NSC erkent het belang van mentale gezondheid voor alle Nederlanders, maar noemt nergens specifiek de mentale gezondheid van mannen of man-specifieke problematiek. Het programma richt zich op algemene preventie, betere toegang tot geestelijke gezondheidszorg en het terugdringen van wachtlijsten, met bijzondere aandacht voor jongeren, ouderen en mensen met complexe problemen.
NSC wil investeren in preventie en mentale gezondheid voor de gehele bevolking, zonder specifieke aandacht voor mannen. De partij ziet mentale gezondheid als een maatschappelijke opgave en wil brede aandacht voor kwetsbare groepen zoals jongeren en ouderen.
“We willen investeren in preventie voor alle mensen in Nederland, maar willen extra aandacht voor preventie voor burgers in regio’s en steden waar veel mensen met een lage sociaaleconomische status wonen.”
“Fitte en mentaal gezonde Nederlanders zijn van groot belang voor de samenleving.”
“Mentale gezondheid is een opgave voor de hele maatschappij. We willen bouwen aan een samenleving waarin we meer naar elkaar omkijken.”
“Er is brede aandacht in de samenleving nodig voor mentale problemen onder tieners en jongvolwassenen en voor eenzaamheid onder ouderen.”
NSC wil de toegang tot geestelijke gezondheidszorg verbeteren, vooral voor mensen met complexe problemen, maar noemt mannen niet als aparte doelgroep. De partij wil wachtlijsten terugdringen en prioriteit geven aan ernstige psychiatrische aandoeningen.
“De toegang tot geestelijke gezondheidszorg (ggz) is slecht geregeld. Mensen met een eenvoudige hulpvraag worden vaak nog wel relatief snel geholpen, terwijl mensen met complexe problemen lang moeten wachten of zelfs geweigerd worden.”
“Ernstige psychiatrische aandoeningen met veel impact voor patiënt en samenleving krijgen prioriteit.”
NSC pleit voor het stimuleren van eigen veerkracht en het normaliseren van mentale worstelingen, zodat niet elke mentale klacht direct tot professionele zorg leidt. Dit standpunt is algemeen en niet gericht op mannen.
De Partij voor de Dieren benoemt mentale gezondheid als belangrijk, maar maakt geen enkel onderscheid of specifieke beleidsvoorstellen voor mannen. Hun voorstellen richten zich op algemene preventie, integrale zorg, en het versterken van de mentale volksgezondheid voor iedereen, zonder aandacht voor man-specifieke problematiek of behoeften.
De PvdD wil de mentale volksgezondheid verbeteren door te investeren in preventieve programma’s, integrale samenwerking tussen zorgverleners, en het structureel financieren van geestelijke gezondheidszorg. Er is geen enkele specifieke aandacht voor mannen of man-specifieke mentale gezondheidsproblemen; het beleid is volledig generiek.
“Gezondheid gaat niet alleen over lichamelijke, maar ook over mentale gezondheid. Door onze omgeving zo in te richten dat we echt tot rust komen en in contact komen met elkaar maken we onze psychische gezondheid sterker.”
“We investeren in bewezen preventieve (online) programma’s binnen de geestelijke gezondheidszorg. De financiering wordt structureel geregeld, in samenwerking met verzekeraars, gemeenten, scholen en huisartsen.”
“Er komt een breed plan van aanpak voor mentale volksgezondheid waarbij naast zorgprofessionals ook het onderwijs, werkgevers- en werknemersorganisaties betrokken worden.”
“Mentale gezondheidsnetwerken spelen een sleutelrol in de ondersteuning van mensen met complexe psychische problemen. We investeren in deze netwerken, zodat samenwerking tussen GGZ, het sociaal domein, ervaringsdeskundigen en gemeenten structureel wordt versterkt.”
De partij noemt suïcidepreventie als speerpunt, maar richt zich expliciet op neurodivergente en LHBTIQA+-personen, niet op mannen als risicogroep.
“Een aanpak voor suïcidepreventie, in onderwijs, zorg en op sociaaleconomisch terrein, is nodig om het aantal zelfdodingen terug te dringen. Suïcidepreventie wordt daarnaast wettelijk geborgd, met extra aandacht voor neurodivergente en LHBTIQA+-personen.”
De SGP benoemt mentale gezondheidsproblemen vooral in algemene termen, met nadruk op jongeren, gezinnen en maatschappelijke verbondenheid, maar noemt nergens expliciet de mentale gezondheid van mannen als aparte doelgroep. Hun belangrijkste voorstellen richten zich op het versterken van relaties, gezinnen en het voorkomen van schadelijk gedrag, in de overtuiging dat dit bijdraagt aan het voorkomen van mentale problemen. Specifiek beleid of analyse gericht op mannen ontbreekt volledig.
De SGP ziet het versterken van huwelijken, relaties en gezinnen als de sleutel tot het voorkomen van mentale gezondheidsproblemen, met name onder jongeren. Zij leggen de nadruk op het belang van verbondenheid, zinvol leven en het tegengaan van eenzaamheid, maar maken geen onderscheid naar geslacht of specifieke aandacht voor mannen.
“Er is sprake van een mentale gezondheidscrisis in Nederland, met name onder jongeren. Gebroken huwelijken en verscheurde gezinnen eisen een hoge tol. Veel mensen ervaren een gebrek aan zingeving of verliezen hun levenslust. Eenzaamheid, angst of depressie zijn voor hen de bittere realiteit.”
“Er wordt geïnvesteerd in krachtige huwelijken, relaties en gezinnen.”
De SGP wil verslavingen (zoals aan alcohol, drugs, gokken, porno en sociale media) voorkomen als onderdeel van het bevorderen van mentale gezondheid. Dit beleid is algemeen en niet specifiek gericht op mannen, maar raakt thema’s die in de praktijk vaker bij mannen voorkomen.
“Ouders en tieners worden geïnformeerd over de gezondheidsschade door drugs, tabak en alcohol en over de gevaren van verslavingen van porno, sociale media, gokken en games.”
“Een gok- of pornoverslaving maakt levens en relaties kapot. De overheid moet kwetsbare mensen beschermen door middelengebruik en verslavingen tegen te gaan.”
De SGP benoemt dat er meer aandacht moet zijn voor verschillen tussen mannen- en vrouwenlichamen in onderzoek en behandeling, maar dit betreft uitsluitend het fysieke domein en niet mentale gezondheid.
“Mannen- en vrouwenlichamen verschillen van elkaar. Hiervoor is meer aandacht nodig, in wetenschappelijk onderzoek, bij diagnostiek en bij medische behandelingen.”
De VVD benoemt mentale gezondheid als belangrijk, maar richt zich in haar verkiezingsprogramma vooral op het verkleinen van gezondheidsverschillen tussen mannen en vrouwen en het verbeteren van de geestelijke gezondheidszorg in het algemeen. Specifiek beleid of concrete voorstellen gericht op de mentale gezondheid van mannen ontbreken; de partij kiest voor een brede, genderoverstijgende benadering en benadrukt onderzoek naar gendergerelateerde oorzaken van mentale gezondheidsproblemen.
De VVD erkent dat er verschillen zijn in mentale gezondheid tussen mannen en vrouwen en wil onderzoek naar deze verschillen intensiveren. Dit is echter geen specifiek beleid voor mannen, maar een bredere benadering van gendergerelateerde problematiek.
“We intensiveren onderzoek naar mogelijke gendergerelateerde oorzaken van problemen met de mentale gezondheid.”
De partij benoemt het bestaan van gezondheidsverschillen tussen mannen en vrouwen en wil deze zoveel mogelijk verkleinen, maar doet dit zonder specifieke aandacht voor de mentale gezondheid van mannen.
De VVD zet in op het verbeteren van de geestelijke gezondheidszorg, het verkorten van wachtlijsten en het versterken van suïcidepreventie, maar zonder specifieke aandacht voor mannen.
De ChristenUnie erkent dat mannen, samen met jongeren en boeren, oververtegenwoordigd zijn in de suïcidecijfers en ziet suïcidepreventie als een maatschappelijke opgave. Hun belangrijkste concrete voorstel is het versterken van integraal beleid voor suïcidepreventie, met voldoende middelen en een blijvend toegankelijke hulplijn 113. De partij benadrukt daarnaast het belang van een andere benadering van GGZ om verergering van mentale gezondheidsproblemen te voorkomen, maar noemt mannen verder niet expliciet als aparte doelgroep in bredere GGZ-maatregelen.
De ChristenUnie benoemt expliciet dat mannen een risicogroep vormen voor suïcide en pleit voor een brede, integrale aanpak van suïcidepreventie. Ze willen dat de overheid het voortouw neemt, samen met GGZ, onderwijs en werkgevers, en dat de hulplijn 113 bereikbaar blijft.
“Suïcide is de belangrijkste doodsoorzaak onder jongeren en ook boeren en mannen zijn oververtegenwoordigd in de suïcidecijfers.”
“De landelijke en gemeentelijke overheid nemen het voortouw in integraal beleid voor suïcidepreventie, samen met andere sectoren. Daar moeten voldoende middelen voor beschikbaar zijn. De hulplijn 113 blijft bereikbaar, ook bij een groeiende hulpvraag.”
Hoewel niet specifiek op mannen gericht, zet de ChristenUnie in op het voorkomen van verergering van mentale gezondheidsproblemen door meer praktijkondersteuners GGZ bij de huisarts en het prioriteren van herstelacademies. Dit kan ook mannen ten goede komen, maar wordt niet als aparte doelgroep benoemd.
D66 erkent het groeiende belang van mentale gezondheid, vooral onder jongeren, maar noemt nergens expliciet de mentale gezondheid van mannen of man-specifieke problematiek. Het beleid richt zich op het verbeteren van de mentale gezondheid van iedereen, met aandacht voor verschillen in gender, cultuur en achtergrond, en het verkorten van wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg (ggz).
D66 wil mentale gezondheid een vast onderdeel maken van het gezondheidsbeleid en benadrukt het belang van inclusieve zorg die rekening houdt met verschillen in gender. Er is aandacht voor het doorbreken van taboes, het verkorten van wachtlijsten en het bieden van laagdrempelige ondersteuning, maar zonder specifieke focus op mannen.
“Mentale gezondheid is belangrijk voor hoe we denken, voelen en doen, en vormt de basis voor een fijn en evenwichtig leven. Steeds meer mensen, vooral jongeren, ervaren mentale druk.”
“Daarbij is er oog voor bijvoorbeeld verschillen in cultuur, leeftijd, gender en achtergrond.”
“D66 vindt dat zorgopleidingen extra aandacht moeten geven aan verschillen tussen patiënten, zoals verschillen in cultuur, etniciteit en gender.”
“Iedereen die psychische hulp nodig heeft, moet snel passende zorg krijgen. Nu worden problemen erger door lange wachtlijsten in de ggz. Daarom wil D66 de wachtlijsten in de ggz verkorten en de toegang tot passende zorg vergemakkelijken. Wie wel moet wachten, krijgt in de tussentijd laagdrempelige ondersteuning.”
JA21 benoemt het belang van mentale gezondheid in algemene zin, maar heeft geen specifiek beleid of concrete voorstellen gericht op de mentale gezondheid van mannen. De partij richt zich vooral op algemene preventie, het vergroten van de capaciteit in de geestelijke gezondheidszorg (ggz), en het bevorderen van een gezonde leefstijl voor alle Nederlanders. Specifieke aandacht voor mannen of man-specifieke problematiek ontbreekt volledig in het programma.
JA21 wil de capaciteit van de geestelijke gezondheidszorg vergroten om lange wachtlijsten en tekorten aan te pakken, maar noemt geen specifieke doelgroepen zoals mannen. De focus ligt op het verbeteren van de toegang tot zorg voor iedereen met zware psychiatrische problemen.
De partij ziet een gezonde leefstijl, sport en preventie als belangrijke middelen om zowel fysieke als mentale fitheid te bevorderen, maar maakt geen onderscheid naar geslacht of specifieke mannelijke problematiek.
Volt benoemt mentale gezondheid als belangrijk thema, maar maakt geen specifiek onderscheid of beleid voor mannen. De partij richt zich op algemene verbetering van de geestelijke gezondheidszorg, met nadruk op jongeren, kwetsbare groepen en het terugdraaien van bezuinigingen. Concrete voorstellen zijn onder meer het investeren in mentale gezondheidsprogramma’s en het gratis maken van ggz voor jongeren tot 25 jaar.
Volt wil de mentale gezondheid verbeteren door te investeren in langlopende programma’s voor jongeren en kwetsbare groepen, structureel ingebed in onderwijs, zorg en leefomgeving. Er is geen specifieke aandacht voor mannen; de voorstellen zijn algemeen en richten zich op brede toegankelijkheid en preventie.
“Volt investeert in langlopende programma’s voor mentale gezondheid van jongeren en van kwetsbare groepen, die structureel zijn ingebed in het onderwijs, de zorg en de leefomgeving. Mentale gezondheid krijgt een vaste plek in het curriculum.”
“We zorgen dat de geestelijke gezondheidszorg (ggz) beter toegankelijk wordt en voor jongeren tot 25 jaar gratis is.”
Volt wil de bezuinigingen en decentralisatie van de ggz terugdraaien, wachtlijsten verkorten en ggz-expertise laagdrempelig beschikbaar maken. Dit beleid is niet genderspecifiek en geldt voor de gehele bevolking.
“We draaien de bezuinigingen op en de decentralisatie van de ggz van de afgelopen kabinetten terug en investeren weer in onze gezondheidszorg. Doelen zijn de wachtlijsten terugdringen en het capaciteitstekort oplossen.”
“We maken ervaringsdeskundige expertise én ggz-expertise laagdrempelig beschikbaar in de samenleving (on- en offline).”
Het BBB-verkiezingsprogramma benoemt het belang van mentale gezondheid in algemene zin, maar noemt nergens expliciet de mentale gezondheid van mannen of specifieke problemen en oplossingen voor deze doelgroep. De partij zet vooral in op preventie via sport, gezonde leefstijl en samenwerking in de wijk, zonder onderscheid te maken naar geslacht. Concrete beleidsvoorstellen zijn gericht op het verbeteren van mentale gezondheid voor alle Nederlanders, met nadruk op vroegsignalering, snelle hulp en het versterken van sociale samenhang.
BBB ziet sport, bewegen en gezonde voeding als basis voor het bevorderen van zowel fysieke als mentale gezondheid voor iedereen, zonder specifieke aandacht voor mannen. De partij gelooft dat een actieve leefstijl en sociale samenhang bijdragen aan het voorkomen van mentale problemen.
BBB pleit voor vroegsignalering en snelle hulp om mentale gezondheidsproblemen te voorkomen of te verminderen, met nadruk op de rol van maatschappelijk werk en wijkteams, maar zonder specifieke focus op mannen.
“Vroegsignalering en snelle hulp dragen bij aan een betere mentale gezondheid. BBB hecht veel belang aan maatschappelijk werk en wijkteams die jongeren spreken in hun eigen omgeving.”
BIJ1 benoemt de mentale gezondheid van mannen niet expliciet als aparte doelgroep in haar verkiezingsprogramma. Het beleid richt zich vooral op het doorbreken van eenzijdige aandacht voor de "witte cis man" in medisch onderzoek en op het verbeteren van mentale gezondheidszorg voor gemarginaliseerde groepen, zoals LHBTQIA+ personen, mensen met een handicap en veteranen. Specifieke voorstellen voor de mentale gezondheid van mannen ontbreken, behalve een kritische houding tegenover hun dominante positie in onderzoek en zorg.
BIJ1 stelt dat medisch onderzoek en zorg te veel zijn afgestemd op de witte cis man, en wil meer aandacht voor andere groepen. Dit impliceert een kritische houding ten opzichte van de traditionele focus op mannen, maar bevat geen specifiek beleid ter verbetering van de mentale gezondheid van mannen zelf.
“Niet alleen de witte cis man moet centraal staan bij medisch onderzoek. Er wordt meer geïnvesteerd in onderzoek naar ziektebeelden, geneesmiddelen en behandelmethoden bij niet-witte mensen, vrouwen en niet-witte vrouwen.”
De partij legt de nadruk op het verbeteren van mentale gezondheidszorg voor groepen die vaak worden uitgesloten of gestigmatiseerd, zoals LHBTQIA+ jongeren, mensen met een handicap en veteranen. Mannen worden alleen indirect genoemd, bijvoorbeeld als veteranen, maar niet als aparte doelgroep.
“Suïcidaliteit en dak- en thuisloosheid onder LHBTQIA+ jongeren is hoog. Er komt daarom meer aandacht voor passende zorg, goede begeleiding en suïcidepreventie bij LHBTQIA+ mensen.”
“Veteranen die psychisch of fysiek letsel opliepen door militaire inzet krijgen recht op volledige, gratis en toegankelijke zorg. Met prioriteit voor traumabehandeling, erkenning van morele verwonding en onafhankelijke psychosociale begeleiding buiten het militair instituut om.”
DENK benoemt in haar verkiezingsprogramma niet expliciet de mentale gezondheid van mannen als aparte doelgroep. Het beleid richt zich op algemene verbetering van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ), het terugdringen van depressie en eenzaamheid, en het verkorten van wachtlijsten, zonder specifieke aandacht voor mannen. Concrete voorstellen zijn investeringen in de GGZ en het nemen van maatregelen om depressie en eenzaamheid te voorkomen.
DENK wil de kwaliteit van de geestelijke gezondheidszorg verhogen en de wachtlijsten verkorten, met extra aandacht voor het voorkomen van depressie en eenzaamheid. Hoewel dit niet specifiek op mannen gericht is, zijn dit de enige relevante passages die (indirect) de mentale gezondheid van mannen kunnen raken.
“Wij willen investeren in de jeugdzorg en de GGZ. De kwaliteit van de zorg moet omhoog en de wachtlijsten moeten teruggedrongen worden.”
“Wij willen inzetten op meer maatregelen om de wens tot het beëindigen van het leven te voorkomen, bijvoorbeeld door de aanpak van depressie en eenzaamheid.”
GroenLinks-PvdA benoemt mentale gezondheid als belangrijk maatschappelijk thema, maar richt zich in haar verkiezingsprogramma vrijwel uitsluitend op jongeren en vrouwen, zonder specifieke aandacht voor de mentale gezondheid van mannen. Concrete beleidsvoorstellen zijn gericht op een algemeen actieplan voor jongeren en het verkleinen van gezondheidsverschillen, maar er worden geen aparte maatregelen of analyses gepresenteerd voor mannen.
Het programma erkent de toename van mentale problemen bij jongeren en stelt een landelijk actieplan voor, maar maakt geen onderscheid naar geslacht of benoemt specifieke uitdagingen voor jongens of mannen. De focus ligt op het terugdringen van mentale problematiek bij jongeren in het algemeen.
“Steeds meer jongeren en kinderen hebben mentale problemen. We starten een landelijk actieplan mentale gezondheid voor jongeren om de mentale problematiek onder jongeren terug te dringen.”
Het programma signaleert expliciet dat het mannenlichaam de norm is in de medische wereld en pleit voor meer aandacht voor vrouwengezondheid, maar noemt nergens specifieke problemen of behoeften rondom de mentale gezondheid van mannen.
“In de medische wereld is het mannenlichaam nog altijd de norm, waardoor aandoeningen bij vrouwen minder goed herkend worden.”
De SP benoemt mentale gezondheid als een belangrijk thema voor iedereen, maar maakt geen specifiek onderscheid of beleid voor mannen. Hun voorstellen richten zich op het verbeteren van de toegankelijkheid en beschikbaarheid van geestelijke gezondheidszorg (ggz) voor alle groepen, met aandacht voor wachttijden, nabijheid en preventie. Specifieke maatregelen of visies gericht op de mentale gezondheid van mannen ontbreken in het programma.
De SP wil de ggz dichterbij brengen, wachttijden aanpakken en passende ondersteuning bieden aan alle mensen, ongeacht leeftijd of achtergrond. Dit beleid is algemeen en niet specifiek gericht op mannen, maar omvat hen wel impliciet als doelgroep.
“Daarnaast zal er op tal van plekken meer aandacht moeten komen voor de mentale gezondheid van mensen, van jongeren tot gepensioneerden.”
“De ggz hoort in de buurt. In elke regio zorgen we voor voldoende ggzopnameplekken en ambulante teams. Bij een crisis komt er altijd professionele opvang, niet gelijk de politie. De wachttijden worden aangepakt en er komt structurele versterking van personeel en voorzieningen.”
Het CDA benoemt mentale gezondheid als belangrijk, vooral in algemene zin en met nadruk op jongeren en preventie, maar noemt nergens specifiek de mentale gezondheid van mannen of mannelijke doelgroepen. Concrete voorstellen richten zich op preventie, vroege interventie en het versterken van mentale veerkracht in brede zin, zonder onderscheid naar geslacht.
Het CDA wil mentale problemen voorkomen en mentale veerkracht versterken, met nadruk op jongeren, maar zonder specifieke aandacht voor mannen. De partij ziet mentale gezondheid als een breed maatschappelijk vraagstuk en zet in op programma’s op school, werk en in de wijk.
“We zetten in op preventie van mentale problemen van met name jongeren. We willen vroege interventie en voorkomen dat mentale problemen te zwaar worden. We investeren in programma’s op school, het werk en in de wijk om mentale veerkracht te versterken.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma