BIJ1 verwerpt het kapitalisme als een systeem dat leidt tot uitbuiting, ongelijkheid en mondiale onrechtvaardigheid. De partij pleit voor het vervangen van het kapitalistische systeem door een democratisch geleide, socialistische economie waarin werkenden en niet aandeelhouders de macht hebben, en waarin basisvoorzieningen en bestaanszekerheid voor iedereen centraal staan. Concreet wil BIJ1 onder meer coöperaties stimuleren, grote bedrijven democratiseren, winsten eerlijker verdelen, publieke sectoren uitbreiden en internationale solidariteit organiseren tegen westers kapitalisme.
BIJ1 ziet het kapitalisme als oorzaak van uitbuiting, ongelijkheid en het ondermijnen van democratie. De partij wil het kapitalistische systeem vervangen door een economie die democratisch wordt bestuurd door werkenden, met een focus op sociale rechtvaardigheid en duurzaamheid.
“Om een eerlijk loon te garanderen willen we de kapitalistische economie vervangen voor een democratisch geleide economie.”
“Onze ideale economie is socialistisch: een economie die de rechten en gezondheid van de mensen, de dieren en de natuur altijd voorop stelt. Ons huidige kapitalistische systeem is niet vol te houden.”
“Daarmee staat werk onder het kapitalisme gelijk aan uitbuiting.”
BIJ1 wil paal en perk stellen aan winstmaximalisatie, een wettelijk deel van de winst naar loonsverhogingen laten gaan, en de macht van aandeelhouders vervangen door zeggenschap van werkenden via coöperaties en werknemersfondsen.
“We nemen in de wet op dat een zeker deel van alle winsten naar loonsverhogingen gaat.”
“Niet de aandeelhouders en managers, maar de werkende mensen aan de knoppen. Coöperatieve ondernemingen krijgen subsidie. En krijgen zo een concurrerend, waardig alternatief voor de aandeelhouderscorporatie, die op termijn uitsterft.”
“De coöperatie van werknemers wordt de standaard eigendomsstructuur voor nieuw opgerichte rechtspersoonlijkheden.”
“Elk bestaand beursgenoteerd bedrijf met meer dan 100 werknemers is verplicht een werknemersfonds op te richten. Hieraan schrijven zij jaarlijks een aantal nieuwe aandelen uit, in verhouding met de jaarwinst. Het werknemersfonds wordt alleen beheerd door de werknemers van de firma die deze heeft opgericht.”
BIJ1 wil essentiële sectoren volledig in publieke handen brengen en de invloed van marktwerking en kapitalistische prikkels in onder meer wonen, zorg, energie en banken drastisch verminderen.
“De belangrijke sectoren van de economie komen daarom volledig in publieke handen. Zoals banken, energiebedrijven, netbeheerders, het onderwijs, de zorg en het ov.”
“Het nationaal bouwbedrijf en de woningcorporaties leveren woningen op die betaalbaarder, beter en toekomstbestendiger zijn dan alles wat de commerciële sector de afgelopen...”
“Deze kapitalistische dwangmiddelen verwerpen we en schaffen we af. Lidstaten moeten vrij zijn om hun economie radicaal eerlijk, klimaatrechtvaardig en democratisch te organiseren Zonder ingrepen van Brussel namens belangen van de kleine groep superrijken.”
BIJ1 koppelt kapitalisme aan mondiale uitbuiting, armoede en ecologische vernietiging, en stelt internationale solidariteit en het beëindigen van westers kapitalisme en imperialisme centraal in haar buitenlandbeleid.
“Het westers kapitalisme nog altijd de wereldeconomie en de door haar verwoeste en achtergestelde landen in haar greep. Het kapitalisme is gebouwd op goedkope arbeid, waarmee het hele landen in permanente armoede dwingt.”
“Daarom zijn wij solidair met de internationale strijd tegen westers kapitalisme, imperialisme en kolonialisme.”
“Niet langer laten we de aarde verwoesten door kapitalistische winstdrang.”
BIJ1 stelt dat kapitalistische bedrijven de grootste vervuilers zijn en wil dat zij, niet gewone burgers, de kosten van klimaatbeleid dragen.
“We hebben een radicaal nieuw systeem nodig: niet langer laten we de aarde verwoesten door kapitalistische winstdrang.”
“In de praktijk worden klimaatmaatregelen afgewenteld op gewone burgers, terwijl deze vervuilende kapitalisten juist buiten schot blijven.”
“Breken met de groene kapitalisten, stoppen met westers industrieprotectionisme, en de energievoorziening in handen brengen van arbeiders en bewoners — lokaal én mondiaal.”
GroenLinks-PvdA bekritiseert het huidige kapitalistische systeem waarin winstmaximalisatie en aandeelhoudersbelang centraal staan, wat volgens hen leidt tot ongelijkheid, onzekerheid en een oneerlijke verdeling van welvaart. Ze pleiten voor een economie waarin solidariteit, lange termijnbelangen en een eerlijke verdeling van kennis, macht en vermogen vooropstaan, met concrete voorstellen als hogere lonen, strengere belasting op kapitaal en winst, en het terugdringen van winstbejag in sectoren als zorg en wonen. Hun visie is een samenleving waarin niet winst, maar mensen en brede welvaart centraal staan.
GroenLinks-PvdA stelt dat het kapitalisme in zijn huidige vorm leidt tot concentratie van vermogen, groeiende ongelijkheid en een te grote focus op aandeelhouderswaarde. Ze willen een eerlijke verdeling van kennis, macht en vermogen, zodat de winst van economische groei niet alleen bij de top terechtkomt, maar ook bij werkenden en de samenleving als geheel.
“De afgelopen jaren is onze economie doorgeslagen in het voordeel van aandeelhouders, met kortetermijnwinsten als hoogste doel. Dit heeft geleid tot groeiende ongelijkheid, verlies aan zekerheid voor werkenden en schade aan milieu en samenleving.”
“De laatste jaren zien we dat de concentratie van vermogen toeneemt, en daarmee de invloed van een kleine groep op onze economie en maatschappij. Dat leidt niet alleen tot een oneerlijke economie, maar ook tot minder brede welvaart.”
“We zien dat werkenden steeds minder terugzien van hun harde werk. Van iedere euro die wordt verdiend gaat een steeds kleiner deel naar werkenden (de zogeheten ‘arbeidsinkomensquote’).”
De partij wil het kapitalistische voordeel voor kapitaalbezitters en multinationals doorbreken door progressieve belastingen, het aanpakken van belastingontwijking en het verhogen van de bijdrage van winstgevende bedrijven. Zo willen ze het belastingstelsel eerlijker maken en de lasten verschuiven van arbeid naar kapitaal.
“We maken een einde aan speciale belastingkortingen voor de rijkste Nederlanders en aandeelhouders van multinationals.”
“Het is namelijk vele malen makkelijker om geld te verdienen met geld dan met werk. En dat komt door politieke keuzes. Hoe rijker je bent, hoe minder je bijdraagt in verhouding met de rest.”
“We voeren daarom een miljonairsbelasting in voor de allerrijksten.”
“De afgelopen decennia is de financiële bijdrage van het bedrijfsleven aan onze samenleving afgenomen. We vinden dat bedrijven die winst maken, meer kunnen bijdragen aan onze collectieve voorzieningen.”
GroenLinks-PvdA verzet zich tegen het kapitalistische principe van winstmaximalisatie in publieke sectoren zoals zorg en wonen. Ze willen winstbejag terugdringen, private equity weren en marktwerking beperken om publieke belangen en betaalbaarheid te beschermen.
“We strijden tegen commerciële partijen in de zorg voor wie winst het hoofddoel is. We scherpen daarom het winstverbod in de zorg aan.”
“Private equity koopt het beheer van vve’s op, met als doel zoveel mogelijk winst te maken. Woningbezitters lopen het risico dat de tarieven plots fors omhooggaan. We beschermen woningbezitters en weren private equity uit vve’s.”
“Niet de markt, maar de mens centraal. Als winst maken de prioriteit is, staat goede zorg altijd op de tweede plek. Doorgeslagen commercialisering in de zorg leidt tot dure medicijnen, onnodige bureaucratie en steeds wisselende gezichten aan het bed. Wij dringen winstbejag terug, zodat zorg weer draait om mensen.”
Als alternatief voor het Angelsaksische kapitalisme kiest GroenLinks-PvdA voor het Rijnlandse model, waarin gedeelde verantwoordelijkheid, sociale rechtvaardigheid en lange termijn centraal staan. Dit moet zorgen voor meer zekerheid voor werkenden en een economie die niet alleen draait om winst.
“Daarom keren wij terug naar het Rijnlandse model, waarin lange termijnbelangen, gedeelde verantwoordelijkheid en sociale rechtvaardigheid centraal staan.”
“We bouwen aan een economie die oog heeft voor de lange termijn. We keren terug naar het Rijnlands model waarin we met sociale partners werken aan gedeelde welvaart.”
JA21 kiest duidelijk voor een kapitalistisch model waarin ondernemerschap, marktwerking en individuele verantwoordelijkheid centraal staan, met een minimale rol voor de overheid. De partij wil lasten en regeldruk voor bedrijven fors verlagen, subsidies en overheidsinmenging drastisch terugdringen, en het belastingstelsel fundamenteel vereenvoudigen om innovatie en economische groei te stimuleren. Hun visie draait om het herstellen van vrije concurrentie, het belonen van werken en investeren, en het beperken van de overheid tot kerntaken.
JA21 ziet overheidsbemoeienis als een belemmering voor economische groei en innovatie, en wil daarom de rol van de overheid in de economie fors terugdringen. Dit sluit aan bij een klassiek kapitalistisch uitgangspunt: vrije marktwerking en individuele verantwoordelijkheid, met de overheid als facilitator in plaats van sturende actor.
“De overheid is veel te sturend in onze economie. Voor ieder probleem worden nieuwe regelingen en subsidies bedacht. Dit maakt mensen afhankelijk en belemmert hun keuzevrijheid. JA21 gelooft dat de meeste mensen in staat zijn voor zichzelf te zorgen en dat zij daarin een eigen verantwoordelijkheid dragen.”
“Drastische afbouw van subsidies die markten verstoren en innovatie belemmeren. Er komt een einde aan het sturen van de economie vanuit de overheid.”
“Marktwerking herstellen door onnodige overheidsinmenging te beëindigen en concurrentie te bevorderen.”
JA21 wil het belastingstelsel radicaal vereenvoudigen en lasten voor bedrijven verlagen, zodat ondernemerschap en investeringen worden gestimuleerd. Dit sluit aan bij kapitalistische principes van economische vrijheid en het belonen van productiviteit.
“Een eenvoudige vennootschapsbelasting voor alle ondernemingen door het huidige tweeschijvenstelsel (19% en 25,8%) te vervangen door één helder tarief van 20% voor alle ondernemingen.”
“Een kasstroombelasting invoeren waarin we overstappen van een belasting op boekhoudkundige winst naar een belasting op netto kasstromen.”
“Investeringen in kapitaalgoederen volledig aftrekbaar maken in het jaar van investering, in plaats van gespreid afschrijven over meerdere jaren.”
JA21 wil dat werken, sparen en investeren meer gaan lonen door lasten op arbeid en vermogen te verlagen en het belastingstelsel te vereenvoudigen. Dit stimuleert individuele economische activiteit, een kernwaarde van het kapitalisme.
“Werken en ondernemen laten lonen door de lasten op arbeid structureel te verlagen. We kiezen voor lagere belastingen in plaats van hogere toeslagen.”
“Vermogensopbouw stimuleren door sparen en investeren aantrekkelijker te maken, zodat mensen keuzevrijheid houden over hoe zij omgaan met hun geld.”
JA21 vindt dat de overheid zich moet beperken tot haar kerntaken en vooral een faciliterende rol moet spelen, in lijn met kapitalistische ideeën over een kleine overheid.
“De overheid heeft bij JA21 dan ook primair de verantwoordelijkheid om haar kerntaken uit te voeren en zorg te dragen voor collectieve voorzieningen. Alleen in bijzondere omstandigheden neemt de overheid verantwoordelijkheden voor haar rekening om te voorkomen dat mensen in de verdrukking komen en daar niet zelf in kunnen voorzien.”
“Wij kiezen daarom voor welvaart, banen, minder regeldruk en stabieler overheidsbeleid.”
JA21 pleit voor een Europese Unie die zich beperkt tot economische samenwerking en vrije concurrentie, en verzet zich tegen verdere centralisering en gestuurde economie op EU-niveau. Dit is een klassiek kapitalistisch standpunt gericht op open markten en tegen supranationale sturing.
FVD kiest expliciet voor een klassiek kapitalistisch model met een kleine overheid, lage en eenvoudige belastingen, en maximale ruimte voor particulier ondernemerschap en bezit. De partij verzet zich tegen herverdeling, hoge belastingen en overheidsbemoeienis, en wil ondernemers, investeerders en spaarders stimuleren door lasten te verlagen en regelgeving te schrappen. Hun visie is dat vrijheid, ambitie en zelfredzaamheid centraal moeten staan, waarbij economische groei en individuele welvaart worden bevorderd door kapitalistische principes.
FVD wil het kapitalisme versterken door belastingen te verlagen, het belastingstelsel te vereenvoudigen en herverdeling tegen te gaan. Ze zien hoge belastingen en progressieve tarieven als een straf op succes en pleiten voor een vlaktaks en een belastingvrije voet. De partij vindt dat de overheid alleen publieke taken moet financieren en niet inkomens of vermogens kunstmatig gelijk moet trekken.
“Forum voor Democratie vindt dat belastingen zo laag, eenvoudig en transparant mogelijk moeten zijn. Daarom willen wij een grondige vereenvoudiging van het belasting-, toeslagen- en premiestelsel. Geen wirwar van ingewikkelde schijven, toeslagen en progressieve tarieven die succes bestraffen, maar één helder en gelijk tarief voor iedereen.”
“Belastingen dienen enkel om met een goed functionerende, slanke overheid specifieke publieke taken te financieren – niet om inkomens of vermogens kunstmatig gelijk te trekken.”
“Ambitie moet lonen: ruimte voor ondernemerschap, belastingen omlaag.”
FVD ziet een kleine, dienstbare overheid als essentieel voor kapitalisme. Ze willen de overheidsuitgaven jaarlijks laten krimpen, bureaucratie verminderen en ondernemers en zelfstandigen maximale vrijheid geven. De partij beschouwt bezit als heilig en wil ondernemers stimuleren door regels te schrappen en het ondernemerschap centraal te stellen.
“De Rijksoverheidsuitgaven moeten verplicht ieder jaar 3% krimpen, zodat de overheid niet groter maar kleiner wordt.”
“Een kleine, dienstbare overheid en minder bureaucratie maken de weg vrij voor ondernemers om te innoveren en te groeien.”
“MKB’ers en ZZP’ers zijn geen probleem dat gereguleerd moet worden, maar de motor van onze samenleving die juist gestimuleerd hoort te worden.”
FVD positioneert zich expliciet tegen basisinkomen en andere vormen van herverdeling, die zij als communistisch en schadelijk voor het arbeidsethos en de kapitalistische dynamiek zien. Ze willen dat mensen de vruchten van hun eigen werk kunnen plukken en niet afhankelijk worden van de staat.
“We zullen nooit instemmen met het instellen van een basisinkomen, dit communistische idee zorgt enkel voor meer afhankelijkheid van de staat, ondermijnt arbeidsethos en leidt tot hogere belastingen voor werkenden.”
“Burgers die de vruchten van hun eigen werk mogen plukken, voelen zich gezien en gerespecteerd.”
FVD beschouwt particulier bezit als een kernwaarde van het kapitalisme en wil het koophuis, spaargeld en erfenis beschermen tegen belastingen. Ze willen erfbelasting afschaffen, schenkingen vrijstellen en sparen aantrekkelijk maken.
“Bezit is heilig. We beschermen het koophuis, het spaargeld, de erfenis tegen onrechtmatige belastingen en geven zekerheid aan families en ruimte aan dromen.”
“We schaffen de meest onrechtvaardige belasting af: de erfbelasting (hier is immers al een heel leven belasting over betaald).”
“We heffen de spaarderstaks op, zodat deugdelijk sparen weer wordt aangemoedigd.”
NSC is kritisch op de uitwassen van het kapitalisme en pleit voor een economie waarin marktmacht, aandeelhouderswaarde en winstmaximalisatie worden begrensd ten gunste van maatschappelijke belangen, bestaanszekerheid en eerlijke kansen. Ze willen marktdominantie van grote bedrijven en banken aanpakken, private equity in publieke sectoren terugdringen, en het belang van de reële economie en maatschappelijke verankering centraal stellen. Concrete voorstellen zijn onder meer het doorbreken van marktmacht, het stellen van maximumprijzen, het versterken van toezicht, en het fiscaal gelijk behandelen van private equity en familiebedrijven.
NSC ziet dat het kapitalisme in Nederland heeft geleid tot marktdominantie, prijsopdrijving en een focus op aandeelhouderswaarde ten koste van maatschappelijke belangen. Ze willen deze uitwassen tegengaan door markten eerlijker te maken, toezicht te versterken en maximumprijzen in te voeren waar concurrentie faalt.
“Het neoliberale beleid heeft mensen de laatste tientallen jaren onvoldoende beschermd. De onzekerheden van Nederlanders zijn steeds verder opgestapeld: onbetaalbare woningen, stijgende kosten voor levensonderhoud, flexibele arbeidscontracten en onzekere pensioenen. Mensen zijn voor hun eerste levensbehoeften overgeleverd aan de onvoorspelbaarheid van de markt.”
“Niet de aandeelhouderswaarde moet leidend zijn, maar de betekenis van de bank voor economie en samenleving.”
“We voeren maximumprijzen in voor sectoren waar gebrekkige concurrentie leidt tot buitensporige prijsstijgingen en waar de ACM niet effectief kan ingrijpen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de kinderopvang en dierenartsen, waar private equity de prijzen fors heeft opgedreven.”
NSC wil de macht van dominante marktspelers, zoals grote banken en merkfabrikanten, doorbreken om eerlijke concurrentie en betere voorwaarden voor consumenten te waarborgen. Dit raakt direct aan de kapitalistische neiging tot concentratie van marktmacht.
“De Nederlandse spaarmarkt wordt gedomineerd door een klein aantal banken die de spaarrente laag en tarieven hooghouden. Deze marktdominantie moet worden doorbroken.”
“Grote merkfabrikanten zoals Lay’s en Nutella drijven de prijzen op met inkooprestricties en landgerichte etiketten, waardoor deze producten in Nederland duurder zijn dan in omliggende landen. We pakken deze prijsopdrijving aan door deze beperkingen te verbieden en deze barrières voor grensoverschrijdende handel actief weg te nemen.”
NSC is kritisch op de rol van private equity en buitenlandse ketens in sectoren met een publieke functie, zoals zorg en kinderopvang, omdat deze partijen volgens NSC vooral winstmaximalisatie nastreven en zo publieke belangen schaden. Ze willen eigendomstoetsen, toezicht en fiscale prikkels aanscherpen.
“We onderzoeken de invloed van private equity en buitenlandse ketens in eerstelijnszorg, kinderopvang en dierenartsenpraktijken. Op basis van dit onderzoek scherpen we eigendomstoetsen, toezichtregels en fiscale prikkels aan om publieke functies maatschappelijk verankerd te houden.”
“Deze maximumprijzen worden periodiek herzien, zodat ze meebewegen met marktontwikkelingen en inflatie.”
NSC wil belastingvoordelen voor private equity beperken en familiebedrijven beschermen, omdat zij vinden dat het kapitalisme in de vorm van private equity leidt tot kortetermijndenken en maatschappelijke ontwrichting.
“We zorgen ervoor dat er een gelijk speelveld ontstaat tussen deze twee groepen en zullen dus een aantal belastingvoordelen van private equity terugdringen.”
“We laten private-equity managers eerlijk bijdragen over de gelden die zij verdienen, en stellen een fiscale regeling in zodat hun belangen net zo belast worden als de belangen van andere burgers in box 3.”
NSC wil dat banken en de financiële sector dienstbaar zijn aan de samenleving en de reële economie, niet aan aandeelhouders of bonussen. Dit is een duidelijke kritiek op het kapitalistische model van winstmaximalisatie in de financiële sector.
“We staan voor een financiële sector die de klant (huishoudens, ondernemers, maatschappelijke instellingen) centraal stelt en die dienstbaar is aan de reële economie.”
“Niet de aandeelhouderswaarde moet leidend zijn, maar de betekenis van de bank voor economie en samenleving. Banken hebben een zorgplicht voor hun klanten en het waarborgen van het betalingsverkeer is een nutsfunctie. Daarbij past geen terugkeer naar een bonuscultuur.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) bekritiseert het kapitalistische systeem waarin winst en groei centraal staan ten koste van mens, dier en natuur. Ze pleiten voor een fundamentele systeemverandering: publieke voorzieningen uit de markt halen, democratisering van de economie, en het belasten van grote bedrijven en vermogenden om ongelijkheid en ecologische schade tegen te gaan. Hun belangrijkste voorstellen zijn het terugdringen van marktwerking, het herverdelen van welvaart, en het centraal stellen van welzijn boven winst.
PvdD stelt dat doorgeschoten marktwerking in zorg, onderwijs en openbaar vervoer leidt tot hogere kosten, ongelijkheid en afname van kwaliteit. Ze willen deze sectoren uit de markt halen en weer in publieke handen brengen, omdat marktwerking volgens hen een uitwas is van het kapitalistische systeem.
“We draaien de doorgeslagen marktwerking terug in publieke diensten zoals zorg, onderwijs en openbaar vervoer. Publieke voorzieningen zijn er voor iedereen en horen niet afhankelijk te zijn van winstprikkels.”
“De zorg is geen markt, maar een basisvoorziening. Marktwerking hoort niet thuis in de zorg. Het jaagt kosten op, legt druk op zorgverleners en leidt af van waar het echt om zou moeten draaien: goede zorg voor iedereen.”
PvdD wijst het kapitalistische groeimodel af en pleit voor een economie die welzijn, ecologie en sociale rechtvaardigheid centraal stelt. Ze willen af van een systeem dat winst en groei boven alles stelt, en kiezen voor een nieuw economisch kompas gericht op brede welvaart.
De partij wil de economie democratiseren door publieke voorzieningen niet langer aan de markt over te laten, maar in handen van de samenleving te brengen. Dit betekent meer zeggenschap voor burgers en minder macht voor grote bedrijven.
“Het betekent ook dat we de economie democratiseren, en publieke voorzieningen niet langer overlaten aan de markt maar in handen van de samenleving brengen.”
“Energie is voor Partij voor de Dieren geen handelswaar maar een basisbehoefte. Daarbij hoort zeggenschap voor ons allemaal - burgers en overheid.”
PvdD wil de belastingdruk verschuiven van arbeid naar vermogen en vervuiling, en grote bedrijven en de allerrijksten zwaarder belasten. Ze keren zich tegen belastingparadijzen, excessieve winsten en bonussen, en willen de kloof tussen arm en rijk verkleinen.
“De sterkste schouders dragen de zwaarste lasten. Grote ondernemingen en de allerrijksten betalen meer, kleine bedrijven en bewoners minder.”
“We draaien cadeautjes aan het grootkapitaal van het vorige kabinet terug. Inkoop van eigen aandelen door bedrijven wordt belast.”
“Er komt een vermogensplafond van 10 miljoen euro. Met een vertrekbelasting zorgen we ervoor dat superrijken ons land niet zomaar inruilen voor een ander belastingparadijs.”
De partij verzet zich tegen het kapitaliseren van basisbehoeften zoals wonen en energie. Ze willen dat huizen en energie geen handelswaar zijn, maar basisvoorzieningen waar zeggenschap en betaalbaarheid voorop staan.
BVNL omarmt expliciet de positieve kanten van het kapitalisme, zoals ambitie, succes en ondernemersvrijheid, en pleit voor een klassiek-liberale, economisch rechtse koers met minimale staatsinterventie. De partij wil lagere belastingen, minder regels, meer ondernemersvrijheid en een kleinere overheid, zodat de vrije markt en individuele verantwoordelijkheid centraal staan. Concrete voorstellen zijn onder meer het verlagen van de vennootschapsbelasting, afschaffen van subsidies, en het terugdringen van bureaucratie.
BVNL ziet kapitalisme als een systeem dat ambitie, succes en barmhartigheid stimuleert, en kiest bewust voor een klassiek-liberale, economisch rechtse koers met minimale staatsbemoeienis. De partij positioneert zich tegen collectivisme en benadrukt individuele vrijheid en ondernemersvrijheid als kernwaarden.
“Belang Van NederLand is een klassiek liberale partij die vecht voor de vrijheid van het individu. Daarnaast is BVNL een economisch rechtse partij die de goede kanten van het kapitalisme omarmt: ambitie, succes en sociale barmhartigheid.”
“Onze visie is geworteld in de Oostenrijkse School van de economie, waarin ondernemersvrijheid, eigendomsrechten en individuele verantwoordelijkheid centraal staan.”
“Belang Van Nederland staat voor een kleine overheid, een vrije markt met zo min mogelijk staatsinterventie...”
BVNL wil het kapitalistische ondernemingsklimaat versterken door belastingen te verlagen, bureaucratie te verminderen en ondernemers meer vrijheid te geven. Dit moet leiden tot meer innovatie, banen en economische groei, waarbij de overheid zich terughoudend opstelt.
“Het vestigingsklimaat moet worden verbeterd door lagere belastingen (vlaktaks van 25%) in te voeren, minder overheidsbemoeienis, lage energiekosten en versoepeling van het arbeidsrecht.”
“Minder regels voor ondernemers en bedrijven. Bureaucratie en regeldruk moeten worden teruggedrongen.”
“BVNL wil de belastingen en werkgeverslasten voor ondernemers omlaag brengen, de bureaucratie verminderen en het gelijke speelveld weer terugbrengen in de markt...”
“Subsidies worden afgeschaft.”
Hoewel BVNL het kapitalisme omarmt, erkent de partij de gevaren van te grote machtsconcentraties bij multinationals en pleit zij voor het opsplitsen van bedrijven als die te machtig worden. Dit moet eerlijke concurrentie waarborgen binnen het kapitalistische systeem.
“Big Tech en Big Pharma moeten apart bekeken worden omdat het gevaar bestaat dat er te grote machtsconcentraties ontstaan. Bij te grote machtsconcentraties dienen bedrijven te worden opgesplitst.”
“Daar staat tegenover dat ook multinationals een 'fair share' aan belastingen moeten betalen en niet via belastingconstructies belasting kunnen ontduiken.”
Het CDA kiest niet expliciet voor of tegen kapitalisme, maar pleit voor een economie waarin ondernemerschap, innovatie en maatschappelijk verantwoord ondernemen centraal staan, met oog voor sociale samenhang en lange termijn. Ze willen het kapitalistische systeem bijsturen door meer nadruk te leggen op brede welvaart, verantwoord investeren, en het tegengaan van excessen, vooral door samenwerking tussen overheid, bedrijven en samenleving. Belangrijke voorstellen zijn het stimuleren van familiebedrijven, het mobiliseren van particulier kapitaal voor het mkb, en het waarborgen van maatschappelijk verantwoord ondernemerschap.
Het CDA waardeert ondernemerschap als motor van de economie, maar benadrukt dat bedrijven ook verantwoordelijkheid moeten nemen voor samenleving en milieu. Ze willen het kapitalistische systeem bijsturen door innovatie, familiebedrijven en regionale ecosystemen te stimuleren, en door te investeren in sectoren met hoge toegevoegde waarde.
“Bedrijven die zich medeverantwoordelijk voelen voor de toekomst van Nederland, voor onze aarde en onze samenleving. Die meebouwen aan sociale cohesie.”
“Een toekomstbestendige economie is duurzaam, inclusief en innovatief. We willen onze schaarse talenten, ruimte en kapitaal inzetten in de sectoren van de toekomst, met een hogere toegevoegde waarde.”
“Voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat is betrouwbaar en stabiel overheidsbeleid cruciaal, met een concurrerend investeringsklimaat, aantrekkelijk voor familiebedrijven, voor groot- en kleinbedrijf, voor onze maakindustrie, voor innovatieve en snelgroeiende starters en voor investeerders.”
Het CDA wil het kapitalistische investeringsklimaat versterken door particulier kapitaal te mobiliseren voor het mkb, een nationale investeringsbank op te richten, en innovatieve bedrijven te ondersteunen. Dit moet zorgen voor meer risicokapitaal, groei en technologische vooruitgang, maar met oog voor maatschappelijke baten.
“Om particulier kapitaal te mobiliseren voor investeringen voeren we de ‘win-win-lening’ in, een belastingkorting in box 3 voor particulieren die een lening aan het Nederlandse mkb verstrekken.”
“We zetten met urgentie in om een verder geïntegreerde Europese kapitaalmarkt snel en daadwerkelijk tot stand te brengen om de beschikbaarheid van (durf)kapitaal voor bedrijven te verhogen en beursgangen in Europa aantrekkelijker te maken.”
“We maken van het Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) door tot een Nationale Investeringsbank: één sterke overheidsinvesteringspartner, een brede nationale financierings- en ontwikkelingsinstelling met slagkracht en kapitaal.”
Het CDA erkent de risico’s van ongebreideld kapitalisme, zoals excessieve winsten en korte termijn denken, en wil deze tegengaan door regulering, het stimuleren van goed ondernemingsbestuur en het normeren van maatschappelijk verantwoord ondernemen.
“We willen geen excessieve winsten en beloningen in de zorg.”
“We stimuleren de actieve naleving van de corporate governance code als leidend uitgangspunt voor goed ondernemingsbestuur, op basis van zelfregulering en aandacht voor alle betrokkenen.”
“Maatschappelijk verantwoord ondernemen is de norm.”
De ChristenUnie neemt afstand van het ongeremde kapitalisme en consumentisme, en kiest voor een economie waarin mens, maatschappij en milieu centraal staan. Ze pleiten voor het Rijnlandse model, waarin duurzame waardecreatie, sociale verantwoordelijkheid en langetermijnwelvaart belangrijker zijn dan kortetermijnwinst. Concrete voorstellen zijn onder meer het beëindigen van overconsumptie, het stimuleren van circulaire en duurzame bedrijven, en het beperken van marktwerking in sectoren als de zorg.
De ChristenUnie verwerpt het maximaliseren van kortetermijnwinsten en het consumentisme dat de grenzen van de schepping niet respecteert. In plaats daarvan kiezen ze voor een rentmeesterseconomie en het Rijnlandse model, waarin brede welvaart, duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid centraal staan. Dit is een duidelijke kritiek op de excessen van het kapitalisme.
“De ChristenUnie stelt mens, maatschappij en milieu centraal en voelt zich thuis bij het Rijnlandse model van de economie. Niet het maximaliseren van de kortetermijnwinsten, maar het duurzaam en langjarig floreren van ondernemingen en werknemers staat voorop.”
“We zetten in op de nieuwe economie via innovatie en nemen afscheid van het consumentisme dat de grenzen van de schepping niet respecteert. We willen een einde aan de overconsumptie van goedkope prullaria die horen bij een wegwerpeconomie.”
De ChristenUnie wijst marktwerking in de zorg af, omdat het leidt tot prikkels die niet passen bij een samenleving waarin omzien naar elkaar centraal staat. Ze willen winstuitkeringen en concurrentie in de zorg terugdringen, wat een duidelijke correctie is op kapitalistische principes in deze sector.
De partij wil af van de wegwerpeconomie en stimuleert circulaire bedrijven, waarbij producenten verantwoordelijk worden voor de hele keten. Dit is een correctie op het kapitalistische model dat vaak gericht is op goedkope massaproductie en snelle consumptie.
“We willen een einde aan de overconsumptie van goedkope prullaria die horen bij een wegwerpeconomie.”
“Circulaire bedrijven hebben het zwaar terwijl de circulaire economie de toekomst is. Circulaire producten zijn duurder dan wegwerpproducten en de vraag blijft achter. Normering van de vraag op Europees niveau is noodzakelijk om het circulair maken van de economie te laten slagen.”
De ChristenUnie waardeert familiebedrijven en sociale ondernemingen vanwege hun lokale en maatschappelijke betrokkenheid, in tegenstelling tot het anonieme, aandeelhoudersgedreven kapitalisme.
“Familiebedrijven zijn vaak geworteld in de (lokale) samenleving. De ChristenUnie waardeert die rol van familiebedrijven, en steunt initiatieven die bijdragen aan het floreren van dit deel van de economie.”
De partij wil de fiscale voordelen voor grote vermogens beperken en arbeid minder zwaar belasten, waarmee ze ingrijpen in de ongelijkheid die door kapitalistische systemen wordt versterkt.
“We willen toe naar een belastingstelsel dat inkomen uit arbeid en de daadwerkelijke inkomsten uit vermogen zoveel als mogelijk op dezelfde manier belast.”
“In het licht van de grote investeringen die nodig zijn in defensie, vragen we van de grootste vermogens een extra bijdrage met een vermogensbelasting van 1% op vermogens boven de 1 miljoen euro.”
50PLUS spreekt zich in het verkiezingsprogramma niet expliciet uit over "kapitalisme" als ideologie, maar kiest voor een gematigd economisch beleid dat marktwerking accepteert, mits deze sociaal wordt bijgestuurd en excessen worden voorkomen. De partij pleit voor het stimuleren van ondernemerschap en innovatie, maar wil ook ingrijpen waar marktfalen leidt tot sociale problemen, zoals schulden, armoede of oneerlijke concurrentie.
50PLUS ziet het behouden en aantrekken van bedrijven, het stimuleren van technologische innovatie (zoals kernenergie), en het ondersteunen van agrarische ondernemers als essentieel voor de Nederlandse economie. Dit sluit aan bij een kapitalistisch model, maar met aandacht voor nationale belangen en sociale randvoorwaarden.
De partij erkent dat ongeremde marktwerking kan leiden tot sociale problemen, zoals schulden en armoede, en wil daarom het verdienmodel van incassobedrijven en deurwaarders aan banden leggen. Ook wordt gepleit voor het beperken van reclame voor risicovolle financiële producten.
50PLUS is kritisch op actieve industriepolitiek en pleit voor een gelijk speelveld binnen Europa, waarbij nationale overheden zich terughoudend opstellen en geen extra regels of subsidies bovenop Europese afspraken leggen. Dit is een klassiek kapitalistisch uitgangspunt, gericht op concurrentie en marktwerking.
BBB kiest niet expliciet voor of tegen kapitalisme, maar pleit voor een mensgerichte, ondernemende economie waarin ondernemerschap, vakmanschap en regionale verankering centraal staan. De partij wil de overheid vooral als ondersteunend zien, met minder regeldruk, meer investeringen in Nederlandse bedrijven en een grotere rol voor nationaal en regionaal kapitaal. Concrete voorstellen zijn onder meer het stimuleren van durfkapitaal uit eigen land, het oprichten van een Nationale Investeringsbank en het beperken van marktwerking in essentiële sectoren zoals de zorg.
BBB wil minder afhankelijk zijn van internationale kapitaalstromen en pleit voor meer investeringen vanuit Nederlandse pensioenfondsen, regionale ontwikkelmaatschappijen en de overheid in Nederlandse groeibedrijven. Dit moet de strategische autonomie en werkgelegenheid versterken en de economie minder kwetsbaar maken voor de grillen van het internationale kapitalisme.
“Meer durfkapitaal uit eigen land. BBB wil dat pensioenfondsen, regionale ontwikkelmaatschappijen en de overheid gezamenlijk investeren in Nederlandse groeibedrijven.”
“We onderzoeken de oprichting van een Nationale Investeringsbank (NIB) in Nederland. Deze NIB krijgt een duidelijke taak in het beschikbaar stellen van risicodragend kapitaal voor innovatieve bedrijven in deeptech, agrotech, energietechniek en industriële toepassingen die bijdragen aan strategische autonomie en werkgelegenheid in de maakindustrie in Nederland.”
“Een Nationale Investeringsbank versterkt de regionale economie, maakt Nederland minder afhankelijk van buitenlandse kapitaalstromen en versnelt de energietransitie en landbouwtransitie zonder bureaucratie.”
BBB benadrukt dat waardecreatie vooral uit ondernemerschap en vakmanschap komt, niet uit overheidsingrijpen. De overheid moet ondernemers ondersteunen door regeldruk te verminderen en ruimte te geven aan innovatie, in plaats van de economie te domineren of te sturen.
BBB is kritisch op doorgeschoten marktwerking in sectoren waar publieke belangen voorop moeten staan, zoals de zorg. De partij wil winsten van zorgverzekeraars inzetten voor de zorg zelf en marktwerking beperken tot aanvullende verzekeringen.
“Zorgverzekeraars houden soms grote winsten over en dat hoort wat ons betreft niet thuis in een sector die draait om mensen en niet om winst. Deze moeten voortaan geïnvesteerd worden in de zorg.”
“Marktwerking moet er niet zijn op de meest noodzakelijke zorg, maar mag wel in het aanvullende pakket.”
De SGP verwerpt ongebreideld kapitalisme en pleit voor een economie die is gebaseerd op Bijbelse waarden, rentmeesterschap en sociale verantwoordelijkheid. Ze willen kapitalistische excessen zoals materialisme, korte termijn winstbejag en uitbuiting tegengaan door duurzame, sociale en rechtvaardige economische structuren te bevorderen. Concrete voorstellen zijn onder meer het stimuleren van langetermijninvesteringen, bescherming van werknemers, en het beperken van onbeperkte schuldfinanciering.
De SGP keert zich tegen het idee van een economie die alleen draait om winst en groei, en benadrukt het belang van rentmeesterschap, sociale rechtvaardigheid en duurzaamheid. Ze willen af van materialisme en pleiten voor een economie die de samenleving dient en kwetsbaren beschermt, in plaats van een systeem waarin kapitalistische drijfveren overheersen.
“Ongebreidelde groei en materialisme is zeker niet het Bijbelse ideaal. Ons economisch handelen moet tot doel hebben dat mens en maatschappij opbloeien. Daarom moeten we toe naar een economie die gebaseerd is op waarden, die robuust, sociaal, duurzaam en innovatief is.”
“De SGP wil toegroeien naar een economie die niet enkel drijft op euro’s, maar die waardengedreven is. Een economie die stevig staat en niet bij het eerste zuchtje wind omvalt. Een economie met oog voor de mens en omgeving.”
De SGP wil voorkomen dat bedrijven zich overmatig in de schulden steken en dat werknemers worden uitgebuit door flexibele, onzekere contracten. Ze pleiten voor bescherming van werknemers en het stimuleren van duurzame arbeidsrelaties, en willen dat bedrijven investeren in de lange termijn in plaats van snelle winst.
“De onbeperkte mogelijkheden voor het aantrekken van vreemd geld worden tegengegaan, zodat niet-levensvatbare bedrijven zich hier niet mee volladen.”
“Een werkgever biedt zijn werknemer geen waardeloze flexcontractjes aan, maar maakt werk van een duurzame arbeidsrelatie. Bij salarisonderhandelingen wordt het salaris van een laagbetaalde medewerker niet nog verder uitgeknepen.”
“Bedrijven worden (financieel) gestimuleerd duurzame en eerlijke keuzes te maken en te investeren in de lange termijn, door middel van fiscale aanpassingen en verruiming van subsidies.”
De SGP ziet een duidelijke rol voor de overheid om de negatieve gevolgen van kapitalisme te beperken, zoals armoede, schulden en ongelijkheid. De overheid moet zorgen voor een sociaal vangnet, eerlijke belastingen en het stimuleren van maatschappelijke verantwoordelijkheid bij bedrijven.
“Onze economie is er voor de samenleving – niet andersom. En een samenleving die niet omziet naar de meest kwetsbaren is geen sámenleving. Vanuit Bijbelse naastenliefde dient de overheid een schild voor hen te zijn.”
“We maken werk van een fatsoenlijk bestaansminimum met een vierjaarlijkse herijking en een daling van kinderarmoede.”
DENK uit stevige kritiek op de excessen van het kapitalisme, met name de groeiende ongelijkheid en de macht van grote bedrijven en vermogenden. De partij pleit voor een sterkere rol van de overheid om ongelijkheid te verkleinen, onder meer door hogere belastingen voor grote bedrijven en superrijken, het beperken van marktwerking in de zorg en het beschermen van sociale voorzieningen. Hun visie draait om het herstellen van bestaanszekerheid en het waarborgen van eerlijke bijdragen van de grootste profiteurs van het huidige economische systeem.
DENK wil de ongelijkheid die door het kapitalisme wordt veroorzaakt tegengaan door grote bedrijven en vermogenden zwaarder te belasten. Dit moet zorgen voor een eerlijkere verdeling van welvaart en het financieren van publieke voorzieningen, zonder de lasten bij gewone burgers te leggen.
“Wij verhogen daarom de winstbelasting voor grote bedrijven en schaffen ondoelmatige belastingvoordelen die de ongelijkheid vergroten af. Binnen de inkomstenbelasting zorgen wij voor een rechtvaardigere verdeling door van superrijken een eerlijke bijdrage te vragen.”
“We verlagen de belasting voor lage- en middeninkomens. Mensen met een heel hoog inkomen of vermogen kunnen een extra bijdrage leveren. Grote bedrijven die flinke winsten maken, gaan een eerlijker deel bijdragen.”
DENK verzet zich tegen het kapitalistische principe van winstmaximalisatie in de zorgsector. De partij wil de marktwerking beperken en commerciële motieven terugdringen, zodat zorggeld daadwerkelijk ten goede komt aan patiënten en niet aan aandeelhouders of bestuurders.
“Met een uitbreiding van het winstverbod zorgen wij ervoor dat geld beschikbaar blijft voor de zorg. We gaan ook de activiteiten van commerciële partijen beperken die de zorg alleen maar gebruiken om geld te verdienen.”
“We gaan de marktwerking in de zorg beperken met meer marktmeesterschap. Door verplichte transparantie maken we inzichtelijk hoe het geld van zorgverzekeraars wordt besteed. We leggen de winsten van zorgverzekeraars wettelijk aan banden, gaan bonussen voor bestuurders tegen en willen dat reserves meer ingezet worden voor premieverlagingen.”
DENK ziet het kapitalisme als oorzaak van groeiende bestaansonzekerheid en pleit daarom voor een sterke verzorgingsstaat. Sociale uitkeringen moeten meestijgen met de prijzen, en het sociale stelsel moet worden beschermd tegen bezuinigingen.
“Wij staan voor een stevig sociaal stelsel. Werkloosheidsuitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden.”
“Wij willen een sterke verzorgingsstaat met dienstverlening van de hoogste kwaliteit voor alle Nederlanders. Wij zetten in op een overheid die de maatschappelijke ongelijkheid de komende periode fors verkleint.”
De SP ziet het kapitalisme als de kern van maatschappelijke problemen zoals ongelijkheid, klimaatcrisis en de concentratie van macht en rijkdom. Hun belangrijkste voorstellen zijn het terugdringen van kapitalistische principes door democratisering van bedrijven, hogere belastingen op kapitaal en grote vermogens, en het collectief organiseren van essentiële voorzieningen. De partij pleit voor structurele hervormingen die de macht van kapitaal beperken en de positie van de werkende klasse versterken.
De SP stelt dat het kapitalisme, met zijn focus op winstmaximalisatie, leidt tot ongelijkheid, uitbuiting en milieuproblemen. Zij willen het kapitalisme terugdringen om sociale rechtvaardigheid en duurzaamheid te bevorderen.
“Een crisis die in zijn kern veroorzaakt wordt door het kapitalisme. Want zolang winst boven alles gaat, blijft het kapitalisme de bron van deze crisis en moeten we het kapitalisme dus terugdringen om ons klimaat en onze toekomst te redden.”
De SP wil de macht van aandeelhouders en bestuurders beperken door werknemers meer zeggenschap en winstdeling te geven, als tegenwicht tegen kapitalistische bedrijfsvoering.
“Werknemers krijgen recht op een deel van de winst. Zonder werkende mensen is er immers geen winst. Niet alleen bestuurders en aandeelhouders, maar ook alle medewerkers krijgen voortaan recht op een deel van de winst.”
“We democratiseren bedrijven. Als eerste stap richting democratische bedrijven stellen we vast dat in het bestuur van een bedrijf altijd ten minste één bestuurder moet zitten die is verkozen door de werknemers die aan hen verantwoording moet afleggen.”
De SP wil de belastingdruk verschuiven van arbeid naar kapitaal en grote vermogens, om zo de ongelijkheid die door het kapitalisme wordt veroorzaakt te verminderen.
“Daarom verhogen we de belasting voor het inkomen uit kapitaal naar het niveau van de inkomstenbelasting, voeren we een miljonairsbelasting in voor vermogens boven 5 miljoen euro en stoppen we met subsidies voor miljardairs.”
“We kiezen ervoor om de lonen te verhogen, belasting op arbeid te verlagen en dit te betalen door de vermogens van de allerrijksten te belasten.”
De SP wil essentiële voorzieningen zoals zorg, wonen en energie uit de markt halen en collectief organiseren, omdat marktwerking en winststreven volgens hen leiden tot hogere kosten en ongelijkheid.
“Door de markt terug te dringen en publieke voorzieningen collectief te organiseren vergroten we de zeggenschap en verlagen we de kosten. Omdat winst voor aandeelhouders niet meer nodig is, kunnen we zaken als woningbouw, zorg, openbaar vervoer, onderwijs, energievoorziening, internet en klimaatinvesteringen goedkoper organiseren.”
Volt neemt afstand van het traditionele kapitalistische model dat draait om vervuiling, uitputting van grondstoffen en goedkope arbeid, en pleit voor een nieuwe economie gebaseerd op duurzaamheid, rechtvaardigheid en samenwerking. Ze willen maatschappelijke waarden belangrijker maken dan economische groei en bedrijven laten bijdragen aan brede welvaart. Concrete voorstellen zijn onder andere het stimuleren van duurzaam en sociaal ondernemerschap, het eerlijk belasten van grote vermogens, en het investeren in innovatie en publieke infrastructuur.
Volt bekritiseert het klassieke kapitalisme vanwege de focus op vervuiling, uitputting en goedkope arbeid, en wil overstappen naar een economie die maatschappelijke waarden centraal stelt. Ze zien het als noodzakelijk om afscheid te nemen van het oude model en te bouwen aan een economie die duurzaamheid, rechtvaardigheid en samenwerking vooropstelt.
“Wij geloven in een economie van brede welvaart, waarin maatschappelijke waarden belangrijker zijn dan economische groei. We durven afscheid te nemen van een oud economisch model dat draait op vervuiling, uitputting van grondstoffen en goedkope arbeid.”
“We bouwen aan een nieuwe economie gebaseerd op duurzaamheid, rechtvaardigheid en samenwerking.”
Volt wil dat grote vermogens en bedrijven eerlijker bijdragen aan de samenleving, in plaats van te profiteren van belastingvoordelen. Dit is een duidelijke breuk met het kapitalistische principe van minimale belastingdruk voor kapitaal.
Volt wil ondernemerschap stimuleren dat niet alleen gericht is op winst, maar ook op maatschappelijke en duurzame doelen. Dit staat haaks op het klassieke kapitalistische winststreven.
“We stimuleren ondernemers die duurzaam, sociaal en innovatief werken.”
“We stimuleren duurzaam ondernemerschap en ondersteunen ondernemers met de ontwikkeling en implementatie van sociaal rechtvaardige, duurzame bedrijfsmodellen met duidelijke toegevoegde waarde voor de maatschappij, zoals steward-ownership.”
