BVNL wil de vastgoedsector sterk dereguleren en liberaliseren, met minder overheidsbemoeienis en meer ruimte voor marktwerking. De partij pleit voor het afschaffen van huurregulering, het vergemakkelijken van woningtransformaties en het verlagen van belastingen op vastgoedtransacties. Hun visie is dat een vrije markt en minder regels leiden tot meer woningaanbod en investeringen in vastgoed.
BVNL ziet overheidsregulering als de belangrijkste oorzaak van problemen in de vastgoedsector en wil dat de overheid zich grotendeels terugtrekt. Dit moet leiden tot meer marktwerking, minder bureaucratie en een groter woningaanbod.
“De overheid trekt zich terug uit de woningmarkt.”
“De Wet betaalbare huur wordt afgeschaft.”
“De Wet goed verhuurderschap wordt afgeschaft omdat het geen positieve effecten heeft en alleen maar leidt tot meer bureaucratie.”
“Contracten worden weer vrij en tijdelijke huurovereenkomsten worden weer toegestaan.”
BVNL wil het makkelijker maken om bestaand vastgoed te transformeren en te splitsen, zodat het woningaanbod snel kan worden vergroot zonder extra ruimtebeslag. Dit verlaagt de drempel voor investeringen en stimuleert efficiënt gebruik van vastgoed.
“Maak het splitsen van grote woningen in kleinere woningen vergunningsvrij. Dit leidt onmiddellijk tot meer woningen, zonder dat hiervoor extra ruimte wordt gebruikt.”
“Maak het transformeren van bedrijfsruimtes naar woningen makkelijker.”
“Alle belemmeringen om woningen boven winkels te realiseren worden weggenomen.”
BVNL wil de fiscale lasten op vastgoedtransacties verlagen om investeringen in de vastgoedsector te stimuleren en de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen.
“De overdrachtsbelasting wordt verlaagd naar het oude tarief van 2% voor iedereen.”
BVNL pleit voor het drastisch verminderen van regels en het versnellen van vergunningstrajecten, zodat vastgoedontwikkelingen sneller en goedkoper gerealiseerd kunnen worden.
BVNL benadrukt het belang van een voorspelbare en betrouwbare overheid, zodat vastgoedinvesteerders, ontwikkelaars en andere marktpartijen durven te investeren.
“Verhuurders, eigenaren, ontwikkelaars, beleggers, bouwers, banken en ondernemers kunnen niet investeren als de overheid onbetrouwbaar is.”
FVD wil de vastgoedsector dereguleren en stimuleren door belastingen en regels te verlagen, eigendomsrechten te versterken en investeringen aantrekkelijker te maken. Ze pleiten voor het afschaffen van duurzaamheidseisen, het behouden van hypotheekrenteaftrek, het beperken van sociale huur en het geven van meer vrijheid aan verhuurders en investeerders. Hun visie is dat minder overheidsbemoeienis en meer marktwerking leiden tot een gezondere, toegankelijke woningmarkt voor Nederlanders.
FVD beschouwt het bezit van een eigen woning als essentieel en wil het fiscaal aantrekkelijk houden door de hypotheekrenteaftrek te behouden, het aftrektarief te verhogen en de eigen woning buiten box 3 te houden. Dit moet het eigenwoningbezit stimuleren en de vastgoedmarkt aantrekkelijk maken voor kopers.
“We behouden de hypotheekrenteaftrek en brengen het maximale aftrektarief terug omhoog naar 52%, zodat huiseigenaren betaalbaar kunnen blijven wonen.”
“We schaffen het eigenwoningforfait af en houden de eigen woning in box 1, zodat nooit belasting wordt betaald over het eigen huis.”
FVD wil de overdrachtsbelasting verlagen en uniformeren voor alle kopers, inclusief bedrijven en investeerders, en starters volledig vrijstellen. Dit moet de toegankelijkheid van de vastgoedmarkt vergroten en investeringen in vastgoed stimuleren.
“We zetten de overdrachtsbelasting vast op 2%, ook voor bedrijven en investeerders, zodat de woningmarkt toegankelijk blijft voor iedereen.”
“We schrappen de leeftijds- en woningprijsgrens uit de startersvrijstelling; de eerste woning is altijd vrij van overdrachtsbelasting, zodat kopen bereikbaar wordt voor iedereen.”
FVD wil alle milieu-, stikstof- en duurzaamheidseisen voor nieuwbouw en bestaande bouw afschaffen. Dit moet de bouwproductie versnellen, de kosten verlagen en het aanbod vergroten, waardoor de vastgoedsector minder wordt belemmerd door regelgeving.
FVD wil de huurmarkt liberaliseren door de Wet Betaalbare Huur af te schaffen en verhuurders volledige vrijheid te geven in de keuze van huurders. Dit moet investeringen in vastgoed aantrekkelijker maken en het aanbod vergroten, vooral in het middensegment.
“De Wet Betaalbare Huur is een aanval op het eigendomsrecht en leidt tot minder aanbod. Wij schaffen deze wet af, zodat verhuurders weer durven investeren en middenhuurwoningen terugkeren. Verhuurders bepalen zelf wie hun huurder is.”
“We geven verhuurders volledige vrijheid in de keuze van hun huurders, zodat het aanbod in de huurmarkt weer wordt vergroot, met name in het middensegment.”
FVD wil het aandeel sociale huurwoningen verkleinen en de verplichting voor projectontwikkelaars om sociale woningen te bouwen afschaffen. Dit moet de markt gezonder maken en de vastgoedsector rendabeler voor private partijen.
FVD wil alle erfpachtregelingen afschaffen en de grond schenken aan woningbezitters, zodat vastgoed volledig eigendom wordt en investeringen aantrekkelijker zijn.
“We schaffen gemeentelijke- en Rijkserfpachtregelingen af, schenken de grond aan woning-eigenaren en schelden de resterende erfpacht kwijt, zodat grond weer echt eigendom wordt.”
GroenLinks-PvdA wil de macht van speculanten en private investeerders in de vastgoedsector fors inperken en de regie over grond en woningen terugbrengen naar de publieke sector. Ze stellen concrete maatregelen voor zoals het afromen van speculatiewinsten, het weren van private equity uit VvE’s, het invoeren van opkoopbescherming, en het stimuleren van (semi-)publieke bouw en beheer van woningen. De kern van hun visie is dat vastgoed primair een maatschappelijke functie heeft en niet een bron van winst voor beleggers mag zijn.
GroenLinks-PvdA ziet speculatie en winstbejag als belangrijke oorzaken van de woningnood en wil deze praktijken stevig aanpakken. Ze richten zich op het afromen van speculatiewinsten, het weren van vastgoedspeculanten, en het invoeren van opkoopbescherming om woningen voor bewoners te behouden.
“Vandaag verdienen profiteurs aan de woningnood door speculatie met grond en vastgoed. Dat moet stoppen. De winsten van grondspeculanten gaan we afromen en inzetten voor woningbouw. We pakken vastgoedspeculanten aan die woningen leeg laten staan.”
“Speculatiewinsten naar de samenleving. Zonder iets te hoeven doen, verdienen grondspeculanten veel geld als landbouwgrond een woonbestemming krijgt. Per jaar bedraagt deze waardestijging maar liefst acht miljard euro. We vinden dat deze speculatiewinsten ten goede moeten komen aan de samenleving.”
“Een opkoopbescherming tegen speculatie. Als je een woning koopt, is het de bedoeling dat je er ook gaat wonen. Met een opkoopbescherming zorgen we dat woningen naar mensen gaan die er gaan wonen, in plaats van naar speculanten die alleen woningen kopen om ze weer met winst door te verkopen.”
“Met een gemeentelijke heffing op langdurig leegstaande woningen gaan we ook leegstand tegen.”
De partij wil de publieke regie op grond en vastgoed herstellen om betaalbaarheid en maatschappelijke doelen centraal te stellen. Dit gebeurt door actief grond op te kopen, een Rijksgrondbank op te richten, en het eerste recht van koop bij grondtransacties te vestigen.
“We brengen de regie op grond weer in publieke handen, zodat we samen bepalen hoe ons landschap eruitziet in plaats van speculanten die uit zijn op winst.”
“Als de overheid grond opkoopt, kunnen we sneller bouwen en de huren en huizenprijzen betaalbaar houden. De overheid heeft dan een sterkere onderhandelingspositie en kan zo het proces versnellen. Ook voorkomen we dat grondspeculanten de prijs opdrijven en grote winsten opstrijken. We willen daarom financiering beschikbaar stellen voor een Rijksgrondbank om grond op te kopen voor de bouw van nieuwe woningen.”
“Rijksgrondbank krijgt het eerste recht van koop als grond beschikbaar komt. We passen de wet aan om een voorkeursrecht te vestigen op grond rondom bebouwd gebied, met prioriteit voor grond voor de bouw van nieuwbouwwoningen.”
GroenLinks-PvdA wil de invloed van private equity en commerciële investeerders op de woningmarkt beperken, met name bij het beheer van VvE’s en de bouw van woningen, om prijsopdrijving en winstmaximalisatie tegen te gaan.
“Private equity koopt het beheer van vve’s op, met als doel zoveel mogelijk winst te maken. Woningbezitters lopen het risico dat de tarieven plots fors omhooggaan. We beschermen woningbezitters en weren private equity uit vve’s.”
“Alleen zo hebben we voldoende slagkracht om betaalbaar te bouwen en worden we minder afhankelijk van commerciële investeerders.”
BBB wil de vastgoedsector stimuleren door regels te versoepelen voor woningbouw, splitsing en herbestemming van bestaande panden, en door gemeenten actiever te ondersteunen bij grondbeleid. De partij zet in op minder belemmeringen voor verhuur, vergunningsvrij splitsen, en het makkelijker maken van transformatie van leegstaand vastgoed naar woningen. BBB ziet een actieve rol voor het Rijk in het faciliteren van betaalbare woningbouw en het versnellen van gebiedsontwikkeling.
BBB wil het makkelijker maken om bestaand vastgoed, zoals boerderijen, kantoren en fabrieken, om te bouwen tot woningen en het splitsen of delen van woningen te vergemakkelijken. Dit moet het woningaanbod vergroten en leegstand tegengaan. De partij vindt dat belemmerende regels voor verhuur en splitsing moeten verdwijnen om de vastgoedsector te stimuleren.
“Ombouwen tot woningen, zoals voormalige boerderijen, kantoren en fabrieken, moet makkelijker worden.”
“Vergunningsvrij splitsen. BBB zet in op het vergunningsvrij delen en splitsen van woningen die zich daarvoor lenen.”
“Regels die daarvoor belemmerend werken, horen te worden afgeschaft.”
“De huurbescherming voor onzelfstandige en tweede woningen is voor veel mogelijke verhuurders een brug te ver. Die gaan we verder terugdraaien.”
BBB vindt dat gemeenten vaak onvoldoende middelen hebben om strategisch grondbeleid te voeren, wat woningbouw en gebiedsontwikkeling belemmert. De partij wil dat het Rijk gemeenten en provincies actiever ondersteunt, onder meer via een nationaal Grondfonds, om publieke doelen als betaalbare woningbouw en infrastructuur te realiseren.
“Het is nodig dat het Rijk gemeenten en provincies daarin actiever gaat ondersteunen.”
“Onderzoek naar het instellen van een Grondfonds. Veel gemeenten missen de middelen om strategische gronden aan te kopen of voor te financieren. Het instellen door het Rijk van een grondfaciliteit die het aankopen van grond en herverkaveling ondersteunt kan daarbij ondersteuning bieden.”
BBB wil sneller en eenvoudiger bouwen mogelijk maken door minder regels en meer ruimte voor innovatie en vakmanschap. Dit moet de bouwsector versterken en het tekort aan woningen sneller oplossen, waarbij ook fabrieksmatige en tijdelijke woningbouw wordt gestimuleerd.
“Wonen vraagt behalve om meer woningen ook om slimme, haalbare en duurzame oplossingen. BBB wil sneller en eenvoudiger bouwen mogelijk maken, met minder regels, meer vakmanschap en beter gebruik van wat er al is.”
“We zetten in op fabrieksmatige en tijdelijke woningbouw om efficiënter te bouwen.”
Het CDA ziet de vastgoedsector als een cruciale partner bij het oplossen van het woningtekort en het realiseren van betaalbare, toegankelijke woningen. De partij wil meer regie van de overheid, snellere procedures, investeringen van pensioenfondsen en een actieve rol voor woningcorporaties, met aandacht voor leegstand, doorstroming en het stimuleren van investeringen in nieuwbouw. Concrete voorstellen zijn onder andere het invoeren van een leegstandsheffing, het schrappen van bovenwettelijke eisen, en het stimuleren van investeringen door pensioenfondsen.
Het CDA pleit voor een sterke regierol van de overheid en samenwerking met investeerders, pensioenfondsen en woningcorporaties om het woningtekort aan te pakken. De vastgoedsector wordt gezien als essentieel voor het realiseren van voldoende en betaalbare woningen, waarbij het CDA inzet op duidelijke afspraken, financiering en het versnellen van procedures.
“Het bestrijden van het woningtekort is een gezamenlijke opgave van het Rijk, gemeenten, provincies, corporaties, investeerders, ontwikkelaars en bouwers. Regie van het Rijk, doorzettingsmacht, ruimtelijk beleid en adequate financiering zijn harde voorwaarden. We vragen pensioenfondsen een belangrijke rol te spelen in investeringen.”
“De Nationale Prestatieafspraken zijn de basis voor investeringen van woningcorporaties. We zorgen ervoor dat corporaties voldoende financiële armslag hebben om de afspraken die ze ook zelf gemaakt hebben waar te maken.”
Om leegstand en speculatie in de vastgoedsector tegen te gaan, wil het CDA een leegstandsheffing invoeren en gemeenten stimuleren om actief op te treden tegen onnodig leegstaande panden. Daarnaast wordt bij het verlenen van omgevingsvergunningen een bouwplicht binnen twee jaar opgelegd.
“We introduceren een leegstandsheffing in de wet: nu staan nog te veel panden onnodig leeg. We stimuleren gemeenten werk te maken van de leegstandsverordening. Bij het verlenen van een omgevingsvergunning komt er een bouwplicht binnen maximaal twee jaar.”
Het CDA wil de bouw van vastgoed versnellen door het schrappen van bovenwettelijke eisen, standaardisatie van bouwregels en het stimuleren van fabrieksmatig bouwen. Dit moet de vastgoedsector efficiënter en innovatiever maken.
“We schrappen bovenwettelijke eisen vanuit gemeentes, willen duidelijkere standaardisatie, modernisering van bouwregels en meer fabrieksmatig bouwen.”
De partij richt zich op het stimuleren van doorstroming in de woningmarkt, onder andere door het bouwen van levensloopgeschikte woningen en het aanpakken van fiscale verschillen tussen huren en kopen. Dit moet de toegankelijkheid en betaalbaarheid van vastgoed verbeteren, vooral voor starters en ouderen.
“We stimuleren de doorstroming in de woningmarkt. Dit begint bij het bouwen van voldoende levensloopgeschikte woningen voor ouderen.”
“De huizenprijzen worden opgedreven door grote (fiscale) verschillen tussen huren en kopen, die in het nadeel uitpakken voor huurders en starters op de woningmarkt. Dit systeem is niet solidair met onze jongeren en niet houdbaar op de lange termijn.”
Het CDA wil particuliere verhuur aantrekkelijk houden en pensioenfondsen stimuleren om te investeren in de woningmarkt, zodat er voldoende kapitaal beschikbaar is voor vastgoedontwikkeling.
De PVV wil de vastgoedsector vooral inzetten voor het oplossen van het woningtekort door het versnellen en vereenvoudigen van woningbouw, het transformeren van bestaande panden, en het tegengaan van grondspeculatie. Ze pleiten voor minder regels, snellere procedures, uitbreiding van de rol van woningcorporaties, en het belasten van waardestijgingen bij bestemmingswijzigingen. De kern van hun visie is dat de vastgoedsector maximaal moet bijdragen aan meer betaalbare woningen voor Nederlanders, zonder extra duurzaamheidseisen of vertraging door bezwaarprocedures.
De PVV vindt dat de vastgoedsector wordt belemmerd door trage vergunningverlening, bezwaarprocedures en strenge bouweisen. Ze willen deze procedures versnellen en vereenvoudigen om de bouw van woningen te stimuleren en het woningtekort aan te pakken.
“De PVV wil dat gemeenten sneller en meer bouwvergunningen afgeven. Daarnaast moet het afgelopen zijn met individuen en natuurorganisaties die aan de lopende band eindeloze rechtszaken aanspannen – bijvoorbeeld vanwege kikkers, padden en slakken – om zo de woningbouw tegen te houden.”
“Kortere en snellere vergunningverlening en procedures; tijdelijk beperken van de mogelijkheden tot bezwaar en beroep tegen woningbouw waar een omgevingsplan vastligt”
“We schrappen en vereenvoudigen bouweisen zoveel mogelijk. We stoppen met het eindeloze geneuzel over duurzaam en circulair bouwen. Er komen geen verplichte warmtepomp en geen nieuwe duurzaamheidseisen; we gaan ook niet verplicht van het gas af.”
De PVV wil dat de vastgoedsector bestaande kantoor- en bedrijfspanden transformeert naar woningen en binnenstedelijk intensiever gebruikmaakt van de beschikbare ruimte, bijvoorbeeld door optoppen, splitsen en woningdelen.
“Binnenstedelijk moet er beter gebruik van de ruimte worden gemaakt: naast woningbouw willen we meer transformatie van kantoor- en bedrijfspanden. Optoppen, splitsen en woningdelen – niets blijft onbenut.”
“Binnenstedelijk bouwen; transformatie van kantoor- en bedrijfspanden; optoppen, splitsen en woningdelen; niet alleen straatjes erbij, maar ook hele buurten en wijken”
De PVV wil dat woningcorporaties niet alleen sociale huurwoningen, maar ook middenhuurwoningen gaan bouwen, zodat er meer betaalbare huurwoningen beschikbaar komen.
De PVV wil een planbatenheffing invoeren op de waardestijging van grond bij bestemmingswijziging naar woningbouw, zodat speculatie wordt tegengegaan en de opbrengsten worden ingezet voor betaalbare woningen.
“Door wijziging van de bestemming (woningbouw) wordt grond meer waard. Met de invoering van een planbatenheffing zetten we een deel daarvan in om méér betaalbare woningen te bouwen en gaan we grondspeculatie tegen.”
De SP wil de macht van de vastgoedsector en speculanten fors inperken en wonen weer als een publiek recht organiseren. Ze pleiten voor strengere regulering, hogere belastingen op leegstand en speculatie, onteigening bij misbruik, en het terugdringen van commerciële belangen ten gunste van betaalbare woningen voor mensen. De kern van hun visie is dat vastgoed geen winstobject mag zijn, maar in dienst moet staan van de samenleving.
De SP ziet speculatie, leegstand en winstbejag door vastgoedbezitters als belangrijke oorzaken van de wooncrisis. Ze willen deze praktijken ontmoedigen door extra belastingen, onteigening bij misbruik, en het vergroten van de publieke regie over vastgoed.
“Leegstaande panden worden extra belast, zodat speculatie niet langer loont. Als eigenaren geen plannen hebben om de panden te gebruiken of geschikt te maken voor bewoning, kunnen gemeenten deze onteigenen.”
“Grondeigenaren die grond vasthouden om winst te maken belasten we zwaarder. Speculanten die onnodig wachten met bouwen en hun belang boven die van de samenleving zetten zullen wij onteigenen.”
De SP stelt dat vastgoed primair bedoeld is om in te wonen, niet om winst mee te maken. Ze willen beleggers en private equity terugdringen, een landelijke woonplicht invoeren, en de zeggenschap van bewoners en gemeenten vergroten.
“Woningen zijn er voor mensen, niet voor beleggers. We voeren een landelijke woonplicht in. Zo zullen huizen gebruikt worden waarvoor ze bedoeld zijn: als thuis.”
“We stoppen de overnamegolf door private equity in het beheer van Verenigingen van Eigenaren.”
“Het belang van bouwen voor iedereen gaat voor op winst voor de enkele speculant.”
De SP wil dat gemeenten en woningbouwverenigingen weer toegang krijgen tot betaalbare grond en meer zeggenschap over vastgoedprojecten, zodat commerciële belangen niet langer leidend zijn.
“Gemeenten en woningbouwverenigingen krijgen weer toegang tot betaalbare grond zodat zij betaalbare woningen kunnen bouwen.”
“Lokale gemeenschappen krijgen meer inspraak en beslissingsrecht, zodat plannen aansluiten bij de behoeften van de buurt en sociale woningen niet verloren gaan aan commerciële belangen.”
Specifiek voor de commerciële vastgoedsector in binnensteden wil de SP een leegstandsheffing invoeren om eigenaren te dwingen huurprijzen te verlagen of panden aantrekkelijker te maken.
“We voeren een leegstandsheffing in om vastgoedeigenaren te bewegen de huurprijzen te verlagen of hun panden aantrekkelijker te maken.”
BIJ1 wil de macht van de private vastgoedsector drastisch inperken en het beheer van grond en woningen terugbrengen in publieke handen. Ze pleiten voor onteigening van grond en vastgoed van grote beleggers en speculanten, het afschaffen van de vrije huursector, en het verplicht openbaar maken van vastgoedtransacties. Hun visie is dat wonen een basisrecht is en niet mag worden overgelaten aan marktwerking of winstbejag.
BIJ1 ziet de private vastgoedsector als een oorzaak van woonproblemen en wil deze macht structureel breken door onteigening en nationalisatie. Grote private beleggers, huisjesmelkers en speculanten moeten hun bezit afstaan, zodat grond en vastgoed weer collectief eigendom worden en ingezet kunnen worden voor sociale doeleinden.
“We beginnen met grond en gebouwen terugpakken van de grootste private beleggers en particuliere huisjesmelkers.”
“De grondmarkt die de woningbouw gegijzeld houdt wordt afgeschaft. Grondspeculatie wordt onmogelijk gemaakt: er komt een hoge planbatenheffing, speculatief grondbezit wordt verboden, en gemeenten of het Rijk onteigenen private grond in woningbouwgebieden tegen sociale gebruikswaarde.”
“Alle bestaande woningcorporaties worden genationaliseerd.”
“Kostbare bouw- en landbouwgrond hoort niet in handen van speculanten zoals ASR, die 46.000 hectare oppotten en dat gebruiken om de overheid te chanteren. Deze grond pakken we terug en gebruiken we voor de bouw van sociale woningen.”
BIJ1 wil de vrije huursector afschaffen en alle huurwoningen onder een bindend puntensysteem brengen, zodat de maximale huurprijs wordt bepaald door de kwaliteit van de woning. Dit geldt ook voor bestaande contracten. Ze willen verhuurders die discrimineren of misbruik maken van hun positie hard aanpakken, inclusief het terugpakken van hun vastgoed.
“De ‘vrije’ huursector schaffen we af. Alle huurwoningen vallen onder een bindend en algemeen puntensysteem dat de maximale huur bepaalt op basis van de kwaliteit van een woning. Ook bestaande contracten.”
“Makelaars, tussenpersonen of verhuurders die discrimineren, verliezen het recht om deze functies te beoefenen, en zal de rechter vervolgen. En hun bezit van grond of gebouwen terugpakken.”
BIJ1 wil dat gemeenten verplicht worden om een transparant register van vrijkomend gemeentelijk vastgoed bij te houden. Bij verkoop moet voorrang worden gegeven aan wooncoöperaties of maatschappelijke projecten, en alle transacties moeten openbaar zijn.
“Gemeenten worden verplicht om een transparant register van vrijkomend gemeentelijk vastgoed bij te houden en bij de verkoop voorrang te geven aan wooncoöperaties of andere maatschappelijke projecten en organisaties. De details van alle gemeentelijke vastgoedtransacties worden verplicht openbaar bijgehouden.”
DENK wil de vastgoedsector strenger reguleren om betaalbare woningen voor iedereen te garanderen en speculatie en leegstand tegen te gaan. De partij pleit voor meer overheidsregie, het versnellen van woningbouw, het invoeren van heffingen op leegstand en braakliggende grond, en het vergroten van het aandeel sociale en betaalbare woningen. DENK ziet de vastgoedsector vooral als een middel om volkshuisvesting te waarborgen, niet als een vrijemarktdomein.
DENK vindt dat de overheid de regie moet nemen over de woningmarkt en de vastgoedsector, met als doel betaalbare huisvesting voor iedereen en het tegengaan van speculatie en leegstand. De partij wil procedures versnellen, belemmerende regelgeving schrappen, en gemeenten instrumenten geven om leegstand en niet-benutte grond aan te pakken.
“Om leegstand en het niet benutten van grond te kunnen aanpakken, kunnen gemeenten een leegstandsheffing of een heffing op braakliggende grond invoeren.”
“We richten een Rijksbouwbedrijf op dat de verantwoordelijkheid krijgt om woningbouwprojecten te ontwikkelen.”
“Er komt een Rijkswoningbouwfonds waarin we meer geld reserveren om de bouw van betaalbare woningen te stimuleren.”
“We gaan drastisch procedures versnellen. Dat betekent dat overbodige en belemmerende regelgeving verdwijnt. Ook wordt er gekeken naar de mogelijkheden om bezwaarmogelijkheden tegen woningbouwprojecten te verminderen, de termijnen te versnellen en door middel van het vergroten van de capaciteit procedures sneller te doorlopen.”
DENK wil het aandeel betaalbare woningen wettelijk vastleggen om te voorkomen dat de vastgoedsector zich eenzijdig op het hogere segment richt. Hiermee wil de partij de toegankelijkheid van de woningmarkt vergroten en speculatie tegengaan.
“Een wettelijke norm in te voeren voor meer betaalbare woningen. Hierbij moet 50% bestaan uit sociale huur en koopwoningen, 40% betaalbare middenhuur en koop, en 10% hoger segment.”
DENK wil dat woningcorporaties meer ruimte krijgen om te investeren in sociale huurwoningen door het afschaffen van heffingen en het verruimen van de doelgroep. Dit beperkt de invloed van commerciële vastgoedpartijen en versterkt de publieke sector binnen het vastgoed.
De Partij voor de Dieren (PvdD) ziet de vastgoedsector kritisch als een sector waar financiële belangen te vaak boven woonbehoeften gaan. Ze willen speculatie en huisjesmelkerij tegengaan, de overheid meer regie geven over woningbouw, en woningen uit de sfeer van handelswaar halen. Concrete voorstellen zijn onder meer het beperken van het aantal panden voor particuliere verhuurders, een heffing op leegstand, en het dwingend maken van het woningwaarderingsstelsel.
PvdD stelt dat de vastgoedsector te veel gericht is op winstmaximalisatie en speculatie, waardoor betaalbare woningen schaars zijn. Ze willen dat de overheid ingrijpt om bouwen naar behoefte af te dwingen, speculatie te ontmoedigen en woningen te beschermen als basisrecht in plaats van handelswaar. Dit adresseren ze met concrete maatregelen tegen leegstand, speculatie en huisjesmelkerij.
“Huizen zijn om in te wonen, niet om een slaatje uit te slaan. Steeds meer mensen komen in de knel door hun hoge huur, of kunnen geen aanspraak maken op een huurwoning. Huisjesmelken en speculeren maken we onaantrekkelijk door maatregelen in te voeren waarmee (lokaal) gestuurd kan worden op de verdeling van woningen.”
“Een heffing op leegstand en braakliggende grond bij (woning)bouwprojecten maakt het onaantrekkelijk om panden leeg te laten staan en te speculeren met bouwgrond.”
“We beperken het aantal panden dat een particuliere verhuurder mag verhuren. Toegelaten instellingen zoals woningcorporaties krijgen meer investeringsmogelijkheden voor realisering van huurwoningen in het middensegment.”
“Er blijven mogelijkheden om de huurprijzen te maximeren. We maken het woningwaardenstelsel (WWS) dwingend, zodat we excessieve huurprijzen tegengaan en voorkomen dat huisbazen het puntensysteem voor kamers omzeilen.”
“De wooncrisis kan alleen worden opgelost als gevestigde financiële belangen plaatsmaken voor de belangen van mensen die een woning nodig hebben, van woningmarkt naar volkshuisvesting.”
“Met een eerlijke verdeling van ruimte zijn we er nog niet. Wonen is geen verdienmodel. Maar dat is het wel geworden door bestuurspartijen. Met de verhuurdersheffing en de liberalisering van de huurmarkt werden woningzoekenden een nieuw verdienmodel en kregen huisjesmelkers en speculanten vrij baan.”
“Investeerders bouwen nu vooral graag grote dure woningen, omdat daar het meeste geld aan te verdienen valt. De overheid moet ingrijpen en ervoor zorgen dat er gebouwd wordt waar echt behoefte aan is.”
De VVD wil de vastgoedsector stimuleren door meer betaalbare koop- en huurwoningen te realiseren, grondspeculatie tegen te gaan en investeren in de bouw aantrekkelijker te maken voor zowel particulieren als investeerders. De partij pleit voor minder belemmerende regelgeving, landelijke regie op woningbouw en fiscale prikkels om investeren in vastgoed te bevorderen. Hun visie is dat een goed functionerende vastgoedsector essentieel is voor betaalbaarheid, doorstroming en economische groei.
De VVD ziet het vergroten van het aanbod als dé oplossing voor het woningtekort en wil daarom fors inzetten op nieuwbouw, met nadruk op betaalbare koop- en huurwoningen. Dit moet de doorstroming bevorderen en de vastgoedmarkt toegankelijker maken voor starters en middeninkomens.
“We zetten Rijksmiddelen vooral in voor de bouw van betaalbare koopwoningen. Wel willen we grondspeculatie tegengaan.”
“We bouwen veel meer betaalbare huurwoningen en maken hier heldere afspraken over met investeerders en corporaties. Ook voor particulieren moet het aantrekkelijk worden om te investeren in huurwoningen en verhuur moet weer lonen.”
“De manier om het woningtekort op te lossen is door meer te bouwen. Daarom gaan we vanuit het Rijk grote woonwijken met betaalbare huizen aanwijzen.”
De VVD erkent dat grondspeculatie de prijzen opdrijft en de bouw vertraagt. Door dit tegen te gaan, wil de partij de vastgoedsector efficiënter en betaalbaarder maken.
“Wel willen we grondspeculatie tegengaan. Immers, als grond wordt vastgehouden om winst te maken in plaats van te bouwen, stijgen de prijzen en vertraagt de woningbouw.”
De VVD wil investeren in vastgoed aantrekkelijker maken, onder andere door fiscale maatregelen zoals het verlagen van de overdrachtsbelasting voor verhuurwoningen. Dit moet particuliere investeerders stimuleren en het aanbod vergroten.
“Daartoe onderzoeken wij of we de overdrachtsbelasting voor woningen die na de overdracht verhuurd gaan worden kunnen verlagen.”
De partij vindt dat overregulering de vastgoedsector belemmert en wil daarom landelijke regie op woningbouw en het schrappen van belemmerende regels. Dit moet de bouwproductie versnellen en de sector dynamischer maken.
NSC wil de vastgoedsector meer inzetten voor maatschappelijke doelen zoals betaalbare woningbouw, het tegengaan van grondspeculatie en het stimuleren van investeringen door institutionele partijen. Ze pleiten voor fiscale en juridische maatregelen die de investeringscapaciteit van woningcorporaties en private investeerders vergroten, en willen dat waardestijgingen van grond vooral ten goede komen aan het publieke belang.
NSC ziet woningcorporaties en private investeerders als cruciaal voor het oplossen van het woningtekort en wil hun investeringscapaciteit vergroten door fiscale lasten te verlagen en garanties te bieden. Dit moet leiden tot meer betaalbare woningen en een stabielere vastgoedmarkt.
“Om investeren in woningbouw te stimuleren nemen we belastingmaatregelen die de investeringscapaciteit van woningbouwcorporaties en private investeerders vergroten.”
“De financiële armslag van corporaties is al verruimd door het afschaffen van de verhuurdersheffing. Om ervoor te zorgen dat woningcorporaties ook in de toekomst kunnen investeren in duurzame woningbouw worden voor corporaties fiscale heffingen die bedoeld zijn voor commerciële partijen, op korte termijn verlaagd of afgeschaft.”
“We willen een Woningbouw Investeringsgarantie openstellen (WIG), waarbij het Rijk garant staat voor afzet bij grote gebiedsontwikkelingen met gemengde bouwprogramma’s.”
NSC wil dat waardestijgingen van grond, die ontstaan door bestemmingswijzigingen, niet volledig bij private partijen terechtkomen maar grotendeels worden afgeroomd voor publieke doelen. Dit moet grondspeculatie tegengaan en bijdragen aan betaalbare woningbouw.
“Grondinstrumentarium moet ingezet worden om tot taxatie van de waarde van grond te komen op basis van huidig gebruik. Waardestijgingen die uitsluitend voortkomen uit bestemmingswijzigingen worden afgeroomd voor het publieke belang.”
“Er komt een gemeentelijke heffing om grondspeculatie tegen te gaan. Als grond in waarde stijgt, moet dat extra geld gaan naar de gebiedsontwikkeling of sociale woningbouw.”
NSC wil het aantrekkelijker maken voor pensioenfondsen en andere institutionele beleggers om te investeren in woningen, en streeft naar een gelijk speelveld voor binnen- en buitenlandse investeerders op het gebied van belastingen.
“Het wordt aantrekkelijk voor pensioenfondsen in Nederland om langjarig in woningen te investeren. Op deze wijze kunnen zij bijdragen aan maatschappelijk rendement voor hun verzekerden. Er komt een gelijk speelveld voor investeerders (particulier en institutioneel, binnenlands en buitenlands) op het gebied van belastingen.”
De SGP ziet de vastgoedsector als essentieel voor het oplossen van de woningnood en wil het evenwicht herstellen tussen huurders en verhuurders, met meer ruimte voor rendement en investeringen. De partij pleit voor het stimuleren van woningbouw in alle segmenten, het benutten van bestaande vastgoedvoorraad, en het financieren van gebiedsontwikkeling en infrastructuur deels uit de waardestijging van vastgoed. De SGP wil dat regelgeving en belastingbeleid de vastgoedsector ondersteunen in plaats van belemmeren.
De SGP vindt dat de vastgoedsector, met name de middenhuursector, moet kunnen groeien door hogere rendementen en verbeterde regelgeving. Dit moet het aanbod vergroten en investeringen aantrekkelijker maken.
“Dit kan door de rendementen te verhogen door aanpassingen in de belasting op vermogen. Of door verbeteringen in de verhuurregelgeving.”
De partij wil experimenten met gebiedsinvesteringszones, waarbij de waardestijging van bestaand en nieuw vastgoed wordt ingezet om gebiedsontwikkeling en herinrichting te bekostigen.
“In stedelijke gebieden komen wat de SGP betreft experimenten met gebiedsinvesteringszones, waarbij gebiedsontwikkeling en herinrichting bekostigd worden uit de waardestijging van bestaand vastgoed en nieuwe functies.”
De SGP wil dat projectontwikkelaars bouwgronden niet onnodig braak laten liggen en dat bestaande vastgoedvoorraad beter wordt benut, bijvoorbeeld door transformatie van leegstaande panden.
“Projectontwikkelaars moeten bouwgronden niet jarenlang braak laten liggen. Het is daarom zaak dat gemeenten en provincies mogelijkheden hebben om snelle woningbouw te bewerkstelligen. Dit kan door het actief stimuleren van grondexploitatie (gezamenlijk met gemeenten) of verkoop met een aan tijd gebonden bouwplicht.”
“Binnenstedelijk liggen er nog tal van kansen, onder andere door het transformeren van leegstaande winkel- en kantoorpanden.”
De SGP stelt voor om infrastructuurprojecten mede te financieren uit de waardeontwikkeling van nabijgelegen vastgoed.
“Er is meer financiering van infra-projecten vanuit de waardeontwikkeling van nabijgelegen vastgoed nodig en mogelijk.”
50PLUS richt zich in haar verkiezingsprogramma vooral op het stimuleren van woningbouw voor ouderen en het verbeteren van de doorstroming op de woningmarkt, met weinig tot geen aandacht voor de bredere commerciële vastgoedsector. De partij pleit voor het herinvoeren van het Ministerie voor Volkshuisvesting, het bouwen van levensloopbestendige woningen en het stimuleren van innovatieve woonvormen voor senioren. Concrete voorstellen zijn vooral gericht op het vergroten van het aanbod van geschikte woningen voor ouderen om zo de woningmarkt beter te laten functioneren.
50PLUS ziet het tekort aan passende woningen voor ouderen als een belangrijke oorzaak van de vastgelopen woningmarkt. Door te bouwen voor ouderen en het stimuleren van doorstroming, wil de partij de bestaande woningvoorraad efficiënter benutten en de woningnood onder jongeren verlichten. Dit standpunt richt zich primair op de woningbouwsector en heeft slechts indirecte relevantie voor de bredere vastgoedsector.
“De doelstelling van 290.000 levensloopbestendige woningen wordt gefaseerd gerealiseerd met oog voor netcongestie en bouwcapaciteit om de doorstroming weer écht op gang te krijgen.”
“Als ouderen kunnen doorstromen naar geschikte, levensbestendige en betaalbare huisvesting op de juiste locaties, dan kan de bestaande woningvoorraad efficiënter worden benut.”
“Innovatieve woonvormen worden gestimuleerd: levensloopbestendige woningen en kleinschalige woonhofjes waar zorg, gemeenschap en zelfstandigheid worden gecombineerd.”
Om de regie op de woningmarkt te versterken en de bouw van passende woningen te versnellen, wil 50PLUS het Ministerie voor Volkshuisvesting opnieuw instellen. Dit is bedoeld om structurele problemen in de woningbouw en het vastgoedbeleid aan te pakken, met een duidelijke focus op de publieke sector.
“Het Ministerie voor Volkshuisvesting wordt weer in het leven geroepen.”
De ChristenUnie wil de vastgoedsector hervormen door grondspeculatie en oneerlijke waardestijgingen aan te pakken, en door fiscale voordelen voor vastgoed te verminderen. Ze pleiten voor een eerlijker grondbeleid, het afbouwen van de hypotheekrenteaftrek en het verlagen van de belasting op vastgoed in box 3, zodat de woningmarkt toegankelijker en rechtvaardiger wordt.
De ChristenUnie ziet grondspeculatie als een belangrijke oorzaak van hoge grondprijzen en wil dat de waardestijging van bouwgrond eerlijker wordt verdeeld. Gemeenten moeten actiever hun grondpositie inzetten en bestaande instrumenten beter benutten om betaalbaar bouwen te bevorderen.
“Grond is in Nederland duur. Dat komt deels doordat er veel wordt gespeculeerd: grond wordt opgekocht in de hoop dat het later veel meer waard wordt. Wanneer bouwrijp gemaakte grond sterk in waarde stijgt, profiteert hier vooral de private eigenaar van – de samenleving nauwelijks. De ChristenUnie wil dat deze waardestijging eerlijker wordt verdeeld. Daarom zijn we voor een belasting op de winst die ontstaat als grond bouwgrond wordt (planbatenheffing), we pakken hiermee ook grondspeculatie aan.”
“Gemeenten moeten actiever met hun grond omgaan. Ze hebben al middelen om invloed uit te oefenen – zoals het voorkeursrecht of regels uit de Omgevingswet – maar die worden nog te weinig ingezet. Wij stimuleren dat gemeenten hier krachtiger mee aan de slag gaan. We maken de instrumenten waar nodig makkelijker in gebruik, zodat er sneller en betaalbaar gebouwd wordt en leegstand effectief wordt aangepakt.”
De ChristenUnie wil het fiscale speelveld tussen huurders en kopers gelijker maken door de hypotheekrenteaftrek geleidelijk af te bouwen en de belasting op vastgoed in box 3 te verlagen. Dit moet speculatie en prijsopdrijving tegengaan en de woningmarkt eerlijker maken.
“Door de hypotheekrenteaftrek worden woningzoekenden en huurders op achterstand gezet ten opzichte van woningeigenaren. Hierdoor betalen huurders bij een gelijk inkomen meer belasting dan kopers. De hypotheekrenteaftrek zorgt er bovendien voor dat huizen duurder worden, omdat kopers meer kunnen bieden dan zonder deze regeling mogelijk zou zijn. In het kader van haar algehele herziening van het belastingstelsel, wil de ChristenUnie deze regeling de komende decennia geleidelijk afbouwen.”
“We willen toe naar een belastingstelsel dat inkomen uit arbeid en de daadwerkelijke inkomsten uit vermogen zoveel als mogelijk op dezelfde manier belast. [...] We verlagen de huidige belasting in box 3, met name voor vastgoed.”
Volt wil de vastgoedsector hervormen door speculatie met grond en vastgoed tegen te gaan, transparantie en controle bij vastgoedontwikkelaars te vergroten, en betaalbaarheid van woningen te waarborgen. Ze stellen concrete maatregelen voor zoals een belasting op waardestijging van bouwgrond, een openboekverplichting bij overheidsfinanciering van vastgoedprojecten, en het afdwingen van langdurige betaalbaarheid bij nieuwbouw. De kern van hun visie is dat de vastgoedsector dienstbaar moet zijn aan maatschappelijke doelen, niet aan winstmaximalisatie.
Volt ziet speculatie met grond en vastgoed als een belangrijke oorzaak van hoge prijzen en beperkte beschikbaarheid. Door fiscale maatregelen willen ze speculatie ontmoedigen en grond sneller en goedkoper beschikbaar maken voor woningbouw.
“Om sneller meer ruimte beschikbaar te maken voor nieuwbouw en de kosten van bouwprojecten en nieuwe woningen te verlagen wil Volt het speculeren met bouwgrond tegengaan. Dat doen we door de waardevermeerdering van bijvoorbeeld landbouwgrond die voor bouwgrond bestemd wordt fiscaal te belasten, waardoor grond naar verwachting eerder beschikbaar komt voor een lagere prijs.”
“In Nederland kennen we een groot gebrek aan fysieke ruimte. Grond om op te bouwen en ruimte om in te wonen is schaars. Daarom wordt hier veel mee gespeculeerd, waardoor die schaarste groter wordt. We gaan daarom een belasting op elke vorm van (onbenutte) fysieke ruimte of grond invoeren, waardoor het niet meer zal lonen om te speculeren met grondbezit. Daarnaast voeren we een gemeentelijke heffing op de stijging van grondwaarde in, zodat maatschappelijke investeringen ook maatschappelijke winsten opleveren.”
Volt wil dat wanneer publiek geld wordt ingezet voor vastgoedprojecten, er volledige transparantie is over de kosten en baten van ontwikkelaars. Dit moet misbruik van publiek geld voorkomen en zorgen dat investeringen daadwerkelijk leiden tot betaalbare woningen.
“Wanneer de Rijksoverheid geld beschikbaar stelt om vastgoedprojecten van de grond te krijgen, dan moet daar tegenover staan dat vastgoedontwikkelaars in vertrouwen inzicht geven in hun kosten-batenanalyses. Volt wil bij vastgoedprojecten een (vertrouwelijke) ‘openboekverplichting’, zodat de minister controle houdt op de besteding van publiek geld.”
Volt vindt dat de overheid alleen moet investeren in vastgoedprojecten als er harde garanties zijn dat woningen langdurig betaalbaar blijven. Dit voorkomt dat publieke investeringen leiden tot tijdelijke of schijnbare betaalbaarheid.
“De overheid financiert onder de voorwaarde dat gerealiseerde betaalbare (midden)woningen voor onbepaalde tijd ook echt betaalbaar blijven. De Rijksoverheid en gemeenten moeten hiervoor duidelijke, afdwingbare afspraken vastleggen in contracten met projectontwikkelaars.”
JA21 wil het investeringsklimaat in de vastgoedsector herstellen door minder regulering, fiscale verlichting en voorspelbaar beleid. Ze pleiten voor het benutten van bestaande vastgoedvoorraad via optoppen, transformeren en splitsen, en willen huurregulering afbouwen ten gunste van marktwerking. Consumentenbescherming wordt belangrijk gevonden, met name tegen plotselinge stijgingen van erfpacht.
JA21 ziet het huidige beleid als oorzaak van een vastgelopen vastgoedmarkt en wil het investeringsvertrouwen herstellen. Ze stellen voor om de Wet betaalbare huur in te trekken, fiscale druk te verlagen en huurregulering af te bouwen, zodat marktwerking terugkeert en de vastgoedsector weer aantrekkelijk wordt voor investeerders.
“Dat het investeringsvertrouwen terugkeert, bijvoorbeeld door het de Wet betaalbare huur in te trekken, door de fiscale druk op de huurwoningmarkt te verlagen, door op termijn te komen tot een afbouw van de huurregulering naar een huurvorming vanuit de markt, én door een duidelijk en voorspelbaar overheidsbeleid.”
JA21 wil op korte termijn de woningnood aanpakken door bestaande gebouwen en woningen efficiënter te gebruiken. Dit betekent optoppen (extra verdiepingen toevoegen), transformeren (andere functies geven) en splitsen van vastgoed, zodat sneller meer woningen beschikbaar komen zonder grote nieuwbouwprojecten.
“Het benutten van de huidige vastgoedvoorraad door optoppen, transformeren en splitsen van gebouwen en woningen waardoor gebruik gemaakt kan worden van bestaande infrastructuur en de stikstofuitstoot beperkter is.”
JA21 erkent dat veel huiseigenaren met erfpacht te maken hebben en wil hen beschermen tegen plotselinge en buitensporige verhogingen van de erfpachtcanon. Dit moet wettelijk worden vastgelegd om de positie van consumenten in de vastgoedsector te versterken.
“Consumentenbescherming wettelijk vastleggen om plotselinge en exorbitante stijgingen van de erfpachtcanon te beëindigen.”
D66 wil de invloed van de vastgoedsector op de woningmarkt beperken door publieke regie te versterken en speculatie tegen te gaan. Ze stellen voor om gemeenten meer mogelijkheden te geven om grond te verwerven en te ontwikkelen, zodat publieke belangen zoals betaalbaarheid, duurzaamheid en leefbaarheid voorop staan in plaats van winst voor vastgoedondernemers.
D66 ziet dat investeringen in woningbouw te vaak bij vastgoedondernemers terechtkomen en wil dit tegengaan door gemeenten meer zeggenschap te geven over grond en projectontwikkeling. Dit moet grondspeculatie beperken en zorgen dat publieke belangen zoals betaalbare woningen, groen en voorzieningen voorrang krijgen boven winstmaximalisatie.
“Om te voorkomen dat dit geld vooral bij vastgoedondernemers terechtkomt, krijgen gemeenten meer ruimte om zelf grond te kopen en te ontwikkelen. Ook krijgen gemeenten meer mogelijkheden om grondspeculaties te voorkomen en te zorgen dat er niet alleen huizen komen, maar ook speelplaatsen en groen.”