelijke huurcontracten in bepaalde gevallen mogelijk houden en zoekt naar een balans tussen bescherming van huurders en het behoud van voldoende aanbod door kleine verhuurders. Het CDA kiest dus voor maatwerk in plaats van een generiek verbod.
Het CDA erkent dat een algemeen verbod op tijdelijke huurcontracten negatieve gevolgen kan hebben voor specifieke groepen, zoals studenten en kleine particuliere verhuurders. Daarom wil de partij gerichte verruimingen mogelijk maken, zodat zowel huurders als verhuurders hiermee kunnen leven. Dit standpunt adresseert het probleem dat een totaalverbod het aanbod van studentenhuisvesting kan verkleinen.
“Waar kleine verhuurders onevenredig worden geraakt door het verbod op tijdelijke huurcontracten met name voor studenten, bezien we gerichte verruimingen waar zowel huurder als verhuurder mee kunnen leven.”
JA21 is duidelijk tegen een verbod op tijdelijke huurcontracten en pleit juist voor het toestaan van tijdelijke contracten om de huurmarkt flexibeler te maken. Hun belangrijkste voorstel is het op korte termijn ontgrendelen van de huurmarkt door tijdelijke contracten voor bredere doelgroepen mogelijk te maken, zodat het huuraanbod snel en zonder extra regels kan worden vergroot.
JA21 vindt dat het verbieden van tijdelijke huurcontracten de huurmarkt verder op slot zet en het woningtekort vergroot. Door tijdelijke contracten juist toe te staan voor bredere doelgroepen, willen ze het huuraanbod snel vergroten en de markt flexibeler maken, zonder bestaande huurders te benadelen.
“Het op korte termijn ontgrendelen van de huurmarkt door bijvoorbeeld het toestaan van tijdelijke contracten voor bredere doelgroepen, directe aanpassingen van het woningwaarderingsstelsel, (tijdelijke) fiscale en regeldruk verlichting waardoor binnen enkele maanden een grotere, flexibeler huuraanbod ontstaat zonder bestaande huurders te benadelen.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma