FVD wil het Nederlandse wegennet fors uitbreiden en verbeteren, met als doel maximale bereikbaarheid, minder files en meer vrijheid voor automobilisten. De partij pleit voor verbreding van snelwegen, versnelling van wegenaanleg, het schrappen van milieuzones en kilometerheffing, en het verhogen van de maximumsnelheid. Hun visie is dat een goed ontwikkeld wegennet essentieel is voor economische groei, mobiliteit en individuele vrijheid.
FVD wil alle filegevoelige trajecten verbreden, ontbrekende snelwegverbindingen versneld aanleggen en bestaande wegen optimaliseren om de bereikbaarheid van heel Nederland te verbeteren. Dit moet de doorstroming bevorderen en regionale economieën versterken.
“We verbreden en optimaliseren alle snelwegen om doorstroming te verbeteren en regionale economieën te versterken.”
“We versnellen de aanleg van ontbrekende verbindingen zoals de A8-A9, maken van de N35 een volwaardige snelweg en verbreden filegevoelige trajecten in het hele land, ook buiten de Randstad.”
“We versnellen de aanleg van de A8-A9, maken van de N35 een volwaardige snelweg en verbreden alle filetrajecten, zodat de bereikbaarheid van heel Nederland verbetert.”
FVD wil een hernieuwd onderzoek naar de aanleg van de A3 tussen Amsterdam en Rotterdam, om te bepalen of deze belangrijke snelweg alsnog gerealiseerd kan worden voor betere bereikbaarheid en doorstroming.
“We willen een hernieuwd onderzoek naar de aanleg van de A3 tussen Amsterdam en Rotterdam, zodat duidelijk wordt of deze belangrijke snelweg alsnog gerealiseerd kan worden om de bereikbaarheid en doorstroming te verbeteren.”
De partij is tegen milieuzones en kilometerheffing, omdat deze volgens FVD de vrijheid van mobiliteit beperken en automobilisten onnodig belasten.
“We schaffen milieuzones af en weigeren invoering van een kilometerheffing, zodat vrijheid van mobiliteit wordt beschermd.”
FVD wil de maximumsnelheid standaard terugbrengen naar 130 km/u en waar veilig zelfs hoger, naar Duits model, om reizen sneller en soepeler te maken.
“We brengen de reguliere maximumsnelheid terug naar 130 km/u en verhogen deze, op plekken en tijdstippen waar dat verantwoord is, zodat reizen sneller en soepeler gaat.”
De partij wil de wegenbelasting vereenvoudigen, kortingen geven aan starters en 65-plussers, en autobezitters slechts één keer wegenbelasting laten betalen, ongeacht het aantal voertuigen.
FVD wil de aanleg van wegen versnellen door bureaucratie te verminderen, zodat Nederland weer een mobiele grootmacht wordt.
“De aanleg van wegen wordt versneld door bureaucratie te verminderen.”
BVNL wil fors investeren in de uitbreiding van het Nederlandse wegennet om files te verminderen en de infrastructuur aan te passen aan de bevolkingsgroei. Ze pleiten voor meer capaciteit op de wegen, lagere belastingen voor automobilisten, en het schrappen van beperkende maatregelen zoals het verbod op verbrandingsmotoren en de kilometerheffing. Hun visie is dat het wegennet moet meegroeien met het aantal auto's en dat de keuzevrijheid van de automobilist centraal staat.
BVNL vindt dat de infrastructuur in Nederland achterloopt op de bevolkingsgroei en het aantal auto's. Ze willen daarom fors investeren in het vergroten van de capaciteit van het wegennet om files te verminderen en de economie te ondersteunen.
“Meer investeren in de uitbreiding van de capaciteit van het wegennet. Files worden aangepakt door de capaciteit van de wegen af te stemmen op de hoeveelheid auto’s en er wordt geïnvesteerd in het openbaar vervoer.”
BVNL is tegen het verbod op verbrandingsmotoren, de voorgenomen kilometerheffing en extra toezicht op automobilisten. Ze willen de keuzevrijheid van automobilisten beschermen en belastingen en accijnzen verlagen.
“Het verbod op verbrandingsmotoren wordt geschrapt.”
“De voorgenomen kilometerheffing schrappen. Rekeningrijden wordt niet ingevoerd en er komen geen kastjes in auto’s om automobilisten te volgen.”
“De motorrijtuigenbelasting verlagen maar wél heffen op alle auto’s, dus ook elektrische auto’s.”
“De accijnzen op brandstoffen gaan omlaag, minimaal naar het EU-gemiddelde.”
“BPM wordt een vast percentage van de prijs van de auto.”
BVNL wil dat infrastructurele werken bij voorkeur via publiek-private samenwerkingen worden gebouwd en gefinancierd, om zo efficiëntie en innovatie te bevorderen.
“Infrastructurele werken worden bij voorkeur op basis van publiek private samenwerkingen gebouwd en gefinancierd.”
De ChristenUnie wil het Nederlandse wegennet veiliger maken en investeren in onderhoud en uitbreiding waar nodig, met prioriteit voor verkeersveiligheid en het verbinden van landsdelen. Tegelijkertijd verschuift de partij de focus van nieuwe snelwegen naar investeringen in spoor en openbaar vervoer, en wordt de kilometerheffing voor auto's geïntroduceerd om het weggebruik te verduurzamen en te reguleren.
De ChristenUnie erkent het belang van een veilig en goed onderhouden wegennet, vooral voor kwetsbare verkeersdeelnemers. Ze investeren gericht in verkeersveiligheid, voeren achterstallig onderhoud uit en pakken knelpunten aan om Nederland bereikbaar te houden.
“Het aantal verkeersdoden moet omlaag. We verbeteren de bescherming van kwetsbare verkeersdeelnemers, zoals wandelaars, fietsers, kinderen (op weg naar school) en ouderen. Daarom investeren we jaarlijks 200 miljoen euro in verkeersveiligheid en fietsinfrastructuur.”
“Overtredingen binnen de bebouwde kom worden harder aangepakt. Stelselmatige overtreders worden strenger gestraft, met name bij zwaardere overtredingen.”
“We verbinden de landsdelen beter, zoals bij knooppunt Hoevelaken, de A15 of A27. De 17 gepauzeerde projecten worden uitgevoerd. Daarvoor investeren we 5 miljard euro.”
“Grote delen van ons spoor- en vaarwegennet zijn al meer dan vijftig jaar in gebruik en toe aan onderhoud. De komende jaren gaan we aan de slag om deze infrastructurele werken te vervangen en werken achterstallig onderhoud weg. Hier trekken we extra geld voor uit.”
De partij kiest ervoor om niet standaard nieuwe snelwegen aan te leggen, maar het geld te herinvesteren in spoor en openbaar vervoer. Alleen bij urgente knelpunten worden bestaande projecten uitgevoerd, met uitzondering van controversiële uitbreidingen.
“Voor de A27 Ring Utrecht (Amelisweerd) wordt het regionale alternatief gevolgd. Het geld dat vrijkomt gebruiken we voor investeringen in spoor en OV.”
Om het wegennet toekomstbestendig en milieuvriendelijk te maken, introduceert de ChristenUnie een kilometerprijs voor auto's, gedifferentieerd naar tijd, plaats en milieukenmerken. Dit moet het gebruik van het wegennet reguleren en verduurzamen.
“We introduceren voor de auto een kilometerprijs, gedifferentieerd naar milieukenmerken, tijd en plaats: op het platteland laag, op drukke momenten in de brede Randstad hoger. Bij de invoering worden privacyoverwegingen, fraudegevoeligheid en uitvoerbaarheid meegewogen.”
“Het wegvervoer draagt bij aan de nationale stikstofdoelstellingen.”
BBB ziet het wegennet als essentieel voor de bereikbaarheid, economie en persoonlijke vrijheid, vooral in regio’s buiten de Randstad. De partij wil investeren in onderhoud en vernieuwing van wegen, het belang van de auto waarborgen, en pleit voor realistische, betaalbare oplossingen zonder de automobilist of kleine ondernemers te benadelen. Nieuwe woonwijken moeten vanaf het begin goed worden ontsloten en zero-emissie zones worden landelijk verboden.
BBB beschouwt de auto en het wegennet als cruciaal voor bereikbaarheid, vooral in landelijke gebieden waar alternatieven ontbreken. De partij verzet zich tegen maatregelen die het autogebruik ontmoedigen en wil dat infrastructuurprojecten breder worden beoordeeld dan alleen op kosten.
“De auto blijft voor veel Nederlanders hét vervoermiddel voor werk, gezin en vrije tijd. Met name in de regio en plattelandsgebieden blijft de auto van onschatbare waarde. BBB erkent dat auto en snelwegen onmisbaar zijn voor onze bereikbaarheid, economie en persoonlijke vrijheid.”
“BBB is tegen overhaaste en dure maatregelen die de automobilist zwaar belasten zonder duidelijk positief effect op de mobiliteit.”
BBB signaleert dat veel wegen, bruggen en tunnels aan het einde van hun levensduur zijn, wat leidt tot onveilige situaties en files. De partij wil prioriteit geven aan onderhoud en vernieuwing om de veiligheid en doorstroming te waarborgen.
“Veel bruggen, tunnels en wegen zijn aan het einde van hun levensduur. De veiligheid is in het geding. Dit leidt tot files, logistieke vertragingen en verminderde bereikbaarheid.”
BBB vindt dat bereikbaarheid vanaf het ontwerp van nieuwe woonwijken en bedrijventerreinen moet worden meegenomen. Goede verbindingen met het bestaande wegennet zijn essentieel om werken, wonen en ondernemen aantrekkelijk te houden.
“Met het ontwerp en aanleg van woonwijken moet vanaf het begin af aan rekening gehouden worden met de verbinding en ontsluiting van bestaande infrastructuur.”
“We zetten in op slimme ontsluiting via wegen, buslijnen en fietsverbindingen om werken, wonen en ondernemen aantrekkelijk te houden.”
BBB wil een landelijk verbod op zero-emissie zones, omdat deze volgens de partij schadelijk zijn voor ondernemers en de bevoorrading van binnensteden belemmeren.
“Er komt een landelijk verbod op Zero-emissie zones om lokale ondernemers te beschermen.”
50PLUS noemt het wegennet niet expliciet in haar verkiezingsprogramma, maar richt zich binnen het thema verkeer en mobiliteit vooral op bereikbaarheid, verkeersveiligheid en de positie van automobilisten. Concrete voorstellen betreffen het reguleren van nieuwe vervoersmiddelen, het betaalbaar houden van openbaar vervoer en het bevriezen van accijnzen op brandstof. Specifiek beleid of investeringen voor het fysieke wegennet worden niet genoemd.
50PLUS benadrukt het belang van bereikbaarheid van steden, dorpen en het landelijk gebied, vooral voor ouderen en mensen zonder toegang tot openbaar vervoer. De partij ziet mobiliteit als een basisbehoefte en wil dat de overheid verantwoordelijkheid neemt waar OV ontbreekt.
“De bereikbaarheid van steden, dorpen en landelijk gebied is verantwoordelijkheid van de overheid. Waar geen openbaar vervoer is, worden andere oplossingen gefaciliteerd, zoals b.v. buurtbusjes.”
De partij maakt zich zorgen over de verkeersveiligheid, met name voor kwetsbare groepen zoals ouderen, wandelaars en fietsers. Ze pleit voor regulering van nieuwe vervoersmiddelen en het stimuleren van helmgebruik op elektrische tweewielers.
50PLUS wil automobilisten beschermen tegen hoge kosten en benadrukt dat zij niet langer de 'melkkoe' van de overheid mogen zijn. Ze pleiten voor het bevriezen van accijnzen op brandstof.
Het CDA vindt investeren in het wegennet essentieel voor bereikbaarheid, leefbaarheid en economische participatie, vooral in regio’s waar de auto onmisbaar is. Ze willen gericht investeren in filebestrijding, slimme verkeersmaatregelen en het verbeteren van bestaande infrastructuur, met een focus op doorstroming en onderhoud.
Het CDA ziet investeren in het wegennet niet als luxe, maar als noodzaak voor regio’s waar de auto essentieel is vanwege gebrekkig openbaar vervoer. Het doel is om bereikbaarheid, participatie en leefbaarheid te waarborgen.
“In veel delen van het land is de auto essentieel om te kunnen participeren, vanwege bijvoorbeeld gebrek aan goed OV. Investeren in weginfrastructuur is in deze regio’s geen luxe, maar een noodzaak.”
Om de doorstroming te verbeteren en files te verminderen, stelt het CDA concrete maatregelen voor zoals slimme verkeerslichten, spitsmijdprogramma’s en een tijd- en plaatsgebonden congestieheffing. De opbrengsten hiervan worden geïnvesteerd in infrastructuurverbetering.
“We willen investeren in filebestrijding: slimme verkeerslichten, spitsmijdprogramma’s en incidentmanagement.”
“We willen een tijd- en plaatsgebonden congestieheffing – een heffing tijdens de spits in drukke gebieden om bij te dragen aan een betere doorstroming, schonere lucht en een leefbaarder straatbeeld, te beginnen op de drukste verbindingen rondom grote steden. We investeren de opbrengst in verbetering van de infrastructuur.”
Het CDA benadrukt het belang van het op orde houden van de basis: bruggen, tunnels, viaducten en sluizen. Goed onderhoud is volgens hen cruciaal voor een betrouwbaar en veilig wegennet.
“We investeren in de basis op orde. Veel bruggen, tunnels, viaducten, sluizen en wegen zijn aan vervanging of renovatie toe.”
D66 noemt het wegennet nauwelijks expliciet in haar verkiezingsprogramma en doet geen concrete voorstellen voor uitbreiding, onderhoud of aanpassing van het bestaande wegennet. De partij legt de nadruk op alternatieven voor autoverkeer, zoals beter openbaar vervoer, meer fietspaden en deelauto’s, om zo de drukte op de wegen te verminderen en duurzamer vervoer te stimuleren.
D66 ziet de huidige drukte op de wegen als een probleem, maar kiest ervoor om vooral te investeren in alternatieven voor het wegennet, zoals openbaar vervoer, fietsen en deelauto’s. De partij noemt expliciet dat wegen vol staan, maar doet geen concrete voorstellen voor uitbreiding of verbetering van het wegennet zelf. De nadruk ligt op het verminderen van autoverkeer door andere vervoersvormen aantrekkelijker te maken.
“Maar nu staan wegen vol, is het openbaar vervoer soms niet goed verbonden en neemt de drukte op fietspaden toe.”
“We kunnen in de toekomst schoner, sneller en fijner reizen, als we slim kiezen waar en waarin we investeren. Nieuwe woonwijken krijgen voorzieningen waar je binnen 15 minuten naartoe kunt lopen. Voor als je verder moet reizen, komt er lightrail. Met snelle treinen reis je tussen grotere steden. Er komen meer fietspaden en veel meer schone deelauto’s.”
D66 kiest ervoor om te investeren in doorfietsroutes, fietsenstallingen en toegankelijk openbaar vervoer, in plaats van in het traditionele wegennet. De partij noemt expliciet deze alternatieven als prioriteit, zonder het wegennet zelf te benoemen als investeringsdoel.
“Er komen meer en betere doorfietsroutes, meer fietsenstallingen en toegankelijke fietsen voor mensen met een specifieke behoefte.”
“D66 wil reizen met het openbaar vervoer toegankelijker en aantrekkelijker maken. We voeren een Nederlandpas in: één kaart waarmee iedereen voor een vaste lage prijs buiten de spits in heel Nederland met de bus, tram, metro en trein kan reizen.”
NSC erkent het belang van een goed functionerend wegennet voor bereikbaarheid en economische ontwikkeling, maar is kritisch op nieuwe wegenbouwprojecten en wil prioriteit geven aan onderhoud en veiligheid. Ze willen alleen investeren in nieuwe wegen als dit echt nodig is, en leggen nadruk op het veiliger maken van bestaande routes, het aanpakken van uitgestelde projecten, en het spreiden van verkeer om de spitsdruk te verlagen.
NSC wil niet automatisch inzetten op uitbreiding van het wegennet, maar beoordeelt nieuwe wegenbouwprojecten kritisch op noodzaak en effectiviteit. De partij wil prioriteit geven aan onderhoud, veiligheid en het oplossen van bestaande knelpunten, in plaats van grootschalige uitbreiding.
“Bij de aanleg van nieuwe wegenbouwprojecten kijken we kritisch naar de toepassing van nieuwe technieken en materialen, en naar de noodzaak van het project.”
NSC wil prioriteit geven aan het oppakken van eerder gepauzeerde of uitgestelde projecten en het verbeteren van de verkeersveiligheid, vooral op drukke routes en bij OV-knooppunten.
NSC wil het woon-werkverkeer beter spreiden over de week om de drukte op het wegennet te verminderen, onder andere door afspraken met onderwijsinstellingen over flexibelere collegetijden.
“We willen een landelijke aanpak om woon-werkverkeer beter te spreiden over de week. Door afspraken met bijvoorbeeld onderwijsinstellingen over flexibelere collegetijden kunnen we de spitsdruk verlagen en het (studenten)verkeer beter spreiden.”
De Partij voor de Dieren wil het wegennet radicaal hervormen door autoverkeer te beperken en ruimte te geven aan openbaar vervoer en deelmobiliteit. Hun belangrijkste voorstellen zijn het ombouwen van rijstroken tot busbanen, het verlagen van maximumsnelheden en het streven naar autovrije woonkernen. De kern van hun visie is dat het wegennet dienstbaar moet zijn aan duurzaamheid, schone lucht en leefbaarheid, niet aan onbeperkte automobiliteit.
De PvdD wil op meerbaanswegen rijstroken veranderen in busbanen om het openbaar vervoer sneller en betrouwbaarder te maken dan de auto, vooral tijdens de spits. Dit moet het gebruik van het OV stimuleren en het autoverkeer terugdringen.
“Op meerbaanswegen worden rijstroken veranderd in busbanen, zodat het openbaar vervoer, zeker in de spits, sneller en betrouwbaarder wordt dan de auto.”
De partij stelt voor om de maximumsnelheid op autosnelwegen en ringwegen te verlagen om uitstoot te verminderen en de leefomgeving te verbeteren.
“De maximumsnelheid op autosnelwegen wordt overdag en ’s nachts 100 km per uur en op ringwegen 70 km per uur. Het verschil tussen 130 en 100 km per uur rijden levert 15 tot 25% minder uitstoot op.”
De PvdD wil woonkernen autovrij maken om ruimte te creëren voor mensen, groen en schone lucht, en zo de leefbaarheid te vergroten.
“Woonkernen worden zo veel mogelijk autovrij.”
De partij streeft niet naar volledige elektrificatie van het wagenpark, maar naar minder auto’s in het algemeen, door in te zetten op beter openbaar vervoer en deelmobiliteit.
“We streven er niet naar alle fossiele auto’s te vervangen door elektrische. Met beter openbaar vervoer en meer deelmobiliteit hebben we ook minder personenauto’s nodig.”
De SP wil het Nederlandse wegennet tolvrij houden en investeert liever in alternatieven zoals openbaar vervoer, fietsen en wandelen om files en vervuiling te verminderen. Hun kernvisie is dat mobiliteit voor iedereen toegankelijk, betaalbaar en duurzaam moet zijn, waarbij het autoverkeer niet extra wordt belast en de nadruk ligt op schone, veilige infrastructuur.
De SP vindt dat alle wegen in Nederland tolvrij moeten blijven, zodat mobiliteit geen extra financiële drempels kent. Hiermee willen ze voorkomen dat mensen die afhankelijk zijn van de auto extra worden belast en benadrukken ze het recht op vrije verplaatsing voor iedereen.
De SP kiest ervoor om te investeren in veilige en comfortabele fiets- en wandelinfrastructuur en het openbaar vervoer, om zo het wegennet te ontlasten en files te voorkomen. Ze zien duurzame alternatieven als de beste manier om Nederland bereikbaar te houden zonder uitbreiding van het autowegennet.
GroenLinks-PvdA kiest voor een duurzaam en selectief investeringsbeleid in het wegennet: uitbreiding en onderhoud van wegen worden ondergeschikt gemaakt aan investeringen in openbaar vervoer, fietsnetwerken en verkeersveiligheid. Ze willen betalen naar gebruik invoeren voor automobilisten, de verbreding van de A27 bij Utrecht schrappen, en vrachtwagens meer laten bijdragen aan aanleg en onderhoud van wegen.
GroenLinks-PvdA wil het gebruik van het wegennet eerlijker beprijzen door automobilisten te laten betalen naar gebruik, met lagere tarieven in regio’s met weinig OV, en vrachtwagens zwaarder te belasten voor aanleg en onderhoud van wegen. Dit moet zowel de verkeersdruk als de milieubelasting verminderen.
“We versnellen de invoering van betalen naar gebruik voor automobilisten. In regio’s waar mensen afhankelijker zijn van de auto vanwege beperkt openbaar vervoer geldt een lager tarief. We differentiëren ook naar tijd. Vrachtwagens gaan via een hogere kilometerheffing meer meebetalen aan de aanleg en onderhoud van wegen.”
De partij kiest expliciet tegen uitbreiding van het autowegennet als dit ten koste gaat van natuur en leefbaarheid, zoals bij de A27 bij Utrecht. In plaats daarvan wordt ingezet op ondergrondse aanleg van bestaande wegen en versterking van OV.
“In Utrecht gaat de verbreding van de A27 niet door. Daarmee behouden we het landschap Amelisweerd. We zorgen voor een robuuste ecologische verbindingszone tussen de Utrechtse Heuvelrug en de Veluwe. We leggen de Noordelijke Randweg Utrecht ondergronds aan voor de leefbaarheid van Overvecht.”
Naast het algemene beleid van betalen naar gebruik, wordt specifiek ingezet op een hogere kilometerheffing voor vrachtwagens, zodat zij meer bijdragen aan de kosten van aanleg en onderhoud van het wegennet.
“Vrachtwagens gaan via een hogere kilometerheffing meer meebetalen aan de aanleg en onderhoud van wegen.”
JA21 erkent het belang van een goed functionerend wegennet voor bereikbaarheid en individuele vrijheid, maar ziet ook grenzen aan uitbreiding. De partij verzet zich tegen ontmoedigingsmaatregelen voor automobilisten, pleit voor positieve prikkels om files te verminderen, en benadrukt de noodzaak van structurele investeringen in vervanging en renovatie van bestaande infrastructuur.
JA21 vindt de auto essentieel voor individuele vrijheid en bereikbaarheid, vooral buiten de Randstad. De partij is tegen hogere belastingen en rekeningrijden, maar erkent het fileprobleem en wil onderzoek naar positieve prikkels om filedruk te verminderen, zonder negatieve financiële prikkels zoals kilometerheffing.
“JA21 verzet zich dan ook tegen maatregelen die het gebruik van de eigen auto ontmoedigen zoals hoge wegenbelasting, rekeningrijden en te hoge accijnzen. De gewone burger moet niet uit zijn auto worden gepest én de automobilist is niet de melkkoe van de overheid.”
“JA21 stelt ook vast dat er ook grenzen zijn aan het aantal wegen dat gebouwd kan worden of kan worden verbreed. JA21 wil daarom dat onderzoek wordt gedaan naar positieve prikkels die kunnen bijdragen aan vermindering van filedruk op bepaalde weggedeelten. ... JA21 is beslist tegen een kilometerheffing of spitsheffing.”
JA21 onderkent dat veel wegen, bruggen en viaducten aan het einde van hun levensduur komen en pleit voor structurele extra investeringen om het wegennet en andere infrastructuur tijdig te vervangen of te renoveren.
“JA21 realiseert zich dat Nederland een zeer omvangrijke Vervangings- en Renovatieopgave (V&R-opgave) van een groot deel van de infrastructuur heeft. Veel viaducten, tunnels, sluizen, bruggen, wegen, spoor en keringen bereiken de komende 10-20 jaar het einde van hun levensduur. Duizenden objecten moeten worden vervangen of gerenoveerd. JA21 stelt vast dat structureel een extra investering nodig is van circa 0,5% van het BBP om deze”
De PVV wil het wegennet verbeteren door meer te investeren in wegverbredingen en verkeersveiligheid, en door belastingopbrengsten van automobilisten direct te besteden aan wegen. Ze zijn tegen rekeningrijden, snelheidsbeperkingen en milieuzones, en willen autorijden juist makkelijker maken. De partij ziet het wegennet als essentieel voor vrijheid en economische groei.
De PVV wil dat de belasting die automobilisten betalen via de motorrijtuigenbelasting (provinciale opcenten) uitsluitend wordt gebruikt voor het verbeteren en onderhouden van het wegennet, in plaats van voor andere provinciale uitgaven. Dit moet ervoor zorgen dat automobilisten direct profiteren van hun belastingbijdrage en het wegennet wordt versterkt.
“Over de motorrijtuigenbelasting betalen automobilisten provinciale opcenten. Dit geld belandt in de provinciekas en wordt vervolgens aan van alles en nog wat besteed – ook aan dingen waar de automobilist niets aan heeft. Daarom wil de PVV dat de provinciale opcenten een doelheffing worden: dit geld wordt uitsluitend besteed aan het wegennet, wegverbredingen, verkeersveiligheid etc.”
De PVV is fel tegen maatregelen die het autorijden beperken, zoals rekeningrijden, snelheidsverlagingen en milieuzones. Zij willen dat autorijden toegankelijk blijft en zien het als een vorm van vrijheid en noodzaak voor veel Nederlanders.
De SGP vindt het noodzakelijk om het Nederlandse wegennet uit te breiden en te onderhouden om files te verminderen en de bereikbaarheid te verbeteren. Ze pleiten voor het hervatten van grote infraprojecten, extra investeringen in zowel Rijkswegen als regionale infrastructuur, en het versneld aanpakken van achterstallig onderhoud aan bruggen en viaducten. De partij ziet een goed functionerend wegennet als essentieel voor economische ontwikkeling, leefbaarheid en verkeersveiligheid.
De SGP wil dat grote infraprojecten die nu stilliggen vanwege bezuinigingen en stikstofproblematiek weer worden opgestart. Ze zien het groeiende aantal files als een urgent probleem en vinden dat het Mobiliteitsfonds hiervoor moet worden hersteld. Het verbeteren van de doorstroming op Rijkswegen is volgens de SGP cruciaal voor de bereikbaarheid van Nederland.
“We staan op de Rijkswegen meer in de file dan ooit. Tegelijkertijd zijn grote infra-projecten in de ijskast gezet, omdat het Mobiliteitsfonds is uitgekleed en ‘stikstof’ voor problemen zorgt. Om Nederland bereikbaar te houden, moeten deze infra-projecten”
Naast de Randstad wil de SGP ook investeren in het wegennet in de regio’s om economische ontwikkeling en leefbaarheid te stimuleren. Ze benadrukken het belang van spreiding van investeringen buiten de grote steden.
“Voor spreiding van economische ontwikkeling en bedrijvigheid en de leefbaarheid van het landelijk gebied zijn naast infra-investeringen in de Randstad ook investeringen in de regio nodig.”
De SGP maakt zich zorgen over de staat van onderhoud van bruggen, viaducten en sluizen, die aan het einde van hun levensduur zijn. Ze willen dat het meerjarenplan voor instandhouding voortvarend en met meer budget wordt uitgevoerd om storingen en stremmingen te voorkomen.
“Bruggen, viaducten en sluizen komen aan het eind van hun levensduur. Rijkswaterstaat kan de onderhoudsopgave niet bijbenen, waardoor de risico’s op storingen en stremmingen sterk toenemen. Op initiatief van de SGP is er een meerjarenplan instandhouding gekomen. De uitvoering moet voortvarend en met meer budget opgepakt worden.”
De VVD ziet het wegennet als een essentieel onderdeel van de Nederlandse infrastructuur en economie, en wil investeren in onderhoud en uitbreiding om files en achterstallig onderhoud tegen te gaan. De partij zet in op het verbeteren van regionale bereikbaarheid, het versnellen van infrastructuurprojecten en het stimuleren van innovatie in mobiliteit. Concrete voorstellen zijn onder andere het investeren in (spoor)wegen, viaducten en bruggen, en het verbeteren van ontsluitingen tussen regio’s.
De VVD vindt dat het Nederlandse wegennet cruciaal is voor economische groei, veiligheid en woningbouw. Door achterstallig onderhoud en capaciteitsproblemen ontstaan files en knelpunten, wat de partij wil oplossen door te investeren in (spoor)wegen, viaducten en bruggen.
“De Nederlandse infrastructuur is het fundament van onze economie. Doordat we al jarenlang gegijzeld worden door een tekort aan stikstofruimte, personeel, materieel en financiële middelen, staan we in Nederland steeds vaker vast. Voor onze veiligheid is het eveneens van belang dat we investeren in onze infrastructuur. En ook als we ieder jaar extra woningen willen toevoegen hebben we betrouwbare infrastructuur nodig. Op dit moment zijn er (spoor)wegen, viaducten en bruggen die nog kampen met achterstallig onderhoud, maar waar mogelijk wel militair materieel over vervoerd moet worden. Daarom gaat de VVD investeren in infrastructuur, zodat iedereen...”
De VVD wil reistijden tussen regio’s en de Randstad verkorten en de bereikbaarheid van regio’s verbeteren door betere ontsluitingen en maatwerkoplossingen waar regulier OV niet rijdt. Dit moet het wegennet ontlasten en de verbindingen versterken.
“We zetten ons in voor de verbetering van de bereikbaarheid van de regio door betere ontsluitingen te regelen en reistijden regio-randstad te verkleinen.”
De VVD wil Nederland koploper maken op het gebied van mobiliteitsinnovatie, niet alleen qua voertuigen maar ook in de omgang met mobiliteit. Dit omvat het wegnemen van regels die innovatie belemmeren en het aanpassen van wetgeving.
“We willen zorgen dat Nederland in de toekomst koploper is op het gebied van mobiliteitsinnovatie. Niet alleen over wat er op de weg, op het spoor of op het water rijdt of vaart, maar ook over hoe we met mobiliteit omgaan. We blijven innovatie hier stimuleren, maken gebruik van AI waar mogelijk en nemen regels weg die innovatie stimuleren. We passen regels en wetgeving daarvoor aan om vervoerinnovatie te...”
BIJ1 wil het wegennet niet verder uitbreiden en richt zich op het verminderen van autoverkeer door te investeren in openbaar vervoer, fietsen en deelvervoer. Nieuwe wegen worden alleen aangelegd als ze de bereikbaarheid verbeteren zonder schade aan natuurgebieden, en verbreding van snelwegen wordt stopgezet. De partij kiest expliciet voor een verschuiving van investeringen in het wegennet naar duurzame alternatieven.
BIJ1 wil geen verdere uitbreiding van het snelwegennet en legt de nadruk op het beperken van autoverkeer. Nieuwe wegen worden alleen nog aangelegd als ze strikt noodzakelijk zijn voor bereikbaarheid en niet ten koste gaan van natuur. Dit beleid is bedoeld om milieuvervuiling, ruimtegebruik en afhankelijkheid van de auto te verminderen.
“We voeren geen snelwegverbredingen meer uit. Nieuwe wegen leggen we alleen aan als deze de bereikbaarheidsnorm bevorderen en niet ten koste gaan van natuurgebieden. We staken de toevoeging van rijstroken aan de snelwegen”
In plaats van investeren in het wegennet, wil BIJ1 het autobezit verminderen door te investeren in openbaar vervoer, fietsen en deelvervoer. Het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) wordt omgevormd tot een bereikbaarheidsfonds dat deze alternatieven financiert.
“Daarom verminderen we met ons Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) het autobezit, door te investeren in openbaar vervoer en het stimuleren van flex- en thuiswerken. Het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) wordt een bereikbaarheidsfonds met als doel niet alleen het financieren van beter openbaar vervoer, maar ook (lokale) voorzieningen voor fietsen en deelvervoer.”
Volt wil het wegennet minder centraal stellen in het mobiliteitsbeleid en zet in op het stimuleren van openbaar vervoer en deelvervoer. Ze willen besparingen op het wegennet gebruiken om te investeren in duurzame mobiliteit, waarbij de nadruk ligt op het verbeteren van treinverbindingen en het versterken van alternatieven voor de auto.
Volt ziet het verminderen van investeringen in het wegennet als een manier om duurzame mobiliteit te bevorderen. Door besparingen op het wegennet willen ze meer middelen vrijmaken voor het onderhoud en de uitbreiding van openbaar vervoer en andere duurzame vervoersvormen.
“Onderhoud van bestaande infrastructuur, aanleg van nieuwe lijnen betalen en stimuleren we uit de heffingen voor autorijden en luchtvaart en door middel van besparing op het wegennet.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma