De SGP stelt strenge eisen aan integratie: nieuwkomers moeten zich actief aanpassen, snel Nederlands leren en de Nederlandse cultuur en geschiedenis omarmen, met nadruk op christelijke wortels en nationale symbolen. De partij legt de verantwoordelijkheid voor integratie primair bij de migrant, verhoogt de taaleisen, verlengt de naturalisatietermijn en koppelt integratie aan respect voor Joods leven en expliciete afwijzing van antisemitisme. Integratie wordt gezien als voorwaarde voor burgerschap en blijvend verblijf.
De SGP vindt dat succesvolle integratie alleen mogelijk is als nieuwkomers zich aanpassen, Nederlands spreken en kennis nemen van de Nederlandse geschiedenis, symbolen en cultuur. De verantwoordelijkheid ligt bij de migrant, met financiële prikkels en sancties bij onvoldoende inzet.
“Van nieuwkomers mag verwacht worden dat ze zich aanpassen en zo snel mogelijk Nederlands leren en spreken. Daarnaast is meedoen dé sleutel tot een succesvolle integratie.”
“Bij inburgering staat de eigen verantwoordelijkheid voorop, ook financieel. Zij die niet aan de inburgeringsplicht willen voldoen, worden beboet, en als dat kan uitgezet.”
“De termijn voor naturalisatie wordt verlengd naar tien jaar en de taaleis gaat omhoog naar B1-niveau.”
“Het spreken van de Nederlandse taal wordt bevorderd, zeker in de publieke ruimte. Er komt onder andere een taal- en inburgeringsplicht voor mensen met een migratieachtergrond van de tweede en derde generatie, als ze nog onvoldoende Nederlands kunnen spreken.”
“Inburgering dient in ieder geval te leiden tot een basale beheersing van de Nederlandse taal, maar ook tot kennis van historische gebeurtenissen, nationale symbolen (zoals ons volkslied en koningshuis), ons cultureel erfgoed en de manier waarop wij in een rechtsstaat samenleven.”
De SGP koppelt integratie expliciet aan het onderschrijven van christelijke wortels en nationale ‘spelregels’, en wijst progressief-seculiere waarden af als integratievoorwaarde.
“Ons land heeft christelijke wortels. We moeten ons daarvan bewust zijn en ze niet laten doorsnijden door de seculiere waarden van progressief-liberalen. Aan nieuwkomers mogen stevige eisen worden gesteld, zoals het onderschrijven van onze breed gedeelde, nationale ‘spelregels’ en het spreken van de Nederlandse taal.”
“Het betekent geen omarming van progressief-seculiere waarden, zoals abortus of homohuwelijk.”
De SGP maakt bescherming van Joods leven en expliciete afwijzing van antisemitisme tot voorwaarde voor naturalisatie en verblijfsrecht.
“De SGP wil de integratietoets verbreden met vragen over het jodendom, antisemitisme en de plaats van Israël in de wereld.”
“De SGP wil in de wet vastleggen dat aspirant-burgers expliciet afstand doen van antisemitische ideeën (inclusief ontkenning van Israëls bestaansrecht) als voorwaarde voor naturalisatie.”
“Inburgeraars worden, net als in Duitsland, verplicht te ondertekenen het Joodse leven te beschermen. Houden nieuwkomers zich hier niet aan, dan kan dat gevolgen hebben voor hun verblijfsstatus.”
“Bij de inburgering hoort ook dat nieuwkomers weten van het lot dat de Nederlandse Joden in de Tweede Wereldoorlog is overkomen. De SGP wil dat nieuwkomers in het kader van hun inburgering worden verplicht om een bezoek te brengen aan het Nationaal Holocaustmuseum of één van de andere herinneringscentra.”
De SGP wil bij toelating van migranten en asielzoekers nadrukkelijk selecteren op culturele afstand en integratiepotentieel, en koppelt integratieproblemen aan toelatingsbeleid.
“Bij toelating van (arbeids)migranten wordt allereerst gekeken naar werving van Nederlanders en Nederlandstaligen in het buitenland, vervolgens naar mensen met zo min mogelijk culturele afstand tot de Nederlandse samenleving.”
“Het moet mogelijk worden culturele en religieuze achtergrond mee te laten wegen bij asielaanvragen, om integratieproblemen zoveel mogelijk te voorkomen.”
De ChristenUnie ziet integratie als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van nieuwkomers, overheid en samenleving, waarbij beheersing van de Nederlandse taal en het onderschrijven van Nederlandse waarden centraal staan. De partij koppelt integratie aan participatie via werk, vrijwilligerswerk en taalonderwijs, en stelt duidelijke eisen aan nieuwkomers, waaronder arbeidsmigranten. Integratie wordt niet alleen als economisch, maar vooral als sociaal en normatief proces gezien, met nadruk op het respecteren van grondwettelijke en christelijke waarden.
De ChristenUnie stelt dat succesvolle integratie alleen mogelijk is als nieuwkomers de Nederlandse taal beheersen en de participatieverklaring onderschrijven, waarmee ze de waarden van de samenleving accepteren. Dit geldt voor alle groepen migranten, inclusief arbeidsmigranten en gezinsherenigers. De partij benadrukt dat integratie meer is dan economische deelname; het draait om het aanvaarden van de Nederlandse samenleving en haar grondwettelijke en christelijke wortels.
“Voor succesvolle integratie is beheersing van de Nederlandse taal en het onderschrijven van de participatieverklaring essentieel. Integratie vraagt van mensen dat ze niet alleen fysiek, maar ook mentaal verhuizen. Niet alleen onze taal leren, maar ook onze waarden leren kennen en respecteren.”
“Integratie draait niet alleen om economische bijdrage, maar vooral om het aanvaarden van de Nederlandse samenleving, inclusief onze taal, grondwettelijke bepalingen (o.a. vrijheid van meningsuiting, godsdienstvrijheid, respect voor minderheden), geschiedenis, en christelijke wortels van ons land.”
“Het beheersen van de Nederlandse taal, ook door arbeidsmigranten, is daarbij essentieel.”
De partij koppelt integratie direct aan actieve participatie in de samenleving, zoals werk of vrijwilligerswerk, en wil dat taal- en inburgeringstrajecten zo snel mogelijk starten. Ook voor arbeidsmigranten worden voorwaarden aan integratie gesteld, zoals verplichte taallessen en inburgering, om te voorkomen dat zij in een parallelle samenleving terechtkomen.
“Taal- en inburgeringstrajecten worden gecombineerd met een betaalde baan of vrijwilligerswerk en kunnen zo snel mogelijk starten na aankomst in Nederland.”
“Participatie is de voornaamste manier van integratie.”
“Aan verblijfsvergunningen voor niet EU-arbeidsmigranten verbinden we voorwaarden aan integratie, zoals het leren van de Nederlandse taal.”
“Via werkgevers en gemeenten zetten we in op taalonderwijs voor deze groep vanuit de overtuiging dat een goede taalbeheersing noodzakelijk is voor een succesvolle integratie.”
“We stimuleren integratie van studenten via verplichte taallessen en meer studentenkamers in traditionele studentenhuizen, georganiseerd door de ontvangende onderwijsinstellingen.”
De ChristenUnie benadrukt dat integratie een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van overheid, samenleving en nieuwkomers, waarbij van nieuwkomers een morele plicht tot inburgering wordt verwacht. Wie in Nederland wil blijven, moet actief bijdragen aan de samenleving.
“Integratie van nieuwkomers is alleen een succes wanneer overheid, samenleving en nieuwkomers gezamenlijk hun verantwoordelijkheid nemen.”
“Tegelijk rust er op de nieuwkomers een morele plicht om in te burgeren. Dit geldt voor inburgeringsplichtigen, maar ook voor iedereen die Nederland als (tijdelijk) thuis kiest.”
“Iedereen die mee wil doen, hoort erbij. De stelling laat zich echter ook omkeren: wie erbij wil horen, moet meedoen.”
“Wie de keuze maakt om in Nederland te wonen en te blijven, wie burger wil zijn van dit land, draagt zijn of haar steentje bij om aan dit land te bouwen.”
De SP ziet integratie als een gezamenlijke verantwoordelijkheid en plicht voor nieuwkomers en de samenleving, met nadruk op taal, gedeelde waarden en het tegengaan van segregatie. De partij wil dat de overheid weer de regie neemt over integratie, met verplichte taallessen, aandacht voor normen en waarden, en het bevorderen van gemengde scholen en buurten. Integratie wordt gekoppeld aan eerlijke verdeling van opvang, toegang tot werk, en het bestrijden van tweedeling.
De SP vindt dat integratie zowel een recht als een plicht is voor migranten die in Nederland mogen blijven. Taalbeheersing en kennis van Nederlandse normen en waarden zijn essentieel om verschillen te overbruggen en volwaardig deel te nemen aan de samenleving. De overheid moet hierin de regie nemen, in plaats van het overlaten aan particuliere instellingen.
“Wanneer migranten in Nederland mogen (ver)blijven is het van het grootste belang dat zij integreren. Dat is zowel een recht als een plicht.”
“De overheid, bedrijven en onderwijsinstellingen moeten ervoor zorgen dat mensen die hier komen wonen vanaf dag één Nederlands leren.”
“Taal als verdienmodel schaadt integratie. Integratie van migranten en vluchtelingen moet weer een kerntaak van de overheid worden.”
“Naast taal moet er bij de inburgering aandacht zijn voor de vrijheden en de grondwettelijke rechten en plichten die we in ons land kennen.”
De SP wil dat de opvang van vluchtelingen eerlijk wordt verdeeld over alle gemeenten, zodat niet alleen arme buurten en gemeenten de lasten dragen. Dit voorkomt spanningen en bevordert integratie door gemengde buurten te stimuleren.
De partij ziet segregatie op scholen als een groot obstakel voor integratie. Door gemengde scholen te stimuleren en een algemene acceptatieplicht in te voeren, wil de SP dat kinderen van verschillende achtergronden samen opgroeien en leren.
“We bestrijden de tweedeling en segregatie op school en in de buurt, bijvoorbeeld door woningen te bouwen in verschillende prijsklassen.”
“Scholen zijn dé plek waar kinderen samen opgroeien, van elkaar leren en een gezamenlijke toekomst opbouwen.”
“We voeren daarom een algemene acceptatieplicht in.”
De SP stelt dat het belangrijk is dat vluchtelingen en migranten snel kunnen deelnemen aan de samenleving via werk of vrijwilligerswerk. Dit bevordert taalverwerving en financiële zelfstandigheid, en voorkomt isolement.
“We verruimen dus de mogelijkheden om actief te blijven via betaald werk of vrijwilligerswerk. Daardoor leer je ook de taal en kunnen mensen met betaald werk zo ook financieel bijdragen aan de opvang.”
Voor mensen met een grote afstand tot de samenleving, zoals bij taalachterstand, werkloosheid of eergerelateerd geweld, wil de SP gericht beleid om integratie te bevorderen en problemen aan te pakken.
“Specifiek beleid komt er voor mensen met een grote afstand tot onze samenleving, zodat problemen als taal en werkloosheid, maar ook eergerelateerd geweld en genitale verminking, beter kunnen worden aangepakt.”
Het CDA ziet integratie als een wederkerige opdracht waarbij nieuwkomers zich actief moeten inspannen om Nederlands te leren, te werken en deel te nemen aan de samenleving, terwijl de samenleving eerlijke kansen moet bieden. De partij legt nadruk op verplichte inburgering, snelle toegang tot werk, en taalverwerving als sleutel tot succesvolle integratie. Gemeenten, werkgevers en maatschappelijke organisaties krijgen een duidelijke verantwoordelijkheid in het begeleiden en ondersteunen van nieuwkomers.
Het CDA stelt verplichte inburgering en taalverwerving centraal voor statushouders, arbeidsmigranten en hun kinderen, met duidelijke resultaatafspraken en consequenties bij niet-naleving. Taal wordt gezien als de sleutel tot meedoen in de samenleving, en er wordt ingezet op een vroege start van taallessen, ook voor kinderen.
“Statushouders moeten verplicht inburgeren, anders verliezen ze hun status. Kinderen van statushouders volgen verplichte voor- en vroegschoolse educatie, zodat ze snel meedoen op school. Arbeidsmigranten die hier langer blijven, volgen een taaltraject.”
“Gemeenten worden gehouden aan hun plicht om zorg te dragen voor de inburgering van nieuwkomers. Er worden duidelijke resultaatafspraken gemaakt. Gemeenten moeten transparant rapporteren over de voortgang.”
“Voor alle statushouders is het inburgeringsonderwijs verplicht, in het uiterste geval op straffe van verlies van hun status.”
“Taal is dé sleutel tot meedoen in de samenleving: op school, op het werk en in sociale contacten. Daarom willen wij een vroege taalstart die begint tijdens de asielprocedure.”
“Arbeidsmigranten die hier langdurig verblijven, volgen een verplicht taaltraject dat is toegespitst op werk en deelnemen in de samenleving. De werkgever is hiervoor verantwoordelijk.”
Het CDA beschouwt werk als de snelste manier om te integreren en de taal te leren. Daarom pleit de partij voor snelle toegang tot de arbeidsmarkt voor kansrijke asielzoekers en het combineren van taallessen met werkervaring.
“Werk is de snelste manier om de taal te leren. Asielzoekers en statushouders gaan sneller aan het werk.”
“Alle kansrijke asielzoekers moeten na één maand toegang tot de arbeidsmarkt krijgen. Dat kan ook via leer-werktrajecten waarbij taallessen worden gecombineerd met een vakopleiding en werkervaring.”
“We rollen de initiatieven uit het programma ‘Statushouders aan het werk’ nationaal uit, samen met werkgevers, uitzenders en gemeenten.”
Integratie wordt door het CDA gezien als een wederkerige opdracht: nieuwkomers moeten zich inspannen om te integreren, terwijl de samenleving eerlijke kansen moet bieden en maatschappelijke organisaties mede verantwoordelijkheid dragen.
“Integratie is een wederkerige opdracht. Aan nieuwkomers is het de taak – zoals aan alle inwoners van Nederland – om vorm en inhoud te geven aan het democratisch burgerschap. Om zich aan onze wetten en regels te houden, zich actief in te spannen om te integreren en Nederlands te leren. Van de samenleving mag worden verwacht dat ze nieuwkomers eerlijke kansen geeft in het onderwijs, op een baan, en dat ze waar nodig nieuwkomers een extra zetje geeft.”
“We versterken de samenwerking met migrantenorganisaties, kerken en moskeeën zodat zij mede de verantwoordelijkheid dragen voor een succesvolle integratie van nieuwkomers.”
De VVD ziet integratie als een plicht en legt de nadruk op het actief meedoen aan de samenleving, vooral via werk en het onderschrijven van Nederlandse waarden en taal. De partij stelt concrete eisen aan nieuwkomers, zoals verplichte arbeidsparticipatie, hogere taaleisen en het expliciet afwijzen van organisaties die integratie tegenwerken. Integratie wordt niet als vrijblijvend gezien: wie niet wil meedoen of de Nederlandse waarden afwijst, wordt uitgesloten van volwaardige deelname.
De VVD beschouwt werk als het belangrijkste instrument voor succesvolle integratie en wil dat statushouders direct bij huisvesting een leerwerkplek of startbaan krijgen, in plaats van een uitkering. Dit moet voorkomen dat mensen in een uitkering blijven en bevordert actieve deelname aan de samenleving.
“Integreren doe je het beste op de werkvloer. Werk is het allerbelangrijkste instrument om integratie voor elkaar te krijgen en te voorkomen dat mensen afglijden in de criminaliteit of het fundamentalisme.”
“De VVD wil dat elke statushouder direct bij het krijgen van huisvesting een leerwerkplek of startbaan krijgt aangeboden en accepteert, in plaats van direct een uitkering.”
Integratie wordt door de VVD als een duidelijke plicht gezien, waarbij het respecteren van wetten en het versterken van de samenleving centraal staan. Wie de Nederlandse waarden structureel afwijst, heeft volgens de VVD geen toekomst in Nederland.
De VVD stelt het beheersen van de Nederlandse taal als absolute voorwaarde voor integratie en naturalisatie. De taaleis wordt verhoogd en vrijstellingen worden afgeschaft, zodat alleen mensen die voldoende Nederlands spreken Nederlander kunnen worden.
“De Nederlandse taal spreken is cruciaal om vol mee te doen in onze samenleving. Daarom moet iedereen die Nederlander wil worden dat kunnen.”
“Het is onacceptabel dat migranten die onvoldoende Nederlands spreken Nederlander mogen worden. Daarom willen wij de taaleis voor naturalisatie verhogen naar het basisniveau voor de werkvloer.”
De VVD eist dat statushouders en nieuwkomers de Nederlandse cultuur en waarden niet alleen in woord, maar ook in daad onderschrijven voordat zij toegang krijgen tot verdere integratie, zoals huisvesting.
“Statushouders die op azc’s verblijven komen pas in aanmerking voor andere vormen van huisvesting op het moment dat zij zowel in woord als in daad achter de Nederlandse cultuur en waarden staan.”
De VVD wil organisaties die integratie tegenwerken uitsluiten van subsidies en van deelname aan het maatschappelijke debat over integratiebeleid. Ook wordt ingezet op het verbieden van organisaties die radicale, antidemocratische ideologieën verspreiden.
“Organisaties die integratie tegengaan zijn geen gesprekspartners meer in de maatschappelijke dialoog om integratiebeleid te maken.”
“De VVD wil dat de overheid alle juridische ruimte benut, en waar nodig verruimt, om organisaties die een radicale, antidemocratische ideologie verspreiden te kunnen verbieden.”
JA21 vindt dat integratie in Nederland jarenlang is verwaarloosd en stelt dat nieuwkomers zich volledig moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur, normen en waarden. De partij wil strengere eisen voor naturalisatie, inburgering en taalbeheersing, en pleit voor het bevorderen van remigratie bij mislukte integratie. Volgens JA21 is het omarmen van de Nederlandse identiteit een harde voorwaarde voor succesvolle integratie.
JA21 wil dat alleen migranten die bereid zijn de Nederlandse cultuur, wetten en waarden te omarmen, kunnen integreren en Nederlander worden. Ze stellen dat vrijblijvend integratiebeleid heeft geleid tot parallelle samenlevingen en willen daarom de eisen voor naturalisatie en inburgering fors aanscherpen, inclusief een langere verblijfsduur en strengere taaleisen.
“De eisen voor naturalisatie aanscherpen: pas na minstens tien jaar rechtmatig verblijf.”
“De eisen voor het inburgeringsexamen dienen daarom aangescherpt te worden met een nadrukkelijke focus op het integratiepotentieel. Enkel beheersing van de Nederlandse taal en basiskennis over ons land zijn niet voldoende. Wie Nederlander wil worden, moet bereid zijn onze wetten, normen, waarden en cultuur te omarmen.”
“De taaleis in de bijstand aanscherpen en strikt handhaven.”
JA21 vindt dat als integratie niet slaagt, remigratie actief moet worden gestimuleerd. Zij zien remigratie als een oplossing voor het ontstaan van parallelle samenlevingen en het onder druk staan van de Nederlandse cultuur.
“Bevorderen van remigratie bij mislukte integratie: (her)invoering van remigratie-uitkeringen.”
De partij stelt dat de Nederlandse, vrije Westerse cultuur altijd moet prevaleren boven andere culturen, met name de islamitische cultuur. Er is volgens JA21 geen ruimte voor concessies aan ideologieën die haaks staan op de Nederlandse manier van leven.
“De Nederlandse cultuur moet de leidende cultuur in onze samenleving zijn en blijven.”
“Waar culturen botsen, in de praktijk vaak onze vrije Westerse cultuur en de islamitische cultuur, dan prevaleert de Westerse en is er geen ruimte voor concessies.”
“Meer juridische ruimte creëren om naturalisatie af te wijzen bij een gegrond vermoeden van een ideologie die haaks staat op onze manier van leven of het streven naar een parallelle samenleving.”
JA21 erkent dat discriminatie integratie kan belemmeren, maar wijst het idee af dat Nederland een racistisch land is. Kritiek op bepaalde religies of culturen moet volgens hen mogelijk blijven, en integratie is primair de verantwoordelijkheid van de nieuwkomer.
“Wanneer discriminatie het proces van integratie belemmert, dient daartegen opgetreden te worden. JA21 wil geen samenleving waarin mensen louter op grond van hun afkomst of achtergrond worden gehinderd om het beste uit zichzelf te halen en maximaal bij te dragen aan onze maatschappij. Maar met één mythe moet krachtig worden afgerekend: Nederland is geen racistisch land.”
BBB ziet integratie als het strikt naleven van Nederlandse waarden, normen en wetten door migranten, met een nadruk op het voorkomen van parallelle samenlevingen en radicalisering. De partij stelt voor om inburgering direct te koppelen aan asielprocedures, strenger te handhaven op naleving van regels, en schadelijke praktijken actief aan te pakken. Integratie wordt vooral gezien als een voorwaarde voor deelname aan de samenleving, waarbij werk, scholing en respect voor de Nederlandse cultuur centraal staan.
BBB beschouwt het respecteren van Nederlandse normen, wetten en cultuur als essentieel voor integratie, en ziet falende integratie als een risico voor parallelle gemeenschappen en radicalisering. De partij wil strikter toezien op naleving en richt zich op migranten die oprecht willen meedoen.
“Samenleven in Nederland begint bij het respecteren van onze waarden, normen, wetten en omgangsvormen. Dat veronderstelt erkenning van de Nederlandse cultuur en identiteit, die in elke regio een eigen invulling kent. Hoe groter de culturele afstand tot wat ons als samenleving bindt, hoe moeilijker het wordt om samen leefruimte te delen. Als migranten onze wetten, tradities en gebruiken afwijzen of niet naleven, ontstaat het risico van parallelle gemeenschappen en groeit de kans op radicalisering. Falende integratie is de voedingsbodem voor radicalisering.”
“Aanvaarden van de regels van onze democratische rechtsstaat is wezenlijk. Op de naleving daarvan gaan we strikter toezien.”
BBB wil dat inburgeringstrajecten direct starten na voorlopige goedkeuring van een asielaanvraag (buiten de EU), en dat definitieve toelating pas volgt na het succesvol afronden van de cursus. De aanpak moet praktisch zijn en gericht op werk en scholing.
“Inburgeringscursus direct na eerste goedkeuring aanvraag. Zodra de asielaanvraag, die buiten de EUgrenzen wordt gedaan, voorlopig is goedgekeurd, start de asielzoeker met een inburgeringscursus. Pas als die is behaald, wordt de aanvraag definitief goedgekeurd en mag de migrant naar Nederland komen.”
“De huidige bureaucratische inburgering moet op de schop. Er dient een nuchtere aanpak te komen gericht op werk en scholing en die aansluit bij de kennis en vaardigheden van de asielzoeker.”
BBB wil schadelijke praktijken zoals eergerelateerd geweld, vrouwenbesnijdenis en uithuwelijking actief bestrijden, zowel binnen het inburgerings- en integratietraject als via het strafrecht.
“Hier willen we een speciale aanpak in zowel het inburgerings en integratietraject als in het strafrecht.”
BBB ziet vrijwillige terugkeer naar het land van herkomst als een legitieme oplossing voor massaimmigratie en falende integratie, en wil dit actief stimuleren.
“Remigratie stimuleren. Terugkeer naar het land van herkomst kan bijdragen aan oplossingen m.b.t. massaimmigratie en falende integratie. Op remigratie heeft te lang een taboe gerust. Stimuleren van terugkeer hoort te worden opgenomen in het beleid.”
BBB wijst op ernstige integratieproblemen in steden, waar falende integratie leidt tot parallelle samenlevingen en onhoudbare situaties.
“En met name in de steden zorgt falende integratie voor vergaande problematiek en ontstaan parallelle samenlevingen. Dit is oncontroleerbaar en onhoudbaar.”
D66 ziet integratie als een tweezijdig proces waarbij zowel nieuwkomers als de ontvangende samenleving zich moeten inspannen. De partij wil integratiebeleid dat verder gaat dan alleen taallessen, met nadruk op snelle participatie, eerlijke kansen en menselijke opvang. Belangrijke voorstellen zijn directe toegang tot werk en ondersteuning, snellere procedures en een eerlijke verdeling van opvang.
D66 benadrukt dat integratie niet alleen de verantwoordelijkheid is van nieuwkomers, maar ook van de samenleving als geheel. Het beleid moet verder gaan dan alleen taalonderwijs en vraagt actieve inzet van beide partijen om succesvolle integratie te bevorderen.
“D66 voor integratiebeleid dat meer is dan eenrichtingsverkeer of een taalcursus. We vragen inzet van de nieuwkomers en van de ontvangende samenleving.”
D66 wil dat nieuwkomers zo snel mogelijk kunnen meedoen in de samenleving, met directe toegang tot werk en ondersteuning. Tegelijkertijd pleit de partij voor snellere en zorgvuldige procedures, zodat mensen snel weten waar ze aan toe zijn en integratie niet wordt vertraagd door onzekerheid.
“Eerlijke opvang, snel duidelijkheid, meteen meedoen”
“We investeren in opvang met een menselijke maat, eerlijk verdeeld over ons land. De Spreidingswet blijft.”
“D66 wil snellere en zorgvuldige procedures. Door procedures te vereenvoudigen, krijgen mensen sneller duidelijkheid over hun toekomst.”
D66 ziet integratie en opvang als een Europese verantwoordelijkheid en steunt het Europese migratiepact. De partij pleit voor een eerlijke verdeling van asielzoekers over de lidstaten en investeert in stabiele financiering voor opvang en begeleiding.
“We nemen onze verantwoordelijkheid binnen Europa voor asielopvang. We steunen de invoering van het Europese migratiepact in juni 2026 als belangrijke stap naar een eerlijk, humaan en werkend asielsysteem in Europa.”
“Daarbij pleiten we voor een eerlijke verdeling tussen de verschillende lidstaten.”
“We zorgen voor stabiele en voldoende financiering van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA), de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en organisaties die vluchtelingen ondersteunen bij procedures.”
GroenLinks-PvdA ziet snelle en volwaardige integratie van nieuwkomers als essentieel voor zowel de nieuwkomers zelf als de samenleving. De partij wil directe deelname aan de samenleving mogelijk maken via snelle toegang tot taalonderwijs, werk en stabiele huisvesting, en pleit voor het wegnemen van belemmeringen zoals verplichte tewerkstellingsvergunningen. Het doel is dat nieuwkomers snel Nederlands leren, aan het werk kunnen en in contact komen met lokale bewoners, zodat integratie soepel en wederkerig verloopt.
GroenLinks-PvdA wil dat nieuwkomers direct kunnen beginnen met integreren door snelle toegang tot taallessen en werk, zelfs al tijdens de asielprocedure. Dit moet voorkomen dat mensen langdurig aan de zijlijn staan en bevordert hun zelfstandigheid en deelname aan de samenleving.
“Mensen moeten al tijdens hun asielprocedure kunnen deelnemen aan de Nederlandse samenleving. Het huidige asielstelsel maakt dit onmogelijk door asielzoekers continu te laten verhuizen. We plaatsen asielzoekers daarom alvast in een azc in de gemeente waar ze, na inwilliging van hun asielverzoek, als statushouders zullen wonen. We investeren in zinvolle dagbesteding en zelfontplooiing door snellere toegang tot taalonderwijs.”
“Asielzoekers die meer dan zes maanden in de procedure zitten, moeten aan het werk kunnen. Als het perspectief op inwilliging eerder duidelijk is, mogen mensen binnen een maand volledig aan het werk. We schrappen de noodzaak voor een tewerkstellingsvergunning, net als bij Oekraïense vluchtelingen, en brengen werkgevers met asielzoekers en vluchtelingen in contact. Zo faciliteren we de integratie van nieuwkomers én verlichten we de krapte op de arbeidsmarkt.”
“We herzien hoe we omgaan met het vrijstellen van statushouders van hun inburgeringscursus. Statushouders kunnen nu een ontheffing krijgen als ze zeshonderd uur taalles hebben gevolgd en het niveau niet halen. De toegang tot taalles vervalt, terwijl het nog steeds belangrijk is dat mensen Nederlands leren. Wij willen dat taallessen ook na ontheffing worden aangeboden.”
De partij benadrukt het belang van wederzijdse kennismaking tussen nieuwkomers en lokale bewoners om integratie te bevorderen en sociale cohesie te versterken. Dit voorkomt segregatie en vergroot het draagvlak voor opvang.
“We stimuleren daarnaast dat nieuwkomers en lokale bewoners elkaars achtergrond en gewoonten leren kennen.”
“We waarderen vrijwilligers die een onmisbaar steentje bijdragen aan de integratie van vluchtelingen in onze samenleving.”
GroenLinks-PvdA wil de positieve ervaringen met de opvang en integratie van Oekraïense vluchtelingen gebruiken als voorbeeld voor andere groepen, om integratie voor iedereen te verbeteren.
“We passen de goede ervaringen uit de opvang van Oekraïense vluchtelingen toe op de opvang en integratie van andere vluchtelingen.”
Het streven naar snelle integratie van nieuwkomers wordt expliciet als uitgangspunt van het migratiebeleid genoemd, met het oog op zowel het welzijn van nieuwkomers als het behoud van maatschappelijk draagvlak.
“We kiezen voor een efficiënt, rechtvaardig en betaalbaar asielstelsel, waarbij we aandacht hebben voor de snelle integratie van nieuwkomers en behoud van het draagvlak van de ontvangende samenleving.”
BVNL stelt dat integratie van nieuwkomers in Nederland essentieel is en dat deze volledig moet plaatsvinden op basis van het behoud van Nederlandse normen, waarden en cultuur. De partij koppelt integratie aan strenge eisen voor taalbeheersing, aanpassing aan de Nederlandse samenleving, en een restrictief immigratiebeleid, waarbij rechten en voorzieningen afhankelijk worden gemaakt van succesvolle integratie.
BVNL vindt dat nieuwkomers zich volledig moeten aanpassen aan de Nederlandse samenleving en dat de Nederlandse identiteit, cultuur en kernwaarden centraal moeten staan. Integratie wordt gezien als voorwaarde voor het behoud van een harmonieuze samenleving en het tegengaan van parallelle samenlevingen.
“Integratie van nieuwkomers moet voorop staan. Onze vrije normen en waarden moeten koste wat kost behouden blijven. Een sterke, harmonieuze samenleving heeft immers gedeelde waarden als basis.”
“De Nederlandse identiteit, cultuur, burgerschap en daarbij horende kernwaarden moeten worden doorgegeven in het onderwijs.”
“Immigranten die al in Nederland zijn passen zich aan.”
Toegang tot sociale voorzieningen en burgerschapsrechten wordt afhankelijk gemaakt van succesvolle integratie, met nadruk op taalbeheersing en langdurig verblijf. BVNL wil pas na tien jaar verblijf naturalisatie toestaan en koppelt uitkeringen aan het beheersen van de Nederlandse taal.
“Het aanvragen van een Nederlands paspoort kan pas na 10 jaar, in plaats van na 5 jaar.”
“Geen Nederlands willen leren spreken betekent geen bijstandsuitkering. Voor sociale voorzieningen wordt een minimaal niveau van beheersing van de Nederlandse taal vereist.”
“Nieuwkomers hebben pas na 10 jaar arbeidsverleden recht op een bijstandsuitkering.”
FVD stelt dat integratie van migranten in Nederland grotendeels is mislukt en pleit daarom voor een beleid gericht op remigratie in plaats van integratie. De partij wil migranten die niet integreren actief stimuleren terug te keren naar hun land van herkomst, onder meer met remigratiebeurzen en begeleiding, en stelt strenge eisen aan verblijfsvergunningen en toegang tot sociale voorzieningen. FVD ziet het behoud van de Nederlandse cultuur en sociale cohesie als kernpunt en wil daarom de instroom beperken tot alleen tijdelijk toegestane, economisch waardevolle en cultureel compatibele migranten.
FVD stelt dat veel migranten niet of nauwelijks integreren en pleit daarom voor actief remigratiebeleid. Het probleem van gebrekkige integratie wordt gezien als oorzaak van blijvende sociale en economische lasten, waardoor terugkeer naar het land van herkomst wordt gestimuleerd met financiële en praktische ondersteuning.
“Er zijn miljoenen mensen naar Nederland gekomen die vaak niet of nauwelijks integreren. Zij leven in eigen gemeenschappen, spreken de taal slecht en voelen zich weinig verbonden met onze samenleving.”
“We bieden migranten en hun kinderen en kleinkinderen remigratiebeurzen en begeleiding door coaches aan, zodat terugkeer naar hun landen van herkomst haalbaar en aantrekkelijk wordt.”
FVD wil permanente verblijfsvergunningen afschaffen en migranten alleen toelaten als zij aantoonbaar bijdragen aan de samenleving en cultureel compatibel zijn. Dit beleid is bedoeld om te voorkomen dat migranten die niet integreren, structureel in Nederland blijven.
“We schaffen de permanente verblijfsvergunning af. Mensen die een tijdelijke verblijfsvergunning verkrijgen moeten iedere vijf jaar hun nut en noodzaak voor de Nederlandse samenleving bewijzen (vergelijkbaar met het Amerikaanse GreenCard systeem), zodat we hier alleen migranten krijgen die iets komen brengen en niet alleen iets komen halen.”
“We introduceren een streng gereguleerd GreenCard-model voor tijdelijke werkvergunningen, zodat alleen economisch waardevolle migranten - die cultureel compatibel zijn - tijdelijk kunnen werken in Nederland.”
Om integratie van niet-zelfredzame migranten te ontmoedigen, wil FVD de toegang tot sociale voorzieningen beperken en financiële prikkels voor blijvend verblijf wegnemen.
“We laten immigranten pas aanspraak maken op toeslagen en uitkeringen na tien jaar arbeid in Nederland, zodat Nederland niet meer aantrekkelijk is voor gelukszoekers.”
“We voeren een heffing tot 40% in op geld dat migranten naar hun herkomstlanden overmaken... Het frauderen hiermee wordt zwaar bestraft en leidt tot intrekking van de verblijfsvergunning.”
NSC ziet integratie als een verplicht en actief proces waarbij nieuwkomers de Nederlandse taal, waarden en normen moeten omarmen en bijdragen aan de samenleving, met nadruk op werk en taalbeheersing. De partij stelt concrete eisen aan inburgering, zoals een hogere taaleis (B1-niveau), directe toegang tot werk of participatie voor statushouders, en het combineren van werk met inburgering. Integratie wordt niet als vrijblijvend gezien, maar als noodzakelijke voorwaarde voor sociale samenhang en een stabiel Nederland.
NSC wil dat nieuwkomers de Nederlandse taal op B1-niveau beheersen en de principes van de democratische rechtsstaat omarmen. Dit wordt gezien als essentieel voor succesvolle integratie en het bevorderen van sociale samenhang. De partij koppelt burgerschap expliciet aan het kennen van rechten, plichten en het delen van Nederlandse waarden.
“We willen de taaleis voor nieuwkomers aanscherpen naar B1-niveau. Mensen die het Nederlanderschap krijgen, ontvangen daarbij een begrijpelijk geschreven publieksversie van de Grondwet.”
“Het moet voor nieuwkomers en Nederlanders duidelijk zijn wat het betekent om Nederlands staatsburger te zijn: waarden omarmen, de taal spreken, rechten én plichten kennen.”
Werk wordt door NSC als cruciaal gezien voor integratie. Statushouders moeten direct bij inschrijving aan het werk of een participatietraject beginnen, waarbij werken en inburgeren gecombineerd worden. Gemeenten krijgen extra middelen om startbanen te creëren, zodat nieuwkomers sneller kunnen meedoen en zelfredzaam worden.
“Statushouders krijgen bij inschrijving in de gemeente direct een baan of verplicht participatietraject aangeboden zodat ze kunnen meedoen in de samenleving, zelfredzaam worden en integreren. Het wordt makkelijker om werken te combineren met het volgen van een inburgeringstraject. Gemeenten krijgen extra middelen om het aantal startbanen voor statushouders uit te breiden, samen met werkgevers en het onderwijs.”
“Statushouders moeten na inschrijving bij een gemeente direct aan het werk gaan en niet terugvallen in een uitkering. We willen de verplichtingen tot werk en scholing flink aanscherpen en samen met werkgevers het aantal startbanen voor statushouders fors uitbreiden. De belemmeringen om te gaan werken en zo bij te dragen aan onze economie moeten worden weggenomen. Inburgering op de werkplek moet het uitgangspunt zijn.”
Integratie wordt door NSC niet als vrijblijvend gezien, maar als een noodzakelijke bijdrage aan het grotere geheel. Iedereen, ongeacht achtergrond, wordt geacht zich onderdeel te voelen van de samenleving en actief bij te dragen aan sociale samenhang.
De PVV ziet integratie vooral als het beperken van rechten en voorzieningen voor migranten en het ontmoedigen van blijvend verblijf, met nadruk op het beheersen van immigratie en het bevorderen van remigratie. De partij stelt strenge eisen aan taalbeheersing, naturalisatie en verblijfsduur, en wil sociale voorzieningen en huisvesting beperken voor wie niet voldoende geïntegreerd is. Integratie wordt door de PVV primair benaderd als het tegengaan van blijvende aanwezigheid van migranten die niet volledig aan Nederlandse normen voldoen.
De PVV wil dat naturalisatie pas na een lange periode mogelijk is en dat dubbele nationaliteit wordt verboden, om volledige loyaliteit aan Nederland af te dwingen. Dit moet voorkomen dat mensen met een migratieachtergrond zich niet volledig integreren of verbonden blijven met hun herkomstland.
De partij wil sociale voorzieningen zoals bijstand alleen toegankelijk maken voor mensen die de Nederlandse taal spreken, als stimulans tot integratie. Dit beleid is bedoeld om migranten te dwingen zich aan te passen aan de Nederlandse samenleving.
“Geen bijstand voor wie geen Nederlands spreekt”
De PVV wil remigratie actief bevorderen en stelt een vrijwillige regeling voor, waarbij mensen die niet willen integreren of niet loyaal zijn aan Nederland worden aangemoedigd om te vertrekken.
“Bevorderen remigratie”
“De PVV stelt een vrijwillige remigratieregeling in. Wie dit land wil verlaten, krijgt die kans. Geen vertrekpremie, geen beloning, geen douceurtje – maar een vliegticket (enkele reis), bagagehulp en snelle administratieve afhandeling. Voorwaarde is dat men afstand doet van het Nederlanderschap, voorgoed vertrekt en niet meer terugkomt.”
De PVV wil geen overheidsgeld meer besteden aan organisaties die vluchtelingen en migranten ondersteunen bij integratie, omdat zij deze organisaties als onderdeel van een "asielindustrie" zien die integratie niet bevordert maar blijvend verblijf faciliteert.
“Subsidies voor Vluchtelingenwerk en andere ngo’s in de asielindustrie worden stopgezet”
Volt ziet integratie als een wederkerig proces waarbij nieuwkomers actief en gelijkwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving, met nadruk op het benutten van hun talenten en het tegengaan van uitsluiting. De partij stelt voor om integratiemogelijkheden te vergroten door rekening te houden met sociale netwerken, taalvaardigheid en het direct toegankelijk maken van werk en opleidingen voor asielzoekers en statushouders. Volt kiest voor een inclusieve benadering die inzet op solidariteit, het wegnemen van belemmeringen en het benutten van het potentieel van migratie.
Volt wil dat integratiebeleid rekening houdt met bestaande sociale netwerken, taalvaardigheid en andere behoeften van nieuwkomers, zodat zij sneller en effectiever kunnen deelnemen aan de samenleving. Dit moet de kans op succesvolle integratie vergroten en bijdragen aan een onafhankelijk leven.
“Mensen moeten zelf kunnen kiezen in welk land binnen de EU zij hervestigd worden, waarbij er rekening gehouden wordt met betekenisvolle banden met Europese landen en behoeften, zoals bestaande sociale netwerken, taalvaardigheid of medische conditie. Zo worden ook integratiemogelijkheden vergroot.”
Volt wil belemmeringen voor deelname aan de arbeidsmarkt en opleidingen voor nieuwkomers wegnemen, zodat zij vanaf dag één kunnen meedoen en bijdragen aan de samenleving. Dit bevordert hun zelfstandigheid en versnelt het integratieproces.
“We maken het gemakkelijker voor asielzoekers en statushouders om te werken of om betaalde beroepsopleidingen of ontwikkeltrajecten te volgen.”
“Onder het motto ‘recht op werk voor iedereen’, krijgen asielzoekers vanaf dag één een burgerservicenummer (BSN) en de mogelijkheid om te werken, en wordt de Tewerkstellingsvergunning afgeschaft.”
Volt benadrukt dat integratie niet alleen een verantwoordelijkheid is van nieuwkomers, maar van de hele samenleving. Door te investeren in wat mensen verbindt en door discriminatie en uitsluiting actief te bestrijden, wil Volt een samenleving creëren waarin iedereen zich thuis voelt.
“Wij geloven dat alle nieuwkomers het recht toekomt om op een zinvolle manier deel te nemen aan de samenleving. Nederland kan hun vaardigheden, talenten, ervaringen en ideeën inzetten en hen zo in staat stellen een onafhankelijk leven op te bouwen en een bijdrage te leveren aan onze samenleving.”
“Samenleven betekent investeren. In elkaar en in een samenleving waarin iedereen zich thuis voelt, ongeacht wie je bent of waar je vandaan komt.”
BIJ1 verwerpt het traditionele integratiebeleid waarin de nadruk ligt op aanpassing van migranten aan de dominante cultuur. In plaats daarvan pleit de partij voor gelijkwaardigheid, wederzijdse aanpassing en het bevorderen van sociale cohesie door verbinding en inclusie. BIJ1 wil structurele barrières en uitsluiting aanpakken, en ziet integratie als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de hele samenleving.
BIJ1 stelt dat integratie geen eenrichtingsverkeer mag zijn en verzet zich tegen het denken in termen van ‘wij’ en ‘zij’. De partij benadrukt dat sociale cohesie ontstaat door verbinding en ontmoeting tussen mensen met verschillende achtergronden, en niet door het eisen van aanpassing van ‘de ander’ alleen. Dit standpunt adresseert het probleem van uitsluiting en stigmatisering van mensen met een migratieachtergrond.
“De aanpassing mag niet enkel van ‘de ander’ worden verwacht; sociale cohesie is geen eenrichtingsverkeer en ontstaat niet door uitsluiting, maar door verbinding – door de bereidheid van mensen met een verschillende achtergrond om elkaar te ontmoeten en samen te bouwen aan een rechtvaardige toekomst.”
“Wij verzetten ons tegen het denken in termen van ‘wij’ en ‘zij’. De aanpassing mag niet enkel van ‘de ander’ worden verwacht; sociale cohesie is geen eenrichtingsverkeer en ontstaat niet door uitsluiting,”
BIJ1 richt zich op het bestrijden van structurele uitsluiting en discriminatie in plaats van het problematiseren van de culturele achtergrond van migranten. De partij wil onderadvisering, stagediscriminatie en het onnodig problematiseren van gedrag van kinderen van kleur tegengaan, en inclusie als norm stellen in onderwijs en cultuur. Dit standpunt adresseert de institutionele obstakels die integratie belemmeren.
De Partij voor de Dieren (PvdD) ziet integratie als een tweezijdig proces: investeren in de opvang en begeleiding van vluchtelingen én het bevorderen van acceptatie onder de Nederlandse bevolking. Hun belangrijkste voorstellen zijn snelle en humane opvang, directe toegang tot begeleiding, onderwijs en zorg, en het waarborgen van gelijke rechten voor migranten, met nadruk op het tegengaan van discriminatie en het snel laten meedoen van nieuwkomers in de samenleving.
De PvdD wil dat vluchtelingen na het verkrijgen van een verblijfsvergunning snel en volledig kunnen deelnemen aan de maatschappij, met nadruk op goede begeleiding, taalcursussen, zorg en onderwijs. Ze zien integratie als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van zowel nieuwkomers als de ontvangende samenleving, en pleiten voor het actief bevorderen van acceptatie onder de Nederlandse bevolking.
“De Partij voor de Dieren wil investeren in de opvang en integratie van vluchtelingen in Nederland én investeren in de acceptatie van nieuwkomers onder de Nederlandse bevolking. Opvang moet zorgvuldig plaatsvinden. Wanneer mensen elkaar eenmaal kennen, zijn we vaak begripvol en behulpzaam ten opzichte van opgevangen vluchtelingen. De Partij voor de Dieren wil daarom humane opvang met goede begeleiding en snel duidelijkheid over de status van een asielaanvraag. Zodra mensen een verblijfsvergunning krijgen, moeten ze snel en volledig mee kunnen doen in de maatschappij.”
“Mensen die verblijven in een vluchtelingenopvang kunnen zich voortaan ontplooien en hebben recht op goede begeleiding, taalcursussen, zorg en onderwijs.”
De PvdD benadrukt dat integratie alleen kan slagen als migranten gelijke rechten hebben en discriminatie op het gebied van werk, huisvesting en gezondheidszorg actief wordt bestreden. Ze willen wettelijke waarborgen en snelle procedures om uitzichtloosheid te voorkomen.
“Nederland zorgt ervoor dat de rechten van migranten worden gewaarborgd, pakt discriminatie op het gebied van werk, huisvesting en gezondheidszorg aan en gaat xenofobie jegens migranten tegen.”
“We maken een einde aan uitzichtloosheid in vluchtelingenopvangen.”
DENK ziet integratie als een wederzijds proces waarbij nieuwkomers actief ondersteund moeten worden om volwaardig mee te doen in de samenleving, zonder hun eigen identiteit te verliezen. De partij pleit voor meer persoonlijke begeleiding, versnelling van procedures en extra investeringen in inburgeringstrajecten, met nadruk op menswaardigheid en het wegnemen van praktische belemmeringen. DENK verwerpt dwang en uitsluiting en kiest voor een mensgerichte, inclusieve benadering.
DENK vindt dat nieuwkomers vaak verdwalen in het systeem en onvoldoende begeleiding krijgen, wat hun integratie belemmert. Daarom wil de partij dat elke inburgeraar vanaf dag één een persoonlijke begeleider krijgt die hen door het hele traject helpt, zodat zij sneller en effectiever kunnen deelnemen aan de samenleving.
“DENK wil dat elke inburgeraar wordt ondersteund met een persoonlijke begeleider die meeloopt van dag één tot afronding van het traject.”
Volgens DENK is het huidige inburgeringsbeleid te bureaucratisch en ontoereikend. De partij wil structureel meer middelen voor gemeenten om kleinschalige, taalrijke en mensgerichte trajecten in te kopen, en de werkdruk van taalcoaches en klantmanagers verlagen om echte begeleiding mogelijk te maken.
“Gemeenten krijgen structureel meer middelen om kleinschalige, taalrijke en mensgerichte trajecten in te kopen. Wij zetten ons in om de werkdruk van taalcoaches en klantmanagers te verlagen om zo ruimte te maken voor echte begeleiding.”
DENK signaleert dat trage procedures en achterstanden nieuwkomers belemmeren om snel te integreren. De partij wil investeren in de IND, het COA en gemeentelijke uitvoering om procedures te versnellen, zodat vluchtelingen snel de noodzakelijke documenten en registraties krijgen om mee te doen.
“We investeren in de IND, het COA en gemeentelijke uitvoering om procedures te versnellen. Vluchtelingen krijgen zo snel mogelijk de noodzakelijke documenten en registraties om mee te kunnen doen, de achterstanden op dit gebied worden snel weggewerkt.”
50PLUS koppelt integratie direct aan migratie en burgerschap, met nadruk op het beheersen van migratiestromen en het stellen van duidelijke eisen aan nieuwkomers. De partij stelt als kernvoorwaarde voor integratie dat nieuwe Nederlanders de Nederlandse taal beheersen en benadrukt dat rechten gepaard gaan met plichten. Concrete voorstellen zijn onder meer het verplicht stellen van taalbeheersing voor naturalisatie en het beperken van rechten voor wie niet voldoet aan integratie-eisen.
50PLUS ziet beheersing van de Nederlandse taal als een essentiële voorwaarde voor succesvolle integratie en het verkrijgen van het Nederlanderschap. Hiermee wil de partij waarborgen dat nieuwkomers kunnen deelnemen aan de samenleving en hun verantwoordelijkheden nemen.
“Voorwaarde om Nederlander te worden is dat men de Nederlandse taal beheerst.”
De partij benadrukt dat integratie niet alleen rechten, maar ook plichten met zich meebrengt voor nieuwe Nederlanders. Dit standpunt onderstreept het belang van actieve deelname aan de samenleving en het naleven van de regels.
“Nieuwe Nederlanders hebben behalve rechten ook plichten.”