GroenLinks-PvdA ziet de verzorgingsstaat als een gezamenlijk gedragen systeem van sociale zekerheid, publieke voorzieningen en toegankelijke zorg, waarin solidariteit, vertrouwen en het algemeen belang centraal staan. Ze willen een "Nieuwe Verzorgingsstaat" bouwen met een stevig sociaal vangnet, toegankelijke en betaalbare zorg voor iedereen, en publieke voorzieningen die niet door marktwerking worden aangetast. De kern van hun visie is dat niemand in armoede hoeft te leven, iedereen kan rekenen op ondersteuning als het tegenzit, en publieke voorzieningen collectief worden georganiseerd en gefinancierd.
GroenLinks-PvdA wil af van een samenleving waarin deelbelangen en marktwerking centraal staan, en kiest voor een verzorgingsstaat waarin solidariteit, collectieve voorzieningen en het algemeen belang voorop staan. Ze benadrukken dat de verzorgingsstaat een stevig sociaal vangnet biedt en dat publieke voorzieningen collectief worden georganiseerd en gefinancierd.
“We gaan bouwen aan een Nieuwe Verzorgingsstaat, waar we weer samen vooruitgaan in plaats van ieder voor zich.”
“En waar je kunt rekenen op een stevig sociaal vangnet wanneer het leven tegenzit.”
“Dat betekent dat we het fundament van onze samenleving versterken door te investeren in onze publieke voorzieningen.”
“De overheid moet weer naast mensen gaan staan – met vertrouwen, in plaats van controle, en publieke voorzieningen in eigen hand houden.”
De partij stelt dat in een verzorgingsstaat noodzakelijke zorg voor iedereen toegankelijk en betaalbaar moet zijn, zonder financiële drempels. Zorg wordt collectief gefinancierd vanuit solidariteit, en marktwerking wordt teruggedrongen ten gunste van samenwerking en publieke regie.
“Voor noodzakelijke zorg zou je geen rekening moeten krijgen. Die kosten betalen we gezamenlijk. Dat is solidariteit.”
“We werken toe naar een stelsel waarin we zorg breder bezien en meer leunen op samenwerking en solidariteit. Dat is een sterke publieke zorg, waarin iedereen toegang heeft tot goede zorg, betaalbaar en dichtbij.”
“Solidariteit is onze basis. Dat betekent dat mensen die gezond zijn solidair zijn met mensen die ziek worden. Iedereen betaalt eerlijk mee aan de zorg.”
“We pakken de doorgeschoten marktwerking aan en passen het zorgstelsel aan.”
Een essentieel onderdeel van de verzorgingsstaat is volgens GroenLinks-PvdA een sociaal vangnet dat niet alleen beschermt tegen armoede, maar ook kansen biedt en uitgaat van vertrouwen in mensen. Ze willen een menswaardig bestaansminimum garanderen en inkomenszekerheid bieden aan iedereen die dat nodig heeft.
“We werken aan inkomenszekerheid en perspectief voor mensen die een beroep moeten doen op het sociale vangnet.”
“Wij geloven in een samenleving waarin niemand in armoede hoeft te leven en iedereen kan rekenen op een fatsoenlijk bestaansminimum.”
“Het uitgangspunt is dat mensen willen bijdragen en meedoen, en dat de overheid hen daarin ondersteunt in plaats van tegenwerkt. We stellen vertrouwen boven wantrouwen...”
GroenLinks-PvdA beschouwt sterke publieke voorzieningen – zoals onderwijs, zorg, openbaar vervoer en veiligheid – als het fundament van de verzorgingsstaat. Deze voorzieningen moeten collectief worden georganiseerd, goed gefinancierd en toegankelijk zijn voor iedereen.
“Nederland moet zijn zaakjes op orde hebben. Dat betekent een leraar voor de klas, een plek bij de huisarts en een bus of trein die rijdt. Dat is niets te veel gevraagd.”
De SGP ziet de verzorgingsstaat primair als een ondersteunend systeem dat families, kerken en gemeenschappen in staat stelt om voor elkaar te zorgen, met de overheid als vangnet en facilitator. De partij wil de verantwoordelijkheid voor zorg en welzijn zoveel mogelijk bij de directe omgeving leggen en pleit voor het versterken van informele zorg, het verminderen van bureaucratie en het waarborgen van basisvoorzieningen. Concrete voorstellen zijn onder meer een structurele mantelzorgvergoeding, vereenvoudiging van zorgwetten en het centraal stellen van gemeenschappen in het sociale beleid.
De SGP vindt dat de verzorgingsstaat dienstbaar moet zijn aan gemeenschappen, waarbij de primaire verantwoordelijkheid voor zorg bij familie, kerken en maatschappelijke organisaties ligt. De overheid ondersteunt en faciliteert, maar neemt niet de hoofdrol over. Dit standpunt adresseert het probleem van een te ver doorgevoerde staat die individuele verantwoordelijkheid en gemeenschapszin ondermijnt.
De SGP wil informele zorg (mantelzorg, vrijwilligerswerk) structureel versterken en gelijkwaardig maken aan professionele zorg, met concrete financiële en wettelijke ondersteuning. Dit is bedoeld om de druk op de formele verzorgingsstaat te verlichten en de menselijke maat terug te brengen.
“Informele zorg krijgt een gelijkwaardige en volwaardige plek naast professionele zorg.”
“Er komt een structurele mantelzorgvergoeding voor wie noodgedwongen zorgtaken op zich neemt.”
“Langdurige mantelzorgers moeten pensioen kunnen opbouwen en worden beschermd tegen financiële achterstand op lange termijn.”
Hoewel de SGP de nadruk legt op gemeenschappen, erkent zij dat de overheid een vangnet moet bieden en basisvoorzieningen als zorg en onderwijs overal toegankelijk moet houden. Dit voorkomt dat kwetsbaren buiten de boot vallen en waarborgt solidariteit.
“Voor elke burger zijn basale voorzieningen zoals zorg en onderwijs echter van even groot belang, of je nu in Amsterdam, Arnemuiden of Alteveer woont.”
“De bijstand biedt een minimumvoorziening voor de basale levensbehoeften.”
“De SGP wil dat iedereen gebruik kan blijven maken van basiszorg zoals de huisarts, tandarts of kraamhulp.”
De SGP stelt dat de verzorgingsstaat te bureaucratisch is geworden en wil de regeldruk in de zorg halveren, zodat middelen en aandacht weer naar mensen gaan in plaats van naar systemen. Dit moet de effectiviteit en menselijkheid van de verzorgingsstaat vergroten.
“De SGP wil de regeldruk in de zorg halveren. Dit moet een topprioriteit zijn in de komende kabinetsperiode. Niet controledrift, maar vertrouwen wordt de norm.”
“We willen de menselijke maat terug. Zorgprofessionals, mantelzorgers en vrijwilligers moeten alle ruimte krijgen om te doen waar ze goed in zijn: met liefde zorgen.”
De SGP erkent het belang van collectieve solidariteit in de verzorgingsstaat, maar wil dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen en dat zorg betaalbaar blijft voor iedereen.
BIJ1 ziet de verzorgingsstaat als een systeem waarin basisrechten als zorg, huisvesting, inkomen en bestaanszekerheid gegarandeerd zijn voor iedereen, ongeacht inkomen of achtergrond. Ze pleiten voor het publiek organiseren van essentiële voorzieningen, het afschaffen van marktwerking en bureaucratie in de zorg, en het waarborgen van een menswaardig bestaan door inkomenszekerheid en toegankelijke sociale voorzieningen. De kern van hun visie is dat niet winst, maar de mens centraal moet staan, met collectieve solidariteit als uitgangspunt.
BIJ1 wil dat de verzorgingsstaat niet alleen streeft naar het bieden van hulp, maar basisrechten als zorg, huisvesting, voeding en energie wettelijk garandeert voor iedereen. Dit betekent een fundamentele verschuiving van individuele verantwoordelijkheid naar collectieve zekerheid, zodat niemand hoeft te overleven maar iedereen kan leven.
“Het recht op een huis, voeding, energie en gezondheidszorg herformuleren we verankerd in de Grondwet. Zodat deze basisrechten niet langer alleen een verplichte inspanning vereisen, maar een garantie zijn.”
“Bestaanszekerheid en een goed leven voor iedereen moet normaal zijn. Dat betekent dat iedereen voorzien is van een eerlijk inkomen en zekerheden als een dak boven je hoofd, goede en betaalbare boodschappen, energie, zorg, onderwijs, kinderopvang en openbaar vervoer.”
De verzorgingsstaat volgens BIJ1 betekent het publiek organiseren van essentiële voorzieningen, zonder marktwerking of winstoogmerk. Zorg, huisvesting en sociale zekerheid moeten collectief worden beheerd, met de mens centraal en niet het financiële belang.
“Daarom brengen we de zorg weer in publieke handen en zetten we ons in voor een betaalbaar, toegankelijk en rechtvaardig zorgsysteem.”
“We zetten een Nationaal Zorgfonds op dat de zorgverzekeraars gaat vervangen. Het Nationaal Zorgfonds gaat alle zorg en tandheelkunde dekken. Iedereen in Nederland is verzekerd onder dit fonds zonder dat daar actieve inschrijving voor nodig is.”
“Zorg mag geen winstmodel zijn. We zetten een stop op private zorginstellingen, nemen alle zorginstellingen weer in publieke handen en werken organisatiebelangen weg.”
BIJ1 verwerpt marktwerking en bureaucratie in de verzorgingsstaat. Ze willen dat zorgprofessionals en cliënten samen bepalen wat nodig is, zonder onnodige regels, financiële prikkels of herhaalde bewijslast. De menselijke maat en eigen regie staan voorop.
“Niet het geld, maar de mens hoort centraal te staan. De zorg moet bestuurd worden door de mensen die daadwerkelijk met zorg in aanraking komen: de zorgverlener en degene die zorg ontvangt.”
“We slopen de bureaucratie uit de zorg en zorgen ervoor dat zorgprofessionals indicaties stellen, in plaats van de overheid en de gemeente.”
“We stoppen met de stapeling van zorgkosten en boetes op ziek zijn, voor mensen met een levenslange en levensbrede handicap. We zorgen dat deze mensen ook niet bij herhaling hoeven te bewijzen dat ze passende zorg en ondersteuning nodig hebben.”
De verzorgingsstaat moet volgens BIJ1 mensen ondersteunen zonder dwang, sancties of vernederende controles. Uitkeringen en ondersteuning zijn gericht op vertrouwen, persoonlijke ontwikkeling en kwaliteit van leven, niet op repressie of uitsluiting.
BIJ1 erkent ook onbetaalde arbeid (zoals mantelzorg en vrijwilligerswerk) als essentieel voor de verzorgingsstaat en wil deze belonen. De waarde van mensen mag niet afhangen van betaalde arbeid binnen het kapitalistische systeem.
“Ook mantelzorg, vrijwilligerswerk, het werk van thuisblijvende ouders en andere vormen van onbetaalde arbeid zijn van onschatbare waarde voor onze maatschappij en willen we belonen.”
FVD ziet de verzorgingsstaat als een systeem dat te bureaucratisch en betuttelend is geworden, en wil terug naar een samenleving waarin individuele keuzevrijheid, kleinschaligheid en eigen verantwoordelijkheid centraal staan. Ze pleiten voor minder overheidsbemoeienis, meer autonomie voor burgers en professionals, en het herstellen van menselijke maat in zorg en sociale voorzieningen. Concrete voorstellen zijn het terugdringen van bureaucratie, het behouden van vrije artsenkeuze, het heropenen van regionale ziekenhuizen, en het verlagen van het eigen risico in de zorg.
FVD vindt dat de verzorgingsstaat te veel is gaan draaien om regels, controle en schaalvergroting, waardoor persoonlijke zorg en autonomie zijn verdwenen. Ze willen dat zorgprofessionals en patiënten meer vrijheid krijgen, met minder bemoeienis van verzekeraars en managers, en dat de menselijke maat terugkeert in de zorg.
“De zorg in Nederland wordt steeds meer gedomineerd door zorgverzekeraars en bureaucratie. Artsen worden in hun werk beperkt door opgelegde regels en statische indicatoren, terwijl patiënten juist behoefte hebben aan persoonlijke zorg en vrije artsenkeuze.”
“Gezondheidszorg moet dus weer draaien om vertrouwen, professionaliteit en keuzevrijheid, in plaats van overregulering en betutteling.”
“We verlagen het eigen risico naar €200, zodat zorg weer betaalbaar wordt voor iedereen. Nooit akkoord gaan met inkomensafhankelijke premies.”
“We behouden de vrije artsenkeuze, zodat de patiënt altijd zelf kan beslissen bij wie hij in behandeling gaat.”
FVD stelt dat de verzorgingsstaat door schaalvergroting en centralisatie onpersoonlijk en inefficiënt is geworden. Ze willen regionale ziekenhuizen heropenen, kleinschalige zorg stimuleren en mantelzorgers beter ondersteunen, zodat zorg en sociale voorzieningen weer dichtbij en persoonlijk worden.
“FVD kiest voor kleinschaligheid: regionale ziekenhuizen moeten worden heropend, huisartsen moeten meer tijd krijgen voor hun patiënten en maatschappen moeten een volwaardig alternatief blijven voor loondienst.”
“We stimuleren kleinschalige medische zorg met maatschappen in plaats van loondienst en heropenen regionale ziekenhuizen, zodat zorg dichtbij de patiënt blijft.”
“We ondersteunen mantelzorgers zowel in financieel als praktisch opzicht, zodat zij hun belangrijke rol beter kunnen vervullen en zich ook gesteund weten door de samenleving.”
“De menselijke maat moet terug in bestuur, zorg, onderwijs en stedenbouw.”
FVD vindt dat de verzorgingsstaat te veel gericht is op het afdekken van risico’s en het beschermen van ‘pechvogels’, waardoor de overheid log en traag is geworden. Ze willen een kleinere overheid die mensen meer vrijheid en verantwoordelijkheid geeft.
“Voor ons is de mens in beginsel zelfredzaam. We zijn optimistisch ten aanzien van het vermogen van verreweg de meesten om iets van hun leven te maken, om op te komen voor hun eigen belangen en hun dromen te realiseren. Laat de mensen dus veel meer vrij, is ons devies.”
“Het obsessief willen afdekken van risico’s, het altijd maar focussen op pechvogels, heeft de overheid log en traag gemaakt en de samenleving humeurig en klagerig.”
De Partij voor de Dieren ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin niemand wordt uitgesloten en waar zorg, ondersteuning en bestaanszekerheid voor iedereen toegankelijk zijn, ongeacht achtergrond of inkomen. Ze pleiten voor publieke basisvoorzieningen, het terugdringen van marktwerking in de zorg, en het versterken van lokale, mensgerichte zorgstructuren. Hun visie benadrukt preventie, gelijkwaardigheid en het recht op zorg en ondersteuning voor alle inwoners, met bijzondere aandacht voor kwetsbare groepen.
De PvdD wil zorg organiseren als een publieke basisvoorziening, waarbij marktwerking wordt teruggedrongen en zorg toegankelijk is voor iedereen. Ze stellen dat essentiële zorg niet afhankelijk mag zijn van marktprikkels en dat publieke middelen ten goede moeten komen aan patiënten en zorgverleners, niet aan private investeerders.
“Essentiële zorg – zoals ouderenzorg of huisartsenzorg – hoort niet afhankelijk te zijn van marktprikkels. We organiseren deze zorg daarom als publieke basisvoorziening, lokaal en toegankelijk voor iedereen.”
“De zorg is geen markt, maar een basisvoorziening. Marktwerking hoort niet thuis in de zorg.”
“Private investeerders en malafide zorgaanbieders hebben niets te zoeken in de zorg.”
De partij benadrukt dat in een verzorgingsstaat iedereen recht heeft op zorg en ondersteuning, ongeacht woonplaats, inkomen of achtergrond. Ze willen verschillen tussen gemeenten in aanbod en kwaliteit van zorg tegengaan en zorg toegankelijk maken voor kwetsbare groepen zoals ouderen, vluchtelingen, mensen zonder documenten en mensen met een beperking.
“Iedereen in Nederland heeft recht op zorg, ongeacht gender, etnische afkomst of verblijfstatus. Een beschaafde samenleving zorgt voor al haar inwoners.”
“Welke zorg je kunt ontvangen, mag niet afhangen van waar je woont.”
“De (gezondheids)zorg voor mensen zonder documenten is geregeld, de bezuiniging op die regeling draaien we terug.”
De PvdD verbindt het idee van de verzorgingsstaat aan preventie, bestaanszekerheid en autonomie. Ze willen niet alleen symptomen bestrijden, maar inzetten op het voorkomen van problemen en het versterken van de eigen regie van mensen, zodat niemand aan zijn lot wordt overgelaten.
De partij ziet een sterke verzorgingsstaat als een netwerk van lokale, zorgzame gemeenschappen waar samenwerking tussen gemeenten, zorgaanbieders, vrijwilligers en naasten centraal staat. Dit moet leiden tot snellere, meer persoonlijke en toegankelijke ondersteuning.
De VVD ziet de verzorgingsstaat als een systeem dat een sociaal vangnet biedt, maar legt de nadruk op individuele verantwoordelijkheid, betaalbaarheid en het beperken van overheidsuitgaven. De partij wil het sociale vangnet behouden voor wie het echt nodig heeft, maar pleit voor een kleinere, efficiëntere overheid, meer activerende sociale zekerheid en scherpe keuzes om de verzorgingsstaat toekomstbestendig te houden. Concrete voorstellen zijn het beperken van het basispakket in de zorg, het stimuleren van eigen regie, en het tegengaan van onnodige uitgaven en bureaucratie.
De VVD erkent het belang van een sociaal vangnet als kern van de verzorgingsstaat, maar stelt dat dit alleen houdbaar is als er duidelijke keuzes worden gemaakt over wie recht heeft op ondersteuning en hoe middelen worden ingezet. De partij wil voorkomen dat de verzorgingsstaat onbetaalbaar wordt door vergrijzing en stijgende zorgkosten.
“We zullen extra maatregelen moeten nemen om de stijgende kosten van de zorg en de vergrijzing onder controle te kunnen houden, zodat we ook in de toekomst goede zorg en een sterk sociaal vangnet hebben.”
“De afgelopen jaren hebben we geleerd dat veel ziekten mede veroorzaakt worden door gedrag en weten we dat een gezonde leefstijl, een gezonde leefomgeving en een goed sociaal vangnet ziektes kunnen voorkomen.”
De VVD wil de verzorgingsstaat hervormen door meer nadruk te leggen op activering, eigen regie en verantwoordelijkheid, in plaats van automatische of langdurige uitkeringen. Dit betekent dat mensen gestimuleerd worden om te werken en zelfredzaam te zijn, met ondersteuning alleen waar echt nodig.
De VVD ziet een uitdijende verzorgingsstaat als onhoudbaar en pleit voor een kleinere, efficiëntere overheid die zich richt op kerntaken. Dit betekent minder regels, minder bureaucratie en het beperken van collectieve uitgaven, zodat de verzorgingsstaat betaalbaar blijft voor toekomstige generaties.
“Nederland staat voor een urgente en fundamentele keuze. Tussen een verder uitdijende overheid of een kleine en sterke overheid met een hart en die uitgaat van vertrouwen.”
“Een kleinere, maar effectieve overheid die levert op haar kerntaken, die mensen vrij laat en vooral minder regels heeft.”
De VVD wil het sociale vangnet en zorgvoorzieningen richten op mensen die deze echt nodig hebben, en niet op iedereen standaard. Dit betekent strengere selectie en beperking van voorzieningen tot de meest kwetsbaren.
“We houden huishoudelijke hulp beschikbaar voor mensen met een zware zorgbehoefte en voor mensen die dit zelf niet kunnen betalen. Huishoudelijke hulp wordt niet meer standaard onderdeel van de Wmo.”
“De VVD kijkt daarom kritisch welke zorg wel en niet vergoed moet worden. Hierbij zorgen we dat mensen die zorg echt nodig hebben, deze kunnen krijgen.”
Om de verzorgingsstaat houdbaar te houden, zet de VVD in op innovatie, digitalisering en het voorkomen van zorg door het stimuleren van een gezonde leefstijl. Dit moet de druk op het sociale stelsel verlagen en de kwaliteit van leven verhogen.
“Meegaan met de tijd: Digitalisering, robotisering en kunstmatige intelligentie zullen de komende decennia welzijn en gezondheid op veel vlakken verbeteren en de administratieve bureaucratie verminderen, arbeidsuren besparen en de kwaliteit van de zorg verbeteren.”
“We willen een gezondheidsstelsel waarin het stimuleren van een gezonde levensstijl – naast ziekte bestrijden – een belangrijke plaats inneemt.”
BBB ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin basisvoorzieningen als zorg, wonen en sociale samenhang dichtbij en toegankelijk zijn, met een centrale rol voor noaberschap (omzien naar elkaar) en een ondersteunende, niet allesovernemende overheid. De partij pleit voor het versterken van regionale zorg, het terugbrengen van verzorgingshuizen nieuwe stijl, en het waarborgen van basisvoorzieningen in dorpen en wijken. BBB wil dat de overheid basiszekerheden garandeert, maar dat familie, buren en lokale gemeenschappen het eerste vangnet vormen.
BBB beschouwt basisvoorzieningen zoals zorg, onderwijs en ontmoetingsplekken als essentieel voor een leefbare samenleving, waarbij de overheid een actieve rol speelt in het garanderen van toegankelijkheid voor iedereen, ongeacht woonplaats. Dit sluit aan bij hun visie op de verzorgingsstaat als een systeem dat niemand uitsluit en waarin nabijheid en menselijke maat centraal staan.
“Voor BBB is leefbaarheid geen luxe, maar de basis. Of je nu in een stad woont of in een klein dorp: iedereen moet toegang hebben tot goede basisvoorzieningen, een veilige leefomgeving en menselijk contact.”
“Onze inzet is en blijft daarom een Nederlandse samenleving die functioneert als een noaber-staat. Dat omvat meer dan de kleurloze inrichting van een maatschappij. Nederland als noaberstaat staat voor een samenleving waarin we voor elkaar zorgen, elkaar respecteren, vertrouwen en niemand achterlaten.”
“Scholen, sportverenigingen, bibliotheken, dorps en buurthuizen en zwembaden moeten makkelijk bereikbaar zijn. Wij maken ons sterk voor het behoud van deze basisvoorzieningen en dit vraagt om een samenleving die kan rekenen op een overheid die geen terugtrekkende beweging maakt.”
“Toegang tot de huisarts, fysio en andere zorg is geen luxe voor dorpen en buurten. Ook buiten de grote stad dient zorg toegankelijk te blijven.”
BBB benadrukt dat de verzorgingsstaat niet alleen draait om overheidsvoorzieningen, maar vooral om sociale samenhang en het omzien naar elkaar. Familie, buren en vrijwilligers zijn het eerste vangnet; de overheid ondersteunt en versterkt deze gemeenschappen, maar neemt hun rol niet over.
“Bij BBB geloven we in noaberschap: het idee dat we naar elkaar omkijken, niet omdat het moet, maar omdat het hoort. Niet de overheid, maar de mensen en gemeenschappen om ons heen zijn vaak het eerste vangnet. Familie, buren, verenigingen en vrijwilligers vormen het fundament van een zorgzame samenleving. De overheid moet dat niet overnemen, maar versterken en ruimte geven.”
“BBB gelooft in een samenleving waar mensen naar elkaar omkijken. Waar niet alles draait om regels en systemen, maar om fatsoen, vertrouwen en menselijkheid.”
BBB ziet zorg als een basisvoorziening die niet volledig aan de markt mag worden overgelaten. De partij wil regionale zorg versterken, managementlagen verminderen en het menselijke aspect centraal stellen, zodat zorg dichtbij, toegankelijk en betaalbaar blijft.
BBB wil het concept van het verzorgingshuis in een moderne vorm terugbrengen, om het gat tussen zelfstandig wonen en het verpleeghuis te dichten. Dit sluit aan bij hun visie op een verzorgingsstaat die ouderen passende zorg en woonvormen biedt.
“We kijken daarom naar wat nodig is om het concept van het verzorgingshuis, maar dan in nieuwe stijl en afgestemd op woonwensen en leefstijlen van de ouderen van nu, weer terug te brengen.”
D66 ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin de overheid actief zorgt voor bestaanszekerheid, gelijke toegang tot zorg en ondersteuning biedt aan kwetsbare groepen, zodat iedereen volwaardig kan meedoen. Hun belangrijkste voorstellen zijn het waarborgen van een sociaal vangnet, het vereenvoudigen van regels en toeslagen, en het investeren in toegankelijke, inclusieve zorg en ondersteuning dichtbij huis. De kern van hun visie is dat de verzorgingsstaat mensen zekerheid en vrijheid biedt, vooral als het tegenzit, en dat de overheid een actieve rol speelt in het bevorderen van gezondheid, bestaanszekerheid en gelijke kansen.
D66 vindt dat de verzorgingsstaat draait om het bieden van zekerheid en ondersteuning aan iedereen, vooral bij tegenslag, zodat mensen in vrijheid en met waardigheid kunnen leven. De overheid moet zorgen voor een eerlijk sociaal vangnet en inkomensondersteuning, zodat niemand buiten de boot valt.
“Bestaanszekerheid is de basis voor vrijheid: pas als je zeker bent van vandaag, kun je bouwen aan morgen. Een leven leiden in vrijheid, met waardigheid en de zekerheid dat je het vandaag én morgen redt. D66 wil dat iedereen genoeg heeft om van te leven, ook als het even tegenzit.”
“We kunnen mensen alleen een zekere basis bieden, als ze niet verdwalen in complexe regels. Zodat je je dierbaren de zorg kunt geven die ze nodig hebben.”
“We kunnen alle grote uitdagingen waar Nederland voor staat, alleen het hoofd bieden met een sterke, krachtige en betrouwbare overheid.”
D66 wil de verzorgingsstaat toegankelijker en begrijpelijker maken door regels en toeslagen te vereenvoudigen, en door zorg en ondersteuning via één loket aan te bieden. Dit voorkomt dat mensen verdwalen in het systeem en zorgt dat hulp daadwerkelijk bij de mensen terechtkomt die het nodig hebben.
“D66 wil de vijf wetten in de zorg versimpelen. Dat zijn de Zorgverzekeringswet (Zvw), Wet langdurige zorg (Wlz), Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), Wet publieke gezondheid (Wpg) en de Jeugdwet. Via één loket en met één indicatie kunnen mensen voor alle zorg terecht, zodat niemand tussen wal en schip valt.”
“Toeslagen maken we eenvoudiger en vervangen we stap voor stap voor een individueel basisbedrag.”
D66 benadrukt dat de verzorgingsstaat betekent dat iedereen, ongeacht achtergrond of beperking, gelijke toegang heeft tot passende zorg en ondersteuning. De overheid moet actief zorgen voor inclusie en het wegnemen van drempels, zodat niemand wordt uitgesloten.
“Inclusieve zorg betekent dat iedereen gelijke toegang heeft tot goede en passende zorg. Ongeacht wat je geslacht, gender, religie, seksuele oriëntatie, etniciteit of culturele achtergrond is.”
“We bouwen aan een samenleving die toegankelijk is voor iedereen, ook als je een beperking hebt.”
D66 ziet het versterken van de verzorgingsstaat ook als investeren in preventie, gezondheid en sterke buurten, zodat mensen langer gezond en zelfstandig kunnen leven. De overheid moet actief bijdragen aan een gezonde leefomgeving en sociale samenhang.
DENK ziet de verzorgingsstaat als een sterke, solidaire overheid die bestaanszekerheid, toegankelijke publieke voorzieningen en sociale gelijkheid garandeert voor iedereen. Hun kernvoorstellen zijn het fors investeren in zorg, onderwijs, betaalbare woningen en armoedebestrijding, met nadruk op het verkleinen van maatschappelijke ongelijkheid en het waarborgen van een menswaardige sociale zekerheid. DENK wil dat de overheid actief beschermt, ondersteunt en niemand uitsluit, met concrete maatregelen zoals het afschaffen van het eigen risico in de zorg en het verhogen van uitkeringen.
DENK pleit voor een verzorgingsstaat waarin de overheid actief investeert in publieke voorzieningen en bestaanszekerheid, met als doel het verkleinen van ongelijkheid en het waarborgen van een menswaardig bestaan voor iedereen. De verzorgingsstaat moet volgens DENK niet alleen vangnet zijn, maar ook kansen bieden en bescherming garanderen.
“DENK wil een sterke verzorgingsstaat met dienstverlening van de hoogste kwaliteit voor alle Nederlanders. Wij zetten in op een overheid die de maatschappelijke ongelijkheid de komende periode fors verkleint.”
“We versterken de bestaanszekerheid door het invoeren van belastingverlagingen voor mensen met lage en middeninkomens en investeren in toereikende tegemoetkomingen. Wij maken geld vrij voor de bestrijding van armoede.”
Toegankelijke, betaalbare en passende zorg voor iedereen is een hoeksteen van DENK’s verzorgingsstaat. Zorg wordt gezien als een mensenrecht, niet als luxe, en de overheid moet garanderen dat niemand zorg hoeft te mijden vanwege kosten of gebrek aan aanbod.
“Zorg hoort geen luxe te zijn, zorg is een mensenrecht. Of je nu jong of oud bent, in een dorp woont of in een stad: iedereen moet kunnen rekenen op toegankelijke, betaalbare en passende zorg.”
“Wij willen daarom meer investeren in de zorg en maatregelen nemen om de zorg betaalbaar, mensgericht en toegankelijk te maken. Iedereen krijgt de zorg die nodig is.”
“Het volledig afschaffen van het eigen risico in de zorg.”
DENK vindt dat het sociale stelsel en uitkeringen voldoende moeten zijn om mensen bestaanszekerheid te bieden, met uitkeringen die meestijgen met de prijzen en een koppeling aan het minimumloon. De verzorgingsstaat moet mensen beschermen tegen armoede en inkomensonzekerheid.
“Wij staan voor een stevig sociaal stelsel. Werkloosheidsuitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden. De koppeling met het minimumloon blijft bestaan.”
“Het bestaansminimum wordt beter afgestemd op wat mensen werkelijk nodig hebben om rond te komen en de bijstandsuitkering in combinatie met toeslagen gaat hier aan voldoen.”
De verzorgingsstaat betekent voor DENK ook een overheid die actief beschermt, ondersteunt en discriminerende of kille bureaucratie tegengaat. De overheid moet menswaardig, betrouwbaar en inclusief zijn in haar dienstverlening.
“De overheid moet er voor iedereen zijn. Mensen vertrouwen de overheid pas als zij zien dat zij eerlijk behandeld worden. DENK wil de komende periode krachtig inzetten op een overheid die menswaardig is en op een sterke rechtsstaat.”
“Een betrouwbare overheid die hulp en bescherming biedt!”
NSC ziet de verzorgingsstaat als een stelsel waarin bestaanszekerheid, solidariteit en toegankelijke zorg centraal staan, met een actieve rol voor de overheid om mensen te beschermen tegen onzekerheden van marktwerking, ziekte, ouderdom en pech. Ze willen het sociale stelsel en de zorg solidair, toegankelijk en betaalbaar houden, met nadruk op preventie, minder marktwerking, en het versterken van onderlinge hulp en solidariteit. Concrete voorstellen zijn onder meer het beperken van het eigen risico, investeren in betaalbare zorg en woningen, en het terugdringen van marktwerking in de zorg.
NSC beschouwt bestaanszekerheid als een grondwettelijke taak van de overheid, waarbij mensen niet mogen wegvallen door ziekte, ouderdom of pech, en het sociale stelsel solidair, toegankelijk en betaalbaar moet blijven. Dit vormt de basis van hun visie op de verzorgingsstaat.
“Bestaanszekerheid is een grondwettelijke taak van de overheid. Mensen moeten (zicht op) werk hebben en financieel kunnen rondkomen... Tegelijkertijd kan niet iedereen voldoende zekerheid verwerven door werk; ziekte, beperkingen, ouderdom of pech maken dat onmogelijk. Daarom moeten we blijven omkijken naar mensen en ons sociale stelsel en de zorg solidair, toegankelijk en betaalbaar houden.”
NSC benadrukt dat solidariteit in de bekostiging van zorg via premies en belastingen essentieel is, zodat zorg voor iedereen bereikbaar en betaalbaar blijft, ongeacht leeftijd, inkomen of gezondheid. Dit is een fundamenteel kenmerk van hun verzorgingsstaat-ideaal.
“We hechten zeer aan het behoud van solidariteit in de bekostiging van de gezondheidszorg via premies en belastingen, zodat goede zorg bereikbaar en betaalbaar is en blijft voor jong en oud, arm en rijk, ziek en gezond.”
“Solidariteit via premies en belastingen, zodat goede zorg toegankelijk is en blijft voor arm en rijk, ziek en gezond, jong en oud.”
NSC verzet zich tegen doorgeschoten marktwerking en schaalvergroting in de zorg en pleit voor het herstel van de menselijke maat, versterking van onderlinge hulp en het centraal stellen van de mens in het systeem. Dit is een duidelijke correctie op het neoliberale beleid en een terugkeer naar klassieke verzorgingsstaatwaarden.
“We willen een gezondheidsstelsel waarin de mens centraal staat, er voldoende handen aan het bed zijn en marktwerking wordt tegengegaan.”
“Het neoliberale beleid heeft mensen de laatste tientallen jaren onvoldoende beschermd. De onzekerheden van Nederlanders zijn steeds verder opgestapeld... Hierdoor brokkelt het sociale contract van de samenleving af.”
“Onderlinge en informele hulpverlening is het cement van de samenleving.”
NSC stelt dat iedereen recht heeft op toegankelijke, beschikbare en betaalbare zorg, ongeacht inkomen of regio, en wil het eigen risico beperken om toegang te waarborgen. Dit operationaliseert hun verzorgingsstaatvisie in concrete maatregelen.
“Iedereen heeft recht op toegankelijke, beschikbare en betaalbare zorg, ongeacht inkomen of de regio waar iemand woont.”
“Beperken van het eigen risico tot circa € 50 per behandeling, zodat behandeling niet direct het volledige eigen risico opslokt.”
“Het eigen risico mag de toegang tot de zorg niet belemmeren. In plaats van een halvering van het eigen risico in de zorgverzekering kiezen we voor een beperkte eigen bijdrage van € 50 per behandeling met een maximum van € 385.”
Het CDA ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin solidariteit, onderlinge zorg en collectieve verantwoordelijkheid centraal staan, maar waarin ook van individuen wordt verwacht dat zij bijdragen aan hun eigen welzijn en zorg. De partij wil het stelsel toekomstbestendig maken door een balans te zoeken tussen collectieve en individuele verantwoordelijkheid, het stimuleren van preventie en het versterken van sociale netwerken rondom zorg. Concrete voorstellen zijn onder meer het versterken van gemeenschapszorg, het stimuleren van mantelzorg en het aanpassen van het zorgstelsel om solidariteit en betaalbaarheid te waarborgen.
Het CDA benadrukt dat solidariteit de basis vormt van de verzorgingsstaat, waarbij zorg en welzijn collectief worden gedragen, maar ook individuele inzet wordt gevraagd. Dit standpunt adresseert het spanningsveld tussen collectieve voorzieningen en eigen verantwoordelijkheid, en onderstreept het belang van samen de stijgende zorgkosten dragen.
“De kern van ons zorgstelsel blijft solidariteit. Tegelijk vragen we van mensen om meer bij te dragen aan de kosten van hun gezondheid en zorg.”
“Gelukkig leven we in een land met betrokken zorgprofessionals, met liefdevolle mantelzorgers, met goede, betaalbare en beschikbare zorg, en met solidariteit als pijler van ons stelsel van zorg en welzijn.”
Het CDA ziet de verzorgingsstaat niet alleen als een systeem van rechten, maar ook van plichten en onderlinge betrokkenheid. De partij wil een samenleving waarin mensen voor elkaar zorgen, met professionele zorg als vangnet, en waarin mantelzorg en gemeenschapszin worden gestimuleerd. Dit standpunt adresseert het belang van sociale netwerken en wederkerigheid als fundament van de verzorgingsstaat.
“Zorgen is een werkwoord: we kunnen niet leven zonder te zorgen voor de ander. En als ziekten en gebreken ons overkomen, is het belangrijk dat je zorgzame mensen om je heen hebt.”
“Van zorg naar gezondheid en van controle naar vertrouwen. Zo werken we aan een fatsoenlijke zorgzame samenleving met professionele zorg, begeleiding en ondersteuning voor wie dat nodig heeft, op het juiste moment, op de juiste plek.”
Het CDA wil de verzorgingsstaat hervormen om deze toekomstbestendig te maken, met aandacht voor de balans tussen collectieve en individuele verantwoordelijkheid, marktwerking versus publieke sturing, en structurele financiering van preventie. Dit standpunt adresseert de houdbaarheid van het stelsel en de noodzaak tot hervorming.
“Wij willen ons zorgstelsel toekomstbestendig houden en waar nodig op onderdelen hervormen. De Staatscommissie Zorg komt daarom op korte termijn met concrete voorstellen om de zorg betaalbaar, van hoge kwaliteit en beschikbaar te houden. We vragen de Staatscommissie Zorg te kijken naar: › de balans tussen collectieve en individuele verantwoordelijkheid; › de effecten van en balans tussen marktwerking en publieke sturing; › welke zorg door welke wet geregeld moet worden ... › hoe preventieve zorg en welzijn structureel gefinancierd kunnen worden, waardoor minder curatieve zorg nodig is.”
Het CDA wil de verzorgingsstaat versterken door zorg meer in te bedden in gemeenschappen, mantelzorg te ondersteunen en sociale netwerken te stimuleren. Dit standpunt adresseert het belang van informele zorg en het verminderen van institutionele afhankelijkheid.
“Langdurige zorg inbedden in gemeenschappen, met minder administratieve lasten. Een beweging van zorg naar gezondheid.”
“We regelen wettelijk dat gemeenten actief meer passende respijtzorg aanbieden aan mantelzorgers, zoals logeeropvang of inzet van vrijwilligers.”
“Mantelzorgwoningen mogen vergunningsvrij op eigen erf worden gebouwd. Mantelzorgers krijgen meer respijtzorg, zoals logeeropvang, zodat zij de zorg voor hun geliefden kunnen volhouden.”
De ChristenUnie ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin mensen voor elkaar zorgen, met een overheid die een vangnet biedt en onderlinge betrokkenheid stimuleert. De partij pleit voor toegankelijke, nabije zorg zonder marktwerking, een menselijker en eenvoudiger sociaal vangnet, en het versterken van gezinnen en gemeenschappen als fundament van de verzorgingsstaat. Belangrijke voorstellen zijn het terugdringen van marktwerking in de zorg, het vereenvoudigen van sociale zekerheid, en het centraal stellen van familie, mantelzorg en lokale gemeenschappen.
De ChristenUnie benadrukt dat de verzorgingsstaat draait om zorg voor elkaar, waarbij de overheid een ondersteunende en faciliterende rol heeft. De verzorgingsstaat moet bescherming bieden aan kwetsbaren, onderlinge betrokkenheid stimuleren en zorgen voor toegankelijke, betaalbare zorg en sociale zekerheid.
“De overheid kan deze onderlinge betrokkenheid stimuleren en ondersteunen, als aanvulling op goede, toegankelijke zorg. De overheid faciliteert een goede samenwerking tussen formele en informele zorg. Hierdoor krijgen mensen passende zorg en ondersteuning op een manier die toegankelijk, warm en op de lange termijn betaalbaar is.”
“Ons sociale zekerheidsstelsel is bedoeld als vangnet voor momenten waarop het leven tegenzit: bij werkloosheid, ziekte, arbeidsongeschiktheid of ouderdom.”
De partij verwerpt marktwerking in de zorg en ziet zorg als een publieke verantwoordelijkheid, waarbij solidariteit en menselijke maat centraal staan. Marktprikkels passen volgens de ChristenUnie niet bij de kern van de verzorgingsstaat.
De ChristenUnie wil een sociale zekerheid die uitgaat van vertrouwen in plaats van wantrouwen, met eenvoudige en toegankelijke regelingen als vangnet voor wie het nodig heeft. De verzorgingsstaat moet mensen ondersteunen bij tegenslag en participatie bevorderen.
De partij ziet gezinnen, familie en lokale gemeenschappen als de basis van de verzorgingsstaat. De overheid moet deze structuren versterken, omdat zij de eerste plek zijn waar mensen op elkaar terugvallen en zorg ontvangen.
“Gezinnen moeten voorop staan, maar worden te vaak vergeten in de visie en het beleid van de overheid. Terwijl het gezin en familie de plek is waar kinderen opgroeien en familieleden op elkaar terugvallen als iemand hulp nodig heeft.”
“Veel zorg is (gelukkig) informeel en nabij: buurtbewoners die boodschappen doen voor een oudere met beginnende dementie of een groep vrijwilligers die een vervuild huis schoonmaken. Ook formele zorg moet dichtbij georganiseerd zijn.”
De SP ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin collectieve, publieke voorzieningen zoals zorg, wonen en bestaanszekerheid voor iedereen gegarandeerd zijn, zonder marktwerking of winstbejag. De partij wil sociale grondrechten afdwingbaar maken, publieke basisvoorzieningen gratis of betaalbaar organiseren, en de overheid verantwoordelijk stellen voor het waarborgen van bestaanszekerheid en gelijke toegang tot zorg, huisvesting en inkomen. Hun kernvisie is dat solidariteit, collectieve organisatie en publieke zeggenschap centraal staan, zodat niemand wordt uitgesloten of afhankelijk is van commerciële belangen.
De SP stelt dat een verzorgingsstaat betekent dat essentiële voorzieningen zoals zorg, huisvesting, openbaar vervoer en energie collectief, publiek en zonder marktwerking worden georganiseerd. Dit moet leiden tot meer solidariteit, lagere kosten en het tegengaan van uitsluiting of armoede.
“Goede zorg, trotse volkshuisvesting, openbaar vervoer, collectieve energievoorziening, verheffend onderwijs, post en pakketbezorging; dit zijn zaken die we samen beter, goedkoper en betrouwbaarder kunnen organiseren dan met marktwerking waarbij vooral winst voor enkelen wordt nagestreefd.”
“Door dit collectief te organiseren en gratis aan te bieden besparen we kosten, bestrijden we logge bureaucratie en garanderen we de basis voor een goed leven.”
De SP wil dat sociale grondrechten zoals het recht op zorg, wonen en bestaanszekerheid niet alleen in de Grondwet staan, maar ook juridisch afdwingbaar worden. De overheid krijgt zo een expliciete taak om deze rechten te garanderen.
“In de Grondwet staan sociale grondrechten: het recht op een woning, het recht op zorg, het recht op maatschappelijke en culturele ontplooiing en het recht op bestaanszekerheid. Deze rechten worden juridisch afdwingbaar en de overheid krijgt de taak om deze rechten te garanderen.”
De SP verbindt de verzorgingsstaat direct aan het recht op bestaanszekerheid, een leefbaar inkomen en gelijke toegang tot zorg en huisvesting, ongeacht inkomen of achtergrond. Dit betekent inkomensafhankelijke premies, afschaffen van het eigen risico en het garanderen van een goed inkomen bij werkloosheid of ouderdom.
“Bestaanszekerheid is een recht. Als je niet of tijdelijk niet meer kunt werken, dan heb je recht op een goed inkomen.”
“We schaffen het eigen risico af en maken de zorgpremie inkomensafhankelijk, zodat je gezondheid niet langer afhangt van de dikte van je portemonnee.”
“Elk mens heeft recht op een thuis. In een fijne buurt, zonder schimmel en met een betaalbare huur.”
De SP benadrukt dat zorg en sociale zekerheid geen verdienmodel mogen zijn, maar collectieve rechten die publiek georganiseerd en gefinancierd moeten worden. Marktwerking wordt uitgesloten om kwaliteit, toegankelijkheid en solidariteit te waarborgen.
50PLUS ziet de verzorgingsstaat als een systeem dat bestaanszekerheid, waardigheid en bescherming biedt aan alle burgers, met speciale aandacht voor ouderen. Hun visie benadrukt een sterk sociaal vangnet, toegankelijke zorg, een solide AOW en ondersteuning voor mantelzorgers, zodat niemand tussen wal en schip valt. Concrete voorstellen zijn onder meer het versterken van de ouderenzorg, het waarborgen van de AOW als fundament van de welvaartsstaat, en het verbeteren van het sociaal vangnet voor kwetsbare groepen.
50PLUS beschouwt bestaanszekerheid als een grondrecht en wil een verzorgingsstaat waarin het sociaal vangnet bescherming, ondersteuning en motivatie biedt, zonder uitsluiting of straf. Dit is gericht op het voorkomen dat mensen, met name ouderen, tussen wal en schip raken.
De partij positioneert de AOW expliciet als het onaantastbare fundament van de Nederlandse verzorgingsstaat, essentieel voor financiële zekerheid op latere leeftijd.
“De AOW is het onaantastbare fundament van onze welvaartsstaat en blijft, wat 50PLUS betreft, staan als een huis.”
50PLUS koppelt de verzorgingsstaat aan het recht op toegankelijke, waardige en toekomstbestendige zorg, met nadruk op ondersteuning van mantelzorgers, preventie en het recht op passende zorg voor alle inwoners.
De partij erkent mantelzorgers als onmisbaar binnen de verzorgingsstaat en pleit voor betere ondersteuning, waardering en specifieke regelingen om overbelasting te voorkomen.
JA21 ziet de verzorgingsstaat als een vangnet voor mensen die tijdelijk niet voor zichzelf kunnen zorgen, maar wil dat deze ondersteuning altijd gericht is op herstel van zelfstandigheid en het voorkomen van langdurige afhankelijkheid. De partij pleit voor een overheid die zich beperkt tot kerntaken, het sociaal vangnet op niveau houdt, maar mensen verplicht om actief te werken aan hun eigen zelfstandigheid. Concrete voorstellen zijn het behouden van bijstandsvoorzieningen als vangnet, het activeren van mensen richting werk, en het beperken van bureaucratie.
JA21 vindt dat de verzorgingsstaat een robuust vangnet moet bieden voor mensen die tijdelijk niet voor zichzelf kunnen zorgen, maar dat ondersteuning altijd gericht moet zijn op het herstel van zelfstandigheid. De partij verzet zich tegen langdurige afhankelijkheid en pleit voor activering en eigen verantwoordelijkheid.
“JA21 biedt dit vangnet door de bijstandsvoorzieningen op niveau te houden. Wel verplichten wij mensen er alles aan te doen om weer zelfstandig en zelfredzaam te worden. Zo kennen onze uitkeringen een verplichting om werk te zoeken of werk te hebben.”
“Een vangnet dat mensen activeert om weer te gaan werken. Ondersteuning moet altijd gericht zijn op het herstel van zelfstandigheid.”
JA21 ziet de verzorgingsstaat niet als een allesomvattende overheid, maar als een overheid die zich beperkt tot kerntaken en alleen in bijzondere omstandigheden ingrijpt. De samenleving en het individu staan centraal; de overheid faciliteert slechts waar nodig.
“De overheid heeft bij JA21 dan ook primair de verantwoordelijkheid om haar kerntaken uit te voeren en zorg te dragen voor collectieve voorzieningen. Alleen in bijzondere omstandigheden neemt de overheid verantwoordelijkheden voor haar rekening om te voorkomen dat mensen in de verdrukking komen en daar niet zelf in kunnen voorzien.”
“JA21 wil een overheid die werkt voor de samenleving, niet andersom. Nederlanders zorgen voor zichzelf, maken hun eigen keuzes en willen een overheid die faciliteert en niet in de weg loopt.”
JA21 benadrukt dat de verzorgingsstaat niet betuttelend moet zijn, maar mensen moet vertrouwen en activeren. Werken moet altijd lonen en hulp moet gericht zijn op wie het echt nodig heeft, zonder onnodige bureaucratie.
De PVV ziet de verzorgingsstaat als een systeem waarin de overheid zorgt voor betaalbare en toegankelijke basisvoorzieningen zoals zorg, huisvesting en sociale zekerheid, vooral voor Nederlanders. Hun belangrijkste voorstellen zijn het afschaffen van het eigen risico in de zorg, het behouden van sociale voorzieningen voor Nederlanders, en het beperken van toegang tot de verzorgingsstaat voor niet-westerse allochtonen en statushouders. De kern van hun visie is dat de verzorgingsstaat beschermd moet worden tegen misbruik van buitenaf en gericht moet zijn op de eigen bevolking.
De PVV stelt dat de verzorgingsstaat onder druk staat door de instroom van niet-westerse allochtonen en statushouders, en wil deze voorzieningen primair voor Nederlanders behouden. Zij zien het als een probleem dat nieuwkomers relatief veel gebruikmaken van uitkeringen en sociale huisvesting, wat volgens hen ten koste gaat van de autochtone bevolking.
“Ondertussen bezwijkt onze verzorgingsstaat onder niet-westerse allochtonen die profiteren van onze uitkeringen en woningen.”
“Een derde van de statushouders zit na negen jaar nog steeds in de bijstand; meer dan de helft van de bijstandsontvangers in ons land zijn niet-westerse allochtonen.”
De PVV beschouwt toegankelijke en betaalbare zorg als een essentieel onderdeel van de verzorgingsstaat. Zij willen het eigen risico volledig afschaffen, de tandarts terug in het basispakket brengen en investeren in ouderenzorg, zodat niemand zorg hoeft te mijden om financiële redenen.
“Daarom schaffen wij het eigen risico volledig af, zodat niemand zorg mijdt door geldzorgen.”
“De tandarts komt weer in het basispakket, omdat een gezond gebit geen luxe is.”
“We investeren in de ouderenzorg; daar staat al € 600 miljoen voor gereserveerd. We schaffen de boete op ziek zijn – het eigen risico – helemaal af. Verder komt de tandarts weer terug in het basispakket.”
De PVV wil sociale voorzieningen zoals uitkeringen en sociale huurwoningen niet langer toegankelijk maken voor statushouders en nieuwkomers, om zo de verzorgingsstaat te beschermen voor de eigen bevolking.
Volt ziet de verzorgingsstaat als een samenleving waarin bestaanszekerheid, gelijke kansen en toegankelijke zorg voor iedereen centraal staan. Hun kernvoorstellen zijn het invoeren van een basisinkomen, het collectief financieren van zorg en het waarborgen van toegankelijke, kwalitatieve zorg als afdwingbaar recht. Volt wil zo een toekomstbestendige verzorgingsstaat creëren waarin niemand wordt buitengesloten en iedereen kan meedoen.
Volt beschouwt een gegarandeerd basisinkomen als essentieel voor een moderne verzorgingsstaat, waarmee financiële rust, gelijke kansen en deelname aan de samenleving worden bevorderd. Dit vervangt het huidige toeslagenstelsel en moet armoede en schulden voorkomen.
“Er komt een maandelijks basisinkomen dat alle toeslagen vervangt. Dit bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd.”
“Dat start met een basisinkomen. Dat geeft financiële rust en voorkomt schulden. Iedereen krijgt een basis waarmee je vooruit kan. Het zorgt voor goede startkansen voor jonge mensen en geeft iedereen de vrijheid om de juiste keuzes te maken in het leven.”
Volt stelt dat goede zorg een basisrecht is en wil zorgkosten grotendeels uit collectieve middelen financieren, zodat zorg toegankelijk en betaalbaar blijft voor iedereen. Zorg moet niet afhankelijk zijn van inkomen of achtergrond, en burgers moeten het recht hebben om kwalitatieve zorg af te dwingen.
“Goede zorg is geen luxe, maar een basisrecht. Iedereen moet toegang hebben tot betaalbare en goede zorg.”
“Volt maakt van kwalitatieve, toegankelijke en betaalbare zorg een afdwingbaar recht voor elke EU-burger, verankerd in EU-wetgeving.”
“De zorgkosten moeten voor een groter deel uit de collectieve middelen betaald worden. Zo kunnen we de nominale zorgpremie naar nul euro verlagen en neemt het besteedbaar inkomen van uitkeringsgerechtigden toe.”
Volt ziet preventie, een stabiele leefsituatie en betrokkenheid van burgers als cruciaal om de verzorgingsstaat toekomstbestendig te maken. Door actief burgerschap en bewonersinitiatieven te stimuleren, wil Volt de vraag naar zorg verminderen en sociale problemen zoals armoede en uitsluiting aanpakken.
“Echte preventie vraagt een stabiele leefsituatie met een voorspelbaar (basis)inkomen, en een betrokken samenleving. Actief burgerschap en bewonersinitiatieven zijn goed in staat om de vraag naar zorg af te laten nemen.”
“Bestaanszekerheid is de basis voor een gezond en gelukkig leven. Toch leven er in een rijk land als Nederland steeds meer mensen in armoede. We bouwen daarom aan een samenleving waarin iedereen kan meedoen en niemand op straat leeft.”
BVNL ziet de verzorgingsstaat als een systeem dat mensen passief en afhankelijk maakt van de overheid, wat hun waardigheid en zelfredzaamheid ondermijnt. Zij pleiten voor een kleinere, dienstbare overheid, meer individuele verantwoordelijkheid, en het beperken van overheidsbemoeienis tot een sociaal vangnet voor wie het echt nodig heeft. Concrete voorstellen zijn het afschaffen van bureaucratische regelingen, het stimuleren van werken boven uitkeringen, en het vervangen van zorg in natura door persoonsgebonden budgetten.
BVNL bekritiseert de verzorgingsstaat als een systeem dat mensen afhankelijk maakt van de overheid en hun initiatief en waardigheid ondermijnt. Zij zien afhankelijkheid van de staat als een probleem en willen mensen stimuleren tot eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid.
“De verzorgingsstaat is een hangmat geworden waarin mensen in slaap sukkelen en hun waardigheid verliezen, in plaats van dat mensen gestimuleerd worden het beste uit zichzelf te halen. Afhankelijkheid van de Staat is geen zegen, maar een virtuele gevangenis.”
BVNL wil de rol van de overheid beperken tot een vangnet voor mensen die echt niet kunnen werken, en verder inzetten op individuele verantwoordelijkheid en minimale overheidsbemoeienis.
“Er zal te allen tijde een adequaat sociaal vangnet blijven bestaan voor mensen die niet (volledig) kunnen werken. Regelingen zoals de ziektewetuitkering en andere regelingen blijven bestaan.”
“De nadruk ligt op eigen initiatief, vrijheid van keuze en respect voor die van een ander en minimale overheidsbemoeienis.”
BVNL wil het verschil tussen werken en een uitkering vergroten en uitkeringsafhankelijkheid ontmoedigen, onder andere door strengere eisen en het beperken van rechten voor nieuwkomers.
“Werken moet lonen en moet meer opleveren dan niets doen. Het verschil tussen een uitkering en werk moet daarom worden vergroot en de armoedeval moet worden opgeheven.”
“Mensen die wél kunnen, maar niet willen werken worden gekort op hun bijstandsuitkering en op toeslagen (zoals huur- en zorgtoeslag).”
BVNL wil bureaucratie in de verzorgingsstaat verminderen en burgers meer regie geven, bijvoorbeeld door het afschaffen van zorg in natura en het invoeren van persoonsgebonden budgetten.
“Zorg in natura wordt afgeschaft en alle zorg gaat worden aangeboden via een Persoonsgebonden Budget (PGB). Dit geeft zorgbehoevenden regie over hun zorgtraject, vermindert bureaucratie en sluit aan bij het streven van BVNL naar minder overheidsbemoeienis en meer individuele autonomie.”