BVNL wil studentenhuisvesting verbeteren door het aantal buitenlandse studenten sterk te beperken en het delen van woningen en studentenhuizen weer toe te staan. De partij ziet het woningtekort als gevolg van overheidsbemoeienis en immigratie, en pleit voor deregulering en meer vrijheid voor woningdelen om de druk op de studentenwoningmarkt te verlichten.
BVNL stelt dat het grote aantal buitenlandse studenten de kansen van Nederlandse studenten op een studentenwoning verkleint. Door het aantal buitenlandse studenten fors te beperken, wil de partij de druk op de studentenhuisvesting verminderen en Nederlandse studenten meer kansen geven.
“Door een sterke beperking van het aantal buitenlandse studenten, krijgen Nederlandse studenten veel meer kans op een studentenwoning. Studentenhuizen worden weer toegestaan.”
“Minder buitenlandse studenten, waardoor Nederlandse studenten meer kans krijgen op een opleidingsplek of een studentenkamer.”
“Scholen en universiteiten zetten in op minder buitenlandse studenten die met Nederlandse studenten concurreren voor een opleidingsplek en studentenkamer.”
“Huurtoeslag (huursubsidie) schaffen we af, maar zolang deze regeling bestaat is hij alleen beschikbaar voor Nederlanders, niet voor expats en buitenlandse studenten.”
BVNL wil het delen van woningen en het gebruik van studentenhuizen vergemakkelijken. Door woningdelen en studentenhuizen weer toe te staan, verwacht de partij dat de druk op de woningmarkt, vooral in studentensteden, direct zal afnemen.
Om het aanbod van studentenwoningen snel te vergroten, pleit BVNL voor het vergunningsvrij splitsen van grote woningen en het optoppen (extra verdiepingen) van bestaande gebouwen. Dit moet direct meer woonruimte opleveren zonder extra ruimtebeslag.
“Maak het splitsen van grote woningen in kleinere woningen vergunningsvrij. Dit leidt onmiddellijk tot meer woningen, zonder dat hiervoor extra ruimte wordt gebruikt.”
“Pas landelijk bestemmingsplannen aan, zodat extra verdiepingen op bestaande gebouwen kunnen worden gebouwd (het zogenaamde optoppen) en bouw überhaupt meer in de hoogte om kostbare ruimte te besparen.”
BVNL wil de kostendelersnorm afschaffen, zodat mensen, waaronder studenten, kunnen samenwonen zonder dat hun uitkering wordt gekort. Dit maakt samenwonen in studentenhuizen financieel aantrekkelijker.
“Schaf de kostendelersnorm af, zodat mensen kunnen samenwonen zonder een deel van hun uitkering te verliezen.”
De SP vindt dat studenten recht hebben op betaalbare en toegankelijke huisvesting en wil het woningtekort onder studenten aanpakken door meer studentenwoningen en kamers te realiseren. Ze pleiten voor het bouwen van jongeren- en studentenwoningen, het ombouwen van leegstaande panden, en het mogelijk maken van huurtoeslag voor studentenkamers. De partij benadrukt dat goede OV-verbindingen en betaalbare huren vanzelfsprekend moeten zijn voor studentenhuisvesting.
De SP wil het tekort aan studentenhuisvesting oplossen door actief te investeren in de bouw van extra jongeren- en studentenwoningen, zowel op campussen als in steden en dorpen. Dit moet studeren en zelfstandig wonen voor jongeren en studenten bereikbaar maken, ongeacht hun achtergrond of inkomen.
“We bouwen er duizenden jongerenwoningen bij, op campussen, in steden en dorpen.”
“Voor studenten en werkende jongeren komen er meer kamers, mét huurtoeslag.”
“Jongeren krijgen recht op een betaalbare huurwoning. We gaan huurwoningen bouwen en leegstaande kantoren vullen met goede woningen.”
De SP ziet het benutten van leegstaande kantoren en gebouwen als een directe oplossing voor het tekort aan studentenhuisvesting. Door leegstand aan te pakken en panden snel bewoonbaar te maken, willen ze extra woonruimte creëren voor studenten en andere jongeren.
“Leegstaande panden worden extra belast, zodat speculatie niet langer loont. Als eigenaren geen plannen hebben om de panden te gebruiken of geschikt te maken voor bewoning, kunnen gemeenten deze onteigenen. We zetten leegstand om in woonruimte. Gebouwen die nu leegstaan, worden zo snel mogelijk bewoonbaar gemaakt voor jongeren, starters, dak en thuisloze mensen en andere woningzoekenden.”
“We gaan huurwoningen bouwen en leegstaande kantoren vullen met goede woningen.”
De SP wil dat studenten toegang krijgen tot huurtoeslag voor kamers, zodat wonen voor studenten betaalbaar blijft. Dit moet voorkomen dat studenten in financiële problemen komen door hoge woonlasten.
“Natuurlijk moeten hier goede ov verbindingen zijn en een betaalbare huur wordt vanzelfsprekend.”
Volt erkent het tekort aan studentenhuisvesting en wil betaalbaar, veilig en prettig wonen voor studenten mogelijk maken. Ze stellen voor om woningdelen eenvoudiger te maken, hospitaverhuur te stimuleren, innovatieve woonvormen te ondersteunen en het splitsen en transformeren van bestaande gebouwen te bevorderen. Daarnaast willen ze monitoring van het welzijn van internationale studenten verbeteren, specifiek op het gebied van huisvesting.
Volt wil het woningdelen voor studenten eenvoudiger maken en investeert in innovatieve en coöperatieve woonvormen, zodat studenten sneller en betaalbaarder op kamers kunnen wonen. Ze pakken onwenselijke short-stayconstructies aan en stimuleren het splitsen en transformeren van bestaande gebouwen om het woningaanbod voor studenten te vergroten.
“Het tekort aan woningen dwingt bijvoorbeeld studenten tot lange reistijden of onzekere woonsituaties. We maken het woningdelen voor iedereen eenvoudiger, bijvoorbeeld door gemeenten te helpen om hospitaverhuur te stimuleren. Daarnaast bouwen we tijdelijk en permanent bij, pakken eenzaamheid aan en stoppen met onwenselijke short-stayconstructies.”
“We investeren in innovatieve en coöperatieve leef- en woonvormen. Niet alleen voor studenten en senioren, maar voor iedereen die in meer sociale samenhang wil leven.”
“Door het beter benutten van bestaande bouw kan de woningvoorraad verder worden vergroot. De Rijksoverheid ontwikkelt in samenspraak met regionale overheden en partners in de huisvesting een landelijke stimuleringsmaatregel voor het splitsen, optoppen, aanplinten, bijplaatsen en transformeren van bestaande bebouwingen.”
Volt wil op korte termijn meer (tijdelijke) woningen realiseren en het delen van een woning financieel aantrekkelijker maken, zodat jongeren daadwerkelijk op kamers kunnen wonen. Ze willen de kostendelersnorm afschaffen en benadrukken dat een gebrek aan betaalbare woningen nooit tot onveilige situaties mag leiden.
“We zorgen op korte termijn voor meer (tijdelijke) woningen. Ook moet het delen van een woning financieel aantrekkelijker gemaakt worden, onder andere door de kostendelersnorm af te schaffen. Een gebrek aan betaalbare woningen mag nooit een reden zijn om in een onveilige situatie te blijven... jongeren moeten op kamers kunnen wonen.”
Volt erkent de specifieke uitdagingen voor internationale studenten en wil dat hun welzijn, waaronder huisvesting, beter wordt gemonitord en ondersteund.
“De monitoring van het welzijn onder internationale studenten moet verbeterd worden, onder andere op het gebied van huisvesting, mentale gezondheid en sociaal-economische omstandigheden.”
Volt wil multi-inzetbare opvangplekken creëren die snel op- en afgeschaald kunnen worden, waarbij lege plekken beschikbaar komen voor spoedzoekers en studenten.
“Volt zet in op multi-inzetbare opvang, die snel op- en afgeschaald kan worden. Lege plekken komen beschikbaar voor spoedzoekers en studenten.”
BIJ1 ziet studentenhuisvesting als onderdeel van het bredere woonrecht en wil studenten dezelfde bescherming en toegang tot betaalbare woningen geven als andere groepen. Hun belangrijkste voorstellen zijn het niet langer uitzonderen van studenten van vaste huurcontracten, het automatisch inschrijven van jongeren (inclusief studenten) voor sociale huur, en het fors uitbreiden van betaalbare, sociale woningen. BIJ1 wil de macht van huisjesmelkers en commerciële verhuurders inperken en studenten structureel beter beschermen tegen uitbuiting en onzekerheid.
BIJ1 wil dat studenten dezelfde huurbescherming krijgen als andere huurders, door hen niet langer uit te zonderen van de Wet Vaste Huurcontracten. Dit moet de woonzekerheid van studenten vergroten en tijdelijke, onzekere contracten tegengaan.
“Studenten worden niet meer uitgezonderd op de Wet Vaste Huurcontracten.”
Om de toegang tot betaalbare huisvesting voor jongeren en studenten te verbeteren, wil BIJ1 dat jongeren op hun 16e automatisch worden ingeschreven voor Woningnet in hun woonplaats. Dit verkleint de wachttijd en vergroot de kans op een sociale huurwoning tijdens of na de studie.
“Ook worden jongeren op hun 16e automatisch ingeschreven voor Woningnet in hun woonplaats.”
BIJ1 pleit voor een nationaal bouwbedrijf dat grootschalig kwalitatieve, duurzame sociale huurwoningen bouwt, met prioriteit voor jongeren (waaronder studenten). Dit moet het tekort aan betaalbare studentenhuisvesting structureel oplossen.
“De prioriteit ligt bij het realiseren van passende, betaalbare woningen voor jongeren, ouderen en mensen met lage inkomens.”
BIJ1 wil alle huren verlagen, ook in de vrije sector, en huisjesmelkers streng aanpakken. Dit beschermt studenten tegen te hoge huren en slechte verhuurpraktijken, die juist in studentenhuisvesting veel voorkomen.
“We zorgen dat huisjesmelkers niet méér huur aan jou kunnen rekenen dan eerlijk is, met bindende maximumprijzen voor elke woning. Te hoge huren maken we lager. Ook in de vrije sector, met terugwerkende kracht.”
“We gaan huisjesmelkers stevig aanpakken en huurders tegen hen beschermen.”
D66 erkent het tekort aan betaalbare studentenhuisvesting als een urgent probleem en wil fors meer studentenwoningen realiseren voor mbo-, hbo- en wo-studenten. Ze stellen voor om bestaande gebouwen om te bouwen, regels voor kamer- en woningsplitsing te versoepelen, en gemeenten te verplichten om ook voor studenten te bouwen. Daarnaast willen ze gelijke toegang tot studentenhuisvesting voor mbo-studenten.
D66 wil het nijpende tekort aan studentenhuisvesting aanpakken door fors meer studentenwoningen te bouwen, bestaande gebouwen om te bouwen en regels voor kamer- en woningsplitsing te versoepelen. Dit moet de beschikbaarheid en betaalbaarheid van studentenwoningen vergroten en wachttijden verkorten.
“We bouwen veel meer studentenhuizen voor alle studenten: mbo, hbo en wo. Bestaande gebouwen worden omgebouwd naar studentenhuizen. We versoepelen de regels voor kamerverhuur. We maken het makkelijk om huizen te splitsen en te delen.”
D66 vindt dat gemeenten structureel moeten bijdragen aan studentenhuisvesting en wil een bouwquotum invoeren, zodat elke gemeente verplicht wordt om ook voor studenten te bouwen. Dit moet de regionale ongelijkheid in het aanbod van studentenwoningen tegengaan.
D66 wil dat mbo-studenten dezelfde toegang krijgen tot studentenhuisvesting als hbo- en wo-studenten, om zo kansengelijkheid te bevorderen en discriminatie tussen studentengroepen tegen te gaan.
“Mbo-studenten krijgen dezelfde toegang tot studentenhuisvesting, dezelfde voordelen voor studenten en toegang tot sport, cultuur en verenigingen als hbo en wo-studenten.”
D66 vindt dat onderwijsinstellingen bij internationalisering ook verantwoordelijk moeten blijven voor het zorgen voor huisvesting en een fijne leefomgeving voor internationale studenten.
“Wel moeten zij blijven zorgen voor huisvesting en een fijne leefomgeving.”
De Partij voor de Dieren wil het tekort aan studentenhuisvesting oplossen door snel duurzame en betaalbare studentenwoningen te realiseren, bij voorkeur door bestaande leegstaande (kantoor)gebouwen te transformeren. Ze pleiten voor het inzetten van flexwoningen waar het tekort nijpend is, mits deze duurzaam en herbruikbaar zijn, en willen speculatie en huisjesmelkerij tegengaan door strengere regulering van de huurmarkt. De partij ziet studentenhuisvesting als onderdeel van een bredere volkshuisvestingsopgave, waarbij de belangen van woningzoekenden centraal staan.
De PvdD wil het tekort aan studentenwoningen aanpakken door bestaande leegstaande gebouwen te transformeren tot duurzame studentenwoningen. Flexwoningen mogen alleen als tijdelijke oplossing dienen waar het tekort nijpend is, en moeten duurzaam en volledig herbruikbaar zijn. Dit beleid richt zich op het snel creëren van betaalbare woonruimte voor studenten zonder extra druk op het milieu.
“Het tekort aan studentenwoningen wordt opgelost door snel duurzame woningen te realiseren, bij voorkeur in leegstaande (kantoor)gebouwen. Waar een nijpend tekort is, kunnen flexwoningen worden ingezet, mits ze duurzaam en volledig herbruikbaar zijn.”
De partij stelt dat de overheid moet ingrijpen om te zorgen dat er gebouwd wordt waar echt behoefte aan is, zoals betaalbare studentenwoningen, in plaats van dure woningen voor investeerders. Dit is een reactie op het huidige beleid waarbij financiële belangen boven de woonbehoefte van studenten en andere woningzoekenden worden gesteld.
“We willen dat studenten betaalbaar op kamers kunnen en dat jonge gezinnen een huur- of koopwoning vinden die bij hun gezins-situatie past.”
“De wooncrisis kan alleen worden opgelost als gevestigde financiële belangen plaatsmaken voor de belangen van mensen die een woning nodig hebben, van woningmarkt naar volkshuisvesting.”
Om studenten te beschermen tegen hoge huren en uitbuiting door huisjesmelkers, wil de PvdD het woningwaarderingsstelsel (WWS) dwingend maken voor alle woningen, inclusief kamers. Dit voorkomt dat verhuurders het puntensysteem omzeilen en zorgt voor betaalbare studentenhuisvesting.
“We maken het woningwaardenstelsel (WWS) dwingend, zodat we excessieve huurprijzen tegengaan en voorkomen dat huisbazen het puntensysteem voor kamers omzeilen.”
De PvdD wil dat het aantal buitenlandse studenten dat wordt toegelaten, wordt afgestemd op de beschikbare studentenhuisvesting. Dit voorkomt extra druk op de toch al krappe studentenwoningmarkt.
“Het aantal buitenlandse studenten dat wordt aangetrokken moet worden afgestemd op beschikbare huisvesting voor studenten en het borgen van de onderwijskwaliteit.”
DENK erkent het tekort aan betaalbare woningen als een urgent probleem dat ook studenten raakt, maar noemt studentenhuisvesting niet expliciet. Hun belangrijkste voorstellen zijn het versneld bouwen van betaalbare woningen, het afschaffen van regels die woningdelen belemmeren, en het investeren in sociale huur. De partij wil zo de woningmarkt toegankelijker maken voor groepen zoals studenten, maar biedt geen specifieke maatregelen voor studentenhuisvesting.
DENK wil het woningtekort snel oplossen door jaarlijks 100.000 woningen te bouwen, met een nadruk op betaalbaarheid. Dit moet ook de druk op studentenhuisvesting verlichten, al wordt deze doelgroep niet expliciet genoemd. De focus ligt op het vergroten van het aanbod en het reguleren van prijzen.
Om meer woningruimte beschikbaar te maken, wil DENK regels schrappen die het delen van woningen bemoeilijken. Dit is relevant voor studenten die vaak in gedeelde woningen wonen.
“We schaffen de kostendelersnorm af en andere regels die woningdelen belemmeren worden ook afgeschaft. Hiermee komt er meer woningruimte beschikbaar.”
DENK wil meer investeren in sociale huurwoningen en de inkomensgrenzen verruimen, zodat meer mensen – waaronder studenten – hiervoor in aanmerking kunnen komen.
“Wij willen meer investeren in sociale huur. Dat betekent dat woningcorporaties meer budget krijgen. Heffingen voor woningcorporaties, zoals de ATAD, worden afgeschaft. Meer mensen komen in aanmerking voor een sociale huurwoning. De inkomensgrenzen worden verruimd.”
JA21 erkent het tekort aan studentenhuisvesting als onderdeel van de bredere woningnood en wil Nederlandse studenten voorrang geven bij inschrijving en huisvesting. De partij pleit voor het beperken van de instroom van buitenlandse studenten om de druk op de kamermarkt te verlichten en wil daarnaast het woningaanbod voor jongeren vergroten door flexibele en kleinere woonvormen te stimuleren.
JA21 vindt dat Nederlandse studenten voorrang moeten krijgen bij inschrijving en huisvesting, mede vanwege de druk die internationale studenten op de kamermarkt veroorzaken. Dit standpunt is direct gericht op het verbeteren van de positie van Nederlandse studenten op de woningmarkt.
“Minder instroom van buitenlandse studenten en voorrang bij inschrijving en huisvesting van Nederlandse studenten;”
“Het financieringsmodel zorgt er ook voor dat het werven van internationale studenten een verdienmodel is geworden. Dat gaat ten koste van Nederlandse studenten, bijvoorbeeld door de enorme druk op de woning- en kamermarkt.”
JA21 wil het woningaanbod voor jongeren vergroten door bestaande gebouwen te transformeren, splitsen en fabrieksmatige bouw van kleine woningen te stimuleren. Hoewel dit niet exclusief over studentenhuisvesting gaat, zijn deze maatregelen relevant voor studenten die vaak op zoek zijn naar betaalbare, kleine woonruimtes.
“Het benutten van de huidige vastgoedvoorraad door optoppen, transformeren en splitsen van gebouwen en woningen waardoor gebruik gemaakt kan worden van bestaande infrastructuur en de stikstofuitstoot beperkter is.”
“Fabrieksmatige bouw stimuleren ook voor woningen met name in het segment één en tweepersoonshuishoudens zonodig aangevuld met import van fabrieksmatig geproduceerde modulaire tiny houses uit het buitenland.”
NSC erkent dat studentenhuisvesting een groot probleem is en wil betaalbare woonruimte voor studenten stimuleren, onder andere door campuswonen te bevorderen en de instroom van internationale studenten te koppelen aan beschikbare huisvesting. Daarnaast wil NSC misstanden op de kamerverhuurmarkt aanpakken en hospitaverhuur stimuleren om het woningtekort voor studenten te verlichten. Hun visie is gericht op het waarborgen van toegankelijkheid tot het hoger onderwijs door betaalbare huisvesting en het tegengaan van verdringing op de woningmarkt.
NSC ziet het tekort aan betaalbare studentenwoningen als een belemmering voor de ontwikkeling en zelfstandigheid van studenten. Ze willen regio’s ondersteunen bij het realiseren van betaalbare huisvesting op of nabij campussen, zodat studenten niet noodgedwongen thuis hoeven te blijven wonen en de druk op de reguliere woningmarkt afneemt.
“We steunen regio’s met plannen voor ‘betaalbaar wonen op de campus/rondom instellingen’. Dit heeft ook een positief effect op de beschikbaarheid van woningen elders in de stad.”
Om verdringing op de woningmarkt te voorkomen, wil NSC de toelating van internationale studenten afhankelijk maken van de beschikbare studentenhuisvesting per regio en sector. Dit moet voorkomen dat buitenlandse studenten de toch al schaarse woonruimte verder onder druk zetten.
“De instroom van buitenlandse studenten wordt gerelateerd aan de beschikbare capaciteit aan woonruimte en opleidingsplaatsen in studentensteden.”
NSC wil misbruik van het puntensysteem en torenhoge huren bij kamerverhuur tegengaan, en tegelijkertijd hospitaverhuur aantrekkelijker maken door de kamervrijstelling te verhogen en tijdelijke verhuur te vergemakkelijken. Dit moet het aanbod van betaalbare kamers voor studenten vergroten.
“Misbruik van het puntensysteem bij kamerverhuur, met torenhoge huurprijzen tot gevolg, moet worden tegengegaan. Een huurder kan eenvoudiger een lagere huur afdwingen als de verhuurder zich niet aan het puntensysteem houdt.”
“We stimuleren hospitaverhuur door de kamervrijstelling te verhogen en tijdelijke verhuur makkelijker te maken. Zo helpen we woningnood te verminderen.”
BBB vindt studentenhuisvesting belangrijk voor de persoonlijke ontwikkeling en het welzijn van studenten. De partij wil verhuurregels voor studenten versoepelen, meer ruimte bieden voor tijdelijke huurcontracten en studentenhuisvesting stimuleren met gemeenschappelijke ruimtes om vereenzaming tegen te gaan.
BBB wil het makkelijker en aantrekkelijker maken om kamers te verhuren aan studenten, onder andere door het versoepelen van verhuurregels en het stimuleren van tijdelijke huurcontracten. Hiermee wil de partij het aanbod vergroten en verhuurders minder afschrikken, zodat studenten sneller aan woonruimte kunnen komen.
BBB benadrukt het belang van studentenhuisvesting met gemeenschappelijke ruimtes om sociale contacten en welzijn te bevorderen. Hiermee wil de partij vereenzaming onder studenten tegengaan en bijdragen aan hun persoonlijke ontwikkeling.
“Wij vinden het belangrijk dat studentenhuisvesting voorziet in gemeenschappelijke ruimtes, waardoor studenten aanspraak hebben en niet vereenzamen.”
Het CDA erkent het tekort aan studentenhuisvesting en wil samen met gemeenten, onderwijsinstellingen en woningcorporaties investeren in meer en betere studentenwoningen. Ze pleiten voor het opnieuw mogelijk maken van tijdelijke huurcontracten voor studenten, het afschaffen van de kostendelersnorm en het creëren van ontmoetingsruimten in studentenhuisvesting.
Het CDA wil dat gemeenten, universiteiten, hogescholen en woningcorporaties gezamenlijk investeren in passende studentenhuisvesting, met specifieke aandacht voor ontmoetingsruimten. Hiermee willen ze het tekort aan studentenwoningen aanpakken en de leefbaarheid van studentensteden vergroten.
“Het CDA wil dat gemeenten, universiteiten, hogescholen en woningcorporaties samen investeren in passende studentenhuisvesting met specifieke aandacht voor ontmoetingsruimten.”
Het CDA ziet dat het verbod op tijdelijke huurcontracten nadelig uitpakt voor studenten en kleine verhuurders. Ze willen daarom gerichte verruimingen zodat tijdelijke contracten voor studenten weer mogelijk worden, wat de flexibiliteit en beschikbaarheid van studentenhuisvesting vergroot.
“We maken tijdelijke contracten voor studenten weer mogelijk en creëren huisvesting door de kostendelersnorm af te schaffen.”
“Waar kleine verhuurders onevenredig worden geraakt door het verbod op tijdelijke huurcontracten met name voor studenten, bezien we gerichte verruimingen waar zowel huurder als verhuurder mee kunnen leven.”
De ChristenUnie erkent het tekort aan studentenhuisvesting en wil dit aanpakken door meer studentenkamers te bouwen, hospitaverhuur aantrekkelijker te maken en particuliere verhuur te stimuleren. Daarnaast pleit de partij voor het toegankelijk maken van huursubsidie voor bewoners van studentenkamers. Hun visie is gericht op het vergroten van het aanbod, het verbeteren van betaalbaarheid en het versterken van de positie van studenten op de woningmarkt.
De ChristenUnie wil het tekort aan studentenhuisvesting verminderen door actief te investeren in de bouw van studentenkamers en het versoepelen van regels rond hospitaverhuur. Hiermee wil de partij studenten de kans geven om in hun studiestad te wonen en hun sociale leven op te bouwen, en tegelijkertijd particuliere verhuurders stimuleren om meer kamers aan te bieden.
“We bouwen studentenkamers zodat studenten in de stad kunnen wonen waar ze studeren en hun sociale leven opbouwen. We maken hospitaverhuur weer aantrekkelijk, onder andere door huurbescherming bij hospitaverhuur te laten gelden zolang de huurder studeert. Door de belastingdruk op verhuurd vastgoed in box 3 te verlagen, wordt het verhuren van studentenhuizen voor particuliere eigenaren weer aantrekkelijk.”
De partij wil de financiële positie van studenten verbeteren door bewoners van studentenkamers toegang te geven tot huursubsidie. Dit moet bijdragen aan de betaalbaarheid van studentenhuisvesting en het risico op schulden verminderen.
“We willen dat ook bewoners van studentenkamers toegang krijgen tot deze subsidie.”
In het kader van internationalisering en de druk op voorzieningen door internationale studenten, wil de ChristenUnie dat onderwijsinstellingen meer studentenkamers in traditionele studentenhuizen organiseren.
“We stimuleren integratie van studenten via verplichte taallessen en meer studentenkamers in traditionele studentenhuizen, georganiseerd door de ontvangende onderwijsinstellingen.”
De PVV noemt studentenhuisvesting niet expliciet, maar hun algemene standpunt is gericht op het versnellen van woningbouw, het versoepelen van regels voor woningdelen en het transformeren van bestaande panden naar woningen. De partij wil meer betaalbare huur- en koopwoningen realiseren, onder andere door binnenstedelijk te bouwen, splitsen en woningdelen mogelijk te maken, wat indirect relevant is voor studentenhuisvesting.
De PVV wil binnenstedelijk bouwen stimuleren door het makkelijker te maken om bestaande panden te transformeren, splitsen en te delen, wat het aanbod van kamers en woningen voor studenten kan vergroten. Dit is relevant voor studentenhuisvesting, omdat studenten vaak afhankelijk zijn van gedeelde woonruimtes en kamers.
“Binnenstedelijk moet er beter gebruik van de ruimte worden gemaakt: naast woningbouw willen we meer transformatie van kantoor- en bedrijfspanden. Optoppen, splitsen en woningdelen – niets blijft onbenut.”
“Binnenstedelijk bouwen; transformatie van kantoor- en bedrijfspanden; optoppen, splitsen en woningdelen; niet alleen straatjes erbij, maar ook hele buurten en wijken”
De PVV wil procedures voor woningbouw versnellen en bezwaar- en beroepsmogelijkheden beperken. Dit kan bijdragen aan een sneller aanbod van woningen, waaronder studentenwoningen, maar het beleid is niet specifiek op studenten gericht.
“Kortere en snellere vergunningverlening en procedures; tijdelijk beperken van de mogelijkheden tot bezwaar en beroep tegen woningbouw waar een omgevingsplan vastligt”
De VVD wil studentenhuisvesting verbeteren door landelijke regels te versoepelen en belemmeringen voor kamerverhuur en woningdelen te schrappen. Ze pleiten voor het afschaffen van gemeentelijke vergunningseisen, het invoeren van flexibele huurcontracten afgestemd op studieduur, en het stimuleren van kamerbouw boven studio’s. De kern van hun visie is dat minder regelgeving en meer marktwerking studenten sneller aan woonruimte helpt.
De VVD vindt dat strenge en uiteenlopende gemeentelijke regels het vinden van studentenhuisvesting bemoeilijken. Door landelijke, ruimere regels en het grotendeels afschaffen van gemeentelijke vergunningseisen willen ze het makkelijker maken voor studenten om een kamer te vinden. Dit moet het woningtekort voor studenten snel verminderen.
“De regels voor kamerverhuur zijn nu per gemeente verschillend en vaak te streng: landelijke, ruimere regels maken het makkelijker om woonruimte te delen of samen te wonen. We schaffen gemeentelijke vergunningseisen voor studentenhuisvesting grotendeels af en hanteren één landelijk kader, zodat studenten makkelijker een kamer kunnen vinden.”
De VVD wil het mogelijk maken om flexibele huurcontracten af te sluiten die aansluiten bij de duur van de studie. Dit moet het aanbod van kamers vergroten en beter aansluiten bij de behoeften van studenten.
“Ook maken we het mogelijk om flexibele huurcontracten af te sluiten die aansluiten bij de studieduur.”
De VVD signaleert dat woningcorporaties nu vaak kiezen voor studio’s in plaats van kamers, wat niet altijd aansluit bij de behoefte aan studentenhuisvesting. Ze willen dit ontmoedigen zodat er meer kamers beschikbaar komen.
“Voor woningcorporaties met een focus op studentenhuisvesting zorgen we dat het niet langer aantrekkelijker is om studio’s in plaats van kamers te bouwen.”
50PLUS heeft geen expliciet beleid voor studentenhuisvesting, maar benoemt wel dat onderwijsinstellingen medeverantwoordelijk zijn voor het huisvesten van buitenlandse studenten. Verder richt het woonbeleid zich primair op ouderen, met het idee dat doorstroming van ouderen naar levensloopbestendige woningen indirect de woningnood onder jongeren, waaronder studenten, kan verlichten. Concrete voorstellen specifiek voor studentenhuisvesting ontbreken.
50PLUS vindt dat universiteiten en hogescholen medeverantwoordelijk zijn voor het huisvesten van buitenlandse studenten in de omgeving. Dit standpunt richt zich op het beperken van de druk op de woningmarkt door studiemigratie en legt de verantwoordelijkheid bij de onderwijsinstellingen zelf, niet bij gemeenten of het Rijk.
“Onderwijsinstellingen zijn medeverantwoordelijk dat buitenlandse studenten gehuisvest worden in de omgeving.”
Hoewel niet direct gericht op studentenhuisvesting, stelt 50PLUS dat het bouwen van levensloopbestendige woningen voor ouderen de woningmarkt voor jongeren, waaronder studenten, kan ontlasten. Het idee is dat als ouderen verhuizen, er meer reguliere woningen vrijkomen voor andere doelgroepen.
“Bouwen voor oud is de komende jaren de oplossing voor woningnood onder jongeren.”
GroenLinks-PvdA erkent het tekort aan studentenhuisvesting en wil specifiek meer woningen bouwen voor studenten en jongvolwassenen, met gedeelde voorzieningen. Hun belangrijkste voorstel is het realiseren van meer passende, betaalbare woonruimte voor deze doelgroep binnen nieuwbouwprojecten, zodat studenten sneller een plek kunnen vinden.
GroenLinks-PvdA ziet dat studenten andere woonbehoeften hebben dan andere groepen en wil daarom in nieuwbouwprojecten expliciet woningen voor studenten realiseren, vaak met gedeelde voorzieningen. Dit moet het tekort aan studentenhuisvesting aanpakken en bijdragen aan een snellere doorstroming en betaalbaarheid.
“Voor studenten en jongvolwassenen bouwen we woningen met gedeelde voorzieningen.”
“Jongeren hebben andere woningen nodig dan ouderen, singles weer andere dan gezinnen. In nieuwbouwprojecten moet daar voldoende aandacht voor zijn. Voor studenten en jongvolwassenen bouwen we woningen met gedeelde voorzieningen.”
De SGP erkent het nijpende tekort aan studentenhuisvesting en wil hier actief op ingrijpen. Hun belangrijkste voorstel is het ombouwen van leegstaande kantoorpanden tot studentenwoningen om snel extra capaciteit te creëren en de hoge huurprijzen aan te pakken. De partij ziet tijdelijke en flexibele woonvormen als een noodzakelijke oplossing voor de korte termijn.
De SGP wil het tekort aan studentenhuisvesting aanpakken door bestaande leegstaande kantoorpanden om te bouwen tot studentenwoningen. Dit moet bijdragen aan het snel vergroten van het aanbod en het verlagen van de hoge huurprijzen waar studenten nu mee te maken hebben.
“Het tekort aan woningen voor studenten is nijpend. Daarbij komt dat de huurprijzen vaak enorm hoog zijn. Er is actie nodig! Het ombouwen van leegstaande kantoorpanden naar studentenhuisvesting kan hier een oplossing bieden.”
Om op korte termijn de krapte op de woningmarkt, waaronder voor studenten, te verlichten, pleit de SGP voor tijdelijke woningen, tiny houses en flexwoningen. Deze vormen moeten snel extra woonruimte bieden voor groepen zoals studenten.
“Tijdelijke woningen, tiny houses en flexwoningen zijn een oplossing om op korte termijn de krapte op te vangen.”
FVD wil studentenhuisvesting primair reserveren voor Nederlandse studenten en af van voorrangsregelingen voor internationale studenten. Hun belangrijkste concrete voorstel is het afschaffen van voorrang voor internationale studenten bij huisvesting, zodat Nederlandse studenten meer toegang krijgen tot studentenwoningen.
FVD vindt dat Nederlandse studenten meer toegang moeten krijgen tot studentenhuisvesting en wil daarom voorrangsregelingen voor internationale studenten afschaffen. Dit standpunt komt voort uit hun bredere visie om de instroom van internationale studenten te beperken en de positie van Nederlandse studenten te versterken, mede vanwege het woningtekort en de druk op de studentenhuisvesting.
“We schaffen voorrangsregelingen voor internationale studenten af en geven Nederlandse studenten juist meer toegang tot huisvesting.”