BBB wil in de regering samenwerken met partijen waarmee zij inhoudelijk overeenstemming kan bereiken, zoals blijkt uit hun deelname aan het hoofdlijnenakkoord met PVV, VVD en NSC. Ze benadrukken betrouwbaarheid, het nakomen van afspraken en het niet tekenen van compromissen waar ze niet achter staan. BBB presenteert zichzelf als een stabiele, principiële partner die alleen samenwerkt als het inhoudelijk klopt.
BBB noemt expliciet dat zij samen met PVV, VVD en NSC het hoofdlijnenakkoord heeft gesloten en ministers levert in het kabinet, waarmee deze partijen de voornaamste samenwerkingspartners zijn. De partij benadrukt dat samenwerking alleen plaatsvindt als de inhoud klopt en BBB haar principes kan behouden.
“In mei 2024 sloten we het hoofdlijnenakkoord ‘Hoop, lef en trots’. Samen met PVV, VVD en NSC spraken we af waar Nederland behoefte aan heeft: minder lasten, meer woningen, meer veiligheid en gezond verstand in het landbouw en klimaatbeleid. BBB zat aan de onderhandelingstafel en stond pal voor onze achterban.”
“Wij tekenen geen compromissen waar we niet achter staan, maar staan wél voor onze handtekening als we die zetten.”
“Tijdens onze deelname aan het kabinet heeft BBB laten zien dat het mogelijk is om koersvast en principieel te blijven, ook onder druk. We tekenden alleen als het inhoudelijk klopte en bleven aan tafel toen anderen opstapten.”
BBB stelt dat samenwerking in de regering alleen plaatsvindt als het algemeen belang en de eigen kernwaarden niet worden opgeofferd. Ze positioneren zich als een partij die verantwoordelijkheid neemt, maar niet meedoet om de macht.
“Wij kiezen niet voor de makkelijkste weg, maar voor de juiste. Wij nemen verantwoordelijkheid, juist als het lastig wordt. Dat is waar politiek om zou moeten draaien: dienstbaarheid, standvastigheid en betrouwbaarheid.”
“Ook in de toekomst blijft BBB die partij: een stabiele en betrokken partner, geworteld in waarden, met oog voor mensen.”
Het verkiezingsprogramma van GroenLinks-PvdA bevat geen concrete uitspraken over met welke partijen zij samen in een regering willen werken, en noemt BVNL nergens expliciet of impliciet als mogelijke coalitiepartner. De nadruk ligt op samenwerking in brede zin, gericht op solidariteit, het algemeen belang en het bouwen aan een progressieve verzorgingsstaat. Er worden geen specifieke voorkeuren of uitsluitingen voor samenwerking met andere partijen genoemd.
GroenLinks-PvdA spreekt in algemene termen over samenwerking en het belang van samen vooruitgaan, maar geeft geen concrete aanwijzingen over met welke partijen, zoals BVNL, zij samen willen werken in een regering. De partij benadrukt solidariteit en het algemeen belang als leidraad voor samenwerking, zonder specifieke partijen te noemen of uit te sluiten.
“Wij kiezen voor een politiek gericht op het algemeen belang. De verdeeldheid van de afgelopen jaren leidde vooral tot stilstand. Deelbelangen werden goed beschermd, ten koste van ons allemaal. Het is tijd dat we het weer samen doen.”
“Wij weten wat we willen. We weten dat we het kunnen, zolang we ons laten leiden door waar het ons altijd om te doen is geweest: solidariteit.”
“Bij alles wat we voorstellen is solidariteit ons kompas.”
“Door samenwerking wordt veel moois tot stand gebracht in ons land. Verdeeldheid heeft nog nooit iets opgeleverd; samenwerken wel.”
BVNL spreekt zich in het verkiezingsprogramma niet expliciet uit over met welke partijen zij samen in een regering willen werken. Hun focus ligt op het vormen van een "verstand-van-zakenkabinet" met competente ministers, waarbij politieke kleur ondergeschikt lijkt aan deskundigheid. BVNL benadrukt samenwerking op basis van inhoud en expertise, niet op basis van partijpolitieke voorkeuren.
BVNL wil alleen regeren met partijen die bereid zijn een kabinet te vormen met ministers die aantoonbare relevante kennis en ervaring hebben op hun portefeuille. Dit betekent dat partijpolitieke loyaliteit ondergeschikt is aan deskundigheid en dat de inhoudelijke kwaliteit van bestuurders leidend is voor samenwerking.
“BVNL wil: • Een verstand-van-zakenkabinet. Bij de benoeming van ministers wordt gekeken naar opleiding, achtergrond en ervaring. Mensen zonder relevante opleiding of ervaring krijgen geen ministerspost.”
“Dit betekent dat de Minister van J&V minimaal rechten moet hebben gestudeerd, dat de Minister van Defensie bij voorkeur een oud-militair is, dat de Minister van Financiën minimaal een econoom of fiscalist is en dat de Minister van EZK bij voorkeur een ervaren ondernemer of econoom is en dat de Minister van I&W een ingenieur is. Feitelijk ontstaat er op die manier een verstand van zakenkabinet dat gevuld is met competente mensen.”
BVNL sluit impliciet samenwerking uit met partijen die de macht bij de centrale overheid willen houden en niet willen decentraliseren of dereguleren. Zij zoeken samenwerking met partijen die macht terug willen leggen bij burgers en lagere overheden.
“Dit doen we door een groot deel van de macht weg te halen bij de Staat en weer terug te leggen bij de mensen. Bureaucraten mogen niet de inrichting van Nederland bepalen, dat kunnen de mensen heel goed zelf.”
Het ChristenUnie verkiezingsprogramma bevat geen expliciete uitspraken over met welke partijen, zoals BVNL, zij samen willen werken in de regering. De partij richt zich vooral op inhoudelijke thema’s en benadrukt samenwerking op basis van gedeelde waarden, integrale oplossingen en het algemeen belang, zonder concrete voorkeuren voor coalitiepartners te benoemen.
Het programma bevat geen concrete passages waarin de ChristenUnie aangeeft met welke partijen zij samen zou willen werken in de regering, noch worden specifieke partijen genoemd als gewenste of ongewenste coalitiepartners. De nadruk ligt op het zoeken van het algemeen belang, integrale aanpak en het overstijgen van tegenstellingen, zonder partijpolitieke voorkeuren uit te spreken.
“In de politiek het algemeen belang zoeken en hun principes trouw blijven.”
“Om ons niet neer te leggen bij tegenstellingen en ongelijkheid. Ook als dat moeilijk is, saai, of niet populair.”
“De ChristenUnie kiest voor structurele oplossingen op basis van een integrale aanpak in plaats van kortetermijnpolitiek.”
Het verkiezingsprogramma van NSC bevat geen expliciete uitspraken over met welke partijen zij samen willen werken in de regering, zoals BVNL. NSC benadrukt vooral een nieuwe bestuurscultuur, open debat, en het beperken van dichtgetimmerde coalitieakkoorden, zonder concrete voorkeuren voor specifieke coalitiepartners te noemen. De partij richt zich op inhoudelijke samenwerking op basis van hoofdlijnen en openheid, in plaats van partijpolitieke deals.
NSC wil dat coalitieakkoorden zich beperken tot hoofdlijnen en financiële kaders, zodat er ruimte blijft voor debat en aanpassing aan veranderende omstandigheden. Dit standpunt impliceert een voorkeur voor brede, inhoudelijke samenwerking in plaats van exclusieve of rigide coalities.
“Coalitieakkoorden moeten zich beperken tot hoofdlijnen van beleid en financiële kaders. Ze leggen niet precies vast hoe de doelen bereikt worden. Er moet ruimte zijn voor debat en om in te spelen op veranderende omstandigheden; geen dichtgetimmerde afspraken dus.”
NSC staat open voor het aanstellen van vakministers die geen lid zijn van een politieke partij, wat duidt op een pragmatische en minder partijgebonden benadering van regeringssamenwerking.
“Het moet normaal zijn voor een regering om ook vakministers te hebben die geen lid zijn van een politieke partij.”
NSC positioneert zich expliciet tegen populisme en neoliberalisme, en benadrukt realistische, zorgzame politiek. Dit geeft indirect aan met welke politieke stromingen zij zich niet willen associëren, maar noemt geen specifieke partijen.
“We keren ons af van het neoliberalisme, waarin het eigenbelang centraal staat en de sterksten alles krijgen. En we zijn wars van populisme, wat gouden bergen belooft maar niets waarmaakt.”
Het SGP-verkiezingsprogramma bevat geen expliciete uitspraken over samenwerking met BVNL of andere partijen in de regering. De SGP richt zich vooral op haar eigen christelijke, conservatieve koers en benadrukt samenwerking met partijen die haar kernwaarden delen, zoals een kleinere overheid, behoud van Nederlandse soevereiniteit en bescherming van traditionele gezinswaarden. Concrete beleidsvoorstellen gaan vooral over bestuurlijke samenwerking tussen overheden, niet over partijpolitieke samenwerking.
De SGP benadrukt het belang van samenwerking op basis van gedeelde waarden, zoals een bescheiden overheid, bescherming van het gezin en behoud van Nederlandse soevereiniteit. Dit impliceert dat samenwerking met partijen die deze waarden onderschrijven het meest voor de hand ligt.
De SGP spreekt in haar programma vooral over samenwerking tussen verschillende bestuurslagen (rijk, provincies, gemeenten), niet over partijpolitieke samenwerking in de regering.
“Overheden hebben elkaar hard nodig om belangrijke opgaven zoals woningbouw, asielbeleid en zorg te kunnen uitvoeren. Daarom is goede samenwerking onontbeerlijk...”
Het D66-verkiezingsprogramma bevat geen expliciete uitspraken over samenwerking met BVNL in de regering. D66 richt zich vooral op haar eigen sociaal-liberale koers, benadrukt samenwerking met “positieve krachten” en het belang van een sterke, betrouwbare overheid, maar noemt geen specifieke partijen als gewenste coalitiepartners. Concrete beleidsvoorstellen gaan over democratische vernieuwing, transparantie en een mensgerichte overheid, zonder directe verwijzing naar BVNL of soortgelijke partijen.
D66 doet in het programma geen concrete uitspraken over samenwerking met BVNL of andere specifieke partijen in de regering. De partij benadrukt het belang van samenwerking met “positieve krachten” en het doorbreken van de status quo, maar blijft vaag over welke partijen dat precies zijn. Er is geen enkele passage die BVNL noemt of een duidelijke voorkeur of afwijzing uitspreekt richting samenwerking met deze partij.
“Wij komen op voor de positieve krachten in ons land. Voor alle mensen die samen de mouwen opstropen en laten zien dat het wél kan. Met de moed om ook over onze eigen schaduw heen te stappen – als we daarmee de boel in beweging brengen.”
“We weten dat vooruitgang begint met de ideeën en de creativiteit van zoveel mogelijk mensen. Daarom geven we alle ruimte aan al die Nederlanders die al bouwen aan een betere toekomst.”
Het FVD-verkiezingsprogramma bevat geen expliciete uitspraken over samenwerking met BVNL of andere partijen in een toekomstige regering. FVD richt zich vooral op het doorbreken van het "partijkartel" en het afwijzen van samenwerking met gevestigde partijen en supranationale organisaties, waarbij ze pleiten voor radicale systeemveranderingen en een koerswijziging in het landsbestuur. Concrete samenwerkingsvoorkeuren of -uitsluitingen worden niet genoemd.
FVD positioneert zich als anti-establishment en keert zich tegen het bestaande politieke systeem, het "partijkartel", en supranationale organisaties. Dit impliceert een afwijzing van samenwerking met traditionele partijen en internationale instituties, maar zegt niets concreets over samenwerking met BVNL.
“Dit partijkartel wordt bovendien in stand gehouden door een netwerk van subsidies, adviesraden en loterijen die jaarlijks miljarden euro’s rondpompen. ... Forum voor Democratie wil dit systeem doorbreken.”
“We verbieden bewindspersonen om functies te vervullen in ondemocratische supranationale organisaties zoals het World Economic Forum zodat belangenverstrengeling wordt tegengegaan”
Volt spreekt zich in het verkiezingsprogramma niet expliciet uit over met welke partijen zij samen willen werken in de regering, zoals BVNL. In plaats daarvan pleit Volt voor een nieuw regeringsmodel dat samenwerking over partijgrenzen heen structureel bevordert en de bestuurbaarheid vergroot. Hun belangrijkste voorstel is het onderzoeken van een regeringsmodel waarbij verantwoordelijkheid automatisch wordt verdeeld op basis van zetelaantallen, om strategisch machtsspel te verminderen.
Volt wil het huidige coalitiemodel hervormen en zoekt naar manieren om samenwerking tussen partijen, ongeacht hun ideologische achtergrond, te versterken. Dit moet politieke versnippering bestuurbaar maken en verantwoordelijkheid eerlijk verdelen, zonder nadruk op traditionele coalitievorming of uitsluiting van specifieke partijen.
“Volt pleit ervoor dat er tijdens de volgende regeerperiode een breed en goed onderbouwd onderzoek komt naar een nieuw regeringsmodel. Dit model moet strategisch machtsspel verminderen, samenwerking versterken, politieke versnippering bestuurbaar maken, verantwoordelijkheid eerlijk verdelen en burgers actief betrekken als de politiek vastloopt.”
“Mogelijke onderdelen van het model zijn: het vormen van parlementaire groepen na de verkiezingen; het automatisch verdelen van regeringsverantwoordelijkheid op basis van zetelaantallen van meerdere bewindspersonen.”
Het verkiezingsprogramma van de Partij voor de Dieren (PvdD) bevat geen expliciete uitspraken over met welke partijen, zoals BVNL, zij samen zouden willen werken in de regering. De PvdD richt zich vooral op inhoudelijke koerswijzigingen en benadrukt dat zij niet bereid is haar kernwaarden, zoals dierenrechten, natuurherstel en het terugdringen van de veehouderij, op te geven voor kabinetsdeelname. Concrete samenwerkingsvoorkeuren of -uitsluitingen met andere partijen worden niet genoemd.
De PvdD doet geen concrete uitspraken over samenwerking met specifieke partijen zoals BVNL. Wel benadrukt de partij dat zij haar idealen niet opgeeft voor regeringsdeelname en zich onderscheidt van partijen die dat wel doen. Dit impliceert een kritische houding ten opzichte van samenwerking met partijen die niet op één lijn zitten met hun kernwaarden.
“Hun welzijn en leven hangen dan niet meer af van partijen die beweren voor dieren op te komen, maar dat ‘vergeten’ zodra ze aan een kabinet kunnen deelnemen.”
Het SP-verkiezingsprogramma bevat geen expliciete uitspraken over met welke partijen, zoals BVNL, zij samen willen werken in de regering. De SP benadrukt dat in een coalitie nooit 100% van het eigen programma gerealiseerd kan worden, maar dat zij altijd zal strijden voor haar standpunten. Concrete samenwerkingsvoorkeuren of -uitsluitingen worden niet genoemd.
Het programma geeft geen concrete aanwijzingen over met welke partijen, zoals BVNL, de SP wel of niet samen zou willen werken in een regering. De enige relevante passage erkent dat coalitievorming compromissen vereist, maar noemt geen namen of criteria voor samenwerking.
“Bovendien krijg je in een regeringscoalitie nooit 100 procent van de punten van je verkiezingsprogramma ingewilligd. Daarom zullen niet al deze plannen in de volgende kabinetsperiode doorgevoerd kunnen worden, maar wij zullen wél elke dag strijden om zo veel als mogelijk van onze punten te realiseren.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma