De SGP kiest voor een pragmatische en nuchtere aanpak van de woningnood, met nadruk op het daadwerkelijk bouwen van meer woningen in alle segmenten, het verminderen van belemmerende regelgeving en het versterken van de regierol van de overheid. Hun plannen zijn gericht op snelle realisatie, benutting van bestaande ruimte, en het bieden van maatwerk voor verschillende doelgroepen zoals starters, senioren en middeninkomens. De partij wil procedures versnellen, lokale initiatieven stimuleren en volkshuisvesting weer als overheidstaak zien, zonder de betaalbaarheid uit het oog te verliezen.
De SGP wil het woningtekort oplossen door daadwerkelijk meer woningen te bouwen, zowel binnen- als buitenstedelijk, en in alle prijsklassen. Hierbij wordt prioriteit gegeven aan de segmenten waar de nood het hoogst is, zoals starters, senioren en sociale huur. Ook wordt het benutten van bestaande gebouwen en het stimuleren van industrieel bouwen genoemd.
“Er wordt in alle segmenten gebouwd. Het Rijk ziet daarop toe. De SGP wil namelijk dat er een gevarieerd aanbod van bijvoorbeeld starterswoningen, betaalbare woningen en woningen voor senioren is. De meeste aandacht gaat daarbij eerst uit naar het segment waar de nood het hoogst is. Ook de bouw van sociale huurwoningen verdient meer urgentie. De Rijksoverheid moet bijspringen met extra budget.”
“Er wordt niet alleen binnenstedelijk, maar ook buitenstedelijk gebouwd. Tegelijk gaan we wel als een goed rentmeester met de beschikbare ruimte om. Verdichten als het kan, uitbreiden als het moet! Binnenstedelijk liggen er nog tal van kansen, onder andere door het transformeren van leegstaande winkel- en kantoorpanden.”
“De SGP wil dat we de bestaande woningvoorraad veel beter gaan benutten door optoppen, splitsen en hospitaverhuur mogelijk te maken.”
“Industrieel bouwen wordt aantrekkelijker gemaakt. Bijvoorbeeld door de keuringen te versimpelen en door te werken met een landelijk keurmerk per type woning.”
De partij vindt dat te veel regels en procedures woningbouw vertragen. Ze willen deze waar mogelijk schrappen of vereenvoudigen, bezwaarprocedures beperken en een stikstofvrijstelling voor woningbouwprojecten invoeren.
“Te vaak vormen goedbedoelde regels een belemmering. Waar mogelijk wordt hierin gesnoeid en vereenvoudigd. De huidige woningnood vraagt om doorbraken op dit gebied.”
“Juridische procedures moeten ruimte krijgen, zolang het niet leidt tot traineren van projecten. In deze procedures wordt niet alleen de mening van de huizenbezitter, maar ook de positie van de woningzoekende meer meegenomen. Ook wordt het aantal bezwaarprocedures verminderd door de voorwaarde te stellen dat een bezwaarmaker een zienswijze bij de gemeente moet hebben ingediend.”
“Er komt een stikstofvrijstelling voor woningbouwprojecten.”
De SGP wil dat de overheid weer de regie neemt over volkshuisvesting, maar geeft provincies en gemeenten ruimte voor maatwerk en lokale initiatieven. Het Rijk kan ingrijpen als procedures vastlopen, maar lokale behoeften staan centraal.
“Volkshuisvesting wordt daarom weer echt een verantwoordelijkheid van de overheid, uiteraard samen en met hulp van alle andere betrokkenen.”
“De SGP vindt dat de Rijksoverheid regie moet hebben, maar provincies en gemeenten houden nadrukkelijk ruimte voor zelfstandige afwegingen, waarbij provincies ruimhartig faciliteren.”
“Waar plaatselijk of regionaal knelpunten optreden door vastgelopen of knellende procedures, kan het Rijk een meer sturende rol vervullen, bijvoorbeeld door het aanwijzen van bouwlocaties. Maar alleen als het voor snellere aanpak van de woningnood echt nodig is.”
“De SGP vindt dat het lokale bestuur een grote rol heeft in de woningbouwopgave. Zij krijgen daarom veel ruimte voor lokale initiatieven, gebaseerd op lokale behoeften.”
De SGP wil de betaalbaarheid van woningen beschermen door financieringsruimte voor starters en eenverdieners niet onnodig te beperken, en door een heldere systematiek voor huurstijgingen. Ook willen ze de hypotheekrenteaftrek niet afschaffen, maar staan ze open voor herziening.
“De SGP wil de financiering voor bijvoorbeeld starters en eenverdieners niet onnodig inperken. In de berekening van de financieringsruimte voor hypotheken moet daarom rekening worden gehouden met een uitgavenpatroon dat recht doet aan de persoonlijke omstandigheden.”
“Niemand zit echter te wachten op jojobeleid als het gaat om huurstijgingen. Daar moet gewoon een heldere systematiek voor zijn, die goed is voor huurder en verhuurder.”
“De SGP is geen voorstander van afschaffing van de hypotheekrenteaftrek, maar staat niet afwijzend tegenover een herziening ervan.”
De partij stimuleert nieuwe woonvormen zoals tiny houses, flexwoningen, mantelzorgwoningen en het ombouwen van leegstaande panden. Dit moet op korte termijn bijdragen aan het oplossen van de krapte.
“Tijdelijke woningen, tiny houses en flexwoningen zijn een oplossing om op korte termijn de krapte op te vangen.”
“Het ombouwen van leegstaande kantoorpanden naar studentenhuisvesting kan hier een oplossing bieden.”
“Op erven en in achtertuinen liggen veel mogelijkheden voor de bouw van bijvoorbeeld mantelzorg- en familiewoningen. Die kansen worden benut, zo mogelijk vergunningvrij.”
BVNL stelt dat de woningmarkt vooral wordt belemmerd door overheidsregulering, migratie en bureaucratie. Hun belangrijkste voorstellen zijn het liberaliseren en dereguleren van de woningmarkt, het vergemakkelijken van woningbouw en transformatie, en het beperken van immigratie om de vraag te verminderen. De kern van hun visie is dat een kleinere overheid en meer marktwerking leiden tot een realistischer en effectiever woonbeleid.
BVNL gelooft dat overheidsregels en bureaucratie de woningbouw ernstig belemmeren en dat het loslaten van deze regels de bouwproductie direct zal verhogen. Zij willen onder andere het vergunningsvrij splitsen van woningen, het afschaffen van huurregulering en het versoepelen van bouwvoorschriften.
“De overheid trekt zich terug uit de woningmarkt.”
“De Wet betaalbare huur wordt afgeschaft.”
“Maak het splitsen van grote woningen in kleinere woningen vergunningsvrij. Dit leidt onmiddellijk tot meer woningen, zonder dat hiervoor extra ruimte wordt gebruikt.”
“Het Bouwbesluit wordt sterk vereenvoudigd.”
“Gemeenten kunnen geen aanvullende eisen stellen bovenop landelijke regels.”
BVNL stelt dat de woningnood vooral wordt veroorzaakt door hoge immigratie en wil daarom een asielstop en andere immigratiebeperkende maatregelen. Zij zien het beperken van de instroom als essentieel om de druk op de woningmarkt te verlagen.
“De vraag naar woningen is geëxplodeerd door een netto migratiesaldo van meer dan 100.000 mensen gemiddeld per jaar.”
“Voer een asielstop in. De Nederlandse bevolking krimpt, dus zonder immigratie zou er een overschot zijn aan woningen en zouden de huur- en koopprijzen kelderen.”
“Om weer betaalbaar te kunnen wonen, moeten vraag en aanbod op de woningmarkt weer in balans komen door meer woningen te bouwen en immigratiebeperkende maatregelen te nemen.”
BVNL wil het makkelijker maken om bestaande gebouwen te transformeren tot woningen, woningdelen toe te staan en studentenhuizen te faciliteren. Dit moet snel extra woonruimte opleveren zonder nieuwe bouwlocaties te zoeken.
“Sta woningdelen en studentenhuizen weer toe en de druk op de woningmarkt zal, in elk geval in steden met veel jongeren, enorm afnemen.”
“Maak het transformeren van bedrijfsruimtes naar woningen makkelijker.”
“Het vergunningsvrij maken van woningdelen, het splitsen van woningen, het optoppen van woningen, het transformeren van kantoren naar woningen en het afschaffen van de kostendelersnorm, die er allemaal toe leiden dat de markt weer normaliseert.”
BVNL ziet het stikstofbeleid en andere milieuregels als kunstmatige blokkades voor woningbouw en wil deze afschaffen om sneller te kunnen bouwen.
“Stop met het onnodige stikstofbeleid en geef weer vergunningen af.”
“BVNL wil dat het 'stikstofprobleem' van tafel gaat. Technisch gezien is er geen stikstofprobleem en we moeten stoppen met het lastigvallen van boeren, vissers en andere ondernemers op grond van een zelf gecreëerd bureaucratisch probleem.”
BVNL wil woningcorporaties meer ruimte geven om sociale huurwoningen te bouwen, maar pleit voor marktwerking in de overige segmenten.
De ChristenUnie kiest voor een actieve regierol van de overheid in de woningmarkt, met als doel jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, waarvan minimaal tweederde betaalbaar is. Ze investeren miljarden extra in betaalbare (huur- en koop)woningen, versnellen vergunningprocedures, en leggen nadruk op leefbare, gemengde wijken en toekomstbestendig bouwen. Hun plannen zijn concreet, financieel onderbouwd en richten zich op structurele oplossingen voor de wooncrisis.
De ChristenUnie wil het woningtekort structureel aanpakken door een ambitieus bouwtempo van 100.000 woningen per jaar, met een duidelijke focus op betaalbaarheid. Dit wordt ondersteund door forse investeringen en het verplicht stellen van een groot aandeel betaalbare woningen, waaronder sociale huur.
“We bouwen 100.000 woningen per jaar, waarvan ten minste tweederde goed te betalen is voor mensen met een gewoon inkomen. Daarvoor trekken we de komende jaren miljarden extra uit...”
“Om dat in te lopen, moeten we elk jaar 100.000 nieuwe woningen bouwen. De ChristenUnie wil dat dit tempo echt gehaald wordt, en maakt daar het komende decennium 20 miljard euro extra voor vrij: 10 miljard extra investeringen in betaalbare woningbouw en structureel een miljard per jaar door woningcorporaties meer investeringsruimte te bieden dan ze nu hebben.”
“We willen dat wonen weer betaalbaar wordt voor iedereen. Daarom zorgen we dat minstens twee derde van de nieuw te bouwen huizen betaalbaar is, waaronder 30 procent sociale huur.”
De partij erkent dat trage en complexe procedures woningbouw belemmeren. Ze willen vergunningen versnellen, bezwaarprocedures inkorten en landelijke goedkeuring voor fabrieksbouw mogelijk maken, zonder afbreuk te doen aan leefbaarheid en veiligheid.
“We versimpelen en versnellen daarom vergunningprocedures, zodat de meeste tijd van een bouwproject niet meer in procedures zit.”
“Bezwaarprocedures worden korter: mensen of groepen zonder direct belang kunnen geen eindeloze vertraging meer veroorzaken. De Raad van State gaat werken met een snelle toets vooraf (zoals in Duitsland), om onnodige rechtszaken eruit te filteren.”
“Er worden steeds meer woningen in de fabriek gebouwd. Dit moedigen we aan en vereenvoudigen we door een landelijke goedkeuring, zodat niet elk project apart beoordeeld hoeft te worden.”
De ChristenUnie wil landelijke regie op grote woningbouwlocaties, vergelijkbaar met de VINEX-aanpak, en een langetermijnplan van het ministerie van Volkshuisvesting. Dit moet zorgen voor voorspelbaarheid en snelheid in de bouw, met oog voor bereikbaarheid en toekomstbestendigheid.
“Voor grote woningbouwopgaven komt een landelijke aanpak, zoals eerder bij de VINEX-wijken. Zo zorgen we dat bouwen sneller en beter gebeurt, op plekken die toekomstbestendig en bereikbaar zijn.”
“Ook komt er een langetermijnplan van het ministerie van Volkshuisvesting, zodat bouwers weten waar ze aan toe zijn.”
Om de woningmarkt eerlijker te maken, wil de ChristenUnie de hypotheekrenteaftrek geleidelijk afbouwen en het eigenwoningforfait over de eerste miljoen euro afschaffen. Ze stimuleren betaalbare koopwoningen en versoepelen regels voor woningcorporaties.
“Door de hypotheekrenteaftrek worden woningzoekenden en huurders op achterstand gezet ten opzichte van woningeigenaren... wil de ChristenUnie deze regeling de komende decennia geleidelijk afbouwen.”
“Tegelijkertijd schaffen we het eigenwoningforfait af over de eerste miljoen euro, zodat over de eerste miljoen euro aan woningwaarde geen belasting meer hoeft te worden betaald.”
“We breiden we het Nationaal Fonds Betaalbare Koopwoningen uit, zodat ook starters eindelijk een kans krijgen op de koopmarkt.”
De partij wil bestaande gebouwen beter benutten (ombouw, splitsen, optoppen) en alternatieve woonvormen stimuleren, zoals wooncoöperaties en mantelzorgwoningen, om snel extra woonruimte te creëren.
“Bestaande gebouwen benutten we beter, bijvoorbeeld door leegstaande kantoren en gebouwen om te bouwen tot woningen, grote woningen te splitsen of door een extra verdieping op bestaande huizen toe te voegen (optoppen).”
“We geven maximaal ruimte aan wooncoöperaties, gemeenschappelijke woonvormen of vormen van collectief particulier opdrachtgeverschap, door regelgeving daarvoor te vereenvoudigen.”
De ChristenUnie wil dat nieuwbouw duurzaam, energiezuinig en klimaatbestendig is, met aandacht voor circulaire materialen en ruimtelijk rentmeesterschap. Bouwen in risicovolle gebieden wordt vermeden.
“We willen dat nieuwbouwwoningen niet alleen energiezuinig zijn, maar ook duurzaam gebouwd worden. Daarom werken we mee aan een nieuwe Europese rekenmethode die kijkt naar de totale impact van een woning...”
“Bouwen in risicovolle gebieden wordt vermeden, bijvoorbeeld bij een kwetsbare bodem, overstromingsgevaar of ongezond leefklimaat. Rijk en gemeenten kijken minimaal 50 jaar vooruit in de keuzes waar wel en niet wordt gebouwd.”
Volt presenteert een ambitieus en integraal woonbeleid gericht op het versneld bouwen van 1 miljoen betaalbare, duurzame woningen, met centrale regie vanuit het ministerie van Volkshuisvesting. De partij wil de woningmarkt hervormen door fiscale prikkels voor koopwoningen af te bouwen, woningcorporaties te versterken, en innovatieve woonvormen te stimuleren, met oog voor duurzaamheid, doorstroming en sociale cohesie. Volt koppelt realistische financiële dekking aan haar plannen en legt nadruk op uitvoerbaarheid, standaardisatie en samenwerking tussen overheden en marktpartijen.
Volt stelt dat alleen met nationale regie en een structureel budget het doel van 1 miljoen woningen haalbaar is. Het ministerie van Volkshuisvesting krijgt de hoofdrol in langetermijnbeleid, standaardisatie van regels en het versnellen van procedures, zodat de bouw daadwerkelijk op gang komt.
“Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening krijgt een structureel budget waarmee het doel van 1 miljoen woningen bouwen ook echt gehaald kan worden.”
“Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening harmoniseert waar mogelijk gemeentelijke bouw- en omgevingsregels om transities te versnellen, of stelt samen met gemeenten kaders daarvoor op. Zo creëren we één landelijk stelsel van uniforme spelregels voor de (ver-)bouw van nieuwe en bestaande woningen, waarop maar heel beperkt uitzonderingen mogelijk zijn.”
“We versnellen de woningbouw op doorbraaklocaties.”
Volt wil de woningmarkt structureel betaalbaarder maken door fiscale voordelen voor koopwoningen af te bouwen, woningcorporaties te ontlasten en een groot deel van de nieuwbouw betaalbaar te houden. Dit moet speculatie tegengaan en de doorstroom bevorderen.
“We bouwen de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait zo snel mogelijk af en verplaatsen de eigen woning stapsgewijs naar box 3. De gestegen maandlasten voor huiseigenaren worden gecompenseerd met een lagere inkomstenbelasting en een basisinkomen. Op deze manier belasten we vermogen meer dan arbeid én dalen de huizenprijzen.”
“Gemeenten moeten binnen hun nieuwbouwopgave zorgen voor een goede mix van woningen. In principe geldt: minstens twee derde van de nieuwe woningen moet betaalbaar zijn en minimaal 30% sociale huur.”
“De overheid financiert onder de voorwaarde dat gerealiseerde betaalbare (midden)woningen voor onbepaalde tijd ook echt betaalbaar blijven.”
Volt zet in op digitalisering, standaardisatie en innovatieve bouwmethoden om sneller te bouwen en vergunningen te verlenen. Ook worden nieuwe woonvormen en coöperaties gestimuleerd.
“We blijven zoeken naar manieren om bouwtrajecten te versnellen, bijvoorbeeld door te experimenteren met gestandaardiseerde concepten voor socialewoningbouw. De corporatie kan kiezen uit vooraf goedgekeurde typen woningen, die daardoor ook sneller kunnen worden vergund.”
“We benutten de kansen van digitalisering om woningbouwprojecten te versnellen. Het Kadaster gaat eigendomsrechten in digitale 3D-modellen bijhouden in plaats van op platte tekeningen: we rollen deze innovatie in de komende jaren verder uit en leggen die wettelijk vast.”
“We investeren in innovatieve en coöperatieve leef- en woonvormen. Niet alleen voor studenten en senioren, maar voor iedereen die in meer sociale samenhang wil leven.”
Volt maakt duurzaamheid en klimaatneutraliteit tot norm voor alle nieuwbouw en wil bestaande bouw versneld verduurzamen, met concrete normen en financiële ondersteuning.
“Alle nieuwbouw moet vanaf 2030 voldoen aan de Zero Emission Building (ZEB)-standaard. Als het bij een nieuwbouwproject technisch of financieel niet haalbaar is om aan de standaard te voldoen, kan deze worden versoepeld zodat betaalbare woningbouw mogelijk blijft.”
“We bouwen circulair, duurzaam en snel. Dit doen we door vol in te zetten op biobased bouwen met lokaal geproduceerde bouwmaterialen. Waar mogelijk bouwen we modulair en prefab.”
“We hervormen de subsidies voor verduurzaming. Niet de bewoner, maar de overheid moet de kosten voor isolatie voorschieten.”
Volt wil de doorstroming op de woningmarkt bevorderen, onder meer door terugkoopregelingen, voorrang voor doorstromers en een nationaal doorstroomoffensief voor senioren.
“We bevorderen doorstroom op de huizenmarkt, zoals met afspraken in nieuwbouwprojecten, om voor een deel van de middenhuur- en koopwoningen voorrang te geven aan doorstromers vanuit de sociale huursector.”
“Ook zetten we terugkoopregelingen vaker in om meer betaalbare koopwoningen en doorstroom te realiseren.”
“Volt pleit voor een nationaal doorstroomoffensief dat het voor senioren ook echt aantrekkelijk maakt om door te stromen naar een passende woning.”
D66 presenteert ambitieuze en grootschalige woonplannen, gericht op het bouwen van tien nieuwe steden, het versnellen van woningbouw en het bevorderen van doorstroming op de woningmarkt. De partij wil structurele hervormingen zoals een landelijke grondbank, meer sociale huur, en het aanpakken van bezwaarprocedures om sneller te kunnen bouwen. Hun visie is dat wonen een basisrecht is en dat er radicale keuzes nodig zijn om het woningtekort op te lossen.
D66 kiest voor een grootschalige aanpak door tien nieuwe steden te bouwen, vooral bij bestaande steden en ov-knooppunten. Dit moet het woningtekort structureel oplossen en ruimte bieden aan verschillende doelgroepen. De plannen zijn ambitieus en vragen om langdurige inzet en samenwerking.
“D66 wil tien nieuwe steden bouwen, vooral bij bestaande steden of kernen en bij grote ov-knooppunten.”
“We creëren nieuw land tussen Amsterdam en Flevoland, als eerste stad van de tien.”
“Deze steden staan er niet morgen. Daarom moeten we nu al beginnen met beter gebruik van wat er al is.”
Om woningbouw te versnellen, wil D66 een Rijksgrondfaciliteit oprichten en jaarlijks €2 miljard investeren. Gemeenten krijgen meer mogelijkheden om grond te kopen en grondspeculatie tegen te gaan, zodat er sneller en betaalbaarder gebouwd kan worden.
“We richten een Rijksgrondfaciliteit (een landelijke grondbank) op, zodat de grond die het Rijk in bezit heeft of krijgt, ingezet kan worden om sneller huizen te bouwen. We maken jaarlijks €2 miljard euro vrij om de woningbouw uit het slop te halen.”
“Gemeenten meer ruimte om zelf grond te kopen en te ontwikkelen. Ook krijgen gemeenten meer mogelijkheden om grondspeculaties te voorkomen.”
D66 wil wettelijk vastleggen dat bij nieuwbouw minstens 30% sociale huur komt, om gemengde wijken te behouden en betaalbaarheid te waarborgen. Dit moet de toegankelijkheid van de woningmarkt vergroten, vooral voor lagere inkomens.
“We leggen wettelijk vast dat bij nieuwbouw in elke gemeente minstens 30% sociale huur komt, zodat gemeenschappen in wijken gemengd blijven.”
De partij ziet doorstroming als essentieel voor een gezonde woningmarkt. Ze willen meer woningen voor ouderen bouwen, een bouwquotum voor verschillende doelgroepen invoeren, en een Nationale Doorstroombank oprichten om verhuizen aantrekkelijker te maken.
“Voor doorstroming is regie nodig. Het vraagt om heel goede samenwerking tussen banken, huiseigenaren, gemeenten, woningcorporaties en zorgorganisaties. De eerste stap is meer huizen bouwen voor oudere mensen, zodat wie dat wil, kan verhuizen naar een passende plek.”
“Er moet een bouwquotum komen, zodat elke gemeente moet meebouwen voor elk van deze groepen.”
“We richten een Nationale Doorstroombank op. Die geeft oudere mensen zekerheid over hun toekomstige woonlasten als zij verhuizen naar een kleinere, passende woning.”
D66 wil bezwaarprocedures bij woningbouw versnellen en het recht op wonen zwaarder laten wegen dan het recht op bezwaar, om bouwprojecten minder vaak te laten vastlopen.
Naast nieuwbouw zet D66 in op het verduurzamen van bestaande woningen, met een grootschalig isolatieplan en verplichte verbetering van slecht geïsoleerde huurwoningen.
NSC presenteert zich als een partij die realistische en uitvoerbare woonplannen nastreeft, met nadruk op het versnellen van woningbouw, het vergroten van het aandeel betaalbare en sociale woningen, en het doorbreken van bureaucratische barrières. Hun kernvoorstellen zijn het bouwen van jaarlijks 100.000 woningen (waarvan 30% sociaal en 2/3 betaalbaar), het instellen van een versnellingsfonds, het beperken van bezwaarprocedures, en het stimuleren van innovatieve en flexibele woonvormen. De partij legt de nadruk op regie door de overheid, concrete prestatieafspraken met corporaties, en het aanpakken van grondspeculatie.
NSC wil de woningbouw versnellen door procedures te verkorten, bezwaar en beroep te beperken, en de overheid meer regie te geven. Dit moet leiden tot snellere realisatie van betaalbare woningen en het oplossen van de uitvoeringscrisis.
“Het is nodig om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen (waarvan 30% sociaal en 2/3 de betaalbaar, maatwerk per regio).”
“De gemeentelijke goedkeuring van bouwplannen wordt aan strikte termijnen gebonden en de mogelijkheden voor bezwaar en beroep worden ingeperkt.”
“We investeren € 2 miljard extra in een versnellingsfonds voor de woningmarkt. Met het geld worden woningbouwprojecten sneller uitgewerkt, concrete knelpunten aangepakt en vergunningen eerder verleend.”
“De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening houdt regie op de volkshuisvesting en krijgt een taakstelling voor het aantal woningen dat jaarlijks gebouwd moeten worden.”
De partij zet stevig in op het vergroten van het aandeel sociale huurwoningen en betaalbare koop- en huurwoningen, met duidelijke kwantitatieve doelen en langjarige afspraken met woningcorporaties.
“We streven naar een aandeel van 30% sociale huur en van 2/3de betaalbare koop en midden-huur.”
“We willen langjarige verplichte afspraken maken met woningbouwcorporaties over de bouw van nieuwe woningen tot 2035. Deze prestatieafspraken tussen Rijk en woningcorporaties zijn gekoppeld aan heldere woningbouwdoelen per regio.”
“Regio’s die minder sociale huurwoningen hebben dan het landelijk gewenste gemiddelde moeten in hun nieuwbouwprogramma minstens 30% sociale huur opnemen.”
NSC wil bestaande gebouwen beter benutten, innovatieve bouwmethoden stimuleren en flexibele woonvormen mogelijk maken om sneller en efficiënter woningen toe te voegen.
“Het moet eenvoudiger worden om woningen te splitsen, op te toppen, of om leegstaande kantoorpanden te transformeren naar woonruimte. Waar mogelijk vergunningsvrij.”
“We investeren in innovatieve woonoplossingen zoals conceptbouw, fabriekswoningen en modulaire bouw. Zo kunnen woningen kwalitatief goed en toch snel worden gebouwd.”
“Op basis van de Omgevingswet kunnen tijdelijke woningen snel worden geplaatst. Zulke woningen moeten wel voldoende kwaliteit hebben: we stellen daarom voor om de terugverdientijd voor tijdelijke woningen op te rekken van maximaal 30 naar minimaal 40 jaar.”
Om betaalbaarheid te waarborgen en speculatie tegen te gaan, wil NSC actief rijksgronden inzetten en grondspeculatie belasten of onteigenen waar nodig.
“Rijksgronden kunnen prima woonlocaties zijn, we zetten ze actief in bij gebiedsontwikkelingen.”
“Er komt een gemeentelijke heffing om grondspeculatie tegen te gaan. Als grond in waarde stijgt, moet dat extra geld gaan naar de gebiedsontwikkeling of sociale woningbouw.”
“Daarnaast maken we het mogelijk om verouderde terreinen te onteigenen van het huidige gebruik, zodat grondspeculanten er geen woekerprijzen voor kunnen vragen.”
De PVV stelt dat het woningtekort in Nederland vooral veroorzaakt wordt door immigratie en falend beleid, en wil daarom bouwen voor Nederlanders prioriteren. Hun belangrijkste voorstellen zijn het fors versnellen van woningbouw (zowel binnen- als buitenstedelijk), het schrappen van voorrang voor statushouders, het verlagen van sociale huren, het versoepelen van bouw- en vergunningsregels, en het afschaffen van extra duurzaamheidseisen. De kern van hun visie is: meer betaalbare woningen voor Nederlanders, minder regels en minder prioriteit voor nieuwkomers.
De PVV wil de betaalbaarheid van wonen direct verbeteren door sociale huren te verlagen en meer mensen toegang te geven tot betaalbare huurwoningen. Dit moet de druk op de woningmarkt voor Nederlanders verlichten.
“De PVV verlaagt volgend jaar de sociale huren met 10%. Woningcorporaties worden gecompenseerd: door voor hen de winstbelasting te schrappen, komt de bouwopgave niet in gevaar. Ook verhogen we de inkomensgrenzen voor betaalbare huurwoningen, zodat meer woningzoekenden hiervoor in aanmerking komen.”
De partij stelt dat statushouders onevenredig profiteren van sociale huurwoningen en wil deze voorrang volledig schrappen. Dit moet de wachttijd voor Nederlanders verkorten.
De PVV wil woningbouw versnellen door meer locaties aan te wijzen, procedures te verkorten, bezwaar- en beroepsmogelijkheden tijdelijk te beperken, en waar nodig in te grijpen door de Rijksoverheid. Zowel binnenstedelijk (transformatie, optoppen, splitsen) als buitenstedelijk (nieuwe wijken) moet fors worden gebouwd.
“We bouwen sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen – voor starters, gezinnen, alleenstaanden en ouderen – mét voldoende ruimte voor de auto. Waar de woningbouw niet van de grond komt, grijpt de Rijksoverheid in.”
“Buitenstedelijk bouwen: méér nieuwe grootschalige woningbouwlocaties”
“Binnenstedelijk bouwen; transformatie van kantoor- en bedrijfspanden; optoppen, splitsen en woningdelen; niet alleen straatjes erbij, maar ook hele buurten en wijken”
“Kortere en snellere vergunningverlening en procedures; tijdelijk beperken van de mogelijkheden tot bezwaar en beroep tegen woningbouw waar een omgevingsplan vastligt”
“Ingrijpen door de Rijksoverheid bij vastgelopen woningprojecten; provincies en gemeenten die niet voldoende bouwen of meewerken, worden aangepakt”
De PVV ziet duurzaamheidsregels als belemmering voor snelle en betaalbare woningbouw en wil deze daarom schrappen. Ook moeten bouweisen worden vereenvoudigd en vergunningen makkelijker worden verleend.
“We schrappen en vereenvoudigen bouweisen zoveel mogelijk. We stoppen met het eindeloze geneuzel over duurzaam en circulair bouwen. Er komen geen verplichte warmtepomp en geen nieuwe duurzaamheidseisen; we gaan ook niet verplicht van het gas af.”
“Schrappen en vereenvoudigen van bouweisen; geen nieuwe duurzaamheidseisen, geen verplichte warmtepomp, niet verplicht van het gas”
Om het woningtekort snel te verlichten, wil de PVV permanente bewoning van recreatiewoningen volledig toestaan.
De partij wil een deel van de waardestijging van grond bij bestemmingswijziging inzetten voor betaalbare woningbouw en grondspeculatie tegengaan.
“Met de invoering van een planbatenheffing zetten we een deel daarvan in om méér betaalbare woningen te bouwen en gaan we grondspeculatie tegen.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) ziet wonen als een grondrecht en wil de wooncrisis oplossen door woningen los te koppelen van de markt, fors in te zetten op sociale huur, en bouwen te combineren met natuurherstel en duurzaamheid. Hun plannen richten zich op het benutten van bestaande bebouwing, het vrijmaken van landbouwgrond door krimp van de veehouderij, en het bouwen van betaalbare, duurzame woningen op klimaatbestendige locaties. De kern van hun visie is dat wonen niet langer een verdienmodel mag zijn, maar een publieke taak gericht op brede welvaart en ecologische grenzen.
PvdD wil af van het idee dat wonen een verdienmodel is en pleit voor een terugkeer naar volkshuisvesting, waarbij de overheid stuurt op betaalbaarheid en beschikbaarheid in plaats van marktwerking.
“Wonen is geen verdienmodel. Maar dat is het wel geworden door bestuurspartijen. Met de verhuurdersheffing en de liberalisering van de huurmarkt werden woningzoekenden een nieuw verdienmodel en kregen huisjesmelkers en speculanten vrij baan.”
“De wooncrisis kan alleen worden opgelost als gevestigde financiële belangen plaatsmaken voor de belangen van mensen die een woning nodig hebben, van woningmarkt naar volkshuisvesting.”
De partij wil het aandeel sociale huur fors verhogen en betaalbare woningen prioriteren, met concrete quota voor nieuwbouw en bescherming tegen verkoop van sociale huurwoningen.
PvdD wil eerst bestaande gebouwen transformeren, leegstand tegengaan en doorstroming bevorderen voordat er nieuw wordt gebouwd, om zo efficiënt mogelijk met ruimte om te gaan.
“Allereerst wordt bestaande bebouwing slimmer benut. Denk aan het transformeren van kantoorpanden, het aanpakken van leegstand, het optoppen en splitsen van bestaande woningen en het stimuleren van doorstroming.”
“Een heffing op leegstand en braakliggende grond bij (woning)bouwprojecten maakt het onaantrekkelijk om panden leeg te laten staan en te speculeren met bouwgrond.”
Door het aantal dieren in de veehouderij drastisch te verminderen, wil de partij landbouwgrond vrijmaken voor natuur en woningbouw, waarmee ook de stikstofcrisis wordt aangepakt.
“Door te kiezen voor een krimp met 75% van het aantal dieren dat wordt gefokt en gedood in de veehouderij wordt de stikstofcrisis opgelost, komt er veel landbouwgrond en agrarische bebouwing vrij. Naast herstel van de natuur ontstaat zo ruimte voor woningen.”
“Door een krimp van het aantal dieren in de veehouderij komt er landbouwgrond vrij voor natuur en woningbouw.”
De partij wil bouwen op plekken die niet kwetsbaar zijn voor klimaatrisico’s, en wijst expliciet laaggelegen polders af.
“Woningen bouwen we alleen op klimaatbestendige locaties. Laaggelegen polders onder zeeniveau zijn dat niet, zoals Rijnenburg nabij Utrecht.”
PvdD stelt hoge eisen aan duurzaamheid, circulariteit en natuurinclusiviteit bij nieuwbouw en renovatie, met nadruk op natuurlijke materialen en energieneutraliteit.
“Alle nieuwbouw wordt circulair gebouwd, gasvrij, natuurinclusief, minstens energieneutraal, en zo mogelijk energiepositief.”
“We bouwen, lowtech, circulair en natuurinclusief. Er wordt zo veel mogelijk gebruikgemaakt van natuurlijke, hernieuwbare en gerecyclede materialen en van natuurlijke bouwprincipes.”
De partij wil doorstroming bevorderen, onder meer door nieuwe woonvormen voor senioren en cohousing mogelijk te maken, zodat woningen beter aansluiten bij veranderende behoeften.
“We stimuleren nieuwe woonvormen voor senioren, zodat zij makkelijk kunnen doorstromen naar woonvormen die bij hun levensfase passen en er voor jongeren meer woningen beschikbaar komen.”
“Het moet makkelijker worden een hypotheek af te sluiten met meer dan twee mensen, en dit moet bij alle hypotheekverstrekkers kunnen. Op die manier wordt ‘cohousing’ mogelijk gemaakt en kunnen verschillende gezinsconstructies gefaciliteerd worden.”
BBB presenteert zich als een partij die woningbouw wil versnellen door minder regels, meer regionale maatwerkoplossingen en het benutten van bestaande gebouwen. Ze zetten in op het vergemakkelijken van splitsen, ombouwen en bouwen in dorpen én steden, met speciale aandacht voor betaalbaarheid, doorstroming en het behoud van agrarische grond. Hun plannen zijn vooral gericht op praktische uitvoerbaarheid, het wegnemen van bureaucratische obstakels en het stimuleren van lokale initiatieven.
BBB wil de woningbouw versnellen door procedures te verkorten, regels te vereenvoudigen en extra eisen van gemeenten en provincies te beperken. Dit moet leiden tot meer en snellere bouw van woningen, zowel in steden als op het platteland.
“De procedures voor het starten van bouwprojecten worden verkort en vereenvoudigd. Regels voor nieuwe woningen, zoals het bouwbesluit en duurzaamheidseisen blijven de komende jaren gelijk om zekerheid te bieden aan bouwers en kopers. Gemeenten met hun welstandscommissies en provincies mogen geen extra eisen stellen aan te bouwen woningen, tenzij zij dit vanwege publiek belang zelf bekostigen.”
“Er komt een boete voor gemeenten die het bouwbesluit verzwaren met aanvullende eisen.”
BBB wil het splitsen van woningen, woningdelen, kamerverhuur en het ombouwen van bestaande panden tot woningen makkelijker en aantrekkelijker maken. Dit moet het woningaanbod vergroten zonder grootschalige nieuwbouw.
“Vergunningsvrij splitsen. BBB zet in op het vergunningsvrij delen en splitsen van woningen die zich daarvoor lenen. Bijbouwen moet gemakkelijker worden. BBB wil verhuur aantrekkelijker maken, ook kamerverhuur. Regels die daarvoor belemmerend werken, horen te worden afgeschaft.”
“Leegstaande panden ombouwen tot woningen, zoals voormalige boerderijen, kantoren en fabrieken, moet makkelijker worden.”
“Woningdelen, het splitsen van woningen en kamerverhuur en hospitaverhuur worden eenvoudiger en aantrekkelijker gemaakt.”
BBB wil dat het merendeel van de nieuwbouw betaalbaar is, met extra aandacht voor starters, senioren en middeninkomens. Doorstroming wordt bevorderd door meer seniorenwoningen en gerichte toewijzing.
“Wij streven ernaar dat twee van de drie nieuwe huizen in elke regio daadwerkelijk betaalbaar worden. Maximaal 30 procent daarvan is sociale huur. Woningcorporaties worden gestimuleerd om weer 30.000 sociale huurwoningen per jaar te bouwen.”
“Er komen starterscontracten zodat verhuren aan starters op de woningmarkt aantrekkelijker wordt.”
“We willen maatregelen om ouderen te helpen zelfstandig te blijven wonen. Dit vraagt zowel in de dorpen als in de steden versnelde bouw van seniorenwoningen, met ruimte voor ontmoeting en gezamenlijke voorzieningen.”
BBB wil woningen gericht toewijzen aan mensen met lokale binding, urgentie of beroepen die belangrijk zijn voor de gemeenschap, om zo de leefbaarheid en sociale samenhang te versterken.
“Bij de toewijzing van koop en huurwoningen geven we voorrang aan mensen met een lokale binding, urgentie of mensen die een belangrijke bijdrage leveren aan de gemeenschap, denk aan onderwijzers, zorgpersoneel en politiemensen. Dit kan nu al voor 50 procent van de woningen (nieuwbouw). Voor BBB mag dit hoger worden.”
BBB wil woningbouw mogelijk maken in dorpen en aan de rand van steden, maar zonder vruchtbare landbouwgrond op te offeren. Ze pleiten voor maatwerk per regio en bescherming van het platteland.
“Om vruchtbare landbouwgrond te beschermen mogen nieuwe woningen in het buitengebied geen belemmering vormen voor omliggende agrarische bedrijven. De beleidsmatige obstakels voor bouwen die provincies opwerpen door landschappen een beschermde waarde toe te kennen, moeten worden weggenomen.”
“Wij streven naar maatwerk om de leefbaarheid van kleine kernen te behouden. We beschermen kostbaar boerenland, maar willen wel woningbouw in buurtschappen, aan de rand van dorpen en steden mogelijk maken.”
BBB koppelt de woningnood aan migratie en wil de instroom beperken om de druk op de woningmarkt te verminderen.
“Het indammen van de migratiestroom en een halt aan de ongecontroleerde hoeveelheid asielzoekers draagt bij aan het verminderen van de druk op de woningmarkt.”
Het CDA presenteert zich als een partij die de woningnood wil aanpakken met een combinatie van stevige regie door de overheid, het bouwen van 100.000 woningen per jaar (waarvan twee derde betaalbaar), en het versnellen van procedures. Hun plannen richten zich op doorstroming, betaalbaarheid, verduurzaming en het verminderen van belemmerende regelgeving, met speciale aandacht voor starters, ouderen en gezinnen. De partij koppelt deze ambities aan concrete maatregelen zoals het afbouwen van de hypotheekrenteaftrek, het invoeren van een bouwplicht, en het stimuleren van fabrieksmatig bouwen.
Het CDA wil de woningnood structureel aanpakken door jaarlijks minimaal 100.000 woningen te bouwen, waarvan het merendeel betaalbaar is. Dit moet zorgen voor meer kansen voor starters, gezinnen en ouderen, en een betere doorstroming op de woningmarkt.
“We willen een stabiele productie van minimaal honderdduizend woningen per jaar. Het uitgangspunt is twee derde betaalbaar waarvan 30 procent sociale huur.”
“Het principe van ‘straatje erbij’ wordt uitgebreid tot een volwaardig programma voor ‘buurtje erbij’ of ‘wijkje erbij’, zodat jongeren in hun eigen dorp kunnen blijven wonen en we niet alleen huizen, maar ook gemeenschappen bouwen.”
Het CDA erkent dat ingewikkelde regelgeving en lange procedures woningbouw vertragen. Ze willen bezwaarprocedures inkorten, bovenwettelijke eisen schrappen en fabrieksmatig bouwen stimuleren om sneller resultaat te boeken.
Om de woningmarkt eerlijker en betaalbaarder te maken, wil het CDA de hypotheekrenteaftrek geleidelijk afbouwen over dertig jaar, met de opbrengst direct gebruikt voor verlaging van de inkomstenbelasting.
“Daarom bouwen we de hypotheekrenteaftrek geleidelijk af. De opbrengsten gebruiken we een op een om de inkomstenbelasting te verlagen.”
“De geleidelijke afbouw vindt plaats over een lange transitieperiode van dertig jaar, zodat huiseigenaren die met de aftrek rekening hebben gehouden in hun financiële planning, niet in de knel komen.”
Om te voorkomen dat bouwgrond onbenut blijft en leegstand aanhoudt, stelt het CDA een bouwplicht in en wil het een leegstandsheffing invoeren.
“We introduceren een leegstandsheffing in de wet: nu staan nog te veel panden onnodig leeg. We stimuleren gemeenten werk te maken van de leegstandsverordening. Bij het verlenen van een omgevingsvergunning komt er een bouwplicht binnen maximaal twee jaar.”
Het CDA wil de doorstroming bevorderen door meer levensloopgeschikte woningen voor ouderen te bouwen en praktische en financiële belemmeringen voor doorstroming weg te nemen.
“We stimuleren de doorstroming in de woningmarkt. Dit begint bij het bouwen van voldoende levensloopgeschikte woningen voor ouderen. Daarnaast zetten we in op het wegnemen van praktische en financiële bezwaren voor doorstroming.”
De partij wil verduurzaming versnellen door gemeenten te verplichten per wijk een verduurzamingsplan te maken en door subsidies en besluitvorming voor VvE’s te vereenvoudigen.
Het CDA wil het tekort aan betaalbare huurwoningen aanpakken door fors te bouwen in het middensegment en kiest voor inflatievolgend huurbeleid in de sociale sector.
“We zetten fors in op het bouwen van nieuwe huurwoningen in het middensegment. Dit is nodig zodat groepen als leraren, verpleegkundigen en politieagenten toegang krijgen tot een passende woning.”
“Voor sociale huur kiezen we voor inflatievolgend huurbeleid. Huurders en verhuurders hebben zo voor een lange termijn zekerheid over hun woonlasten.”
FVD stelt dat de woningnood vooral wordt veroorzaakt door overheidsregels, klimaat- en stikstofbeleid, en immigratie. Hun belangrijkste voorstellen zijn het bouwen van 100.000 woningen per jaar zonder duurzaamheidseisen, het beperken van sociale huur, het afschaffen van de Wet Betaalbare Huur, en het behouden van fiscale voordelen voor huiseigenaren. De kern van hun visie is dat minder regulering, meer marktwerking en prioriteit voor Nederlanders de woningmarkt realistischer en betaalbaarder maken.
FVD wil het woningtekort oplossen door fors meer te bouwen, waarbij ze alle klimaat-, stikstof- en duurzaamheidseisen schrappen om snelheid en betaalbaarheid te vergroten. Ze stellen dat deze regels de bouw onnodig vertragen en duur maken.
“We bouwen snel 100.000 woningen per jaar, schrappen beknellende klimaat- en stikstofregels, en stoppen gedwongen verduurzaming om kapitaal vrij te maken voor nieuwbouw.”
“We bouwen jaarlijks 100.000 nieuwe woningen met voorrang voor Nederlanders, zodat het woningtekort verdwijnt.”
“We stoppen met verplichte duurzaamheidseisen, zodat bouwen makkelijker en goedkoper wordt.”
FVD wil het aandeel sociale huurwoningen verkleinen, verhuurders meer vrijheid geven, en de huurmarkt dereguleren. Ze stellen dat minder sociale huur en meer marktwerking het aanbod vergroot en de markt gezonder maakt.
“We verkleinen het aandeel sociale huurwoningen, zodat de markt gezonder wordt en minder afhankelijk van de overheid.”
“We stoppen met de verplichting voor private projecten om sociale woningen te bouwen, zodat bouwen weer rendabel wordt.”
“De Wet Betaalbare Huur is een aanval op het eigendomsrecht en leidt tot minder aanbod. Wij schaffen deze wet af, zodat verhuurders weer durven investeren en middenhuurwoningen terugkeren.”
FVD wil dat Nederlanders altijd voorrang krijgen bij de toewijzing van (sociale) woningen, en statushouders geen voorrang meer krijgen. Dit moet volgens hen de druk op de woningmarkt voor Nederlanders verlichten.
“We stoppen met het huisvesten van statushouders in de sociale sector en geven Nederlanders altijd voorrang.”
FVD wil de hypotheekrenteaftrek behouden en verhogen, de eigen woning in box 1 houden, de overdrachtsbelasting verlagen, en startersvrijstelling uitbreiden. Dit moet het kopen van een huis betaalbaar houden.
“De hypotheekrenteaftrek behouden we en het maximale aftrektarief gaat terug omhoog naar 52%.”
“De eigen woning blijft in box 1, onbelast, met een lage overdrachtsbelasting van 2% en een startersvrijstelling.”
“We schrappen de leeftijds- en woningprijsgrens uit de startersvrijstelling; de eerste woning is altijd vrij van overdrachtsbelasting, zodat kopen bereikbaar wordt voor iedereen.”
FVD wil het splitsen van panden en ombouwen van kantoren naar woningen eenvoudiger maken, en generatiewoningen stimuleren om sneller meer woningen beschikbaar te krijgen en families te ondersteunen.
GroenLinks-PvdA stelt dat de wooncrisis alleen opgelost kan worden door grootschalige publieke investeringen, het terugdringen van speculatie en het versnellen van woningbouw. Hun plannen richten zich op het bouwen van 100.000 woningen per jaar, het publiek maken van grond, het aanpakken van grondspeculatie en het juridisch versnellen van bouwprocedures. De partij benadrukt dat hun plannen realistisch zijn, omdat ze duidelijke keuzes maken, de regie bij de overheid leggen en hun programma laten doorrekenen door het CPB.
GroenLinks-PvdA wil de woningbouw versnellen door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, met een grote rol voor woningcorporaties en publieke investeringen. Dit moet de woningnood structureel aanpakken en de markt minder dominant maken. De partij stelt dat eerdere stagnatie kwam door gebrek aan politieke durf en wil nu daadkracht tonen.
“Met het grootste investeringsprogramma in decennia gaan we ruim 100.000 woningen per jaar bouwen.”
“We komen met een ambitieus investeringsprogramma voor de bouw van betaalbare woningen.”
“De Woningbouwcorporaties Nieuwe Stijl gaan jaarlijks tienduizenden woningen extra bouwen.”
De partij stelt dat speculatie met grond en vastgoed de woningmarkt verstoort en wil daarom de regie op grond terug in publieke handen brengen. Winsten van grondspeculanten worden afgeroomd en ingezet voor woningbouw, en er komt een landelijke opkoopbescherming tegen speculatie.
“We brengen de regie op grond weer in publieke handen, zodat we samen bepalen hoe ons landschap eruitziet in plaats van speculanten die uit zijn op winst.”
“De winsten van grondspeculanten gaan we afromen en inzetten voor woningbouw.”
“In het hele land komt er een opkoopbescherming die starters beschermt.”
“Een eerlijk deel van deze speculatiewinst vloeit terug naar de samenleving, zodat we het kunnen gebruiken voor woningbouw.”
Om daadwerkelijk sneller te kunnen bouwen, wil GroenLinks-PvdA bezwaarprocedures verkorten, meer locaties aanwijzen voor nieuwbouw en het stikstofslot opheffen. Dit moet juridische en milieutechnische blokkades wegnemen die woningbouw nu vertragen.
“We wijzen voldoende locaties aan voor nieuwbouw, verkorten en vereenvoudigen bezwaarprocedures en we halen Nederland van het stikstofslot.”
“We versnellen de bouw door regels te versimpelen en de stikstofimpasse op te lossen.”
“Daarom willen we in een nieuwe regering direct komen met een Wet versnelling woningbouw. Daarin nemen we maatregelen om meer grond beschikbaar te stellen voor woningbouw en de stikstofimpasse te doorbreken. Ook gaan we procedures voor woningbouw verkorten en vereenvoudigen.”
GroenLinks-PvdA claimt realistische plannen te hebben door duidelijke keuzes te maken, niet alles tegelijk te willen en hun programma te laten doorrekenen door het CPB. Ze erkennen dat niet alles in één keer kan, maar stellen dat hun aanpak uitvoerbaar is.
“De plannen in ons verkiezingsprogramma zijn erop gericht om Nederland zo snel mogelijk weer vooruit te krijgen. Niet door de hemel te beloven, wel door wát we beloven waar te maken. Daarom laten we ons programma vanzelfsprekend doorrekenen door het CPB.”
“We durven duidelijke keuzes te maken en hebben realistische plannen. Niet alles zal in één keer kunnen. Daarvoor zijn de problemen te groot.”
DENK vindt dat de overheid de regie moet nemen om het woningtekort snel op te lossen en betaalbaar wonen voor iedereen te garanderen. Hun plannen zijn gericht op het fors versnellen van woningbouw (100.000 woningen per jaar), het oprichten van een Rijksbouwbedrijf, het reguleren van huren en het investeren in sociale huur. DENK wil procedures drastisch versnellen, meer betaalbare woningen afdwingen en de woonlasten beperken door verduurzaming.
DENK wil het woningtekort snel oplossen door fors meer en sneller te bouwen, met een centrale rol voor de overheid via een Rijksbouwbedrijf en een Minister van Volkshuisvesting met verregaande bevoegdheden. Dit moet leiden tot een jaarlijkse bouw van 100.000 woningen, waarbij procedures worden versneld en belemmerende regelgeving wordt geschrapt.
“Wij willen sneller en meer bouwen. Het doel is om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen.”
“We richten een Rijksbouwbedrijf op dat de verantwoordelijkheid krijgt om woningbouwprojecten te ontwikkelen.”
“Er komt een fulltime Minister van Volkshuisvesting. Deze Minister krijgt verregaande bevoegdheden, zoals het bindend kunnen aanwijzen van locaties waar woningbouw gerealiseerd moet worden.”
“We gaan drastisch procedures versnellen. Dat betekent dat overbodige en belemmerende regelgeving verdwijnt. Ook wordt er gekeken naar de mogelijkheden om bezwaarmogelijkheden tegen woningbouwprojecten te verminderen, de termijnen te versnellen...”
DENK wil betaalbaar wonen afdwingen door een wettelijke norm voor het aandeel betaalbare woningen en door huurregulering. De overheid krijgt bevoegdheden om huurprijzen te bewaken en te bevriezen als deze te veel stijgen ten opzichte van inkomens.
“Een wettelijke norm in te voeren voor meer betaalbare woningen. Hierbij moet 50% bestaan uit sociale huur en koopwoningen, 40% betaalbare middenhuur en koop, en 10% hoger segment.”
“Wij staan voor regulering van de huren. De huren worden bevroren indien de huurstijgingen te veel op de koopkracht van mensen drukken. Op de langere termijn mogen de huren niet harder stijgen dan het inkomen van mensen, zodat huurstijgingen niet drukken op de portemonnee. De overheid krijgt de bevoegdheden om dit te bewaken.”
DENK wil fors investeren in sociale huurwoningen en verduurzaming om zowel het woningaanbod als de betaalbaarheid en kwaliteit te verbeteren. Slecht geïsoleerde woningen mogen niet in huurprijs stijgen.
“Wij willen meer investeren in sociale huur.”
“Wij willen fors investeren in verduurzaming van woningen. Naast dat wij hiermee bijdragen aan de klimaatdoelstellingen, worden de woonlasten voor mensen hiermee beperkt.”
“Bij woningen die niet voldoen aan kwaliteitseisen of slecht zijn geïsoleerd, worden huurstijgingen verboden.”
Om bestaande woonruimte beter te benutten, wil DENK regels die woningdelen belemmeren afschaffen, waaronder de kostendelersnorm.
“We schaffen de kostendelersnorm af en andere regels die woningdelen belemmeren worden ook afgeschaft. Hiermee komt er meer woningruimte beschikbaar.”
DENK wil gemeenten de mogelijkheid geven om leegstand en onbenutte grond aan te pakken via heffingen, om zo sneller woningen te realiseren.
“Om leegstand en het niet benutten van grond te kunnen aanpakken, kunnen gemeenten een leegstandsheffing of een heffing op braakliggende grond invoeren.”
De SP kiest radicaal voor een publieke aanpak van de wooncrisis: woningen zijn er om in te wonen, niet om winst mee te maken. Hun plannen draaien om het bouwen van één miljoen betaalbare huurwoningen, het bevriezen van huren, het aanpakken van leegstand en speculatie, en het vergroten van zeggenschap voor huurders en gemeenten. De kern is een sterke rol voor de overheid en woonverenigingen, met forse investeringen en concrete maatregelen om wonen weer betaalbaar en bereikbaar te maken voor brede groepen.
De SP wil de woningnood structureel oplossen door fors te investeren in betaalbare huurwoningen, met een maximale huur van 800 euro. Dit gebeurt via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden, splitsen, optoppen en het terugkopen van te dure huurwoningen. Het doel is om wonen weer bereikbaar te maken voor brede groepen, niet alleen de laagste inkomens.
“Wij bouwen één miljoen betaalbare huurwoningen, bevriezen de huren en geven bewoners weer zeggenschap over hun huis en hun buurt.”
“We zorgen voor één miljoen extra betaalbare huurwoningen, met een maximale huur van 800 euro. Dat doen we via nieuwbouw, het ombouwen van leegstaande panden, splitsen, optoppen, het terug kopen van te dure huurwoningen en door sloop te voorkomen.”
Om de woonlasten direct te verlagen en betaalbaarheid te garanderen, wil de SP de huren bevriezen en het puntensysteem hervormen zodat het weer draait om woningkwaliteit in plaats van marktwaarde.
“Om het tij te keren bevriezen wij daarom de huren. Ook passen we het puntensysteem aan: het gaat weer over de kwaliteit van de woning, niet over schommelingen in de WOZwaarde die de huren kunstmatig opdrijven.”
De SP wil leegstand actief bestrijden door leegstaande panden extra te belasten, onteigening mogelijk te maken en een landelijke woonplicht in te voeren. Zo worden panden sneller beschikbaar voor woningzoekenden en wordt speculatie ontmoedigd.
“Leegstaande panden worden extra belast, zodat speculatie niet langer loont. Als eigenaren geen plannen hebben om de panden te gebruiken of geschikt te maken voor bewoning, kunnen gemeenten deze onteigenen.”
“We voeren een landelijke woon plicht in. Zo zullen huizen gebruikt worden waarvoor ze bedoeld zijn: als thuis. Beleggers gaan meer overdrachts belasting betalen vanaf hun tweede huis.”
De SP wil dat huurders en gemeenten weer de regie krijgen over woningbouw en beheer. Woningcorporaties worden weer verenigingen met verantwoording aan huurders, en gemeenten krijgen meer bevoegdheden en financiële steun om woningen te realiseren.
“We maken van woningcorporaties weer verenigingen, met een bestuur dat verantwoording aflegt aan de huurders. Zo zorgen we dat bewoners samen beslissen over investeringen, onderhoud en toekomstige plannen.”
“Gemeenten krijgen weer de regie over woningbouw, zodat er gericht gebouwd kan worden voor de samenstelling van gezinnen in de buurt.”
“Wij ondersteunen gemeenten financieel om woningen te realiseren en geven ze meer bevoegdheden om de markt opzij te zetten, zodat mensen weer op één komen te staan.”
De SP wil een Nationaal Woonfonds oprichten en 30 miljard euro extra investeren in volkshuisvesting, bovenop bestaande investeringen. Dit moet de bouw en renovatie van betaalbare woningen versnellen.
“Wij richten een Nationaal Woonfonds op en investeren 30 miljard euro in volkshuisvesting. Dit komt bovenop de al bestaande investeringen en dit doen we door de staatsschuld iets op te laten lopen.”
De SP wil sociale huur niet beperken tot de laagste inkomens, maar toegankelijk maken voor middeninkomens, naar het voorbeeld van Wenen. Zo kunnen ook politieagenten, leraren en zorgverleners betaalbaar wonen.
“Daarom maken we sociale huur weer toegankelijk voor een brede groep mensen. Ook voor middeninkomens. In landen als Oostenrijk is dit al jaren de norm: in Wenen komt iedereen in aanmerking voor sociale huur, behalve de hoogste 25 procent van de inkomens. Dat werkt en dat willen wij ook in Nederland.”
De VVD stelt dat het woningtekort vooral moet worden opgelost door grootschalig te bouwen, regels te schrappen en centrale regie te voeren. Hun plannen richten zich op het versnellen van nieuwbouw, het stimuleren van betaalbare koopwoningen, het aantrekkelijker maken van de huurmarkt en het verminderen van bureaucratie. De kern van hun visie is dat minder regels en meer marktwerking leiden tot meer betaalbare woningen voor werkenden en starters.
De VVD wil het woningtekort aanpakken door fors meer woningen te bouwen, met sturing vanuit het Rijk en minder lokale belemmeringen. Ze zien centrale regie als noodzakelijk om tempo te maken en betaalbaarheid te waarborgen.
“We bouwen met sturing vanuit het Rijk dertig nieuwe grootschalige woonwijken, ook buiten de Randstad, en maken het voor gemeenten makkelijker om veel meer huizen te laten bouwen; via een tijdelijke nationale wet leggen we vast waar, welke en hoeveel woningen moeten worden gerealiseerd en op welke termijnen.”
“De rem op bouwen, transformeren en herbestemmen moet eraf. Dat vraagt om centrale regie.”
De VVD ziet overregulering en trage procedures als de grootste rem op woningbouw. Ze willen vergunningen, bezwaarprocedures en bouwregels drastisch verminderen om sneller te kunnen bouwen.
“We gaan daarom schrappen, schrappen, schrappen. In regels, in procedures en in bureaucratie. We onderzoeken de mogelijkheid om dit vorm te geven als een nood- of spoedwet.”
“We schrappen de wetten die de huurmarkt afknijpen: We willen dat er veel meer private huurwoningen worden gebouwd, zodat de huurprijs omlaaggaat. We schrappen de Wet betaalbare huur, de lokale zelfbewoningsplicht en het verbod op tijdelijke contracten.”
De VVD wil het eigen woningbezit stimuleren, vooral voor starters en mensen met een normaal inkomen, door een deel van de nieuwbouw te reserveren voor betaalbare koopwoningen en financiële instrumenten in te zetten.
“Hierin leggen we vast dat overheidsgeld met name naar betaalbare koopwoningen gaat. Per regio bestaan bouwprojecten voor 25% uit betaalbare koopwoningen.”
“Wij zien het daarom niet alleen als onze taak, maar als onze plicht om ervoor te zorgen dat iedereen een eigen huis kan bemachtigen. Niet alleen de happy few, maar mensen met een gewone baan moeten een koophuis kunnen betalen.”
De VVD wil het aanbod van betaalbare huurwoningen vergroten door corporaties te verplichten meer te bouwen en het voor particuliere investeerders aantrekkelijker te maken om te verhuren.
“Corporaties worden in staat gesteld en verplicht aanzienlijk meer sociale huurwoningen te bouwen.”
“Ook voor particulieren moet het aantrekkelijk worden om te investeren in huurwoningen en verhuur moet weer lonen. Daartoe onderzoeken wij of we de overdrachtsbelasting voor woningen die na de overdracht verhuurd gaan worden kunnen verlagen.”
Naast nieuwbouw wil de VVD bestaande woningen beter benutten door splitsen, optoppen, woningdelen en transformatie van leegstaand vastgoed te vergemakkelijken.
“Daarnaast is het belangrijk om de bestaande woningvoorraad beter te benutten, zoals via woningdelen, splitsen en optoppen. Belemmerende regelgeving wordt aangepakt om dit mogelijk te maken.”
“het ombouwen van leegstaande gebouwen tot woningen wordt makkelijker gemaakt. Denk aan leegstaande kantoren, winkels of scholen die tot woonruimte kunnen worden getransformeerd.”
BIJ1 kiest voor een radicaal andere koers in het woonbeleid door wonen volledig te onttrekken aan de markt en te behandelen als een basisrecht. De partij wil huren fors verlagen, 1 miljoen sociale woningen bouwen via een nationaal bouwbedrijf, leegstand streng aanpakken, en grondspeculatie verbieden. Hun visie draait om collectief eigendom, democratische zeggenschap van bewoners, en het beëindigen van winstbejag in de volkshuisvesting.
BIJ1 wil alle huren, ook in de vrije sector, verlagen en reguleren met bindende maximumprijzen, inclusief terugwerkende kracht. Hiermee willen ze woekerhuren en uitbuiting door huisjesmelkers stoppen en betaalbaar wonen voor iedereen garanderen.
“Alle huren omlaag. We zorgen dat huisjesmelkers niet méér huur aan jou kunnen rekenen dan eerlijk is, met bindende maximumprijzen voor elke woning. Te hoge huren maken we lager. Ook in de vrije sector, met terugwerkende kracht.”
“De ‘vrije’ huursector schaffen we af. Alle huurwoningen vallen onder een bindend en algemeen puntensysteem dat de maximale huur bepaalt.”
De partij wil een publiek bouwbedrijf oprichten dat zonder winstoogmerk grootschalig sociale huurwoningen bouwt, met prioriteit voor mensen met lage inkomens, jongeren en ouderen. Projectontwikkelaars die niet betaalbaar bouwen worden buitenspel gezet.
“Een Nationaal Bouwbedrijf bouwt woningen voor mensen, niet voor winst. Zo zetten wij de projectontwikkelaars die weigeren om betaalbaar te bouwen, omdat ze alleen verdienen aan te dure koopwoningen, buitenspel.”
“De overheid richt een nationaal publiek bouwbedrijf op dat zich volledig toelegt op de grootschalige bouw van kwalitatieve, duurzame sociale huurwoningen. Dit bouwbedrijf werkt zonder winstoogmerk en blijft permanent in publieke handen, met democratische zeggenschap van bewoners en huurdersorganisaties.”
BIJ1 wil leegstand ontmoedigen met hoge boetes en uiteindelijk onteigening van woningen die onnodig leegstaan, om deze toe te wijzen aan woningzoekenden.
“Wie een woning onnodig leeg laat staan, betaalt een boete van 2,8% van de WOZ-waarde per maand (100% van de waarde in 3 jaar). Na 3 jaar onteigenen (terugpakken) we de woning en wijzen die toe aan mensen om te wonen.”
De partij wil grondspeculatie onmogelijk maken door private grond in woningbouwgebieden te onteigenen en alle bouwgrond permanent in collectief eigendom te houden, zodat de overheid bepaalt wat, waar en voor wie gebouwd wordt.
“De grondmarkt die de woningbouw gegijzeld houdt wordt afgeschaft. Grondspeculatie wordt onmogelijk gemaakt: er komt een hoge planbatenheffing, speculatief grondbezit wordt verboden, en gemeenten of het Rijk onteigenen private grond in woningbouwgebieden tegen sociale gebruikswaarde.”
“Kostbare bouw- en landbouwgrond hoort niet in handen van speculanten zoals ASR, die 46.000 hectare oppotten en dat gebruiken om de overheid te chanteren. Deze grond pakken we terug en gebruiken we voor de bouw van sociale woningen.”
BIJ1 wil alle woningcorporaties volledig onder overheidstoezicht brengen en democratiseren, met bindende zeggenschap voor bewonerscommissies over investeringen en regels.
“Woningcorporaties komen weer volledig onder controle van de overheid en maken we democratisch. Bewonerscommissies krijgen een vooraanstaande, bindende rol in het maken van de regels. Inclusief recht op instemmen met begrotingen en investeringen.”
De partij erkent dakloosheid als een systeemfout en wil deze uitbannen door direct gratis zelfstandige woningen te realiseren voor alle dak- en thuislozen, volgens de Housing First-aanpak.
“We maken het bestrijden van dak- en thuisloosheid een primaire doelstelling van het nationaal woonbeleid. Dit doen we door middel van de Housing First-aanpak. Hiervoor worden er direct genoeg gratis zelfstandige woningen voor alle dak- en thuislozen gerealiseerd, met het doel om in 2030 nul dakloze mensen te hebben (Lissabon Verklaring).”
JA21 stelt dat de woningnood het gevolg is van falend beleid en pleit voor een structurele aanpak die zowel de bouwproductie versnelt als de bevolkingsgroei door migratie beperkt. Hun belangrijkste voorstellen zijn het juridisch verankeren van migratieplafonds, het stimuleren van marktwerking en doorstroming, het versnellen van bouwprocedures, en het benutten van bestaande vastgoedvoorraad. De kern van hun visie is dat realistische woonplannen alleen mogelijk zijn door zowel de vraag (migratie) als het aanbod (bouw en marktwerking) integraal te sturen.
JA21 ziet de snelle bevolkingsgroei door migratie als de belangrijkste oorzaak van de woningnood en wil deze groei juridisch beperken. Dit wordt gepresenteerd als een noodzakelijke voorwaarde voor een realistische oplossing van het woningtekort.
“JA21 wil dat de overheid een beleid gaat ontwikkelen om de bevolkingsgroei van Nederland te beperken. Dat betekent onder meer het juridisch verankeren van migratie plafonds en scherpe selectie van arbeidsmigratanten en gezinshereniging. Alleen zo is zicht op een oplossing van de structurele woningnood.”
“Minstens de helft van de nieuw te bouwen woningen is nu nodig om de bevolkingsgroei door migratie bij te houden. Dit is een onhoudbare situatie.”
JA21 wil de woningmarkt flexibeler maken door marktwerking te bevorderen, fiscale prikkels te geven en doorstroming te stimuleren, met speciale aandacht voor jonge gezinnen en ouderen. Dit moet het aanbod vergroten en de toegankelijkheid verbeteren.
“Dat de markt de ruimte krijgt om de woningproductie af te stemmen op de demografische trends, zowel qua woningtype, grootte en regionale verschillen.”
“De overdrachtsbelasting voor particuliere woningen geheel afschaffen, hetgeen ook de doorstroming zal bevorderen.”
“Met een samenhangend pakket komen van maatregelen zoals fiscale stimulansen en creatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop, om de acute woningnood voor jonge gezinnen te verlichten.”
JA21 wil juridische en bestuurlijke belemmeringen voor woningbouw wegnemen en bestaande gebouwen sneller transformeren of splitsen om het woningaanbod op korte termijn te vergroten.
“Snellere juridische en bestuurlijke routes realiseren. JA21 pleit voor een herziening of uitbreiding van de crisis- en herstelwet specifiek voor stikstof waarbij woningbouw en infrastructuur als dringend belang projecten worden aangewezen en tijdelijk kunnen worden vrijgesteld.”
“Het benutten van de huidige vastgoedvoorraad door optoppen, transformeren en splitsen van gebouwen en woningen waardoor gebruik gemaakt kan worden van bestaande infrastructuur en de stikstofuitstoot beperkter is.”
JA21 wil de woningmarkt aantrekkelijker maken voor investeerders door huurregulering af te bouwen, fiscale druk te verlagen en voorspelbaar beleid te voeren.
“Dat het investeringsvertrouwen terugkeert, bijvoorbeeld door het de Wet betaalbare huur in te trekken, door de fiscale druk op de huurwoningmarkt te verlagen, door op termijn te komen tot een afbouw van de huurregulering naar een huurvorming vanuit de markt, én door een duidelijk en voorspelbaar overheidsbeleid.”
50PLUS richt zich in haar woonplannen vooral op het bouwen van levensloopbestendige woningen voor ouderen, met als doel de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen en zo ook jongeren te helpen. De partij wil het Ministerie voor Volkshuisvesting heroprichten, 290.000 levensloopbestendige woningen realiseren en innovatieve woonvormen stimuleren, zoals woonhofjes en moderne bejaardenhuizen. Hun visie is dat door ouderen passende huisvesting te bieden, de bestaande woningvoorraad efficiënter wordt benut en de woningnood structureel wordt aangepakt.
50PLUS ziet het bouwen van woningen voor ouderen als dé oplossing voor de woningnood, omdat dit doorstroming op gang brengt en bestaande woningen vrijmaakt voor andere doelgroepen. De partij kiest expliciet voor een grote bouwopgave gericht op levensloopbestendige woningen en het terugbrengen van bejaardenhuizen in moderne vormen.
“Bouwen voor oud is de komende jaren de oplossing voor woningnood onder jongeren.”
“De doelstelling van 290.000 levensloopbestendige woningen wordt gefaseerd gerealiseerd met oog voor netcongestie en bouwcapaciteit om de doorstroming weer écht op gang te krijgen.”
“Bejaardenhuizen komen in moderne vorm en in allerlei varianten weer terug, waaronder woonzorg complexen voor ouderen.”
Naast grootschalige bouw wil 50PLUS ook innovatieve en kleinschalige woonvormen stimuleren, zoals hofjes en woonzorgcomplexen, waar zorg, gemeenschap en zelfstandigheid worden gecombineerd. Dit moet aansluiten bij de persoonlijke situatie van ouderen en andere kwetsbare groepen.
“Innovatieve woonvormen worden gestimuleerd: levensloopbestendige woningen en kleinschalige woonhofjes waar zorg, gemeenschap en zelfstandigheid worden gecombineerd.”
“We bevorderen een brede aanpak voor tehuizen, afgestemd op de persoonlijke situatie voor personen op leeftijd, met zorgbehoefte, daklozen en ernstig verwarde personen.”
Om de regie op de woningmarkt te versterken en de bouwdoelen te realiseren, wil 50PLUS het Ministerie voor Volkshuisvesting opnieuw instellen. Hiermee wil de partij structureel en centraal beleid voeren op het gebied van wonen.
“Het Ministerie voor Volkshuisvesting wordt weer in het leven geroepen.”