BIJ1 levert een fundamentele kritiek op het kapitalisme, dat zij zien als oorzaak van uitbuiting, ongelijkheid, armoede en ecologische vernietiging. Ze pleiten voor het vervangen van het kapitalistische systeem door een democratisch geleide, socialistische economie waarin arbeid, basisvoorzieningen en het milieu centraal staan. Concreet willen ze onder andere de macht van aandeelhouders breken, bedrijven democratiseren, publieke sectoren uitbreiden en winsten herverdelen.
BIJ1 stelt dat het kapitalisme structureel leidt tot uitbuiting van werkenden, extreme ongelijkheid en permanente armoede, zowel nationaal als mondiaal. Ze verbinden dit systeem met kolonialisme, imperialisme en mensenrechtenschendingen.
“Het kapitalisme is gebouwd op goedkope arbeid, waarmee het hele landen in permanente armoede dwingt. Mensenrechten lijken voor hen alleen te gelden binnen de Europese grenzen. Maar daarbuiten gaan mensenrechtenschendingen als kinderarbeid en moderne slavernij door, om maar winst te blijven maken.”
“In de economie van nu verkopen we onze arbeidskracht als product aan rijke bedrijfseigenaren. Om hun winsten te maximaliseren zullen bedrijfseigenaren altijd streven naar zo goedkoop mogelijke arbeid. Daarmee staat werk onder het kapitalisme gelijk aan uitbuiting.”
“Ons huidige kapitalistische systeem is niet vol te houden. Voor een houdbare economie nu en in de toekomst willen we afscheid nemen van een systeem dat het mogelijk maakt dat de kleine groep superrijken, aandeelhouders en grote beursgenoteerde bedrijven onze democratie inperken en mensen wereldwijd uitbuiten.”
BIJ1 wil het kapitalistische model vervangen door een democratisch geleide economie, waarin werknemers zeggenschap krijgen over productie, winstverdeling en bedrijfsvoering. Ze pleiten voor coöperaties, werknemersfondsen en bindende ondernemingsraden.
“We bevorderen democratisch bestuur over de werkplek en de economie. In elke sector maken de werkende mensen keuzes over de productie, verkoop, lonen en prijzen. Niet de aandeelhouders en managers, maar de werkende mensen aan de knoppen.”
“De coöperatie van werknemers wordt de standaard eigendomsstructuur voor nieuw opgerichte rechtspersoonlijkheden. Hiervoor creëren we duidelijke grondslag in de wet.”
“Met meer dan 100 werknemers krijgen een transitieplicht: binnen 10 jaar moet het merendeel van de aandelen in handen zijn van de werknemers.”
BIJ1 wil paal en perk stellen aan winstmaximalisatie, winsten herverdelen naar werkenden, en de macht van aandeelhouders en grote bedrijven drastisch inperken.
“We nemen in de wet op dat een zeker deel van alle winsten naar loonsverhogingen gaat.”
“Onredelijke winsten van bedrijven gaan we zwaar belasten. Er komen wettelijke maximummarges op alle levensmiddelen voor bedrijven in de hele keten.”
“Er komt een limiet op vermogen, waarboven een marginaal belastingtarief van 100% geldt.”
BIJ1 wil essentiële sectoren als zorg, energie, onderwijs en openbaar vervoer volledig in publieke handen brengen en basisvoorzieningen garanderen, los van marktwerking en winstprikkels.
“De belangrijke sectoren van de economie komen daarom volledig in publieke handen. Zoals banken, energiebedrijven, netbeheerders, het onderwijs, de zorg en het ov.”
“BIJ1 staat voor een economie die werkt voor iedereen. Niet alleen voor de rijkste bovenlaag van de samenleving. Onze ideale economie is socialistisch: een economie die de rechten en gezondheid van de mensen, de dieren en de natuur altijd voorop stelt.”
BIJ1 verbindt kapitalisme direct aan ecologische crisis en klimaatverandering, en pleit voor een radicaal nieuw systeem waarin winst niet langer leidend is.
“We hebben een radicaal nieuw systeem nodig: niet langer laten we de aarde verwoesten door kapitalistische winstdrang.”
“De energietransitie is geen technocratisch moderniseringsproject, maar een machtsvraag: breken met de groene kapitalisten, stoppen met westers industrieprotectionisme, en de energievoorziening in handen brengen van arbeiders en bewoners — lokaal én mondiaal.”
BIJ1 koppelt haar kapitalismekritiek aan een internationale strijd tegen imperialisme, schuldenpolitiek en economische overheersing door het Westen.
“Daarom zijn wij solidair met de internationale strijd tegen westers kapitalisme, imperialisme en kolonialisme.”
“Nederland verzet zich tegen het neokolonialisme van internationale instellingen zoals het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank. Zij ondermijnen de politieke zelfstandigheid van landen via schuldenlast en opgelegde hervormingen.”
GroenLinks-PvdA uit scherpe kritiek op het kapitalisme door te stellen dat marktwerking, winstbejag en de concentratie van vermogen leiden tot ongelijkheid, uitholling van publieke voorzieningen en het ondermijnen van solidariteit. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals het terugdringen van winst in de zorg, het aanpakken van speculatie en het eerlijker belasten van vermogen en kapitaal. Hun kernvisie is dat de economie en samenleving weer in dienst moeten staan van mensen in plaats van winst.
GroenLinks-PvdA stelt dat doorgeschoten kapitalisme, met winst als hoogste doel, publieke belangen schaadt, vooral in de zorg en het onderwijs. Ze willen winstmaximalisatie en commercialisering in deze sectoren beperken om de mens centraal te stellen en publieke middelen te beschermen.
“Niet de markt, maar de mens centraal. Als winst maken de prioriteit is, staat goede zorg altijd op de tweede plek. Doorgeslagen commercialisering in de zorg leidt tot dure medicijnen, onnodige bureaucratie en steeds wisselende gezichten aan het bed. Wij dringen winstbejag terug, zodat zorg weer draait om mensen.”
“We strijden tegen commerciële partijen in de zorg voor wie winst het hoofddoel is. We scherpen daarom het winstverbod in de zorg aan.”
“De commercialisering in het onderwijs moet stoppen. Publiek geld moet naar het onderwijs gaan, en niet naar winsten.”
“Geen winst op menselijk leed. Schuldhulpverlening mag alleen nog worden uitgevoerd door partijen zonder winstoogmerk.”
De partij bekritiseert het kapitalistische systeem waarin kapitaalbezitters structureel bevoordeeld worden boven werkenden, wat leidt tot groeiende ongelijkheid. Ze pleiten voor herverdeling van kennis, macht en vermogen, hogere lonen, en een eerlijke belasting op kapitaal.
“De afgelopen jaren is onze economie doorgeslagen in het voordeel van aandeelhouders, met kortetermijnwinsten als hoogste doel. Dit heeft geleid tot groeiende ongelijkheid, verlies aan zekerheid voor werkenden en schade aan milieu en samenleving.”
“We zien dat de kloof toeneemt: een steeds groter deel van onze welvaart komt neer bij mensen met kapitaal en werkenden blijven met lege handen achter. Het is namelijk vele malen makkelijker om geld te verdienen met geld dan met werk. En dat komt door politieke keuzes.”
“De laatste jaren zien we dat de concentratie van vermogen toeneemt, en daarmee de invloed van een kleine groep op onze economie en maatschappij. Dat leidt niet alleen tot een oneerlijke economie, maar ook tot minder brede welvaart.”
“Van iedere euro die wordt verdiend gaat een steeds kleiner deel naar werkenden (de zogeheten ‘arbeidsinkomensquote’). We streven op korte termijn naar een verdeling waarbij de opbrengst voor werkenden minimaal tachtig procent is, zoals vroeger normaal was.”
GroenLinks-PvdA hekelt het kapitalistische fenomeen van speculatie en het verdienen van geld zonder maatschappelijke bijdrage. Ze willen speculatiewinsten afromen en excessieve winsten terugvorderen ten gunste van de samenleving.
“Speculatiewinsten naar de samenleving. Zonder iets te hoeven doen, verdienen grondspeculanten veel geld als landbouwgrond een woonbestemming krijgt. ... Een eerlijk deel van deze speculatiewinst vloeit terug naar de samenleving, zodat we het kunnen gebruiken voor woningbouw.”
“Excessieve winsten in de zorg terugvorderen. Het geld dat we uitgeven ... We dringen winstbejag terug, zodat zorg weer draait om mensen.”
De partij wijst het idee af dat succes een individuele keuze is en dat marktwerking vanzelf tot betere uitkomsten leidt. Ze stellen dat deze kapitalistische ideologie leidt tot uitholling van de verzorgingsstaat en groeiende ongelijkheid.
“Opeenvolgende kabinetten kozen voor marktwerking in plaats van solidariteit. Als je de samenleving inricht als markt, komen niet mensen maar de winst centraal te staan. De voordelen kwamen terecht bij bedrijven en mensen met veel vermogen, terwijl de kwaliteit van onze voorzieningen en van onze natuur gestaag afnam. De een slapend rijk, de ander werkend arm.”
“Ondertussen werd de verzorgingsstaat uitgehold en werd mensen wijsgemaakt dat succes een keuze is, en achterblijven je eigen schuld.”
De partij bekritiseert het kapitalistische belastingstelsel dat kapitaalinkomens en grote vermogens bevoordeelt. Ze willen deze voordelen afschaffen en bedrijven en vermogenden eerlijker laten bijdragen.
“We maken een einde aan speciale belastingkortingen voor de rijkste Nederlanders en aandeelhouders van multinationals.”
“Het is niet meer dan logisch dat je over de euro waar je hard voor hebt gewerkt, minder belasting betaalt dan over geld waar je niks voor hebt hoeven doen. Daarom gaat de belasting op werk naar beneden en verhogen we de belastingen op inkomen uit vermogen.”
“We gaan deze belastingkortingen sterk vereenvoudigen, afbouwen of afschaffen. Met de opbrengsten kunnen we de belasting voor mensen verlagen en noodzakelijke investeringen doen.”
De Partij voor de Dieren levert scherpe kritiek op het kapitalistische systeem, dat volgens hen leidt tot uitbuiting van mens, dier en natuur, groeiende ongelijkheid en ecologische vernietiging. Ze pleiten voor een radicale omslag naar een economie die welzijn en ecologische grenzen centraal stelt, met concrete voorstellen als het terugdringen van marktwerking, het belasten van grote vermogens en vervuilers, en het democratiseren van publieke voorzieningen. Hun visie is gericht op het vervangen van winst- en groeidenken door solidariteit, brede welvaart en respect voor de draagkracht van de aarde.
De PvdD stelt dat het kapitalistische streven naar oneindige groei en winst ten koste gaat van welzijn, gelijkheid en het milieu. Ze willen een economie die welzijn en ecologische grenzen centraal stelt, in plaats van winst en groei.
“Ons huidige economische model is onhoudbaar. We hebben een systeem dat uitgaat van een sprookje: dat economische groei vanzelf leidt tot welvaart voor iedereen. Maar dat is niet zo. Grote bedrijven en extreem vermogende mensen worden steeds rijker, terwijl miljoenen mensen achterblijven met stijgende kosten en onzekerheid. De vermogensongelijkheid groeit, in Nederland en wereldwijd. Ondertussen putten we de Aarde uit, verliezen we natuur, schone lucht en perspectief voor komende generaties. Dit is simpelweg onhoudbaar, onrechtvaardig en maakt niemand écht vrij of gelukkig.”
“De ecologische én sociale crisis is het directe gevolg van een systeem dat winst en groei boven welzijn stelt.”
“We kiezen voor een economie die werkt vóór dier, mens en planeet, in plaats van ten koste van hen.”
De partij bekritiseert de kapitalistische marktwerking in essentiële sectoren als zorg, onderwijs en openbaar vervoer, en wil deze sectoren weer in publieke handen brengen om het algemeen belang te dienen.
“We draaien de doorgeslagen marktwerking terug in publieke diensten zoals zorg, onderwijs en openbaar vervoer. Publieke voorzieningen zijn er voor iedereen en horen niet afhankelijk te zijn van winstprikkels.”
“De zorg is geen markt, maar een basisvoorziening. Marktwerking hoort niet thuis in de zorg. Het jaagt kosten op, legt druk op zorgverleners en leidt af van waar het echt om zou moeten draaien: goede zorg voor iedereen. We halen marktwerking daarom zo veel als kan uit de zorg en verdelen de kosten eerlijk.”
“Het betekent ook dat we de economie democratiseren, en publieke voorzieningen niet langer overlaten aan de markt maar in handen van de samenleving brengen.”
De PvdD wil de belastingdruk verschuiven van arbeid naar vermogen, vervuiling en buitensporige winsten, en zo ongelijkheid en ecologische schade aanpakken die zij als uitwassen van het kapitalisme zien.
“We verschuiven de belastingdruk: minder op arbeid, meer op grondstoffenverbruik en vervuiling. Zo wordt werken goedkoper en vervuilen duurder.”
“We voeren een klimaatbelasting voor de grootste vermogens in, op basis van de inzichten uit de Groene Belastinggids.”
“We draaien cadeautjes aan het grootkapitaal van het vorige kabinet terug. Inkoop van eigen aandelen door bedrijven wordt belast. De versoepeling van de renteaftrekbeperking in de vennootschapsbelasting wordt teruggedraaid.”
“We voeren een progressieve winstbelasting in waarbij de tarieven afhankelijk zijn van de CO2-uitstoot, in lijn met de Groene Belastinggids. Zo worden buitensporige winsten afgeroomd,”
De partij hekelt de macht van systeembanken en de financiële sector, en wil deze macht breken door publieke, ethische en groene alternatieven te stimuleren en strengere regels op te leggen.
“We doorbreken de macht van de systeembanken door kleinere, ethisch georiënteerde instellingen zoals maatschappelijke banken, kredietunies en coöperatieve financiers te faciliteren.”
“De huidige financiële sector is te afhankelijk van risicovolle aandelenbeurzen en complexe bankpraktijken. Het is tijd voor een rigoureuze herziening van ons geld- en banksysteem. We zetten in op veilige nutsbanken, strengere regelgeving en fiscale prikkels voor groene investeringen.”
De PvdD bekritiseert het kapitalistische gebruik van woningen als beleggingsobjecten en wil wonen weer als recht en basisvoorziening centraal stellen.
NSC uit stevige kritiek op het neoliberale kapitalisme, met name waar marktmacht, aandeelhouderswaarde en flexibele arbeid leiden tot onzekerheid en ongelijkheid. De partij pleit voor een eerlijkere economie door marktmacht te breken, vaste contracten te herstellen, en publieke belangen boven winst te stellen, vooral in essentiële sectoren als banken, zorg en energie. Concrete voorstellen zijn onder meer het doorbreken van bankdominantie, het tegengaan van private equity in publieke sectoren, en het versterken van toezicht en regulering waar marktfalen optreedt.
NSC bekritiseert het kapitalistische model waar marktmacht en aandeelhouderswaarde centraal staan, wat leidt tot hoge prijzen, lage spaarrentes en onzekerheid voor burgers. De partij wil markten eerlijker maken, toezicht versterken en publieke belangen vooropstellen, vooral in sectoren waar de markt faalt.
“Het neoliberale beleid heeft mensen de laatste tientallen jaren onvoldoende beschermd. De onzekerheden van Nederlanders zijn steeds verder opgestapeld: onbetaalbare woningen, stijgende kosten voor levensonderhoud, flexibele arbeidscontracten en onzekere pensioenen. Mensen zijn voor hun eerste levensbehoeften overgeleverd aan de onvoorspelbaarheid van de markt.”
“Niet de aandeelhouderswaarde moet leidend zijn, maar de betekenis van de bank voor economie en samenleving. Banken hebben een zorgplicht voor hun klanten en het waarborgen van het betalingsverkeer is een nutsfunctie. Daarbij past geen terugkeer naar een bonuscultuur.”
“De Nederlandse spaarmarkt wordt gedomineerd door een klein aantal banken die de spaarrente laag en tarieven hooghouden. Deze marktdominantie moet worden doorbroken.”
“Als de markt faalt, betalen gewone Nederlanders de prijs. In sectoren zoals de dierenartsenzorg hebben nieuwe spelers op de markt, vaak gefinancierd door private equity, in korte tijd de prijzen opgedreven.”
NSC uit kritiek op het binnenhalen van private equity in publieke sectoren zoals zorg en kinderopvang, waar winstmaximalisatie leidt tot prijsopdrijving en verlies van maatschappelijke verankering. De partij wil eigendomstoetsen, toezicht en fiscale prikkels aanscherpen om publieke functies te beschermen.
“We onderzoeken de invloed van private equity en buitenlandse ketens in eerstelijnszorg, kinderopvang en dierenartsenpraktijken. Op basis van dit onderzoek scherpen we eigendomstoetsen, toezichtregels en fiscale prikkels aan om publieke functies maatschappelijk verankerd te houden.”
“In sectoren met structureel marktfalen zoals de spaarmarkt en ICT-diensten in de zorg krijgt de ACM meer sturingsmiddelen om in te grijpen voordat het te laat is.”
“We voeren maximumprijzen in voor sectoren waar gebrekkige concurrentie leidt tot buitensporige prijsstijgingen en waar de ACM niet effectief kan ingrijpen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de kinderopvang en dierenartsen, waar private equity de prijzen fors heeft opgedreven.”
NSC bekritiseert de flexibilisering van de arbeidsmarkt als uitwas van het kapitalisme, die leidt tot onzekerheid en tweedeling. De partij wil vaste contracten weer de norm maken en bestaanszekerheid herstellen.
NSC stelt dat de staat moet kunnen ingrijpen in private bedrijven van nationaal belang en dat essentiële functies, zoals betalingsverkeer, als nutsfunctie moeten worden beschermd tegen winstmaximalisatie.
De ChristenUnie uit duidelijke kritiek op het kapitalisme door het afwijzen van consumentisme, overconsumptie en marktwerking in essentiële sectoren zoals de zorg. Ze pleiten voor een economie die mens, maatschappij en milieu centraal stelt, met nadruk op duurzaamheid, sociale rechtvaardigheid en het beperken van perverse financiële prikkels. Concrete voorstellen zijn onder meer het beëindigen van marktwerking in de zorg, het matigen van topsalarissen, het aanpakken van overconsumptie en het bevorderen van een circulaire economie.
De ChristenUnie bekritiseert het kapitalistische streven naar maximale winst en voortdurende consumptiegroei, en pleit voor een economie van "genoeg" waarin duurzaamheid en maatschappelijke waarde centraal staan. Ze willen af van de wegwerpeconomie en overconsumptie van goedkope producten.
“Niet het maximaliseren van de kortetermijnwinsten, maar het duurzaam en langjarig floreren van ondernemingen en werknemers staat voorop.”
“We zetten in op de nieuwe economie via innovatie en nemen afscheid van het consumentisme dat de grenzen van de schepping niet respecteert. We willen een einde aan de overconsumptie van goedkope prullaria die horen bij een wegwerpeconomie.”
“Het snelle geld vergiftigt de economie. Onze aandacht en tijd zijn een vluchtig verdienmodel.”
De partij verwerpt marktwerking in de zorg als een uitwas van kapitalistische principes die leiden tot verkeerde prikkels en winstbejag ten koste van solidariteit en kwaliteit. Ze willen aanbestedingen en concurrentie in de zorg terugdringen.
“Marktwerking hoort niet thuis in de zorg. Het leidt tot prikkels die niet passen bij een samenleving waarin we omzien naar elkaar. Afnemende bereikbaarheid in combinatie met winstuitkeringen geeft een toenemend ongemak.”
“Aanbestedingen en concurrentie leiden zelden tot betere zorg.”
De ChristenUnie hekelt de groeiende inkomensongelijkheid, vooral de stijgende topsalarissen in (semi)publieke sectoren, en wil deze trend keren door strengere wetgeving en handhaving.
“De trend dat de salarissen aan de top sneller groeien dan salarissen op de werkvloer, moet worden gekeerd.”
“De Wet normering topinkomens (Wnt) moet strakker gehandhaafd worden en ook van toepassing worden op semi-publieke sectoren zoals pensioenfondsen (en -uitvoerders), overheidsbedrijven, de gehele gezondheidszorg en alle staatsdeelnemingen.”
De partij wijst op de negatieve gevolgen van kapitalistische prikkels in de schuldenindustrie, waar winstbejag ten koste gaat van kwetsbare mensen. Ze willen deze prikkels aanpakken en de rol van incassobureaus hervormen.
“Perverse prikkels in huidige wetgeving rond schulden en incassodienstverlening leiden tot een verdienmodel ten koste van kwetsbare mensen.”
De ChristenUnie bekritiseert het kapitalistische model van lineaire productie en consumptie, en pleit voor een circulaire economie waarin producenten verantwoordelijk worden gehouden voor hun producten en afvalstromen.
“Circulaire bedrijven hebben het zwaar terwijl de circulaire economie de toekomst is. Circulaire producten zijn duurder dan wegwerpproducten en de vraag blijft achter. Normering van de vraag op Europees niveau is noodzakelijk om het circulair maken van de economie te laten slagen.”
JA21 uit geen fundamentele kritiek op het kapitalisme, maar bekritiseert vooral overheidsinmenging, bureaucratie en regulering die volgens hen de vrije markt en economische groei belemmeren. Hun belangrijkste voorstellen zijn het terugdringen van overheidssturing, het verminderen van regeldruk en subsidies, en het bevorderen van vrije concurrentie. De kern van hun visie is dat een vrije markt en minder overheidsbemoeienis leiden tot meer welvaart, innovatie en keuzevrijheid voor burgers en ondernemers.
JA21 stelt dat overheidsinterventie, zoals subsidies, complexe regelgeving en sturing van de economie, marktwerking en innovatie belemmert. Zij pleiten voor het drastisch terugdringen van deze overheidsrol om ruimte te geven aan ondernemerschap en concurrentie. Dit standpunt is geen kritiek op kapitalisme zelf, maar juist een pleidooi voor een "puurder" kapitalisme met minder staatsinvloed.
“Drastische afbouw van subsidies die markten verstoren en innovatie belemmeren. Er komt een einde aan het sturen van de economie vanuit de overheid.”
“Marktwerking herstellen door onnodige overheidsinmenging te beëindigen en concurrentie te bevorderen.”
“De overheid is veel te sturend in onze economie. Voor ieder probleem worden nieuwe regelingen en subsidies bedacht. Dit maakt mensen afhankelijk en belemmert hun keuzevrijheid.”
“JA21 vindt dat Nederland hier uiterst kritisch tegenover moet staan en samen met andere landen moet sturen op EU-beleid dat juist gericht is op vrije concurrentie en liberale economische groei.”
JA21 bekritiseert het huidige belastingsysteem vanwege complexiteit en lasten voor ondernemers, maar niet het kapitalistische systeem zelf. Zij willen lasten verlagen, het systeem vereenvoudigen en investeren aantrekkelijker maken, zodat werken en ondernemen meer loont.
“Het huidige belastingstelsel staat dit echter in de weg door zijn complexiteit en bureaucratie. Te veel ondernemers raken verstrikt in regelgeving en administratieve lasten.”
“Werken en ondernemen laten lonen door de lasten op arbeid structureel te verlagen. We kiezen voor lagere belastingen in plaats van hogere toeslagen.”
“Het bedrijfsleven mag niet langer als financieringsbron voor nieuwe overheidsambities dienen.”
JA21 verzet zich tegen verdere Europese integratie en sturing, vooral als dit leidt tot meer regulering en minder economische soevereiniteit. Zij willen dat de EU zich beperkt tot economische samenwerking en vrije markt, niet tot het sturen van nationale economieën.
“Geen enkele stap richting een federaal Europa, en dus ook geen verdragswijzigingen die tot verdere overdracht van bevoegdheden leiden.”
“JA21 pleit voor een Unie die zich weer richt op haar oorspronkelijke kracht: economische samenwerking en respect voor de soevereiniteit van lidstaten.”
De SP levert scherpe kritiek op het kapitalisme, dat zij aanwijst als oorzaak van ongelijkheid, klimaatcrisis en machtsconcentratie bij multinationals en financiële elites. Hun belangrijkste voorstellen zijn het terugdringen van winstmaximalisatie als leidend principe, het reguleren van grote bedrijven en financiële markten, en het vergroten van zeggenschap en welvaart voor de werkende klasse. De SP pleit voor structurele hervormingen die de macht van kapitaal beperken en publieke belangen centraal stellen.
De SP stelt dat het kapitalisme, met zijn focus op winst boven alles, leidt tot crises zoals klimaatverandering en groeiende ongelijkheid. Zij zien het systeem als fundamenteel problematisch en pleiten voor het terugdringen ervan ten gunste van mens, milieu en samenleving.
“Een crisis die in zijn kern veroorzaakt wordt door het kapitalisme. Want zolang winst boven alles gaat, blijft het kapitalisme de bron van deze crisis en moeten we het kapitalisme dus terugdringen om ons klimaat en onze toekomst te redden.”
De partij bekritiseert de dominante positie van multinationals, Big Tech en financiële markten, die volgens hen zorgen voor machtsconcentratie, democratische uitholling en uitbuiting. De SP wil deze macht aan banden leggen via regulering, hervorming van internationale instituties en het aanpakken van belastingontwijking.
“De economische wereldorde is gebaseerd op neokoloniale en neoliberale principes. Dit geeft multinationals ruim baan, ten koste van veel landen en mensen met name in het Mondiale Zuiden. Dit moet anders.”
“In de huidige wereld vindt er een toenemende gevaarlijke concentratie van economische en politieke macht plaats. Voorbeelden hiervan zijn de Big Techmiljardairs, multinationals en mediabedrijven die zich steeds meer van het verdiende geld toeëigenen en steeds meer onze democratie beïnvloeden.”
“De logica van de financiële markten domineert bedrijven en onze economie. Deze papieren werkelijkheid van financialisering heeft talloze sectoren in de echte economie verstoord.”
“De digitale wereld moet niet onder beklemmende staatscontrole staan, maar ook niet gedomineerd worden door winstbeluste Big Tech bedrijven.”
De SP wil af van een economie waarin winstmaximalisatie centraal staat en pleit voor meer zeggenschap voor werknemers, eerlijke verdeling van welvaart en het centraal stellen van publieke belangen in sectoren als zorg, wonen en digitale economie.
“Kortetermijnbeurskoersen sturen onze economie in plaats van de belangen, veiligheid en toekomstige welvaart van mensen, dieren en de aarde.”
“Wij willen af van een digitaal systeem waarin gebruikers worden behandeld als handelswaar. Het is tijd voor een internet waarin de mens centraal staat, niet het algoritme en de winst.”
“De zorg is geen markt. Dat wat van ons allemaal is, horen we niet over te laten aan commerciële cowboys. Door de markt uit de zorg te halen kunnen we de behoeften van mensen weer centraal zetten.”
“We pakken regie terug... en zetten we de markt buiten spel.”
BVNL uit geen fundamentele kritiek op het kapitalisme, maar omarmt juist de positieve kanten ervan, zoals ondernemersvrijheid, ambitie en succes. Hun programma pleit voor een minimale rol van de overheid, lage belastingen, deregulering en het stimuleren van een vrije markteconomie, waarbij ze machtsconcentraties bij grote bedrijven willen tegengaan. De partij ziet problemen vooral in overheidsbemoeienis en collectivisme, niet in het kapitalistische systeem zelf.
BVNL positioneert zich expliciet als voorstander van kapitalisme en vrije markt, waarbij ze de nadruk leggen op individuele vrijheid, ondernemerszin en minimale staatsinterventie. Kritiek richt zich niet op het kapitalisme zelf, maar op overheidsingrijpen en collectivistische tendensen.
“BVNL is een economisch rechtse partij die de goede kanten van het kapitalisme omarmt: ambitie, succes en sociale barmhartigheid.”
“Belang Van Nederland kiest voor een ondernemersvriendelijke koers die gestoeld is op vrijemarkteconomie, sober fiscaal beleid, lage belastingen en structurele hervormingen.”
“Onze visie is geworteld in de Oostenrijkse School van de economie, waarin ondernemersvrijheid, eigendomsrechten en individuele verantwoordelijkheid centraal staan.”
Hoewel BVNL het kapitalisme omarmt, erkennen ze het gevaar van te grote machtsconcentraties bij multinationals, Big Tech en Big Pharma. In zulke gevallen pleiten ze voor het opsplitsen van bedrijven om concurrentie te waarborgen.
“Big Tech en Big Pharma moeten apart bekeken worden omdat het gevaar bestaat dat er te grote machtsconcentraties ontstaan. Bij te grote machtsconcentraties dienen bedrijven te worden opgesplitst.”
De partij richt haar kritiek op overheidsingrijpen, hoge belastingen en collectivistische maatregelen, die volgens BVNL het kapitalistische systeem en individuele vrijheid ondermijnen.
“Geen exorbitante belastingen om collectivistische hobby’s te kunnen betalen.”
“De stapeling van belastingen is een vorm van diefstal door de overheid. BVNL wil dat werkende mensen niet als citroenen worden uitgeknepen door de overheid...”
“Daarnaast waait er een gure collectivistische wind door Nederland...”
BVNL stelt dat bedrijven, inclusief multinationals, hun "fair share" aan belastingen moeten betalen en belastingontwijking moet worden tegengegaan, om zo het kapitalistische systeem eerlijk te houden.
“Daar staat tegenover dat ook multinationals een 'fair share' aan belastingen moeten betalen en niet via belastingconstructies belasting kunnen ontduiken.”
D66 erkent de tekortkomingen van het kapitalisme waar private winsten het publieke belang kunnen schaden, te veel marktmacht innovatie en eerlijke concurrentie belemmert, en grote bedrijven de samenleving kunnen schaden. Hun belangrijkste voorstellen zijn het stevig ingrijpen bij te veel marktmacht, het aanpakken van oneerlijke belastingvoordelen en het beschermen van publieke belangen boven private winsten. D66 wil zo een economie waarin marktwerking binnen duidelijke grenzen plaatsvindt en publieke waarden worden beschermd.
D66 bekritiseert het kapitalisme waar bedrijven te veel macht krijgen, wat leidt tot hoge prijzen, lage kwaliteit en minder innovatie. Ze pleiten voor een sterke overheid die ingrijpt bij te veel marktmacht om eerlijke concurrentie te waarborgen en het publieke belang te beschermen.
“Private winsten mogen niet ten koste gaan van het publieke belang. Voor ondernemers die maatschappelijk ondernemen, is een gelijk speelveld belangrijk. Daarom is een sterke overheid nodig die de spelregels bepaalt waarbinnen bedrijven maatschappelijk verantwoord ondernemen.”
“Te veel macht bij één bedrijf zorgt voor hoge prijzen, lage kwaliteit en remt innovatie af. Nieuwe ondernemers worden hierdoor buitengesloten. D66 wil eerlijke concurrentie en grijpt stevig in bij te veel marktmacht.”
“D66 wil dat Europa sneller en harder optreedt tegen bedrijven die hun macht misbruiken, prijzen opdrijven, de samenleving schaden of de regels omzeilen, zoals grote techbedrijven en farmaceuten.”
D66 uit kritiek op kapitalistische ongelijkheid door te pleiten voor het verminderen van oneerlijke belastingvoordelen en het zwaarder belasten van grote vermogens. Ze willen zo de scheve verdeling van welvaart en macht corrigeren.
“D66 wil oneerlijke belastingvoordelen verminderen. Daarom evalueren we fiscale regelingen die niet doen wat of voor wie ze zijn bedoeld goed. We passen ze aan of schaffen ze eventueel af. De landbouwvrijstelling en de bedrijfsopvolgingsregeling zijn hier voorbeelden van.”
“We belasten grote vermogens meer, onder meer met een miljonairsbelasting.”
“Belasting op werk en belasting op vermogen oneerlijk verdeeld. Vermogen wordt te veel beloond, terwijl juist werken meer zou moeten lonen.”
D66 erkent dat het kapitalisme in de landbouwsector leidt tot machtsconcentratie bij supermarkten en agrobusiness, wat ten koste gaat van boeren, consumenten, dieren en natuur. Ze willen deze marktmacht aanpakken en eerlijke verhoudingen in de keten herstellen.
“Boeren klem zitten door de macht van grote supermarkten en de agrobusiness. Deze partijen zijn vooral gericht op grote volumes en lage prijzen. Ze bepalen eenzijdig de voorwaarden. Dat gaat ten koste van de boer, maar ook van de consument, van dieren en de natuur. D66 wil deze marktmacht aanpakken en eerlijke verhoudingen in de keten.”
Forum voor Democratie (FVD) uit in haar verkiezingsprogramma geen fundamentele kritiek op het kapitalisme; integendeel, de partij verdedigt marktwerking, ondernemerschap en lage belastingen. FVD verzet zich vooral tegen overheidsingrijpen, nivellering en bureaucratie, en pleit voor een kleinere overheid, vlaktaks en stimulering van ondernemerschap. Kritiek richt zich niet op het kapitalistische systeem zelf, maar op overheidsmaatregelen die volgens FVD de vrije markt en individuele vrijheid belemmeren.
FVD verwerpt pogingen om inkomens of vermogens kunstmatig gelijk te trekken en ziet dit als schadelijk voor ondernemerschap en economische groei. De partij positioneert zich expliciet tegen herverdelende maatregelen en verdedigt het recht om de vruchten van eigen werk te plukken.
“Belastingen dienen enkel om met een goed functionerende, slanke overheid specifieke publieke taken te financieren – niet om inkomens of vermogens kunstmatig gelijk te trekken.”
“We zullen nooit instemmen met het instellen van een basisinkomen, dit communistische idee zorgt enkel voor meer afhankelijkheid van de staat, ondermijnt arbeidsethos en leidt tot hogere belastingen voor werkenden.”
FVD ziet ondernemerschap, investeren en sparen als motoren van welvaart en sociale samenhang. De partij pleit voor een kleinere overheid, vlaktaks en lagere lasten om economische groei te stimuleren en ondernemerschap te belonen.
“Ondernemen, investeren en sparen moeten worden gestimuleerd in plaats van ontmoedigd. Dat is goed voor de economie, maar ook voor de sociale samenhang: burgers die de vruchten van hun eigen werk mogen plukken, voelen zich gezien en gerespecteerd.”
“De Rijksoverheidsuitgaven moeten verplicht ieder jaar 3% krimpen, zodat de overheid niet groter maar kleiner wordt.”
“We voeren een vlaktaks in op het inkomen in Box-1, zodat meer verdienen niet wordt afgestraft en altijd volstrekt transparant is hoeveel inkomstenbelasting moet worden betaald.”
De partij richt haar kritiek op bureaucratie, hoge belastingen en overheidsingrijpen, niet op het kapitalistische systeem zelf. FVD ziet juist overheidsmaatregelen als belemmering voor innovatie, creativiteit en economische groei.
“Het overheidsapparaat heeft een verstikkende deken aan regeltjes, controlemechanismen en procedures over de samenleving gelegd, waardoor de creativiteit, de ambitie en het ondernemerschap verdrukt worden.”
“De belastingen zijn veel te hoog geworden en belemmeren innovatie en economische groei.”
De SGP uit gematigde kritiek op het kapitalisme door te pleiten voor een economie die niet alleen draait om winst en groei, maar ook om waarden, sociale rechtvaardigheid en rentmeesterschap. Ze verwerpen ongebreidelde groei, materialisme en cynische verdienmodellen, en willen dat bedrijven, overheid en samenleving verantwoordelijkheid nemen voor kwetsbaren en het algemeen belang. Concrete voorstellen zijn onder meer het stimuleren van duurzame arbeidsrelaties, het tegengaan van uitbuiting en het bevorderen van een waardengedreven economie.
De SGP keert zich tegen een economie die uitsluitend op winstmaximalisatie en ongebreidelde groei is gericht, en pleit voor een economie die robuust, sociaal, duurzaam en innovatief is. Ze benadrukken het belang van rentmeesterschap, sociale rechtvaardigheid en het tegengaan van materialisme, waarbij de economie ten dienste staat van mens en samenleving.
“Ongebreidelde groei en materialisme is zeker niet het Bijbelse ideaal. Ons economisch handelen moet tot doel hebben dat mens en maatschappij opbloeien. Daarom moeten we toe naar een economie die gebaseerd is op waarden, die robuust, sociaal, duurzaam en innovatief is.”
“De SGP wil toegroeien naar een economie die niet enkel drijft op euro’s, maar die waardengedreven is. Een economie die stevig staat en niet bij het eerste zuchtje wind omvalt. Een economie met oog voor de mens en omgeving.”
“Onze economie is er voor de samenleving – niet andersom.”
De SGP bekritiseert uitdrukkelijk het uitknijpen van werknemers, flexcontracten en cynische verdienmodellen zoals 'nu kopen, later betalen'. Ze willen dat bedrijven verantwoordelijkheid nemen voor eerlijke arbeidsverhoudingen en het welzijn van werknemers.
“Een werkgever biedt zijn werknemer geen waardeloze flexcontractjes aan, maar maakt werk van een duurzame arbeidsrelatie. Bij salarisonderhandelingen wordt het salaris van een laagbetaalde medewerker niet nog verder uitgeknepen.”
“Het cynische verdienmodel van ‘nu kopen, later betalen’ moet doorbroken worden.”
De SGP wijst het individualisme en het idee van de mens als 'eenzaam succesobject' af, en benadrukt het belang van gemeenschap, verbinding en christelijke waarden als tegenwicht tegen de negatieve kanten van het kapitalisme.
“Zij ziet burgers nog te vaak als eenzame stenen op het dambord van hun individuele succes, terwijl mensen juist gedijen bij hechte relaties en veerkrachtige gemeenschappen. We hebben dringend behoefte aan meer verbinding en meer aandacht voor beproefde christelijke waarden, zoals barmhartigheid en gematigdheid.”
De SGP stelt dat bedrijven in de hele keten verantwoordelijkheid moeten nemen voor eerlijke prijzen, zodat consumenten niet de dupe worden van winstmaximalisatie en prijsopdrijving.
“De SGP wil dat de hele keten zijn verantwoordelijkheid neemt en zorgdraagt voor eerlijke prijzen die niet veel hoger zijn...”
DENK uit kritiek op het kapitalisme vooral door het bepleiten van een sterkere rol voor de overheid in het verkleinen van ongelijkheid, het beperken van marktwerking in essentiële sectoren en het eerlijker belasten van grote bedrijven en vermogens. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals het verhogen van belastingen voor grote bedrijven en banken, het beperken van marktwerking in de zorg, en het versterken van het sociale stelsel. Hun visie draait om het beschermen van bestaanszekerheid en het tegengaan van uitwassen van het kapitalistische systeem, zonder het ondernemerschap in het MKB te ondermijnen.
DENK bekritiseert het kapitalistische systeem door te pleiten voor een eerlijkere verdeling van welvaart, waarbij grote bedrijven en vermogenden meer bijdragen aan het sociale stelsel. Dit moet ongelijkheid tegengaan en de lasten eerlijker verdelen.
“Mensen met een heel hoog inkomen of vermogen kunnen een extra bijdrage leveren. Grote bedrijven die flinke winsten maken, gaan een eerlijker deel bijdragen. We verhogen de belasting op banken en schaffen ondoelmatige belastingvoordelen af, zoals de expatregeling. We pakken belastingontwijking steviger aan, zodat iedereen eerlijk bijdraagt.”
“Op fiscaal gebied kan dekking worden gerealiseerd door een eerlijkere bijdrage uit de winsten van grote bedrijven en van de superrijken. Wij verhogen daarom de winstbelasting voor grote bedrijven en schaffen ondoelmatige belastingvoordelen die de ongelijkheid vergroten af.”
DENK uit kritiek op kapitalistische principes in de zorgsector door te pleiten voor het beperken van marktwerking en het verbieden van winstuitkeringen, zodat zorggeld ten goede komt aan patiënten in plaats van aandeelhouders.
“Met een uitbreiding van het winstverbod zorgen wij ervoor dat geld beschikbaar blijft voor de zorg. We gaan ook de activiteiten van commerciële partijen beperken die de zorg alleen maar gebruiken om geld te verdienen.”
“We gaan de marktwerking in de zorg beperken met meer marktmeesterschap. Door verplichte transparantie maken we inzichtelijk hoe het geld van zorgverzekeraars wordt besteed. We leggen de winsten van zorgverzekeraars wettelijk aan banden, gaan bonussen voor bestuurders tegen en willen dat reserves meer ingezet worden voor premieverlagingen.”
DENK stelt dat het kapitalistische systeem leidt tot ontwrichtende ongelijkheid en bestaansonzekerheid. De partij wil het sociale stelsel versterken om deze negatieve effecten te corrigeren.
“In onze samenleving is er sprake van ontwrichtende ongelijkheid. Op het gebied van inkomen zien we dat het leven voor veel Nederlanders niet meer te betalen is, waardoor het verschil tussen arm en rijk toeneemt.”
“Wij staan voor een stevig sociaal stelsel. Werkloosheidsuitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden.”
De VVD uit in haar verkiezingsprogramma geen fundamentele kritiek op het kapitalisme, maar verdedigt juist het vrije marktmodel en economische groei als motor van welvaart. Kritiek richt zich vooral op overregulering, bureaucratie en een te grote, herverdelende overheid die volgens de VVD de middenklasse en ondernemers belemmert. De belangrijkste voorstellen zijn het terugdringen van regels, lastenverlichting voor werkenden en ondernemers, en het beperken van herverdeling via belastingen en toeslagen.
De VVD ziet overregulering en een groeiende overheid als het grootste probleem, niet het kapitalistische systeem zelf. De partij pleit voor het terugdringen van bureaucratie en het versterken van de vrije markt, omdat zij geloven dat dit leidt tot meer welvaart en kansen voor iedereen.
“De eerste keuze die we moeten maken is het afrekenen met het systeem waarin een groeiende overheid de middenklasse verstikt met belastingen en regels. Dit noemen wij de Haagse herverdelingsmachine.”
“Door de invloedsfeer van de overheid klein te houden geven we ruimte aan de goed vormgegeven vrije markt. De overheid als marktmeester gaat uitbuiting tegen en bevordert concurrentie. Dit is de goed vormgegeven vrije markt die het in de geschiedenis altijd beter wist dan de overheid.”
De VVD verzet zich tegen wat zij zien als een te ver doorgeschoten herverdelingsbeleid, waarbij werkenden en ondernemers te veel betalen voor uitkeringen en toeslagen aan niet-werkenden. Dit wordt als oneerlijk en schadelijk voor het draagvlak van de verzorgingsstaat gezien.
“De middenklasse betaalt de rekening zodat de rest erop vooruitgaat, maar gaat er zelf veel minder op vooruit. Dat is niet alleen oneerlijk, het ondermijnt ook het draagvlak voor onze verzorgingsstaat.”
“We gaan stoppen met nog meer nivelleren door werken en ondernemen minder te belasten.”
De VVD ziet economische groei als essentieel voor het realiseren van publieke voorzieningen, sociale zekerheid en duurzaamheid. Kritiek op kapitalisme wordt afgewezen door te stellen dat groei juist de basis is voor een rechtvaardige en sterke samenleving.
“Groei is verbonden met vrijwel alles wat het leven mooi maakt: kansen om er wat van te maken en vrijheid om het leven vorm te geven zoals jij dat wilt. Met een goed inkomen, een sterke democratie en een langer en gezonder leven.”
“Voor investeringen in duurzaamheid is groei eveneens essentieel.”
Volt uit gematigde kritiek op het huidige kapitalistische model door te pleiten voor een economie waarin maatschappelijke waarden, duurzaamheid en rechtvaardigheid belangrijker zijn dan louter economische groei. Ze willen afscheid nemen van een economisch systeem dat draait op vervuiling, uitputting van grondstoffen en goedkope arbeid, en stellen concrete maatregelen voor zoals het belasten van vervuiling, het beperken van winstuitkeringen in de zorg, en het invoeren van een basisinkomen. Hun visie richt zich op brede welvaart, eerlijke bijdragen van grote vermogens en bedrijven, en het centraal stellen van mensen boven winstmaximalisatie.
Volt bekritiseert expliciet het traditionele kapitalistische model dat gericht is op economische groei ten koste van milieu en sociale waarden. Ze willen een economie van brede welvaart waarin maatschappelijke waarden voorop staan en zijn bereid het oude model los te laten.
“Wij geloven in een economie van brede welvaart, waarin maatschappelijke waarden belangrijker zijn dan economische groei. We durven afscheid te nemen van een oud economisch model dat draait op vervuiling, uitputting van grondstoffen en goedkope arbeid.”
Volt stelt dat het huidige belastingsysteem vervuiling in stand houdt en wil dit veranderen door vervuiling, verspilling en grote vermogens zwaarder te belasten. Dit is een directe kritiek op de kapitalistische prikkelstructuur die negatieve externe effecten onvoldoende beprijsd.
“Ons huidige belastingsysteem houdt vervuiling in stand. Dat veranderen we. We belasten vervuiling, verspilling en overmatig gebruik van grondstoffen zwaarder.”
“Grote vermogens en bedrijven gaan meer bijdragen, net als dat grote techbedrijven een eerlijke belasting gaan betalen over hun digitale advertentie-inkomsten.”
Volt uit kritiek op de invloed van investeringsmaatschappijen (private equity) in de zorg en wil wettelijke beperkingen op winstuitkeringen invoeren. Dit is een duidelijke kritiek op het kapitalistische winstmotief in publieke sectoren.
“De opkomst van investeringsmaatschappijen (private-equity) in de zorg kan op gespannen voet staan met de kwaliteit en toegankelijkheid van en de solidariteit in de zorg. Volt zet zich er voor in om de zorg minder interessant te maken voor investeringsmaatschappijen door wettelijke beperkingen op winstuitkeringen in de zorg in te voeren...”
Volt stelt een basisinkomen voor als fundamentele hervorming, waarmee bestaanszekerheid wordt losgekoppeld van arbeid en marktprestaties. Dit ondermijnt een kernprincipe van het kapitalisme waarin inkomen primair via arbeid wordt verworven.
BBB uit nauwelijks expliciete kritiek op het kapitalisme als systeem, maar benadrukt vooral het belang van ondernemerschap, bestaanszekerheid en het tegengaan van overmatige bureaucratie en regelgeving. De partij pleit voor waardering van praktisch werk, bescherming van het MKB en een economie waarin maatschappelijke waarde en menselijke maat centraal staan, zonder het kapitalistische model fundamenteel ter discussie te stellen. Concrete voorstellen richten zich op het verminderen van regeldruk, het behouden van bedrijven voor Nederland en het waarderen van alle vormen van arbeid.
BBB bekritiseert het eenzijdig waarderen van betaald werk en economische groei, en pleit voor maatschappelijke erkenning van alle vormen van arbeid, inclusief onbetaald werk. Dit is een impliciete kritiek op het kapitalistische principe van winstmaximalisatie als hoogste doel, waarbij menselijke waarde en sociale verbondenheid onderbelicht blijven.
“Werken is essentieel voor bestaanszekerheid, sociale verbondenheid en persoonlijke groei. Maar niet alleen betaald werk is van waarde. BBB vindt dat álle vormen van arbeid zoals mantelzorg, vrijwilligerswerk en opvoeding maatschappelijk erkend en gewaardeerd moeten worden.”
BBB uit zorgen over de negatieve effecten van marktwerking, bureaucratie en regelgeving op kleine ondernemers en regionale economieën. De partij pleit voor het beschermen van het MKB, het behouden van contant geld en het erkennen van de sociale waarde van economisch minder 'rendabele' regio’s, waarmee ze impliciet kritiek levert op het kapitalistische streven naar schaalvergroting en efficiëntie ten koste van lokale belangen.
“Ook kleine ondernemers worden hard geraakt. Zeroemissiezones weren voertuigen die niet aan dure eisen voldoen, waardoor mkb’ers, marktkooplieden, ambulante handelaren en kermisexploitanten worden buitengesloten.”
“Regio’s die economisch minder 'rendabel' lijken, leveren grote sociale waarde.”
BBB stelt dat beleid niet alleen op economische modellen en cijfers gebaseerd moet zijn, maar ook op maatschappelijke waarde, draagvlak en de menselijke maat. Dit is een indirecte kritiek op het kapitalistische primaat van financiële efficiëntie en abstracte groei boven welzijn en sociale cohesie.
“De maatschappelijke waarde van beleid, het draagvlak in de regio, de menselijke maat of de lange termijndoelen die BBB stelt, blijven grotendeels buiten beschouwing.”
“Daarom blijft BBB zich ook na deze doorrekening inzetten voor betere rekenmodellen, modellen die recht doen aan de realiteit van mensen, gemeenschappen en bedrijven in heel Nederland.”
Het CDA uit in haar verkiezingsprogramma slechts indirect en gematigd kritiek op het kapitalisme, vooral door het benadrukken van het belang van gemeenschapswaarden boven individualisme en het afwijzen van een blinde marktwerking. Concrete voorstellen richten zich op het stimuleren van verantwoord ondernemerschap, het tegengaan van excessieve winsten in de zorg, en het bevorderen van maatschappelijke verantwoordelijkheid bij bedrijven. De kern van hun visie is dat economie en marktwerking altijd in dienst moeten staan van brede welvaart en het algemeen belang, niet van puur individueel of winstgedreven handelen.
Het CDA bekritiseert het kapitalisme vooral door het afwijzen van een samenleving waarin het eigenbelang en het geloof in de markt als allesoplossend centraal staan. In plaats daarvan pleit de partij voor het belang van de gemeenschap en gezamenlijke verantwoordelijkheid. Deze kritiek richt zich op de morele en sociale gevolgen van doorgeschoten marktdenken en individualisme.
“In de samenleving staat steeds meer het ‘ik’ centraal. Kiezen we voor ons eigen belang, boven dat van de samenleving. Verwachten we compensatie als we iets oppakken of bij tegenslag. En geloven we dat de markt alles oplost, of dat de overheid voor alles verantwoordelijk is. Het CDA kiest voor de samenleving. Zonder het ‘wij’ van de gemeenschap kan het ‘ik’ niet bestaan.”
Het CDA uit expliciet kritiek op het streven naar maximale winst in sectoren waar het maatschappelijk belang voorop moet staan, zoals de zorg. De partij wil excessieve winsten en beloningen tegengaan en stelt extra eisen aan private equity-partijen in de zorg.
Het CDA benadrukt dat bedrijven zich medeverantwoordelijk moeten voelen voor de samenleving en de toekomst, en dat maatschappelijk verantwoord ondernemen de norm moet zijn. Dit is een impliciete kritiek op een kapitalistisch model dat enkel op winstmaximalisatie gericht is.
De PVV uit in haar verkiezingsprogramma nauwelijks expliciete kritiek op het kapitalisme als economisch systeem. Wel zijn er enkele concrete voorstellen die excessen van marktwerking en winstbejag in de zorg willen tegengaan, zoals het weren van private equity en het aanpakken van woekerwinsten. Over het algemeen richt de PVV haar kritiek vooral op overheidsuitgaven, bureaucratie en internationale geldstromen, niet op het kapitalisme zelf.
De PVV signaleert problemen met marktwerking en winstbejag in de zorgsector, specifiek door de aanwezigheid van private equity en het maken van woekerwinsten. Dit wordt gezien als schadelijk voor de betaalbaarheid en toegankelijkheid van zorg, en de partij wil deze praktijken daarom tegengaan.
De PVV hekelt hoge salarissen en vriendjespolitiek in de (semi-)publieke sector, wat zij ziet als een uitwas van marktdenken en belangenverstrengeling. De partij wil benoemingen uitsluitend op inhoudelijke kwaliteiten baseren en strikte beloningsnormen invoeren.
“Benoemingen in de (semi-)publieke sector alleen op grond van inhoudelijke kwaliteiten, en er komen zeer strikte beloningsnormen”
50PLUS uit in haar verkiezingsprogramma nauwelijks expliciete kritiek op het kapitalisme als systeem, maar benoemt wel enkele uitwassen van marktwerking en winstgedrevenheid die volgens de partij moeten worden gecorrigeerd. De partij pleit vooral voor bescherming van kwetsbare groepen tegen excessen van schuldenindustrie en leeftijdsdiscriminatie, en wil dat het verdienmodel van incassobedrijven en deurwaarders wordt aangepast. Concrete voorstellen richten zich op het beperken van schuldenproblematiek en het tegengaan van financiële prikkels die armoede verergeren.
50PLUS signaleert dat het huidige verdienmodel van deurwaarders en incassobedrijven schulden kan verergeren, wat zij als onwenselijk beschouwen. Dit is een impliciete kritiek op kapitalistische prikkels binnen de schuldenindustrie, waarbij winstbejag boven armoedebestrijding kan gaan. De partij wil dat deze sector wordt gereguleerd zodat financiële prikkels niet langer tot grotere schulden leiden.
“Het verdienmodel van deurwaarders en incassobedrijven moet passen bij armoedebestrijding en mag schulden niet verder in de hand werken.”
50PLUS hekelt de manier waarop commerciële partijen via reclame kwetsbare mensen aanzetten tot risicovol financieel gedrag. Dit is een kritiek op het winstmotief dat ten koste kan gaan van consumentenbescherming, en de partij wil hier paal en perk aan stellen.
“Reclame-uitingen voor uitgesteld betalen en gokken moeten beperkt worden.”