De SP ziet sportverenigingen als essentiële ontmoetingsplekken die bijdragen aan gezondheid, sociale samenhang en gelijke kansen. De partij wil investeren in sportverenigingen, hun faciliteiten verbeteren, financiële drempels verlagen en sport toegankelijk maken voor iedereen, met speciale aandacht voor kinderen, jongeren en mensen met een beperking.
De SP wil sportverenigingen versterken door te investeren in hun infrastructuur en het makkelijker maken om verenigingen op te richten en te besturen. Dit moet bijdragen aan sociale cohesie en het overbruggen van verschillen in de samenleving.
“We maken het oprichten, besturen en organiseren van verenigingen makkelijker door regels aan te pakken en zorgen voor goede locaties waar mensen samen kunnen komen zoals moderne buurthuizen, publieke verenigingslocaties en goede sporthallen en velden.”
“We investeren in sportverenigingen met goede faciliteiten.”
“Daarom ondersteunen we sportverenigingen, zorgen we dat gemeenten voldoende geld hebben voor goede sportaccommodaties en maken we sport betaalbaar.”
De SP beschouwt sportverenigingen niet als luxe, maar als publieke voorziening die toegankelijk moet zijn voor iedereen, ongeacht inkomen of achtergrond. Ze benadrukken het belang van sportverenigingen als plekken van ontmoeting en sociale versterking.
“Sport is een publieke voorziening, geen luxe. Sport moet een publieke voorziening zijn waar de overheid verantwoordelijkheid voor draagt.”
“Sport is niet alleen gezond, maar ook sociaal. Sportverenigingen en buurtcentra zijn plekken waar mensen elkaar ontmoeten en samenleven wordt versterkt.”
Om deelname aan sportverenigingen voor iedereen mogelijk te maken, wil de SP financiële barrières wegnemen, onder andere via een sportpas voor jongeren en het verlagen van btw op sportabonnementen.
“Daarom komt er een sportpas met een budget van 240 euro per jaar voor kinderen en jongeren tot 23 jaar.”
“Op sportschoolabonnementen wordt geen btw geheven en we gaan investeren in sportverenigingen met goede faciliteiten.”
“Er komt in iedere gemeente een sportpas voor kinderen en jongeren tot 23 jaar, zodat niemand hoeft af te haken vanwege de kosten.”
Het CDA ziet sportverenigingen als essentieel voor saamhorigheid, gezondheid en het versterken van de samenleving. Ze willen sportverenigingen ondersteunen door financiële drempels te verlagen, investeringen in accommodaties te verhogen en regeldruk voor vrijwilligers te verminderen. Concrete voorstellen zijn onder meer het verhogen van subsidies, het opzetten van fondsen voor verduurzaming en renovatie, en het fiscaal aantrekkelijk houden van giften aan verenigingen.
Het CDA wil sportverenigingen versterken door extra investeringen in accommodaties, het verhogen van subsidies en het opzetten van fondsen voor renovatie en verduurzaming. Hiermee willen ze sport toegankelijker maken en de maatschappelijke rol van sportverenigingen behouden.
“We investeren om sport en bewegen in Nederland te behouden en te versterken. Deze middelen zetten wij in voor topsport, het organiseren van evenementen en het ondersteunen van de breedtesport en sportverenigingen.”
“Wij zetten met Stichting Waarborgfonds Sport een fonds op voor sportclubs om hun accommodaties te herbouwen, te renoveren en/of te verduurzamen. Verder verhogen we de subsidieregeling Bouw en Onderhoud Sport Accommodaties (BOSA) voor de aanschaf van materiaal.”
Het CDA erkent dat regeldruk en verantwoordingslast het functioneren van sportverenigingen en het vinden van vrijwilligers bemoeilijken. Ze willen deze lasten verlagen om het bestuur en vrijwilligerswerk aantrekkelijker te maken.
“Verantwoordingsdruk en een wirwar aan regels maken het steeds moeilijker om bestuursleden en vrijwilligers te vinden. Wij willen de kracht van onderop ondersteunen met concrete maatregelen.”
Om sportverenigingen financieel te ondersteunen, wil het CDA giften aan verenigingen zonder winstoogmerk fiscaal aantrekkelijk houden.
“Giften aan verenigingen zonder winstoogmerk houden we fiscaal aantrekkelijk.”
Het CDA stelt een Gemeenschapsfonds voor om voorzieningen zoals sportaccommodaties te behouden, gefinancierd door overheid, samenleving en bedrijfsleven.
“We richten een Gemeenschapsfonds op voor het behoud van voorzieningen zoals buurthuizen en sportaccommodaties. Het Gemeenschapsfonds kan gezamenlijk gefinancierd worden door overheid, samenleving en bedrijfsleven.”
BBB ziet sportverenigingen als essentiële basisvoorzieningen voor gezondheid, sociale cohesie en leefbaarheid, vooral in kleinere kernen en dorpen. De partij wil het behoud van sportverenigingen actief stimuleren door te zorgen voor toegankelijke en betaalbare sportvoorzieningen, structurele financiële ondersteuning via gemeenten, en het betrekken van lokale verenigingen bij investeringsbesluiten. BBB benadrukt het belang van sportverenigingen als ontmoetingsplek en als middel tegen eenzaamheid en ongezonde leefstijl.
BBB beschouwt sportverenigingen als cruciale ontmoetingsplekken en basisvoorzieningen die bijdragen aan een gezonde leefstijl en sociale samenhang, vooral buiten de grote steden. De partij wil het behoud van sportverenigingen waarborgen door overheidssteun, bereikbaarheid en betrokkenheid van lokale gemeenschappen bij besluitvorming over sportaccommodaties.
“Wij zetten in op het stimuleren van breedte en wedstrijdsport voor alle leeftijden, inclusief extra aandacht voor het behoud van sportverenigingen, voldoende sportaccommodaties en zwembaden, juist ook in kleine kernen.”
“Scholen, sportverenigingen, bibliotheken, dorps en buurthuizen en zwembaden moeten makkelijk bereikbaar zijn. Wij maken ons sterk voor het behoud van deze basisvoorzieningen en dit vraagt om een samenleving die kan rekenen op een overheid die geen terugtrekkende beweging maakt.”
BBB wil dat de landelijke overheid structureel middelen beschikbaar stelt aan gemeenten om sportverenigingen en sportaccommodaties te ondersteunen. Investeringsbesluiten over nieuwe sportvoorzieningen moeten in samenspraak met verenigingen en inwoners worden genomen.
“De landelijke overheid stelt structureel landelijke middelen beschikbaar aan gemeenten om zo gemeenten te ondersteunen in hun sportieve uitdagingen middels cofinanciering.”
“Investeringsbesluiten voor nieuwe sportaccommodaties worden genomen in samenspraak met gemeenten, verenigingen en inwoners, bijvoorbeeld met dorpsraden of buurtplatforms.”
GroenLinks-PvdA ziet sportverenigingen als essentieel sociaal bindmiddel en wil hun positie versterken door minder bureaucratie, meer ondersteuning en gerichte verduurzamingssteun. De partij zet in op het toegankelijk maken van sport voor iedereen, met speciale aandacht voor de rol van sportverenigingen in de gemeenschap en hun bijdrage aan duurzaamheid. Concrete maatregelen zijn onder meer het verminderen van administratieve lasten en het beschikbaar stellen van middelen voor verduurzaming van sportaccommodaties.
GroenLinks-PvdA erkent dat sportverenigingen een belangrijke sociale functie vervullen en wil hen actief ondersteunen. De partij wil de administratieve lasten verlagen en praktische hulp bieden, zodat sportverenigingen zich kunnen richten op hun kerntaken en toegankelijk blijven voor iedereen.
“We komen met een plan om sportverenigingen te helpen, met minder bureaucratie en meer ondersteuning.”
De partij ziet verduurzaming als noodzakelijk vanwege hoge energiekosten en verouderde gebouwen bij sportverenigingen. Daarom stelt GroenLinks-PvdA voor om sportverenigingen financieel en inhoudelijk te ondersteunen bij het verduurzamen van hun accommodaties, onder andere via het Klimaatfonds.
“Sportverenigingen en zwembaden krijgen steun bij verduurzaming uit het Klimaatfonds.”
“Veel maatschappelijke instellingen, zoals scholen, bibliotheken, zwembaden, buurthuizen en sportverenigingen, hebben verouderde gebouwen en hoge energiekosten. Deze partijen worden financieel en met kennis ondersteund in de verduurzaming van hun gebouwen.”
GroenLinks-PvdA beschouwt sportverenigingen als centrale ontmoetingsplekken die bijdragen aan sociale samenhang. De partij wil daarom investeren in deze plekken, zodat ze hun maatschappelijke rol kunnen blijven vervullen.
“We investeren in het hart van onze samenleving, de plekken waar mensen samen komen, zoals de sportvereniging, de school, het buurthuis, de bibliotheek en het zwembad.”
De VVD ziet sportverenigingen als essentieel voor een vitale en gezonde samenleving en wil hun positie versterken. De partij zet in op samenwerking tussen sportverenigingen en scholen, het wegnemen van financiële drempels voor kinderen, en het verbeteren van de sportinfrastructuur en veiligheid. Vrijwilligers bij sportverenigingen worden gewaardeerd en ondersteund.
De VVD wil sportverenigingen versterken en sport voor iedereen toegankelijk maken, met speciale aandacht voor kinderen en mensen met een beperking. Door samenwerking met scholen en het wegnemen van financiële barrières wil de partij deelname aan sport stimuleren.
“Met sterke sportverenigingen en de juiste ondersteuning maken we het voor iedereen toegankelijk om te sporten en te bewegen. We zijn trots op alle vrijwilligers die zich inzetten op sportverenigingen.”
“We stimuleren samenwerking tussen sportverenigingen en scholen om kinderen meer aan het bewegen te krijgen. Gemeenten zorgen er voor dat financiële drempels die verhinderen dat kinderen lid kunnen worden van een sportclub weggenomen worden.”
De VVD wil de positie van sportverenigingen, vrijwilligers en de sportinfrastructuur versterken, en zet in op voldoende sportmogelijkheden in de buurt en veilig sporten voor iedereen. Dit omvat ook het hard aanpakken van discriminatie en misbruik op sportvelden.
“We versterken de positie van onze sportverenigingen, vrijwilligers en de unieke sportinfrastructuur. En we stimuleren dat er voldoende sport- en beweegmogelijkheden zijn in de buurt, ook bij de bouw van nieuwe wijken.”
“Iedereen moet vrij en veilig kunnen sporten. Uitingen van antisemitisme, homofobie en racisme op de sportvelden pakken we keihard aan.”
50PLUS erkent het belang van sport voor gezondheid, geluk en sociale verbinding, en vindt dat sport voor alle generaties toegankelijk moet blijven. De partij wil sportdeelname actief promoten, met speciale aandacht voor senioren via kortingstarieven en toegankelijke sportfaciliteiten. Concrete voorstellen richten zich op het ondersteunen van deelname en het verbeteren van de toegankelijkheid van sportaccommodaties voor ouderen.
50PLUS wil dat sport bereikbaar en betaalbaar blijft voor iedereen, ongeacht leeftijd, inkomen of regio, en stimuleert actieve deelname, vooral onder ouderen. De partij ziet een taak voor de overheid om sportdeelname te ondersteunen, onder meer door kortingstarieven voor senioren en het toegankelijk maken van sportaccommodaties.
“Sport en cultuur blijven bereikbaar voor alle generaties ongeacht inkomen, regio of mobiliteit.”
“Het actief participeren bij sport en cultuur wordt gepromoot, waar nodig ondersteund, bijvoorbeeld door kortingstarieven voor senioren.”
“Sportaccommodaties en - faciliteiten toegankelijk voor ouderen, zoals seniorenfitness, wandel- en fietspaden.”
D66 ziet sportverenigingen als onmisbare plekken voor gezondheid, ontmoeting en sociale samenhang, en wil dat sport en bewegen voor iedereen toegankelijk zijn, ongeacht achtergrond of beperking. De partij benadrukt het belang van investeren in sportverenigingen en samenwerking tussen scholen en sportclubs om deelname te bevorderen. Concrete beleidsvoorstellen richten zich op het toegankelijk maken van sport via verenigingen en het stimuleren van samenwerking met het onderwijs.
D66 beschouwt sportverenigingen als essentieel voor het bevorderen van gezondheid, sociale contacten en inclusiviteit. Ze zijn volgens D66 dé plek waar mensen in beweging komen, aan hun gezondheid werken en anderen ontmoeten, ongeacht leeftijd, beperking of achtergrond. Het beleid richt zich op het toegankelijk maken van sport via verenigingen voor iedereen.
“Sportverenigingen zijn daarbij onmisbaar. Voor veel kinderen en volwassenen zijn ze dé plek om in beweging te komen, aan gezondheid te werken en anderen te ontmoeten.”
“D66 wil dat sport en bewegen voor iedereen toegankelijk is: voor jong en oud, arm en rijk, met en zonder beperking, binnen en buiten verenigingen en ongeacht je achtergrond.”
D66 wil dat scholen actief samenwerken met sportverenigingen om kinderen ook buiten schooltijd kansen te bieden voor ontwikkeling en sportdeelname. Dit moet bijdragen aan gelijke kansen en een brede ontwikkeling van kinderen.
“We moedigen scholen aan om samen te werken met sportclubs, muziekverenigingen en andere organisaties in de buurt. Op zo’n brede buurtschool krijgen kinderen ook na schooltijd de kans om zich te ontwikkelen.”
NSC wil sport en bewegen voor iedereen stimuleren, met een nadruk op laagdrempelige toegang en samenwerking tussen gemeenten, lokale organisaties en sportverenigingen. Ze stellen extra middelen beschikbaar om het lokale sportaanbod te versterken, zodat vooral kinderen en mensen met een beperking eenvoudig kunnen deelnemen aan sportactiviteiten. Het beleid richt zich op het verbinden van sport met gezondheid, onderwijs en sociale netwerken.
NSC erkent het belang van sportverenigingen als spil in het lokale sportaanbod en wil gemeenten en lokale organisaties extra middelen geven om sportdeelname te bevorderen. Het doel is dat iedereen, ongeacht leeftijd of beperking, laagdrempelig kennis kan maken met sport en bewegen. Dit moet bijdragen aan een gezondere samenleving en betere sociale samenhang.
“Gemeenten en lokale organisaties krijgen middelen om het lokale sportaanbod te bevorderen en kinderen laagdrempelig kennis laten maken met sport en bewegen.”
“We zetten in op een ambitieus sportbeleid. Er komt een nationaal programma om sport en bewegen te stimuleren. Onze doelstelling is dat elke jongere en volwassene deelneemt aan sport en in beweging komt, met welke sport of beweging dan ook.”
NSC ziet sportverenigingen als belangrijke partners in het bevorderen van gezondheid, het tegengaan van eenzaamheid en het voorkomen van arbeidsongeschiktheid. Door sport te koppelen aan andere domeinen zoals (jeugd)zorg en onderwijs, willen ze een structurele en integrale aanpak realiseren.
“We willen een stevige positionering van het sport- en beweegbeleid, door sport te verbinden met (jeugd)zorg, onderwijs, het bevorderen van het sociale netwerk (tegen eenzaamheid) en het voorkomen van arbeidsongeschiktheid.”
Volt wil sportverenigingen toegankelijker en inclusiever maken voor iedereen, met speciale aandacht voor samenwerking met het onderwijs, financiële ondersteuning voor kwetsbare groepen en het bevorderen van sociale veiligheid binnen verenigingen. Ze pleiten voor verplichte vertrouwenspersonen, meer inclusie en anti-discriminatie, en stimuleren deelname aan sport via structurele samenwerking tussen scholen en sportverenigingen.
Volt ziet sportverenigingen als essentieel voor gezondheid, sociale samenhang en gelijke kansen. Ze willen barrières voor deelname verlagen, samenwerking met het onderwijs versterken en inclusie en veiligheid binnen verenigingen waarborgen, met bijzondere aandacht voor kwetsbare groepen en anti-discriminatie.
“We zorgen voor een inclusieve en laagdrempelige toegang tot sport voor iedereen. Zo zorgen we voor meer bewegingsonderwijs en meer bewegingstoestellen in woonwijken, betere aansluiting tussen het onderwijs en sportverenigingen, en meer financiële middelen voor kinderen uit minimagezinnen om te sporten.”
“We bevorderen inclusie in de (top)sport door meer aandacht voor anti-discriminatie en (seksueel) grensoverschrijdend gedrag te verplichten. Vertrouwenspersonen worden verplicht voor (groepen van) sportverenigingen.”
Volt wil dat deelname aan het studentenleven, inclusief sportverenigingen, voor alle studenten toegankelijk is, ongeacht opleidingsniveau. Ze pleiten voor financiële ondersteuning van sportfaciliteiten en verenigingen bij mbo-instellingen, zodat ook deze groep volwaardig kan deelnemen.
“We zorgen dat studentensport, -horeca en -cultuur blijven bestaan, door mogelijk te maken dat universiteiten en hbo’s deze financieel kunnen blijven steunen. In aanvulling daarop krijgen ook mbo-instellingen geld om bij te dragen aan verenigingen en sportfaciliteiten. Zo zorgen we ervoor dat meedoen aan het studentenleven ook voor mbo-studenten makkelijk en normaal wordt.”
De ChristenUnie ziet sportverenigingen als essentiële bouwstenen van de samenleving en wil hen actief ondersteunen door minder regeldruk en meer ruimte voor vrijwilligerswerk. De partij pleit voor het verminderen van administratieve lasten, het aanpassen van wetgeving zoals de AVG, en het behouden van de giftenaftrek om sportverenigingen te stimuleren en hun maatschappelijke rol te versterken.
De ChristenUnie wil sportverenigingen ontlasten van onnodige regels en administratieve lasten, zodat zij zich kunnen richten op hun sociale en verbindende rol in de samenleving. Dit wordt gezien als noodzakelijk om het verenigingsleven te laten bloeien en vrijwilligers te ondersteunen, onder andere door wetgeving aan te passen en financiële stimulansen te behouden.
“Vrijwilligersorganisaties en (sport)verenigingen zijn de bouwstenen van de samenleving voor een bloeiend sociaal en cultureel leven. We willen meer ruimte geven aan mensen die de handen ineenslaan en samen zorg dragen voor elkaar en hun leefomgeving. Deze organisaties ondersteunen we in plaats van te overladen met regels, formulieren en controles. Wetgeving moet minder en niet meer lastendruk opleveren. Daarom willen we regels zoals de AVG zo wijzigen dat deze niet meer tot onnodige regeldruk bij kleinere vrijwilligersorganisaties leidt. De giftenaftrek houden we in stand om doneren aan goede doelen en vrijwilligersorganisaties aan te moedigen.”
De ChristenUnie is tegen extra overheidstoezicht op informeel onderwijs, zoals dat door sportverenigingen wordt gegeven, tenzij er sprake is van overtreding van de rechtsstaat. Dit standpunt is bedoeld om onnodige bemoeienis en bureaucratie te voorkomen en het maatschappelijk initiatief te beschermen.
“Overheidstoezicht hoort niet thuis in het informeel onderwijs, gegeven door bijvoorbeeld (sport)verenigingen en kerkgenootschappen. De overheid kan nu al ingrijpen wanneer de regels van de rechtsstaat overtreden worden. Overheidstoezicht op al het informeel onderwijs schiet zijn doel voorbij en staat niet in verhouding tot de mogelijke risico’s.”
DENK wil sport en beweging stimuleren door te investeren in sportverenigingen, met speciale aandacht voor kinderen uit gezinnen in armoede. Hun belangrijkste concrete voorstel is het ondersteunen van sportverenigingen bij het onderhoud en verduurzamen van hun locaties, en het mogelijk maken dat kinderen gratis kunnen sporten via gemeentelijke budgetten. De kern van hun visie is dat sport toegankelijk moet zijn voor iedereen, ongeacht financiële situatie.
DENK ziet sportverenigingen als essentieel voor een gezonde samenleving en wil deze ondersteunen, vooral om deelname voor kinderen uit arme gezinnen mogelijk te maken. Ze richten zich op het financieel ondersteunen van sportverenigingen voor onderhoud en verduurzaming, en op het wegnemen van financiële drempels voor jeugddeelname via gemeentelijke middelen.
De Partij voor de Dieren erkent het belang van sportverenigingen voor de fysieke, geestelijke en sociale gezondheid, vooral van jongeren. Ze willen in elke wijk ruimte maken voor sportvoorzieningen en buurtsportcoaches, en stimuleren sportkantines om gezonder aanbod te bieden. De partij ziet sportverenigingen als belangrijke sociale en maatschappelijke plekken en wil hun rol versterken door te investeren in toegankelijke sportfaciliteiten.
De PvdD wil dat sportverenigingen hun sociale en maatschappelijke functie optimaal kunnen vervullen door in elke wijk sportvoorzieningen en buurtsportcoaches te realiseren, met speciale aandacht voor jongeren. Dit moet bijdragen aan de gezondheid en het welzijn van inwoners en de sociale samenhang in buurten versterken.
“Sporten bevordert onze fysieke en geestelijke gezondheid. Sportverenigingen hebben ook een sociale en maatschappelijke functie. In elke wijk wordt daarom ruimte gemaakt voor buurtsportcoaches en sportvoorzieningen voor jongeren, zoals openbare voetbal- en basketbalveldjes en skateparken. Er wordt hierbij afgestemd op de behoeften van jongeren.”
De partij wil dat sportverenigingen bijdragen aan een gezondere leefstijl door het aanbod in sportkantines te verbeteren. Dit sluit aan bij hun bredere inzet op preventie en gezonde voeding.
“Sportkantines worden gestimuleerd om voornamelijk gezond eten en drinken aan te bieden.”
BVNL noemt sportverenigingen nauwelijks expliciet in haar verkiezingsprogramma. Het enige relevante standpunt betreft het stimuleren van sport op scholen, waarbij sportverenigingen mogelijk indirect profiteren. Concrete beleidsvoorstellen gericht op sportverenigingen zelf ontbreken; de focus ligt vooral op het belang van sport voor leerprestaties van kinderen.
BVNL wil dat sport een grotere rol krijgt binnen het onderwijs, omdat dit bijdraagt aan de leerprestaties van kinderen. Hoewel sportverenigingen niet direct genoemd worden, kan dit beleid indirect leiden tot meer samenwerking met lokale sportverenigingen en een grotere rol voor sport in de samenleving.
“Sport moeten meer gestimuleerd worden op scholen, omdat dit bijdraagt aan de leerprestaties van kinderen.”
FVD noemt sportverenigingen nauwelijks expliciet in haar verkiezingsprogramma. Het enige relevante standpunt betreft het betaalbaar houden van sport door het lage BTW-tarief, waarmee sportverenigingen indirect worden ondersteund. Concrete, onderscheidende beleidsvoorstellen gericht op sportverenigingen ontbreken verder.
FVD wil sport, samen met cultuur en recreatie, onder het lage BTW-tarief plaatsen om deelname voor iedereen betaalbaar te houden. Dit is bedoeld om sportverenigingen en hun leden financieel te ontlasten en zo sportbeoefening te stimuleren.
“We plaatsen cultuur, recreatie, sport, festivals en hotels (terug) in het lage BTW-tarief, zodat ontspanning, bewegen en cultuur betaalbaar blijven voor alle Nederlanders en deze sectoren volop kunnen bloeien.”
JA21 erkent het belang van sport, sportief bewegen en een gezonde leefstijl voor de samenleving, met nadruk op fysieke en mentale fitheid, sociale interactie en nationale trots. Het programma bevat echter geen concrete voorstellen of standpunten die specifiek gericht zijn op sportverenigingen zelf; de aandacht richt zich vooral op topsport, schoolzwemmen en algemene stimulering van sport.
JA21 vindt sport en bewegen essentieel voor de samenleving, maar benoemt sportverenigingen niet expliciet als beleidsdoel. De partij richt zich op het bevorderen van topsport, verplichte schoolzwemlessen en het belang van sport voor gezondheid en gemeenschapsgevoel.
“Sport, sportief bewegen en een gezonde leefstijl zijn in dit kader ook van essentieel belang. Ze bevorderen fysieke en mentale fitheid, sociale interactie, gemeenschapsgevoel en nationale trots. Topsport moet dus op alle niveaus (waaronder vanzelfsprekend ook de sport voor mensen met een beperking) structureel gestimuleerd worden. Ook wil JA21 schoolzwemmen verplicht stellen, zodat ieder kind in Nederland leert zwemmen en daarmee de zwemveiligheid geborgd wordt.”
De SGP noemt sportverenigingen slechts zijdelings in haar verkiezingsprogramma en doet geen concrete beleidsvoorstellen gericht op het stimuleren, ondersteunen of reguleren van sportverenigingen. Het enige relevante standpunt betreft toezicht op informeel onderwijs, waaronder sportverenigingen, met het oog op het voorkomen van ernstige misstanden.
De SGP wil dat er algemeen toezicht komt op vormen van informeel onderwijs, waaronder sportverenigingen, om ernstige problemen zoals het aanzetten tot geweld en ondermijning gericht te bestrijden. Dit standpunt richt zich niet op sportstimulering of ondersteuning, maar op het waarborgen van veiligheid en het tegengaan van misstanden binnen deze organisaties.
“algemeen toezicht op vormen van informeel onderwijs in onder andere kerken, scouting en sportverenigingen. Ernstige problemen zoals het aanzetten tot geweld en ondermijning worden gericht bestreden.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma