50PLUS doet in haar verkiezingsprogramma geen enkel concreet voorstel voor subsidie voor fietsen. Het programma benoemt wel het belang van veilige fietspaden en het stimuleren van helmgebruik bij elektrische tweewielers, maar noemt nergens subsidies of financiële stimulansen voor fietsen of fietsgebruik.
Hoewel er geen sprake is van subsidie, benoemt 50PLUS wel het belang van veiligheid voor fietsers, met name door het stimuleren van helmgebruik bij elektrische tweewielers via voorlichting.
50PLUS noemt het belang van toegankelijke fietspaden en sportfaciliteiten voor ouderen, maar verbindt hier geen financiële stimulansen of subsidies aan.
“Sportaccommodaties en - faciliteiten toegankelijk voor ouderen, zoals seniorenfitness, wandel- en fietspaden.”
GroenLinks-PvdA pleit in hun verkiezingsprogramma voor het stimuleren van fietsen door te investeren in infrastructuur en het verbeteren van de veiligheid op het fietspad. Er worden echter geen concrete subsidies of financiële tegemoetkomingen voor de aanschaf van fietsen genoemd; de focus ligt op betere fietspaden, stallingen en regelgeving om fietsen aantrekkelijker en veiliger te maken.
GroenLinks-PvdA wil het fietsen stimuleren door te investeren in (snel)fietspaden, voldoende fietsstallingen en het weren van scooters van het fietspad. Dit moet fietsen veiliger en aantrekkelijker maken, maar er wordt niet gesproken over directe subsidies voor de aanschaf van fietsen.
“(snel)fietspaden in het binnen- en buitengebied, voldoende fietsstallingen (waaronder bij stations) en landelijke regelgeving wordt aangepast om (snor) scooters binnen de bebouwde kom van het fietspad te weren.”
“Het fietspad moet weer het terrein worden van de fiets. Voor fatbikes in het bijzonder gaat een helmplicht en leeftijdsgrens gelden.”
“Op de fiets springen naar school, werk of vrienden hoort bij Nederland. Door de komst van fatbikes en brede voertuigen met brommerstatus op het fietspad nemen ongelukken toe. Het fietspad wordt weer voor fietsers.”
JA21 noemt nergens expliciet subsidie voor fietsen of het subsidiëren van fietsen in haar verkiezingsprogramma. De partij benadrukt het belang van goede fietsinfrastructuur als onderdeel van bereikbaarheid, maar pleit juist voor een drastische afbouw van subsidies die markten verstoren. Er zijn geen concrete voorstellen voor subsidies gericht op fietsen of fietsgebruik.
JA21 ziet de fiets als belangrijk onderdeel van de Nederlandse infrastructuur, maar verbindt daar geen subsidieverlening aan. In plaats daarvan pleit de partij voor het terugdringen van overheidssturing en het afbouwen van subsidies die markten verstoren, waarmee ook subsidies voor fietsen of fietsgebruik niet worden gesteund.
Er wordt nergens in het programma een voorstel gedaan voor het invoeren of behouden van subsidies voor fietsen of fietsgebruik. JA21 richt zich op het beperken van subsidieregelingen in het algemeen.
“Het grote aantal subsidieregelingen tot een minimum beperken.”
De Partij voor de Dieren pleit niet voor directe subsidies voor de aanschaf van fietsen, maar kiest voor het behouden van fiscale stimulering van fietsen en investeringen in fietsinfrastructuur. Hun focus ligt op het aantrekkelijker en veiliger maken van fietsen via investeringen in fietspaden, snelfietsroutes en het stimuleren van fietsgebruik in combinatie met openbaar vervoer.
De PvdD kiest ervoor om bestaande fiscale voordelen voor fietsen te behouden in plaats van nieuwe directe subsidies te introduceren. Hiermee willen ze het fietsen aantrekkelijk houden zonder extra subsidieregelingen, en richten ze zich op het stimuleren van fietsgebruik via het belastingstelsel.
“Fiscale stimulering van fietsen blijft behouden.”
In plaats van subsidies voor de aanschaf van fietsen, investeert de PvdD in veilige en snelle fietspaden, fietsstraten en snelfietsroutes, en in het faciliteren van fietsgebruik in combinatie met het openbaar vervoer. Dit moet het fietsen veiliger, aantrekkelijker en toegankelijker maken voor iedereen.
“We investeren in veilige en snelle fietspaden, fietsstraten en snelfietsroutes, en in een aantrekkelijke groene omgeving, zoals bloemrijke bermen en struiken.”
“Om het groeiend gebruik van de ov-fiets te faciliteren en verder aan te moedigen wordt geïnvesteerd in meer ov-fietsen en ov-fietslocaties.”
De SGP pleit niet voor directe subsidies voor fietsen, maar wil het gebruik van de fiets stimuleren via fiscale regelingen en infrastructuur. Ze willen de bedrijfsfietsregeling terug, het recht op een onbelaste kilometervergoeding voor forenzen behouden, en investeren in snelfietsroutes en veilige fietspaden. De partij ziet deze maatregelen als manier om fietsen aantrekkelijker te maken zonder expliciete subsidiëring.
De SGP kiest ervoor om het fietsen te stimuleren via fiscale voordelen en regelingen voor werknemers, in plaats van directe subsidies. Dit moet het gebruik van de fiets voor woon-werkverkeer aantrekkelijk houden en bedrijven stimuleren om fietsen aan te bieden.
“Forenzen houden het recht op een onbelaste kilometervergoeding bij gebruik van een fiets van de zaak. De SGP wil ook de bedrijfsfietsregeling terug.”
De partij wil investeren in de aanleg van snelfietsroutes en het veiliger maken van fietspaden, vooral via cofinanciering van lokale projecten. Dit is gericht op het verbeteren van de voorwaarden voor fietsgebruik, niet op individuele subsidies.
De SP pleit voor het stimuleren van fietsen als gezond, milieuvriendelijk en toegankelijk alternatief voor de auto, maar noemt nergens directe subsidies voor de aanschaf van fietsen. Hun beleid richt zich vooral op investeren in fietsinfrastructuur, veilige fietsroutes, fietsenstallingen en fietsbehendigheidscursussen, zodat fietsen voor iedereen aantrekkelijker en veiliger wordt.
De SP wil fietsen aantrekkelijker maken door te investeren in veilige en comfortabele fietspaden, meer fietsenstallingen en het uitbreiden van het aantal ov-fietsen. Dit beleid is gericht op het wegnemen van praktische barrières, niet op directe financiële subsidies voor de aanschaf van fietsen.
“Fietsen stimuleren voor iedereen. Fietsen is gezond, snel en goed voor het milieu. We investeren in meer bewaakte fietsenstallingen bij stations, breiden het aantal ovfietsen uit en pakken fietsdiefstal harder aan. Er komt een beter fietsnetwerk met snelfietspaden en veilige, afgeschermde fietspaden die woonplaatsen verbinden.”
“Investeren in fietsen en wandelen. We investeren fors in veilige en comfortabele fiets en wandelinfrastructuur, zodat mensen ook makkelijk en duurzaam kunnen kiezen voor lopen of fietsen.”
De SP wil het fietsen veiliger maken door extra budget vrij te maken voor fietsbehendigheidscursussen voor jong en oud. Dit is een indirecte vorm van stimulering, gericht op veiligheid en toegankelijkheid, niet op aanschafsubsidie.
“We maken extra budget vrij voor fietsbehendigheidscursussen, zodat jong en oud veilig kunnen deelnemen aan het verkeer en het aantal fietsongelukken vermindert.”
BVNL is uitgesproken tegen overheidsbemoeienis via subsidies, ook als het gaat om fietsen. Het programma bevat geen enkel voorstel voor subsidie op fietsen; in plaats daarvan pleit BVNL voor het volledig afschaffen van subsidies en het niet beïnvloeden van vervoerskeuzes via belastingmaatregelen of subsidies. De partij wil dat burgers zelf bepalen hoe zij zich verplaatsen, zonder sturing van de overheid.
BVNL verwerpt het gebruik van subsidies om keuzes in vervoer, zoals fietsen, te stimuleren. Zij vinden dat de overheid zich niet moet bemoeien met de keuze van vervoermiddel en dat burgers vrij moeten zijn om zelf te bepalen hoe zij zich verplaatsen, zonder financiële prikkels of beperkingen vanuit de overheid.
Het CDA ziet fietsen vooral als een belangrijk onderdeel van duurzame mobiliteit en wil investeren in de uitbouw van fietssnelwegen en doorfietsroutes. Concrete subsidies voor fietsen of directe financiële stimulering voor fietsgebruik worden niet genoemd; de partij richt zich op structurele financiering van fietsbeleid via bestaande overleggen en plannen. De nadruk ligt op integratie van fietsbeleid in bredere mobiliteitsfinanciering, niet op individuele subsidies.
Het CDA wil fietsbeleid en de aanleg van fietssnelwegen structureel onderdeel maken van het jaarlijkse overleg tussen Rijk en regio (MIRT-besprekingen), inclusief de bijbehorende financiering. Hiermee kiest de partij voor institutionele en infrastructurele investeringen in fietsen, in plaats van directe subsidies aan burgers of bedrijven. Het doel is om fietsen aantrekkelijker en veiliger te maken voor forensen, scholieren en recreanten door te investeren in routes en infrastructuur.
“Fietsbeleid en fietssnelwegen worden onderdeel van het jaarlijks overleg tussen Rijk en regio (MIRT-besprekingen) en de daarbij behorende financiering.”
“We zetten in op het voortzetten van een landelijk fietsplan (zoals Tour de Force) gericht op de uitbouw van fietssnelwegen en doorfietsroutes, waarmee forensen, scholieren en recreanten snel en veilig hun bestemming kunnen bereiken.”
De ChristenUnie kiest ervoor om fietsen vooral te stimuleren via investeringen in fietsinfrastructuur en verkeersveiligheid, niet via directe subsidies aan fietsers. Hun belangrijkste concrete voorstel is een jaarlijkse investering van 200 miljoen euro in fietsinfrastructuur, waaronder meer fietsenstallingen en deelfietsen bij OV-knooppunten. De partij ziet de fiets als een aantrekkelijk alternatief voor de auto en wil zo duurzame mobiliteit bevorderen.
De ChristenUnie wil het fietsen aantrekkelijker en veiliger maken door fors te investeren in infrastructuur, zoals fietspaden, fietsenstallingen en deelfietsen bij OV-knooppunten. Dit moet bijdragen aan verkeersveiligheid en het stimuleren van de fiets als duurzaam vervoersmiddel, maar er wordt geen directe subsidie voor de aanschaf van fietsen voorgesteld.
“Daarom investeren we jaarlijks 200 miljoen euro in verkeersveiligheid en fietsinfrastructuur. Er komen meer fietsenstallingen bij OV-knooppunten en in binnensteden. Op elk station zijn deelfietsen beschikbaar.”
“De fiets moet een aantrekkelijker alternatief blijven voor de auto. Een fijnmazig netwerk van wandel- en fietspaden is daarvoor noodzakelijk.”
D66 noemt in haar verkiezingsprogramma geen directe subsidies voor fietsen of de aanschaf van fietsen. Wel zet de partij in op het verbeteren van de fietsinfrastructuur en het stimuleren van deelmobiliteit, waaronder (elektrische) fietsen, zodat fietsen aantrekkelijker en toegankelijker wordt voor iedereen. Concrete financiële stimulansen zoals aanschafsubsidies voor fietsen worden niet genoemd.
D66 wil fietsen aantrekkelijker maken door te investeren in meer en betere doorfietsroutes, fietsenstallingen en toegankelijke fietsen voor mensen met een specifieke behoefte. Dit beleid richt zich op het wegnemen van praktische barrières voor fietsgebruik, niet op directe financiële subsidies voor de aanschaf van fietsen.
“Er komen meer en betere doorfietsroutes, meer fietsenstallingen en toegankelijke fietsen voor mensen met een specifieke behoefte.”
D66 wil dat (elektrische) fietsen standaard onderdeel worden van het vervoersaanbod via deelmobiliteit, zodat meer mensen toegang krijgen tot fietsen zonder deze zelf te hoeven bezitten. Dit is een indirecte stimulans, maar geen subsidie voor de aanschaf van fietsen.
“We willen bijvoorbeeld dat deelmobiliteit zoals (elektrische) fietsen en elektrische auto’s standaard onderdeel wordt van het vervoersaanbod. Ook vergroten we het aanbod sterk.”
NSC noemt geen enkele vorm van subsidie voor fietsen in haar verkiezingsprogramma. Het beleid richt zich uitsluitend op het verbeteren van fietsinfrastructuur en het stimuleren van fietsen als alternatief voor de auto en het openbaar vervoer, maar er worden geen concrete financiële regelingen of subsidies voor de aanschaf of het gebruik van fietsen voorgesteld.
NSC wil het fietsen aantrekkelijker en veiliger maken door te investeren in fietsroutes, schoolroutes en fietsenstallingen, maar noemt nergens subsidies voor fietsen. Het programma richt zich op infrastructuur en veiligheid, niet op financiële stimulering van fietsbezit of -gebruik.
“Tussen en in de grote steden worden goede fietsroutes aangelegd zodat de fiets een realistisch alternatief wordt voor de auto en het openbaar vervoer. Drukke schoolroutes langs 80 en 50 kilometerwegen worden veiliger gemaakt. Rond OV-knooppunten breiden we fietsenstallingen uit en er komen ook meer OV-fietsen bij stations.”
“Goede mogelijkheden om de fiets te pakken dragen bij aan bereikbaarheid, gezondheid en duurzaamheid.”
Volt pleit niet voor directe subsidies voor de aanschaf van fietsen, maar ondersteunt het subsidiëren van initiatieven die gezond gedrag stimuleren, waaronder (educatieve) fietspaden. Hun focus ligt op het investeren in betere fietsinfrastructuur en het subsidiëren van projecten die fietsen aantrekkelijker en veiliger maken, vooral via gemeentelijke en publieke ruimte-initiatieven.
Volt wil gemeenten ondersteunen met subsidies voor initiatieven die gezond gedrag bevorderen, zoals de aanleg van fiets- en wandelpaden. Dit is gericht op het stimuleren van fietsen als gezonde en duurzame keuze, maar betreft dus niet directe aanschafsubsidies voor fietsen zelf.
“Bij het inrichten van de publieke ruimte ondersteunt Volt met subsidies initiatieven die gezond gedrag stimuleren, zoals (educatieve) fiets- en wandelpaden, natuurtoerisme en groene schoolpleinen.”
Volt kiest ervoor te investeren in betere fietsinfrastructuur, zoals doorfietsroutes, om fietsen aantrekkelijker te maken. Dit betreft investeringen en geen directe subsidies voor het kopen van fietsen.
“Daarom investeren we in een betere fietsinfrastructuur met de aanleg van meer doorfietsroutes om langere afstanden snel en veilig te kunnen overbruggen.”
BIJ1 pleit niet expliciet voor directe subsidies voor fietsen, maar wil investeren in lokale fietsvoorzieningen als onderdeel van een breder bereikbaarheidsfonds. Hun focus ligt op het stimuleren van fietsen door infrastructuur en voorzieningen te verbeteren, niet via individuele subsidies.
BIJ1 wil het autobezit verminderen door te investeren in beter openbaar vervoer en lokale voorzieningen voor fietsen en deelvervoer. Dit gebeurt via een bereikbaarheidsfonds, waarmee ook de financiering van fietsvoorzieningen wordt ondersteund. Het doel is om duurzame mobiliteit te stimuleren en de afstand tot openbaar vervoer en fietsvoorzieningen te verkleinen.
“Het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) wordt een bereikbaarheidsfonds met als doel niet alleen het financieren van beter openbaar vervoer, maar ook (lokale) voorzieningen voor fietsen en deelvervoer.”
De PVV noemt in haar verkiezingsprogramma geen enkele vorm van subsidie voor fietsen, noch voor de aanschaf, het gebruik of de stimulering ervan. Het programma richt zich vrijwel uitsluitend op automobiliteit en het tegengaan van klimaatmaatregelen, zonder enige positieve stimulans of financiële ondersteuning voor fietsen. Er worden geen concrete beleidsvoorstellen gedaan die betrekking hebben op subsidies voor fietsen.
De PVV kiest ervoor om geen maatregelen te nemen die het fietsen financieel stimuleren, en noemt expliciet dat er geen aanvullende regels of bemoeienis komt voor elektrische fietsen. De partij richt zich op het beschermen van de automobilist en het beperken van overheidsbemoeienis, waarbij fietsen geen prioriteit krijgt.
“Geen maatregelen voor andere elektrische fietsen; daar blijven we van af!”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma