BVNL stelt dat de woningcrisis in Nederland grotendeels wordt veroorzaakt door hoge immigratie, waardoor de vraag naar woningen sterk is toegenomen. Hun belangrijkste voorstellen zijn het invoeren van een asielstop en het beperken van immigratie, gecombineerd met het schrappen van voorrang voor statushouders op sociale huurwoningen en het liberaliseren van de woningmarkt. Volgens BVNL zal het stoppen van immigratie direct leiden tot een overschot aan woningen en dalende prijzen.
BVNL ziet immigratie als de belangrijkste oorzaak van het woningtekort en wil daarom per direct een asielstop en strenge immigratiebeperkende maatregelen. Zij stellen dat zonder immigratie de woningmarkt zou ontspannen en prijzen zouden dalen.
“Voer een asielstop in. De Nederlandse bevolking krimpt, dus zonder immigratie zou er een overschot zijn aan woningen en zouden de huur- en koopprijzen kelderen.”
“Het absorptievermogen is bereikt en Nederland kan de eindeloze toestroom van asielzoekers niet meer aan. De huidige bevolking krimpt en veel van de problemen in de zorg, het onderwijs en op de woningmarkt kunnen worden opgelost door de grenzen te sluiten.”
“De vraag naar woningen is geëxplodeerd door een netto migratiesaldo van meer dan 100.000 mensen gemiddeld per jaar.”
“Om weer betaalbaar te kunnen wonen, moeten vraag en aanbod op de woningmarkt weer in balans komen door meer woningen te bouwen en immigratiebeperkende maatregelen te nemen.”
BVNL wil dat statushouders geen voorrang meer krijgen op sociale huurwoningen en dat huurtoeslag alleen beschikbaar is voor Nederlanders, niet voor expats of buitenlandse studenten. Dit moet de druk op de sociale woningmarkt verminderen en het gevoel van eerlijkheid bij Nederlandse woningzoekenden vergroten.
“Geen voorrang meer voor een sociale woning voor statushouders.”
“Huurtoeslag (huursubsidie) schaffen we af, maar zolang deze regeling bestaat is hij alleen beschikbaar voor Nederlanders, niet voor expats en buitenlandse studenten.”
“De Nederlandse taal leren is een vereiste voor een woning of een uitkering.”
BVNL wil alle asielzoekerscentra sluiten en de gebouwen ombouwen tot reguliere woningen, waarmee volgens hen direct extra woonruimte beschikbaar komt.
“Uiteindelijk sluiten we alle AZC’s en worden deze gebouwen getransformeerd naar woningen.”
Naast immigratiebeperking pleit BVNL voor het dereguleren van de woningmarkt om sneller meer woningen te kunnen bouwen en bestaande woonruimte efficiënter te benutten.
“Dit kan door de immigratie te stoppen en de woningmarkt te liberaliseren en te dereguleren, zodat er meer woningen kunnen worden bijgebouwd.”
“Bovendien zijn er talloze oplossingen, zoals het vergunningsvrij maken van woningdelen, het splitsen van woningen, het optoppen van woningen, het transformeren van kantoren naar woningen en het afschaffen van de kostendelersnorm, die er allemaal toe leiden dat de markt weer normaliseert.”
De ChristenUnie erkent dat migratie bijdraagt aan de druk op de woningmarkt, vooral door arbeids- en asielmigratie, en pleit voor meer regie op migratie en woningtoewijzing. Ze willen dat statushouders gehuisvest blijven worden door gemeenten, arbeidsmigranten fatsoenlijk worden ondergebracht, en dat integratie en spreiding van nieuwkomers centraal staan. Tegelijkertijd benadrukt de partij het belang van voldoende betaalbare woningen voor iedereen, met specifieke aandacht voor de gevolgen van migratie op woningtekorten.
De ChristenUnie vindt dat gemeenten statushouders moeten blijven huisvesten, ondanks de druk op de woningmarkt. Dit wordt gezien als een noodzakelijke verantwoordelijkheid, waarbij spreiding en kleinschalige opvang belangrijk zijn om integratie te bevorderen en overbelasting van bepaalde wijken te voorkomen.
“De spreidingswet blijft van kracht om te kunnen voorzien in voldoende kleinschalige opvanglocaties, passend bij de omvang van de gemeente of buurt. Ook blijven alle gemeenten verplicht om statushouders te huisvesten.”
De partij erkent dat arbeidsmigranten vaak in te kleine of slechte woningen verblijven, wat leidt tot sociale problemen en druk op voorzieningen. Ze willen dat werkgevers bijdragen aan fatsoenlijke huisvesting en dat er strenger toezicht komt op naleving van wetgeving.
“Arbeidsmigranten worden vaak ondergebracht in te kleine woningen.”
“Er moet een einde komen aan schrijnende leefomstandigheden en uitbuiting van arbeidsmigranten, zoals inhoudingen op het loon of dakloosheid bij verlies van baan.”
“Het toezicht op de naleving van wetgeving (zoals de Wet goed verhuurderschap of de Arbowetgeving) wordt aangescherpt.”
De ChristenUnie benoemt expliciet dat migratie bijdraagt aan het woningtekort en de druk op sociale voorzieningen. Ze pleiten voor meer grip op migratie en een gematigd migratiesaldo, mede om de woningmarkt beheersbaar te houden.
“Onze samenleving ondervindt de gevolgen van het falende (migratie)beleid: druk op sociale voorzieningen, woningtekorten en gebrekkige integratie.”
“De bevolkingsgroei in Nederland wordt de laatste jaren uitsluitend veroorzaakt door migratie (studie-, arbeids-, en asielmigratie).”
“Op basis van het advies van de Staatscommissie kiest de ChristenUnie voor gematigde groei door gecontroleerde migratie, inclusief de nodige keuzes voor de economie en de ruimtelijke inrichting van Nederland.”
De partij koppelt succesvolle integratie van nieuwkomers aan gezamenlijke verantwoordelijkheid van overheid, samenleving en migrant. Spreiding en integratie zijn volgens de ChristenUnie essentieel om problemen in kwetsbare wijken te voorkomen.
“Integratie van nieuwkomers is alleen een succes wanneer overheid, samenleving en nieuwkomers gezamenlijk hun verantwoordelijkheid nemen.”
“Kwetsbare wijken in grote steden kampen met zware integratieproblemen...”
“De overheid moet de voorwaarden scheppen voor succesvolle participatie...”
JA21 stelt dat de woningnood in Nederland grotendeels wordt veroorzaakt door hoge migratie, vooral asiel- en arbeidsmigratie, en pleit daarom voor een drastische beperking van migratie om de druk op de woningmarkt te verlichten. De partij wil migratieplafonds, het afschaffen van voorrang voor statushouders bij sociale huurwoningen, en strengere selectie van migranten. Daarnaast bepleit JA21 het bouwen van woningen die aansluiten bij demografische trends, maar benadrukt dat het beperken van bevolkingsgroei door migratie essentieel is voor structurele oplossingen.
JA21 ziet de snelle bevolkingsgroei door migratie als de belangrijkste oorzaak van de woningnood en wil daarom migratie fors beperken. De partij stelt dat minstens de helft van de nieuw te bouwen woningen nodig is voor migratiegerelateerde bevolkingsgroei, wat volgens hen onhoudbaar is. Ze pleiten voor juridisch verankerde migratieplafonds en scherpe selectie van migranten.
“Nederland wordt immers geconfronteerd met een onverwacht snelle bevolkingsgroei door migratie. De afgelopen jaren is de groei van de Nederlandse bevolking nagenoeg geheel toe te schrijven aan migratie doordat het geboortesaldo minimaal of zelfs negatief is geworden. De bevolking groeit harder dan ooit. Nederland ging in 8 jaar tijd van 17 naar 18 miljoen inwoners. Minstens de helft van de nieuw te bouwen woningen is nu nodig om de bevolkingsgroei door migratie bij te houden. Dit is een onhoudbare situatie.”
“JA21 wil dat de overheid een beleid gaat ontwikkelen om de bevolkingsgroei van Nederland te beperken. Dat betekent onder meer het juridisch verankeren van migratie plafonds en scherpe selectie van arbeidsmigratanten en gezinshereniging. Alleen zo is zicht op een oplossing van de structurele woningnood.”
“De bevolkingsgroei in Nederland komt vandaag de dag volledig voor rekening van migratie. In tien jaar tijd kwamen er zo’n drie miljoen migranten bij, met grote druk op de woningmarkt en sociale voorzieningen als gevolg.”
JA21 wil dat statushouders geen voorrang meer krijgen bij de toewijzing van sociale huurwoningen, omdat dit volgens hen de woningnood voor eigen inwoners verergert.
“Afschaffen voorrangsregeling en wettelijke taakstellingen voor gemeenten met betrekking tot de huisvesting van statushouders.”
“In de regel vervolgens statushouder, waarna zij op grond van verplichte taakstellingen voor gemeenten met voorrang worden gehuisvest, wat de woningnood verder doet oplopen en ervoor zorgt dat eigen inwoners langer op de wachtlijst voor een sociale huurwoning staan.”
JA21 koppelt arbeidsmigratie direct aan problemen op de woningmarkt, zoals overbewoning en uitbuiting, en wil daarom strengere regulering, handhaving en terugkeer van werkloze arbeidsmigranten.
“Talloze buurten in onze steden en dorpen gaan gebukt onder misstanden op de woningmarkt zoals overbewoning van appartementen, malafide verhuurpraktijken, overbewoonde recreatieparken, en een daardoor steeds verder afbrokkelende sociale cohesie in wijken waar toch al veel problemen spelen.”
“Het is noodzakelijk om veel nadrukkelijker in te zetten op terugkeer van EU-migranten die geen toekomst meer in Nederland hebben. ‘Werkloze arbeidsmigrant’ is een contradictio in terminis. Bij verlies van werk vervalt de verblijfsgrond en is niet als dakloze in Nederland blijven, maar terugkeer het antwoord.”
JA21 vindt dat woningbouw niet alleen een kwestie is van meer bouwen, maar vooral van het afstemmen op demografische trends en het beperken van migratie. Zij pleiten voor flexibiliteit in het woningaanbod en het benutten van bestaande voorraad, maar stellen dat zonder migratiebeperking structurele oplossingen onmogelijk zijn.
“De oplossing van de structurele woningnood zit dus niet alleen met het zo snel mogelijk beginnen met bouwen maar ook met een visie op de toekomst: waar is niet alleen nu, maar ook over 20 tot 40 jaar behoefte aan? Hiervoor kijken wij naar migratie, en naar balans in het woningaanbod.”
“Voorts is oog nodig voor balans in het woningaanbod: De vergrijzing leidt tot een piekvraag naar kleine, toegankelijke woningen; met name appartementen en flexibele woonvormen voor ouderen. ... JA21 wil: Dat de markt de ruimte krijgt om de woningproductie af te stemmen op de demografische trends, zowel qua woningtype, grootte en regionale verschillen. Een beleid ontwikkelen om de bevolkingsgroei van Nederland te beperken. Dat betekent onder meer het juridisch verankeren van migratie plafonds en scherpe selectie van arbeidsmigratanten en gezinshereniging.”
NSC koppelt het woningtekort direct aan migratie en wil zowel het woningaanbod vergroten als de migratie beperken om de druk op de woningmarkt te verlichten. Ze pleiten voor strengere migratie-eisen, het afschaffen van voorrang voor statushouders bij sociale huur, en het bouwen van meer betaalbare woningen, met speciale aandacht voor de gevolgen van arbeids-, kennis-, studie- en asielmigratie op de woonruimte. Hun visie is dat grip op migratie essentieel is om de woningnood structureel aan te pakken.
NSC ziet migratie als een belangrijke oorzaak van het woningtekort en wil daarom alle vormen van migratie beperken, met concrete maatregelen zoals een migratiesaldo-plafond, strengere eisen voor arbeids- en kennismigratie, en het koppelen van studiemigratie aan beschikbare woonruimte. Dit moet voorkomen dat de bevolkingsgroei door migratie de woningmarkt verder onder druk zet.
“De demografische ontwikkeling van Nederland laat zien dat de bevolking alleen nog maar groeit door buitenlandse migratie. Elk jaar neemt onze bevolking toe met de omvang van een stad als Maastricht. Dit verergert de problemen op de woningmarkt...”
“We pleiten voor een bewust, actief en selectief migratiebeleid, dat rekening houdt met de draagkracht van de Nederlandse samenleving. Om te komen tot een bevolking van 19 tot 20 miljoen per 2050 zetten we in op een richtgetal voor een migratiesaldo van maximaal 50.000 mensen per jaar.”
“De instroom van buitenlandse studenten wordt gerelateerd aan de beschikbare capaciteit aan woonruimte en opleidingsplaatsen in studentensteden.”
“We versoberen de regelingen die kennismigranten fiscaal bevoordelen en de woningmarkt verstoren.”
NSC wil het toewijzen van sociale huurwoningen eerlijker maken door statushouders geen voorrang meer te geven, zodat de wachttijd voor andere woningzoekenden niet verder oploopt. Statushouders kunnen alleen op reguliere gronden in aanmerking komen voor sociale huur.
“Het is onrechtvaardig als statushouders voorrang krijgen op sociale huurwoningen terwijl de wachttijden voor andere woningzoekenden oplopen. Daarom stellen we een verbod op voorrang van statushouders in bij toewijzing van een sociale huurwoning.”
NSC erkent het woningtekort en wil fors inzetten op de bouw van betaalbare (huur- en koop)woningen, met speciale aandacht voor starters, ouderen en mensen met een smalle beurs. Dit moet de druk op de woningmarkt verlichten, ook als gevolg van migratie.
NSC wil het aantal arbeidsmigranten terugdringen en misstanden rondom hun huisvesting aanpakken, onder meer door werkgeversverplichtingen en het afschaffen van inhoudingen op het loon voor huisvesting.
“Nederland is verslaafd aan laagbetaalde arbeid. Het moet minder aantrekkelijk worden voor bedrijven om op grote schaal goedkope arbeidsmigranten hierheen te halen, die vaak onder slechte omstandigheden wonen en werken.”
“We schaffen de mogelijkheid voor werkgevers af om een percentage (25%) van het minimumloon van arbeidsmigranten voor huisvesting in te houden.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) koppelt het woningvraagstuk los van marktwerking en pleit voor een duurzame, eerlijke volkshuisvesting waarin voldoende betaalbare woningen beschikbaar zijn voor iedereen, ongeacht achtergrond. Migratie wordt niet als oorzaak van woningnood gezien; de partij richt zich op het aanpakken van grondoorzaken van migratie en het waarborgen van gelijke rechten en fatsoenlijke huisvesting voor migranten en arbeidsmigranten. De kern van hun visie is dat wonen een recht is, geen verdienmodel, en dat iedereen – inclusief migranten – toegang moet hebben tot goede, betaalbare huisvesting.
De PvdD stelt dat de wooncrisis het gevolg is van politieke keuzes en marktwerking, niet van migratie. Ze willen volkshuisvesting centraal stellen en woningen bouwen voor de daadwerkelijke behoefte, waarbij iedereen – ook migranten – toegang heeft tot betaalbare woonruimte.
“De wooncrisis is niet zomaar uit de lucht komen vallen, maar een direct gevolg van eerdere politieke keuzes. Met andere keuzes lost de Partij voor de Dieren een probleem op dat nooit had hoeven ontstaan.”
“De Partij voor de Dieren wil het woningtekort op een duurzame manier oplossen. Investeerders bouwen nu vooral graag grote dure woningen, omdat daar het meeste geld aan te verdienen valt. De overheid moet ingrijpen en ervoor zorgen dat er gebouwd wordt waar echt behoefte aan is.”
“Huizen zijn geen handelswaar. Huizen zijn om in te wonen, niet om een slaatje uit te slaan.”
De partij benadrukt dat migranten en arbeidsmigranten recht hebben op gelijke behandeling en goede huisvesting. Ze willen uitbuiting tegengaan en discriminatie op de woningmarkt bestrijden.
“Iedereen die in Nederland werkt – waar je ook vandaan komt – heeft recht op gelijke behandeling, goede huisvesting en bescherming tegen uitbuiting.”
“Arbeidsmigranten krijgen betere bescherming tegen uitbuiting, waaronder het recht op een eigen slaapkamer en fatsoenlijke huisvesting. Het is niet langer toegestaan dat commerciële bedrijven zowel werkgever als huisbaas zijn van arbeidsmigranten.”
“Nederland zorgt ervoor dat de rechten van migranten worden gewaarborgd, pakt discriminatie op het gebied van werk, huisvesting en gezondheidszorg aan en gaat xenofobie jegens migranten tegen.”
De PvdD ziet migratie niet als oorzaak van woningnood en richt zich op het aanpakken van de grondoorzaken van migratie, terwijl ze pleiten voor een humaan en eerlijk migratiebeleid met waarborging van rechten, inclusief toegang tot huisvesting.
“Migratiebeleid richt zich op het wegnemen van de oorzaken waardoor mensen hun land moeten ontvluchten.”
De partij wil het woningaanbod vergroten en diversifiëren, zodat er voldoende betaalbare woningen zijn voor verschillende huishoudens, inclusief migranten en alleenstaanden.
“Bij het creëren van woonruimte wordt rekening gehouden met de realiteit van de huidige samenleving. Woningen worden niet standaard gebouwd naar de behoefte van het kerngezin, maar er wordt ook woonruimte gecreëerd voor mensen die alleen (willen) wonen.”
“Er komen meer betaalbare woningen: minimaal 40% van de nieuwbouwwoningen is sociale huur.”
De SGP koppelt de woningnood direct aan migratie en pleit voor het beperken van migratie om de druk op de woningmarkt te verlichten. Ze willen statushouders en arbeidsmigranten minder snel toegang geven tot reguliere sociale huurwoningen en stellen voor hen alternatieve woonvormen voor, terwijl ze tegelijkertijd pleiten voor een strenger migratiebeleid en het stellen van duidelijke grenzen aan migratie.
De SGP ziet migratie als een belangrijke oorzaak van de woningnood en wil de instroom beperken om de druk op de woningmarkt te verminderen. Ze pleiten voor een bovengrens aan het migratiesaldo en stellen dat migratie niet de oplossing is voor vergrijzing.
“De huidige woningnood is namelijk geen natuurverschijnsel, maar voor een groot deel het gevolg van politieke keuzes. ... Zo hebben demografische ontwikkelingen grote impact. Te denken valt aan immigratie. Dit vereist een strenger migratiebeleid.”
“Meer dan 18.000.000 inwoners telt ons kleine landje inmiddels. Terwijl ons geboortecijfer keldert, loopt het migratiesaldo fors op en gaat de vergrijzing door. Dit is niet vol te houden: doen we niets, dan komen er tot aan 2050 nog eens 4 tot 5 miljoen mensen bij. Omdat migratie niet de oplossing is voor de vergrijzing wordt een rem op migratie gezet.”
“De SGP wil een sturend richtgetal met een duidelijk bovengrens voor het migratiesaldo inclusief bandbreedtes voor alle migratiesoorten met bijbehorend langjarig, integraal migratiebeleid waarbij alle domeinen van de samenleving in ogenschouw worden genomen.”
Om de druk op sociale huurwoningen te verminderen, wil de SGP statushouders en arbeidsmigranten vaker huisvesten in niet-zelfstandige woonruimten of alternatieve woonvormen, zodat reguliere woningzoekenden niet worden verdrongen.
“Om te voorkomen dat de beschikbaarheid van sociale huurwoningen verder onder druk komt te staan, moet het mogelijk zijn om houders van een verblijfsvergunning – voor zover passend bij hun situatie – te huisvesten in niet-zelfstandige woonruimten.”
“Een goede en passende huisvesting van arbeidsmigranten is cruciaal. Niet alleen om de druk op de woningmarkt te verminderen, maar ook om de woonomstandigheden van deze migranten te verbeteren, bijvoorbeeld via niet-zelfstandige woonruimten.”
“Tegelijkertijd horen we van veel jonge stellen die het stichten van een gezin uitstellen omdat zij geen passende woning kunnen vinden, mede doordat statushouders voorrang krijgen.”
De SGP wil het aantal arbeidsmigranten beperken en stelt strengere eisen aan hun huisvesting, zodat de woningmarkt niet verder onder druk komt te staan.
“Nederland is chronisch verslaafd aan arbeidsmigratie en dat is ongezond. ... Het aantal arbeidsmigranten moet daarom omlaag.”
“Ondernemers worden verantwoordelijk gehouden voor werknemers die zij hierheen halen, onder meer ten aanzien van huisvesting of het leren van de taal.”
“Voor arbeidsmigratie van buiten de EU, en ook studiemigratie, gaan strikte voorwaarden en quota gelden om overbelasting en uitbuiting tegen te gaan.”
BIJ1 ziet wonen als een universeel recht voor iedereen, ongeacht migratieachtergrond of verblijfsstatus, en pleit voor gelijke toegang tot huisvesting voor migranten, vluchtelingen en ongedocumenteerden. De partij wil structurele doorstroom van asielzoekers naar vaste woningen, het recht op opvang voor alle migranten, en het bestrijden van discriminatie en gentrificatie die migranten extra hard raken. BIJ1 koppelt een radicaal volkshuisvestingsbeleid aan een open en inclusieve migratievisie, waarbij niemand wordt uitgesloten van betaalbare huisvesting.
BIJ1 stelt dat iedereen, ongeacht verblijfsstatus of achtergrond, recht heeft op een betaalbare en veilige woning. Het beleid is expliciet gericht op het bestrijden van uitsluiting van migranten en vluchtelingen op de woningmarkt en het waarborgen van hun woonrecht.
“Wonen hoort een recht te zijn, geen verdienmodel. Wij zorgen dat de basisbehoefte van een goed en betaalbaar huis voor iedereen een garantie is. Wat je huidskleur, gender, religie, levenswijze, seksuele geaardheid, inkomen of verblijfsstatus ook is.”
“Er komt structurele doorstroom van AZC’s naar vaste woningen: wonen is een recht van iedereen.”
“Iedereen krijgt gelijke toegang tot basisvoorzieningen, ongeacht verblijfsstatus. Mensen hebben recht op daklozenopvang, medische zorg, voedselbanken, passend werk en gratis taallessen tot C1-niveau.”
BIJ1 erkent dat gezinnen met een migratieachtergrond extra hard worden geraakt door gentrificatie en streeft ernaar hun woonrecht te beschermen. De partij wil dat bestaande bewoners, waaronder migranten, niet worden verdrongen door stadsvernieuwing of stijgende huurprijzen.
“Gentrificatie raakt gezinnen met een kleinere portemonnee en een migratieachtergrond extra hard. Hun woonrecht en thuis horen te worden beschermd.”
“We stoppen dat de komst van ambtenaren, militairen, stagiairs en anderen uit Europees Nederland de huurprijzen omhoog duwt voor de inwoners van de eilanden.”
BIJ1 garandeert opvang en huisvesting voor dakloze EU-arbeiders en ongedocumenteerde mensen, en wil dat deze groepen niet worden uitgesloten van voorzieningen.
Arbeidsmigranten moeten zelfstandig woningen kunnen huren, toegang hebben tot gemeentelijke opvang en recht hebben op sociale voorzieningen, zodat hun afhankelijkheid van werkgevers wordt verminderd.
“Ze kunnen zelfstandig woningen huren of gemeentelijke opvang gebruiken en hebben recht op sociale voorzieningen, gelijk loon, gelijke contracten en arbeidsrechten. Zo wordt hun afhankelijkheid van werkgevers verkleind.”
FVD koppelt het woningtekort direct aan immigratie en pleit voor een strenge beperking van migratie om de druk op de woningmarkt te verlichten. Ze willen asiel en immigratie fors beperken, remigratie stimuleren, en bij woningtoewijzing expliciet voorrang geven aan Nederlanders boven statushouders. Hun visie is dat minder migratie leidt tot meer woningen en sociale samenhang voor Nederlanders.
FVD stelt dat immigratie, vooral uit niet-westerse landen, de woningmarkt zwaar belast en wil daarom de instroom stoppen en remigratie stimuleren. Ze zien het terugdringen van migratie als essentieel om het woningtekort op te lossen en sociale voorzieningen te ontlasten.
“Niet alleen is de druk op onze verzorgingsstaat, sociale voorzieningen en woningmarkt fors toegenomen, ook de veiligheid, culturele identiteit en sociale cohesie zijn ernstig ondermijnd.”
“Zelfs als we de grenzen vandaag volledig zouden sluiten en geen enkele migrant meer toelaten, blijven de gevolgen van decennialang opengrenzenbeleid bestaan... Dat zorgt voor blijvende druk op scholen, zorg, huisvesting en sociale zekerheid.”
“We streven naar meer mensen die terugkeren dan dat er binnenkomen, zodat Nederland weer beheersbaar wordt voor de komende generaties.”
FVD wil dat Nederlanders altijd voorrang krijgen bij de toewijzing van (sociale) huurwoningen en dat statushouders geen voorrang meer krijgen. Dit moet volgens hen de kansen voor Nederlanders op de woningmarkt vergroten.
“We bouwen snel 100.000 woningen per jaar... Sociale huurwoningen worden beperkt, met voorrang voor Nederlanders boven statushouders.”
“We stoppen met het huisvesten van statushouders in de sociale sector en geven Nederlanders altijd voorrang.”
“We stoppen de huisvesting van statushouders in sociale woningen en geven voorrang op wachtlijsten aan Nederlanders.”
FVD wil het aandeel sociale huurwoningen verkleinen en verhuurders volledige vrijheid geven in de keuze van hun huurders. Hiermee willen ze het aanbod vergroten voor Nederlanders en de marktwerking herstellen.
GroenLinks-PvdA erkent dat migratie druk zet op de woningmarkt, vooral door arbeidsmigratie en asielinstroom, en wil deze druk beheersen door actief te sturen op migratie en meer regie op volkshuisvesting. De partij stelt voor om arbeidsmigratie te beperken tot noodzakelijke sectoren, werkgevers verantwoordelijk te maken voor huisvesting van arbeidsmigranten, en gemeenten meer zeggenschap te geven over nieuwe bedrijvigheid als de woningmarkt onder druk staat. Tegelijkertijd investeert GroenLinks-PvdA fors in woningbouw en wil zij uitsluiting van kwetsbare groepen op de woningmarkt tegengaan.
GroenLinks-PvdA wil de instroom van arbeidsmigranten beperken tot sectoren waar zij echt nodig zijn, om de druk op de woningmarkt en leefbaarheid in wijken te verminderen. Bedrijven die afhankelijk zijn van laagbetaald werk en uitbuiting worden ontmoedigd of geweerd, en gemeenten krijgen meer regie over bedrijvigheid als de woningmarkt onder druk staat.
“Wij sturen op minder arbeidsmigratie. Bedrijven die alleen kunnen bestaan dankzij laagbetaald werk en uitbuiting hebben in Nederland niets te zoeken.”
“Een gematigde bevolkingsgroei kan alleen als we ons richten op de toenemende vraag naar arbeidsmigratie. We blijven arbeidsmigratie voor werkgevers die bijdragen aan onze brede welvaart mogelijk maken, maar roepen werkgevers die dat niet doen een halt toe.”
“Gemeenten moeten nieuwe bedrijvigheid of uitbreiding stop kunnen zetten als wijken sterk onder druk staan. Daarom willen wij een afwegingskader zodat (nieuwe) bedrijvigheid alleen mag als er genoeg huizen en voorzieningen zijn.”
Om misstanden en overbewoning te voorkomen, wil GroenLinks-PvdA dat werkgevers verplicht meebetalen aan huisvesting en onderwijs voor arbeidsmigranten en hun gezinnen. Dit moet de leefbaarheid in wijken verbeteren en uitbuiting tegengaan.
“Daarom gaan werkgevers verplicht meebetalen aan huisvesting en onderwijs, zoals taalles, ook voor meekomende gezinsmigranten.”
“Regelmatig worden arbeidsmigranten op wisselende locaties gehuisvest waardoor zij geen binding krijgen met de buurt. Daarom moet er een huisvestingsverordening komen in gemeenten om verkamering tegen te gaan, zoals wordt gedaan in Roosendaal, en het huurrecht moet ook voor arbeidsmigranten gaan gelden.”
De partij wil de registratie van arbeidsmigranten verbeteren om beter te kunnen sturen op aantallen en beleid, en een structureel programma voor opvang van niet-rechthebbende EU-arbeidsmigranten om dakloosheid en overlast te voorkomen.
“Daarom verbeteren we de registratie van arbeidsmigranten.”
“Om dakloosheid en overlast tegen te gaan komt er een structureel programma voor de opvang van niet-rechthebbende EU-arbeidsmigranten.”
GroenLinks-PvdA wil dat het tekort aan betaalbare woningen niet wordt gebruikt om groepen tegen elkaar op te zetten en draait aanscherpingen van de voorrangsregeling voor statushouders terug.
“Het tekort aan betaalbare woningen wordt gebruikt om groepen tegen elkaar op te zetten. Terwijl iedereen in hetzelfde schuitje zit. Meer betaalbaar is de oplossing, niet de uitsluiting van kwetsbare groepen. We draaien de aanscherpingen van de voorrangsregeling voor statushouders daarom terug.”
BBB stelt dat migratie de druk op de woningmarkt vergroot en wil daarom migratie, met name asielmigratie, fors beperken. Ze pleiten voor het afschaffen van voorrang voor statushouders bij sociale huurwoningen en willen dat iedereen, inclusief nieuwkomers, gelijk achteraan sluit in de rij voor een woning. Daarnaast wil BBB arbeidsmigratie alleen toestaan als deze niet leidt tot extra druk op huisvesting.
BBB ziet migratie, vooral asielmigratie, als een belangrijke oorzaak van de woningnood en wil deze daarom fors beperken. Ze stellen harde grenzen aan migratie en willen de instroom van asielzoekers drastisch verminderen om zo de druk op de woningmarkt te verlichten.
“Het indammen van de migratiestroom en een halt aan de ongecontroleerde hoeveelheid asielzoekers draagt bij aan het verminderen van de druk op de woningmarkt.”
“Ook migratie speelt een rol in de woningopgave: opvanglocaties nemen woonruimte in beslag en de toestroom vergroot de druk op gemeenten, voorzieningen en de leefomgeving.”
“De druk op onze samenleving neemt al decennialang toe: op de woningmarkt, in de zorg, in het onderwijs en bij politie en justitie.”
BBB wil dat statushouders niet langer voorrang krijgen bij de toewijzing van sociale huurwoningen. Iedereen, inclusief nieuwkomers, moet volgens BBB gelijk behandeld worden en achteraan aansluiten in de rij van woningzoekers.
“Het is onverteerbaar dat jonge Nederlanders jarenlang wachten op een woning, terwijl nieuwkomers direct worden gehuisvest. BBB maakt een einde aan voorrang voor statushouders bij het toekennen van sociale huurwoningen. Iedereen sluit achteraan in de rij van woningzoekers, ook statushouders.”
BBB erkent dat arbeidsmigranten in sommige sectoren nodig zijn, maar wil dat arbeidsmigratie niet leidt tot extra druk op de woningmarkt. Arbeidsmigranten moeten bij voorkeur nabij het werk worden gehuisvest en alleen worden toegelaten als er fatsoenlijke huisvesting beschikbaar is.
“Huisvesting arbeidsmigranten. Bij voorkeur nabij het werk, om te voorkomen dat reguliere woningen hiervoor worden opgekocht.”
“Arbeidsmigratie moet bijdragen aan het oplossen van knelpunten op de arbeidsmarkt, zonder te leiden tot overbelasting van integratie en huisvesting.”
“Huisvesting van arbeidsmigranten moet mogelijk zijn bij het bedrijf waarvoor zij werken, mits fatsoenlijk en tegen marktconforme prijzen.”
D66 erkent dat migratie druk zet op de woningmarkt en wil daarom zowel de huisvesting van migranten verbeteren als de woningvoorraad vergroten voor alle groepen. Ze stellen strenge eisen aan werkgevers voor huisvesting van arbeidsmigranten en pleiten voor eerlijke verdeling van huisvesting voor aandachtsgroepen, waaronder statushouders, over gemeenten. Tegelijkertijd investeert D66 in meer betaalbare woningen en doorstroming om de druk op de woningmarkt te verlichten.
D66 ziet dat arbeidsmigratie bijdraagt aan druk op de woningmarkt en wil misstanden tegengaan door werkgevers verantwoordelijk te maken voor fatsoenlijke huisvesting. Slechte huisvesting en uitbuiting van arbeidsmigranten worden expliciet afgewezen.
“Als zij niet zorgen voor fatsoenlijke huisvesting en arbeidsvoorwaarden kunnen ze hun vergunning kwijtraken.”
“Te vaak werken arbeidsmigranten in slechte omstandigheden en wonen ze onder mensonterende omstandigheden. Dit is Nederland onwaardig. D66 wil dat arbeidsmigranten hier veilig en eerlijk kunnen werken en wonen.”
“We zorgen dat bedrijven en uitzendbureaus hun verantwoordelijkheid nemen voor huisvesting...”
D66 wil dat huisvesting voor groepen zoals statushouders eerlijk over gemeenten wordt verdeeld, om te voorkomen dat de druk op bepaalde wijken of gemeenten te groot wordt.
“We regelen wettelijk dat huisvesting voor aandachtsgroepen eerlijk wordt verdeeld over gemeenten, op basis van het inwoneraantal.”
Om de druk op de woningmarkt – mede door migratie – te verlichten, investeert D66 in meer betaalbare woningen, doorstroming en het bouwen van nieuwe steden. Dit moet ervoor zorgen dat iedereen, inclusief migranten en statushouders, een passende woning kan vinden.
“We willen dat meer mensen een goede, betaalbare woning kunnen vinden. Daarom investeren we grootschalig in de sociale huur, de middenhuur en betaalbare koop.”
“Wonen is een basisrecht, of je nu starter of senior, student of statushouder bent.”
“We bouwen tien nieuwe steden met uitstekende verbindingen met het openbaar vervoer.”
DENK erkent het tekort aan betaalbare woningen als een urgent probleem en wil dat de overheid fors ingrijpt om dit op te lossen, met speciale aandacht voor eerlijke toegang tot huisvesting voor iedereen, inclusief migranten en statushouders. De partij pleit voor het bestrijden van misstanden rond arbeidsmigranten en het versnellen van procedures voor woningbouw, maar koppelt migratie en woning vooral via het tegengaan van uitbuiting en overbewoning in kwetsbare wijken. Concrete voorstellen zijn onder meer het bouwen van meer betaalbare woningen, het aanpakken van woningmarktdiscriminatie en het verbeteren van de positie van arbeidsmigranten op de woningmarkt.
DENK ziet het woningtekort als een van de grootste uitdagingen en wil dat de overheid de regie neemt om snel meer betaalbare woningen te realiseren. Dit moet de druk op de woningmarkt verlichten voor alle groepen, inclusief migranten en statushouders.
“Het tekort aan woningen is misschien wel de grootste uitdaging van Nederlanders in het dagelijkse leven. De bestaanszekerheid van heel veel mensen staat onder druk doordat de huren en de woningprijzen te hoog zijn. De komende periode moet dan ook alles op alles gezet worden om het tekort aan betaalbare woningen zo snel mogelijk in te lopen.”
“Wij willen sneller en meer bouwen. Het doel is om jaarlijks 100.000 woningen te bouwen.”
“We gaan drastisch procedures versnellen. Dat betekent dat overbodige en belemmerende regelgeving verdwijnt. Ook wordt er gekeken naar de mogelijkheden om bezwaarmogelijkheden tegen woningbouwprojecten te verminderen, de termijnen te versnellen en door middel van het vergroten van de capaciteit procedures sneller te doorlopen.”
DENK erkent dat uitbuiting en overbewoning door arbeidsmigranten negatieve effecten hebben op kwetsbare wijken en wil deze misstanden actief bestrijden. Dit standpunt koppelt migratie direct aan het woningvraagstuk, met nadruk op handhaving en betere regulering.
“De negatieve effecten van de uitbuiting van arbeidsmigranten op kwetsbare wijken te kenteren. Misstanden zoals overbewoning, schijnhuurcontracten en uitbuiting worden bestreden, onder andere via verhuurvergunningen, verplichtingen voor werkgevers en handhaving.”
DENK vindt dat statushouders en vluchtelingen snel recht moeten krijgen op werk en huisvesting, en dat opvang kleinschalig en menswaardig moet zijn. Dit moet integratie bevorderen en de druk op de woningmarkt eerlijk verdelen.
“Vluchtelingen en statushouders horen zo snel mogelijk het recht te krijgen om te werken zodat ze hun eigen inkomen kunnen verdienen.”
“Eerlijke verdeling van de opvang van vluchtelingen in Nederland. DENK wil meer investeren in langdurige, kleinschalige opvangvoorzieningen door heel het land. De Spreidingswet moet behouden blijven.”
DENK wil discriminatie op de woningmarkt uitbannen, zodat ook migranten en mensen met een migratieachtergrond gelijke kansen krijgen op huisvesting.
“DENK strijdt voor een eerlijke toegang tot de woningmarkt voor iedereen. Woningmarktdiscriminatie willen wij uitbannen door: Voor woningmarktdiscriminatie komen zwaardere straffen en boetes.”
De PVV koppelt het woningtekort direct aan migratie en stelt dat immigratie, met name van statushouders en asielzoekers, de druk op de woningmarkt vergroot. Hun belangrijkste voorstellen zijn het volledig schrappen van voorrang voor statushouders bij sociale huurwoningen, het beëindigen van de verplichte huisvestingstaak voor gemeenten, en het fors versnellen van woningbouw uitsluitend voor Nederlanders. De partij wil migratie sterk beperken en woningen expliciet reserveren voor de Nederlandse bevolking.
De PVV stelt dat het geven van voorrang aan statushouders bij sociale huurwoningen leidt tot discriminatie van Nederlanders en het woningtekort verergert. Daarom willen ze deze voorrang volledig afschaffen en de gemeentelijke taakstelling voor verplichte huisvesting van statushouders schrappen.
“Nooit meer voorrang op sociale huurwoningen voor statushouders – ook niet met urgentie”
“Gemeentelijke taakstelling voor de verplichte huisvesting van statushouders schrappen”
“Sinds 2010 zijn er al zo’n 190.000 sociale huurwoningen mét voorrang aan statushouders weggegeven – zonder dat zij iets aan dit land hebben bijgedragen.”
De PVV wil woningbouw versnellen door procedures te verkorten, bezwaar en beroep tijdelijk te beperken, en extra te investeren in betaalbare woningen. De partij koppelt deze bouwopgave expliciet aan het belang van Nederlanders, waarbij woningen niet naar migranten gaan.
“Nationaal crisisplan voor voldoende woningen: 1. Nooit meer voorrang op sociale huurwoningen voor statushouders – ook niet met urgentie 2. Forse extra investering in snellere woningbouw: sociale huurwoningen, middenhuurwoningen en betaalbare koopwoningen mét voldoende ruimte voor de auto”
“Op de grond die door het sluiten van azc’s vrijkomt, worden woningen voor Nederlanders gebouwd.”
De PVV koppelt migratie aan misbruik van sociale huurwoningen door statushouders en stelt harde sancties voor, zoals het intrekken van de verblijfsvergunning bij fraude of weigering van een woning.
“Statushouders die frauderen (zoals illegale onderverhuur), op vakantie gaan naar het land van herkomst of werk of een woning weigeren, raken direct hun verblijfsvergunning kwijt”
“Frauderende statushouders die een sociale huurwoning illegaal onderverhuren, betalen alles wat zij daarmee verdiend hebben terug en verliezen hun verblijfsvergunning”
50PLUS koppelt migratie en woningbeleid vooral via het beperken van arbeids- en studiemigratie en het leggen van verantwoordelijkheid voor huisvesting bij onderwijsinstellingen. Ze willen een streng migratiebeleid, met uitzondering voor arbeidsmigratie in de zorg, en stellen dat buitenlandse studenten door onderwijsinstellingen gehuisvest moeten worden. Het woningbeleid richt zich primair op ouderen, met weinig directe aandacht voor migratie als oorzaak van woningnood.
50PLUS wil het aantal arbeids- en studiemigranten beperken door werkgevers en onderwijsinstellingen verantwoordelijk te maken voor de kosten en huisvesting. Dit moet overbelasting van systemen en druk op de woningmarkt tegengaan, met uitzondering voor arbeidsmigratie in de zorg vanwege personeelstekorten.
“Werkgevers worden, waar mogelijk, aangeslagen voor de werkelijke kosten van arbeidsmigranten.”
“Onderwijsinstellingen zijn medeverantwoordelijk dat buitenlandse studenten gehuisvest worden in de omgeving.”
“Dat zal leiden tot een gezonde beperking van het aantal arbeids- en studiemigranten.”
“Gerichte arbeidsmigratie voor de zorg. Het personeelstekort in de zorg groeit naar 240.000 mensen in 2030. Zonder actie krijgen ouderen straks geen zorg meer. 50PLUS erkent dat dit vraagt om een uitzondering op ons strenge migratiebeleid.”
Het woningbeleid van 50PLUS focust op het bouwen van levensloopbestendige woningen voor ouderen om doorstroming te bevorderen. Migratie wordt niet expliciet als oorzaak van woningnood genoemd, noch worden er concrete maatregelen voorgesteld om migratiedruk op de woningmarkt te verlichten.
Het CDA wil de woningmarkt toegankelijker en betaalbaarder maken voor woningzoekenden, met speciale aandacht voor de impact van migratie op de woningnood. Ze pleiten voor het fors beperken van migratie, strengere eisen aan huisvesting van arbeidsmigranten en het reserveren van woningen voor specifieke doelgroepen, waaronder eigen inwoners. Concrete voorstellen zijn onder meer het bouwen van 100.000 woningen per jaar, streng sturen op migratie en bindende huisvestingseisen voor arbeidsmigranten.
Het CDA ziet migratie als een belangrijke oorzaak van de woningnood en wil daarom migratie fors beperken. Ze koppelen het woningtekort expliciet aan bevolkingsgroei door migratie en pleiten voor strenger beleid op alle vormen van migratie.
“Omdat de belangrijkste oorzaak migratie is, zal die fors moeten worden beperkt. Wij willen dat op alle vormen van migratie streng en stevig wordt gestuurd, in lijn met het scenario ‘gematigde bevolkingsgroei’ dat de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen schetst.”
Het CDA wil dat bedrijven verantwoordelijk worden voor fatsoenlijke huisvesting van arbeidsmigranten en dat gemeenten meer mogelijkheden krijgen om eisen te stellen aan deze huisvesting. Dit moet misstanden en overlast voorkomen en de druk op de woningmarkt verminderen.
“Bedrijven zijn verantwoordelijk voor fatsoenlijke huisvesting van hun arbeidsmigranten. Werkgevers blijven een arbeidsmigrant vier weken na het beëindigen van het dienstverband huisvesten, zodat mensen de tijd krijgen om terug te keren naar hun land van herkomst of ander werk te vinden.”
“Daarbij krijgen gemeenten meer mogelijkheden om eisen te stellen aan de huisvesting van arbeidsmigranten.”
Het CDA wil dat gemeenten via de Huisvestingswet nieuwbouwwoningen kunnen reserveren voor eigen inwoners of specifieke beroepsgroepen, om de druk van migratie op de woningmarkt te verlichten en de leefbaarheid te waarborgen.
“We stimuleren gemeenten met de Huisvestingswet een deel van de nieuwbouwwoningen te reserveren voor eigen inwoners of voor specifieke doelgroepen, zoals leraren, agenten en zorgmedewerkers.”
Het CDA kiest expliciet voor de woningzoekende en wil jaarlijks 100.000 woningen bouwen, met het merendeel betaalbaar, om de woningnood – mede veroorzaakt door migratie – te bestrijden.
De SP wil het aantal migranten, met name arbeids-, kennis- en studiemigranten, fors beperken om de druk op de woningmarkt en sociale voorzieningen te verlagen. Arbeidsmigratie wordt alleen toegestaan als er voldoende en goede huisvesting is, waarbij werkgevers verantwoordelijk zijn voor de woonruimte van arbeidsmigranten. Grootschalige, onmenselijke huisvesting voor arbeidsmigranten wordt verboden; de SP kiest voor kleinschalige, verspreide huisvesting met oog voor integratie en leefbaarheid.
De SP wil het totale migratiesaldo verlagen om de druk op de woningmarkt en voorzieningen te verminderen. Zij zien de bevolkingsgroei door migratie als een belangrijke oorzaak van woningnood en willen migratie beperken tot wat de samenleving aankan.
“Daarom is het nodig om het totale netto ‘migratiesaldo’ te verlagen tot circa 40 duizend per jaar. Dat zorgt voor een beheersbare bevolkingsgroei waardoor voorzieningen op peil blijven en sociale samenhang behouden blijft.”
“De druk op onze buurten en sociale voorzieningen en de woningnood zijn al hoog door decennia aan neoliberale bezuinigingen. Daarom worden de voorstellen van de commissie... overgenomen.”
Arbeidsmigratie wordt alleen toegestaan als werkgevers kunnen aantonen dat er voldoende en goede huisvesting beschikbaar is. Werkgevers blijven verantwoordelijk voor de huisvesting en zorgverzekering van arbeidsmigranten, ook na afloop van het werk.
“Werkgevers worden verplicht om aan te tonen dat zij beslist mensen uit andere landen nodig hebben en er voldoende en goede huisvesting beschikbaar is.”
“Werkgevers of bemiddelaars die arbeidsmigranten naar Nederland halen zijn verantwoordelijk voor de kosten van huisvesting en zorgverzekering zolang de arbeidsmigrant in Nederland verblijft, dus ook na afloop van het werk.”
De SP wil een verbod op grootschalige, onmenselijke huisvestingslocaties voor arbeidsmigranten. In plaats daarvan moet huisvesting kleinschalig, verspreid en met oog voor integratie en verbinding met de omgeving worden georganiseerd.
“Er moet een verbod komen op de bouw van nog meer grootschalige huisvestingslocaties. Deze plekken zijn onmenselijk. Zowel voor arbeidsmigranten die op elkaar gestapeld moeten wonen, als voor de gemeenschappen waar de huisvesting wordt gebouwd. We zetten in op kleinere en verspreide huisvesting met de menselijke maat, integratie en verbinding met de omgeving voorop.”
De VVD koppelt de druk op de woningmarkt direct aan migratie, met name asiel- en arbeidsmigratie, en pleit voor het beperken van migratie om de woningmarkt te ontlasten. Statushouders krijgen geen voorrang meer op sociale huurwoningen; in plaats daarvan worden voor hen sobere flexwoningen gebouwd. De partij wil dat opvang en huisvesting van migranten nooit ten koste gaat van Nederlanders die wachten op een woning.
De VVD vindt het onrechtvaardig dat statushouders voorrang krijgen op sociale huurwoningen en wil deze wettelijke taakstelling afschaffen. Statushouders krijgen in plaats daarvan tijdelijke, sobere flexwoningen, zodat reguliere woningzoekenden niet worden benadeeld.
“Het is oneerlijk dat statushouders soms worden voorgetrokken bij de toewijzing van sociale huurwoningen. Daarom schaffen wij de wettelijke taakstelling van gemeenten om statushouders te moeten huisvesten af, en stellen wij een verbod op voorrang voor statushouders in. Voor statushouders worden sobere flexwoningen gebouwd om azc’s te ontlasten.”
“We verbieden de voorrang voor statushouders. Voor statushouders kan met flexwoningen tijdelijke woonruimte worden aangeboden om een eerste stap uit het azc te zetten.”
De VVD stelt dat de hoge asielinstroom en migratie de woningmarkt onder druk zetten en wil daarom de instroom beperken. Alleen echte vluchtelingen krijgen nog ruimte, en migratie moet selectiever en strenger worden gereguleerd.
“Mede door de hoge asielinstroom staat de woningmarkt onder druk en vindt er veel overlast plaats rond plaatsen zoals Budel en Ter Apel. De VVD wil grip krijgen op de instroom, die behapbaar maken voor ons land en ruimte houden voor echte vluchtelingen die onze hulp nodig hebben.”
“Bij te snelle bevolkingsgroei gaat onze brede welvaart juist achteruit. Daarom wil de VVD dat er, in lijn met de aanbevelingen van de Staatscommissie demografische ontwikkelingen, op alle vormen van migratie maatregelen worden genomen, zodat de bevolkingsgroei als gevolg van migratie beperkt blijft.”
De VVD wil dat bedrijven die arbeidsmigranten aantrekken, zelf verantwoordelijk zijn voor het regelen van adequate huisvesting, zodat de druk op de reguliere woningmarkt niet verder toeneemt.
“Wanneer een bedrijf in een sector met veel arbeidsmigranten zich wil vestigen, dan moet het aantonen dat de lokale voorzieningen, zoals bijvoorbeeld huisvesting, toereikend zijn voor de extra arbeidspopulatie, en dat het bedrijf daar zelf in voorziet.”
Volt vindt dat iedereen, inclusief migranten en statushouders, recht heeft op een betaalbare en veilige woning. Ze willen de afhankelijkheid van arbeidsmigranten van hun werkgever bij huisvesting doorbreken en pleiten voor urgentieverklaringen voor statushouders zonder woning, zodat deze groepen sneller zelfstandig kunnen wonen.
Volt wil voorkomen dat arbeidsmigranten afhankelijk zijn van hun werkgever voor zowel werk als huisvesting, omdat dit hun positie kwetsbaar maakt. Door arbeids- en huurcontracten te scheiden, wordt voorkomen dat arbeidsmigranten bij verlies van werk direct dakloos raken.
“Om die reden pleit Volt ervoor dat arbeidscontracten altijd onafhankelijk moeten bestaan van een huurcontract. Hierdoor is een arbeidsmigrant niet direct dakloos, indien de arbeidsrelatie ophoudt.”
Volt vindt dat statushouders die nog geen woning hebben, een urgentieverklaring moeten krijgen. Dit moet ervoor zorgen dat zij sneller een eigen plek krijgen en asielzoekerscentra worden ontlast.
“Ook statushouders zonder woning moeten een urgentieverklaring krijgen, zodat zij na lang wachten eindelijk daadwerkelijk een start kunnen maken met het opbouwen van een nieuw leven in Nederland. Op deze wijze worden de asielzoekerscentra tevens ontlast.”