De SP wil het aantal kennismigranten fors beperken als onderdeel van een bredere reductie van arbeids- en studiemigratie, met als doel het migratiesaldo te verlagen en de druk op voorzieningen te verminderen. Kennismigranten die wel naar Nederland komen, moeten vanaf dag één Nederlands leren en hun integratie wordt deels de verantwoordelijkheid van de kennisinstellingen die hen aantrekken. De SP verzet zich tegen het gebruik van kennismigratie als verdienmodel voor bedrijven en pleit voor gelijke behandeling en integratie.
De SP ziet de sterke toename van kennis- en studiemigratie als een belangrijke oorzaak van de hoge migratie en wil het aantal kennismigranten daarom flink terugbrengen. Dit moet bijdragen aan een beheersbare bevolkingsgroei en het waarborgen van draagvlak en integratie.
“Door de uit de hand gelopen groei van arbeids, kennis en studiemigratie structureel aan te pakken zorgen we ervoor dat migratie humaan en houdbaar wordt en bieden we ruimte aan de samenleving om goede integratie mogelijk te maken.”
“Om menswaardige opvang te bieden en tegelijkertijd grip te hebben op integratie binnen onze samenleving, streven we naar een migratiesaldo van 40 duizend per jaar. ... Het overgrote deel hiervan ligt in de sterke toename van arbeids, kennis en studiemigratie. Dit zal dus flink omlaag moeten.”
“Mocht dit aantal toch onverwachts snel stijgen, dan zullen arbeids, kennis en studiemigratie verder omlaag moeten.”
De SP vindt dat kennisinstellingen die kennismigranten aantrekken, verantwoordelijk zijn voor het aanbieden van taallessen en het bevorderen van integratie. Het doel is dat alle kennismigranten snel het Nederlands beheersen en volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving.
“Bedrijven en kennisinstellingen dragen de zorg voor taallessen voor arbeids en kennismigranten die zij hier zelf naartoe halen.”
“Iedereen moet toewerken naar taalniveau B1.”
“Het is belangrijk dat iedereen die naar Nederland komt en hier komt wonen, ongeacht of je vluchteling, expat, arbeids, kennis of studiemigrant bent, vanaf dag één de taal leert.”
De SP verzet zich tegen het gebruik van kennismigratie als verdienmodel voor bedrijven en wil geen onderscheid maken tussen expats, arbeidsmigranten en kennismigranten. Belastingvoordelen voor expats worden afgeschaft en de nadruk ligt op gelijke behandeling.
FVD wil de komst van kennismigranten sterk beperken tot alleen diegenen die economisch waardevol zijn én cultureel compatibel, via een streng gereguleerd GreenCard-model. Kennismigratie wordt uitsluitend toegestaan op tijdelijke basis, zonder uitzicht op naturalisatie of permanente vestiging. Het doel is om alleen hoogopgeleide, westerse migranten met specifieke, noodzakelijke vaardigheden toe te laten, en zo de negatieve effecten van brede migratie te vermijden.
FVD stelt voor om kennismigratie uitsluitend mogelijk te maken via een streng gereguleerd GreenCard-systeem, waarbij alleen tijdelijk verblijf wordt toegestaan aan economisch waardevolle en cultureel compatibele migranten. Dit beleid is bedoeld om te voorkomen dat migranten permanent in Nederland blijven of aanspraak maken op naturalisatie, en om te waarborgen dat alleen mensen met een aantoonbare bijdrage aan de economie worden toegelaten.
“We introduceren een streng gereguleerd Green-Card-model voor tijdelijke werkvergunningen, zodat alleen economisch waardevolle migranten - die cultureel compatibel zijn - tijdelijk kunnen bijdragen zonder uitzicht op naturalisatie.”
“Met een naturalisatiestop van tien jaar en een GreenCard-systeem voor tijdelijke, waardevolle arbeidsmigranten.”
“We laten immigranten pas aanspraak maken op toeslagen en uitkeringen na tien jaar arbeid in Nederland, zodat Nederland niet meer aantrekkelijk is voor gelukszoekers.”
“We schaffen de permanente verblijfsvergunning af. Mensen die een tijdelijke verblijfsvergunning verkrijgen moeten iedere vijf jaar hun nut en noodzaak voor de Nederlandse samenleving bewijzen (vergelijkbaar met het Amerikaanse GreenCard systeem), zodat we hier alleen migranten krijgen die iets komen brengen en niet alleen iets komen halen.”
FVD maakt expliciet onderscheid tussen verschillende typen migranten en geeft alleen ruimte aan hoogopgeleide, westerse kennismigranten met vaardigheden waar Nederland behoefte aan heeft. Dit standpunt is ingegeven door de overtuiging dat deze groep een positief effect heeft op de welvaart, in tegenstelling tot laagopgeleide of niet-westerse migranten.
“Maar tegelijkertijd willen we ruimte laten voor hoogopgeleide, Westerse migranten met specifieke vaardigheden waaraan wij behoefte hebben...”
“Een hoogopgeleide IT-er uit Toronto heeft een netto positief effect op onze welvaart, een analfabeet uit Nigeria een negatief effect. Cultuurverschillen doen ertoe.”
BVNL noemt het begrip "kennismigrant" niet expliciet in haar verkiezingsprogramma en heeft geen specifiek beleid voor deze groep. Wel pleit de partij voor een sterke beperking van immigratie in brede zin, het afschaffen van de expatregeling, en het beperken van buitenlandse studenten, wat indirect gevolgen kan hebben voor kennismigranten. De nadruk ligt op het beschermen van de Nederlandse arbeidsmarkt en het beperken van concurrentie voor Nederlandse werknemers.
BVNL wil de expatregeling afschaffen omdat deze volgens de partij leidt tot oneerlijke concurrentie voor Nederlanders op de arbeidsmarkt. Daarnaast wil BVNL het aantal buitenlandse studenten sterk beperken, wat de instroom van potentiële kennismigranten via het onderwijs bemoeilijkt. Deze maatregelen zijn bedoeld om de positie van Nederlandse werknemers en studenten te beschermen.
“De expatregeling afschaffen, deze leidt tot oneerlijke concurrentie voor Nederlanders op de arbeidsmarkt.”
“Scholen en universiteiten zetten in op minder buitenlandse studenten die met Nederlandse studenten concurreren voor een opleidingsplek en studentenkamer.”
“Door een sterke beperking van het aantal buitenlandse studenten, krijgen Nederlandse studenten veel meer kans op een studentenwoning.”
BVNL maakt geen onderscheid tussen verschillende typen migranten, zoals kennismigranten, en stelt geen uitzonderingen voor deze groep voor. Alle immigratie wordt in principe aan strengere regels onderworpen, met nadruk op tijdelijke verblijfsvergunningen en het ontmoedigen van economische migratie.
De ChristenUnie erkent het belang van kennismigranten voor sectoren als de Zuidas en Brainport Eindhoven, maar plaatst dit binnen een bredere visie van gecontroleerde migratie en integratie. Ze willen dat kennismigranten bijdragen aan de samenleving, onder meer door beheersing van de Nederlandse taal en het onderschrijven van Nederlandse waarden, en zijn kritisch op het doorschuiven van lasten naar de samenleving. Concrete voorstellen zijn het stellen van integratie-eisen aan niet-EU arbeidsmigranten en het streven naar een gematigd migratiesaldo.
De ChristenUnie vindt dat kennismigranten, net als andere arbeidsmigranten, moeten integreren in de Nederlandse samenleving. Dit betekent onder andere het leren van de Nederlandse taal en het onderschrijven van de participatieverklaring. Hiermee willen ze voorkomen dat kennismigranten in een parallelle samenleving terechtkomen en benadrukken ze het belang van actieve participatie.
“Het gaat hier niet alleen om arbeid in sectoren als de logistiek of agrarische sector, maar ook om kennismigranten voor de Zuidas of Brainport Eindhoven.”
“In Europees verband gaan we hier het gesprek over aan en aan verblijfsvergunningen voor niet EU-arbeidsmigranten verbinden we voorwaarden aan integratie, zoals het leren van de Nederlandse taal.”
“Voor succesvolle integratie is beheersing van de Nederlandse taal en het onderschrijven van de participatieverklaring essentieel.”
De partij streeft naar een gematigde groei van migratie, inclusief kennismigratie, en wil voorkomen dat de lusten alleen bij bedrijven liggen terwijl de lasten op de samenleving drukken. Ze pleiten voor een evenwichtige verdeling van welvaart en welzijn, en willen uitbuiting en slechte leefomstandigheden tegengaan.
“De ChristenUnie staat voor een ‘economie van genoeg’ waar welvaart hand in hand gaat met welzijn en de kwaliteit van leven. Lasten worden niet afgewenteld op de samenleving, terwijl de lusten alleen bij bedrijven liggen.”
“Op basis van het advies van de Staatscommissie kiest de ChristenUnie voor gematigde groei door gecontroleerde migratie, inclusief de nodige keuzes voor de economie en de ruimtelijke inrichting van Nederland.”
NSC wil de instroom van kennismigranten (expats) fors beperken en alleen toelaten als hun kennis onvoldoende in Nederland aanwezig is. Ze willen de fiscale voordelen voor kennismigranten versoberen, toelatingseisen aanscherpen en bedrijven verplichten deze medewerkers eerlijk te belonen. Het doel is om de negatieve effecten op de woningmarkt en sociale samenhang te beperken en alleen kennismigratie toe te staan als deze aantoonbare meerwaarde heeft voor Nederland.
NSC wil kennismigranten alleen toelaten als zij beschikken over kennis en expertise die onvoldoende in Nederland aanwezig is. Hiermee willen ze voorkomen dat kennismigratie leidt tot verdringing op de arbeidsmarkt en druk op de woningmarkt, en richten ze zich op het aantrekken van enkel de meest noodzakelijke specialisten.
“De instroom van kennismigranten (expats) voor bedrijven wordt beperkt tot specialisten die kennis en expertise hebben die onvoldoende in Nederland aanwezig is.”
NSC vindt dat de voordelen voor kennismigranten zijn doorgeschoten en wil daarom de fiscale regelingen versoberen en toelatingseisen strenger maken. Dit moet voorkomen dat kennismigranten onevenredig profiteren van belastingkortingen en de woningmarkt verstoren.
“We versoberen de regelingen die kennismigranten fiscaal bevoordelen en de woningmarkt verstoren.”
“Voor kennismigranten zijn de voordelen in het verleden doorgeschoten. We willen die gouden belastingregels versoberen en de toelatingseisen aanscherpen. De forse belastingkorting op een groot deel van hun inkomen moet eerlijker.”
“Verdere versobering van de voordelen voor kennismigranten. Bedrijven moeten zelf kennismigranten eerlijk belonen en hun komst moet de innovatie in Nederland stimuleren.”
NSC wil expliciet minder privileges voor kennismigranten en benadrukt een kritische, terughoudende benadering van kennismigratie. Ze stellen dat de komst van kennismigranten alleen gerechtvaardigd is als deze daadwerkelijk bijdraagt aan innovatie en het algemeen belang.
“Minder privileges voor kennismigranten (expats).”
JA21 staat positief tegenover hoogopgeleide kennismigranten die aantoonbare economische en maatschappelijke meerwaarde voor Nederland hebben, maar wil de instroom streng selecteren en beperken tot deze groep. Laaggeschoolde arbeidsmigratie van buiten de EU wordt uitgesloten, terwijl voor kennismigratie ruimte blijft mits deze aansluit bij de behoeften van de samenleving. De partij benadrukt dat migratie in het algemeen sterk gereguleerd moet worden, met het Nederlandse belang als leidraad.
JA21 wil alleen hoogopgeleide kennismigranten toelaten die een duidelijke economische en maatschappelijke bijdrage leveren aan Nederland. Dit beleid is bedoeld om de negatieve gevolgen van grootschalige, laaggeschoolde arbeidsmigratie te voorkomen en de migratiestromen te beperken tot wat Nederland echt nodig heeft.
“Voor hoogopgeleide kennismigratie waar onze samenleving behoefte aan heeft, blijft uiteraard plaats in Nederland.”
“Hoogopgeleide kennismigranten met economische en maatschappelijke meerwaarde voor Nederland welkom heten.”
“Voor gereguleerde arbeidsmigratie moet ruimte blijven, net als voor hoogopgeleide kennismigratie, maar de huidige aantallen leiden tot grote problemen in veel van onze steden.”
JA21 maakt expliciet onderscheid tussen kennismigranten en laaggeschoolde arbeidsmigranten. De partij wil de instroom van laaggeschoolde arbeidsmigranten van buiten de EU volledig stoppen, om zo de druk op de arbeidsmarkt, woningmarkt en sociale cohesie te verminderen.
“Geen laaggeschoolde arbeidsmigratie van buiten de EU.”
De SGP is zeer kritisch over het toelaten van kennismigranten en andere arbeidsmigranten van buiten de EU. Ze willen strikte voorwaarden, quota en een duidelijke voorkeur voor het werven van Nederlanders of Nederlandstaligen, en alleen kennismigranten toelaten als er geen alternatief is binnen Nederland of de EU. De partij benadrukt het belang van culturele nabijheid, beheersing van de Nederlandse taal en het beperken van migratie om sociale samenhang en draagkracht te waarborgen.
De SGP wil het aantal kennismigranten en andere arbeidsmigranten van buiten de EU beperken door strikte voorwaarden en quota te stellen. Alleen als specifieke vakkrachten niet in Nederland of de EU te vinden zijn, mogen zij worden toegelaten, waarbij de noodzaak en het belang van de sector zwaar meewegen. Dit beleid is bedoeld om overbelasting van de samenleving te voorkomen en uitbuiting tegen te gaan.
“Voor arbeidsmigratie van buiten de EU, en ook studiemigratie, gaan strikte voorwaarden en quota gelden om overbelasting en uitbuiting tegen te gaan.”
“Er worden gerichte keuzes gemaakt ten aanzien van specifieke vakkrachten die in Nederland niet te vinden en op te leiden zijn, maar wel cruciaal zijn voor onze toekomstige economie. Duur van het verblijf, belang van de sector en noodzaak spelen bij deze afweging een belangrijke rol.”
De SGP wil dat bij toelating van arbeidsmigranten, waaronder kennismigranten, eerst wordt gekeken naar Nederlanders en Nederlandstaligen in het buitenland, en vervolgens naar mensen met zo min mogelijk culturele afstand tot Nederland. Dit moet integratieproblemen voorkomen en de sociale samenhang beschermen.
“Bij toelating van (arbeids)migranten wordt allereerst gekeken naar werving van Nederlanders en Nederlandstaligen in het buitenland, vervolgens naar mensen met zo min mogelijk culturele afstand tot de Nederlandse samenleving.”
De SGP stelt als eis dat kennismigranten (en andere nieuwkomers) minimaal de Nederlandse taal beheersen en kennis hebben van de Nederlandse geschiedenis, symbolen en rechtsstaat. Dit is essentieel voor succesvolle integratie en het behoud van de Nederlandse identiteit.
“Inburgering dient in ieder geval te leiden tot een basale beheersing van de Nederlandse taal, maar ook tot kennis van historische gebeurtenissen, nationale symbolen (zoals ons volkslied en koningshuis), ons cultureel erfgoed en de manier waarop wij in een rechtsstaat samenleven.”
50PLUS kiest voor een streng migratiebeleid, maar erkent dat gerichte arbeidsmigratie – waaronder kennismigratie – noodzakelijk kan zijn voor sectoren met grote tekorten, zoals de zorg. De partij wil de verantwoordelijkheid voor arbeidsmigranten deels bij werkgevers leggen en pleit voor het beperken van de instroom, met uitzondering voor sectoren waar dit onvermijdelijk is. Concrete voorstellen zijn het aanslaan van werkgevers voor de werkelijke kosten van arbeidsmigranten en het afkopen van opgebouwde AOW-rechten bij vertrek.
50PLUS erkent dat, ondanks een streng migratiebeleid, gerichte arbeidsmigratie (waaronder kennismigranten) noodzakelijk is om personeelstekorten in de zorg op te vangen. Dit is een expliciete uitzondering op hun algemene restrictieve migratiestandpunt, ingegeven door het belang van voldoende zorgpersoneel voor ouderen.
“Gerichte arbeidsmigratie voor de zorg. Het personeelstekort in de zorg groeit naar 240.000 mensen in 2030. Zonder actie krijgen ouderen straks geen zorg meer. 50PLUS erkent dat dit vraagt om een uitzondering op ons strenge migratiebeleid.”
Om de lasten van arbeidsmigratie eerlijker te verdelen en misbruik te voorkomen, wil 50PLUS dat werkgevers waar mogelijk opdraaien voor de werkelijke kosten van arbeidsmigranten, waaronder kennismigranten. Dit moet de instroom beperken tot gevallen waar het echt noodzakelijk is.
“Werkgevers worden, waar mogelijk, aangeslagen voor de werkelijke kosten van arbeidsmigranten.”
50PLUS wil voorkomen dat tijdelijke arbeidsmigranten, waaronder kennismigranten, een langdurige administratieve last vormen voor het Nederlandse sociale stelsel. Daarom moeten opgebouwde AOW-rechten bij vertrek uit Nederland worden afgekocht.
“Arbeidsmigranten en studenten die tijdelijk in Nederland wonen, bouwen tijdens hun verblijf hier AOW-rechten op. 50PLUS wil dat deze AOW-rechten worden afgekocht bij vertrek uit Nederland.”
D66 wil arbeidsmigratie, waaronder kennismigratie, vooral inzetten waar deze Nederland vooruit helpt, met nadruk op vakkrachten en kenniswerkers die bijdragen aan innovatie en een groene toekomst. Ze pleiten voor gerichte arbeidsmigratie naar sectoren waar mensen écht nodig zijn, onder strenge voorwaarden voor werkgevers en met aandacht voor eerlijke arbeidsvoorwaarden en huisvesting. D66 kiest expliciet voor minder laagbetaalde arbeidsmigratie en meer ruimte voor kenniswerkers die bijdragen aan de economie en innovatie.
D66 wil de instroom van kennismigranten en vakkrachten stimuleren in sectoren waar deze bijdragen aan innovatie, duurzaamheid en economische groei. Ze zien kenniswerkers als essentieel voor de toekomst van Nederland, maar stellen strenge eisen aan werkgevers om misstanden te voorkomen. De nadruk ligt op het aantrekken van mensen met de juiste vaardigheden, terwijl laagbetaalde arbeidsmigratie wordt ontmoedigd.
“We kiezen voor vakkrachten en kenniswerkers die ons vooruit helpen naar een groene en leefbare toekomst, bij bedrijven en sectoren waar innovatie en eerlijk werkgeverschap vooropstaan.”
“De overheid krijgt de regie: minder kwetsbare, laagbetaalde arbeidsmigratie, meer gerichte arbeidsmigratie voor de sectoren waar we mensen écht nodig hebben.”
“D66 wil arbeidsmigratie daar inzetten waar die het verschil maakt.”
GroenLinks-PvdA wil de kennismigrantenregeling aanscherpen zodat alleen werkgevers die daadwerkelijk hooggekwalificeerde medewerkers zoeken, hiervan gebruik kunnen maken. Tegelijkertijd wordt de belastingkorting voor kennismigranten (de expatregeling) afgebouwd om oneigenlijk gebruik en misstanden te voorkomen. De partij ziet kennismigratie als noodzakelijk voor specifieke sectoren, maar wil strengere selectie en minder fiscale voordelen.
GroenLinks-PvdA wil voorkomen dat de kennismigrantenregeling wordt misbruikt voor laagbetaalde arbeid of schijnconstructies. Alleen werkgevers die aantoonbaar behoefte hebben aan echte kennismigranten mogen hiervan gebruikmaken. Dit moet misstanden en oneigenlijk gebruik tegengaan.
“We scherpen de kennismigrantenregeling voor arbeidsmigranten buiten de EU aan. Alleen werkgevers op zoek naar echte kennismigranten krijgen een vergunning. Zo gaan we misstanden en oneigenlijk gebruik tegen.”
De partij vindt het onrechtvaardig dat kennismigranten een fiscaal voordeel genieten via de expatregeling. Dit voordeel wordt daarom afgebouwd om de fiscale behandeling eerlijker te maken en misbruik te voorkomen.
“De belastingkorting voor kennismigranten, de expatregeling, bouwen we af.”
Kennismigratie wordt alleen gefaciliteerd als het echt noodzakelijk is voor belangrijke sectoren zoals bouw, zorg en energietransitie. De partij wil dat werkgevers eerst bestaande mogelijkheden benutten en alleen bij een aantoonbaar tekort kennismigranten mogen aantrekken.
“Noodzakelijke vakkrachten en kennismigranten faciliteren. Soms is arbeidsmigratie nodig om een personeelsvraag in belangrijke sectoren op te vullen, zoals de bouw, zorg en de energietransitie. Wij faciliteren dit waar nodig en moedigen deze werkgevers aan om gebruik te maken van de bestaande mogelijkheden om vakkrachten tijdelijk in Nederland te laten werken.”
De VVD erkent het belang van kennismigratie voor de Nederlandse economie, maar wil de huidige kennismigrantenregeling omvormen tot een strengere Toptalentenregeling. De partij stelt scherpere toelatingseisen voor, zoals een aanvullende opleidingseis, en wil misbruik door malafide bedrijven tegengaan. Kennismigratie blijft welkom, maar alleen voor buitenlands talent dat essentieel is voor de kenniseconomie.
De VVD wil de kennismigrantenregeling aanscherpen om alleen het meest waardevolle buitenlandse talent toe te laten en misbruik te voorkomen. De regeling wordt gericht op toptalent dat essentieel is voor de kennisintensieve economie en groeitechnologieën, met strengere toelatingseisen zoals een aanvullende opleidingseis. Er blijft expliciet aandacht voor de positie van start- en scale-ups.
“Kennismigrantenregeling wordt toptalentregeling: Om groei en innovatie te realiseren hebben we soms naast alle knappe koppen in Nederland ook toptalent uit het buitenland nodig. Daarom is de kennismigrantenregeling belangrijk. Tegelijkertijd komt het nog te vaak voor dat malafide bedrijven de regeling misbruiken. We bouwen de regeling daarom om tot een Toptalentenregeling, gericht op buitenlands talent dat essentieel is voor onze kennisintensieve economie en groeitechnologieën. We laten de 27%-regeling in stand en scherpen de toelatingseisen aan, bijvoorbeeld via een aanvullende opleidingseis. We hebben expliciet oog voor de positie van start- en scale-ups.”
De VVD ziet kennismigratie als een motor voor innovatie, maar wil deze beperken tot migranten die aantoonbaar bijdragen aan de Nederlandse economie. De partij benadrukt dat niet alle vormen van arbeids- en kennismigratie automatisch positief zijn en wil excessen tegengaan.
“Goed georganiseerde kennismigratie kan bijdragen als we Nederland innovatief willen houden.”
“Hoewel arbeids- en kennismigratie nog steeds belangrijke motoren van de Nederlandse economie zijn, is de tijd voorbij dat Nederland hier alleen maar beter van wordt. Daarom moeten de excessen van arbeidsmigratie worden aangepakt.”
Volt wil kennismigratie naar Nederland en de EU vergemakkelijken, vooral waar tekorten zijn aan specifieke vaardigheden en talenten. Ze pleiten voor meer mogelijkheden voor niet-Europese migranten, zoals visa voor afgestudeerden en startende ondernemers, en willen dat expatregelingen worden afgestemd op schaarste aan vaardigheden in plaats van salaris. Volt ziet kennismigranten als een economische en maatschappelijke meerwaarde en wil procedures transparanter en toegankelijker maken.
Volt wil dat niet-Europese kennismigranten eenvoudiger toegang krijgen tot de Nederlandse en Europese arbeidsmarkt, met speciale aandacht voor afgestudeerden en ondernemers. Dit moet niet alleen de economie versterken, maar ook bijdragen aan innovatie en het benutten van internationaal talent.
“We bieden meer mogelijkheden voor niet-Europese migranten om een (tijdelijk) visum te krijgen voor ons land of voor een andere Europese lidstaat. Dat helpt hen, het land van herkomst en ook onze economie en maatschappij. Denk aan visa voor recent afgestudeerden of startende ondernemers.”
Volt wil dat de expatregeling niet langer op salaris wordt gebaseerd, maar op de schaarste aan relevante vaardigheden en ervaring. Dit moet de concurrentie tussen EU-landen om talent eerlijker maken en beter aansluiten bij de behoeften van de arbeidsmarkt.
“Voor beide regelingen zal salaris bovendien niet langer de norm zijn voor toepasbaarheid, maar zal er specifiek gekeken worden naar de schaarste aan ervaringen en/of vaardigheden.”
Volt wil dat kennismigranten beter geïnformeerd worden over procedures en rechten, onder andere via een Europese talent pool (job-tinder) die vacatures en relevante informatie bundelt. Dit moet de drempel voor kennismigratie verlagen en misstanden voorkomen.
“We bouwen een Europese job-tinder (Europese talent pool) zodat arbeidsmigranten van buiten de EU een goed overzicht hebben van de beschikbare banen in de EU. Dankzij een matchingsysteem worden werkgevers en werkzoekenden aan elkaar gekoppeld. Op deze job-tinder is informatie te vinden over de procedures die arbeidsmigranten moeten doorlopen om aan de slag te gaan.”
BBB noemt "kennismigranten" niet expliciet, maar erkent het belang van arbeidsmigratie voor specifieke sectoren en waardeert zowel praktisch vakmanschap als academische kennis. Het belangrijkste concrete voorstel is het handhaven van de huidige fiscale regeling voor kenniswerkers, omdat deze als doeltreffend en doelmatig wordt gezien. BBB wil arbeidsmigratie selectief inzetten op basis van economische en maatschappelijke meerwaarde, zonder onderscheid te maken tussen praktisch en academisch geschoolde migranten.
BBB ziet de bestaande fiscale regeling voor kenniswerkers als effectief en wil deze behouden. Hiermee erkent de partij het belang van kennismigranten voor de Nederlandse economie, maar zonder uitbreiding of aanscherping van beleid specifiek voor deze groep. De focus ligt op het behouden van het huidige instrumentarium.
“Handhaving van de huidige fiscale regeling voor kenniswerkers. Deze regeling werkt goed en is als doeltreffend en doelmatig beoordeeld.”
BBB wil arbeidsmigratie – waaronder kennismigratie – alleen toestaan als deze aantoonbare economische en maatschappelijke meerwaarde heeft. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen praktisch en academisch geschoolde migranten; beide groepen worden gewaardeerd als ze bijdragen aan het oplossen van arbeidsmarktknelpunten.
“BBB wil daarom een zorgvuldig, selectief en circulair arbeidsmigratiebeleid van buiten de EU, gericht op vakmensen met aantoonbare economische en maatschappelijke meerwaarde; van verpleegkundigen tot elektriciens en van lassers tot gespecialiseerde koks. Ambacht en praktisch vakmanschap verdienen net zoveel erkenning als academische kennis.”
BIJ1 noemt het begrip "kennismigrant" niet expliciet, maar hun programma bevat enkele relevante standpunten over hoogopgeleide buitenlandse werknemers. Ze willen de fiscale 30%-regeling voor buitenlandse werknemers afschaffen, zodat deze groep niet langer fiscaal wordt bevoordeeld. Verder pleit BIJ1 voor gelijke behandeling van alle arbeidsmigranten, ongeacht hun achtergrond of opleidingsniveau.
BIJ1 wil de fiscale voordelen voor hoogbetaalde buitenlandse werknemers (waaronder kennismigranten) afschaffen, zodat zij dezelfde belasting betalen als andere werknemers in Nederland. Dit standpunt adresseert het probleem van ongelijke fiscale behandeling en past binnen hun bredere visie van gelijke rechten voor alle werkenden, ongeacht afkomst.
“De 30%-regeling wordt afgeschaft: buitenlandse werknemers met hoogbetaalde banen gaan net zoveel belasting betalen als ieder ander.”
BIJ1 maakt geen onderscheid tussen verschillende typen arbeidsmigranten (zoals kennismigranten) en pleit voor gelijke arbeidsrechten, sociale voorzieningen en toegang tot de arbeidsmarkt voor iedereen. Dit betekent dat kennismigranten volgens BIJ1 dezelfde rechten en plichten moeten hebben als andere arbeidsmigranten.
“Arbeidsmigranten mogen voor meerdere werkgevers werken en mogen alle soorten werk verrichten, niet alleen werk dat niet door Nederlanders kan worden gedaan. Ze kunnen zelfstandig woningen huren of gemeentelijke opvang gebruiken en hebben recht op sociale voorzieningen, gelijk loon, gelijke contracten en arbeidsrechten.”
De Partij voor de Dieren wil fiscale voordelen voor buitenlandse werknemers, zoals de expatregeling, afschaffen en pleit voor gelijke behandeling van alle arbeidsmigranten, inclusief kennismigranten. Hun beleid richt zich op het tegengaan van uitbuiting en het beperken van prikkels voor bedrijven om buitenlandse kenniswerkers aan te trekken via financiële voordelen.
De PvdD vindt dat bedrijven geen extra fiscale voordelen moeten krijgen om buitenlandse werknemers, waaronder kennismigranten, aan te trekken. Dit moet oneerlijke concurrentie en het gebruik van goedkope buitenlandse arbeidskrachten tegengaan.
“De expatregeling en andere fiscale voordelen waarmee bedrijven buitenlandse werknemers aantrekken, schaffen we af.”
De partij benadrukt dat alle arbeidsmigranten, inclusief kennismigranten, recht hebben op gelijke behandeling, goede huisvesting en bescherming tegen uitbuiting. Het beleid is gericht op het voorkomen van tweederangs arbeidskrachten, ongeacht het type migratie.
“Iedereen die in Nederland werkt – waar je ook vandaan komt – heeft recht op gelijke behandeling, goede huisvesting en bescherming tegen uitbuiting.”
Het CDA erkent het belang van kennismigranten voor de Nederlandse economie en industrie, maar wil streng optreden tegen misbruik van de kenniswerkersregeling. Ze zijn voorstander van gereguleerde toelating van kennismigranten waar nodig, met extra aandacht voor het voorkomen van misstanden en oneigenlijk gebruik.
Het CDA ziet kennismigranten als noodzakelijk voor het draaiend houden van de economie en industrie, maar wil voorkomen dat de regeling wordt misbruikt. Ze leggen nadruk op het aanpakken van misbruik en het reguleren van toelating, vooral voor essentiële sectoren.
“Om onze economie en samenleving draaiende te houden kunnen we niet zonder bepaalde kennismigranten. Ook voor onze industrie en vakkrachten zijn we deels afhankelijk van mensen van buiten de EU. We pakken misbruik van de kenniswerkersregeling streng aan.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma