JA21 erkent het tekort aan woningen in het middensegment en wil vooral via marktwerking, flexibele bouwoplossingen en het benutten van bestaande voorraad het aanbod vergroten. De partij pleit voor het faciliteren van kleinere bouwprojecten, het stimuleren van fabrieksmatige bouw en het afschaffen van de overdrachtsbelasting om de doorstroming te bevorderen, met bijzondere aandacht voor de veranderende demografie en de behoefte aan woningen voor een- en tweepersoonshuishoudens.
JA21 ziet het vergroten van het aanbod in het middensegment als een kwestie van het ruimte geven aan de markt, het benutten van bestaande gebouwen en het stimuleren van innovatieve bouwmethoden. De partij wil inspelen op demografische trends en flexibiliteit in het woningaanbod, met name voor een- en tweepersoonshuishoudens, en ouderen.
“Het benutten van de huidige vastgoedvoorraad door optoppen, transformeren en splitsen van gebouwen en woningen waardoor gebruik gemaakt kan worden van bestaande infrastructuur en de stikstofuitstoot beperkter is.”
“Kleinere woningbouwontwikkelingen faciliteren zoals in het kader van ‘straatje erbij‘- concept waardoor met de inschakeling van het kleinere en middelgrote aannemingsbedrijf meer bouwcapaciteit beschikbaar komt.”
“Fabrieksmatige bouw stimuleren ook voor woningen met name in het segment éé n en tweepersoonshuishoudens zonodig aangevuld met import van fabrieksmatig geproduceerde modulaire tiny houses uit het buitenland.”
“Voorts is oog nodig voor balans in het woningaanbod: De vergrijzing leidt tot een piekvraag naar kleine, toegankelijke woningen; met name appartementen en flexibele woonvormen voor ouderen.”
“Dat de markt de ruimte krijgt om de woningproductie af te stemmen op de demografische trends, zowel qua woningtype, grootte en regionale verschillen.”
JA21 wil de doorstroming op de woningmarkt stimuleren, wat ook het middensegment ten goede moet komen, door het afschaffen van de overdrachtsbelasting voor particuliere woningen.
“De overdrachtsbelasting voor particuliere woningen geheel afschaffen, hetgeen ook de doorstroming zal bevorderen.”
De PVV wil woningcorporaties inzetten om naast sociale huur ook veel meer middenhuurwoningen te bouwen, specifiek gericht op het vergroten van het aanbod in het middensegment. Ze stellen voor om Europese regels te versoepelen zodat corporaties 67.000 nieuwe middenhuurwoningen kunnen realiseren, en willen procedures en bouweisen vereenvoudigen om de bouw te versnellen. De kern van hun visie is dat het woningtekort in het middensegment actief en pragmatisch moet worden opgelost, zonder extra duurzaamheidseisen of langdurige bezwaarprocedures.
De PVV vindt dat woningcorporaties niet alleen sociale huur, maar ook middenhuur moeten bouwen, om het tekort in het middensegment aan te pakken. Ze willen Europese regels versoepelen zodat corporaties direct aan de slag kunnen met de bouw van 67.000 nieuwe middenhuurwoningen. Dit moet het aanbod vergroten voor mensen die te veel verdienen voor sociale huur, maar te weinig voor de vrije sector.
“Woningbouwcorporaties krijgen de taak om niet alleen sociale huurwoningen, maar ook middenhuurwoningen te bouwen. Dat kan: door vereenvoudiging van de Europese regels voor staatssteun kunnen corporaties aan de slag met 67.000 nieuwe middenhuurwoningen.”
De PVV wil bezwaarprocedures en bouweisen beperken en vereenvoudigen, zodat de bouw van woningen – inclusief het middensegment – sneller kan verlopen. Ze zijn tegen extra duurzaamheidseisen en willen dat bouwprojecten niet langer worden vertraagd door langdurige procedures of milieuregels.
“We schrappen en vereenvoudigen bouweisen zoveel mogelijk. We stoppen met het eindeloze geneuzel over duurzaam en circulair bouwen. Er komen geen verplichte warmtepomp en geen nieuwe duurzaamheidseisen; we gaan ook niet verplicht van het gas af.”
“Daarom beperken we tijdelijk de mogelijkheden voor bezwaar en beroep tegen bouwvergunningen waar het omgevingsplan al onherroepelijk vastligt. Zo voorkomen we dat ieder deelproject of iedere fase van een woningbouwproject gefrustreerd wordt.”
De SGP vindt het belangrijk dat het middensegment op de woningmarkt wordt versterkt, met name door het vergroten van het aanbod aan middenhuurwoningen en het verruimen van de mogelijkheden voor woningcorporaties om voor middeninkomens te bouwen. De partij wil het evenwicht op de huurmarkt herstellen door fiscale en regelgevende aanpassingen, zodat huren betaalbaar blijven en het aanbod groeit. De focus ligt op het aanpakken van tekorten en het stimuleren van een gevarieerd woningaanbod, met speciale aandacht voor het middensegment.
De SGP wil dat woningcorporaties meer ruimte krijgen om ook voor middeninkomens te bouwen, omdat het huidige aanbod in het middensegment tekortschiet. Dit moet het tekort aan betaalbare huurwoningen voor middeninkomens verminderen en het evenwicht op de huurmarkt herstellen.
“Woningcorporaties hebben op dit moment de mogelijkheid om incidenteel en onder strenge voorwaarden óók te bouwen voor andere groepen dan mensen met een laag inkomen, bijvoorbeeld voor middeninkomens. Dat is belangrijk en daarom worden de mogelijkheden daarvoor verruimd.”
De SGP signaleert dat de middenhuursector is gekrompen door beleid en wil deze laten groeien door het verhogen van rendementen (via belastingaanpassingen) en het verbeteren van verhuurregelgeving. Dit moet het aanbod in het middensegment vergroten en huren betaalbaar houden.
“Het is tijd om het evenwicht weer te herstellen, zodat vooral de middenhuursector weer kan groeien. Dit kan door de rendementen te verhogen door aanpassingen in de belasting op vermogen. Of door verbeteringen in de verhuurregelgeving.”
De SGP pleit voor woningbouw in alle segmenten, met expliciete aandacht voor het middensegment, zodat er voldoende betaalbare woningen zijn voor verschillende doelgroepen, waaronder middeninkomens.
“Er wordt in alle segmenten gebouwd. Het Rijk ziet daarop toe. De SGP wil namelijk dat er een gevarieerd aanbod van bijvoorbeeld starterswoningen, betaalbare woningen en woningen voor senioren is.”
BIJ1 wil het huidige woningmarktbeleid radicaal veranderen door het afschaffen van de vrije huursector en het invoeren van een bindend puntensysteem voor álle huurwoningen, inclusief het middensegment. Ze pleiten voor het bouwen van betaalbare woningen door een nationaal bouwbedrijf en woningcorporaties, zodat ook het middensegment niet langer wordt overgelaten aan de markt en beleggers. Hun kernvisie is dat wonen een basisrecht is en geen verdienmodel.
BIJ1 adresseert het probleem dat het middensegment op de woningmarkt vaak onbetaalbaar is door de vrije huursector volledig af te schaffen. Alle huurwoningen, dus ook het middensegment, vallen voortaan onder een bindend puntensysteem dat de maximale huur bepaalt op basis van kwaliteit. Hiermee willen ze speculatie en overmatige huurprijzen tegengaan.
“De ‘vrije’ huursector schaffen we af. Alle huurwoningen vallen onder een bindend en algemeen puntensysteem dat de maximale huur bepaalt op basis van de kwaliteit van een woning. Ook bestaande contracten.”
Om het aanbod in het (middel)dure segment betaalbaar te houden, wil BIJ1 dat een nationaal bouwbedrijf en woningcorporaties woningen opleveren die betaalbaarder zijn dan wat de commerciële sector biedt. Dit moet ervoor zorgen dat het middensegment niet langer afhankelijk is van marktwerking en beleggers.
“Het nationaal bouwbedrijf en de woningcorporaties leveren woningen op die betaalbaarder, beter en toekomstbestendiger zijn dan alles wat de commerciële sector de afgelopen...”
D66 benoemt het belang van het bouwen van meer woningen in het middensegment, met als doel betaalbaarheid en doorstroming op de woningmarkt te bevorderen. De partij wil specifiek inzetten op het vergroten van het aanbod van huur- en koopwoningen in het middensegment, zodat starters en middeninkomens betere kansen krijgen op een passende woning.
D66 ziet het tekort aan betaalbare woningen voor middeninkomens als een urgent probleem en wil daarom het aanbod in het middensegment vergroten. Dit moet zorgen voor meer doorstroming op de woningmarkt en betere kansen voor starters en mensen met een middeninkomen.
DENK wil het woningtekort aanpakken door een wettelijke norm in te voeren voor de bouw van betaalbare woningen, waarbij het middensegment een centrale rol krijgt. Ze pleiten voor 40% betaalbare middenhuur en koopwoningen in nieuwbouw, naast regulering van huren zodat deze niet harder stijgen dan inkomens. Hiermee wil DENK het wonen voor middeninkomens structureel betaalbaar maken.
DENK stelt voor om wettelijk vast te leggen dat 40% van de nieuw te bouwen woningen uit betaalbare middenhuur en koop moet bestaan. Dit is bedoeld om het tekort aan woningen voor middeninkomens te verkleinen en te voorkomen dat deze groep tussen wal en schip valt op de woningmarkt.
“Een wettelijke norm in te voeren voor meer betaalbare woningen. Hierbij moet 50% bestaan uit sociale huur en koopwoningen, 40% betaalbare middenhuur en koop, en 10% hoger segment.”
Om te voorkomen dat huren in het middensegment onbetaalbaar worden, wil DENK de huren reguleren en bevriezen als deze te veel op de koopkracht drukken. Op de lange termijn mogen huren niet harder stijgen dan het inkomen, zodat middeninkomens beschermd worden tegen excessieve huurstijgingen.
“Wij staan voor regulering van de huren. De huren worden bevroren indien de huurstijgingen te veel op de koopkracht van mensen drukken. Op de langere termijn mogen de huren niet harder stijgen dan het inkomen van mensen, zodat huurstijgingen niet drukken op de portemonnee. De overheid krijgt de bevoegdheden om dit te bewaken.”
FVD wil het aanbod van huurwoningen in het middensegment vergroten door verhuurders meer vrijheid te geven en het aandeel sociale huur te verkleinen. Ze pleiten voor minder overheidsbemoeienis en het aantrekkelijker maken van bouwen in het middensegment, zodat de huurmarkt gezonder en toegankelijker wordt voor middeninkomens.
FVD ziet een tekort aan huurwoningen in het middensegment als een probleem voor middeninkomens. Door verhuurders meer keuzevrijheid te geven en het aandeel sociale huur te verkleinen, willen ze het aanbod in het middensegment vergroten en de markt minder afhankelijk maken van de overheid.
Het CDA wil het woningtekort aanpakken door in regionaal verband duidelijke afspraken te maken over het bouwen van woningen in het middensegment, naast sociale huur en vrije sector. Ze leggen speciale nadruk op starters, gezinnen en ouderen, en willen dat gemeenten verplicht ruimte reserveren voor middensegmentwoningen, zodat deze groep beter bediend wordt op de woningmarkt.
Het CDA vindt dat gemeenten altijd een deel van hun woningbouw moeten reserveren voor het middensegment, naast sociale huur en dure woningen. Dit moet starters, gezinnen en ouderen meer kansen geven op een betaalbare woning en het woningtekort in het middensegment terugdringen. Het CDA wil hierover strakke regionale afspraken maken en ziet samenwerking tussen verschillende partijen als essentieel.
“gemeente altijd een derde vrije ruimte voor dure huur- en koopwoningen. Met speciale aandacht voor starters, gezinnen en ouderen. In regionaal verband maken we strakke afspraken over aantallen sociale huurwoningen, middensegment en vrije sector.”
GroenLinks-PvdA wil het woningaanbod voor het middensegment vergroten door woningcorporaties een grotere rol te geven en de inkomensgrenzen te verhogen, zodat ook de middenklasse toegang krijgt tot betaalbare huurwoningen. Hun kernvisie is dat wonen betaalbaar moet zijn voor een brede groep, niet alleen voor lage inkomens, en dat het middensegment actief ondersteund moet worden via beleid en investeringen.
GroenLinks-PvdA wil dat woningcorporaties zonder winstoogmerk meer betaalbare huurwoningen bouwen, waarbij de inkomensgrenzen worden verhoogd zodat ook het middensegment (de middenklasse) toegang krijgt. Dit moet de woningnood onder middeninkomens verlichten en zorgen dat tweederde van de huishoudens tot de doelgroep behoort.
“De inkomensgrenzen gaan omhoog, zodat ook de middenklasse toegang krijgt tot betaalbare woningen. Het doel is dat tweederde van de Nederlandse huishoudens tot de doelgroep behoort.”
Volt noemt het "middensegment" expliciet slechts één keer in haar verkiezingsprogramma, en dan uitsluitend in de context van cyberveiligheid voor het mkb. Er zijn geen concrete beleidsvoorstellen of uitgebreide visies op het middensegment van bijvoorbeeld de woningmarkt, arbeidsmarkt of andere relevante sectoren. Volt erkent dat de middenstand kwetsbaar is voor cyberhacks en wil deze groep beter ondersteunen.
Volt signaleert dat de middenstand relatief vaak slachtoffer is van cyberhacks en onvoldoende middelen of kennis heeft om zich te beschermen. Daarom wil Volt investeren in het NCSC zodat deze organisatie de middenstand beter kan ondersteunen bij digitale veiligheid.
“Daarnaast investeren we in het NCSC, zodat zij voldoende middelen heeft om zich te richten op de fysieke vitale infrastructuur en zij de middenstand kan ondersteunen. De middenstand is relatief vaak het slachtoffer van cyberhacks en heeft noch de middelen noch de kennis om zich te verweren.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma