JA21 is kritisch op het Klimaatakkoord van Parijs en de daaruit voortvloeiende klimaatdoelen. De partij wil nationale zeggenschap over het klimaatbeleid behouden, zich niet binden aan de Parijse doelstellingen en pleit voor realistische, betaalbare en technologische oplossingen in plaats van wat zij als symboolpolitiek beschouwen.
JA21 verwerpt de verplichtingen uit het Klimaatakkoord van Parijs en wil dat Nederland zijn eigen koers bepaalt op het gebied van klimaatbeleid. De partij ziet de Parijse doelen als onhaalbaar, kostbaar en schadelijk voor de economie en pleit voor het loslaten van deze internationale afspraken.
“JA21 wil af van de onhaalbare en peperdure klimaatdoelen uit het Klimaatakkoord van Parijs.”
“Nederland moet stoppen met zichzelf extra klimaatdoelen op te leggen bovenop de afspraken uit Parijs.”
“We kiezen voor realisme en technologie in plaats van symboolpolitiek en het slaafs volgen van Parijs.”
JA21 wil dat Nederland zelf bepaalt hoe het omgaat met klimaat en energie, zonder Brusselse of Parijse inmenging. De partij benadrukt het belang van betaalbaarheid, betrouwbaarheid en technologische innovatie, en verzet zich tegen internationale dwang.
50PLUS noemt het Parijs-akkoord of de term "Parijs" niet expliciet in haar verkiezingsprogramma. Wel pleit de partij voor klimaatbeleid dat uitsluitend op Europees of mondiaal niveau wordt gevoerd, en voor het uitfaseren van nationaal klimaatbeleid zodra Europese CO2-beprijzing wordt opgeschaald. De partij is kritisch op nationale koppen bovenop Europese afspraken en wil vooral de concurrentiepositie van Nederland beschermen.
50PLUS vindt dat klimaatmaatregelen alleen effectief zijn als ze op Europees of mondiaal niveau worden genomen, en verzet zich tegen extra nationale regels bovenop Europese afspraken. De partij wil het nationale klimaatbeleid uitfaseren zodra er op Europees niveau stevige CO2-beprijzing is afgesproken, om zo de concurrentiepositie van Nederland te beschermen en versnippering te voorkomen. Dit standpunt impliceert afstand tot nationale uitvoering van het Klimaatakkoord van Parijs.
“Gezamenlijk klimaatbeleid op Europees of wereldwijd niveau, anders is het niet effectief.”
“Uitfasering van het nationale klimaatbeleid, nadat gezamenlijk is besloten om het Europese beprijzen van CO2 op te schalen.”
“geen extra regels bovenop de Europese afspraken.”
“Het optimaal beprijzen van CO2 op Europees niveau, zodat CO2-reductie wordt versneld zonder de concurrentiepositie van Nederland aan te tasten.”
FVD wil dat Nederland het Klimaatakkoord van Parijs opzegt en volledig stopt met de energietransitie en alle bijbehorende CO₂-reductiedoelen. Zij vinden het Parijsakkoord onbetaalbaar en zinloos, en willen in plaats daarvan inzetten op adaptatie zoals dijkenbouw en innovatieve landbouw. De partij pleit voor het loslaten van internationale klimaatverplichtingen om weer vrij fossiele brandstoffen te kunnen gebruiken.
FVD wil dat Nederland het Klimaatakkoord van Parijs opzegt en de klimaatwet intrekt. Volgens de partij zijn de verplichtingen uit Parijs onbetaalbaar en ineffectief, en beperken ze de energievoorziening en economische vrijheid van Nederland. FVD ziet meer in aanpassing aan klimaatverandering dan in het beperken van CO₂-uitstoot.
“We zeggen het Klimaatakkoord van Parijs op en trekken de klimaatwet in, zodat we weer ongeremd fossiele brandstoffen kunnen gebruiken en geen windturbines en zonneakkers hoeven aanleggen.”
“andere koers: stoppen met de energietransitie, intrekken van de klimaatwet, opzeggen van het Parijsakkoord en het loslaten van CO₂-doelen.”
FVD wil alle CO₂-reductiedoelen schrappen en volledig stoppen met de energietransitie. Zij vinden dat beleid weer gericht moet zijn op betaalbaarheid en betrouwbaarheid van energie, zonder internationale klimaatdoelen als uitgangspunt.
Het CDA blijft zich in Europees verband inzetten voor het behalen van de klimaatdoelen van het Klimaatakkoord van Parijs en wil dat Nederland zijn eerlijke aandeel levert. Ze pleiten voor ambitieus Europees klimaatbeleid, waarbij de Nederlandse Klimaatwet wordt aangepast aan de Parijse doelstellingen en de industrie vanuit een Europese aanpak wordt beoordeeld.
Het CDA onderstreept het belang van het Klimaatakkoord van Parijs en wil dat Nederland zich hieraan blijft committeren. Ze zien het als noodzakelijk om de uitstoot van broeikasgassen te verlagen en klimaatneutraliteit in 2050 te bereiken, met aandacht voor uitvoerbaarheid en het concurrentievermogen van de economie. De partij koppelt nationale doelen aan Europese afspraken en wil de Klimaatwet hierop aanpassen.
“We blijven ons committeren aan het Klimaatakkoord van Parijs en als Nederland ons eerlijke aandeel daarin leveren.”
“Wij blijven ons in Europees verband stevig inzetten voor het streven naar een verlaging van de uitstoot van broeikasgassen en klimaatneutraliteit in 2050.”
“We kiezen voor Europees ambitieus klimaatbeleid en groene industriepolitiek en passen onze Klimaatwet daarop aan.”
De Partij voor de Dieren wil de internationale treinverbindingen, waaronder die met Parijs, verbeteren als duurzaam alternatief voor vliegen. Zij pleiten voor investeringen in frequente, betaalbare en toegankelijke treinverbindingen naar grote Europese steden, zodat reizen per trein aantrekkelijker wordt dan vliegen.
De PvdD ziet het verbeteren van internationale treinverbindingen, waaronder die met Parijs, als essentieel om klimaatdoelen te halen en de luchtvaart te beperken. Door te investeren in een betaalbaar en toegankelijk Europees treinnetwerk willen zij het reizen per trein stimuleren en zo de CO2-uitstoot verminderen.
“Om goed op het Europese treinnetwerk aangesloten te zijn investeert Nederland in frequente internationale verbindingen naar Hamburg/Kopenhagen (noordoost), Berlijn/Praag (oost), München (zuidoost), Parijs (zuid) en Londen (west).”
“We investeren in een betaalbaar en toegankelijk Europees treinnetwerk. Internationale tickets worden zodanig goedkoper dat de optie voor ov financieel aantrekkelijker wordt dan auto of vliegtuig.”
De ChristenUnie ziet het Akkoord van Parijs als een belangrijke basis voor het Nederlandse klimaatbeleid en streeft naar hogere CO2-reductiedoelen dan wettelijk vereist. Ze willen dat Nederland zich actief inzet om de doelen van Parijs te overtreffen en benadrukken dat vermindering van uitstoot in eigen land niet mag leiden tot meer uitstoot elders.
De ChristenUnie beschouwt het Akkoord van Parijs en de daarop gebaseerde Europese doelstellingen als fundament voor het klimaatbeleid. Ze willen echter verder gaan dan de minimale eisen, om te voorkomen dat tegenvallers het behalen van de doelen in gevaar brengen. Dit standpunt adresseert het wereldwijde klimaatprobleem en onderstreept de verantwoordelijkheid van Nederland om een voortrekkersrol te spelen.
“Wij zien het Akkoord van Parijs en de Europese doelstellingen die daarop zijn gebaseerd als een goede basis. Dat geldt ook voor de Nederlandse Klimaatwet waarin is vastgelegd dat we in 2030 55% CO2-reductie moeten hebben behaald ten opzichte van 1990. De ChristenUnie richt zich op een hogere reductie in 2030, zodat tegenvallers er niet direct toe leiden dat we het minimale doel niet halen. Vermindering van uitstoot in eigen land mag niet leiden tot hogere uitstoot elders.”
De SP noemt het Parijs-akkoord expliciet als leidraad voor haar klimaatbeleid en stelt dat Nederland de klimaatdoelen van Parijs moet halen. De partij koppelt deze doelen aan concrete voorstellen zoals het aanpakken van de uitstoot via schone industrie, groene stroom en beter openbaar vervoer.
De SP ziet het Parijs-akkoord als een noodzakelijke internationale afspraak om de klimaatcrisis te bestrijden. Ze koppelt het behalen van deze doelen aan een fundamentele kritiek op het kapitalistische systeem en pleit voor grote investeringen in duurzame sectoren om zowel het klimaat als bestaanszekerheid te waarborgen.
“Wij gaan de uitstoot aanpakken met grote plannen voor schone industrie, groene stroom, openbaar vervoer en hergebruik van materialen. Daarmee halen we de klimaatdoelen en zorgen we voor bestaanszekerheid voor mensen.”
Volt noemt Parijs slechts in de context van burgerbudgetten en verwijst daarmee naar het Parijse voorbeeld van directe zeggenschap van inwoners over publieke bestedingen. Er zijn geen andere concrete beleidsvoorstellen of standpunten die specifiek betrekking hebben op Parijs; het gebruik is uitsluitend als referentiepunt voor participatieve democratie.
Volt wil inwoners meer directe invloed geven op de besteding van publiek geld door grootschalig te experimenteren met burgerbudgetten, geïnspireerd door het model zoals dat in Parijs wordt toegepast. Dit voorstel adresseert het probleem dat gemeentelijk beleid soms botst met bewonersinitiatieven en beoogt de samenwerking en zeggenschap van inwoners te versterken.
“We gaan grootschalig experimenteren met burgerbudgetten op (groot)stedelijk, regionaal en lokaal niveau, naar Antwerps of Parijs voorbeeld. We geven inwoners daarmee directe zeggenschap over de besteding van publiek geld ter verbetering van hun leefomgeving, zoals op het gebied van milieu of armoedebestrijding.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma