De PVV verwerpt het huidige natuurbeleid gericht op het beschermen en herstellen van "robuuste natuur" via strenge stikstofregels en Natura 2000-gebieden. De partij wil het aantal beschermde natuurgebieden verminderen, stikstofnormen versoepelen en stelt dat veranderingen in de natuur door stikstof niet problematisch zijn. Hun prioriteit ligt bij landbouw, woningbouw en economische ontwikkeling boven het behoud of herstel van robuuste natuur.
De PVV ziet de huidige hoeveelheid Natura 2000-gebieden en strenge stikstofdoelen als een belemmering voor landbouw, woningbouw en economische groei. Zij willen het aantal beschermde gebieden verminderen, stikstofnormen versoepelen en kritische depositiewaarden uit de wet halen. Volgens de PVV is het niet erg als de natuur verandert door stikstof, en zijn de regels het probleem, niet de staat van de natuur zelf.
“Ook willen we het aantal gebieden met een Natura 2000-status verminderen – of gebieden verkleinen.”
“Tot die tijd verhogen we direct de rekenkundige ondergrens naar minimaal 1 mol en halen we de kritische depositiewaarden uit de wet.”
“We moeten af van alle bangmakerij dat onze natuur door stikstof op omvallen zou staan. Te veel – of juist te weinig – stikstof kan de natuur veranderen, en dat is helemaal niet erg.”
“Voor de PVV is niet stikstof, maar zijn de stikstofregels hét probleem: Brusselse regels en nationale regels.”
“Versoepeling van de Brusselse regels; verminderen van het aantal natuurgebieden met Natura 2000-status en/of verkleinen van gebieden”
“Kritische depositiewaarden uit de wet”
De PVV stelt expliciet dat natuurbelangen niet boven economische en maatschappelijke belangen mogen gaan. Zij verwerpen het idee dat natuurbeleid leidend moet zijn en willen bezwaarprocedures tegen bouwprojecten vanwege natuurbelangen beperken.
De PVV is fel tegen het onteigenen of gedwongen uitkopen van boeren ten behoeve van natuurherstel of stikstofreductie. Zij willen boeren juist ruimte geven om te blijven produceren.
BIJ1 pleit voor het herstel en de bescherming van robuuste natuur door drastische reductie van de veestapel, het prioriteren van biodiversiteit, en het toekennen van rechten aan natuurgebieden en ecosystemen. De partij wil natuur de ruimte geven, belangrijke ecosystemen beschermen, en natuurvriendelijke landbouw stimuleren. Hun visie is dat een gezonde, robuuste natuur essentieel is voor klimaat, samenleving en toekomstige generaties.
BIJ1 ziet de stikstofcrisis en de impact van intensieve veehouderij als grote bedreigingen voor robuuste natuur. Door de veestapel fors te verkleinen en de bio-industrie af te bouwen, willen ze ruimte creëren voor natuurherstel en biodiversiteit.
“Er is een drastische reductie van de veestapel nodig: deze moet met grote snelheid minstens gehalveerd.”
“De bio-industrie willen we afbouwen en uiteindelijk zien verdwijnen. Dit moet deels gebeuren door het uitkopen, sluiten en onteigenen van grote intensieve veehouders (megastallen).”
Het versterken van robuuste natuur betekent volgens BIJ1 dat biodiversiteit prioriteit krijgt, maaibeleid wordt aangepast, en belangrijke natuurgebieden juridische bescherming krijgen. Ze willen meer ruimte voor ecosystemen en bomen, en rechten voor natuurgebieden en wilde dieren.
“Biodiversiteit wordt prioriteit. Maaibeleid wordt aangepast om natuur de ruimte te geven en er wordt plaats gemaakt voor meer (kleine) ecosystemen in parken en natuurgebieden.”
“Belangrijke ecosystemen, natuurgebieden en wilde dieren moeten rechten krijgen om bescherming, behoud (en eventueel herstel) te waarborgen.”
“De Waddenzee merken we aan als 1e zelfstandige rechtspersoonlijkheid.”
Om robuuste natuur te bevorderen, wil BIJ1 kunstmest en chemische pesticiden uitfaseren en inzetten op biologische, agro-ecologische landbouw. Dit moet de bodem, biodiversiteit en natuurlijke ecosystemen beschermen.
BVNL vindt dat de Nederlandse natuur al grotendeels in uitstekende staat verkeert en verzet zich tegen strenge Europese natuurwetgeving en het huidige stikstofbeleid. De partij pleit voor minder overheidsingrijpen, het loslaten van strikte natuurdoelen en het accepteren van natuurlijke veranderingen zoals het overgaan van heide naar bos. BVNL wil vooral ruimte geven aan landbouw en visserij, en ziet robuuste natuur niet als doel op zich, maar als iets dat samen kan gaan met menselijk gebruik en economische activiteit.
BVNL stelt dat de huidige natuurwetgeving en het stikstofbeleid onnodig streng en bureaucratisch zijn, en dat deze moeten worden afgeschaft ten gunste van meer ruimte voor landbouw en economische activiteit. De partij vindt dat de staat van de natuur wordt overdreven en dat natuurlijke processen, zoals het veranderen van heide in bos, geen probleem zijn.
“De voorgespiegelde staat van de natuur in Nederland is een stuk beter dan door sommige experts wordt gesteld. Maar liefst 90% van het natuuroppervlak in Nederland is in uitstekende staat. Bovendien is het voor BVNL geen probleem wanneer zandverstuivingen transformeren tot bos, als gevolg van depositie van stikstofoxiden of ammoniak.”
“Het stikstofbeleid gaat per direct de prullenbak in, zodat boeren weer rustig kunnen boeren en vissers weer gewoon kunnen vissen.”
“De EU-Natuurherstelwet kan de prullenbak in. Deze wetgeving zal Nederland onleefbaar maken en zorgt ervoor dat nog geen bosje madeliefjes geplukt kan, of hond uitgelaten mag worden in de berm.”
“Als heidegebieden of zandvlaktes op natuurlijke wijze transformeren naar bos is dat prima.”
BVNL vindt dat landbouw en visserij voorrang moeten krijgen boven natuurdoelen, en dat natuurbeheer pragmatisch moet zijn. De partij wil geen extra landbouwgrond opofferen voor natuur, wil visserij in natuurgebieden toestaan, en vindt dat natuurorganisaties streng moeten worden gecontroleerd op hun beheer.
“Er worden geen boeren meer uitgekocht. Ook niet zogenaamd vrijwillig door de overheid. Er is geen enkele reden om met belastinggeld landbouwgrond te kopen om vervolgens terug te geven aan de natuur.”
“Visserij gaan we erkennen als bestaand gebruiker in Natura2000 gebieden en de daar bijbehorende langjarige vergunningen.”
“Terrein Beherende Organisaties (TBO’s) moeten meer worden gecontroleerd op het behalen van beheerplannen en beboet worden wanneer zij beheerdoelen niet halen. Schuld afschuiven op naburige boeren/grondgebruikers is onacceptabel.”
De Partij voor de Dieren pleit voor de aanleg en bescherming van grote, robuuste natuurgebieden die beter bestand zijn tegen milieudruk en essentieel zijn voor biodiversiteit. Hun belangrijkste voorstellen zijn het herstellen en verbinden van natuurgebieden tot een aaneengesloten Ecologische Hoofdstructuur (EHS), het omvormen van landbouwgrond tot natuur, en het centraal stellen van natuurbeleid bij het Rijk.
De PvdD stelt dat grotere, samenhangende natuurgebieden noodzakelijk zijn om negatieve milieu-invloeden zoals stikstofuitstoot en klimaatverandering te weerstaan en biodiversiteit te versterken. Dit betekent het verbinden van versnipperde natuur, prioriteit geven aan herstel van aangetaste gebieden, en het omvormen van landbouwgrond naar natuur.
“Grote, robuuste natuurgebieden zijn beter bestand tegen negatieve milieu-invloeden, zoals stikstofuitstoot en klimaatverandering. Ook zijn ze gunstiger voor de biodiversiteit, bijvoorbeeld doordat planten en dieren zich makkelijker kunnen verspreiden.”
“De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) was de basis van het Nederlandse natuurbeleid en essentieel voor het behoud en versterken van natuur, maar werd onder druk van de agro-industrie geschrapt.”
“Daarom zet de Partij voor de Dieren zich in voor veel meer natuur en het verbinden van natuurgebieden. We willen het oorspronkelijke idee van de Ecologische Hoofdstructuur (nu het Natuurnetwerk Nederland) uiterlijk in 2027 volledig gerealiseerd zien, met versterking van biodiversiteit.”
“Natuurgebieden die bijna onomkeerbaar zijn aangetast, worden met voorrang hersteld en zo veel mogelijk verbonden met andere natuurgebieden.”
“Een deel van de landbouwgrond wordt omgevormd tot natuur. Eigenaars worden gecompenseerd voor de verandering en bestemming van de grond.”
De partij vindt dat robuuste natuur alleen gerealiseerd kan worden als het natuurbeleid weer een centrale taak van het Rijk wordt en natuurrechten wettelijk worden verankerd. Dit voorkomt versnippering van beleid en waarborgt structurele bescherming.
De SGP ziet robuuste natuur als een weerbaar ecosysteem dat bescherming verdient, maar pleit voor een pragmatische benadering waarbij natuurherstel en landbouw hand in hand gaan. De partij wil investeren in herstel van natuurwaarden, verbetering van waterhuishouding en agrarisch natuurbeheer, maar verzet zich tegen onhaalbare natuurdoelen en te strikte regelgeving. Concrete voorstellen zijn gericht op praktijkgericht natuurbeheer, het vasthouden van water in natuurgebieden, en het aanpassen van Europese regelgeving aan de Nederlandse situatie.
De SGP erkent het belang van robuuste, weerbare natuur en wil investeren in herstel van natuurwaarden, met nadruk op biodiversiteit en bescherming van kwetsbare gebieden. Tegelijkertijd wordt gewaarschuwd voor een te strikte reservaatbenadering en pleit de partij voor een balans tussen natuur, landbouw en menselijke activiteit.
“Biodiversiteit maakt ecosystemen weerbaar. Deze flora en fauna hebben in een dichtbevolkt land bescherming nodig. In natuurgebieden, maar ook in dorpen en steden, en op het boerenland. We willen waken voor een reservaatbenadering van de natuur.”
“Verlaging van de stikstofdepositie, verbetering van de waterhuishouding in natuurgebieden en heidebegrazing dragen bij aan herstel van stikstofgevoelige natuur. Daar moet in worden geïnvesteerd.”
“Het Rijk stelt [provincies] in staat om deze rol goed in te vullen. Belangrijke opgave daarbij is het vasthouden van water in natuurgebieden ter bescherming voor droge periodes.”
De SGP verzet zich tegen het hanteren van onhaalbare of historische ideaalbeelden als norm voor natuurherstel. In plaats daarvan wil de partij natuurdoelanalyses en wetgeving aanpassen aan de huidige en toekomstige realiteit, zodat natuurbeleid uitvoerbaar en effectief blijft.
“Er wordt niet gekoerst op onhaalbare referentiebeelden vanuit een ver verleden, maar op wat voor een weerbare natuur in de toekomst nodig is.”
“Natuurdoelanalyses worden zo herzien dat zij niet uitgaan van onhaalbare ideaalbeelden en dat zij de relatieve en daadwerkelijke invloed van stikstofdepositie op de ontwikkeling van de natuur veel adequater in beeld brengen.”
De SGP ziet een belangrijke rol voor boeren in het beheer en herstel van robuuste natuur. De partij wil agrarisch natuurbeheer uitbreiden, langdurige contracten en volwaardige vergoedingen bieden, en natuurbeheer door boeren stimuleren met minder controledruk.
D66 streeft naar een robuuste natuur door natuurherstel, uitbreiding van natuurgebieden en het integreren van natuurinclusieve oplossingen in alle sectoren. Ze willen natuur structureel versterken, versnippering tegengaan en natuur centraal stellen bij ruimtelijke keuzes, met concrete doelen zoals 50.000 hectare extra natuur en ambitieuze uitvoering van de Europese Natuurherstelwet. Investeren in natuur wordt gezien als investeren in publieke waarde en een noodzakelijke voorwaarde voor een gezonde samenleving en economie.
D66 wil de natuur in Nederland structureel versterken door het uitbreiden en verbinden van natuurgebieden, met als doel een robuust en samenhangend natuurnetwerk. Dit moet biodiversiteit herstellen, versnippering tegengaan en ruimte bieden aan zowel natuur als duurzame landbouw.
D66 wil dat natuur een centrale rol krijgt bij alle ruimtelijke beslissingen en dat nieuwe ontwikkelingen niet ten koste gaan van natuur. Natuurinclusief bouwen en produceren wordt de norm, zodat natuur en menselijke activiteiten elkaar versterken in plaats van schaden.
D66 kiest voor een ambitieuze uitvoering van de Europese Natuurherstelwet en ziet investeren in natuurherstel als een investering in publieke waarde, met positieve effecten op water, gezondheid, landbouw en leefomgeving.
“We voeren de Europese Natuurherstelwet ambitieus uit en maken voldoende middelen vrij voor de uitvoering hiervan.”
“Iedere euro die we steken in herstel van de natuur betaalt zich dubbel en dwars terug. Zoals in schoner water, gezondere mensen, sterkere landbouw en een aantrekkelijkere woonomgeving.”
FVD verwerpt het idee van "robuuste natuur" als een mythisch concept dat niet past bij het Nederlandse cultuurlandschap. In plaats daarvan pleit de partij voor een praktisch, mensgericht natuurbeheer waarbij boeren, jagers en particuliere landgoedeigenaren centraal staan, en rewildingprojecten en massale bomenkap worden afgewezen. FVD wil natuurbeleid baseren op empirische gegevens en samenwerking tussen verschillende gebruikers van het landschap.
FVD verzet zich tegen rewildingprojecten en het streven naar een zogenaamd oorspronkelijk, robuust natuurbeeld. Volgens de partij is dit niet realistisch in Nederland en leidt het tot ongewenste situaties zoals de terugkeer van de wolf. FVD kiest voor een cultuurlandschap waarin menselijk beheer en bescherming van vee voorop staan.
“We stoppen met rewildingprojecten die uitgaan van een mythisch oernatuurbeeld dat niet past bij het Nederlandse cultuurlandschap.”
“Projecten als ‘rewilding’ gaan uit van de fictie dat de mens zich volledig uit de natuur kan terugtrekken en er dan spontaan weer een oorspronkelijk evenwicht zou ontstaan. In een dichtbevolkt land als Nederland is dat een illusie.”
FVD wil natuurbeheer overlaten aan mensen die volgens hen bewezen zorgvuldig omgaan met het landschap, zoals boeren, jagers en particuliere landgoedeigenaren. Dit sluit aan bij hun visie dat natuur en landbouw samen kunnen gaan en dat particulier initiatief moet worden gestimuleerd.
De partij wil meer bomen planten, vooral in steden, en is tegen het kappen van bossen voor biomassa of natuurherstelprojecten. Dit moet bijdragen aan een groenere leefomgeving zonder te streven naar een robuuste, oernatuur.
GroenLinks-PvdA ziet robuuste natuur als essentieel voor een gezond leven, biodiversiteit en duurzame voedselproductie. Ze willen natuurherstel prioriteren door stikstofreductie, het verbinden en uitbreiden van natuurgebieden, en het stimuleren van natuurinclusieve landbouw. Concrete voorstellen zijn onder meer het afdwingen van natuurherstel, het realiseren van een samenhangend natuurnetwerk en het belonen van boeren voor natuurbeheer.
GroenLinks-PvdA stelt dat natuurherstel noodzakelijk is om de basis voor biodiversiteit, water, lucht en voedselproductie te waarborgen. Ze willen een afdwingbare daling van stikstof en zijn bereid tot gedwongen uitkoop van piekbelasters om robuuste natuur te realiseren.
Het versterken van robuuste natuur betekent volgens GroenLinks-PvdA het verbinden van bestaande natuurgebieden tot een samenhangend netwerk, en het combineren van natuurontwikkeling met waterveiligheid en klimaatadaptatie.
“We verbinden beschermde natuurgebieden door voltooiing van het Natuurnetwerk Nederland en door programma’s zoals Ruimte voor Levende Rivieren, Natuurkracht Limburg, het herstellen van het Haringvliet en realisatie van de OostervaardersWold.”
“Natuurontwikkeling wordt gecombineerd met waterveiligheid en waterberging.”
De partij wil boeren stimuleren om actief bij te dragen aan robuuste natuur door hen te belonen voor landschapsbeheer en natuurinclusieve bedrijfsvoering, en door langjarige contracten en hogere milieunormen te bevorderen.
“Boeren krijgen een eerlijke vergoeding voor het landschapsbeheer, bijvoorbeeld als ze werken met teeltvrije zones, kruidenrijk grasland, natuurvriendelijke oevers, water- en CO₂-opslag, weidevogelbeheer of landschapselementen.”
“Overheden gaan daarom langjarige contracten aan met boeren en in Europa strijden we voor hoge milieunormen en voor Europese landbouwsubsidies die goede omgang met de natuur belonen.”
DENK wil de natuur in Nederland beschermen door te investeren in natuurgebieden, het verminderen van schadelijke uitstoot en het sneller verbieden van schadelijke stoffen. De partij koppelt natuurbeleid aan het terugdringen van stikstofuitstoot en ondersteunt vergroening in de landbouw, met oog voor zowel vrijwillige als eventueel gedwongen uitkoop. Hun visie is dat robuuste natuur essentieel is voor gezondheid, leefomgeving en toekomstige generaties.
DENK pleit voor meer investeringen in natuurgebieden en het beschermen van de natuur als verplichting voor de samenleving. Dit beleid richt zich op het vergroten van de kwaliteit en toegankelijkheid van natuur, zodat Nederlanders kunnen genieten van een gezonde en robuuste leefomgeving.
“Meer investeren in onze natuurgebieden. Wij willen dat Nederlanders kunnen genieten van prachtige natuur en wij staan voor investeringen om onze natuur te beschermen.”
“DENK staat voor de bescherming van onze natuur. Wij zien het als een verplichting om goed om te gaan met onze leefomgeving.”
Om robuuste natuur te realiseren, wil DENK de stikstofuitstoot verminderen en vergroening in de landbouw stimuleren. Ze kiezen primair voor vrijwillige uitkoopregelingen, maar sluiten gedwongen uitkoop niet uit als uiterste middel. Innovaties die bijdragen aan vergroening worden ondersteund.
“Handhaving van de doelen om de stikstofuitstoot te verminderen. Wij gaan inzetten op vrijwillige uitkoopregelingen in de landbouw, waarbij als ultimum remedium gedwongen uitkoop niet door ons wordt uitgesloten.”
“Bewezen en effectieve innovaties in de landbouw die tot vergroening leiden moeten worden ondersteund.”
DENK wil schadelijke stoffen en bestrijdingsmiddelen sneller verbieden om de natuur te beschermen en de biodiversiteit te versterken. Dit draagt bij aan een robuustere natuur door het verminderen van milieubelasting.
“Schadelijke stoffen en bestrijdingsmiddelen, zoals PFAS, worden sneller verboden.”
JA21 ziet robuuste natuur niet als doel op zich, maar als onderdeel van een pragmatische balans tussen landbouw, economie en natuurbeheer. De partij pleit voor regionale maatwerkaanpak, agrarisch natuurbeheer en het herijken van Natura2000-gebieden, waarbij technologische innovatie en vrijwillige regelingen centraal staan in plaats van gedwongen uitkoop van boeren. JA21 verzet zich tegen kostbare, generieke maatregelen en wil natuurdoelen haalbaar en realistisch maken, passend bij de Nederlandse ruimtelijke realiteit.
JA21 wil natuurbeleid baseren op regionale maatwerkoplossingen en agrarisch natuurbeheer, met haalbare natuurdoelen en herijking van Natura2000-gebieden. De partij vindt het uitkopen van boeren te kostbaar en weinig effectief, en kiest voor technologische innovatie en vrijwillige regelingen nabij natuurgebieden. Dit standpunt adresseert het spanningsveld tussen landbouw en natuur, en beoogt een robuuste natuur te realiseren zonder de landbouwsector onnodig te schaden.
“Het fundament van eventuele nieuwe plannen dient gericht te zijn op regionale maatwerkaanpak, agrarisch natuurbeheer, haalbare natuurdoelen en de herijking van Natura2000-gebieden.”
“Het lukraak uitkopen van boeren voor miljarden euro’s is waanzinnig kostbaar en doet feitelijk weinig voor onze natuur. JA21 is en blijft fel gekant tegen de gedwongen uitkoop van agrariërs.”
“Wij kiezen voor een bredere inzet van technologische innovaties, fiscale regelingen die bijdragen aan een solide voedselproducerende sector, gecombineerd met vrijwillige extensivering- en beëindigingsregelingen nabij Natura2000-gebieden.”
JA21 vindt dat natuurdoelen moeten aansluiten bij de ruimtelijke realiteit van Nederland en niet gebaseerd moeten zijn op theoretische of onhaalbare referenties. De partij wil bestaande normen en doelen herijken en waar nodig uitstellen, zodat ze uitvoerbaar en effectief zijn in het Nederlandse landschap. Dit standpunt is direct gericht op het realiseren van een robuuste, maar ook praktische natuur.
“Een herijking van de KRW-normen op EU-niveau, zodat deze beter aansluiten bij de ruimtelijke realiteit van dichtbevolkte lidstaten als Nederland.”
“Dat Nederland gebruikmaakt van de juridische ruimte in de KRW om doelen aan te passen of uit te stellen waar deze aantoonbaar onhaalbaar zijn.”
BBB kiest niet voor het actief uitbreiden van natuurgebieden, maar wil bestaande natuur waar nodig versterken en beheren met nadruk op landbouwinclusiviteit en sociaaleconomische belangen. Robuuste natuur wordt niet als zelfstandig doel nagestreefd; BBB wil natuurbeheer realistisch, meetbaar en in balans met landbouw en samenleving houden. De partij verzet zich tegen extra nationale natuurdoelen en pleit voor het combineren van natuur en landbouw, met behoud van agrarische bestemming.
BBB vindt dat uitbreiding van natuurgebieden geen doel op zich moet zijn; de focus ligt op het behouden en versterken van bestaande natuur waar dat noodzakelijk is. Dit standpunt komt voort uit de wens om landbouw en natuur in balans te houden en sociaaleconomische belangen te beschermen.
“Uitbreiding van natuur(gebieden) is niet langer een doel op zich. We moeten zorgen voor instandhouding en versterking waar dat nodig is.”
BBB kiest expliciet voor het begrip 'landbouwinclusieve natuur' in plaats van het streven naar robuuste, autonome natuur. Hiermee wil de partij natuurbeheer integreren met agrarisch gebruik, zodat natuur en landbouw samen kunnen gaan en beide sectoren vitaal blijven.
BBB wil geen aanvullende nationale natuurdoelen formuleren bovenop wat Europees verplicht is. Dit betekent dat het streven naar robuuste natuur alleen plaatsvindt als het noodzakelijk is voor het voldoen aan EU-richtlijnen, niet als nationaal beleid.
“Geen nieuwe natuurdoelen. Vernieuwde natuurdoelen worden vastgesteld op basis van wat verplicht is in het kader van de EUrichtlijnen. Geen extra nationale doelen bovenop de EUdoelen en richtlijnen.”
De ChristenUnie ziet het versterken van robuuste natuur als een morele opdracht en noodzakelijk voor het behoud van biodiversiteit en toekomstige generaties. Ze willen natuurgebieden robuuster en stiller maken, versnippering tegengaan, het Natuurnetwerk Nederland voltooien en boeren belonen voor natuurbeheer. De partij kiest voor een integrale aanpak van natuurherstel, met speciale aandacht voor biodiversiteit, gezonde ecosystemen en het juridisch beschermen van waardevolle natuur.
De ChristenUnie wil versnippering van natuur tegengaan en natuurgebieden versterken om biodiversiteit te behouden. Dit betekent grotere, stillere en beter verbonden natuurgebieden, met aandacht voor specifieke landschapselementen en soortenbescherming. Boeren krijgen een rol in beheer, met passende vergoedingen.
“Om soorten in stand te houden, maken we natuurgebieden robuuster en stiller. Het Natuurnetwerk Nederland wordt voltooid met speciale aandacht voor bosaanplant, kruidenrijk grasland, houtwallen en moerassen. Boeren krijgen hierbij een duidelijke rol, ondersteund met passende vergoedingen voor het beheer.”
“Daarom komt er een integrale aanpak voor natuurherstel, gericht op het tegengaan van versnippering, vermesting en verdroging.”
De partij wil natuur met internationale waarde beter juridisch beschermen en boeren en natuurorganisaties belonen voor het beheer van soorten en leefgebieden. Dit moet ecosystemen veerkrachtiger maken en biodiversiteit versterken, ook buiten natuurgebieden.
“Nationale Parken en overige natuur met unieke internationale waarde worden juridisch beter beschermd. Ook buiten natuurgebieden versterken we de kwaliteit en biodiversiteit van de omgeving.”
“Boeren en natuurorganisaties worden beloond voor het onderhoud van landschapselementen en het beheer van soorten en leefgebieden.”
NSC wil natuur en biodiversiteit in Nederland beschermen en versterken door te investeren in robuuste natuurgebieden en het verbeteren van water-, bodem- en luchtkwaliteit. Ze pleiten voor gebiedsgerichte maatregelen, wettelijke kwaliteitseisen en meer flexibiliteit in regelgeving, waarbij natuurbehoud wordt afgewogen tegen andere maatschappelijke opgaven. Compensatie bij verlies van natuur en het respecteren van instandhoudingsdoelen staan centraal in hun visie.
NSC ziet het versterken van robuuste natuurgebieden als essentieel voor het behoud van biodiversiteit en het beschermen van bedreigde soorten. Ze koppelen dit aan het verbeteren van de kwaliteit van water, bodem en lucht, en het koesteren van landschapselementen. Dit is een structurele, integrale benadering van natuurbeleid.
“We beschermen natuur en biodiversiteit door de kwaliteit van water, bodem en lucht te verbeteren. We zetten ons in voor robuuste natuurgebieden en het in stand houden van bedreigde dieren en planten. Hierbij koesteren we ook landschapselementen zoals houtwallen, hagen en kwelders.”
NSC wil natuurbehoud en -herstel baseren op onderzoek en monitoring, met duidelijke rollen voor terreinbeheerders, provincies en een onafhankelijke toezichthouder. Ze stellen wettelijke kwaliteitseisen aan beheerplannen en natuurdoelanalyses, en nemen gebiedsgerichte maatregelen in en rond Natura 2000-gebieden.
“Bij de inspanningen voor natuurbehoud en -herstel laten we ons leiden door onderzoek en monitoring, met een duidelijke rollenscheiding tussen terreinbeheerder, provincie en een onafhankelijke toezichthouder. Hierbij wordt niet alleen naar stikstof gekeken, maar naar de complete actuele staat van de natuur. Aan beheerplannen en natuurdoelanalyses worden wettelijke kwaliteitseisen gesteld.”
“In en rond Natura 2000-gebieden nemen we gebiedsgerichte maatregelen om natuur te behouden of te herstellen.”
NSC erkent dat versnipperde natuur (‘snippernatuur’) soms moet wijken voor andere maatschappelijke opgaven, mits instandhoudingsdoelen worden gerespecteerd en compensatie elders plaatsvindt. Ze pleiten voor meer flexibiliteit in Europese en nationale regelgeving om dit mogelijk te maken.
“Het redden van een ‘snippernatuur’ moet, mede in het licht van het veranderende klimaat en toenemende verdroging, ruimtelijk kunnen worden afgewogen tegen andere sociale en maatschappelijke opgaven. Een voorwaarde is dat de instandhoudingsdoelen worden gerespecteerd en dat als er snippernatuur plaats moet maken, dit in een ander gebied wordt gecompenseerd. Dit vraagt om meer flexibiliteit in Europese en nationale regelgeving.”
Volt pleit voor het herstel, de bescherming en uitbreiding van robuuste natuur in Nederland, met als doel biodiversiteit te versterken en ecosystemen te herstellen. Ze willen 30% van het land een natuurfunctie geven, kwetsbare gebieden prioriteit geven bij herstel, en ecocide strafbaar stellen. Hun aanpak is ambitieus en Europees georiënteerd, met nadruk op structurele bescherming en uitbreiding van natuurgebieden.
Volt wil dat 30% van het Nederlandse land een natuurfunctie krijgt, bestaande uit natuurgebieden, koppelgebieden en bufferstroken met natuurinclusieve landbouw of recreatie. Dit is bedoeld om robuuste natuur te creëren, biodiversiteit te versterken en internationale afspraken na te komen.
“Volt zet in lijn hiermee in op 30% natuurfunctie van ons land. Dit bestaat uit natuurgebieden, koppelgebieden en bufferstroken met natuurinclusieve landbouw of recreatie. Hiervoor is 150.000 hectare extra natuur nodig en moet het Natuurnetwerk Nederland met 34.000 hectare worden uitgebreid.”
Volt wil kwetsbare natuurgebieden actief beschermen en herstellen, met prioriteit voor gebieden die het meest onder druk staan door stikstof en droogte. Dit moet zorgen voor sneller en effectiever natuurherstel op de plekken waar dat het hardst nodig is.
“Er komt een lijst met kwetsbare natuurgebieden die prioriteit krijgen bij de vermindering van stikstof daaromheen. In combinatie met de andere maatregelen omtrent stikstof en droogte kan op die manier snel natuurherstel plaatsvinden op de plekken die het als eerste nodig hebben.”
Volt wil het grootschalig vernietigen van natuur (ecocide) strafbaar maken, zowel nationaal als Europees. Dit moet bedrijven en individuen afschrikken van ernstige schade aan robuuste natuur en ecosystemen.
50PLUS pleit voor het bevorderen van grote, aaneengesloten natuurgebieden en wil de indeling van Natura 2000-gebieden herzien, waarbij minder nadruk ligt op kleine natuurgebieden. Ze koppelen natuurbeleid aan rentmeesterschap voor toekomstige generaties, maar kiezen expliciet voor een minder "obsessieve" benadering van kleine natuurgebieden en willen gevaarlijke dieren zoals de wolf weren. Hun visie op robuuste natuur is pragmatisch en gericht op balans tussen natuur, veiligheid en economische belangen.
50PLUS wil de indeling van Natura 2000-gebieden herzien om grote, robuuste natuurgebieden te bevorderen, met minder focus op het beschermen van kleine, versnipperde gebieden. Dit moet bijdragen aan effectiever natuurbeheer en meer samenhangende natuur, zonder dat kleine gebieden het beleid domineren.
“Herziening van de indeling van Natura 2000-gebieden. Grote aaneengesloten en grensoverschrijdende natuurgebieden worden bevorderd en er wordt minder obsessief omgegaan met kleine natuurgebieden.”
Het beschermen van natuur en milieu wordt door 50PLUS gezien als een generatieproject, waarbij het belang van toekomstige generaties centraal staat. Dit rentmeesterschap legitimeert hun inzet voor robuuste natuur, maar is vooral een morele onderbouwing van hun beleid.
“Bescherming van het milieu als generatieproject: rentmeesterschap voor degenen die na ons komen, met inzet van ervaring en betrokkenheid op landelijk én op gemeentelijk niveau.”
50PLUS koppelt het idee van robuuste natuur aan veiligheid en leefbaarheid, door expliciet te pleiten voor het weren van gevaarlijke dieren zoals de wolf uit Nederland. Dit standpunt onderscheidt zich door de nadruk op menselijke veiligheid binnen natuurbeleid.
“Het weren van gevaarlijke dieren zoals de wolf uit ons dichtbevolkt land.”
Het CDA wil natuurgebieden robuuster maken door herverdeling en betere verbinding van natuur, zodat biodiversiteit en ecosystemen minder kwetsbaar zijn. Ze pleiten voor het standaard verruilen van natuur om grotere, beter verbonden gebieden te creëren en willen natuurbeheer versterken om natuurgebieden weerbaarder te maken tegen verstoring en klimaatverandering. De partij benadrukt samenwerking tussen natuurorganisaties, agrariërs en kennisinstellingen om deze doelen te bereiken.
Het CDA stelt dat het vergroten en beter verbinden van natuurgebieden noodzakelijk is om biodiversiteit te versterken en ecosystemen minder kwetsbaar te maken. Door natuur te verruilen en herverdelen, willen ze robuustere natuurgebieden realiseren die beter bestand zijn tegen verstoring.
“Het verruilen van natuur om robuustere natuurgebieden mogelijk te maken moet standaardpraktijk worden. We streven naar beter verbonden gebieden, waarbij de bestaande oppervlakte natuur wordt gewaarborgd, de leefruimte voor flora en fauna wordt vergroot en de biodiversiteit en ecosystemen minder kwetsbaar worden voor verstoring.”
Het CDA wil natuurbeheerplannen met specifieke aandacht voor het versterken van beheer en het weerbaarder maken van natuurgebieden tegen omgevings- en klimaatverandering. Dit moet bijdragen aan robuustere natuur op de lange termijn.
“Er komen natuurbeheerplannen met specifieke aandacht voor versterking van beheer en om natuurgebieden weerbaarder te maken tegen de omgeving- en klimaatverandering.”
De partij pleit voor een robuuste zonering waarbij rekening wordt gehouden met regionale verschillen in bodem en natuurtype, om zo de kwaliteit en samenhang van natuurgebieden te versterken.
“Wij willen een robuuste zonering van landbouw-, natuur- en watergebieden waarmee rekening wordt gehouden met de regionale verschillen in bodem en natuurtype.”
De SP streeft naar een robuuste natuur door natuurgebieden uit te breiden, te verbinden en sterker te beschermen, met een centrale rol voor boeren als natuurbeheerders. Ze willen tien procent van de landbouwgrond bestemmen voor natuur, investeren in biodiversiteit en natuurbeheer, en zorgen dat natuurgebieden goed bereikbaar en toegankelijk blijven voor iedereen.
De SP wil natuurgebieden niet alleen uitbreiden, maar ook onderling verbinden tot een robuust netwerk, zodat biodiversiteit wordt hersteld en natuurgebieden beter bestand zijn tegen externe invloeden. Dit is essentieel voor een gezonde leefomgeving en het voortbestaan van plant- en diersoorten.
“We breiden natuurgebieden uit, ook op zee, en verbinden ze tot een robuust netwerk.”
Om de natuur te versterken en biodiversiteit te herstellen, wil de SP dat op tien procent van de landbouwgrond ruimte komt voor natuur, beheerd door boeren die daarvoor een eerlijke vergoeding krijgen.
“Op tien procent van de landbouwgrond komt ruimte voor natuur: houtwallen, schone sloten, bloemrijke bermen en akkerranden versterken het netwerk van natuurgebieden. Boeren beheren deze landschapselementen en krijgen daarvoor een eerlijke financiële vergoeding.”
De SP pleit voor meer middelen en personeel voor natuurbeheer, zodat natuurgebieden beter worden onderhouden, planten en dieren meer ruimte krijgen, en de biodiversiteit daadwerkelijk kan herstellen.
“Natuurbeheer wordt versterkt om biodiversiteit te herstellen en natuurgebieden beter te beschermen. Er komt meer geld en personeel voor onderhoud, toezicht en herstel van natuur, zodat planten en dieren de ruimte krijgen en onze leefomgeving groener en gezonder wordt.”
De VVD koppelt het versterken van de natuur nadrukkelijk aan economische belangen en wil natuurdoelen afwegen tegen andere belangen zoals woningbouw en landbouw. Hun belangrijkste voorstellen zijn het verbeteren van natuurbeheer via betere analyses, het inzetten op inheemse beplanting en het betrekken van ondernemers en boeren bij natuurherstel, met als doel een sterke, weerbare natuur die samengaat met economische groei.
De VVD vindt dat natuurdoelen niet op zichzelf moeten staan, maar altijd moeten worden afgewogen tegen economische en maatschappelijke belangen. Ze willen ruimte geven aan ondernemers en bedrijven om bij te dragen aan natuurherstel, en benadrukken dat natuur en economie elkaar kunnen versterken.
“Zo gaan we de achteruitgang van de biodiversiteit in Nederland tegen en geven wij uitvoering aan de Europese Natuurherstelwet, waarbij natuurdoelen moeten worden afgewogen tegen andere belangen. Natuur en economie kunnen elkaar juist versterken. Daarom geven we ondernemers en bedrijven de ruimte om bij te dragen aan een gezonde leefomgeving en aan een sterke natuur.”
De VVD wil natuurbeheer effectiever maken door betere analyses en samenwerking met boeren, jagers en natuurbeheerders. Ze pleiten voor het gebruik van lokale gegevens zoals bodemkwaliteit en willen invasieve soorten bestrijden om de natuur robuuster te maken.
“Ook zorgen we voor effectief fauna-, natuur- en landschapsbeheer, samen met boeren, jagers en natuurbeheerders. Natuurdoelanalyses zijn belangrijk om richting te geven aan effectief natuurbeheer en het halen van natuurdoelen. We willen dat deze analyses verbeteren, bijvoorbeeld door deze aan te vullen met gegevens over de omgeving zoals de bodem. Invasieve exoten zoals de Amerikaanse rivierkreeft moeten effectief bestreden worden.”
De VVD wil de leefomgeving vergroenen door het aanplanten van inheemse bomen en struiken, zowel in steden als daarbuiten, om de biodiversiteit te versterken en de natuur weerbaarder te maken.
“We vergroenen onze leefomgeving, zowel in de steden als daarbuiten, door bijvoorbeeld inheemse bomen en struiken aan te planten. Zo gaan we de achteruitgang van de biodiversiteit in Nederland tegen...”