De ChristenUnie vindt het onacceptabel dat kinderen in Nederland in armoede opgroeien en wil kinderarmoede structureel en wettelijk terugdringen. Ze stellen voor om de kinderbijslag fors te verhogen, het toeslagenstelsel te vervangen door een eenvoudiger systeem, en het verlagen van kinderarmoede als wettelijk doel vast te leggen. De partij pleit voor een rechtvaardiger sociaal minimum, betere schuldhulpverlening en een verbod op huisontruimingen bij gezinnen met kinderen.
De ChristenUnie wil kinderarmoede uitbannen door het verlagen ervan als wettelijk doel te stellen en het sociaal minimum te verhogen, zodat gezinnen voldoende bestaanszekerheid hebben. Ze baseren hun beleid op het advies van de Commissie Sociaal Minimum en willen periodiek toetsen of het sociaal minimum toereikend is.
“Het aantal mensen en kinderen dat in armoede leeft moet sterk omlaag. Voor een beter armoedebeleid is het advies van de Commissie Sociaal Minimum de leidraad. Het sociaal minimum moet voldoende zijn om van rond te kunnen komen. Periodiek wordt getoetst of het sociaal minimum nog voldoende is.”
“Het verlagen van kinderarmoede wordt een wettelijk doel.”
“Wij vinden het niet acceptabel dat er kinderen in armoede opgroeien.”
Om gezinnen financieel te ondersteunen en kinderarmoede te voorkomen, wil de ChristenUnie de kinderbijslag verhogen naar €4.500 per kind per jaar, ongeacht het inkomen.
De partij wil het huidige, complexe toeslagenstelsel vervangen door een eenvoudige, inkomensonafhankelijke belastingkorting, om inkomensonzekerheid en terugvorderingen te voorkomen.
“We willen een eenvoudiger systeem voor inkomen en toeslagen waarbij mensen van tevoren duidelijkheid hebben over hun inkomen. Daarom vervangen we de toeslagen door slimmere alternatieven.”
“De wirwar van toeslagen vervangen we door een eenvoudige belastingkorting.”
“In plaats van toeslagen krijgt iedere Nederlander maandelijks een korting op de te betalen inkomstenbelasting.”
Om te voorkomen dat kinderen extra worden getroffen door armoede, wil de ChristenUnie een wettelijk verbod op huisontruimingen en afsluiting van nutsvoorzieningen bij huishoudens met kinderen.
“Kinderen mogen niet de dupe worden van de financiële situatie van hun ouders. Er komt een wettelijk verbod gecombineerd met vroegtijdige schuldhulpverlening en begeleiding.”
De partij vindt dat verschillen in armoederegelingen tussen gemeenten te groot zijn en wil deze regelingen vereenvoudigen en harmoniseren, zodat alle kinderen gelijke kansen hebben.
“De verschillen in armoederegelingen tussen gemeenten zijn nu te groot en een aantal verschillende regelingen te ingewikkeld. Dit moet eenvoudiger.”
De ChristenUnie wil de rol van kerken, voedselbanken en maatschappelijke organisaties versterken en beter verankeren in het armoedebeleid, zodat kinderen sneller geholpen worden.
“Kerken zijn al eeuwen actief om armoede te bestrijden. In plaats van hun rol te bemoeilijken geven we ruim baan aan kerken en maatschappelijke organisaties (zoals voedselbanken en Schuldhulpmaatje). Hun rol wordt beter verankerd in het beleid...”
GroenLinks-PvdA stelt het uitbannen van kinderarmoede centraal en wil dat geen enkel kind in Nederland nog in armoede opgroeit. Ze willen dit bereiken via een wettelijke verplichting tot armoedereductie onder kinderen, verhoging van het sociaal minimum, en het gratis maken van kinderopvang. De partij koppelt armoedebestrijding aan structurele maatregelen voor bestaanszekerheid en kansengelijkheid voor kinderen.
GroenLinks-PvdA wil een harde wettelijke norm om kinderarmoede structureel terug te dringen. Ze zien kinderarmoede als een politiek onrecht en willen de overheid hier direct verantwoordelijk voor maken.
“Er komt een Wet reductie armoede onder kinderen, die de overheid verplicht ervoor te zorgen dat het aantal kinderen dat in armoede opgroeit de komende jaren fors daalt.”
“Ieder kind dat opgroeit in armoede is er één te veel. Daarom strijden we net zo lang totdat in Nederland geen kind meer in armoede opgroeit.”
De partij ziet gratis kinderopvang als een sleutel om kansenongelijkheid en kinderarmoede te bestrijden. Door kinderopvang publiek en gratis te maken, willen ze voorkomen dat kinderen uit arme gezinnen achterblijven in hun ontwikkeling.
“De kinderopvang, de voorschool, peuterspeelzaal en de buitenschoolse opvang worden een publieke voorziening, en dus gratis voor alle kinderen. De kinderopvangtoeslag verdwijnt.”
“Kansengelijkheid begint met een goede start, daarom maken we kinderopvang gratis voor alle kinderen.”
GroenLinks-PvdA erkent dat armoede, ook onder kinderen, voortkomt uit te lage inkomens. Ze willen het minimumloon en uitkeringen verhogen en inkomensondersteuning eenvoudiger en toegankelijker maken.
De partij koppelt armoedebestrijding aan het vergroten van kansen voor kinderen via onderwijs, met extra ondersteuning voor kinderen uit arme gezinnen en een focus op een goede start.
“We investeren ongelijk voor gelijke kansen & helpen leraren die lesgeven in de meest kwetsbare wijken.”
“Om ieder kind zo’n start te bieden zetten we in op vroege en voorschoolse educatie en een publieke kinderopvang.”
GroenLinks-PvdA wil dat scholen, ouders, jeugdzorg en armoedebestrijding nauwer samenwerken om kinderen in armoede beter te ondersteunen.
“Op scholen komen medewerkers (brugfunctionarissen) die de speciale taak hebben om in het belang van het kind de verbinding te leggen tussen ouders, school, jeugdzorg en armoedebestrijding.”
“Er wordt samengewerkt met ouders en met maatschappelijke partners binnen de domeinen armoede, jeugd, zorg, sport, cultuur en de wijk.”
D66 erkent dat armoede onder kinderen een hardnekkig probleem is en wil dit aanpakken door het vergroten van bestaanszekerheid, het vereenvoudigen van inkomensondersteuning en het investeren in gelijke onderwijskansen. De partij stelt voor om het minimumloon en de bijstand te verhogen, het toeslagenstelsel te vervangen door een basisbedrag, en kinderopvang vrijwel gratis te maken. D66 ziet het versterken van gezinnen, buurten en scholen als essentieel om armoede en achterstanden bij kinderen te voorkomen.
D66 wil armoede bij kinderen terugdringen door het minimumloon en de bijstand te verhogen, zodat gezinnen voldoende inkomen hebben en minder afhankelijk zijn van ingewikkelde toeslagen. Dit moet voorkomen dat kinderen opgroeien in armoede en geeft gezinnen meer financiële stabiliteit.
“We verhogen het minimumloon en het minimumjeugdloon. De bijstand stijgt in verhouding mee. Vanaf 18 word je als volwassene betaald, omdat je dat dan ook bent.”
“Door de verhoging van het minimumloon en van de bijstand die daaraan gekoppeld is, zullen minder mensen afhankelijk zijn van toeslagen. Zo komt de basis weer op orde.”
D66 wil het complexe toeslagenstelsel afschaffen en vervangen door een eenvoudig, individueel basisbedrag. Dit moet gezinnen met kinderen meer zekerheid en duidelijkheid geven, waardoor het risico op armoede en financiële stress afneemt.
Om kansenongelijkheid en armoede bij kinderen te bestrijden, wil D66 kinderopvang op korte termijn bijna gratis maken en uiteindelijk volledig gratis. Dit maakt het voor alle kinderen mogelijk om zich te ontwikkelen, ongeacht het inkomen van hun ouders.
D66 wil investeren in het aanpakken van onderwijsachterstanden en het versterken van de sociale basis rond kinderen, zodat armoede niet leidt tot blijvende achterstanden. Dit gebeurt door extra steun aan scholen met veel kinderen met een achterstand en door te investeren in buurten en gezinnen.
“We investeren in gelijke kansen op school. Daarom herstellen we het budget om onderwijsachterstanden aan te pakken.”
“We versterken gezinnen, buurten en scholen, zodat zij hulp kunnen bieden voordat jeugdzorg nodig is. We kijken naar wat de omgeving van het kind nodig heeft en bieden stabiliteit, bestaanszekerheid, begeleiding, onderwijsondersteuning en vertrouwen.”
“We investeren in scholen waar veel kinderen met een achterstand zitten. Juist daar is het tekort aan leraren het grootst.”
BIJ1 ziet armoede onder kinderen als een gevolg van structurele ongelijkheid en pleit voor radicale herverdeling van welvaart en gratis basisvoorzieningen. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals gratis kinderopvang, gratis schoolmaaltijden, toegankelijke bijles voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen, en een prijsplafond op essentiële goederen. Hun visie is dat geen enkel kind mag opgroeien in armoede en dat de overheid actief moet ingrijpen om gelijke kansen en bestaanszekerheid te garanderen.
BIJ1 wil kinderopvang volledig gratis maken zodat ouders zich geen zorgen hoeven te maken over kosten en kinderen altijd toegang hebben tot goede opvang. Dit moet de financiële druk op gezinnen verlichten en bijdragen aan gelijke ontwikkelingskansen voor alle kinderen, ongeacht het inkomen van hun ouders.
“Wij maken kinderopvang gratis voor iedereen. Zo krijgen ouders zekerheid dat hun kinderen goed opgevangen worden, zonder zorgen over te hoge kosten of risico’s van toeslagen.”
“Kinderopvang wordt helemaal gratis. Ook naschoolse activiteiten subsidiëren we flink. School wordt een ontmoetingsplek waar kinderen veilig de hele dag kunnen verblijven.”
“Kinderopvang wordt gratis en andere regelingen van het Nederlandse socialezekerheidsstelsel worden ingevoerd.”
Om te voorkomen dat kinderen zonder ontbijt of lunch naar school gaan, wil BIJ1 gratis, gezonde en klimaatvriendelijke schoolmaaltijden aanbieden in het basisonderwijs. Dit is bedoeld om directe armoede onder kinderen te bestrijden en hun gezondheid en leerprestaties te verbeteren.
“In het basisonderwijs bieden we gratis, gezonde en klimaatvriendelijke schoolmaaltijden aan.”
BIJ1 wil dat scholen extra geld krijgen om professionele bijles op school aan te bieden, zodat kinderen van ouders met een laag inkomen niet afhankelijk zijn van ontoereikende alternatieven. Dit moet kansenongelijkheid tegengaan en voorkomen dat armoede leidt tot leerachterstanden.
“Scholen krijgen extra geld om professionele bijles voor alle leerlingen op school beschikbaar te maken. We geven kinderen van ouders met een laag inkomen niet meer zomaar bijlessen in de bibliotheek die niet aansluiten op specifieke lesmethoden.”
Om te voorkomen dat gezinnen met kinderen in armoede niet kunnen voorzien in hun basisbehoeften, stelt BIJ1 een prijsplafond in voor essentiële goederen zoals voedsel. Dit moet ervoor zorgen dat iedereen, en in het bijzonder kinderen, dagelijks gezond kunnen eten.
“Daarom introduceren we een prijsplafond voor alle essentiële goederen. Het brood op onze plank is geen middel om prijzen op te drijven.”
BIJ1 wil niet alleen gelijke kansen, maar gelijke uitkomsten voor alle kinderen, ongeacht de sociaaleconomische achtergrond van hun ouders. Door structureel te investeren in onderwijs en ongelijkheid actief te bestrijden, wil de partij voorkomen dat armoede van generatie op generatie wordt doorgegeven.
“Het mag niet uitmaken wie je bent, waar je vandaan komt, of wat het inkomen of de achtergrond van je ouders is: ieder mens moet zich kunnen ontwikkelen, op jonge én latere leeftijd.”
“Wij zetten niet in op gelijke kansen - wij eisen de kans op een gelijke uitkomst op voor iedereen. Wat je achtergrond ook is.”
Het CDA erkent dat armoede onder kinderen een urgent probleem is en wil dit tegengaan door financiële kindregelingen te vereenvoudigen en te verhogen, bijna gratis kinderopvang te bieden en laagdrempelige hulp voor kwetsbare gezinnen te organiseren. De partij richt zich op het versterken van de financiële positie van gezinnen, het voorkomen van schulden en het bieden van gelijke ontwikkelingskansen voor kinderen. Hun visie is dat elk kind een eerlijke start verdient, ongeacht de financiële situatie van het gezin.
Het CDA wil armoede onder kinderen direct aanpakken door de financiële ondersteuning voor gezinnen te verbeteren. Door het samenvoegen en verhogen van kindregelingen en het automatisch uitkeren hiervan, wil de partij voorkomen dat kinderen opgroeien in armoede en dat gezinnen onder het sociaal minimum belanden.
“We vereenvoudigen en verhogen de financiële kindregelingen door de kinderbijslag en het kindgebondenbudget samen te voegen in één regeling met een hoger vast en een lager variabel deel. Ook worden alle kindregelingen door één instantie automatisch uitgekeerd.”
“We vereenvoudigen en verruimen de financiële kindregelingen en ondersteunen financieel kwetsbare gezinnen door bijna gratis kinderopvang.”
“We willen meer eenvoud en zekerheid in het stelsel van kinderopvangregelingen en de risico’s voor financieel kwetsbare gezinnen verkleinen.”
Het CDA erkent dat financiële problemen en schulden gezinnen en kinderen extra kwetsbaar maken. Daarom wil de partij laagdrempelige hulp bieden, schuldenproblematiek voorkomen en grip op geld bevorderen, zodat kinderen niet de dupe worden van armoede in het gezin.
“We willen een lokaal georganiseerd loket voor laagdrempelige informatie, advies en hulp bij financiële zaken. Dit loket kan mensen naar de juiste instanties en regelingen begeleiden.”
“We willen één overzicht van schulden en betalingscapaciteit van mensen, zodat schulden verantwoord kunnen worden geïnd en huishoudens niet onder het sociaal minimum belanden.”
Het CDA wil dat alle kinderen, ongeacht hun thuissituatie, gelijke kansen krijgen op ontwikkeling en onderwijs. Door extra steun op scholen en gratis voor- en vroegschoolse programma’s voor peuters, wil de partij voorkomen dat armoede leidt tot achterstanden.
BVNL benoemt armoede onder kinderen niet expliciet als speerpunt, maar richt zich op het vergroten van de koopkracht van gezinnen, het verlagen van belastingen, het afschaffen van het toeslagenstelsel en het verbeteren van het onderwijs. De partij gelooft dat het stimuleren van werk, het verhogen van het minimumjeugdloon en het afschaffen van erf- en schenkbelasting gezinnen en daarmee kinderen financieel sterker maakt. Specifiek beleid gericht op het direct bestrijden van kinderarmoede ontbreekt, maar maatregelen zijn vooral indirect van invloed via algemene economische en sociale hervormingen.
BVNL wil het minimumjeugdloon fors verhogen en gelijkstellen aan het reguliere minimumloon vanaf 18 jaar, zodat jongeren meer te besteden hebben en minder snel in armoede terechtkomen. Dit kan gezinnen met werkende kinderen financieel ondersteunen en zo bijdragen aan het verminderen van armoede onder kinderen.
“Het minimumjeugdloon gaat fors omhoog en stopt bij 18 jaar. Voor mensen die 18 jaar of ouder zijn geldt het gewone minimumloon.”
