Volt wil studeren betaalbaar en toegankelijk maken door de basisbeurs te verhogen, de rente op studieleningen te beperken en de financiële druk op studenten te verlagen. Ze pleiten voor een renteplafond, rechtvaardige compensatie voor de 'pechgeneratie', het afschaffen van collegegeld voor vitale studies en het verbeteren van de aanvullende beurs. Hun visie is gericht op gelijke kansen en het wegnemen van financiële drempels voor alle studenten.
Volt ziet de stijgende rente op studieleningen als een bedreiging voor de betaalbaarheid van studeren en wil deze beperken. Daarnaast willen ze de 'pechgeneratie' compenseren door de rente op hun studieschuld te verlagen naar 0%, om zo de financiële druk te verlichten.
“Volt pleit voor verkenning van de mogelijkheden voor invoering van een renteplafond van 2,5% op studieleningen. Met de huidige stijging van de rentestanden en de ontoereikende basisbeurs dreigt studeren op termijn onbetaalbaar te worden voor grote groepen jongeren.”
“We maken ons hard voor een rechtvaardige compensatie van de pechgeneratie door de rente op hun studieschuld terug te brengen naar 0% en zo de financiële druk op die jongeren te verlichten.”
Volt wil de basisbeurs verhogen volgens het voorstel van het SER Jongerenplatform en de aanvullende beurs inkomensafhankelijk maken. Ook willen ze dat mbo-studenten onder dezelfde voorwaarden als hbo- en wo-studenten aanspraak kunnen maken op de aanvullende beurs.
“Zolang de plannen voor een basisinkomen nog niet zijn ingevoerd, verhogen we de basisbeurs conform het voorstel van het SER Jongerenplatform, inclusief inflatiecorrectie. De aanvullende beurs is inkomensafhankelijk en het recht op de beurs neemt evenredig af met de mogelijkheid van ouders om financieel bij te dragen.”
“Volt zorgt ervoor dat mbo-studenten, onder dezelfde gunstige voorwaarden als studenten in het hoger onderwijs, aanspraak kunnen maken op een aanvullende beurs. Dit doen we door de aanspraakgrond voor de aanvullende beurs voor mbo-studenten gelijk te trekken met die voor hbo- en wo-studenten (ouderlijk verzamelinkomen tot 70.000 euro).”
Volt wil het collegegeld afschaffen voor opleidingen die opleiden tot cruciale/vitale beroepen, zoals ICT, techniek, bouw, onderwijs en zorg, om deze studies aantrekkelijker en toegankelijker te maken.
“We beginnen met het afschaffen van het collegegeld voor opleidingen en studies die opleiden tot cruciale/vitale beroepen en sectoren, zoals ICT, techniek, bouw, onderwijs en zorg.”
Volt wil dat het aflossen van een studieschuld geen negatieve invloed heeft op het maximale leenbedrag bij het aanvragen van een hypotheek, zodat starters op de woningmarkt niet worden benadeeld door hun studieschuld.
“De staat moet garant staan voor de studieschuld bij de aanvraag van een hypotheek. Het maandelijks aflossen van een studieschuld mag geen impact hebben op het maximale leenbedrag van een starter op de woningmarkt.”
Volt wil een minimale stagevergoeding verplicht stellen voor fulltime stages, zodat studenten minder hoeven te lenen en stages eerlijker worden beloond.
“We verplichten een minimale stagevergoeding van 550 euro voor fulltime stages van zowel mbo-, hbo- als wo-opleidingen. Een fulltime stage moet gelijkwaardig beloond worden. Studenten die fulltime stage lopen kunnen daarnaast niet nog een bijbaantje hebben. Op deze manier hoeft er niet onnodig veel geleend te worden door studenten.”
JA21 wil het financieringsmodel van het hoger onderwijs fundamenteel veranderen: minder afhankelijkheid van studentenaantallen, meer focus op kwaliteit en maatschappelijke relevantie, en minder financiële prikkels voor het aanbieden van 'pretstudies' en het werven van buitenlandse studenten. Ze pleiten voor een stabielere en meer op maatschappelijke behoefte gebaseerde financiering, waarbij het Nederlands weer centraal staat als academische taal en de bezuiniging op het wetenschappelijk onderwijs wordt teruggedraaid.
JA21 vindt dat het huidige financieringsmodel, gebaseerd op studentenaantallen, leidt tot perverse prikkels zoals het aanbieden van irrelevante studies en het aantrekken van buitenlandse studenten als verdienmodel. Ze willen dat financiering meer wordt gebaseerd op kwaliteit, maatschappelijke impact en aansluiting bij de arbeidsmarkt, met een groter vast budgetdeel voor instellingen.
“JA21 pleit ervoor een groter deel van het budget als vaste voet toe te kennen onafhankelijk van de studentenaantallen, dit zorgt voor stabiliteit ook voor de onderwijsinstellingen in met name de regio’s die nu mede afhankelijk zijn van buitenlandse studentenaantallen. Voorts dient de financiering te worden gebaseerd op kwaliteit en maatschappelijke impact. Het Rijk moet sturen door de bekostiging afhankelijk te maken van of voldaan wordt aan een maatschappelijke behoefte of vraag vanuit het bedrijfsleven.”
“Een financieringsmodel op basis van kwaliteit, relevantie en maatschappelijke impact i.p.v. op basis van het aantal studenten;”
JA21 stelt dat het huidige model het aanbieden van 'pretstudies' en het werven van internationale studenten stimuleert, wat volgens hen ten koste gaat van Nederlandse studenten en de aansluiting op de arbeidsmarkt. Ze willen deze prikkels wegnemen en de instroom van buitenlandse studenten beperken.
“Kennisinstellingen in het hoger onderwijs worden naar rato van studentenaantallen door de rijksoverheid gefinancierd. Dit zorgt voor een ‘perverse prikkel’ om aantrekkelijke studies aan te bieden die vooral aansluiten bij de leef- en denkwereld van de aankomende student. Deze zogenaamde ‘pretstudies’ vinden nauwelijks aansluiting op de beroepspraktijk in een Nederlandse economische sector. Het financieringsmodel zorgt er ook voor dat het werven van internationale studenten een verdienmodel is geworden.”
“Minder instroom van buitenlandse studenten en voorrang bij inschrijving en huisvesting van Nederlandse studenten;”
JA21 wil de recente bezuiniging op het wetenschappelijk onderwijs van €500 miljoen terugdraaien om de kwaliteit van het hoger onderwijs te waarborgen.
De Partij voor de Dieren wil de financiële druk op studenten structureel verlagen door de basisbeurs fors te verhogen, het collegegeld te verlagen en de rente op studieschulden op 0% te zetten. Ook pleiten ze voor een ruimhartige compensatie voor de ‘pechgeneratie’ en het omzetten van de ov-kaart in een gift. Hun visie is dat studiefinanciering toegankelijk, eerlijk en stressverlagend moet zijn, zodat iedereen kan studeren zonder financiële zorgen.
De PvdD vindt de huidige basisbeurs te laag en het collegegeld te hoog, wat leidt tot financiële druk en ongelijkheid. Ze willen de basisbeurs verhogen en het collegegeld fors verlagen en gelijktrekken voor alle studenten, ongeacht leeftijd of eerdere studies, zodat studeren voor iedereen haalbaar blijft.
“De basisbeurs is veel te laag om zonder druk te kunnen studeren. Daarom verhogen we de basisbeurs naar minimaal 500 euro per maand voor uitwonende studenten en 130 euro per maand voor thuiswonende studenten.”
“Het collegegeld wordt fors verlaagd en voor alle studenten en opleidingen hetzelfde bedrag. Dit geldt ongeacht leeftijd, het aantal eerder gevolgde studies of behaalde diploma’s.”
De partij erkent de schade van het leenstelsel en wil de financiële positie van de ‘pechgeneratie’ gelijk trekken aan die van huidige studenten. De rente op studieschulden gaat structureel naar 0% en de compensatieregeling wordt fors verruimd.
“De compensatieregeling voor de ‘pechgeneratie’, de leenstelsel-studenten, wordt fors verruimd. De financiële positie van deze studenten wordt gelijk aan de studenten uit het huidige stelsel. De rente op studieschulden gaat structureel naar 0%.”
“Het afschaffen van de basisbeurs heeft veel schade aangericht: veel (oud-)studenten hebben een studieschuld van vele (tien)duizenden euro’s. Dit heeft de ongelijkheid tussen de pechgeneratie en de huidige studenten sterk vergroot. De huidige compensatieregeling is een druppel op een gloeiende plaat. De Partij voor de Dieren wil een eerlijke compensatieregeling, om te voorkomen dat de gevolgen van het leenstelsel voor verschillen blijven zorgen.”
De PvdD wil de ov-kaart voor studenten omzetten in een gift, geldig zolang de student studeert, om studiekosten verder te verlagen en mobiliteit te waarborgen.
“De ov-kaart voor studenten (mbo, hbo en universiteit) wordt omgezet in een gift en blijft geldig zolang de student studeert. Verlenging na deze periode vereist een actieve handeling, om vermijdbare kosten te voorkomen.”
De partij ziet het verlagen van financiële druk als essentieel voor het welzijn en de ontwikkeling van studenten. Ze willen dat studietijd ruimte biedt voor ontplooiing zonder stress over geld.
“Ook is het zaak om de financiële druk op studenten permanent te verlagen.”
NSC wil de toegankelijkheid van het hoger onderwijs waarborgen door de basisbeurs te behouden en de financiële positie van studenten te verbeteren, met speciale aandacht voor de ‘pechgeneratie’. Ze pleiten voor strengere regels rondom studiefinanciering voor internationale studenten en meer transparantie over studieschulden, zodat studenten bewuster financiële keuzes kunnen maken.
NSC vindt het belangrijk dat studiefinanciering de toegankelijkheid van het hoger onderwijs ondersteunt. Ze blijven voorstander van de basisbeurs en willen betaalbare huisvesting en vervoer stimuleren om studeren mogelijk te houden.
“Verder moet de toegankelijkheid van het hoger onderwijs worden gewaarborgd, daarom blijven we voorstander van de basisbeurs.”
NSC erkent de financiële problemen van studenten die onder het leenstelsel (‘pechgeneratie’) vielen en wil de rente op hun studieschuld definitief op 0% zetten.
“Naast de gerealiseerde extra tegemoetkoming voor studenten uit de pechgeneratie, willen we dat voor studenten die in die periode hun studieschuld hebben opgebouwd de rente definitief op 0% bevroren wordt.”
NSC wil misbruik van studiefinanciering door internationale studenten tegengaan door strengere regels, wachttijden en boetes bij dubbele financiering.
“We maken dat onmogelijk. Er komen zware boetes voor studenten die in twee landen studiefinanciering krijgen. We nemen ook maatregelen in EU-verband, zoals het verstrengen van de normen voor het krijgen van financiering.”
“We willen een wachttijd instellen voor het recht op een studiebeurs. En de regels in de EU zo aanpassen dat er voor EU-studenten pas bij veel meer werkuren recht ontstaat op een Nederlandse beurs.”
NSC wil dat studenten beter inzicht krijgen in hun leenbedrag en de gevolgen daarvan, zodat ze bewustere financiële keuzes kunnen maken.
“Een DUO-app moet studenten direct inzicht geven in hun leenbedrag en wat dit betekent voor toekomstige terugbetaling. Zo verbeteren we de voorlichting over studieleningen en helpen we studenten bewustere financiële keuzes te maken.”
De SGP wil de financiering van het hoger onderwijs versterken, met bijzondere aandacht voor praktijkgericht onderzoek en het waarborgen van een breed opleidingenaanbod. Ze pleiten voor investeringen in starters- en stimuleringsbeurzen, en willen dat de overheid minder directe invloed uitoefent op het aanbod van opleidingen via financieringsinstrumenten. De partij benadrukt het belang van regionale spreiding en ondersteuning van specifieke groepen studenten, zoals studerende moeders en mantelzorgers.
De SGP vindt dat praktijkgericht onderzoek een groter aandeel moet krijgen in de verdeling van onderzoeksmiddelen en dat de basisfinanciering van instellingen (eerste geldstroom) versterkt moet worden. Ze willen voorkomen dat de overheid via financieringsinstrumenten te veel invloed krijgt op het opleidingenaanbod en de verdeling van studenten.
“De financiering van praktijkgericht onderzoek wordt versterkt. Het praktijkgericht onderzoek krijgt een substantiëler aandeel in de verdeling van onderzoeksmiddelen.”
“De eerste geldstroom van instellingen wordt versterkt. Het is onwenselijk dat de Rijksoverheid door instrumenten zoals capaciteitsbekostiging nog meer invloed krijgt op het opleidingen-aanbod en de verdeling van studenten.”
De SGP wil extra investeren in beurzen voor startende onderzoekers en het stimuleren van onderzoek, om zo de instroom en ontwikkeling van academisch talent te bevorderen.
“Er komt een investering in starters- en stimuleringsbeurzen.”
De SGP wil dat er meer aandacht en ondersteuning komt voor studerende moeders en mantelzorgers, en dat collegegeldvrij studeren beter wordt gefaciliteerd om deelname aan het studentenleven en medezeggenschap te stimuleren.
De VVD wil de financiering van studies sterker koppelen aan arbeidsmarktperspectief en studiesucces. Ze stellen voor het collegegeld te verlagen voor studies in tekortsectoren, een kortstudeerbonus in te voeren voor studenten die nominaal afstuderen, en de bekostiging van instellingen deels afhankelijk te maken van het baanperspectief van afgestudeerden. De partij wil zo de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt verbeteren en verspilling van publieke middelen tegengaan.
De VVD wil studenten stimuleren om hun studie binnen de nominale termijn af te ronden door een financiële bonus te geven. Dit moet studiesucces bevorderen en de doorstroom naar de arbeidsmarkt versnellen, terwijl instellingen die studenten te lang laten studeren financieel worden aangesproken.
“Wie nominaal afstudeert en daarmee snel aan de slag kan op de arbeidsmarkt, krijgt een kortstudeerbonus. Hbo- en wo-bachelorstudenten die nominaal afstuderen (binnen vier jaar hbo en binnen drie jaar wo) krijgen een bonus.”
“Instellingen die hun studenten te lang over hun studie laten doen, betalen een vertragingsbijdrage. Daarbij zorgen we voor waarborgen dat studenten die langer de tijd nodig hebben vanwege bijvoorbeeld ziekte, topsport, ondernemerschap, bestuurlijke taken of mantelzorg, daardoor niet benadeeld worden.”
Om studenten te stimuleren te kiezen voor studies met goede arbeidsmarktperspectieven, wil de VVD het collegegeld verlagen voor opleidingen in sectoren met personeelstekorten. Tegelijkertijd willen ze het aantal studieplaatsen beperken bij opleidingen zonder goed arbeidsmarktperspectief.
“We maken studies in tekortsectoren zoals onder andere tech, zorg, onderwijs, veiligheid en klimaat aantrekkelijker door het collegegeld te verlagen. We beperken de studieplaatsen van studies waar evident geen (goed) arbeidsmarktperspectief is.”
De VVD wil dat de bekostiging van onderwijsinstellingen deels afhankelijk wordt van het arbeidsmarktperspectief van afgestudeerden. Hiermee willen ze instellingen prikkelen om opleidingen aan te bieden die aansluiten op de vraag van de arbeidsmarkt en verspilling van publieke middelen voorkomen.
“We stimuleren hogescholen en universiteiten om op te leiden voor de arbeidsmarktbehoefte en laten een deel van de bekostiging afhangen van het baanperspectief van afgestudeerde studenten.”
De VVD wil het bindend studieadvies behouden als instrument om uitval te voorkomen en studiesucces te stimuleren. Onderwijsinstellingen mogen zelf een passend bindend studieadvies kiezen.
“Bindend studieadvies blijft behouden: Onderwijsinstellingen mogen zelf een geschikt bindend studieadvies blijven kiezen. Hierdoor voorkomen we uitval en stimuleren we studiesucces.”
BVNL vindt dat studeren betaalbaar moet zijn en wil investeren in de jeugd, mede vanwege de negatieve gevolgen van het leenstelsel en het coronabeleid voor studenten. De partij pleit voor het stimuleren en betaalbaar maken van opleidingen en wil de toegang tot studentenwoningen voor Nederlandse studenten verbeteren door het aantal buitenlandse studenten te beperken.
BVNL ziet de huidige generatie studenten als een "pechgeneratie" die door het wegvallen van de basisbeurs en stijgende kosten in de problemen is gekomen. De partij wil daarom investeren in jongeren en ervoor zorgen dat opleidingen zowel theoretisch als praktisch toegankelijk en betaalbaar zijn.
Om de betaalbaarheid van studeren te verbeteren en de druk op de woningmarkt voor Nederlandse studenten te verlichten, wil BVNL het aantal buitenlandse studenten sterk beperken.
“Door een sterke beperking van het aantal buitenlandse studenten, krijgen Nederlandse studenten veel meer kans op een studentenwoning.”
“Scholen en universiteiten zetten in op minder buitenlandse studenten die met Nederlandse studenten concurreren voor een opleidingsplek en studentenkamer.”
Het CDA wil de druk op studenten verlagen door flexstuderen mogelijk te maken en werkgevers te stimuleren bij het aflossen van studieschulden van de leenstelselgeneratie. Daarnaast pleit het CDA voor een wettelijke stagevergoeding in het mbo en hoger onderwijs en een beursprogramma voor excellente studenten. De partij richt zich op het toegankelijker en eerlijker maken van studiefinanciering, met aandacht voor studentenwelzijn en het verminderen van schulden.
Het CDA wil studenten meer ruimte geven voor activiteiten naast hun studie door flexstuderen mogelijk te maken, waarbij collegegeld per vak wordt betaald. Dit verlaagt de financiële en prestatiedruk, vooral voor studenten die zich maatschappelijk inzetten.
“Studenten krijgen meer ruimte voor activiteiten naast hun studie. Daarom maken we flexstuderen mogelijk. Door collegegeld per vak te kunnen betalen, verlagen we de druk voor studenten die zich op een positieve manier inzetten voor de samenleving, bijvoorbeeld als jonge mantelzorger, vrijwilliger, bestuurslid of topsporter.”
Het CDA erkent de problematiek van de leenstelselgeneratie en wil het aantrekkelijker maken voor werkgevers om te helpen bij het terugbetalen van studieschulden.
“Een grote groep studenten van de leenstelselgeneratie heeft schulden opgebouwd die met de huidige regels nooit volledig terugbetaald gaan worden. We maken het aantrekkelijker voor werkgevers om te helpen bij het terugbetalen van studieschulden.”
Om de financiële positie van studenten te verbeteren, stelt het CDA een wettelijke stagevergoeding voor in het mbo en hoger onderwijs.
“Daarnaast voeren we een wettelijke stagevergoeding in voor stages in het mbo en hoger onderwijs.”
Het CDA wil prestaties waarderen door een beursprogramma voor excellente studenten in te voeren.
“We waarderen prestaties. Er komt een beursprogramma voor excellente studenten.”
De ChristenUnie pleit voor een rechtvaardiger en toekomstbestendig systeem van financiering voor het hoger onderwijs, waarbij instellingen minder afhankelijk worden van studentenaantallen en meer vaste financiering krijgen. Ze willen voorkomen dat internationale studenten nodig zijn om studies financieel overeind te houden en investeren gericht in kleine en levensbeschouwelijke studies. Over de individuele studiefinanciering voor studenten (zoals basisbeurs, leenstelsel, etc.) worden geen concrete voorstellen gedaan in de beschikbare fragmenten.
De ChristenUnie vindt dat het huidige financieringssysteem voor hoger onderwijsinstellingen te veel afhankelijk is van studentenaantallen, wat leidt tot financiële onzekerheid en druk op instellingen. Ze willen een systeem waarin de vaste voet groter wordt en de variabele voet kleiner, zodat instellingen stabieler gefinancierd worden en er meer ruimte is voor onderwijs en onderzoek.
“Een beter en rechtvaardiger systeem om instellingen in het hoger onderwijs te financieren is daarom nodig. In de nieuwe bekostiging worden studentenaantallen minder belangrijk, de vaste voet van instellingen groter en de variabele voet kleiner.”
De partij wil het financieringsmodel aanpassen zodat universiteiten niet langer afhankelijk zijn van internationale studenten om financieel te overleven. Dit moet de druk op voorzieningen verminderen en het Nederlandse karakter van het hoger onderwijs behouden.
“We passen het financieringsmodel aan om te voorkomen dat internationale studenten nodig zijn voor het voortbestaan van studies of instellingen.”
De ChristenUnie erkent het belang van kleine studies en levensbeschouwelijke universiteiten en wil deze gericht ondersteunen om een gevarieerd en waardevol onderwijsaanbod te behouden.
FVD wil studiefinanciering verbeteren door de basisbeurs te verhogen en de financiële positie van studenten te versterken. Daarnaast pleit de partij ervoor dat studieschulden niet meetellen bij hypotheekaanvragen, zodat starters sneller een huis kunnen kopen. FVD wil ook de ‘pechgeneratie’ royaal compenseren voor de misgelopen basisbeurs.
FVD vindt dat studeren betaalbaar moet zijn en wil daarom de basisbeurs verhogen en indexeren met de inflatie. Daarnaast wil de partij de studenten die tussen 2015 en 2023 geen basisbeurs ontvingen (“pechgeneratie”) royaal compenseren. Hiermee wil FVD de toegankelijkheid van het hoger onderwijs vergroten en de financiële druk op studenten verlagen.
FVD wil dat studieschulden niet langer worden meegewogen bij hypotheekaanvragen, omdat deze volgens de partij risicoloos zijn voor banken. Dit moet het voor starters makkelijker maken om een huis te kopen en voorkomt dat een studieschuld een blijvende belemmering vormt voor jonge mensen.
BBB wil de financiering van studiekosten eerlijker en doelmatiger maken door onder andere een plafond te overwegen voor de studieschuld van de 'pechgeneratie', het uitsluiten van studieschuld bij hypotheekaanvragen, en het verhogen van het collegegeld voor langstudeerders. De partij pleit daarnaast voor het betaalbaar houden van de Open Universiteit en wil dat investeringen in het hoger onderwijs vooral ten goede komen aan de kwaliteit van het onderwijs zelf.
BBB erkent de problematiek rondom hoge studieschulden, vooral voor de zogenoemde 'pechgeneratie', en wil onderzoeken of er een maximum kan worden gesteld aan de studieschuld. Daarnaast vindt BBB dat de studieschuld niet mag meewegen bij het aanvragen van een hypotheek, om zo de toegankelijkheid tot de woningmarkt voor jonge mensen te vergroten.
“Bekeken wordt of het mogelijk is een plafond te stellen aan de studieschuld van studenten uit de pechgeneratie. De studieschuld hoort niet te worden meegenomen bij een hypotheekaanvraag.”
Om de doelmatigheid van publieke middelen in het hoger onderwijs te bevorderen, wil BBB het collegegeld verhogen voor studenten die fors uitlopen in hun studie. Dit moet tijdige afronding stimuleren en ruimte creëren voor investeringen in de onderwijskwaliteit.
“Daarom willen we een hogere eigen bijdrage gaan vragen van studenten die fors uitlopen in hun studie. Door het collegegeld voor langstudeerders te verhogen, stimuleren we tijdige afronding van opleidingen, maken we ruimte voor investeringen in onderwijskwaliteit en verlagen we de kosten voor de belastingbetaler.”
BBB vindt het belangrijk dat de Open Universiteit, als herkansing voor mensen die eerder geen kans hadden op regulier HBO of WO, betaalbaar blijft. Dit vergroot de toegankelijkheid tot hoger onderwijs voor niet-traditionele studenten.
“BBB wil dat deze mogelijkheid betaalbaar blijft voor de deelnemers.”
BIJ1 wil het hoger onderwijs volledig gratis maken en de basisbeurs fors verhogen naar een leefbaar niveau voor alle studenten. Daarnaast pleit de partij voor het kwijtschelden van studieschulden van de zogenoemde ‘pechgeneratie’ en het verplicht stellen van een stagevergoeding op minimaal het minimumloon. Hun visie is dat studiefinanciering geen drempel mag zijn voor toegang tot onderwijs en dat studenten financieel ondersteund moeten worden.
BIJ1 vindt dat onderwijs een basisrecht is en dat financiële drempels studenten onnodig belemmeren. Daarom willen ze het collegegeld volledig afschaffen en de basisbeurs verhogen naar een niveau waarop studenten daadwerkelijk kunnen rondkomen, ongeacht of ze thuis- of uitwonend zijn. Hiermee wil de partij ongelijkheid tegengaan en studeren voor iedereen toegankelijk maken.
“Het collegegeld schaffen we af: beroepsonderwijs en de universiteit worden gratis. De basisbeurs maken we fors hoger naar een leefbaar niveau, voor inwonende en uitwonende studenten.”
BIJ1 erkent dat de zogenoemde ‘pechgeneratie’ onevenredig is benadeeld door het leenstelsel. Om deze groep tegemoet te komen, wil de partij hun studieschulden volledig kwijtschelden. Dit moet zorgen voor een eerlijke behandeling en het wegnemen van financiële stress bij deze studenten.
“Studieschulden van de ‘pechgeneratie’ schelden we kwijt.”
Om uitbuiting van stagiairs te voorkomen en studiekosten te verlichten, wil BIJ1 een verplichte stagevergoeding voor alle studenten, ongeacht onderwijsniveau. Stagiairs moeten minimaal het minimumloon ontvangen voor gewerkte uren, zodat stages geen extra financiële last vormen.
“Er komt een verplichte stagevergoeding voor studenten van alle onderwijsniveaus. Stagiairs verdienen minimaal een minimumloon voor gewerkte uren.”
D66 wil studiefinanciering eerlijker en toegankelijker maken, zodat studenten zonder torenhoge schulden kunnen studeren. Ze verhogen de basisbeurs, beperken de rente op studieschulden, en zorgen dat de ‘pechgeneratie’ geen rente betaalt. Daarnaast tellen studieschulden niet meer mee bij hypotheekaanvragen.
D66 wil de financiële druk op studenten verlagen door de basisbeurs te verhogen en de aanvullende beurs voor mbo-studenten gelijk te trekken met die voor hbo/wo-studenten. Dit moet bijdragen aan gelijke kansen en minder schulden.
“D66 verhoogt de basisbeurs met €166 euro per maand, zodat studenten beter kunnen rondkomen. Een mbo-student krijgt dezelfde aanvullende beurs als een student aan de hogeschool of universiteit.”
Om te voorkomen dat studenten met een hoge schuld aan hun werkende leven beginnen, wil D66 de rente op studieschulden maximeren en de ‘pechgeneratie’ compenseren door geen rente te rekenen.
“De rente op de studieschulden zetten we vast op maximaal 2,5%. Zo hoeven studenten hun werkende leven niet te beginnen met een hoge rekening. De ‘pechgeneratie’ betaalt geen rente over de studieschuld.”
D66 wil dat studieschulden geen belemmering vormen bij het kopen van een huis, en stelt daarom voor dat deze niet meer meetellen bij hypotheekaanvragen.
“We laten de studieschuld niet meer meetellen bij de hypotheekaanvraag.”
DENK wil studiefinanciering rechtvaardiger en toegankelijker maken door de basisbeurs te verhogen, de aanvullende beurs uit te breiden, de rente op studieschulden af te schaffen en volledige compensatie te bieden aan de pechgeneratie. Hiermee wil DENK de financiële drempels voor studenten verlagen en ongelijkheid in het hoger onderwijs tegengaan.
DENK vindt dat studiefinanciering studenten beter moet ondersteunen en meer jongeren toegang moet geven tot het hoger onderwijs. Door de basisbeurs te verhogen en de inkomensgrenzen voor de aanvullende beurs te verruimen, wil DENK financiële barrières wegnemen.
“Verhoging van de basisbeurs en verruiming van inkomensgrenzen voor de aanvullende beurs, zodat meer studenten hiervoor in aanmerking komen.”
DENK wil de financiële druk op studenten verminderen door de rente op studieschulden volledig af te schaffen. Dit moet studeren betaalbaarder maken en de schuldenlast beperken.
“Afschaffen van rente op studieschulden. Die moet terug naar nul procent en daar blijven.”
DENK erkent het onrecht dat de pechgeneratie is aangedaan door het leenstelsel en wil volledige compensatie bieden, niet slechts gedeeltelijk.
“Volledige compensatie voor de pechgeneratie. Gedeeltelijke compensatie doet geen recht aan het onrecht.”
GroenLinks-PvdA wil de financiële druk op studenten verlichten door het verhogen van het inkomen voor mbo-, hbo- en wo-studenten via een eerlijke basisbeurs. Daarnaast streven ze naar meer maatwerk bij het aanvragen van een hypotheek voor starters met een studieschuld en willen ze de financiering van hoger onderwijs stabieler en minder afhankelijk maken van het aantal diploma’s. Hun visie is gericht op het verminderen van financiële stress bij jongeren en het creëren van meer zekerheid voor studenten en onderwijsinstellingen.
GroenLinks-PvdA erkent dat financiële stress een groot probleem is voor studenten en wil dit aanpakken door het verhogen van het inkomen via een eerlijke basisbeurs voor mbo-, hbo- en wo-studenten. Ook minderjarige mbo-studenten die niet meer thuis wonen krijgen een basisbeurs. Dit moet het mentale welzijn van jongeren verbeteren en de toegankelijkheid van het onderwijs vergroten.
“We verhogen daarom het inkomen voor mbo-, hbo- en wo-studenten. Minderjarige mbo-studenten die niet meer thuis wonen krijgen ook een basisbeurs.”
De partij wil dat starters met een studieschuld meer maatwerk krijgen bij het aanvragen van een hypotheek. Dit moet voorkomen dat een studieschuld een onevenredig grote belemmering vormt voor het kopen van een huis.
“Er komt meer maatwerk voor starters bij het aanvragen van een hypotheek in geval van een studieschuld.”
GroenLinks-PvdA wil dat de financiering van universiteiten en hogescholen minder afhankelijk wordt van het aantal uitgereikte diploma’s. Door meer zekerheid en stabiliteit in de financiering kunnen onderwijsinstellingen sneller vaste contracten aanbieden en wordt de prikkel tot onderlinge concurrentie verminderd.
“De financiering van het onderwijs op universiteiten en hogescholen wordt minder afhankelijk van het aantal uitgereikte diploma’s. Er komt meer zekerheid en stabiliteit in financiering, zodat universiteiten en hogescholen sneller vaste contracten kunnen aanbieden.”
De SP wil studiefinanciering radicaal hervormen door studeren schuldenvrij en toegankelijk te maken voor iedereen. Ze schaffen het leenstelsel af, verhogen de basisbeurs, compenseren de 'pechgeneratie', maken het mbo-lesgeldvrij en streven uiteindelijk naar gratis onderwijs op alle niveaus. Hiermee wil de SP voorkomen dat financiële drempels jongeren weerhouden van studeren en de ongelijkheid vergroten.
De SP vindt dat studeren geen schuldenval mag zijn en dat financiële drempels moeten verdwijnen. Daarom willen ze het leenstelsel definitief afschaffen, de basisbeurs verhogen, de rente op studieleningen op 0% zetten en de 'pechgeneratie' ruimhartig compenseren. Uiteindelijk moet onderwijs op mbo, hbo en universiteit gratis worden, net als het basis- en voortgezet onderwijs.
“Studeren moet toegankelijk zijn voor iedereen die dat kan en wil. Iedere student krijgt een hogere basisbeurs, zodat studeren geen schuldenval meer is. Het leenstelsel schaffen we definitief af. De generatie die daaronder viel krijgt een ruimhartige compensatie. De rente op studieleningen wordt permanent op 0 procent gezet.”
“We beginnen met het schrappen van het lesgeld voor mbostudenten en maken daarna ook studeren op hogescholen en universiteiten gratis. Het is pure willekeur dat basis en middelbaar onderwijs gratis zijn, maar mbo, hbo en universiteit niet.”
De SP wil dat stagiairs een minimale stagevergoeding krijgen, zodat zij geen schulden hoeven te maken tijdens hun opleiding. Dit verlaagt de financiële druk op studenten, vooral tijdens verplichte stages.
“Stagiairs krijgen voortaan een minimale stagevergoeding, zodat zij geen schulden hoeven te maken.”
50PLUS doet in haar verkiezingsprogramma geen concrete voorstellen of uitspraken over de financiering van studie of studiekosten voor Nederlandse studenten. Het programma bevat geen standpunten over studiefinanciering, het leenstelsel, collegegeld, of gerichte financiële ondersteuning voor studenten. Alleen studiemigratie wordt kort genoemd, maar zonder relatie tot studiefinanciering.
50PLUS benoemt studiemigratie uitsluitend in het kader van migratiebeperking en de verantwoordelijkheid van onderwijsinstellingen, zonder enige relatie tot studiefinanciering.
“Bij studiemigratie zijn de universiteiten en hogescholen medeverantwoordelijk. Dat zal leiden tot een gezonde beperking van het aantal arbeids- en studiemigranten.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma