De Partij voor de Dieren (PvdD) ziet gezond, betaalbaar en duurzaam voedsel als een basisrecht en pleit voor een fundamentele omslag naar een plantaardig, biologisch en lokaal voedselsysteem. Ze willen voedsel behandelen als een collectief goed, niet als handelswaar, en stellen concrete maatregelen voor zoals het afschaffen van btw op plantaardig voedsel, het stoppen van de vee-industrie, en het invoeren van integraal voedselbeleid onder een nieuw ministerie. De partij zet sterk in op het bevorderen van plantaardige voeding, het tegengaan van voedselverspilling, en het garanderen van voedselzekerheid voor iedereen.
PvdD beschouwt gezond, duurzaam en betaalbaar voedsel als een mensenrecht en wil voedsel uit de logica van marktwerking halen. Ze willen voedselzekerheid garanderen en voedsel behandelen als een collectief goed, ondersteund door de overheid.
“De Partij voor de Dieren kiest radicaal voor voedsel als basisvoorziening: net zo vanzelfsprekend als schoon drinkwater, onderwijs of de bibliotheek.”
“Gezond, duurzaam en betaalbaar voedsel is geen luxe, maar een mensenrecht.”
“De Partij voor de Dieren kiest voor een fundamentele omslag: voedsel als collectief goed, gedragen door de samenleving en ondersteund door de overheid.”
De partij wil een snelle transitie naar een plantaardig, biologisch en lokaal voedselsysteem. Dit betekent het drastisch verminderen van de veehouderij, het stimuleren van plantaardige eiwitgewassen, en het regionaal organiseren van voedselproductie.
“Een transitie naar biologisch plantaardig voedsel biedt enorme kansen op alle fronten.”
“De eerste cruciale keuze voor een houdbaar voedselsysteem is dus: we bevrijden de dieren uit de voedselketen en nemen afscheid van de vee-industrie.”
“Voor al het voedsel waarbij dat kan, gaan we de productie regionaal organiseren: Nederlandse boeren gaan primair werken voor het voeden van mensen in Nederland en omringende landen.”
“Het voedselaanbod wordt ingericht op de biologische, diervriendelijke en gezonde keuze.”
PvdD wil gezond, plantaardig en biologisch voedsel goedkoper en toegankelijker maken, onder andere door het afschaffen van btw op plantaardige producten, het stimuleren van gezonde kantines, en het beperken van ongezond aanbod.
“We schaffen btw op alle groenten, fruit, noten, peulvruchten en granen af.”
“De overheid koopt 100% plantaardig, biologisch en lokaal in voor alle publieke instellingen, inclusief scholen en zorginstellingen.”
“Zeker kinderen moeten gezond leren eten en daarom wordt op en rond scholen alleen gezond voedsel aangeboden.”
“We beperken het aantal nieuwe vestigingen van fastfoodketens en snackbars en stimuleren de verkoop van gezond voedsel, voor iedereen met elk inkomen.”
De partij wil voedselverspilling tegengaan door onnodige regels te schrappen en voedselhulp te garanderen zolang dat nodig is. Ook willen ze voedselspeculatie aan banden leggen om prijsopdrijving en honger te voorkomen.
“Er komt een effectieve, integrale aanpak om voedselverspilling te stoppen. Onnodig strenge regels over houdbaarheidsdata en uiterlijke kenmerken zorgen er nog altijd voor dat voedsel dat goed is wordt weggegooid. Deze regels gaan in elk geval van tafel.”
“Zolang mensen afhankelijk van voedselhulp zijn, dient de overheid het aanbod van voedselbanken en dierenvoedselbanken te garanderen.”
“Deze voedselspeculatie wordt zo snel mogelijk aan banden gelegd.”
PvdD wil een integraal voedselbeleid onder een nieuw ministerie van Voedsel en Landbouw, met ondersteuning voor gemeenten om lokaal voedselbeleid te voeren en ruimte te maken voor voedseltuinen, stadsboerderijen en korte ketens.
“Er komt integraal voedselbeleid, waarin het recht op gezond, biologisch en plantaardig voedsel en de positie van duurzame, biologische en diervriendelijke boeren centraal staan. Een nieuw ministerie van Voedsel en Landbouw wordt hier verantwoordelijk voor.”
“Gemeenten kunnen heel concrete maatregelen nemen, zoals ruimte maken voor voedseltuinen en stadsboerderijen, eetbaar groen aanplanten als notenbomen en bessenstruiken, en plantaardige opties bij de horeca vergroten.”
De SP ziet voedsel als een basisrecht en pleit voor betaalbaar, gezond en duurzaam eten voor iedereen. Ze willen een publieke voedselvoorziening, gratis gezonde schoolmaaltijden, strengere regels voor de voedingsindustrie en een landbouwsysteem dat boeren eerlijk beloont en regionale, duurzame productie stimuleert. De partij richt zich op het doorbreken van de marktmacht van voedselproducenten en supermarkten, en op het versterken van korte ketens en voedselsoevereiniteit.
De SP beschouwt gezond voedsel als een fundamenteel recht en wil dat iedereen toegang heeft tot betaalbaar en gezond eten. Ze stellen voor om een publieke voedselvoorziening op te zetten, met onder andere volkskeukens, gezonde school- en ziekenhuismaaltijden en lage prijzen voor basisproducten.
“Voedsel is een basisrecht. Gezond eten moet betaalbaar en bereikbaar zijn voor iedereen. Daarom bouwen we aan een publieke voedselvoorziening. Goede volkskeukens, plekken waar mensen samen kunnen koken en eten, in de wijk, zorgen voor verbinding tussen mensen en zijn een betaalbare voorziening van gezond eten. Gezonde school en ziekenhuismaaltijden, zodat je op de belangrijke momenten een goede maaltijd kunt hebben. En basisproducten in de supermarkt tegen lage prijzen, zodat iedereen dagelijks toegang heeft tot gezonde voeding.”
Om gelijke kansen te bevorderen en gezondheid te stimuleren, wil de SP gratis ontbijt en lunch op alle basisscholen aanbieden.
“Tegelijkertijd zorgen we voor een gratis, gezond ontbijt én lunch op alle basisscholen. Zo krijgt elk kind de energie om te leren, spelen en groeien. Ongeacht wat er thuis op tafel staat.”
“Gezond eten voor elk kind. Ieder kind verdient de kans om de dag goed te beginnen én goed door te komen.”
De SP wil gezond eten financieel aantrekkelijker maken en de voedingsindustrie aan strengere regels onderwerpen. Dit omvat het schrappen van btw op gezonde producten, wettelijke maxima voor suiker, vet en zout, en een verbod op reclame voor ongezond voedsel gericht op kinderen.
“Gezond eten wordt goedkoper. We schrappen de btw op gezonde producten (volgens de Schijf van Vijf), zodat gezond eten voor iedereen bereikbaar blijft. Ook voor mensen met een klein inkomen.”
“Eten wordt gezonder. We stellen wettelijke maxima in voor suiker, vet, zout en andere schadelijke toevoegingen in bewerkt voedsel. Daarmee doorbreken we de marktmacht van voedselproducenten die bepalen wat er in ons eten zit.”
“Reclame voor ongezond voedsel eten en drinken wordt verboden. We pakken de reclames voor ongezond voedsel en dranken aan, zeker waar die gericht is op kinderen.”
De SP wil dat boeren een eerlijke prijs krijgen voor hun voedsel, supermarkten minder inkoopmacht hebben, en de ketens tussen boer en bord korter worden. Dit moet lokale productie en voedselsoevereiniteit versterken.
“De Autoriteit Consument en Markt (ACM) krijgt extra bevoegdheden om de inkoopmacht van supermarkten te begrenzen en minimumprijsafspraken te bekrachtigen zodat boeren een kostendekkende, eerlijke prijs ontvangen.”
“De ketens tussen boer en bord worden korter. Supermarkten gaan eerlijke prijzen betalen voor agrarische producten. We voorkomen dat consumenten de prijs betalen door de woekerwinsten in de keten aan te pakken. Lokale markten en coöperaties krijgen steun.”
“Onze voedselvoorziening richten we op Nederland en buurlanden, met sterke regionale ketens die mens, dier en natuur respecteren.”
De SP kiest voor een landbouwsysteem dat samenwerkt met de natuur, inzet op regionale kringlopen, minder dieren en minder import van veevoer. Ze willen voedselsoevereiniteit en stimuleren nieuwe vormen van landbouw zoals voedselbossen en agro-ecologie.
“Een eerlijke landbouw werkt samen met de natuur en zorgt voor gezond voedsel, een leefbaar platteland en een goed inkomen voor boeren.”
“Onze voedselvoorziening richten we op Nederland en buurlanden, met sterke regionale ketens die mens, dier en natuur respecteren. In plaats van massale export en import bouwen we aan een landbouwsysteem dat in balans is met de omgeving en gebaseerd is op kringlopen.”
“Meer boeren die in balans produceren met natuur, milieu en landschap. Schaalvergroting en exportgerichte bioindustrie maken plaats voor gezinsbedrijven die lokaal produceren. Daarbij is ook ruimte voor nieuwe vormen van landbouw, zoals voedselbossen, regeneratieve landbouw en agroecologische initiatieven.”
De SP wil structureel voedselonderwijs op scholen en regionale voedselstrategieën om kinderen te leren waar voedsel vandaan komt en lokale ketens te versterken.
“Er komt structurele steun voor voedselonderwijs op scholen en regionale voedsel strategieën, zodat kinderen leren waar voedsel vandaan komt en lokale ketens worden versterkt.”
BBB ziet voedselzekerheid als een kerntaak van de overheid en koppelt dit direct aan nationale veiligheid, betaalbaarheid en strategische autonomie. De partij wil de productie op eigen bodem beschermen, voedselgronden behouden, en streeft naar zo veel mogelijk voedselonafhankelijkheid, zonder betuttelend beleid richting consumenten. Concrete voorstellen zijn onder meer het instellen van een Directie Voedselzekerheid, het toetsen van beleid op voedselzekerheid, het afschaffen van verplichte braaklegging van voedselgronden, en het afwijzen van belastingen op voedsel.
BBB beschouwt voedselzekerheid als een primaire verantwoordelijkheid van de overheid, essentieel voor nationale veiligheid en bestaanszekerheid. De partij wil beleid en ruimtelijke keuzes altijd toetsen op hun impact op voedselzekerheid en pleit voor een eigen directie op het ministerie. Dit standpunt adresseert de kwetsbaarheid van Nederland bij internationale spanningen en het belang van voldoende, betaalbaar voedsel uit eigen productie.
“De overheid moet zorgen dat voedsel beschikbaar én betaalbaar blijft. Voedsel is net als wonen en energie een primaire levensbehoefte. BBB zet zich daarom in voor voedselzekerheid in Nederland en Europa.”
“Voedselzekerheid eerst. Er komt op het ministerie een Directie Voedselzekerheid. Beleidsmaatregelen worden altijd getoetst op hun impact op de voedselzekerheid.”
“Afwegingskader voedselzekerheid opstellen. Waarin het belang van voedselzekerheid altijd wordt meegewogen bij de verdeling van schaarse ruimte in het landelijk gebied.”
“We investeren in robuuste, toekomstbestendige voedselsystemen, zodat Nederland altijd goed, voldoende en betaalbaar voedsel heeft, ook bij blokkades, conflicten of internationale schaarste.”
BBB wil de Nederlandse voedselproductie beschermen door boeren te ondersteunen, voedselgronden te behouden en afhankelijkheden van het buitenland af te bouwen. Dit is een reactie op geopolitieke onzekerheden en het risico van honger bij handelsblokkades. De partij verzet zich tegen gedwongen onteigening en verplichte braaklegging van landbouwgrond.
“Behoud voedselgronden. Net als in Frankrijk, wordt de verplichte braaklegging van voedselgronden afgeschaft.”
“Geen gedwongen onteigening of gedwongen uitkoop, gedwongen verplaatsing of gedwongen extensivering op basis van stikstof.”
“We bouwen op termijn alle afhankelijkheden van Rusland, China en gelieerde landen in de voedselketen volledig af. Uiteindelijk streven we naar een zo hoog mogelijke voedselonafhankelijkheid.”
BBB is tegen overheidsmaatregelen die via belastingen of verboden sturen op het eetgedrag van mensen. De partij vindt dat mensen zelf verstandige keuzes kunnen maken en verzet zich tegen bijvoorbeeld een suikertaks of vleesbelasting.
“BBB is geen voorstander van betuttelend beleid. Geen suikertaks, geen vleesbelasting, geen overheidsinmenging op ons bord of in ons keukenkastje. Mensen kunnen zelf verstandige keuzes maken.”
BBB pleit voor een langetermijnstrategie voor landbouw en voedsel, gericht op bodemgezondheid, voedselzekerheid en duurzame productie, met behoud van het boerenbedrijf als onmisbare schakel.
“BBB pleit voor een lange termijn landbouw en voedselstrategie, gericht op 2050. In die strategie staan bodemgezondheid, voedselzekerheid en duurzame productie centraal, met behoud van het boerenbedrijf als onmisbare schakel.”
BBB koppelt voedsel direct aan nationale veiligheid en geopolitieke positie. Voedsel is volgens de partij meer dan handel: het is macht en een strategisch wapen in tijden van internationale spanningen.
FVD pleit voor maximale voedselsoevereiniteit en voedselautonomie: Nederland moet zoveel mogelijk zelfvoorzienend zijn in de voedselproductie. Ze willen boeren en vissers beschermen tegen Europese regelgeving, het stikstofbeleid afschaffen, en innovatie stimuleren om de voedselzekerheid te waarborgen. FVD verzet zich tegen de eiwittransitie, wil eerlijke etikettering van voedsel en ziet lokale productie als essentieel voor economie en cultuur.
FVD maakt voedselsoevereiniteit en autonomie tot kernpunt: Nederland moet in staat zijn de eigen bevolking te voeden en niet afhankelijk zijn van buitenlandse import. Dit wordt gezien als essentieel voor de nationale economie, cultuur en veiligheid.
“Bovendien maken we van voedselsoevereiniteit een nationaal speerpunt: Nederland moet in staat zijn zijn eigen bevolking te voeden.”
“We maken voedselautonomie tot nationaal speerpunt: Nederland moet zoveel mogelijk zelf in staat zijn de eigen bevolking te voeden.”
“Een nieuwe kans voor Nederland: een trots land waar boeren floreren, voedsel lokaal groeit en ons platteland bruisend blijft.”
FVD wil het stikstofbeleid en Europese regelgeving zoals de Green Deal en Nitraatrichtlijn afschaffen, omdat deze volgens hen de voedselproductie en het bestaansrecht van boeren bedreigen. Ze pleiten voor een gelijk speelveld met het buitenland en het behoud van agrarische bedrijven.
“Het beleid zet druk op de voedselproductie, bedreigt het bestaansrecht van boerengezinnen en leidt tot kaalslag in het Nederlandse platteland.”
“We stoppen met EU-beperkingen zoals de Green Deal en het verbod op pulsvisserij, en zorgen voor een gelijk speelveld, zodat Nederlandse boeren met dezelfde gewasbeschermingsmiddelen kunnen werken als hun buitenlandse collega’s.”
“We vegen het hele stikstofbeleid van tafel... Boeren moeten weer kunnen doen waar ze goed in zijn: voedsel produceren voor Nederland en de wereld.”
FVD is tegen de door de overheid gestimuleerde eiwittransitie (van dierlijk naar plantaardig/insecten-eiwit) en wil duidelijke etikettering van voedsel, zodat consumenten weten wat ze eten. Ze verzetten zich tegen misleidende namen voor vegetarische producten.
“We verzetten ons tegen de opgedrongen eiwittransitie; ruim baan voor de vrolijke vleeseter. Insecten in voedsel moeten altijd duidelijk vermeld worden en vegetarische producten mogen niet met misleidende dierennamen (zoals ‘vegetarische kalfsburger’) worden gepresenteerd.”
FVD wil de consumptie van lokaal geproduceerd voedsel bevorderen, waaronder seizoensproducten en wild, om de band met het land te versterken en de voedselvoorziening te verduurzamen.
“We stimuleren de consumptie van seizoensgebonden groenten en wild van eigen bodem, zodat Nederlanders meer lokaal eten en de voeling met het land wordt versterkt.”
“De jacht zien wij als essentieel voor natuurbeheer en voedselvoorziening. Ook stimuleren we de consumptie van seizoensproducten en wild van eigen bodem.”
De SGP ziet voedselzekerheid als een strategisch en geopolitiek belang en pleit voor een nationale voedselstrategie die gericht is op duurzame productie, eerlijke handel en minder afhankelijkheid van import. De partij wil investeren in kringlooplandbouw, het tegengaan van voedselverspilling en het beschermen van de positie van Nederlandse boeren en vissers, met aandacht voor voedselveiligheid, dierenwelzijn en milieu.
De SGP benadrukt het belang van voedselzekerheid in een veranderende wereld en wil een nationale voedselstrategie ontwikkelen, inclusief aandacht voor visserij en eerlijke handel. Dit is ingegeven door zorgen over geopolitieke instabiliteit, klimaatverandering en de kwetsbaarheid van internationale voedselketens.
“Grip op onze voedselvoorziening is daarom ook van geopolitiek belang. De voedselvoorziening krijgt nationaal echter onvoldoende prioriteit.”
“Kortom, het is hoog tijd voor een nationale voedselstrategie, inclusief visserijparagraaf. Fair trade is voor ons belangrijk.”
“In het Europees landbouwbeleid blijft, als het aan de SGP ligt, voedselzekerheid een strategische prioriteit, inclusief voldoende budget hiervoor.”
De SGP wil Nederlandse boeren beschermen tegen oneerlijke concurrentie en stelt dat import van voedsel dat niet aan Europese standaarden voldoet, moet worden belast of geweerd. Dit moet bijdragen aan een eerlijk speelveld en verduurzaming van de landbouw.
“Import van voedsel dat niet volgens de Europese maatlat voor voedselveiligheid, dierenwelzijn en milieu geproduceerd is, wordt belast en zoveel mogelijk geweerd, waarbij de opbrengst zoveel mogelijk wordt geïnvesteerd in verduurzaming van de landbouw.”
De partij pleit voor kringlooplandbouw, minder grondstoffengebruik en het beter benutten van reststromen. Dit moet leiden tot een duurzamere voedselproductie en minder verliezen naar het milieu.
“Kringlopen is werken voor boer en milieu... Dat betekent werken aan minder grondstoffengebruik, minder verliezen naar het milieu en beter gebruik van reststromen, zonder onszelf te verliezen in niet reëel wensdenken.”
De SGP wil voedselverspilling tegengaan door onder andere het aanpassen van houdbaarheidsdata en het stimuleren van horeca om verspilling te beperken.
“We gooien elk jaar per persoon ongeveer honderd kilo eten en drinken weg. Die voedselverspilling moet omlaag, onder meer door bij lang houdbare producten geen ‘ten minste houdbaar tot’-termijn meer op de verpakking te zetten.”
“De horeca wordt gestimuleerd om bij het samenstellen van de menukaart de kans op verspilling sterk te beperken.”
De SGP ziet visserij als essentieel voor gezonde, lokale voedselvoorziening en wil deze sector ecologisch en economisch toekomstbestendig maken.
“Steeds meer mensen willen het liefst voedsel kopen dat gezond is en van dichtbij komt. Nederland is daarom goed af met de tientallen visserijbedrijven die op de Noordzee en in onze binnenwateren vangen wat de natuur ons geeft.”
“We dragen de visserij een warm hart toe en zetten ons graag in voor een ecologisch en economisch toekomstbestendige visserij, inclusief de bijbehorende bedrijvigheid op de wal.”
Volt wil het voedselsysteem verduurzamen door biologische landbouw, eerlijke prijzen en minder verspilling te stimuleren. De partij zet in op meer plantaardige eiwitten, strengere eisen aan voedselkwaliteit en transparantie, en het belonen van duurzame productie. Hun visie is gericht op een toekomstbestendig, gezond en eerlijk voedselsysteem binnen ecologische grenzen.
Volt streeft naar een forse toename van biologische landbouw en wil dat duurzame productie de norm wordt. Dit moet leiden tot minder milieuschade, meer biodiversiteit en gezonder voedsel.
Volt wil dat de prijs van voedsel de echte maatschappelijke kosten weerspiegelt, zodat duurzame keuzes aantrekkelijker worden en boeren eerlijk worden beloond.
“De prijs van voedsel moet de werkelijke kosten weerspiegelen, dus ook rekening houden met de kosten van negatieve effecten van een product op het milieu, dierenwelzijn of de samenleving.”
De partij wil voedselverspilling tegengaan door supermarkten te verplichten om alle geschikte producten af te nemen, ook als deze niet aan cosmetische eisen voldoen.
“We stoppen verspilling van voedsel aan de voorkant van de markt, door supermarkten en leveranciers alle natuurlijke producten af te laten nemen die aan de eisen voor voedselveiligheid en voedselkwaliteit voldoen.”
Volt stimuleert de productie en consumptie van plantaardige eiwitten en alternatieven voor dierlijke producten, om de ecologische voetafdruk te verkleinen en de voedselautonomie te vergroten.
“We zetten volop in op eiwitdiversificatie. We stimuleren de productie en consumptie van plantaardige eiwitten, met bijzondere aandacht voor stikstofbindende gewassen zoals peulvruchten.”
Volt wil verplichte Nutri-Score en Eco-Score labels op voedsel, zodat consumenten beter geïnformeerde keuzes kunnen maken over gezondheid en duurzaamheid.
De partij zet in op innovatie zoals kweekvlees, precisielandbouw en voedseltechnologie om het voedselsysteem toekomstbestendig te maken.
GroenLinks-PvdA wil dat voedsel gezond, duurzaam en eerlijk geproduceerd wordt, met een eerlijke prijs voor boeren en bescherming van natuur en gezondheid. Ze pleiten voor strengere regels op bestrijdingsmiddelen, een forse uitbreiding van biologische landbouw, en het verminderen van de veestapel. De hele voedselketen, inclusief supermarkten, moet bijdragen aan eerlijke beloning en gezonde productie.
GroenLinks-PvdA streeft naar voedsel dat gezond is en zonder schadelijke stoffen wordt geproduceerd, waarbij boeren een eerlijke prijs krijgen. Dit moet bereikt worden door circulaire landbouw, minder dieren per hectare, en samenwerking in de hele keten. Het beleid richt zich op het beschermen van de gezondheid van mensen en het landschap, en het garanderen van gezonde voeding.
“Iedereen is gebaat bij gezond eten zonder schadelijke stoffen en boeren die goed zorgen voor ons landschap. We kiezen voor circulaire landbouw, waarbij we landbouw aanpassen op wat het land aankan. Dat betekent minder dieren per hectare en strenge regels voor schadelijke bestrijdingsmiddelen.”
“Boeren krijgen een eerlijke prijs. Daar moet de hele keten, inclusief supermarkten, aan meewerken.”
“Boeren moeten een eerlijk inkomen kunnen verdienen. Daar moet de hele keten, inclusief supermarkten, aan meewerken.”
De partij wil voedselveiligheid waarborgen door een verbod op chemische bestrijdingsmiddelen die schadelijk zijn voor mens en milieu, met specifieke aandacht voor glyfosaat, PFAS en gebruik in kwetsbare gebieden. Dit moet de gezondheid van consumenten en omwonenden beschermen en bijdragen aan veilig voedsel.
“Voedsel van het land moet gezond zijn. Daarom komt er een verbod op chemische bestrijdingsmiddelen die schadelijk kunnen zijn. We verbieden per direct glyfosaat, PFAS-houdende bestrijdingsmiddelen en het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen bij lelieteelt.”
“PFAS bedreigen onze voedselveiligheid en onze drinkwatervoorzieningen. Daarom komt er een lozingsverbod voor PFAS en een verbod op niet-essentiële producten die PFAS bevatten.”
GroenLinks-PvdA ziet biologische landbouw als voorbeeld voor gezonde en duurzame voedselproductie en wil deze sector fors uitbreiden. Boeren worden ondersteund bij omschakeling en krijgen een eerlijke vergoeding voor natuurbeheer, met stimulering van biologische producten in de keten.
“Biologische boeren laten al jaren zien dat het produceren van gezond en hoogwaardig voedsel met een kleine voetafdruk mogelijk is. Wij zetten daarom stevig in op uitbreiding van de biologische landbouw.”
“We helpen boeren bij het omschakelen en geven hen een eerlijke vergoeding voor het beheren van ons landschap. Ook stimuleren we het bijmengen van biologische producten en biologische inkoop.”
De partij wil voedselverspilling tegengaan door verkopers te verplichten voedsel eerst af te prijzen of weg te geven voordat het wordt vernietigd. Dit draagt bij aan duurzaamheid en een efficiënter gebruik van voedselbronnen.
“Verkopers moeten voedsel en andere producten eerst afprijzen en anders weggegeven.”
JA21 beschouwt voedselzekerheid als een essentiële nationale noodzaak en wil de Nederlandse landbouwsector versterken door voorspelbaar beleid, technologische innovatie en het stimuleren van biologische landbouw. De partij verzet zich tegen gedwongen uitkoop van boeren en pleit voor een solide, kostenefficiënte voedselproductie met lage milieudruk, waarbij innovatie en samenwerking centraal staan.
JA21 ziet voedselzekerheid als een strategisch belang, mede door geopolitieke spanningen. De partij wil voorspelbaar, langetermijnbeleid dat boeren ruimte geeft om te investeren en te innoveren, zodat Nederland een leidende positie in voedselproductie behoudt met lage milieudruk.
“De combinatie van kennis, innovatie en schaal levert Nederland een toonaangevende positie op in de wereldwijde voedselproductie. De recentelijke geopolitieke spanningen maken duidelijk dat het belang van voedselzekerheid geen luxe is, maar noodzaak.”
“JA21 wil de positie van de Nederlandse agrosector de komende jaren blijven ondersteunen door vanuit Den Haag te sturen op lange termijn zekerheid en voorspelbaarheid in het landbouwbeleid.”
“Een voorspelbaar en lange termijn gericht landbouwbeleid dat voedselzekerheid waarborgt en ruimte biedt voor technologische innovatie.”
JA21 wil dat boeren kunnen investeren in technologische vernieuwing en biologische landbouw, om de voedselproductie te verduurzamen en te versterken. Snelle omwentelingen worden als schadelijk gezien; innovatie en investeringsruimte zijn volgens JA21 de sleutel tot een toekomstbestendige voedselvoorziening.
“Boeren moeten de ruimte krijgen om te investeren in gewasteelt en in verbeteringen binnen de veehouderij.”
“Extra middelen voor de beoordelingscapaciteit bij het Ctgb, zodat nieuwe gewasbeschermingsmiddelen sneller kunnen worden toegelaten.”
“Biologische landbouw stimuleren.”
JA21 verzet zich tegen het gedwongen uitkopen van boeren en kiest voor technologische innovatie, fiscale stimulansen en vrijwillige regelingen om de voedselproducerende sector te behouden en te versterken.
“JA21 is en blijft fel gekant tegen de gedwongen uitkoop van agrariërs.”
“Wij kiezen voor een bredere inzet van technologische innovaties, fiscale regelingen die bijdragen aan een solide voedselproducerende sector, gecombineerd met vrijwillige extensivering- en beëindigingsregelingen nabij Natura2000-gebieden.”
NSC benadrukt het belang van voedselzekerheid door bescherming van landbouwgrond, een duurzaam verdienmodel voor boeren, en het stimuleren van gezond en betaalbaar voedsel. De partij wil de productie van veilig, gezond en duurzaam voedsel in Nederland waarborgen, met aandacht voor innovatie, natuurherstel en een eerlijke prijs voor producenten. Tegelijkertijd zet NSC in op het bevorderen van gezonde voeding voor consumenten, onder meer via belastingmaatregelen en afspraken met supermarkten.
NSC wil voedselzekerheid waarborgen door landbouwgrond te beschermen, innovatie te stimuleren en boeren een duurzaam toekomstperspectief te bieden. De partij ziet een blijvende rol voor Nederland als producent van veilig, gezond en duurzaam voedsel, met oog voor natuurherstel en een eerlijke prijs voor boeren.
“Voedselzekerheid vraagt om voldoende ruimte om gewassen te telen en dieren te houden. Het vraagt om bevlogen boeren, tuinders en vissers die elke dag weer hard werken om gezond en veilig voedsel te produceren.”
“We zien een belangrijke, blijvende rol weggelegd voor de vruchtbare Nederlandse delta om voedsel te produceren. Voor de akkerbouw en veeteelt wijzen we daarom geschikte gronden aan als agrarische hoofdstructuur. In dit gebied wordt landbouwgrond beschermd en krijgen innovatieve gezinsbedrijven ruimte om duurzaam te produceren voor de nationale en internationale markt.”
“We willen de unieke mondiale kennispositie van Nederland op het gebied van agrofood benutten en uitbouwen om onze rol als producent van veilig, gezond en duurzaam voedsel verder te versterken.”
“De basis is een goed verdienmodel. Dat begint ermee dat boeren en tuinders een eerlijke prijs ontvangen voor hun product. Daarom zijn langjarige afspraken nodig die financiële zekerheid bieden, met name voor agrarisch natuurbeheer en ‘groene en blauwe diensten’ die een bijdrage leveren aan waterbeheer, landschap, cultuurhistorie of recreatief medegebruik.”
NSC wil gezonde voeding bevorderen door ongezonde producten zwaarder te belasten, gezonde voeding betaalbaarder te maken en afspraken te maken met supermarkten over het aanbod. De partij richt zich op het verbeteren van de volksgezondheid en het stimuleren van gezonde keuzes, vooral bij jongeren.
“We kiezen ervoor om bepaalde reclames die verleiden tot kopen op afbetaling, gokken en ongezond eten zoveel mogelijk te beperken. Ook willen we gezonde voeding relatief betaalbaarder maken, door ongezonde producten zoals suikerhoudende dranken zwaarder te belasten. Ongezonde producten op scholen (in kantines en via verkoopautomaten) moeten vervangen worden door een gezond aanbod.”
“We streven naar afspraken met supermarkten over het aanbieden van gezonde producten in het assortiment, reclames en aanbiedingen.”
“Om de volksgezondheid te verbeteren moeten levensmiddelenfabrikanten worden aangezet om het zoutgehalte in voedsel te verminderen en burgers worden gestimuleerd tot gezondere keuzes.”
NSC erkent het belang van de Noordzee als voedselbron en wil duurzame visserij stimuleren door quota, innovatie en natuurbehoud. Hiermee wil de partij voedselvoorziening uit zee veiligstellen voor toekomstige generaties.
“De Noordzee is een grote voedselbron voor schaal- en schelpdieren en vis. Om ook in de toekomst te kunnen blijven vissen, is een goede balans met de natuur belangrijk. We zetten in op het verminderen van bijvangst, handhaven quota voor commerciële soorten en zetten ons in voor quota voor nieuwe commerciële soorten zoals de sepia zodat vissen ook voor latere generaties mogelijk blijft.”
BIJ1 beschouwt voedsel als een basisrecht en pleit voor structurele hervormingen om voedselzekerheid, duurzaamheid en betaalbaarheid te garanderen. De partij wil een prijsplafond op essentiële goederen, een verbod op voedselverspilling, een transitie naar biologische landbouw, en het afschaffen van belasting op voedsel. BIJ1 zet zich in voor een coöperatief voedselsysteem en ondersteunt een verschuiving naar plantaardige voeding en minder industriële landbouw.
BIJ1 vindt dat iedereen toegang moet hebben tot gezond en betaalbaar voedsel en beschouwt voedsel als een basisrecht. Om prijsopdrijving en armoede tegen te gaan, wil de partij een prijsplafond op essentiële goederen en een verbod op voedselverspilling bij grote bedrijven.
“Iedereen moet elke dag gezond eten op tafel kunnen zetten, voedsel is een basisrecht. Daarom introduceren we een prijsplafond voor alle essentiële goederen. Het brood op onze plank is geen middel om prijzen op te drijven. Ook komt er een verbod op voedselverspilling op grote schaal in de voedingsindustrie en bij supermarktketens.”
Om voedsel betaalbaarder te maken, wil BIJ1 de belasting op voedsel volledig afschaffen.
“Voedsel is een absolute basisbehoefte. De belasting op voedsel gaat daarom naar 0%.”
BIJ1 streeft naar een landbouwsysteem dat duurzaam, biologisch en agro-ecologisch is, met minder kunstmest, pesticiden en minder vee. De partij wil boeren ondersteunen in deze transitie en het aantal boeren verhogen.
“Nederland beweegt in 10 jaar naar een biologisch, agro-ecologisch landbouwsysteem. In deze transitieperiode krijgen boeren vanuit de overheid een gegarandeerd boeren-inkomen.”
“Om natuur, klimaat en grondstoffen te sparen, worden kunstmest en chemische pesticiden uitgefaseerd en vanaf 2030 afgeschaft.”
“De bio-industrie moet afgebouwd worden en uiteindelijk verdwijnen. De hoeveelheid vee gaat omlaag, de hoeveelheid boeren omhoog. In 2030 hebben we 50% minder vee, in 2035 is dit 75%.”
BIJ1 wil op de lange termijn af van commerciële concurrentie op voedsel en pleit voor een coöperatief voedselsysteem.
“Op de lange termijn is een coöperatief voedselsysteem ons alternatief voor de commerciële markt. Weg met de concurrentie op onze basisbehoeften.”
BIJ1 wil dat voedselbanken toegankelijk zijn voor iedereen, ongeacht verblijfsstatus.
“Voedselbanken worden toegankelijk voor ongedocumenteerde mensen, ongeacht nationaliteit en verblijfsstatus.”
Het CDA benadrukt het belang van eerlijke prijzen voor boeren, voedselzekerheid en een gezonde, duurzame voedselproductie in Nederland. Ze willen ketenpartijen verantwoordelijk maken voor de transitie naar duurzame landbouw, voedselverspilling tegengaan en gezonde voeding stimuleren, onder andere via gratis schoolfruit en een suikerbelasting. De partij ziet voedselproductie als essentieel voor het landbouwbeleid en pleit voor langjarig commitment en regie vanuit de overheid.
Het CDA vindt dat boeren en vissers een eerlijke prijs moeten krijgen voor het voedsel dat ze produceren en dat er toekomstperspectief moet zijn voor jonge boeren. Dit moet bijdragen aan een gezonde, toekomstbestendige landbouwsector en voedselzekerheid.
Het CDA wil dat de hele voedselketen, inclusief supermarkten, verwerkers en banken, verantwoordelijkheid neemt voor de transitie naar duurzame landbouw. Ze pleiten voor maatregelen die bijdragen aan gezonde landbouw en het tegengaan van voedselverspilling.
“Ook ketenpartijen – zoals supermarkten, verwerkers en banken – moeten hun verantwoordelijkheid nemen en boeren helpen bij de transitie naar duurzame landbouw, ook financieel.”
“Er moet meer worden gedaan aan het tegengaan van verspillen van voedsel en het stimuleren van meer divers consumeren.”
Het CDA wil gezond eten bevorderen, onder andere door gratis schoolfruit en het aanscherpen van het Preventieakkoord. Ze willen supermarkten en andere aanbieders van voedsel aansporen tot een gezonder aanbod en voeren een suikerbelasting in.
D66 wil het voedselsysteem verduurzamen door een verschuiving van dierlijke naar plantaardige en innovatieve eiwitten, en door landbouwpraktijken te stimuleren die natuur, biodiversiteit en dierenwelzijn respecteren. De partij pleit voor voedselinnovatie, eerlijke beloning voor duurzame boeren, en het stimuleren van voedselbossen en korte ketens. D66 ziet een fundamentele verandering in productie en consumptie als noodzakelijk voor een gezonde toekomst voor mens, dier en planeet.
D66 wil de afhankelijkheid van dierlijke eiwitten verminderen en zet in op plantaardige alternatieven en voedselinnovatie, zoals kweekvlees en fermentatie. Dit moet bijdragen aan duurzaamheid, economische groei en een gezonder voedselsysteem.
“D66 zet daarom vol in op een overgang van dierlijke naar natuurlijke eiwitten, die de natuur én de economie vooruithelpt.”
“Nu gaat nog het meeste geld en aandacht uit naar dierlijke eiwitten. Maar plantaardige en innovatieve eiwitbronnen zoals kweekvlees en fermentatie zijn schoner, schaalbaar en toekomstgericht.”
“De overheid moet deze voedselinnovaties helpen versnellen. Denk aan snellere toelating, gerichte investeringen en Europese samenwerking. Zo wordt onze voedselsector gezond voor mens en planeet, én goed voor de economie.”
D66 wil landbouw en natuur verbinden door initiatieven als voedselbossen en boslandbouw te stimuleren, omdat deze bijdragen aan zowel voedselproductie als biodiversiteit.
“We verbinden landbouw en natuur met elkaar. We moedigen ideeën zoals voedselbossen of boslandbouw aan. Want deze ideeën dragen bij aan zowel de productie van voedsel als biodiversiteit.”
D66 wil dat boeren die duurzaam produceren een eerlijke beloning krijgen, onder andere door korte ketens tussen boer en consument en het aanpakken van de marktmacht van supermarkten.
“Boeren krijgen een eerlijke beloning voor hun bijdrage aan de natuur en het landschap. We versterken hun verdienmodellen. Korte ketens tussen boeren en consumenten, reële grondprijzen en samenwerking in de regio maken dat mogelijk.”
“Tegelijkertijd erkennen we dat boeren klem zitten door de macht van grote supermarkten en de agrobusiness. Deze partijen zijn vooral gericht op grote volumes en lage prijzen. Ze bepalen eenzijdig de voorwaarden. Dat gaat ten koste van de boer, maar ook van de consument, van dieren en de natuur. D66 wil deze marktmacht aanpakken en eerlijke verhoudingen in de keten.”
D66 wil af van de bio-industrie en pleit voor een voedselsysteem dat rekening houdt met dier, natuur en gezondheid, met betere leefomstandigheden voor dieren.
“De bio-industrie past niet in een voedselsysteem dat rekening houdt met dier, natuur en gezondheid. We schaffen dieronwaardige praktijken af en pakken dieronvriendelijk transport aan, zoals het gesleep met jonge kalveren.”
De VVD ziet voedselproductie als een strategisch en economisch speerpunt voor Nederland, waarbij innovatie, ondernemerschap en verduurzaming centraal staan. De partij wil de internationale voortrekkersrol van Nederland in efficiënte en technologische voedselproductie behouden, onder meer door ruimte te geven aan nieuwe technieken en het verminderen van belemmerende regelgeving. Tegelijkertijd zet de VVD in op het bevorderen van gezonde voeding en het tegengaan van voedselverspilling.
De VVD beschouwt voedselproductie als een essentieel onderdeel van de Nederlandse economie en geopolitiek, mede vanwege de exportpositie en de bijdrage aan wereldwijde voedselzekerheid. Innovatie en technologische vooruitgang moeten worden gestimuleerd, en knellende regelgeving moet worden verminderd om de sector concurrerend te houden.
“Voedselproductie is geopolitiek: Vanwege onze vruchtbare grond en dankzij onze boeren, ondernemers, bedrijven en kennisinstellingen zoals de Wageningen Universiteit hebben wij een internationale voortrekkersrol als het gaat om efficiënte en technologisch geavanceerde voedselproductie.”
“We kijken met optimisme naar ontwikkelingen zoals precisiefermentatie, kweekvlees en nieuwe genomische technieken zoals CRISPR-Cas. Maar de rigide toelatingsprocedures in de EU zorgen voor deze novel foods voor enorme belemmeringen. De overheid moet er alles aan doen om dit te stroomlijnen, bijvoorbeeld door aan te dringen op een speciale procedure voor start-ups.”
De VVD wil voedselverspilling verminderen door het stimuleren van innovatieve biotechnologieën die voedselresten omzetten in waardevolle nieuwe producten. Dit sluit aan bij hun bredere visie op circulaire economie en duurzaamheid.
“We willen voedselverspilling verder tegengaan door voedselresten met vooruitstrevende biotechnologieën om te zetten in waardevolle nieuwe producten.”
De VVD vindt dat gezonde voeding toegankelijk en betaalbaar moet zijn, en wil fabrikanten en supermarkten houden aan afspraken over gezondere producten. De partij ziet een rol voor zowel overheid als individu in het bevorderen van gezonde eetgewoonten.
“We houden fabrikanten en supermarkten aan afspraken over het gezonder maken van voeding en het meer promoten van gezonde producten.”
“Waar mogelijk maken we de gezonde keuze, de makkelijke en betaalbare keuze. De overheid en mensen zelf nemen zo verantwoordelijkheid voor gezond eten.”
De VVD koppelt voedselzekerheid expliciet aan nationale veiligheid en strategische autonomie, in het licht van internationale spanningen en afhankelijkheden.
“Ook energiebeleid, handel en voedselzekerheid vormen essentiële onderdelen van ons veiligheidsbeleid.”
De VVD wil dat elk huishouden een noodpakket met voedsel heeft, als onderdeel van crisisvoorbereiding.
“Ieder huishouden bezit een nationaal noodpakket met essentiële middelen als voedsel, EHBO en een radio.”
BVNL pleit voor voedselsoevereiniteit en het beschermen van de Nederlandse voedselproductie tegen internationale regelgeving en oneerlijke concurrentie. De partij wil dat Nederland zelf bepaalt hoe voedsel wordt geproduceerd, met eerlijke handelsakkoorden en behoud van de agrarische sector als speerpunt. BVNL verzet zich tegen Europese regelgeving die volgens hen leidt tot voedseltekorten en pleit voor het benutten van de Nederlandse productiecapaciteit.
BVNL vindt dat Nederland zelfvoorzienend moet zijn in voedselproductie en zich moet beschermen tegen afhankelijkheid van het buitenland. Dit wordt gezien als essentieel voor nationale veiligheid en economische zelfstandigheid. De partij wil dat Nederland zijn eigen koers vaart op landbouwgebied, desnoods tegen de EU in.
BVNL wil dat alleen voedsel dat aan Nederlandse productiestandaarden voldoet, wordt toegelaten tot de Nederlandse markt. Hiermee wil de partij oneerlijke concurrentie tegengaan en de positie van Nederlandse boeren beschermen.
BVNL verzet zich tegen de Europese Green Deal, omdat deze volgens de partij leidt tot voedseltekorten en verplaatsing van productie naar minder duurzame regio’s. De partij benadrukt het belang van de Nederlandse voedselproductie voor zowel Nederland als de wereld.
“Nederland doet niet meer mee aan de Green Deal. De Green Deal is een gevaarlijke ideologie die slechts leidt tot voedseltekorten, armoede, afhankelijkheid en werkeloosheid. De Green Deal zal daarnaast een aanslag plegen op de mondiale natuur door de verplaatsing van voedselproductie naar regio’s die niet in de schaduw kunnen staan van de Nederlandse voedselproductie en verwerking.”
BVNL ziet de Nederlandse boeren als essentieel voor voedselzekerheid en benadrukt hun efficiëntie en duurzaamheid. De partij wil geen boeren uitkopen en geen landbouwgrond opofferen voor natuur of andere doeleinden.
“Geen boeren, geen eten. Nederland heeft de meest duurzame, meest efficiënte en meest diervriendelijke boeren van de wereld en we zijn de een na grootste agri-exporteur ter wereld, na de VS. Daarom moeten wij onze boeren koesteren en trots zijn op deze prachtige sector.”
De ChristenUnie pleit voor een duurzaam, eerlijk en transparant voedselsysteem waarin boeren, tuinders en vissers een eerlijke beloning krijgen en consumenten bewuster omgaan met voedsel. De partij wil voedselverspilling tegengaan, lokale productie stimuleren, en de landbouw extensiveren met meer aandacht voor natuur, milieu en dierenwelzijn. Concrete voorstellen zijn onder andere het belonen van boeren voor milieuprestaties, het verminderen van voedselverspilling, en het transparanter maken van de herkomst van voedsel.
De ChristenUnie vindt dat boeren, tuinders en vissers een eerlijke prijs en waardering moeten krijgen voor hun bijdrage aan voedselvoorziening, ondanks de huidige druk van lage prijzen en complexe regels. Ze willen boeren meer ondernemingsvrijheid geven en streven naar een gebalanceerde landbouwsector met een passend verdienmodel.
“Onze boeren, tuinders en vissers werken dagelijks in weer en wind om ons van ons voedsel te voorzien. Vaak zijn het familiebedrijven die, ondanks vaak te lage prijzen en ingewikkelde regels en rechtsonzekerheid, ons van voedsel voorzien en voor onze omgeving zorgen.”
“De ChristenUnie streeft naar een gebalanceerde landbouwsector: extensiever en met meer oog voor de natuur. Krimp van de veestapel gaat daarbij gepaard met een passend hernieuwd verdienmodel voor de boer.”
De partij wil dat consumenten bewuster omgaan met voedsel, voedselverspilling verminderen en de herkomst van voedsel transparanter maken. Dit moet leiden tot meer waardering voor voedsel en een duurzamer consumptiepatroon.
“De consument moet bewuster leren omgaan met voedsel. We verminderen voedselverspilling door kwaliteit voorop te stellen in plaats van schoonheidsidealen. Het moet duidelijk zijn waar voedsel vandaan komt, zodat de consument kan kiezen voor lokaal (duurzamer) geproduceerd voedsel.”
Boeren die extra inspanningen leveren op het gebied van milieu en dierenwelzijn moeten structureel beloond worden. Dit stimuleert duurzame productie en draagt bij aan een eerlijker voedselsysteem.
“Boeren worden structureel beloond voor de extra prestaties op het gebied van milieu en dierenwelzijn.”
De ChristenUnie wil toe naar een circulair landbouwsysteem waarin mest, gewassen, voer, voedsel en restproducten beter op elkaar aansluiten. Dit moet import van veevoer verminderen en het voedselsysteem duurzamer maken.
“Om deze te dempen, streven we voor alle diersectoren naar een beter sluitend kringloopsysteem van mest, gewas, voer, voedsel en restproducten.”
De partij wil producenten stimuleren gezondere producten te maken door heffingen op suiker en ongezonde producten.
“Op suiker en andere ongezonde producten worden heffingen ingevoerd om voedselproducenten te stimuleren gezondere producten te maken.”
De PVV wil de Nederlandse voedselvoorziening veiligstellen door boeren, tuinders en vissers maximale ruimte te geven om te produceren en concurreren, met minder regels en meer nationale controle. Ze pleiten voor het promoten van voedsel van eigen bodem, het schrappen van onnodige regelgeving voor boerderijwinkels, en het invoeren van een vrijwillig keurmerk voor Nederlandse producten. De partij ziet voedselzekerheid als een nationale prioriteit en verzet zich tegen Europese en nationale milieuregels die de landbouw beperken.
De PVV beschouwt het behouden van een sterke, nationale voedselproductie als essentieel voor de toekomst en cultuur van Nederland. Ze willen boeren, tuinders en vissers meer ruimte geven om te produceren, innoveren en concurreren, en stellen dat voedselzekerheid boven milieuregels moet gaan.
De PVV wil Nederlandse voedselproducten beschermen tegen buitenlandse concurrentie en stimuleren dat consumenten kiezen voor producten van eigen bodem. Ze stellen een vrijwillig keurmerk voor en willen een zichtbare Nederlandse vlag op verpakkingen.
“Voor Nederlandse producten introduceren we het vrijwillige keurmerk Promotie van Vaderlands Voedsel (PVV). Ons voorstel voor een zichtbare Nederlandse vlag op verpakkingen is al door de Tweede Kamer aangenomen.”
“Keurmerk Promotie van Vaderlands Voedsel (PVV) voor producten van eigen bodem”
De partij wil het voor boeren makkelijker maken om hun producten direct aan consumenten te verkopen, zonder extra regeldruk, registraties of btw-heffingen.
DENK zet zich in voor betaalbaar, toegankelijk en cultureel/religieus passend voedsel. De partij wil gezonde voeding goedkoper maken, religieuze voedselvoorschriften wettelijk beschermen en is tegen belastingen op vlees en suiker omdat deze de ongelijkheid vergroten. DENK pleit daarnaast voor internationale voedselhulp in crisissituaties.
DENK vindt dat gezonde voeding voor iedereen betaalbaar moet zijn en wil daarom de btw op groente en fruit afschaffen. Dit moet bijdragen aan het bevorderen van gezondheid en het verkleinen van sociaaleconomische verschillen.
“Geen btw op groente en fruit, want gezonde voeding moet goedkoper worden.”
De partij hecht aan de vrijheid om volgens religieuze voorschriften te eten en wil deze rechten wettelijk waarborgen. Dit is belangrijk voor de culturele en religieuze diversiteit in Nederland.
“Bescherming van religieuze voedselvoorschriften. De mogelijkheid om halal of koosjer vlees te eten blijft altijd gewaarborgd. De productie van vlees volgens religieuze richtlijnen wordt wettelijk beschermd.”
DENK is tegen extra belastingen op vlees en suiker, omdat deze volgens de partij vooral mensen met een lager inkomen raken en zo de ongelijkheid vergroten.
DENK wil dat Nederland meer doet aan internationale voedselhulp, vooral in crisissituaties zoals in Soedan en Congo, waar honger een groot probleem is.
“Meer Nederlandse steun voor noodhulp in Soedan en Congo, voor het bieden van medische zorg en voedsel.”
50PLUS wil gezond voedsel stimuleren door het belastingstelsel aan te passen: gezonde voedselproducten moeten goedkoper worden, ongezonde juist duurder. Daarnaast ziet de partij een belangrijke rol voor boeren in het waarborgen van voedselzekerheid, waarbij innovatie en duurzaamheid centraal staan.
50PLUS wil het prijsverschil tussen gezond en ongezond voedsel vergroten via het BTW-stelsel, om gezonde keuzes te stimuleren en de volksgezondheid te bevorderen. Dit voorstel adresseert het probleem van ongezonde eetgewoonten en de betaalbaarheid van gezond voedsel.
“Gezonde voedselproducten komen in het lage BTW-tarief en ongezonde producten in het hoge tarief.”
De partij erkent het belang van de Nederlandse landbouw voor voedselzekerheid en wil boeren stimuleren te vernieuwen en bij te dragen aan zowel voedselproductie als natuurherstel. Dit standpunt benadrukt het belang van een stabiele en duurzame voedselvoorziening voor de samenleving.
“Boeren die vernieuwen en bijdragen aan voedselzekerheid en natuurherstel.”