BVNL stelt dat het huidige toeslagenstelsel en de stapeling van belastingen leiden tot armoedeval en financiële onzekerheid, ook voor gezinnen met kinderen. Door het toeslagenstelsel af te schaffen en belastingen te verlagen, wil BVNL werken lonender maken en gezinnen meer financiële ruimte geven, wat indirect armoede onder kinderen kan verminderen.
“Het toeslagenstelsel leidt tot grote problemen en hier moet snel een oplossing voor worden gevonden. Het zinloos en nodeloos ingewikkeld rondpompen van geld moet stoppen. Bovendien moet de armoedeval worden opgelost.”
“Het toeslagenstelsel afschaffen waardoor de Belastingdienst weer gewoon een organisatie wordt die belastingen int en geen uitkeringsorganisatie meer is.”
“De belastingvrije voet verhogen, zodat werken weer gaat lonen.”
BVNL wil het voor ouders makkelijker maken om hun kinderen financieel te ondersteunen door de erf- en schenkbelasting af te schaffen. Dit kan gezinnen helpen vermogen over te dragen en kinderen een betere financiële start te geven.
“De erf- en schenkbelasting schaffen we af.”
BVNL erkent dat jongeren, mede door crises en overheidsbeleid, te maken hebben met leerachterstanden en mentale problemen. Door te investeren in onderwijs en het herstel van gemaakte fouten, wil BVNL de kansen voor jongeren verbeteren, wat op termijn armoede onder kinderen kan helpen voorkomen.
“Daarom moeten we juist nu weer investeren in onze jeugd en onze toekomst. BVNL vindt dat we weer oog moeten hebben voor jonge Nederlanders. Hiervoor moeten eerst de gemaakte fouten hersteld worden.”
NSC erkent het probleem van kinderarmoede en richt zich op het vergroten van kansen voor kwetsbare kinderen via onderwijs, inkomensondersteuning en sociale voorzieningen. De partij stelt voor om scholen met veel kwetsbare leerlingen extra middelen te geven, een dagelijks schoolontbijt te bieden, en het kindpakket te verbeteren. Daarnaast wil NSC gezinnen met kinderen voorrang geven bij huisvesting en pleit het voor integrale hulpverlening aan gezinnen met complexe problemen.
NSC wil de kansenongelijkheid in het onderwijs verminderen door scholen met veel kwetsbare leerlingen meer middelen te geven, zodat deze kinderen niet worden benadeeld door schaarste of beperkte voorzieningen. Dit moet bijdragen aan gelijke onderwijskansen en het voorkomen van sociale uitsluiting.
“scholen met het grootste aandeel kwetsbare kinderen krijgen de meeste middelen om beperkingen in onderwijsaanbod en -tijd te vermijden.”
“We zijn voorstander van stimuleringsregelingen (financieel en/of door urgentieverklaringen in huisvesting) om goede docenten te kunnen aantrekken op scholen met veel kwetsbare leerlingen.”
Om de negatieve effecten van armoede op de ontwikkeling en leerprestaties van kinderen te beperken, wil NSC een dagelijks schoolontbijt structureel mogelijk maken voor kwetsbare kinderen. Dit moet bijdragen aan hun gezondheid, concentratie en sociale interactie.
“We zetten ons in om een dagelijks schoolontbijt structureel mogelijk te maken voor kwetsbare kinderen, zodat ieder kind de dag gezond en vol energie kan starten.”
NSC wil gezinnen met kinderen ondersteunen door het kindpakket overzichtelijker en toegankelijker te maken, en door voorspelbare kinderbijslag en kindgebonden budgetten. Dit moet financiële stress bij gezinnen verminderen en bijdragen aan het voorkomen van kinderarmoede.
“Gezinnen krijgen een overzichtelijk en toegankelijk kindpakket. De kinderbijslag en kindgebonden budget moeten voorspelbaar en toegankelijk zijn voor álle gezinnen, geïnspireerd door het Vlaamse model.”
Om te voorkomen dat kinderen in armoede langdurig zonder stabiele huisvesting zitten, wil NSC dat dakloze gezinnen met minderjarige kinderen met voorrang een huis krijgen. Dit voorkomt verdere sociale en ontwikkelingsproblemen bij kinderen.
“Dakloze gezinnen met minderjarige kinderen moeten met voorrang een huis krijgen.”
NSC erkent dat armoede bij kinderen vaak samengaat met andere problemen in het gezin. Daarom pleit de partij voor integrale hulpverlening door één instantie, zodat gezinnen effectiever geholpen worden en kinderen sneller uit armoedesituaties komen.
“Hulpverlening is pas effectief als het probleem ook integraal door één hulpverleningsinstantie met regie wordt aangepakt.”
De Partij voor de Dieren wil kinderarmoede radicaal bestrijden door structurele maatregelen die gericht zijn op preventie, gelijke kansen en gezonde ontwikkeling. Ze pleiten voor gratis gezonde schoolmaaltijden, het voorkomen van armoede-gerelateerde gezondheidsproblemen, en het terugdringen van kansenongelijkheid in het onderwijs. Hun visie is dat geen enkel kind zonder ontbijt naar school mag gaan en dat armoede bij kinderen actief en systematisch wordt aangepakt.
De PvdD ziet toegang tot gezonde voeding als essentieel om kinderarmoede en kansenongelijkheid te bestrijden. Door gratis, biologische en plantaardige schoolmaaltijden aan te bieden, willen ze voorkomen dat kinderen zonder ontbijt naar school gaan en zorgen ze voor een gelijk speelveld, ongeacht het inkomen van ouders.
“We bestrijden kinderarmoede radicaal. Geen kind gaat zonder ontbijt naar school. Iedere school krijgt toegang tot biologische, plantaardige schoolmaaltijden – gratis en toegankelijk voor alle kinderen.”
“We verminderen kansenongelijkheid door alle leerlingen toegang te geven tot gezonde voeding.”
De partij erkent dat armoede bij kinderen leidt tot gezondheidsproblemen en ontwikkelingsachterstanden. Ze willen daarom extra investeren in de meest kwetsbare groepen, met speciale aandacht voor kinderen, om zo de vicieuze cirkel van armoede en slechte gezondheid te doorbreken.
“Armoede is letterlijk ziekmakend, zeker bij kinderen. Kinderen die opgroeien in een kwetsbare sociaaleconomische positie lopen vanaf jonge leeftijd meer risico op gezondheidsproblemen, ontwikkelingsachterstanden en een kortere levensverwachting. Als we dit willen veranderen, moeten we ongelijk durven investeren.”
De PvdD koppelt kinderarmoede direct aan kansenongelijkheid in het onderwijs. Ze willen investeren in gratis voorschoolse voorzieningen, brede brugklassen, kleinere klassen en gratis onderwijsondersteuning, zodat elk kind – ongeacht achtergrond – gelijke kansen krijgt.
“De Partij voor de Dieren wil dat ieder kind een gelijke start krijgt. Er komt één gratis publieke voorschoolse voorziening voor alle kinderen, ook voor kinderen van niet-werkende ouders.”
“We investeren structureel in brede brugklassen, stellen de keuze voor een onderwijsniveau uit en dringen onderwijsachterstanden terug.”
“Onderwijsondersteuning wordt voortaan via scholen georganiseerd en is toegankelijk en gratis voor alle middelbareschoolleerlingen.”
De SP vindt het onacceptabel dat kinderen in armoede opgroeien en wil dit structureel uitbannen door gratis gezonde maaltijden op school, het afschaffen van de ouderbijdrage, gratis kinderopvang en extra ondersteuning voor scholen in kwetsbare wijken. Hun beleid richt zich op het creëren van gelijke kansen voor alle kinderen, ongeacht hun thuissituatie, door publieke voorzieningen te versterken en financiële drempels weg te nemen.
De SP wil dat elk kind, ongeacht de thuissituatie, toegang heeft tot gezond eten op school om kansenongelijkheid te verkleinen en de ontwikkeling te bevorderen. Dit moet armoede onder kinderen direct tegengaan door basisvoorzieningen collectief te organiseren.
“Tegelijkertijd zorgen we voor een gratis, gezond ontbijt én lunch op alle basisscholen. Zo krijgt elk kind de energie om te leren, spelen en groeien. Ongeacht wat er thuis op tafel staat.”
Om uitsluiting door armoede te voorkomen, wil de SP de vrijwillige ouderbijdrage volledig afschaffen en kinderopvang gratis maken. Zo kunnen alle kinderen meedoen aan schoolactiviteiten en krijgen ouders meer ondersteuning.
De SP erkent dat scholen in arme wijken extra uitdagingen hebben en wil deze scholen meer middelen geven om kinderen gelijke kansen te bieden.
“We laten hen niet in de steek, maar zorgen juist voor extra financiering en ondersteuning om kinderen uit deze wijken goed en passend onderwijs te bieden.”
De SP wil dat kinderen in armoede niet worden buitengesloten van sport en ontwikkeling door financiële barrières, en stelt daarom specifieke ondersteuning voor.
“Voor kinderen die in de bijstand leven, zorgen we voor ondersteuning bij het aanschaffen van eventuele benodigde sportmaterialen.”
De SP wil dat kinderen die door het toeslagenschandaal in armoede zijn geraakt, ruimhartig worden gecompenseerd, inclusief het kwijtschelden van studieschulden.
“De DUOschulden van de kinderen moeten worden kwijtgescholden.”
Volt wil kinderarmoede structureel terugdringen door een universeel basisinkomen in te voeren, gratis kinderopvang aan te bieden en te investeren in gelijke onderwijskansen. De partij richt zich op het doorbreken van de intergenerationele armoedecirkel via financiële zekerheid, toegankelijke voorzieningen en gerichte ondersteuning voor kwetsbare gezinnen. Hun visie is dat elk kind, ongeacht achtergrond of inkomen, gelijke kansen en een stabiele basis verdient.
Volt ziet een basisinkomen als dé manier om armoede, ook onder kinderen, drastisch te verminderen en bestaanszekerheid te bieden. Door toeslagen en ingewikkelde regelingen te vervangen door een vast bedrag per huishouden, volwassene en kind, wil Volt financiële stress en armoede bij gezinnen voorkomen.
“Er komt een maandelijks basisinkomen dat alle toeslagen vervangt. Dit bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd. Ook alleenstaande ouders ontvangen extra geld boven op de basisuitkering.”
“Toen de partij het basisinkomen meenam in de CPB-doorrekeningen van 2023, halveerde dit plan ook de armoede van 6.1% naar 2.8% en daalde de werkloosheid.”
Volt wil kinderopvang gratis maken voor alle kinderen, ongeacht de werksituatie van hun ouders, om zo ontwikkelingskansen te vergroten en de financiële druk op gezinnen te verlagen. Dit moet bijdragen aan het voorkomen van armoede onder kinderen en het doorbreken van sociale ongelijkheid.
“We willen dat het mogelijk wordt dat de kinderopvang voor alle kinderen, ongeacht de werksituatie van de ouders, gratis wordt voor drie dagen per week.”
Volt streeft naar gelijke kansen voor alle kinderen door te investeren in toegankelijk en passend onderwijs, zonder financiële drempels. Dit moet voorkomen dat kinderen uit arme gezinnen achterblijven en de armoedecirkel zich herhaalt.
“Ieder kind moet dezelfde kansen krijgen om talenten te ontwikkelen, ongeacht achtergrond of inkomen.”
“We schaffen privéscholen en de IGBO- en IGVO-regelingen af. Alle scholen worden publiek toegankelijk zonder financiële drempels. Zo stimuleren we gelijke kansen voor alle kinderen.”
Volt wil de overdracht van armoede van ouder op kind tegengaan door te investeren in begeleiding, vroegtijdige traumaverwerking en ondersteuning van kwetsbare gezinnen. Dit richt zich specifiek op het voorkomen dat kinderen in armoede opgroeien en later zelf in armoede terechtkomen.
“We investeren extra in het voorkomen van intergenerationele overdracht van armoede en huiselijk geweld. Dit doen we door onder andere meer te investeren in begeleiding en in vroegtijdige traumaverwerking, om de gevolgen van een trauma, en de mogelijkheid op herhaling later in iemands leven, te minimaliseren.”
BBB erkent dat gezinnen met kinderen in armoede kunnen raken door woningnood en het ontbreken van basisvoorzieningen, maar doet geen concrete voorstellen specifiek gericht op het bestrijden van kinderarmoede. Hun beleid richt zich vooral op het verbeteren van bestaanszekerheid via betaalbare woningen, toegankelijke voorzieningen en het ondersteunen van lokale initiatieven tegen armoede in het algemeen. Specifieke maatregelen voor kinderen in armoede ontbreken in het programma.
BBB ziet het gebrek aan betaalbare woningen als een oorzaak van armoede onder gezinnen met kinderen en wil dit tegengaan door meer woningen te realiseren en leefbare buurten te creëren. Het doel is dat gezinnen niet in schrijnende situaties terechtkomen, zoals wonen in garageboxen, en dat kinderen veilig en prettig kunnen opgroeien.
“Gezinnen die met kinderen in een garage box wonen, lijkt ondertussen de normaalste zaak van de wereld. Terwijl zij jarenlang op een wachtlijst staan, neemt de druk op de woningmarkt steeds verder toe.”
“Een plek waar kinderen fijn kunnen opgroeien en waar ouderen veilig over straat kunnen.”
BBB benoemt het belang van lokale initiatieven tegen armoede en eenzaamheid, maar doet dit zonder specifieke focus op kinderen. De partij wil dat de overheid deze initiatieven ondersteunt als onderdeel van het versterken van de sociale samenhang.
“(Lokale) initiatieven tegen armoede en eenzaamheid kunnen rekenen op steun van de overheid.”
BBB benadrukt het belang van bestaanszekerheid en het voorkomen dat mensen achterblijven, maar noemt kinderen in armoede niet expliciet. De partij richt zich op het versterken van het sociaal vangnet en het waarderen van alle vormen van arbeid.
De SGP erkent kinderarmoede als een urgent probleem en wil deze stevig terugdringen door het gezin financieel centraal te stellen. Hun belangrijkste voorstellen zijn het invoeren van een eenvoudige kinderbijdrage ter vervanging van bestaande toeslagen, het verlagen van lasten op arbeid voor gezinnen, en het waarborgen van een fatsoenlijk bestaansminimum. De partij legt de nadruk op structurele financiële ondersteuning voor gezinnen met kinderen, met als doel rust en zekerheid in de gezinsportemonnee en een daling van kinderarmoede.
De SGP wil het huidige toeslagenstelsel vervangen door één eenvoudige kinderbijdrage, waarmee kinderbijslag, kindgebonden budget en kinderopvangtoeslag worden samengevoegd. Dit moet kinderarmoede stevig terugdringen en gezinnen maximale keuzevrijheid geven. De partij vindt dat het faciliteren en financieren van kinderopvang geen overheidstaak is, maar dat gezinnen zelf moeten kunnen kiezen hoe zij hun middelen besteden.
“De overheid moet gezinnen met kinderen financieel ondersteunen, waarna gezinnen zelf keuzes kunnen maken waar ze het geld aan uitgeven. Daarom moet er een eenvoudige kinderbijdrage worden ingevoerd. De kinderbijslag, het kindgebonden budget en de kinderopvangtoeslag gaan hierin op, Zonder terugvorderingen en met maximale keuzevrijheid voor gezinnen. Het faciliteren en financieren van de kinderopvang is namelijk geen overheidstaak. De nieuwe kinderbijdrage zorgt voor een stevige daling van kinderarmoede.”
De SGP wil een fatsoenlijk bestaansminimum garanderen, met een vierjaarlijkse herijking, en de lasten op arbeid voor gezinnen verlagen. Dit moet direct bijdragen aan het verminderen van kinderarmoede, vooral bij lage en middeninkomens en alleenstaanden. Het gezinsinkomen wordt centraal gesteld in het belastingstelsel, en toeslagen worden gericht op wie ze echt nodig heeft.
“We maken werk van een fatsoenlijk bestaansminimum met een vierjaarlijkse herijking en een daling van kinderarmoede.”
“De SGP pakt (kinder)armoede aan en wil zorgen voor zekerheid en rust in de gezinsportemonnee. Toeslagen richten we op diegenen die het echt nodig hebben, zoals lage en middeninkomens en alleenstaanden.”
“De lasten op arbeid worden verlaagd.”
De SGP ziet het voorkomen van armoede en schulden als essentieel, onder meer door financiële educatie en preventie. Dit raakt kinderarmoede indirect, omdat financiële problemen van ouders vaak direct doorwerken op kinderen.
“We maken daarom werk van het voorkomen van armoede en schulden door in te zetten op financiële educatie en preventie.”
DENK erkent armoede onder kinderen als een urgent probleem en stelt concrete maatregelen voor om gezinnen met kinderen financieel te ondersteunen. De partij wil onder meer de kinderbijslag en het kindgebonden budget verhogen, gratis schoolmaaltijden in kwetsbare wijken invoeren en sport voor kinderen uit arme gezinnen gratis maken. Hun visie is gericht op het vergroten van gelijke kansen en het doorbreken van de vicieuze cirkel van armoede bij kinderen.
DENK wil gezinnen direct financieel ondersteunen door de kinderbijslag en het kindgebonden budget te verhogen en deze vaker uit te keren. Dit moet de financiële positie van gezinnen met kinderen in armoede verbeteren en bijdragen aan hun bestaanszekerheid.
“Wij willen gezinnen ondersteunen met een hogere kinderbijslag en een hoger kindgebonden budget. En in plaats van één keer per drie maanden, wordt de kinderbijslag elke maand uitbetaald. Net als in Duitsland en België.”
Om de gevolgen van armoede voor kinderen te verzachten en hun kansen te vergroten, stelt DENK voor om gratis schoolmaaltijden en sport aan te bieden aan kinderen uit arme gezinnen, vooral in kwetsbare wijken.
DENK wil extra investeren in het onderwijsachterstandenbeleid, met prioriteit voor scholen in kwetsbare wijken, om zo de structurele oorzaken van kinderarmoede aan te pakken en gelijke kansen te bevorderen.
“Investeren in het onderwijsachterstandenbeleid met prioriteit voor scholen in kwetsbare wijken.”
FVD benoemt armoede onder kinderen niet expliciet als beleidsprioriteit en heeft geen concrete voorstellen gericht op het direct bestrijden van kinderarmoede. Hun beleid richt zich vooral op het vergroten van economische zelfredzaamheid via lagere belastingen, meer keuzevrijheid in onderwijs en het afwijzen van inkomensnivellering of een basisinkomen. Specifieke maatregelen om armoede onder kinderen te verminderen ontbreken in het programma.
FVD ziet inkomensnivellering en het basisinkomen als schadelijk voor de arbeidsethos en economische zelfstandigheid, en wijst deze expliciet af. Volgens FVD leidt afhankelijkheid van de staat niet tot structurele oplossingen voor armoede, ook niet bij kinderen.
“We zullen nooit instemmen met het instellen van een basisinkomen, dit communistische idee zorgt enkel voor meer afhankelijkheid van de staat, ondermijnt arbeidsethos en leidt tot hogere belastingen voor werkenden.”
“Belastingen dienen enkel om met een goed functionerende, slanke overheid specifieke publieke taken te financieren – niet om inkomens of vermogens kunstmatig gelijk te trekken.”
FVD wil het onderwijs verbeteren door kleinere klassen, hogere lerarensalarissen en meer keuzevrijheid, maar koppelt dit niet expliciet aan het bestrijden van armoede onder kinderen. De voorstellen zijn algemeen en niet gericht op kinderen in armoedesituaties.
De VVD erkent dat het leven voor gezinnen met kinderen duurder wordt, maar kiest ervoor armoede onder kinderen vooral te bestrijden door werken aantrekkelijker te maken en vaste lasten te verlagen, in plaats van via herverdeling of uitbreiding van sociale regelingen. De partij wil kinderopvang bijna gratis maken voor werkende ouders en investeert in voorschoolse educatie voor kinderen met een risico op achterstand. Directe armoedebestrijding via inkomensondersteuning wordt afgewezen; de focus ligt op het stimuleren van werk en het verminderen van lasten.
De VVD wil kinderarmoede tegengaan door werkende ouders financieel te ontlasten met bijna gratis kinderopvang. Dit moet het makkelijker maken om werk en zorg te combineren, zodat gezinnen meer kunnen verdienen en minder risico lopen op armoede.
“We maken kinderopvang bijna gratis: We zetten de hervorming van de kinderopvang door. De kinderopvangtoeslag wordt afgeschaft en kinderopvang wordt bijna gratis voor werkende ouders. Op termijn willen we de vierde en vijfde dag kinderopvang volledig gratis maken om voltijd werkende ouders tegemoet te komen. Ouders die meer uren werken, krijgen voorrang.”
De VVD wil onderwijsachterstanden bij jonge kinderen voorkomen door voorschoolse educatie te versterken, specifiek voor kinderen met een risico op een achterstand. Dit is een indirecte maatregel tegen armoede, gericht op gelijke kansen vanaf jonge leeftijd.
“Gemeenten zijn ervoor verantwoordelijk om voorschoolse educatie te verzorgen voor kinderen met een risico op een achterstand.”
De VVD wijst inkomensherverdeling en uitbreiding van toeslagen af als oplossing voor armoede, ook bij gezinnen met kinderen. De partij wil dat werken altijd meer oplevert dan een uitkering, en beperkt de stapeling van regelingen.
“Niet door een grote, dure overheid op te tuigen en te laten herverdelen, maar door de vaste lasten te verlagen en regels die het leven duurder maken te schrappen.”
“We voeren een plafond in op de totale steun die één huishouden kan ontvangen. Dit uitkeringsplafond zorgt ervoor dat werken altijd loont. We nemen maatregelen om de stapeling van toeslagen en regelingen te beperken.”
50PLUS benoemt armoede onder kinderen niet expliciet in haar verkiezingsprogramma, maar richt zich op algemene maatregelen die de financiële positie van jongeren en gezinnen kunnen versterken. De partij stelt voor om bezitsvorming bij jongeren te stimuleren en schuldenproblematiek te beperken, wat indirect kan bijdragen aan het verminderen van kinderarmoede. Concrete voorstellen zijn onder meer de herinvoering van de Zilvervloot-spaarregeling en het beperken van schulden door strengere regels voor incasso en deurwaarders.
50PLUS wil jongeren helpen een financieel fundament op te bouwen, zodat zij minder kwetsbaar zijn voor armoede op jonge leeftijd. Door het stimuleren van sparen en het opbouwen van vermogen, hoopt de partij dat jongeren op hun 18e een basisvermogen hebben, wat de kans op armoede – ook onder kinderen – kan verkleinen.
“Herinvoering een ‘Zilvervloot’- spaarregeling om te bevorderen dat voor jongeren op 18 jaar een basisvermogen beschikbaar is.”
De partij erkent dat schulden gezinnen in armoede kunnen storten, wat ook kinderen direct raakt. 50PLUS wil daarom dat schulden niet verder oplopen door boetes en dat het verdienmodel van incassobedrijven wordt aangepast om armoede niet te verergeren.
“Schulden mogen niet oplopen door boetebepalingen bij woningbouwcorporaties, energiebedrijven, ziektekostenverzekeraars, belastingdienst en deurwaarders.”
“Het verdienmodel van deurwaarders en incassobedrijven moet passen bij armoedebestrijding en mag schulden niet verder in de hand werken.”
JA21 benoemt armoede onder kinderen niet expliciet als speerpunt, maar richt zich op het versterken van het sociaal vangnet en het verbeteren van de economische positie van gezinnen, vooral via betaalbare huisvesting en het stimuleren van werk. Concrete voorstellen zijn gericht op het toegankelijk maken van koopwoningen voor jonge gezinnen met een laag inkomen en het activeren van mensen uit de afhankelijkheid van uitkeringen, met als doel meer zelfstandigheid en perspectief te bieden.
JA21 ziet het gebrek aan betaalbare woningen als een belangrijke oorzaak van uitzichtloosheid voor jonge gezinnen, wat ook de kansen van kinderen raakt. Door fiscale stimulansen en creatieve eigendomsmodellen wil de partij jonge gezinnen met een laag inkomen helpen aan een eigen huis, zodat kinderen kunnen opgroeien in een stabiele thuissituatie.
“Jonge gezinnen met een relatief laag gezamenlijk inkomen kunnen vaak de gemiddelde starterswoning niet betalen. Veel jonge mensen ervaren momenteel een gevoel van uitzichtloosheid op de woningmarkt en overwegen zelfs om die reden het land te verlaten. JA21 wil daarom met een samenhangend pakket komen van maatregelen zoals fiscale stimulansen en creatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop, om de acute woningnood voor jonge gezinnen te verlichten.”
JA21 erkent dat niet iedereen altijd voor zichzelf kan zorgen en wil een sociaal vangnet dat mensen activeert om weer te gaan werken, met gerichte hulp voor wie het echt nodig heeft. Dit kan bijdragen aan het verminderen van armoede onder kinderen door gezinnen sneller uit de afhankelijkheid van uitkeringen te halen.
De PVV erkent dat er in Nederland veel armoede is, waaronder 90.000 kinderen die onder de armoedegrens leven. Hun belangrijkste voorstellen om kinderarmoede te bestrijden zijn het schrappen van de btw op boodschappen en het instellen van maximumprijzen op essentiële basisproducten, zodat gezinnen meer geld overhouden. De partij legt de nadruk op het verbeteren van de koopkracht van Nederlandse gezinnen als kern van hun visie.
De PVV wil de kosten van levensonderhoud voor gezinnen verlagen door de btw op boodschappen volledig af te schaffen en maximumprijzen op essentiële producten in te voeren. Dit moet ervoor zorgen dat gezinnen, en daarmee ook kinderen, minder snel in armoede terechtkomen en meer financiële ruimte krijgen.
“In het Nederland van nu leven meer dan een half miljoen mensen onder de armoedegrens, waaronder 90.000 kinderen – en meer dan één miljoen mensen zitten er net boven. ... De PVV wil daarom de btw op boodschappen helemaal schrappen, waardoor de boodschappenkar bijna 10% goedkoper kan worden. Ook willen we op een aantal essentiële basisproducten maximumprijzen instellen.”