D66 erkent de tekortkomingen van het huidige kapitalistische systeem, zoals te veel macht bij grote bedrijven, ongelijkheid in vermogensverdeling en het stellen van private winst boven het publieke belang. Hun belangrijkste voorstellen zijn het progressiever belasten van grote vermogens, het aanpakken van marktmacht en het invoeren van wettelijke zorgplichten voor bedrijven, om zo te zorgen voor een eerlijkere economie waarin maatschappelijke belangen voorop staan.
D66 wil de ongelijkheid die door het kapitalisme ontstaat tegengaan door grote vermogens zwaarder te belasten en erfelijke rijkdom te beperken. Dit moet financiële zekerheid voor iedereen bevorderen en het systeem eerlijker maken.
“Financiële zekerheid mag geen erfelijke luxe zijn, maar is een algemeen recht. Daarom maken we de erf- en schenkbelasting moderner en progressiever. We belasten grote vermogens meer, onder meer met een miljonairsbelasting.”
“belasting op werk en belasting op vermogen oneerlijk verdeeld. Vermogen wordt te veel beloond, terwijl juist werken meer zou moeten lonen.”
D66 ziet te veel macht bij grote bedrijven als een probleem van het kapitalisme, omdat dit leidt tot hoge prijzen, lage kwaliteit en minder innovatie. Ze willen daarom stevig ingrijpen bij te veel marktmacht en eerlijke concurrentie bevorderen.
“Te veel macht bij één bedrijf zorgt voor hoge prijzen, lage kwaliteit en remt innovatie af. Nieuwe ondernemers worden hierdoor buitengesloten. D66 wil eerlijke concurrentie en grijpt stevig in bij te veel marktmacht.”
D66 vindt dat het kapitalisme moet worden begrensd waar private winsten het publieke belang schaden. Ze willen een wettelijke maatschappelijke zorgplicht voor grote bedrijven en een nieuwe rechtsvorm voor maatschappelijke ondernemingen.
“Private winsten mogen niet ten koste gaan van het publieke belang. Voor ondernemers die maatschappelijk ondernemen, is een gelijk speelveld belangrijk. Daarom is een sterke overheid nodig die de spelregels bepaalt waarbinnen bedrijven maatschappelijk verantwoord ondernemen.”
“We voeren een wettelijke maatschappelijke zorgplicht in voor (bestuurders van) grote bedrijven.”
De PVV uit in haar verkiezingsprogramma stevige kritiek op uitwassen van het kapitalisme, met name waar het leidt tot woekerwinsten, private equity en marktwerking in de zorg. De partij pleit voor het weren van private equity uit de zorg, het aanpakken van woekerwinsten, en het terugdringen van marktwerking op essentiële terreinen. De kern van hun visie is dat publieke belangen en betaalbaarheid voor Nederlanders voorop moeten staan, boven winstmaximalisatie en privatisering.
De PVV stelt dat het kapitalisme in de zorg leidt tot woekerwinsten en ongewenste invloed van private equity, wat ten koste gaat van betaalbaarheid en kwaliteit. De partij wil deze vormen van winstbejag weren en de opbrengsten van fraude terug laten vloeien naar de zorg.
De PVV is kritisch op marktwerking in de zorg en wil deze terugdringen, met name waar het publieke belangen schaadt. Dit standpunt adresseert de negatieve gevolgen van doorgeschoten kapitalisme in vitale sectoren.
“Acute zorg uit de marktwerking halen”
De partij benadrukt dat publieke middelen en voorzieningen niet moeten worden aangewend voor winstmaximalisatie, maar voor het welzijn van Nederlanders. Dit is een bredere kritiek op kapitalistische principes in de publieke sector.
De VVD kiest expliciet voor een goed vormgegeven vrije markt en beperkt overheidsingrijpen, waarmee ze het kapitalisme als uitgangspunt nemen voor economische groei en welvaart. De partij wil ondernemers maximale ruimte geven, lage belastingen en minder regels, en ziet de overheid vooral als marktmeester die uitbuiting tegengaat en concurrentie bevordert. Concrete voorstellen zijn het verkleinen van de overheidsinvloed, het stimuleren van ondernemerschap en het beschermen van de vrije markt tegen verstikkende regelgeving.
De VVD stelt dat een goed functionerende vrije markt historisch superieur is aan overheidssturing en wil daarom de invloedsfeer van de overheid beperken. De overheid moet vooral toezien op eerlijke concurrentie en het tegengaan van uitbuiting, maar zich verder terughoudend opstellen. Dit standpunt adresseert de kern van het kapitalisme: economische vrijheid, ondernemerschap en marktwerking als motor voor groei en welvaart.
“Door de invloedsfeer van de overheid klein te houden geven we ruimte aan de goed vormgegeven vrije markt. De overheid als marktmeester gaat uitbuiting tegen en bevordert concurrentie. Dit is de goed vormgegeven vrije markt die het in de geschiedenis altijd beter wist dan de overheid.”
De VVD ziet ondernemers als de drijvende kracht achter economische groei en wil hen maximale ruimte geven door lasten te verlagen en bureaucratie te schrappen. Dit sluit aan bij kapitalistische principes van ondernemerschap, innovatie en individuele verantwoordelijkheid. De partij verzet zich tegen een groeiende overheid en pleit voor voorspelbaar beleid en lage belastingen om investeringen en werkgelegenheid te stimuleren.
“Het stimuleren van groei bestaat uit grote keuzes en kleine maatregelen. Het betekent onszelf onafhankelijker maken van andere landen en vrijhandel stimuleren, maar het betekent ook dat lage belastingen voor ondernemers altijd onze inzet is. We vertrouwen ondernemers, dus schrappen we overbodig papierwerk.”
“De eerste keuze die we moeten maken is het afrekenen met het systeem waarin een groeiende overheid de middenklasse verstikt met belastingen en regels. Dit noemen wij de Haagse herverdelingsmachine.”
De VVD erkent dat het kapitalisme onder druk staat door internationale ontwikkelingen zoals staatssteun en protectionisme. De partij wil daarom vrijhandel bevorderen, maar met "spierballen" om oneerlijke concurrentie tegen te gaan en de Nederlandse economie te beschermen. Dit standpunt adresseert de noodzaak om het kapitalistische systeem te verdedigen tegen externe bedreigingen.
“Vrijhandel staat onder druk door handelstarieven die met de dag veranderen. Steeds meer landen bieden staatssteun aan bedrijven en voeren een actieve industriepolitiek. Economie wordt ingezet als machtsmiddel. Het antwoord op deze ontwikkeling schuilt voor Nederland in het makkelijker maken van zakendoen in Europa en over de grens.”
“Vrijhandel is de motor van onze welvaart, maar in de nieuwe geopolitieke realiteit is handel ook een wapen. Daarom kiest de VVD voor vrijhandel met spierballen.”