BVNL is uitgesproken vóór marktwerking en pleit voor het terugdringen van overheidsbemoeienis, deregulering en het liberaliseren van sectoren als de woningmarkt, arbeidsmarkt, pensioenen en zorg. Hun belangrijkste voorstellen zijn het afschaffen van beperkende regels, het vergroten van keuzevrijheid voor burgers en ondernemers, en het herstellen van een vrij speelveld waarin vraag en aanbod leidend zijn. BVNL ziet marktwerking als essentieel om innovatie, groei en efficiëntie te bevorderen en bureaucratie en verstoringen te verminderen.
BVNL stelt dat overheidsmaatregelen de woningmarkt verstoren en wil deze sector liberaliseren en dereguleren. Door het afschaffen van regels en het vergroten van contractvrijheid moet het aanbod toenemen en de markt weer in balans komen.
“De overheid trekt zich terug uit de woningmarkt.”
“De Wet betaalbare huur wordt afgeschaft.”
“Contracten worden weer vrij en tijdelijke huurovereenkomsten worden weer toegestaan.”
“en de woningmarkt te liberaliseren en te dereguleren, zodat er meer woningen kunnen worden bijgebouwd.”
BVNL wil dat ondernemers en bedrijven meer vrijheid krijgen door minder regels, lagere belastingen en het terugdringen van bureaucratie. Dit moet het vestigingsklimaat verbeteren en marktwerking bevorderen.
“Het vestigingsklimaat moet worden verbeterd door lagere belastingen (vlaktaks van 25%) in te voeren, minder overheidsbemoeienis, lage energiekosten en versoepeling van het arbeidsrecht.”
“Minder regels voor ondernemers en bedrijven. Bureaucratie en regeldruk moeten worden teruggedrongen.”
“De overheid moet zich minder met hen bemoeien. BVNL wil de belastingen en werkgeverslasten voor ondernemers omlaag brengen, de bureaucratie verminderen en het gelijke speelveld weer terugbrengen in de markt...”
BVNL pleit voor meer marktwerking op de arbeidsmarkt door het versoepelen van het ontslagrecht, het afschaffen van beperkingen op tijdelijke contracten en het intrekken van de wet DBA. Dit moet leiden tot meer vrijheid voor werkgevers en werknemers.
“Het ontslagrecht moet worden versoepeld.”
“Het maximumaantal tijdelijke arbeidsovereenkomsten dat een werknemer en werkgever met elkaar mogen aangaan, wordt onbeperkt. Contractvrijheid is essentieel.”
“De wet DBA wordt ingetrokken en mensen mogen zelf bepalen of ze liever in loondienst gaan of als ZZP’er aan de slag gaan.”
BVNL wil de sectorale verplichtstelling in het pensioenstelsel afschaffen en deelnemers keuzevrijheid geven in pensioenuitvoerder en beleggingsstrategie. Dit bevordert concurrentie en marktwerking binnen de pensioensector.
“BVNL wil afschaffing van de sectorale indeling. De huidige sectorale indeling van pensioenfondsen is achterhaald en leidt tot onduidelijke werkingssfeerbepalingen.”
“Vrije keuze in pensioenuitvoerder. Deelnemers krijgen het recht om zelf hun pensioenuitvoerder te kiezen.”
“Deelnemers kunnen zelf invloed uitoefenen op hun beleggingsbeleid.”
BVNL wil minder regels en meer individuele autonomie in de zorg, onder andere door het afschaffen van zorg in natura en het invoeren van persoonsgebonden budgetten. Dit moet marktwerking en efficiëntie stimuleren.
“Zorg in natura wordt afgeschaft en alle zorg gaat worden aangeboden via een Persoonsgebonden Budget (PGB). Dit geeft zorgbehoevenden regie over hun zorgtraject, vermindert bureaucratie en sluit aan bij het streven van BVNL naar minder overheidsbemoeienis en meer individuele autonomie.”
“Samen met zorgverleners wordt bekeken waar verspilling zit, waar wet- en regelgeving efficiëntie in de weg staat en waar deregulering mogelijk is.”
BVNL ziet deregulering als een fundamenteel uitgangspunt en wil de overheid terugdringen ten gunste van marktwerking in meerdere sectoren.
“BVNL wil inzetten op deregulering. De overheid grossiert in zinloze regels en wetten en dat moet fors verminderen. Met name de woningmarkt, de arbeidsmarkt, de pensioensector en de zorg moeten worden gedereguleerd.”
“Het doel is om zoveel mogelijk bottom-up te regelen. Dus vanuit de gemeente, dan de provincie en als het niet anders kan nationaal, maar bij voorkeur via de vrije markt.”
BIJ1 is uitgesproken tegen marktwerking in essentiële sectoren en pleit voor het terugdringen of volledig afschaffen van marktmechanismen in onder andere zorg, wonen, energie, openbaar vervoer en voedselvoorziening. De partij wil deze sectoren nationaliseren of coöperatief organiseren, met democratische zeggenschap voor burgers en werknemers, en stelt bindende prijsplafonds en maximumwinsten in om publieke belangen te beschermen. BIJ1 ziet marktwerking als schadelijk voor betaalbaarheid, toegankelijkheid en gelijkheid, en kiest radicaal voor publieke of collectieve alternatieven.
BIJ1 wil marktwerking in belangrijke sectoren volledig afschaffen en deze sectoren in publieke handen brengen, omdat concurrentie volgens hen niet in het voordeel van de burger werkt en leidt tot hogere prijzen, ongelijkheid en winstbejag boven publieke belangen.
“Concurrentie is niet in het voordeel van de burger. De belangrijke sectoren van de economie komen daarom volledig in publieke handen. Zoals banken, energiebedrijven, netbeheerders, het onderwijs, de zorg en het ov.”
“Concurrentie, organisatiebelangen en het aanbestedingscircus worden verbannen uit het zorgdomein.”
“We hebben de zorg lange tijd overgelaten aan de verwoestende vrije markt. Het heeft ervoor gezorgd dat zorginstellingen gericht zijn op het eindeloos vergroten van hun winsten, wat de zorg alleen maar duurder heeft gemaakt.”
“Vervolgens werken wij aan concurrentie in het ov afschaffen door ov-bedrijven volledig te nationaliseren: de NS fuseert met alle andere personenvervoerders op het spoor en ProRail samen tot één overheidsdienst die verantwoordelijk is voor het hele Nederlandse spoornetwerk.”
BIJ1 wil de woningmarkt onttrekken aan marktwerking en speculatie door publieke bouwbedrijven, onteigening van grond, het afschaffen van de vrije huursector en het instellen van bindende maximumprijzen, om wonen als basisrecht te waarborgen.
“C. Wonen: Van markt naar volkshuisvesting”
“De ‘vrije’ huursector schaffen we af. Alle huurwoningen vallen onder een bindend en algemeen puntensysteem dat de maximale huur bepaalt op basis van de kwaliteit van een woning.”
“De grondmarkt die de woningbouw gegijzeld houdt wordt afgeschaft. Grondspeculatie wordt onmogelijk gemaakt: er komt een hoge planbatenheffing, speculatief grondbezit wordt verboden, en gemeenten of het Rijk onteigenen private grond in woningbouwgebieden tegen sociale gebruikswaarde.”
“Een Nationaal Bouwbedrijf bouwt woningen voor mensen, niet voor winst. Zo zetten wij de projectontwikkelaars die weigeren om betaalbaar te bouwen, omdat ze alleen verdienen aan te dure koopwoningen, buitenspel.”
Om te voorkomen dat marktwerking leidt tot onbetaalbare basisbehoeften, stelt BIJ1 prijsplafonds en wettelijke maximummarges in voor essentiële goederen zoals voedsel, en wil het graaiflatie en winstmaximalisatie aanpakken.
“Daarom introduceren we een prijsplafond voor alle essentiële goederen. Het brood op onze plank is geen middel om prijzen op te drijven.”
“Er komen wettelijke maximummarges op alle levensmiddelen voor bedrijven in de hele keten.”
“We stoppen graaiflatie (torenhoge winsten maken op levensmiddelen) door bedrijven te verplichten transparant te zijn over hun kostenstructuur en kiezen van prijzen. Onredelijke winsten van bedrijven gaan we zwaar belasten.”
BIJ1 wil de aandeelhouderscorporatie vervangen door coöperatieve en democratische bedrijfsstructuren, waarbij werknemers eigenaarschap en zeggenschap krijgen, als alternatief voor marktgedreven ondernemingen.
“De coöperatie van werknemers wordt de standaard eigendomsstructuur voor nieuw opgerichte rechtspersoonlijkheden.”
“Nieuwe bedrijven worden standaard opgericht als werknemerscoöperaties.”
“In elke sector maken de werkende mensen keuzes over de productie, verkoop, lonen en prijzen. Niet de aandeelhouders en managers, maar de werkende mensen aan de knoppen.”
BIJ1 verwerpt Europese regels die marktwerking in publieke sectoren afdwingen en wil dat lidstaten vrij zijn om essentiële sectoren buiten de markt te organiseren.
“protectionisme (beschermen tegen buitenlandse concurrentie), die overheden dwingen om overheidsdiensten en essentiële sectoren aan de markt over te leveren. Deze kapitalistische dwangmiddelen verwerpen we en schaffen we af.”
De SP is uitgesproken tegen marktwerking in publieke sectoren en cruciale voorzieningen. Zij pleiten voor het terugdringen van marktwerking en privatisering, en willen publieke zeggenschap en collectieve organisatie herstellen in onder andere zorg, energie, huisvesting en digitale infrastructuur. De partij ziet marktwerking als oorzaak van hogere prijzen, verminderde toegankelijkheid en verlies van democratische controle.
De SP wil marktwerking volledig weren uit essentiële sectoren zoals zorg, energie, huisvesting, openbaar vervoer en onderwijs. Zij stellen dat marktwerking leidt tot hogere kosten, slechtere dienstverlening en verlies van publieke controle, en pleiten voor collectieve, democratische organisatie van deze voorzieningen.
“De zorg is geen markt. Dat wat van ons allemaal is, horen we niet over te laten aan commerciële cowboys. Door de markt uit de zorg te halen kunnen we de behoeften van mensen weer centraal zetten.”
“Afvalinzameling en verwerking is een maatschappelijke taak, die wat ons betreft niet overgelaten kan worden aan de markt.”
“Wij stoppen met marktwerking in de warmtesector: energie is een basisbehoefte, geen verdienmodel.”
“Goede zorg, trotse volkshuisvesting, openbaar vervoer, collectieve energievoorziening, verheffend onderwijs, post en pakketbezorging; dit zijn zaken die we samen beter, goedkoper en betrouwbaarder kunnen organiseren dan met marktwerking waarbij vooral winst voor enkelen wordt nagestreefd.”
De SP verzet zich tegen privatiseringen van publieke diensten en wil waar nodig zeggenschap terugpakken. Zij stellen dat privatisering de leveringszekerheid en veiligheid van cruciale producten en diensten ondermijnt.
“We accepteren daarom geen privatiseringen. Die maken op de lange termijn de veiligheid en leveringszekerheid van cruciale producten en diensten onzeker, waardoor de schokbestendigheid van onze economie onder druk komt te staan. Waar nodig pakken we zeggenschap weer terug.”
“Europa mag lidstaten niet langer verplichten hun publieke voorzieningen in de uitverkoop te doen. Lidstaten moeten weer de mogelijkheid krijgen zaken als openbaar vervoer, gezondheidszorg en energie zelf en democratisch te organiseren.”
De SP wil de prijzen van basisproducten als gezond eten, medicijnen, energie en internet controleren en reguleren, omdat marktwerking volgens hen leidt tot woekerwinsten en onbetaalbaarheid.
“We gaan de prijzen van basisproducten, zoals gezond eten, medicijnen, energie en internet, controleren, reguleren en blokkeren. In goede samenwerking met de verkopers als het kan, of met overheidsingrijpen als het moet.”
“Maximumprijzen voor basisproducten. Te lang hebben bedrijven van de inflatie misbruik gemaakt om enorme prijsverhogingen door te voeren en gigantische winsten te maken.”
De SP ziet concentratie van marktmacht en monopolies als rem op innovatie en keuzevrijheid. Zij willen sterke toezichthouders en regulering om misstanden aan te pakken en het speelveld eerlijk te houden.
“Op dit moment zorgt steeds verdere concentratie van marktmacht in handen van een paar grote spelers en digitale platforms ervoor dat innovatie wordt tegengehouden, de prijzen worden opgedreven en de keuzevrijheid beknot wordt voor consumenten en voor het mkb. Daarom versterken we de Autoriteit Consument en Markt (ACM) en geven dit instituut meer bevoegdheden en plichten om op te treden.”
“Wij verzetten ons tegen de groeiende macht van grote (tech)platformbedrijven zoals Amazon, Google, Facebook, Booking.com en Uber.”
De SP wil de macht van Big Tech bedrijven breken en digitale infrastructuur democratiseren, omdat marktwerking in de digitale wereld leidt tot afhankelijkheid, privacyproblemen en verlies van innovatie.
“Door vermarkting zijn de ooit open deuren van het internet gesloten voor kleinere spelers en individuen. Om de macht en invloed van deze bedrijven op de samenleving en politiek te breken, moet het verdienmodel aangepakt worden.”
“Het is tijd voor een internet waarin de mens centraal staat, niet het algoritme en de winst.”
FVD kiest expliciet voor meer marktwerking in sectoren als wonen, het MKB/ZZP, landbouw en digitale markten. Ze willen minder overheidsbemoeienis, meer vrijheid voor ondernemers en verhuurders, en het stimuleren van concurrentie, onder andere door het afschaffen van regulering en het beperken van sociale huur. De partij stelt concrete maatregelen voor die marktwerking moeten bevorderen en overheidsinvloed terugdringen.
FVD wil de huurmarkt liberaliseren door verhuurders volledige vrijheid te geven in de keuze van huurders en het aandeel sociale huurwoningen te verkleinen. Dit moet het aanbod vergroten en de markt minder afhankelijk maken van de overheid.
“We geven verhuurders volledige vrijheid in de keuze van hun huurders, zodat het aanbod in de huurmarkt weer wordt vergroot, met name in het middensegment.”
“We verkleinen het aandeel sociale huurwoningen, zodat de markt gezonder wordt en minder afhankelijk van de overheid.”
“We stoppen met de verplichting voor private projecten om sociale woningen te bouwen, zodat bouwen weer rendabel wordt.”
FVD wil de marktwerking versterken door het verminderen van regels, lasten en verplichtingen voor het MKB en ZZP’ers. Ze pleiten voor meer ruimte en vertrouwen in ondernemers, en het schrappen van verplichte verzekeringen en regulering.
“Dat betekent minder bemoeienis van de overheid en meer vertrouwen in de eigen kracht van ondernemers.”
“We dwingen ZZP’ers niet om pensioen- of arbeidsongeschiktheidsverzekeringen af te sluiten, zodat ze zelf kunnen beslissen hoe ze hun geld besteden.”
“We schrappen de Anti-ZZP wet, zodat ZZP-ers zelf kunnen beslissen voor wie ze werken en aan wie ze factureren.”
FVD wil concurrentie bevorderen op digitale markten, met name tegenover Big Tech, door wetgeving die alternatieven mogelijk maakt en monopolies doorbreekt.
“We zorgen voor wetgeving en voorwaarden die concurrentie bevorderen, zodat burgers alternatieven hebben en monopolies worden doorbroken.”
FVD wil boeren meer vrijheid geven en marktwerking stimuleren door minder regelgeving, het afschaffen van EU-beperkingen en het waarborgen van een gelijk speelveld.
“We geven boeren de vrijheid om zelf te bepalen wanneer zij zaaien en oogsten.”
“We zorgen dat Nederlandse boeren niet zwaarder gereguleerd worden dan collega’s in buurlanden.”
“We geven prioriteit aan export zonder Brusselse beperkingen, zodat Nederlandse boeren en vissers wereldwijd kunnen concurreren.”
FVD wil gemeenten meer beleidsvrijheid geven, zodat zij onderling kunnen concurreren op het aantrekken van bedrijven en gezinnen.
“We geven gemeenten de vrijheid om eigen beleid te voeren, inclusief op gebied van belastingen, zodat lokaal maatwerk mogelijk wordt en gemeenten onderling gaan concurreren op de vestiging van bedrijven en gezinnen.”
D66 is in principe vóór marktwerking waar deze innovatie, ondernemerschap en eerlijke concurrentie stimuleert, maar stelt duidelijke grenzen waar publieke belangen, duurzaamheid of machtsconcentratie in het geding zijn. De partij wil een gelijk speelveld, minder regeldruk en meer ruimte voor ondernemers, maar grijpt in bij te veel marktmacht en beschermt publieke sectoren zoals zorg tegen commerciële prikkels. D66 pleit voor het aanpakken van machtsmisbruik, het wegnemen van barrières op de Europese interne markt en het stimuleren van innovatie via marktmechanismen, zolang publieke belangen worden gewaarborgd.
D66 wil marktwerking benutten om innovatie en ondernemerschap te stimuleren, onder meer door minder regeldruk, betere toegang tot financiering en een gelijk speelveld voor ondernemers. De overheid moet als launching customer optreden en barrières voor groei wegnemen, zodat bedrijven kunnen concurreren en innoveren binnen duidelijke kaders.
“D66 wil meer ruimte voor innovatief ondernemerschap. Veel innovatieve ondernemers komen nu vaak niet verder door een gebrek aan kapitaal of toegang tot klanten. D66 wil Nederlandse ondernemers de ruimte geven om te groeien.”
“We zorgen dat Nederlandse innovaties makkelijk kunnen groeien binnen Europa. Én we helpen ze aan financiering via de Europese kapitaalmarkt.”
“We zorgen voor toegankelijke subsidies, zekerheid voor investeringen en snellere procedures voor beroep en bezwaar. Zo kunnen ondernemers sneller door en kan ook het mkb de stap zetten naar een groen bedrijfsmodel.”
“We maken ruimte om te ondernemen zonder schade aan mens en milieu. En we maken ruimte voor vernieuwers: door innovatieve starters de plek in te laten nemen van onproductieve stoppers.”
“D66 maakt het aantrekkelijker om een bedrijf te starten of te laten groeien. Veel ondernemers maken zich zorgen over de regeldruk en de verlening van vergunningen. Dat gaan we simpeler maken.”
D66 ondersteunt marktwerking zolang er eerlijke concurrentie is en geen machtsconcentratie ontstaat. De partij wil stevig ingrijpen bij te veel marktmacht, vooral bij grote bedrijven en in sectoren waar dominante spelers innovatie en toegang tot de markt belemmeren.
“Te veel macht bij één bedrijf zorgt voor hoge prijzen, lage kwaliteit en remt innovatie af. Nieuwe ondernemers worden hierdoor buitengesloten. D66 wil eerlijke concurrentie en grijpt stevig in bij te veel marktmacht.”
“D66 wil dat Europa sneller en harder optreedt tegen bedrijven die hun macht misbruiken, prijzen opdrijven, de samenleving schaden of de regels omzeilen, zoals grote techbedrijven en farmaceuten.”
D66 stelt duidelijke grenzen aan marktwerking in de zorg en andere publieke sectoren. De partij vindt dat marktprikkels hier kunnen leiden tot verkeerde incentives en wil dat publieke belangen en kwaliteit voorop staan, niet commerciële motieven.
“D66 wil zorg die draait om de patiënt, niet om marktwerking en commercie.”
“Nu loont het voor specialisten te vaak om zoveel mogelijk behandelingen of operaties te doen. Dat is niet gek, omdat ze daar ‘per stuk’ voor betaald worden. Het gevolg is dat kwantiteit boven kwaliteit komt te staan.”
D66 is voor het versterken van marktwerking binnen de EU door het wegnemen van onnodige barrières, zodat bedrijven en consumenten profiteren van meer concurrentie, lagere prijzen en betere toegang tot producten en diensten.
“Op de interne markt van de Europese Unie zijn nog verschillende barrières, zoals ingewikkelde regels om een bedrijf in een ander EU-land op te richten, diploma’s die nog niet overal worden erkend en verschillende regels voor verpakkingen en afvalverwerking. Door barrières weg te nemen, krijgen Europeanen goedkopere en betere toegang tot bijvoorbeeld energie, transport en medicijnen.”
De VVD is voorstander van marktwerking, waarbij de overheid een terughoudende rol speelt en vooral als marktmeester optreedt om concurrentie en innovatie te bevorderen. Ze willen onnodige regelgeving schrappen, ondernemers meer ruimte geven en pleiten voor vrijhandel, zolang het speelveld eerlijk blijft. Concrete voorstellen zijn deregulering, het afschaffen van beperkende regels voor ondernemers, en het stimuleren van innovatie en concurrentie binnen en buiten Europa.
De VVD ziet een goed functionerende vrije markt als superieur aan overheidsingrijpen, mits de overheid als marktmeester uitbuiting tegengaat en concurrentie bevordert. Ze willen de invloedsfeer van de overheid klein houden en ruimte geven aan ondernemers.
“Door de invloedsfeer van de overheid klein te houden geven we ruimte aan de goed vormgegeven vrije markt. De overheid als marktmeester gaat uitbuiting tegen en bevordert concurrentie. Dit is de goed vormgegeven vrije markt die het in de geschiedenis altijd beter wist dan de overheid.”
De VVD wil ondernemers bevrijden van overmatige regelgeving en vergunningseisen, zodat marktwerking en innovatie niet worden belemmerd. Ze pleiten voor meldplichten in plaats van vergunningsplichten en het versnellen van procedures.
“We werken vaker met meldplichten in plaats van vergunningsplichten en zorgen dat initiatieven van ondernemers en verenigingen niet onnodig vastlopen in een overdaad aan regels.”
“We ontwikkelen regelvrije zones, waar tijdelijk en gecontroleerd wet- en regelgeving kan worden opgeschort om innovatie te bevorderen.”
“We grijpen daarom in als gemeenten doorschieten in hun regeldrift. Dat kan door met gemeenten standaarden te ontwikkelen voor lage regeldruk, net zoals bij armoederegelingen gebeurt.”
De VVD is voorstander van vrijhandel, maar wil dat Nederland en Europa zich weerbaarder opstellen tegen landen die hun markten afschermen of oneerlijke staatssteun geven. Ze pleiten voor het gelijktrekken van regels binnen de EU en het sluiten van nieuwe handelsverdragen.
“Dat betekent in de Europese Unie het gelijktrekken van regels voor ondernemers. En buiten de EU, door nieuwe handelsvrienden te maken, bijvoorbeeld in Zuid-Amerika of met India.”
“Daarom kiezen we voor vrijhandel met spierballen. Tegenover landen die de spelregels schenden, treden we hard op. Gerichte importheffingen of andere maatregelen kunnen noodzakelijk zijn om onze strategische sectoren te beschermen.”
De VVD wil Europese regelgeving versoepelen en minder complex maken, zodat innovatie en marktwerking niet worden afgeremd. Ze zijn kritisch op overregulering vanuit Brussel.
“We maken ons daarom in de EU hard voor onder andere het versoepelen van de Artificiële Intelligentie-verordening (AI-act), General Data Protection Regulation (GDPR), Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), Corporate Sustainability Due Dilligence Directive en de Regulation on Deforestation-free products (EUDR).”
“We beperken koppen op EU-wetgeving, en interpreteren regels niet onnodig strenger dan in andere EU-lidstaten. We doen dus niet meer dan dat de EU-van ons vraagt.”
De VVD wil de arbeidsmarkt hervormen door fors te dereguleren, zodat werkgevers en ondernemers meer ruimte krijgen en werken lonender wordt. Ze willen bureaucratische regels schrappen en meer maatwerk mogelijk maken.
“Een forse deregulering zorgt voor meer banen, terwijl een zorgvuldige herziening zorgt voor behoud van zekerheid. Werkgevers en werknemers moeten vertrouwen krijgen.”
“We zetten het mes in bureaucratische regels, moderniseren de werkloosheidswet door deze meer activerend te maken en geven meer ruimte voor maatwerk in cao’s, door de transitievergoeding niet langer verplicht te stellen.”
Het CDA is gematigd positief over marktwerking, maar stelt duidelijke grenzen en voorwaarden. Ze willen marktwerking vooral inzetten waar het innovatie, efficiëntie en investeringen bevordert, maar pleiten voor strenge regulering, gelijk speelveld en bescherming van publieke belangen. Concrete voorstellen zijn het vereenvoudigen van regelgeving, stimuleren van kapitaalmarkten, en het aanpassen van marktregels waar deze publieke doelen in de weg staan.
Het CDA wil marktwerking stimuleren door het verminderen van regeldruk en het vereenvoudigen van regelgeving, zodat bedrijven makkelijker kunnen opereren en innoveren. Dit moet leiden tot meer efficiëntie en lagere administratieve lasten, zonder extra nationale regels bovenop Europese wetgeving.
“We komen met een versterkt programma om regeldruk aan te pakken, rapportages te versimpelen en overlap te voorkomen.”
“We zijn ambitieus in Europa, qua klimaat, qua arbeidsomstandigheden, qua integratie van de Europese markt en snelheid van besluitvorming. Maar dan zetten we in principe geen Nederlandse kop op Europese regels.”
Het CDA ziet een goed functionerende kapitaalmarkt als essentieel voor marktwerking en innovatie. Door Europese kapitaalmarkten verder te integreren, willen ze de toegang tot financiering voor bedrijven verbeteren en investeringen stimuleren.
“We zetten met urgentie in om een verder geïntegreerde Europese kapitaalmarkt snel en daadwerkelijk tot stand te brengen om de beschikbaarheid van (durf)kapitaal voor bedrijven te verhogen en beursgangen in Europa aantrekkelijker te maken.”
Het CDA wil belemmeringen voor publiek-private samenwerking wegnemen door de Wet Markt en Overheid te herzien, zodat marktwerking niet onnodig wordt beperkt bij maatschappelijke opgaven zoals woningbouw en energie.
“We herzien de Wet Markt en Overheid, ontdoen die van Nederlandse koppen op Europese regels waar dat kan en nemen belemmeringen in publiek-private samenwerking weg. Bijvoorbeeld bij grondtransacties ten behoeve van snelle woningbouw of maatschappelijke initiatieven op de grote opgaven van het land, zoals klimaat en energie.”
Het CDA accepteert marktwerking in de zorg, maar wil een gelijk speelveld en strengere eisen voor commerciële aanbieders om publieke belangen te beschermen. Marktwerking mag niet leiden tot excessieve winsten of kwaliteitsverlies.
“We willen een gelijker speelveld tussen ziekenhuizen en zelfstandige behandelcentra (zbc’s), die zich richten op laag-complexe zorg, door gelijke verantwoordelijkheden, transparantie over kwaliteit en meer differentiatie van de financiering op basis van de complexiteit en de kenmerken van patiënten.”
“Commerciële zorgaanbieders, zoals commerciële huisartsenketens of private ggz-aanbieders, dienen mee te draaien in de reguliere weekend- en nachtdiensten.”
Het CDA ziet marktwerking als middel om innovatie te bevorderen, mits er ruimte is voor experimenten en pilots binnen een regelarme omgeving. Dit moet leiden tot snellere invoering van vernieuwingen die de samenleving ten goede komen.
“Wij creëren ruimte om nieuwe technologieën veilig en gecontroleerd te testen, zodat innovaties sneller de samenleving ten goede komen.”
“We geven ruimte voor het ontwikkelen van zorginnovaties binnen een regelarme omgeving. Op die manier kunnen vernieuwingen eenvoudiger worden doorgevoerd.”
Het CDA wil marktwerking beschermen tegen misbruik en oneerlijke concurrentie, onder andere door strengere handhaving en het oprichten van een Taskforce Oneerlijke Concurrentie.
“Wij pleiten voor de oprichting van een Taskforce Oneerlijke Concurrentie om te zorgen voor een gelijk speelveld voor ondernemers.”
GroenLinks-PvdA is uitgesproken tegen marktwerking in publieke sectoren zoals zorg en onderwijs, en pleit voor samenwerking, publieke sturing en het terugdringen van commerciële prikkels. Ze willen doorgeschoten marktwerking en winstbejag aanpakken, met concrete voorstellen zoals het aanscherpen van het winstverbod in de zorg en het stoppen van commercialisering in het onderwijs. Hun visie is dat publieke belangen en samenwerking centraal moeten staan, niet concurrentie of winstmaximalisatie.
GroenLinks-PvdA wil de marktwerking in de zorg terugdringen omdat concurrentie leidt tot bureaucratie, hogere kosten en minder focus op preventie. Ze stellen samenwerking en publieke belangen centraal, en willen winstbejag en commercialisering tegengaan.
“Samenwerking in plaats van marktwerking. In de zorg is nog te vaak sprake van concurrentie in plaats van samenwerking. Dat is op termijn niet houdbaar, leidt tot bureaucratie en maakt preventie minder aantrekkelijk. We pakken de doorgeschoten marktwerking aan en passen het zorgstelsel aan”
“Niet de markt, maar de mens centraal. Als winst maken de prioriteit is, staat goede zorg altijd op de tweede plek. Doorgeslagen commercialisering in de zorg leidt tot dure medicijnen, onnodige bureaucratie en steeds wisselende gezichten aan het bed. Wij dringen winstbejag terug, zodat zorg weer draait om mensen.”
“Aanscherping winstverbod in de zorg. We strijden tegen commerciële partijen in de zorg voor wie winst het hoofddoel is. We scherpen daarom het winstverbod in de zorg aan.”
De partij wil dat publiek geld in het onderwijs blijft en niet naar commerciële partijen of concurrentie gaat. Ze keren zich tegen de groei van commerciële adviesbureaus en pleiten voor samenwerking tussen scholen in plaats van concurrentie.
“De commercialisering in het onderwijs moet stoppen. Publiek geld moet naar het onderwijs gaan, en niet naar winsten. We stoppen de steeds groter wordende schil van commerciële onderwijsadviesbureaus waardoor veel onderwijsgeld verloren gaat en leraren uit het onderwijs worden getrokken.”
“We sturen juist aan op samenwerking tussen scholen.”
GroenLinks-PvdA wil ook in andere sectoren, zoals woningmarkt en arbeidsmarkt, marktwerking en speculatie tegengaan en publieke belangen beschermen.
“Speculatiewinsten naar de samenleving. Zonder iets te hoeven doen, verdienen grondspeculanten veel geld als landbouwgrond een woonbestemming krijgt. ... Een eerlijk deel van deze speculatiewinst vloeit terug naar de samenleving, zodat we het kunnen gebruiken voor woningbouw.”
“We beschermen woningbezitters en weren private equity uit vve’s.”
NSC is kritisch over marktwerking en pleit voor ingrijpen waar markten falen of leiden tot oneerlijke prijzen en machtsposities. Ze willen markten eerlijker maken door toezicht te versterken, toetreding van nieuwe partijen te bevorderen, en waar nodig maximumprijzen of alternatieven te introduceren. Hun visie is dat marktwerking alleen acceptabel is als deze bijdraagt aan betaalbaarheid, keuzevrijheid en maatschappelijke waarde, niet aan winstmaximalisatie of machtsconcentratie.
NSC vindt dat marktwerking alleen werkt als er eerlijke concurrentie is en consumenten beschermd worden tegen machtsmisbruik. Ze willen de toezichthouder ACM meer bevoegdheden geven en waar nodig ingrijpen met maximumprijzen of alternatieven als de markt faalt.
“De toezichthouder (ACM) moet actiever en effectiever kunnen optreden. Ook overnames die nu onder de radar blijven, zoals grote bedrijven die kleine concurrenten opslokken, moeten beoordeeld kunnen worden. In sectoren met structureel marktfalen zoals de spaarmarkt en ICT-diensten in de zorg krijgt de ACM meer sturingsmiddelen om in te grijpen voordat het te laat is.”
“We voeren maximumprijzen in voor sectoren waar gebrekkige concurrentie leidt tot buitensporige prijsstijgingen en waar de ACM niet effectief kan ingrijpen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de kinderopvang en dierenartsen, waar private equity de prijzen fors heeft opgedreven.”
NSC wil marktdominantie van grote spelers tegengaan en toetreding van nieuwe partijen stimuleren, vooral in sectoren als de spaarmarkt en supermarkten, om concurrentie en keuzevrijheid te vergroten.
“De Nederlandse spaarmarkt wordt gedomineerd door een klein aantal banken die de spaarrente laag en tarieven hooghouden. Deze marktdominantie moet worden doorbroken. De ACM krijgt de bevoegdheid om op te treden tegen koppelverkoop van betaal- en spaarrekeningen. We maken de markt toegankelijker voor nieuwe partijen.”
“Grote merkfabrikanten zoals Lay’s en Nutella drijven de prijzen op met inkooprestricties en landgerichte etiketten, waardoor deze producten in Nederland duurder zijn dan in omliggende landen. We pakken deze prijsopdrijving aan door deze beperkingen te verbieden en deze barrières voor grensoverschrijdende handel actief weg te nemen.”
Waar marktwerking niet leidt tot maatschappelijk gewenste uitkomsten, stelt NSC alternatieven voor zoals staatsleningen of meer transparantie en standaardisatie, vooral bij essentiële diensten.
“Daarnaast laten we de Nederlandse staat, naar Belgisch voorbeeld, staatsleningen uitgeven aan particulieren voor een aantrekkelijk en veilig alternatief voor spaarders.”
“In onmisbare markten zoals de energiemarkt moet meer transparantie komen over hoe de prijs is opgebouwd. Consumenten hebben recht op eerlijke informatie, zodat ze prijzen goed kunnen vergelijken. We voeren gestandaardiseerde formats en ‘standaard-plus’-contracten in om dit mogelijk te maken.”
De Partij voor de Dieren is uitgesproken tegen marktwerking in publieke sectoren zoals zorg, wonen en publieke diensten. Zij willen marktprikkels en winstmotieven uit deze sectoren halen en pleiten voor publieke voorzieningen in overheidshanden, omdat marktwerking volgens hen leidt tot hogere kosten, ongelijkheid en afname van kwaliteit. Concrete voorstellen zijn het terugdraaien van marktwerking in de zorg, het beperken van marktwerking in het onderwijs en openbaar vervoer, en het tegengaan van speculatie op de woningmarkt.
De PvdD vindt dat marktwerking niet thuishoort in de zorg, omdat het leidt tot hogere kosten, druk op zorgverleners en afleiding van het primaire doel: goede zorg voor iedereen. Ze willen zorg als publieke basisvoorziening organiseren en private investeerders weren.
“De zorg is geen markt, maar een basisvoorziening. Marktwerking hoort niet thuis in de zorg. Het jaagt kosten op, legt druk op zorgverleners en leidt af van waar het echt om zou moeten draaien: goede zorg voor iedereen. We halen marktwerking daarom zo veel als kan uit de zorg en verdelen de kosten eerlijk.”
“Essentiële zorg – zoals ouderenzorg of huisartsenzorg – hoort niet afhankelijk te zijn van marktprikkels. We organiseren deze zorg daarom als publieke basisvoorziening, lokaal en toegankelijk voor iedereen.”
De partij wil de doorgeschoten marktwerking in publieke diensten zoals zorg, onderwijs en openbaar vervoer terugdraaien. Publieke voorzieningen moeten niet afhankelijk zijn van winstprikkels, maar het algemeen belang dienen.
“We draaien de doorgeslagen marktwerking terug in publieke diensten zoals zorg, onderwijs en openbaar vervoer. Publieke voorzieningen zijn er voor iedereen en horen niet afhankelijk te zijn van winstprikkels.”
“De EU stopt met regels die marktwerking opdringen aan de publieke sector. Publieke diensten blijven wat ons betreft zoveel mogelijk in overheidshanden om het algemeen belang te dienen.”
De PvdD wil speculatie en marktwerking op de woningmarkt tegengaan, omdat huizen bedoeld zijn om in te wonen en niet als handelswaar. Ze stellen maatregelen voor om huisjesmelken en speculatie te ontmoedigen en huurprijzen te reguleren.
“Huizen zijn om in te wonen, niet om een slaatje uit te slaan. Steeds meer mensen komen in de knel door hun hoge huur, of kunnen geen aanspraak maken op een huurwoning. Huisjesmelken en speculeren maken we onaantrekkelijk door maatregelen in te voeren waarmee (lokaal) gestuurd kan worden op de verdeling van woningen.”
De partij is kritisch op de invloed van marktwerking en bedrijven op wetenschappelijk onderzoek, omdat dit de onafhankelijkheid en maatschappelijke relevantie van onderzoek onder druk zet.
“Daarnaast beperken we de invloed van bedrijven en multinationals op het onderzoek, want goed onderzoek dient allereerst de belangen van de maatschappij en de onafhankelijke wetenschap, niet die van het kapitaal.”
Volt is kritisch over marktwerking en pleit voor een economie waarin publieke belangen, duurzaamheid en maatschappelijke waarden voorop staan. Zij willen marktwerking beperken in sectoren als zorg en geneesmiddelen, en sturen op meer publieke regie, Europese harmonisatie en het tegengaan van privaat winstbejag met publiek geld. Concrete voorstellen zijn onder meer het beperken van winstuitkeringen in de zorg, het oprichten van publieke loketten voor markttoegang van geneesmiddelen, en het stimuleren van een gelijk speelveld binnen de EU.
Volt ziet marktwerking in de zorg als problematisch, vooral waar het leidt tot winstbejag en verminderde solidariteit. Zij willen wettelijke beperkingen op winstuitkeringen en meer transparantie over eigendom, om de zorg minder aantrekkelijk te maken voor investeringsmaatschappijen.
“De opkomst van investeringsmaatschappijen (private-equity) in de zorg kan op gespannen voet staan met de kwaliteit en toegankelijkheid van en de solidariteit in de zorg. Volt zet zich er voor in om de zorg minder interessant te maken voor investeringsmaatschappijen door wettelijke beperkingen op winstuitkeringen in de zorg in te voeren, zorginstanties wettelijk te verplichten transparant te zijn over hun eigendomsstructuren en de Nederlandse Zorgautoriteit hier actiever op te laten controleren, bijvoorbeeld met een speciale task force.”
Volt wil voorkomen dat publieke investeringen leiden tot privaat winstbejag. Zij pleiten voor publieke loketten die markttoegang en prijsafspraken voor geneesmiddelen regelen, zodat innovaties betaalbaar blijven en in publieke handen blijven.
“Volt richt een publiek loket op dat lifesciencesondernemers en academische instellingen ondersteunt bij markttoegang tot de EU, inclusief EMA-dossierbegeleiding en financiering van registratieprocedures. Dit loket richt zich op bedrijven en instituten die publieke belangen centraal stellen: ontwikkelde medicijnen en therapieën blijven zo in handen van Nederlandse of Europese publieke instellingen en worden zo betaalbaar. Het loket ondersteunt ook het opstellen van licentie- en prijsafspraken.”
“Op deze manier leiden publieke investeringen niet tot privaat winstbejag, maar vloeien ze terug naar de samenleving.”
Volt wil marktwerking binnen de EU eerlijker maken door harmonisatie van regelgeving en het creëren van een gelijk speelveld, zodat bedrijven niet profiteren van verschillen tussen lidstaten.
“Een overkoepelend kader van wet- en regelgeving die voor alle lidstaten zal gelden, voorkomt interne barrières en harmoniseert de bedrijfsvoering in de hele EU. In plaats van 27 verschillende nationale systemen zullen bedrijven uit alle lidstaten onder het 28ste regime te maken hebben met dezelfde regelgeving omtrent belastingen, insolventie, arbeidsmarkt, etc. Hierdoor wordt grensoverstijgend zakendoen de norm binnen de EU.”
Volt wil marktwerking inzetten om duurzaamheid en maatschappelijke waarde te stimuleren, bijvoorbeeld door het beprijzen van milieu-impact en het creëren van markten voor duurzame producten.
“We rekenen de milieu- en sociale impact van producten strenger mee in de prijzen van producten. Zo verleiden we consumenten duurzame producten te kopen en stimuleren we bedrijven om hun producten duurzamer te maken.”
“Dit creëert een markt voor producenten om hun duurzame producten te verkopen in de EU.”
JA21 is uitgesproken vóór marktwerking en wil overheidsinmenging in de economie drastisch verminderen. De partij pleit voor het herstellen van concurrentie door het afbouwen van verstorende subsidies, het verminderen van regeldruk en het afschaffen van huurregulering. Hun visie is dat een vrije markt innovatie, groei en keuzevrijheid bevordert, en dat de overheid zich vooral faciliterend moet opstellen.
JA21 ziet overheidssturing en subsidies als verstorend voor marktwerking en innovatie. De partij wil deze drastisch afbouwen om concurrentie te bevorderen en mensen meer eigen keuzes te laten maken. Dit moet leiden tot een economie waarin bedrijven en burgers meer vrijheid en verantwoordelijkheid krijgen.
JA21 wil op termijn huurregulering afbouwen zodat de huurprijzen meer door de markt bepaald worden. Dit moet het investeringsvertrouwen in de woningmarkt herstellen en zorgen voor een gezondere marktwerking.
“Door op termijn te komen tot een afbouw van de huurregulering naar een huurvorming vanuit de markt, én door een duidelijk en voorspelbaar overheidsbeleid.”
De partij stelt dat overmatige regelgeving marktwerking belemmert. Door regeldruk te verminderen en voor elke nieuwe regel een oude te schrappen, wil JA21 ondernemers en consumenten meer ruimte geven voor eigen keuzes en concurrentie stimuleren.
“Regeldruk terugdringen door met de stofkam door huidige wet- en regelgeving te gaan en overbodige regelgeving te schrappen. Voor elke nieuwe regel moet een oude regel verdwijnen.”
“Mensen hun eigen keuzes laten maken door complexe regelgeving te vervangen door eenvoudige, heldere kaders.”
50PLUS is kritisch over marktwerking en pleit in het verkiezingsprogramma voor het beperken of terugdraaien van marktwerking, vooral in sectoren als zorg, industriebeleid en klimaat. De partij wil stoppen met actieve industriepolitiek, geen nationale koppen op Europese regels en benadrukt het belang van publieke regie en bescherming tegen monopolies. Concrete voorstellen zijn gericht op het terugdringen van marktwerking waar deze volgens 50PLUS niet werkt en het waarborgen van publieke belangen.
50PLUS verzet zich tegen nationale marktinterventies en extra regelgeving bovenop Europese afspraken, omdat dit volgens hen leidt tot inefficiëntie en concurrentienadelen. Ze pleiten voor een gelijk speelveld binnen Europa en willen nationale marktwerking beperken waar deze tot problemen leidt.
“Stoppen met actieve industriepolitiek op nationaal en op Europees niveau, omdat dit beleid altijd eindigt in tranen. Hierbij kunnen tijdelijk uitzonderingen gelden voor kritieke militair-industriële doelen.”
“Dezelfde regels voor iedereen binnen Europa. Dus geen nationale CO2-heffingen en geen extra regels bovenop de Europese afspraken.”
50PLUS wil marktwerking beperken waar monopolievorming dreigt, zoals bij schoolbesturen, en benadrukt het belang van publieke regie en toegankelijkheid, bijvoorbeeld in het onderwijs en de zorg.
De ChristenUnie is uitgesproken tegen marktwerking in de zorg en staat kritisch tegenover marktwerking in andere publieke sectoren. In plaats daarvan pleit de partij voor meer regie van de overheid, samenwerking en normering, waarbij maatschappelijke doelen en het algemeen belang centraal staan. Concrete voorstellen zijn het beëindigen van marktwerking in de zorg en het beperken van marktprikkels waar deze niet passen bij publieke waarden.
De ChristenUnie wil een einde maken aan marktwerking in de zorg, omdat dit volgens hen leidt tot verkeerde prikkels en afnemende toegankelijkheid. De partij vindt dat zorg geen marktproduct is en dat concurrentie en aanbestedingen zelden tot betere zorg leiden.
De ChristenUnie is ook kritisch op marktwerking in andere sectoren waar publieke belangen spelen, zoals arbeidsmarkt, schuldenindustrie en maatschappelijke dienstverlening. De partij benadrukt dat de markt zichzelf niet altijd ordent ten gunste van kwetsbare mensen en dat duidelijke overheidsnormen nodig zijn.
DENK is kritisch over marktwerking, vooral in de zorg, en pleit voor het beperken ervan waar deze leidt tot winstbejag en inefficiëntie. De partij wil marktwerking in de zorg terugdringen door strengere regulering, transparantie en het aan banden leggen van commerciële activiteiten, terwijl ze in andere sectoren vooral inzet op publieke voorzieningen en bescherming tegen uitwassen van marktwerking.
DENK ziet marktwerking in de zorg als problematisch wanneer deze leidt tot winstbejag en inefficiëntie. De partij wil de invloed van commerciële partijen en zorgverzekeraars beperken om te waarborgen dat zorggeld daadwerkelijk aan zorg wordt besteed en niet aan winsten of marketing. Transparantie en strengere regels moeten excessen tegengaan.
“We gaan de marktwerking in de zorg beperken met meer marktmeesterschap. Door verplichte transparantie maken we inzichtelijk hoe het geld van zorgverzekeraars wordt besteed.”
“Met een uitbreiding van het winstverbod zorgen wij ervoor dat geld beschikbaar blijft voor de zorg. We gaan ook de activiteiten van commerciële partijen beperken die de zorg alleen maar gebruiken om geld te verdienen.”
“Door marketing en commercie aan banden te leggen blijft zorggeld beschikbaar voor de zorg en gaan we selectie door zorgverzekeraars tegen.”
Hoewel DENK marktwerking in de zorg wil beperken, erkent de partij het belang van eerlijke concurrentie in andere sectoren, zoals de taxibranche. Hier pleit DENK voor het ondersteunen van ondernemers, mits concurrentie eerlijk en niet uitbuitend is.
“Wij willen de taxibranche ondersteunen door in te zetten op betaalbare verzekeringen en eerlijke concurrentie.”
De PVV is kritisch over marktwerking in publieke sectoren en pleit voor meer overheidsregie, vooral in de zorg en infrastructuur. Ze willen marktwerking in de acute zorg terugdraaien en private winsten in de zorg tegengaan, terwijl ze in andere sectoren (zoals spoorwegen) kiezen voor hernationalisatie en publieke controle. De partij ziet marktwerking als problematisch waar het publieke belangen schaadt, en stelt concrete maatregelen voor om deze te beperken of terug te draaien.
De PVV vindt dat marktwerking in de zorg leidt tot hogere kosten, woekerwinsten en minder zeggenschap voor zorgverleners. Ze willen de acute zorg uit de marktwerking halen en private equity weren, om de zorg toegankelijker en betaalbaarder te maken.
De PVV wil de marktwerking in het spoor terugdraaien door NS en ProRail samen te voegen tot één groot Nederlands Spoorbedrijf. Hiermee willen ze publieke regie en betrouwbaarheid waarborgen, in plaats van marktwerking.
“NS en ProRail samen in één groot Nederlands Spoorbedrijf”
De partij is tegen verdere marktwerking in vitale sectoren zoals havens en infrastructuur. Ze willen dat deze altijd met een meerderheidsaandeel in Nederlandse (publieke) handen blijven, om strategische belangen te beschermen.
“Havens en andere kritieke infrastructuur altijd met een meerderheidsaandeel in Nederlandse (publieke) handen”
De SGP is kritisch over doorgeschoten marktwerking, maar erkent het belang van een eerlijke en goed functionerende markt in specifieke sectoren. Ze pleiten voor het verbeteren van marktwerking waar dit leidt tot meer keuzevrijheid, lagere prijzen of innovatie, maar stellen duidelijke grenzen waar publieke belangen, sociale rechtvaardigheid of nationale soevereiniteit in het geding zijn. Concrete voorstellen richten zich op het verbeteren van marktwerking in het onderwijs en het tegengaan van machtsconcentratie, terwijl in andere sectoren juist regulering of bescherming tegen marktmacht wordt voorgesteld.
De SGP wil de marktwerking in de leermiddelenmarkt verbeteren om verspilling tegen te gaan en de efficiëntie te verhogen. Dit is een concreet voorbeeld waar de partij marktwerking als instrument ziet om publieke middelen beter te benutten.
“De werking van de markt voor leermiddelen wordt verbeterd, onder andere om verspilling van boeken tegen te gaan.”
De SGP erkent dat marktwerking niet altijd tot eerlijke uitkomsten leidt, vooral waar een handjevol partijen de markt domineert. Ze willen het mededingingsbeleid aanpassen zodat kleine ondernemers beter kunnen concurreren met grote inkooporganisaties, en misbruik van economische afhankelijkheid wordt verboden.
“Het mededingingsbeleid wordt zo aangepast dat de duizenden agrarische ondernemers eenvoudiger een vuist kunnen maken tegenover het handjevol inkooporganisaties van supermarktketens. Er komt een verbod op misbruik van economische afhankelijkheid voor fatsoenlijke vergoedingen voor kwaliteitseisen en milieukeurmerken.”
De SGP wil de macht van grote digitale platforms inperken om concurrentie te waarborgen. Dit standpunt laat zien dat de partij marktwerking alleen ondersteunt als er een gelijk speelveld is en geen machtsmisbruik plaatsvindt.
“De macht van grote platforms moet aan banden worden gelegd zodat concurrentie mogelijk blijft. Indien nodig worden hiervoor mededingingsregels aangepast.”
BBB is in beperkte mate voor marktwerking, maar altijd onder duidelijke randvoorwaarden: marktwerking wordt vooral ingezet om efficiëntie te vergroten en ondernemers meer ruimte te geven, mits dit niet leidt tot oneerlijke concurrentie of verlies van maatschappelijke waarde. De partij wil marktwerking stimuleren waar het de positie van ondernemers versterkt, zoals bij keuringen en aanbestedingen, maar benadrukt dat de overheid een actieve rol moet houden in het waarborgen van eerlijkheid en toegankelijkheid.
BBB wil bepaalde overheidstaken, zoals keuringen, (deels) overlaten aan marktpartijen om kosten te verlagen en efficiëntie te vergroten. Dit moet echter zorgvuldig gebeuren, met behoud van toezicht en duidelijke prestatieafspraken.
“Taken naar de markt. Start van een pilot waarbij keuringen (zoals export) (deels) door marktpartijen worden gedaan.”
BBB pleit voor hervorming van het aanbestedingsbeleid zodat mkb-bedrijven eerlijke en haalbare toegang krijgen tot overheidsopdrachten. Marktwerking mag niet leiden tot uitsluiting van kleinere ondernemers; de nadruk ligt op praktische uitvoerbaarheid en maatschappelijke waarde.
“Door hervorming van het aanbestedingsbeleid krijgen mkb bedrijven eerlijke én haalbare toegang tot overheidsopdrachten, met nadruk op praktische uitvoerbaarheid en maatschappelijke waarde.”