Volt wil bedrijven gericht subsidiëren om innovatie, verduurzaming en maatschappelijke relevantie te stimuleren, maar stelt daar strikte voorwaarden aan. Subsidies worden vooral ingezet voor lange termijn projecten die anders niet van de grond komen, met een duidelijke focus op duurzaamheid, maatschappelijke impact en het mkb. Grote bedrijven moeten aan strengere eisen voldoen, en subsidies worden teruggevorderd bij niet-naleving van klimaatplannen.
Volt ziet subsidies als middel om bedrijven te helpen bij noodzakelijke transities, vooral op het gebied van innovatie en verduurzaming. De partij wil het subsidielandschap overzichtelijker maken, focussen op maatschappelijk relevante projecten met een lange terugverdientijd, en voorwaarden verbinden aan subsidies voor grote maatschappelijke uitdagingen.
“Om bedrijven te helpen bij de transities worden de innovatiesubsidies en -fondsen in stand gehouden. Zo verlagen we de drempel voor innovatie en investeringen in cruciale processen en infrastructuur zoals batterijen, waterstofproductie en de grondstoffentransitie.”
“We maken het subsidielandschap overzichtelijker door het op te delen in sectoren. Iedere sector heeft met eigen problemen en uitdagingen te maken, terwijl het huidige subsidielandschap daar niet op ingericht is. Op deze manier bieden we elke onderneming toegang tot de juiste financiering.”
“We willen bij subsidiëring meer focus op projecten die op de langere termijn maatschappelijk relevant, duurzaam en rendabel zijn, maar nu niet kunnen opstarten door tekort aan fondsen en ook niet op een andere wijze gefinancierd kunnen worden. Projecten met een terugverdientijd van minder dan zeven jaar komen niet meer in aanmerking voor overheidssubsidie.”
“We verbinden voorwaarden aan subsidies voor grote maatschappelijke uitdagingen, zoals verduurzaming, veiligheid, gezondheid en innovatie.”
Volt koppelt subsidies aan duidelijke voorwaarden, vooral voor grote bedrijven. Niet-naleving van klimaatplannen leidt tot terugbetaling van ontvangen subsidies.
“Grote bedrijven worden verplicht om een klimaatplan op te stellen, waaruit blijkt hoe zij zo snel mogelijk klimaatneutraal willen worden. Dit klimaatplan is nodig om verduurzamings- en innovatiesubsidies aan te vragen. Wanneer het klimaatplan niet wordt nageleefd, moeten verstrekte subsidies worden terugbetaald.”
Volt wil het mkb en circulaire bedrijven extra ondersteunen met subsidies en toegankelijke regelingen, zodat ook kleinere bedrijven kunnen verduurzamen en innoveren.
“We creëren gelijke kansen voor circulaire koplopers met een subsidie van Stimulering Circulaire Economie (SCE) voor de onrendabele top van duurzame productieprocessen, naar voorbeeld van de SDE(++).”
“We bieden gratis verduurzamingsadvies aan om het mkb te helpen bij het besparen van energie.”
“We creëren een financieel beloningsinstrument voor ondernemers die willen verduurzamen. We communiceren duidelijke doelen en groene Key Performance Indicators, waarmee we ondernemers extra steun bij het verduurzamen bieden in de vorm van subsidies of fiscale regelingen.”
“We verlagen de ondergrens voor de energie-investeringsaftrek (EIA). Mkb’ers willen verduurzamen, maar lopen vast op kosten en regels. Door de ondergrens van de energie-investeringsaftrek te verlagen, maken we vergroenen ook haalbaar voor kleinere bedrijven.”
Volt wil geen overheidssteun meer voor vervuilende, oude industrieën en richt subsidies uitsluitend op sectoren met groeiperspectief en duurzaamheid.
“We staken alle overheidssteun aan de oude industrie en besteden onze tijd, aandacht en ons geld nog uitsluitend aan sectoren met groeiperspectief.”
De SGP vindt dat bedrijven financieel gestimuleerd moeten worden om duurzame en eerlijke keuzes te maken, vooral via fiscale aanpassingen en gerichte subsidies. Subsidies en financiële steun zijn volgens de SGP vooral bedoeld voor verduurzaming, innovatie, regionale ontwikkeling en het stimuleren van werkgelegenheid, met bijzondere aandacht voor het mkb en sectoren als de maakindustrie en scheepsbouw. De partij pleit voor doelgerichte, transparante en effectieve subsidieregelingen, waarbij misbruik wordt voorkomen en de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven wordt versterkt.
De SGP wil bedrijven stimuleren om te investeren in duurzaamheid en lange termijn keuzes, vooral via fiscale aanpassingen en verruiming van subsidies. Dit moet bedrijven aanzetten tot maatschappelijk verantwoord ondernemen en innovatie, met name in sectoren die belangrijk zijn voor werkgelegenheid en de economie.
“Bedrijven worden (financieel) gestimuleerd duurzame en eerlijke keuzes te maken en te investeren in de lange termijn, door middel van fiscale aanpassingen en verruiming van subsidies.”
De SGP pleit voor specifieke subsidieregelingen en garantiestellingen om innovatie, verduurzaming en concurrentiekracht te bevorderen, met bijzondere aandacht voor het mkb, de maakindustrie, scheepsbouw en regionale economieën. Dit omvat onder meer het terugbrengen van de garantieregeling scheepsbouw, het stimuleren van bedrijfs(vak)scholen, en het verhogen van de overheidsbijdrage aan publiek-private samenwerkingen.
“Om Nederlandse scheepswerven te beschermen tegen buitenlandse werven met een voorsprong door staatssteun, keert de garantieregeling scheepsbouw terug.”
“De start van bedrijfs(vak)scholen bij mkb-bedrijven wordt financieel gestimuleerd.”
“De overheid draagt voortaan 50% bij aan publiek-private samenwerking in plaats van 30%.”
“Er komt meer geld voor praktijkgericht onderzoek door hogescholen in samenwerking met het regionale mkb.”
De SGP ondersteunt subsidies en financiële prikkels voor verduurzaming van mobiliteit (zoals elektrisch rijden en binnenvaart) en industrie, mits deze effectief zijn en bijdragen aan een eerlijk speelveld. De partij wil bestaande subsidieregelingen voor tweedehands elektrische auto’s voortzetten en versterken, en investeringssteun voor geothermieprojecten in plaats van exploitatiesubsidies.
De SGP benadrukt dat subsidies doelmatig en transparant moeten zijn, met strikte voorwaarden om misbruik te voorkomen. Subsidies mogen niet worden gebruikt voor procedures tegen de staat of lobbyactiviteiten, en moeten stoppen bij organisaties met banden met terreur.
“Het maatschappelijk middenveld moet minder afhankelijk worden van subsidieverlening door de overheid. Private financiering wordt gestimuleerd. Doelmatigheid en transparantie van de financiering wordt bevorderd. Subsidieontvangers mogen met dat geld niet gaan procederen tegen de staat of lobbyactiviteiten organiseren.”
“Nationale en Europese subsidies aan organisaties die bewezen banden met terreur hebben, stoppen we onmiddellijk.”
DENK is terughoudend met het direct subsidiëren van bedrijven, maar wil wel gerichte ondersteuning bieden aan kleine ondernemers en innovatie die bijdraagt aan verduurzaming. De partij pleit vooral voor het afschaffen van ondoelmatige belastingvoordelen voor grote bedrijven, het verhogen van hun belastingdruk, en het beschikbaar stellen van publieke middelen voor verduurzaming en innovatie, met name in sectoren als energie en landbouw.
DENK wil kleine ondernemers ondersteunen via publieke kredietverlening en vangnetten, maar zonder generieke subsidies voor het bedrijfsleven. De focus ligt op het toegankelijk maken van financiering en het verlagen van lasten voor het MKB, niet op brede subsidiëring.
“We richten een publieke kredietbank op voor kleine ondernemers. Die verstrekt eerlijke leningen aan ondernemers die bij gewone banken geen kans krijgen.”
“We zorgen voor een betaalbaar vangnet voor de loondoorbetaling bij ziekte voor kleinere ondernemers.”
“Wij willen een verlaging van de belastingen en lasten voor kleinere ondernemingen.”
DENK is bereid publieke middelen in te zetten voor verduurzaming, maar richt deze vooral op huishoudens en innovatie in sectoren als energie en landbouw. Bedrijven ontvangen alleen steun als dit bijdraagt aan maatschappelijke doelen zoals vergroening.
“De overheid stelt middelen beschikbaar om te investeren in schoner vliegen.”
“Bewezen en effectieve innovaties in de landbouw die tot vergroening leiden moeten worden ondersteund.”
“De overheid ondersteunt dit actief, met name door méér subsidies beschikbaar te stellen voor het isoleren van huurwoningen en zonnepanelen voor particulieren.”
DENK is kritisch op bestaande subsidies en belastingvoordelen voor grote bedrijven en wil deze afschaffen als ze ongelijkheid vergroten of niet doelmatig zijn. De partij wil dat grote bedrijven juist meer bijdragen via belastingen.
De SP is kritisch op subsidies voor grote bedrijven en wil deze fors beperken, vooral als ze vervuilend of onproductief zijn. Subsidies worden alleen nog ingezet voor verduurzaming, innovatie en het mkb, en altijd gekoppeld aan publieke zeggenschap of maatschappelijke doelen. De partij wil stoppen met fossiele subsidies, landbouwsubsidies uitsluitend aan duurzame boeren geven, en investeringen richten op kleine ondernemers en vergroening.
De SP wil een einde maken aan subsidies en belastingvoordelen voor grote, vervuilende bedrijven en miljardairs, omdat deze ongelijkheid vergroten en klimaatdoelen ondermijnen. Subsidies worden alleen nog gegeven als ze bijdragen aan publieke belangen en verduurzaming.
“Er worden tientallen miljarden belastinggeld uitgegeven aan subsidies en belastingvoordelen die gaan naar grote en vervuilende bedrijven en miljonairs en miljardairs. Dat vergroot de ongelijkheid en doet uitgaven aan klimaatverbetering weer teniet.”
“We kunnen klimaatopwarming niet stoppen zolang politici de belangen van grote bedrijven boven die van de mensen stellen. Twintig multinationals zijn verantwoordelijk voor een derde van de wereldwijde uitstoot, terwijl zij miljarden aan fossiele subsidies ontvangen. Wij stoppen die subsidies zo snel mogelijk en geven steun voor vergroening als daar publieke zeggenschap tegenover staat.”
Subsidies worden selectief ingezet voor verduurzaming, innovatie en maatschappelijke doelen, met nadruk op publieke zeggenschap en steun aan het mkb. Landbouwsubsidies gaan uitsluitend naar duurzame boeren, niet naar banken of financiers.
“Landbouwsubsidies worden volledig ingezet voor omschakeling naar duurzame en biologische landbouw. Omschakelaars krijgen de eerste jaren financiële steun.”
“We verstrekken subsidie voor elektrisch of op waterstof varen.”
“We zorgen ervoor dat in de regelgeving rekening wordt gehouden met de uitvoerbaarheid en financiering voor kleine ondernemers in verschillende sectoren. Dit doen we onder andere door kennis te delen, ondersteuning te bieden, passende overgangstermijnen te hanteren en regelingen in te voeren die de overstap op schonere productiemiddelen en vervoersmiddelen stimuleren.”
“Het mkb wordt ondersteund in het verduurzamen van bedrijfswagens.”
De SP wil investeren in het mkb via een nationale investeringsbank, vereenvoudigde regels en gerichte steun, zodat kleine bedrijven kunnen innoveren en verduurzamen. Grote bedrijven krijgen geen geheime voordeeltjes of belastingkortingen meer.
“Met een Nationale Investeringsbank voor het mkb kunnen kleine en startende bedrijven, evenals bedrijven die hun succesvolle diensten willen opschalen, gemakkelijker lenen.”
“Geen geheime voordeeltjes voor multinationals. De allergrootste multinationals gaan, net zoals alle andere burgers en bedrijven, bijdragen aan onze samenleving en eerlijk belasting betalen. We schaffen geheime afspraken en belastingkortingen af.”
GroenLinks-PvdA wil subsidies voor bedrijven sterk hervormen: fossiele subsidies en fiscale voordelen voor vervuilende of laagbetaalde sectoren worden afgebouwd, terwijl financiële steun voor bedrijven alleen onder strenge voorwaarden wordt verstrekt, vooral gericht op verduurzaming en innovatie. Bedrijven die willen vergroenen kunnen rekenen op hulp, maar alleen als ze aantoonbaar bijdragen aan klimaatdoelen; misbruik of uitblijven van resultaten leidt tot terugbetaling. De partij kiest voor het principe ‘de vervuiler betaalt’ en wil subsidies inzetten als prikkel voor maatschappelijke meerwaarde, niet voor winstmaximalisatie of vervuiling.
GroenLinks-PvdA wil een einde maken aan subsidies en fiscale voordelen voor bedrijven die bijdragen aan vervuiling of uitbuiting, met name in de fossiele sector en sectoren met veel laagbetaalde arbeid. Dit moet zorgen voor een eerlijker speelveld en het principe ‘de vervuiler betaalt’ centraal stellen.
“Fossiele vervuilers ontvangen nu tientallen miljarden aan subsidies voor hun vervuilende activiteiten. Deze fossiele subsidies zetten duurzame bedrijven op achterstand en houden de fossiele economie in stand. We bouwen fossiele subsidies af, zoveel mogelijk in Europees verband.”
“Vrijstellingen en fiscale subsidies voor grootgebruikers en producenten van fossiele energie worden afgebouwd.”
“Onrechtvaardige fiscale voordelen voor sectoren schaffen we af, ook voor sectoren met veel arbeidsmigranten.”
Subsidies en financiële steun aan bedrijven worden alleen verstrekt als deze bedrijven aantoonbaar bijdragen aan verduurzaming en maatschappelijke doelen. Er komen strenge voorwaarden, zoals een geloofwaardig klimaatplan, en bij het niet nakomen van afspraken volgt terugbetaling.
“We helpen bedrijven die willen verduurzamen financieel, maar onder strenge voorwaarden. Zoals een geloofwaardig pad naar klimaatneutraliteit. [...] als bedrijven zich niet houden aan afspraken wordt terugbetaling geëist.”
De partij wil stoppen met regelingen en subsidies die laagbetaalde arbeid of prijsopdrijving stimuleren, om zo eerlijke arbeidsvoorwaarden en marktwerking te bevorderen.
“We stoppen met regelingen, zoals de landbouwvrijstelling, die laagbetaalde arbeid subsidiëren”
“Voor de financiering van jaarlijks terugkerende uitgaven kijken we naar het afromen van speculatiewinsten, het versoberen van belastingkortingen voor grondbezitters en het afbouwen van prijsopdrijvende subsidies.”
Subsidies worden ingezet om circulaire koplopers en innovatieve bedrijven te ondersteunen, maar achterblijvers worden juist beprijsd. De overheid wil zo de transitie naar een circulaire economie versnellen.
“De overheid helpt circulaire koplopers, onder andere door achterblijvers te beprijzen.”
BBB is kritisch op generieke subsidies voor bedrijven en wil stoppen met grote, kostbare subsidieregelingen zoals de SDE++. In plaats daarvan pleit de partij voor gerichte investeringen via een Nationale Investeringsbank en het stimuleren van innovatie en regionale projecten zonder afhankelijkheid van een ‘subsidie-industrie’. BBB wil vooral ruimte geven aan ondernemers en innovatie, maar zonder grootschalige, inefficiënte subsidies.
BBB vindt de huidige SDE++-subsidies voor verduurzaming te duur en ineffectief, en wil deze vanaf 2026 beëindigen. De partij ziet deze subsidies als onderdeel van een ‘subsidie-industrie’ die leidt tot dure megaprojecten, en wil in plaats daarvan innovatie en kleinschalige initiatieven stimuleren zonder afhankelijkheid van subsidies.
“Stoppen met de SDE++-subsidies vanaf 2026. De subsidieregeling SDE++ kost miljarden per jaar en leidt tot dure megaprojecten op zee, op land en in landbouwgebied. BBB wil een technologie neutrale aanpak, waarbij bedrijven en huishoudens verduurzamen op hun eigen manier – zonder afhankelijkheid van de ‘subsidieindustrie’. Vanaf 2026 beëindigen we de SDE++ regeling.”
“Subsidies op verlieslatende technieken worden afgebouwd. In plaats daarvan stimuleren we innovatie, energiebesparing en slimme infrastructuur.”
BBB wil investeren in bedrijven en innovatie via een Nationale Investeringsbank, die risicodragend kapitaal verstrekt aan innovatieve bedrijven. Hiermee wil de partij versnipperde en niet goed werkende fondsen vervangen en gericht investeren in mkb, innovatie en infrastructuur, in plaats van generieke subsidies.
“Gerichte rol voor de Nationale Investeringsbank in innovatie. We onderzoeken de oprichting van een Nationale Investeringsbank (NIB) in Nederland. Deze NIB krijgt een duidelijke taak in het beschikbaar stellen van risicodragend kapitaal voor innovatieve bedrijven in deeptech, agrotech, energietechniek en industriële toepassingen die bijdragen aan strategische autonomie en werkgelegenheid in de maakindustrie in Nederland.”
“De oprichting van een Nationale Investeringsbank onderzoeken die: ... Investeert in mkb, innovatie en infrastructuur; Marktpartijen cofinanciert via garantstellingen en leningen; De rol overneemt van de huidige gefragmenteerde en niet goed werkende fondsen zoals het Groeifonds en InvestNL die daarmee kunnen worden opgeheven.”
BBB is tegen het verstrekken van subsidies aan bedrijven voor technieken die niet rendabel zijn of weinig maatschappelijk rendement opleveren. De partij wil dat investeringen en steun gericht zijn op innovatie en daadwerkelijke waardecreatie.
“Subsidies op verlieslatende technieken worden afgebouwd.”
“We investeren in ons vestigingsklimaat. Daarbij erkennen we de bijdrage die onze bedrijven, zowel multinationals als mkb-bedrijven, leveren aan onze schatkist.”
BIJ1 wil subsidies voor bedrijven radicaal herzien: alleen coöperatieve en democratische ondernemingen komen in aanmerking voor steun, terwijl traditionele aandeelhoudersbedrijven en multinationals juist worden uitgesloten of belast. Subsidies en overheidssteun worden ingezet om sociale, duurzame en collectieve alternatieven te stimuleren, niet om winstgedreven bedrijven te bevoordelen.
BIJ1 kiest ervoor om subsidies uitsluitend toe te kennen aan coöperatieve ondernemingen en bedrijven met democratische zeggenschap van werknemers. Hiermee willen ze de macht van aandeelhoudersbedrijven terugdringen en alternatieven stimuleren die gericht zijn op collectief belang en sociale waarde.
“Coöperatieve ondernemingen krijgen subsidie. En krijgen zo een concurrerend, waardig alternatief voor de aandeelhouderscorporatie, die op termijn uitsterft.”
BIJ1 wil dat bedrijven die zich schuldig maken aan discriminatie of niet voldoen aan sociale normen, worden uitgesloten van subsidies. Ook wordt het huidige ongelijke subsidiemodel, waarbij vooral kapitaalkrachtige bedrijven profiteren, afgeschaft.
Subsidies worden volgens BIJ1 ingezet om publieke, sociale en duurzame alternatieven te ondersteunen, zoals energiecoöperaties, publieke apotheken en culturele initiatieven, in plaats van commerciële bedrijven.
“We investeren fors in het (financieel) ondersteunen van de opzet van energiecoöperaties en andere lokale initiatieven waar bewoners eigenaarschap en zeggenschap hebben over hun energievoorziening.”
“De overheid subsidieert zo snel mogelijk een publieke apotheekketen met transparante standaardprijzen en zonder winstoogmerk.”
“We versimpelen de subsidie- en prestatievoorwaarden, waardoor meer makers aanspraak kunnen maken op deze fondsen.”
De ChristenUnie is terughoudend met het direct subsidiëren van bedrijven, maar ziet een rol voor gerichte financiële ondersteuning als deze bijdraagt aan verduurzaming, innovatie of het versterken van circulaire en regionale economieën. Ze pleiten voor stabiel en voorspelbaar beleid, waarbij subsidies en andere steunmaatregelen vooral worden ingezet om maatschappelijke doelen te bereiken, zoals vergroening en innovatie, en niet als structurele steun. De partij wil dat subsidies gepaard gaan met duidelijke voorwaarden en verantwoord ondernemerschap.
De ChristenUnie ondersteunt subsidies en financiële steun aan bedrijven alleen als deze bijdragen aan verduurzaming, innovatie of het versterken van de circulaire economie. Structurele of generieke subsidies worden afgewezen; steun is altijd gekoppeld aan maatschappelijke doelen en voorwaarden zoals verantwoord ondernemen.
“Bedrijven die een plan hebben om volledig te verduurzamen, krijgen steun.”
“Mochten er opbrengsten zijn [uit de nationale CO2-heffing], dan komen die ten goede aan de industrie om de overstap van fossiele naar duurzame productiemethoden te realiseren.”
“Bestaande, soms prille hergebruikketens worden indien nodig financieel ondersteund.”
“Het uitgangspunt wordt dat bedrijven die van overheidssteun gebruikmaken, de OESO-normen rond internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen onderschrijven en naleven.”
De ChristenUnie benadrukt het belang van voorspelbaarheid en stabiliteit in subsidieregelingen, omdat onvoorspelbare wijzigingen schadelijk zijn voor het ondernemersklimaat. Subsidies en andere regelingen moeten voor langere periodes worden vastgesteld om zekerheid te bieden.
“De overheid wijzigt te vaak van koers, bijvoorbeeld als het gaat over belastingtarieven, subsidieregelingen of regelgeving. Die onvoorspelbaarheid is fnuikend voor ondernemers.”
“Regels en belastingtarieven moeten daarom voor langere periodes worden vastgesteld. Dat leidt tot meer zekerheid en draagt bij aan een gezond vestigingsklimaat.”
NSC is terughoudend met het verstrekken van subsidies aan bedrijven en wil vooral inzetten op belastingvoordelen voor innovatie en verduurzaming. Subsidies worden alleen overwogen als private investeringen niet van de grond komen, en er is bijzondere aandacht voor het afbouwen van fossiele subsidies in Europees verband. De partij pleit voor eenvoud, effectiviteit en het voorkomen van onbedoelde neveneffecten bij het subsidiëren van bedrijven.
NSC vindt dat subsidies aan bedrijven alleen ingezet moeten worden waar echt nodig, en geeft de voorkeur aan belastingvoordelen voor innovatie en verduurzaming. Er is bijzondere aandacht voor het innovatieve mkb, maar men wil voorkomen dat subsidies ongericht of te ruimhartig worden verstrekt.
“We handhaven de belastingvoordelen voor innovatie en de aftrek voor milieu-investeringen en zijn terughoudend met subsidies.”
“Bijzondere aandacht moet er zijn voor de risicovolle beginfase, het doorgroeien naar een volwaardig bedrijf en het voorkomen van weglekken van kennis en bedrijvigheid. Hiervoor moeten voldoende fondsen beschikbaar zijn.”
Subsidies aan bedrijven worden door NSC alleen gerechtvaardigd als private investeringen uitblijven vanwege een te lange terugverdientijd of marktfalen, bijvoorbeeld bij verduurzaming van het mkb of energie-intensieve industrie.
“Financiële steun kan nodig zijn als private investeringen een te lange terugverdientijd hebben of niet van de grond komen, zoals bij huurwoningen, publieke gebouwen, de energie-intensieve industrie en het mkb.”
NSC wil de nationale fossiele subsidies voor grote bedrijven, zoals belastingvrijstellingen en degressieve tarieven, in Europees verband afbouwen om weglek van CO2-uitstoot te voorkomen.
“De nationale ‘fossiele subsidies’ die grote bedrijven ontvangen in de vorm van vrijstellingen en degressieve tarieven in de energiebelasting willen we in Europees verband afbouwen.”
NSC is expliciet tegen subsidies voor het verbranden van biomassa en BECCS, omdat deze niet bijdragen aan de gewenste verduurzaming.
“We zijn tegen het verbranden van biomassa om energie op te wekken. We willen daarom geen subsidie voor BECCS of houtige biomassa.”
NSC wil dat EU-subsidies niet worden gebruikt door andere landen om bedrijven uit Nederland weg te halen, en pleit voor strikter toezicht hierop.
“De EU moet daarom veel strikter toezien op het gebruik van EU-subsidies. Nederlands belastinggeld mag niet gebruikt worden door andere Europese landen om bedrijven uit Nederland weg te halen.”
De Partij voor de Dieren wil vrijwel alle subsidies aan vervuilende bedrijven en sectoren per direct beëindigen, met name fossiele subsidies en landbouwsubsidies. Subsidies worden alleen nog ingezet om duurzame, groene en sociale transities te ondersteunen, waarbij bedrijven niet langer op publieke kosten mogen blijven vervuilen of winst maken.
De PvdD stelt dat publieke middelen niet langer naar vervuilende bedrijven mogen gaan, zoals de fossiele industrie, luchtvaart, en intensieve landbouw. Zij willen deze subsidies direct beëindigen en het geld inzetten voor duurzame alternatieven. Dit standpunt is ingegeven door het principe dat de vervuiler moet betalen en niet de burger.
“De fossiele subsidies, in totaal 40 miljard publiek geld per jaar, worden per direct beëindigd. Landbouwsubsidies zijn ook fossiele subsidies. Nederland pleit in de EU voor het afschaffen van landbouwsubsidies.”
“We stoppen met het subsidiëren van de grootste vervuilers. De vervuiler gaat betalen en de opbrengsten gebruiken we voor toekomstbestendige ondernemingen en groene innovatie.”
“De onderhandelingen over maatwerkafspraken met één van de grootste vervuilers van Nederland, het staalbedrijf Tata Steel, worden per direct gestopt. Dat betekent geen miljardensubsidie.”
Subsidies worden uitsluitend nog ingezet om bedrijven te helpen omschakelen naar duurzame, plantaardige en circulaire bedrijfsvoering. Na de transitie worden ook deze subsidies afgebouwd.
“De middelen die vrijkomen uit het afschaffen van landbouwsubsidies worden gebruikt om boeren te helpen overschakelen naar biologische, plantaardige productie. Daarna worden de subsidies afgeschaft.”
“We gaan ons meer richten op het ondersteunen van het toekomstbestendige midden- en kleinbedrijf, groene innovaties en lokale initiatieven.”
De PvdD wil dat ontwikkelingssamenwerking niet langer wordt gebruikt om het Nederlandse bedrijfsleven te subsidiëren, tenzij het belang van mens, dier en milieu onbetwistbaar voorop staat.
“Nederland stopt daarom met het subsidiëren van het Nederlandse bedrijfsleven uit het ontwikkelingsbudget wanneer de belangen van mens, dier en milieu in het desbetreffende land niet onbetwistbaar leidend zijn.”
Het CDA ziet subsidies voor bedrijven als een instrument om innovatie, verduurzaming en maatschappelijk relevante investeringen te stimuleren, maar wil deze doelgericht en effectief inzetten. Ze pleiten voor het vereenvoudigen van bestaande regelingen, het herinvesteren in effectieve ondernemersregelingen, en het balanceren van subsidies met het beoogde doel en beschikbare middelen. De partij benadrukt dat subsidies niet vanzelfsprekend zijn, maar onderdeel van een bredere strategie om het verdienvermogen en de maatschappelijke waarde van bedrijven te vergroten.
Het CDA wil versnipperde fiscale regelingen en subsidies voor bedrijven vereenvoudigen en alleen behouden als ze aantoonbaar effectief zijn. De opbrengst van het afschaffen of versoberen van uitzonderingsregelingen wordt ingezet voor maatregelen of subsidies die daadwerkelijk effect sorteren. Dit moet leiden tot minder complexiteit en meer doelgericht beleid.
“We vereenvoudigen en vervangen de versnipperde fiscale regelingen en herinvesteren dit in effectieve ondernemersregelingen gericht op investeren, innoveren en werkgeverschap.”
“Ons belastingstelsel zit vol met allerlei fiscale uitzonderingsregelingen die het stelsel complexer en minder robuust maken. Deze moeten stapsgewijs worden aangepakt, met als uitgangspunt afschaffing of versobering. We zetten de opbrengst in voor fiscale maatregelen of subsidies die effect hebben.”
Het CDA benadrukt dat subsidies en bijbehorende regelgeving in verhouding moeten staan tot het beoogde doel en de beschikbare middelen. Ze zijn kritisch op het automatisch inzetten van subsidies en willen terughoudendheid en doelmatigheid.
“Subsidies en de regelgeving die daarmee samenhangt moeten in balans zijn met het beoogde doel en de omvang van de middelen van een regeling.”
Subsidies worden volgens het CDA vooral ingezet voor projecten met aantoonbaar maatschappelijk belang, zoals verduurzaming, innovatie en het dekken van onrendabele maatschappelijke toppen. Hierbij wordt gekeken naar de maatschappelijke baten en wordt ondersteuning geboden via bestaande financieringsstromen, waaronder groene subsidies.
“Projecten met aantoonbaar maatschappelijk belang ... kunnen ondersteuning krijgen van overheden bij het dekken van de onrendabele top. Dat is mogelijk via het gericht inzetten van bestaande financieringsstromen, zoals groene subsidies...”
“We beprijzen om transities mogelijk te maken. Daarin zoeken we het evenwicht tussen beprijzen, normeren en subsidiëren, met betaalbaarheid en perspectief voor huishoudens en bedrijven.”
JA21 is kritisch over subsidies aan bedrijven en pleit voor een drastische afbouw van subsidies die markten verstoren of innovatie belemmeren. De partij wil dat de overheid zich terugtrekt uit het sturen van de economie via subsidies en zich beperkt tot faciliteren, met uitzondering van strategische sectoren waar ondersteuning noodzakelijk is voor de nationale autonomie. Concrete voorstellen zijn het minimaliseren van subsidieregelingen en het alleen ondersteunen van duurzaamheid als het economisch rendeert.
JA21 vindt dat subsidies vaak markten verstoren en innovatie belemmeren, en wil daarom een einde maken aan het sturen van de economie via subsidies. De partij ziet subsidies als een oorzaak van afhankelijkheid en pleit voor meer marktwerking en minder overheidsinmenging. Alleen waar het aantoonbaar bijdraagt aan welvaart of strategische autonomie, kan ondersteuning gerechtvaardigd zijn.
“Drastische afbouw van subsidies die markten versto-ren en innovatie belemmeren. Er komt een einde aan het sturen van de economie vanuit de overheid.”
“Het grote aantal subsidieregelingen tot een minimum beperken.”
“Voor ieder probleem worden nieuwe regelingen en subsidies bedacht. Dit maakt mensen afhankelijk en belemmert hun keuzevrijheid.”
JA21 maakt een uitzondering voor strategische sectoren en stelt dat duurzaamheid of circulaire economie alleen ondersteund moet worden als het economisch rendeert. Dit betekent dat subsidies of overheidssteun alleen worden ingezet als het aantoonbaar bijdraagt aan de nationale belangen of economische meerwaarde oplevert.
“Duurzaamheid en circulaire economie alleen ondersteunen als het rendeert.”
“Strategische sectoren en kritieke productieketens behouden en waar nodig terughalen naar Nederland. We ondersteunen deze sectoren zodat Nederland kan beschikken over essentiële goederen en technologieën...”
De VVD is terughoudend met het direct subsidiëren van bedrijven, maar wil wel gerichte ondersteuning bieden voor innovatie, verduurzaming en economische groei. De partij kiest voor investeringskortingen, maatwerkafspraken en investeringsmaatschappijen boven generieke subsidies, en benadrukt het belang van het stimuleren van eigen inkomsten en het verminderen van afhankelijkheid van overheidssubsidies.
De VVD wil bedrijven vooral ondersteunen via investeringskortingen, maatwerkafspraken en fiscale stimulansen, in plaats van brede subsidies. Dit moet innovatie en verduurzaming bevorderen, terwijl afhankelijkheid van structurele subsidies wordt voorkomen.
“Daarom onderzoeken we een investeringskorting voor bedrijven die willen verduurzamen en ondersteunen we bedrijven richting 2030 via maatwerkafspraken met een concreet en allesomvattend plan voor verduurzaming. Ook na 2030 blijft de overheid bedrijven helpen met een gerichte individuele aanpak.”
“We stimuleren zo veel mogelijk eigen inkomsten in plaats van subsidies. Daarmee maken we de culturele sector minder afhankelijk van overheidssubsidies.”
“Ook willen we regelluwe proeftuinen en adequate financiering via, onder andere, een investeringsmaatschappij voor start- en scale-ups.”
De VVD kiest ervoor om bedrijven te ondersteunen via investeringsmaatschappijen en innovatieplatforms, met name voor start- en scale-ups, in plaats van directe subsidies.
50PLUS is kritisch over het verstrekken van subsidies aan bedrijven en pleit voor het beperken van actieve industriepolitiek en het grondig doorlichten van bestaande overheidsuitgaven, inclusief subsidies en belastingvoordelen. Uitzonderingen worden alleen gemaakt voor het stimuleren van ouderenparticipatie op de arbeidsmarkt. De partij wil vooral verspilling en ondoelmatigheid tegengaan en ziet subsidies aan bedrijven doorgaans als ineffectief of ongewenst.
50PLUS wil stoppen met actieve industriepolitiek en het verstrekken van subsidies aan bedrijven, omdat dit volgens hen leidt tot verspilling en weinig effectief beleid. Uitzonderingen worden slechts tijdelijk toegestaan voor kritieke militair-industriële doelen. De partij ziet subsidies en belastingvoordelen als een bron van fraude en inefficiëntie en wil deze grondig evalueren en waar mogelijk schrappen.
“Stoppen met actieve industriepolitiek op nationaal en op Europees niveau, omdat dit beleid altijd eindigt in tranen. Hierbij kunnen tijdelijk uitzonderingen gelden voor kritieke militair-industriële doelen.”
“Een topteam ambtenaren en ondernemers onderzoekt alle overheidsuitgaven van alle ministeries op effectiviteit met als doel ten minste 10 miljard euro aan fraude, verspilling en ondoelmatigheden op te sporen aan de uitgavenkant van de collectieve sector.”
“Besparing van, per saldo, 5 miljard op fraude, verspilling en ondoelmatigheden binnen het woud van belastingfaciliteiten.”
Een uitzondering op het algemene kritische beleid is het stimuleren van bedrijven om ouderen in dienst te nemen, bijvoorbeeld via subsidies voor werkplekaanpassing of belastingvoordelen. Dit wordt gezien als noodzakelijk om leeftijdsdiscriminatie tegen te gaan en de arbeidsparticipatie van ouderen te verhogen.
“Bedrijven worden financieel gestimuleerd om ouderen in dienst te nemen, bijvoorbeeld door belastingvoordelen of subsidies voor de aanpassing van werkplekken.”
BVNL is uitgesproken tegen het subsidiëren van bedrijven en pleit voor het volledig afschaffen van subsidies, zowel in algemene zin als specifiek voor bedrijven. Hun visie is dat bedrijven moeten kunnen ondernemen zonder overheidsbemoeienis of financiële steun, omdat subsidies marktverstorend werken en leiden tot inefficiëntie.
BVNL wil alle subsidies voor bedrijven afschaffen, omdat zij vinden dat ondernemerschap en innovatie moeten worden gestimuleerd door minder regels, lagere belastingen en een beter vestigingsklimaat, niet door overheidssteun. Volgens BVNL zorgen subsidies voor marktverstoringen en inefficiëntie, en moeten bedrijven op eigen kracht concurreren.
BVNL is ook tegen het gebruik van subsidies om gedrag of keuzes van bedrijven te sturen, bijvoorbeeld in de energiesector of mobiliteit. Zij vinden dat de overheid zich niet moet bemoeien met bedrijfskeuzes via financiële prikkels.
“De overheid zal deze keuze niet door middel van belastingen of subsidies beïnvloeden.”
D66 wil subsidies voor bedrijven vooral inzetten om verduurzaming en innovatie te stimuleren, met een nadruk op voorspelbaarheid, toegankelijkheid en het afbouwen van fossiele subsidies. Tegelijkertijd is D66 kritisch op het verstrekken van generieke of inefficiënte subsidies aan bedrijven en pleit het voor slimme, doelgerichte ondersteuning waar deze het meeste effect heeft. De partij kiest voor een gelijk speelveld, waarbij duurzame bedrijven worden beloond en vervuilende subsidies versneld worden afgebouwd.
D66 vindt dat verduurzaming voor kleine en middelgrote bedrijven toegankelijker moet worden gemaakt via duidelijke, voorspelbare en toegankelijke subsidies. Dit moet ondernemers zekerheid geven voor investeringen en de overstap naar een groen bedrijfsmodel versnellen.
“We zorgen voor toegankelijke subsidies, zekerheid voor investeringen en snellere procedures voor beroep en bezwaar. Zo kunnen ondernemers sneller door en kan ook het mkb de stap zetten naar een groen bedrijfsmodel.”
D66 wil de bestaande fossiele subsidies versneld afbouwen om een gelijk speelveld te creëren voor duurzame bedrijven en om miljarden euro’s te besparen. De partij stelt voor om een vlaktaks op energiebelasting in te voeren als vervanging van het huidige degressieve stelsel.
“D66 wil fossiele subsidies sneller afbouwen en geeft ruimte aan duurzame innovatie. Dit bespaart miljarden euro’s en zorgt voor een gelijk speelveld voor duurzame bedrijven.”
“Om de fossiele subsidies sneller af te bouwen wordt een vlaktaks voor energiebelasting op aardgas en elektriciteit ingevoerd. Dit ter vervanging van het degressieve stelsel van energiebelasting.”
D66 is kritisch over het verstrekken van grootschalige, generieke subsidies aan bedrijven voor verduurzaming als dit elders effectiever kan. De partij pleit voor het afwegen van alternatieven zoals import, wanneer dat meer klimaatwinst oplevert.
“Import is soms verstandiger dan miljardensubsidies aan bedrijven verstrekken om hier duurzaam te produceren. Juist in Zuid-Europa en het Mondiale Zuiden leveren investeringen in vergroening vaak méér klimaatwinst op, bijvoorbeeld omdat de kosten lager zijn.”
FVD is kritisch over subsidies aan bedrijven en pleit vooral voor lastenverlichting en minder overheidsbemoeienis als stimulans voor ondernemerschap. Uitzondering vormt de landbouwsector, waar FVD innovatie via gerichte subsidies wil ondersteunen. Over het algemeen wil FVD subsidies beperken tot specifieke gevallen en niet als breed instrument inzetten voor het bedrijfsleven.
FVD maakt een uitzondering voor de agrarische sector en wil daar innovatie stimuleren met gerichte subsidies, vooral voor precisielandbouw. Dit wordt gepresenteerd als noodzakelijk om boeren te helpen moderniseren zonder extra bureaucratie, in tegenstelling tot het algemene beleid van lastenverlichting en deregulering.
FVD is uitgesproken tegen het verstrekken van subsidies aan activistische organisaties, NGO’s en organisaties die tegen de staat procederen. Dit standpunt is onderdeel van hun bredere visie om belastinggeld niet te besteden aan ideologische of activistische doelen, maar uitsluitend aan concrete maatschappelijke belangen.
“We stoppen alle subsidies voor organisaties die proefprocessen voeren tegen de staat. Ook niet-gouvernementele organisaties (NGO’s) krijgen geen subsidie meer.”
FVD wil subsidies uitsluitend inzetten voor het conserveren en restaureren van erfgoed en cultuur, en niet voor modieuze, ideologische of bedrijfsgerichte projecten. Dit is een duidelijke afbakening van het subsidiebeleid, waarbij bedrijven buiten de boot vallen tenzij het om cultureel erfgoed gaat.
“Subsidies moeten gericht zijn op het conserveren en restaureren van erfgoed en het uitdragen van onze cultuur, niet op modieuze of ideologische projecten.”
De PVV is kritisch op subsidies voor bedrijven en wil vooral ondoelmatige fiscale subsidies voor het bedrijfsleven schrappen. Ze richten zich specifiek op het beëindigen van klimaatsubsidies en andere vormen van financiële steun die volgens hen niet effectief zijn. Het vrijgekomen geld willen ze inzetten voor Nederlandse burgers en lastenverlichting.
De PVV vindt dat veel fiscale subsidies voor het bedrijfsleven verspilling zijn en wil deze daarom fors inperken. Volgens de partij zijn deze subsidies niet doelmatig en leveren ze te weinig op voor de Nederlandse samenleving. Het geld dat hiermee vrijkomt, moet ten goede komen aan de Nederlandse burger.
De PVV wil alle klimaatsubsidies, waaronder de SDE++ regeling, volledig schrappen. Zij zien deze subsidies als een vorm van verspilling en vinden dat bedrijven niet langer financieel ondersteund moeten worden voor klimaatmaatregelen. Dit past in hun bredere afwijzing van het huidige klimaatbeleid.
“SDE++ en andere klimaatsubsidies schrappen”