BVNL wil inflatie tegengaan door structurele belastingverlagingen, het schrappen van accijnzen en het fors beperken van overheidsuitgaven. De partij ziet hoge belastingen, accijnzen en overheidsuitgaven als belangrijke oorzaken van prijsstijgingen en verminderde koopkracht. Door lasten te verlagen en de overheid te verkleinen, wil BVNL de koopkracht van burgers beschermen en de inflatiedruk verminderen.
BVNL stelt dat het verlagen van belastingen en accijnzen direct bijdraagt aan het tegengaan van inflatie, omdat het de koopkracht van burgers vergroot en prijsstijgingen afremt. De partij pleit voor structurele verlagingen, niet voor tijdelijke maatregelen, en wil accijnzen op energie en brandstoffen drastisch omlaag brengen.
“BVNL wil permanente belasting- en accijnsverlagingen om de koopkracht te verbeteren.”
“De accijnzen op benzine, gas en diesel moeten drastisch omlaag. Ook moeten de accijnzen niet als percentage van de verkoopprijs worden berekend, maar worden aangegeven als een vast, nominaal bedrag aan heffing per hoeveelheid.”
“De energiebelastingen worden minimaal verlaagd naar het EU-gemiddelde, maar bij voorkeur nog lager of zelfs helemaal afgeschaft.”
“De accijnzen op brandstoffen gaan omlaag, minimaal naar het EU-gemiddelde.”
BVNL ziet hoge overheidsuitgaven als inflatoir en wil daarom het overheidsapparaat verkleinen en de jaarlijkse kosten structureel verlagen. Door minder geld uit te geven, wil de partij voorkomen dat de overheid de economie oververhit en zo inflatie aanjaagt.
“Iedere overheidsdienst wordt jaarlijks verplicht tot 5% kostenreductie, zonder automatische groei van ambtelijke staf of budgetten.”
“De belastingen moeten fors worden verlaagd en er moet substantieel gesneden worden in het overheidsapparaat. Minder ambtenaren, minder regels en lagere belastingen.”
“De vlaktaks wordt geleidelijk ingevoerd en er wordt eerst fors gesneden in de overheidsuitgaven.”
BVNL wil de erf- en schenkbelasting afschaffen om te voorkomen dat vermogenstransfers extra worden belast, wat volgens de partij de koopkracht en investeringsruimte van gezinnen en bedrijven vergroot en zo prijsdruk vermindert.
De partij stelt een vlaktaks van circa 25% voor op arbeid en winst, met een hoge belastingvrije voet. Dit moet het belastingstelsel vereenvoudigen, werken lonender maken en de koopkracht verhogen, wat volgens BVNL helpt om inflatie te dempen.
“Invoeren van een vlaktaks met een vast percentage van circa 25% op arbeid en winst en een belastingvrije voet van € 20.000,-. De vlaktaks wordt geleidelijk ingevoerd en er wordt eerst fors gesneden in de overheidsuitgaven.”
“BVNL wil een vlaktaks invoeren van 25% op arbeidsinkomen, winst uit onderneming en winst uit vermogen, met een belastingvrije voet van €20.000,-. Tegelijkertijd worden alle andere belastingen en toeslagen afgeschaft.”
FVD ziet inflatie vooral als gevolg van hoge belastingen, energieprijzen en het Europese monetaire beleid. Hun belangrijkste voorstellen om inflatie tegen te gaan zijn het verlagen van belastingen en accijnzen, het stoppen van klimaatmaatregelen die de kosten verhogen, en het uittreden uit de eurozone om weer controle te krijgen over de eigen munt en inflatie. De kern van hun visie is dat lagere lasten en nationale monetaire soevereiniteit de koopkracht beschermen en prijsstijgingen beperken.
FVD stelt dat hoge belastingen en accijnzen direct bijdragen aan prijsstijgingen en dus inflatie. Door deze lasten te verlagen, willen ze het leven goedkoper maken en de koopkracht van burgers beschermen.
“We verlagen accijnzen, schaffen de BPM af en verlagen de bijtelling, zodat autorijden weer betaalbaar wordt.”
“We verlagen het hoge BTW-tarief naar 19% en het lage BTW-tarief naar 6%, zodat het leven weer goedkoper wordt en horeca, winkeliers en aanbieders van diensten een directe economische impuls ontvangen.”
“We verlagen de accijns op brandstoffen met ten minste 50%, zodat de benzineprijzen naar beneden kunnen en autorijden goedkoper wordt.”
“We verlagen de energiebelastingen naar het niveau van voor het tijdperk Rutte ... zodat de energierekening weer omlaag kan.”
FVD ziet klimaatmaatregelen als een belangrijke oorzaak van stijgende energieprijzen en daarmee inflatie. Door deze plannen te schrappen, willen ze de kosten voor burgers en bedrijven verlagen.
“We stoppen alle klimaatplannen en de €1.000 miljard die we daarmee besparen ... geven we terug aan de hardwerkende Nederlander in de vorm van lastenverlichting.”
“We stoppen volledig met de energietransitie, zodat ons land niet langer wordt opgezadeld met onbetaalbaar en zinloos klimaatbeleid.”
“We schaffen alle klimaatregels, zodat energie weer betaalbaar en betrouwbaar wordt.”
FVD stelt dat de euro en het Europese monetaire beleid bijdragen aan inflatie waar Nederland geen controle over heeft. Door uit de euro te stappen, wil FVD weer zelf kunnen sturen op inflatie en koopkracht.
“We stappen uit de euro, zodat Nederland met een eigen munt weer controle krijgt over de rentevoet, de geldhoeveelheid en de inflatie.”
“Nederland moet terugkeren naar een eigen, stabiele munt, zodat we weer monetair beleid kunnen voeren dat goed is voor onze eigen conjunctuurcyclus, spaartegoeden, handelsbalans en koopkracht.”
FVD wil dat pensioenen automatisch meestijgen met de inflatie, zodat ouderen hun koopkracht behouden ondanks prijsstijgingen.
“We indexeren pensioenen structureel op inflatie, met terugwerkende kracht tot 2015, zodat ouderen hun koopkracht behouden.”
D66 wil inflatie tegengaan door structureel de kosten van wonen, energie en het dagelijks leven te verlagen, vooral voor mensen met lage en middeninkomens. De partij zet in op meer betaalbare woningen, lagere lasten via belastingmaatregelen, verhoging van het minimumloon en het vervangen van het toeslagenstelsel door een individueel basisbedrag. Zo wil D66 bestaanszekerheid vergroten en voorkomen dat prijsstijgingen mensen in financiële problemen brengen.
D66 ziet het tekort aan betaalbare woningen en hoge woonlasten als belangrijke aanjagers van inflatie voor huishoudens. Door fors te investeren in sociale huur, middenhuur en betaalbare koopwoningen, en de btw op nieuwbouw te verlagen, wil D66 de woonlasten structureel drukken. Ook wordt ingezet op verduurzaming en isolatie om energiekosten te verlagen.
“Investeren we grootschalig in de sociale huur, de middenhuur en betaalbare koop. Voor de bouw van sociale huur en middenhuur gaat de btw omlaag, zodat het aantrekkelijker wordt om betaalbare huizen te bouwen.”
“We starten een grootschalig isolatieplan: vóór 2030 verduurzamen we minimaal 1 miljoen huurwoningen.”
“We maken het makkelijker voor mensen om duurzamer te leven, zonder extra maandlasten.”
Om de directe impact van inflatie op huishoudens te beperken, wil D66 de elektriciteitsrekening verlagen en de inkomstenbelasting in de eerste en tweede schijf omlaag brengen. Dit moet ervoor zorgen dat mensen meer geld overhouden ondanks prijsstijgingen.
“We verlagen de elektriciteitsrekening van huishoudens. Zo houden mensen meer geld over en worden ze aangemoedigd minder gas te gebruiken.”
“We steken de opbrengsten helemaal in lagere inkomstenbelasting voor iedereen. Zo heeft iedereen belastingvoordeel en remmen we de stijging van de huizenprijzen af.”
“Als je werkt, heb je recht op een fatsoenlijk salaris. Daarom verlagen we het tarief in de eerste en tweede schijf van de inkomstenbelasting en verhogen we het minimumloon.”
D66 wil het toeslagenstelsel vervangen door een individueel basisbedrag en het minimumloon verhogen. Hiermee wordt het inkomen van mensen beter beschermd tegen inflatie, zodat minder mensen afhankelijk zijn van ingewikkelde regelingen en bestaanszekerheid toeneemt.
“Gaat het toeslagenstelsel drastisch op de schop en komt er een individueel basisbedrag voor terug. Door de verhoging van het minimumloon en van de bijstand die daaraan gekoppeld is, zullen minder mensen afhankelijk zijn van toeslagen.”
“Inkomenssteun moet genoeg zijn om van rond te komen. Het Rijk is daarvoor verantwoordelijk...”
“We verhogen het minimumloon en het minimumjeugdloon. De bijstand stijgt in verhouding mee.”
NSC wil inflatie tegengaan door marktfalen en prijsopdrijving in essentiële sectoren aan te pakken, de koopkracht van pensioenen beter te beschermen, en huur- en energieprijzen te reguleren. Ze stellen concrete maatregelen voor zoals het invoeren van maximumprijzen bij gebrekkige concurrentie, het koppelen van huurverhogingen aan inflatie, en het wettelijk sturen op koopkracht in het pensioenstelsel. De partij richt zich vooral op het beschermen van consumenten tegen buitensporige prijsstijgingen en het waarborgen van bestaanszekerheid.
NSC wil inflatie tegengaan door in te grijpen in markten waar concurrentie ontbreekt en prijzen buitensporig stijgen, bijvoorbeeld door private equity of grote merkfabrikanten. De partij stelt voor om maximumprijzen in te voeren en de toezichthouder ACM meer bevoegdheden te geven om prijsopdrijving te voorkomen.
“We voeren maximumprijzen in voor sectoren waar gebrekkige concurrentie leidt tot buitensporige prijsstijgingen en waar de ACM niet effectief kan ingrijpen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de kinderopvang en dierenartsen, waar private equity de prijzen fors heeft opgedreven.”
“De toezichthouder (ACM) moet actiever en effectiever kunnen optreden. Ook overnames die nu onder de radar blijven, zoals grote bedrijven die kleine concurrenten opslokken, moeten beoordeeld kunnen worden.”
“Grote merkfabrikanten zoals Lay’s en Nutella drijven de prijzen op met inkooprestricties en landgerichte etiketten, waardoor deze producten in Nederland duurder zijn dan in omliggende landen. We pakken deze prijsopdrijving aan door deze beperkingen te verbieden en deze barrières voor grensoverschrijdende handel actief weg te nemen.”
Om inflatie van woonlasten te beperken, wil NSC huurverhogingen in de sociale sector maximaal laten meestijgen met de inflatie, en in de midden- en vrije sector met inflatie plus 1%. Hiermee willen ze huurders beschermen tegen buitensporige huurstijgingen.
“Om huren betaalbaar te houden, worden huurverhogingen in de sociale sector gemaximeerd op inflatie. Voor midden-huur en de vrije sector geldt een maximum van inflatie plus 1%. Zo kunnen we buitensporige huurstijgingen voorkomen en beschermen we huurders tegen hoge woonlasten.”
NSC erkent het inflatierisico voor gepensioneerden en wil dat het nieuwe pensioenstelsel beter stuurt op koopkracht, onder andere door wetgeving en het inzetten van een solidariteitsreserve. Dit moet voorkomen dat pensioenen achterblijven bij prijsstijgingen.
“Inflatierisico is één van de grootste risico’s voor gepensioneerden. Het nieuwe pensioenstelsel moet meer sturen op koopkracht. Hiervoor verkennen meerdere opties, waaronder het inzetten van solidariteitsreserve. Wetgeving voor een betere sturing op koopkracht wordt zo spoedig mogelijk gemaakt.”
“Nieuw Sociaal Contract wil daarom dat in wetgeving veel beter op koopkracht wordt gestuurd zodat gepensioneerden een eerlijk pensioen krijgen.”
NSC wil de energietransitie betaalbaar houden en energieprijzen structureel verlagen, onder meer door een sociaal tarief op de energiebelasting, subsidies voor isolatie, en meer transparantie in de energiemarkt. Dit moet voorkomen dat inflatie via energieprijzen de bestaanszekerheid aantast.
“We voeren een sociaal tarief in op de energiebelasting, waardoor het verwarmen van uw huis goedkoper wordt.”
“We zetten in op een structurele oplossing voor hoge energieprijzen. De energietransitie moet betaalbaar en toegankelijk zijn voor iedereen.”
“In onmisbare markten zoals de energiemarkt moet meer transparantie komen over hoe de prijs is opgebouwd. Consumenten hebben recht op eerlijke informatie, zodat ze prijzen goed kunnen vergelijken.”
GroenLinks-PvdA wil inflatie tegengaan door vaste lasten te verlagen, lonen te verhogen en prijsstijgingen actief te beperken, vooral voor mensen met lage en middeninkomens. De partij kiest voor concrete maatregelen zoals het aan banden leggen van huurverhogingen, het verlagen van zorgpremies, het verhogen van het minimumloon en het ingrijpen bij grote prijsschokken. Hun visie is dat de overheid een actieve rol moet nemen om de koopkracht te beschermen en de kosten van het dagelijks leven beheersbaar te houden.
GroenLinks-PvdA wil de stijging van vaste lasten, zoals huur, zorgpremie en energiekosten, beperken om de directe impact van inflatie op huishoudens te verminderen. Door wettelijke bovengrenzen en lastenverlichting zorgen ze ervoor dat de koopkracht behouden blijft, vooral in tijden van hoge inflatie.
“We beperken de stijging van de huur, en zorgen dat de lonen harder stijgen dan de huren. De zorgpremie gaat omlaag door de zorgkosten op een eerlijkere manier te verdelen. De tickets in het openbaar vervoer worden weer betaalbaar.”
“In tijden van hoge inflatie mogen de huren dan niet te hard stijgen. Om explosieve huurstijgingen te voorkomen, komt er een wettelijke bovengrens aan de toegestane huurstijging.”
“We merken iedere dag dat het leven duurder wordt. Wij maken vaste lasten weer behapbaar: met een lagere energierekening door goede woningisolatie, huurverhogingen aan banden, lagere prijskaartjes in het ov, en een forse verlaging van zowel de zorgpremie als het eigen risico.”
De partij stelt dat het verhogen van lonen en uitkeringen essentieel is om de koopkracht te beschermen tegen inflatie. Door een hoger minimumloon en het koppelen van uitkeringen aan het minimumloon, willen ze voorkomen dat mensen achterblijven bij stijgende prijzen.
“Het minimumloon gaat fors omhoog. We delen de welvaart eerlijk: de AOW en andere uitkeringen stijgen mee, en we strijden tegen armoede.”
“We behouden de koppeling van alle uitkeringen aan het minimumloon, zodat we allemaal vooruit kunnen.”
“Een verhoging van het minimumloon is daarom cruciaal. We verhogen het minimumloon naar 18 euro per uur.”
GroenLinks-PvdA vindt dat de overheid actief moet ingrijpen bij grote prijsschokken, zoals bij energie, om de gevolgen van inflatie voor kwetsbare groepen te beperken. Tijdelijke maatregelen zoals prijsplafonds worden als noodzakelijk gezien.
“De overheid moet daarom actief ingrijpen bij grote prijsschokken. Een goed voorbeeld is het Prijsplafond Energie.”
Om inflatie op de woningmarkt en prijsopdrijving tegen te gaan, wil de partij de hypotheekrenteaftrek stapsgewijs afbouwen. Dit moet de huizenprijzen betaalbaarder maken en speculatie tegengaan.
“Daarom gaan we de huizenprijsstijgingen beperken. De hypotheekrenteaftrek drijft de prijzen op en mensen met de duurste huizen profiteren het meest. Daarom gaan we de hypotheekrenteaftrek stapsgewijs afbouwen.”
De SP wil inflatie tegengaan door directe prijsregulering van basisproducten, het verlagen van belastingen op essentiële goederen en het verhogen van inkomens. De partij stelt maximumprijzen in voor eerste levensbehoeften, verlaagt de btw op basisproducten en verhoogt het minimumloon, zodat de koopkracht van burgers beschermd blijft tegen prijsstijgingen. Hun visie is dat de overheid actief moet ingrijpen om te voorkomen dat bedrijven misbruik maken van inflatie en om bestaanszekerheid te waarborgen.
De SP wil inflatie bij essentiële goederen direct bestrijden door maximumprijzen in te stellen voor basisproducten zoals voedsel, medicijnen, energie en internet. Dit voorkomt dat bedrijven hun prijzen kunstmatig verhogen en beschermt burgers tegen excessieve prijsstijgingen.
“Maximumprijzen voor basisproducten. Te lang hebben bedrijven van de inflatie misbruik gemaakt om enorme prijsverhogingen door te voeren en gigantische winsten te maken. Daarom moeten we de prijzen van basisproduc”
“We gaan de prijzen van basisproducten, zoals gezond eten, medicijnen, energie en internet, controleren, reguleren en blokkeren. In goede samenwerking met de verkopers als het kan, of met overheidsingrijpen als het moet.”
Om de gevolgen van inflatie te dempen, verlaagt de SP de btw op basisproducten en de energiebelasting voor huishoudens en kleine bedrijven. Dit zorgt ervoor dat de kosten voor essentiële goederen minder snel stijgen en mensen meer te besteden houden.
De SP verhoogt het minimumloon en gekoppelde uitkeringen, zodat de koopkracht van werkenden en uitkeringsgerechtigden op peil blijft ondanks inflatie. Dit voorkomt dat mensen door prijsstijgingen in armoede raken.
“Door het minimumloon te verhogen en het minimumjeugdloon af te schaffen zorgen we ervoor dat iedereen die werkt een inkomen krijgt waar je goed van kunt leven.”
“We verhogen het minimumloon direct naar 18 euro per uur en er komt een wettelijke ondergrens van 60 procent van het mediane loon van voltijds werkenden. Alle gekoppelde uitkeringen stijgen mee.”
Om woonlasten niet verder te laten stijgen door inflatie, bevriest de SP de huren en verlaagt automatisch de huur voor slecht geïsoleerde woningen. Zo houden huurders meer geld over en worden zij beschermd tegen inflatoire druk op de woningmarkt.
JA21 ziet het tegengaan van inflatie vooral als een kwestie van gezond financieel beleid, lagere lasten en het beperken van overheidsuitgaven. De partij wil begrotingsdiscipline, lastenverlaging voor burgers en bedrijven, en een kleinere overheid om zo prijsstijgingen te beperken en de koopkracht te beschermen. Concreet pleit JA21 voor het niet automatisch verhogen van lasten bij tegenvallers, het structureel dekken van uitgaven, en het verlagen van energiebelastingen.
JA21 stelt dat het voorkomen van inflatie begint bij een stabiel en voorspelbaar begrotingsbeleid, waarbij tegenvallers niet direct leiden tot hogere belastingen. Door begrotingsdiscipline en het beperken van niet-noodzakelijke uitgaven wil de partij prijsstijgingen dempen en de koopkracht beschermen.
“Dat tegenvallers niet automatisch lastenverhoging betekenen. Begrotingsdiscipline staat voorop. De eerste stap is het versoberen of temporiseren van niet-kernuitgaven.”
“Ons houden aan de Europese begrotingsregels. Dat betekent een houdbare staatsschuld onder de 60% van het bbp zodat er bij crises voldoende begrotingsruimte is om in te grijpen, en een begrotingstekort dat onder de 3% blijft.”
“Stabiel en voorspelbaar begrotingsbeleid met helderheid voor burgers, bedrijven en investeerders. Geen terugwerkende kracht en geen plotselinge stelselwijzigingen.”
JA21 ziet het verlagen van de collectieve lastendruk als essentieel om inflatie te beperken. Door lagere belastingen en minder regeldruk krijgen werkenden en ondernemers meer ruimte, wat volgens de partij de concurrentiepositie versterkt en prijsstijgingen tegengaat.
“Lagere lasten en een kleine overheid. We willen de hoge collectieve lastendruk verlagen en het aantal ambtenaren structureel terugbrengen.”
“Werken en ondernemen laten lonen door de lasten op arbeid structureel te verlagen. We kiezen voor lagere belastingen in plaats van hogere toeslagen.”
Omdat stijgende energiekosten een belangrijke aanjager van inflatie zijn, wil JA21 de energiebelasting en btw op energie verlagen. Dit moet direct de kosten voor huishoudens en bedrijven drukken en zo de inflatie dempen.
BIJ1 wil inflatie tegengaan door de prijzen van essentiële goederen en diensten actief te reguleren en bedrijven die profiteren van prijsstijgingen streng aan te pakken. De partij stelt prijsplafonds, maximumwinstmarges en transparantie-eisen voor, en wil publieke controle over belangrijke sectoren. Zo wil BIJ1 voorkomen dat burgers de dupe worden van stijgende kosten voor basisbehoeften.
BIJ1 wil prijsstijgingen van basisbehoeften direct tegengaan door wettelijke maximumprijzen en winstmarges in te stellen. Hiermee wil de partij voorkomen dat bedrijven misbruik maken van inflatie om hun winsten te verhogen, zodat burgers betaalbaar kunnen blijven voorzien in hun eerste levensbehoeften.
“Daarom introduceren we een prijsplafond voor alle essentiële goederen. Het brood op onze plank is geen middel om prijzen op te drijven.”
“We stoppen graaiflatie (torenhoge winsten maken op levensmiddelen) door bedrijven te verplichten transparant te zijn over hun kostenstructuur en kiezen van prijzen. Onredelijke winsten van bedrijven gaan we zwaar belasten. Er komen wettelijke maximummarges op alle levensmiddelen voor bedrijven in de hele keten.”
“Alles kan gewoon goedkoper door bedrijven aan te pakken die cashen op jouw eerste levensbehoeften. Levensmiddelen als groente, fruit en gezondheidsproducten, maar ook kraanwater en energie worden steeds duurder door bedrijven die expres de prijzen verhogen (‘graaiflatie’). Daar maken we een einde aan met maximumprijzen en maximale winstmarges.”
Door essentiële sectoren als energie, banken en openbaar vervoer volledig in publieke handen te brengen, wil BIJ1 prijsopdrijving en inflatie door marktwerking voorkomen. De partij ziet concurrentie als nadelig voor burgers en wil zo de betaalbaarheid van basisvoorzieningen waarborgen.
“De belangrijke sectoren van de economie komen daarom volledig in publieke handen. Zoals banken, energiebedrijven, netbeheerders, het onderwijs, de zorg en het ov.”
Om de koopkracht te beschermen tegen inflatie, stelt BIJ1 voor om de inkomstenbelasting te verlagen, zodat mensen direct meer geld overhouden. Tegelijkertijd worden vermogensbelastingen voor de rijksten verhoogd.
“We verlagen de inkomstenbelasting. Zodat mensen direct meer geld overhouden.”
BIJ1 wil het toeslagenstelsel radicaal vereenvoudigen om financiële onzekerheid en bureaucratische drempels te verminderen, waardoor mensen sneller en makkelijker toegang krijgen tot compensatie bij stijgende kosten.
“We maken het stelsel van onze toeslagen radicaal eenvoudiger. Zo voorkomen we toekomstige toeslagenschandalen. En door onnodige trage en ingewikkelde procedures voor toeslagen te bestrijden, besparen we veel geld.”
DENK wil de gevolgen van inflatie voor burgers direct tegengaan door het verhogen van inkomens, het verlagen van lasten en het beperken van prijsstijgingen op essentiële levensbehoeften. De partij kiest voor concrete maatregelen zoals het verhogen van het minimumloon, het verlagen van de BTW op boodschappen, het bevriezen van huren bij te hoge stijgingen en het verhogen van uitkeringen in lijn met de prijzen. Zo wil DENK de koopkracht beschermen en het leven betaalbaar houden, vooral voor lage- en middeninkomens.
DENK wil de koopkracht beschermen door het minimumloon en uitkeringen substantieel te verhogen en deze te koppelen aan de prijsontwikkeling. Dit moet voorkomen dat mensen door inflatie in de problemen komen en hun bestaanszekerheid verliezen.
“Wij willen een eerlijk loon voor alle Nederlanders. Daarom zijn wij voor een verhoging van het minimumloon naar 18 euro per uur.”
“Werkloosheidsuitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden. De koppeling met het minimumloon blijft bestaan.”
Om de directe impact van inflatie op de dagelijkse uitgaven te beperken, wil DENK de prijzen van boodschappen verlagen door prijsmaatregelen en een verlaging van de BTW. Dit moet ervoor zorgen dat essentiële levensmiddelen betaalbaar blijven ondanks prijsstijgingen.
“Wij willen dat de prijzen van boodschappen omlaag gaan. Dit doen wij door het nemen van prijsmaatregelen en het verlagen van de BTW.”
DENK wil voorkomen dat inflatie leidt tot onbetaalbare woonlasten door huren te bevriezen als de stijging te veel op de koopkracht drukt en structureel te reguleren dat huren niet harder stijgen dan inkomens.
“De huren worden bevroren indien de huurstijgingen te veel op de koopkracht van mensen drukken. Op de langere termijn mogen de huren niet harder stijgen dan het inkomen van mensen, zodat huurstijgingen niet drukken op de portemonnee.”
Om de koopkracht te beschermen tegen inflatie, wil DENK de belastingdruk voor lage- en middeninkomens verlagen. Dit geeft mensen meer financiële ruimte bij stijgende prijzen.
“We verlagen de belasting voor lage- en middeninkomens.”
DENK wil huishoudens beschermen tegen inflatie van energiekosten door een energietoeslag voor lage inkomens zolang de prijzen hoog blijven.
“Zolang de energieprijzen op hoog niveau blijven, is een energietoeslag noodzakelijk voor mensen met een laag inkomen.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) ziet het tegengaan van inflatie vooral als het betaalbaar houden van basisbehoeften zoals wonen, energie en inkomen, met speciale aandacht voor kwetsbare groepen. Hun belangrijkste voorstellen zijn het bevriezen van huren, verhogen van het minimumloon en uitkeringen, en het eerlijker maken van het belastingstelsel zodat lage inkomens worden ontzien. De kern van hun visie is dat structurele ongelijkheid en marktmacht de inflatie aanjagen, en dat overheidsingrijpen nodig is om de kosten van levensonderhoud te beheersen.
PvdD wil inflatie tegengaan door de woonlasten structureel te verlagen, onder andere door het bevriezen van huren en het dwingend maximeren van huurprijzen. Dit moet voorkomen dat stijgende huren bijdragen aan de inflatie en het onbetaalbaar worden van wonen.
Door het minimumloon en uitkeringen te verhogen en deze automatisch te laten meestijgen met de mediane lonen, wil PvdD voorkomen dat de koopkracht van mensen achterblijft bij de inflatie. Dit beschermt vooral lage inkomens tegen prijsstijgingen.
“Het minimumloon gaat omhoog naar 18 euro per uur. Het beweegt voortaan automatisch mee met de mediane lonen, met als ondergrens 60% van het mediane inkomen. Uitkeringen zoals de AOW, WIA, Wajong en bijstand stijgen mee.”
PvdD wil de belastingdruk verschuiven van arbeid naar vervuiling en vermogen, en het lage belastingtarief verlagen. Dit moet ervoor zorgen dat mensen met lage inkomens minder last hebben van inflatie doordat hun netto besteedbaar inkomen stijgt.
Om te voorkomen dat stijgende energieprijzen leiden tot inflatie en armoede, wil PvdD kwetsbare huishoudens beschermen tegen afsluiting en zorgen dat huurders niet opdraaien voor energiebesparende investeringen.
“We beschermen kwetsbare huishoudens tegen energiearmoede. Afsluiting van gas en stroom bij betalingsachterstanden wordt verboden. Verhuurders mogen pas huur verhogen na verplichte isolatie van hun woningen, en huurders draaien nooit op voor verplichte energiebesparende investeringen van de verhuurder.”
De SGP erkent inflatie als een probleem dat de koopkracht van gezinnen en kwetsbare groepen aantast en wil deze tegengaan door gericht beleid op eerlijke prijzen, bescherming van het bestaansminimum en het fiscaal rekening houden met inflatie. Hun belangrijkste voorstellen zijn het stimuleren van eerlijke prijzen in de voedselketen, het invoeren van een sociaal energietarief, en het aanpassen van de belasting op vermogen aan de inflatie. De partij legt de nadruk op het beschermen van koopkracht en het voorkomen van excessieve prijsstijgingen, zonder te vervallen in generieke lastenverhogingen.
De SGP wil dat de hele keten verantwoordelijkheid neemt voor eerlijke prijzen, vooral bij boodschappen, en dat de overheid optreedt tegen excessieve prijsstijgingen. Dit moet de directe impact van inflatie op huishoudens beperken, vooral voor kwetsbare groepen.
“De boodschappenprijzen hakken er in menig gezinsportemonnee flink in. De SGP wil dat de hele keten zijn verantwoordelijkheid neemt en zorgdraagt voor eerlijke prijzen die niet veel hoger zijn dan in buurlanden. De overheid verlaagt loonkosten en energieprijzen voor deze bedrijven en geeft de Autoriteit Consument & Markt meer bevoegdheden op te treden tegen excessieve prijsopdrijving.”
Om de gevolgen van stijgende energieprijzen (een belangrijke component van inflatie) te dempen, stelt de SGP een sociaal tarief en een maximum energieprijs voor kwetsbare huishoudens voor.
De SGP wil dat de belasting op vermogen (box 3) wordt gebaseerd op het daadwerkelijk behaalde rendement en dat er zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met inflatie. Dit voorkomt dat spaarders en beleggers door inflatie feitelijk worden uitgehold.
“De belasting op vermogen (box 3) wordt gebaseerd op het daadwerkelijk behaalde rendement. Door de lage rente is de huidige belastingdruk namelijk veel te hoog in relatie tot de opbrengst van bijvoorbeeld spaargeld en onroerend goed. We belasten het rendement als dat liquide is en houden zo veel mogelijk rekening met de inflatie.”
De SGP wil het bestaansminimum periodiek herijken en de koopkracht van minima en gepensioneerden beschermen tegen prijsstijgingen, zodat inflatie niet leidt tot armoede.
De VVD wil inflatie tegengaan door de overheidsuitgaven te beperken en lasten voor werkenden te verlagen, zodat prijsstijgingen worden afgeremd en de koopkracht van de middenklasse beschermd blijft. Ze pleiten voor minder overheidsbestedingen in tijden van hoge inflatie, het verlagen van vaste lasten zoals energiebelasting en accijnzen, en het schrappen van regels die het leven duurder maken. De kern van hun visie is dat werken moet lonen en dat de overheid niet moet bijdragen aan inflatie door haar eigen uitgaven en belastingen te verhogen.
De VVD stelt dat de overheid in tijden van hoge inflatie minder geld moet uitgeven om zo de inflatie af te remmen. Het geld dat hierdoor vrijkomt, willen ze via lagere belastingen teruggeven aan werkenden. Dit moet een automatisch dempend effect op inflatie hebben en de koopkracht van de middenklasse beschermen.
“De VVD wil dat de overheid in tijden van hoge inflatie maatregelen neemt om zelf minder geld uit te geven en zo inflatie af te remmen. Het geld dat zo beschikbaar komt, wordt waar mogelijk via lagere belastingen teruggegeven aan werkenden. Zo ontstaat er een automatisme waarbij inflatie gedempt in plaats van aangewakkerd wordt”
De VVD wil de vaste lasten voor burgers verlagen (zoals energiebelasting en accijnzen) en regels schrappen die het leven duurder maken, om zo direct de prijsdruk voor huishoudens te verminderen. Dit moet ervoor zorgen dat het dagelijks leven betaalbaar blijft ondanks inflatie.
“Niet door een grote, dure overheid op te tuigen en te laten herverdelen, maar door de vaste lasten te verlagen en regels die het leven duurder maken te schrappen”
“We verlagen de brandstofaccijns zodat autorijden betaalbaarder wordt”
“Om ervoor te zorgen dat energie voor huishoudens betaalbaarder wordt, verlagen we de energiebelasting”
De VVD wil dat uitkeringen voortaan meestijgen met de inflatie in plaats van met de lonen, zodat werkenden er relatief meer op vooruitgaan en de automatische loon-prijsspiraal wordt beperkt.
“Voortaan stijgen de uitkeringen, behalve de AOW en regelingen voor arbeidsongeschikten, mee met de inflatie in plaats van met de lonen”
Volt ziet het tegengaan van inflatie vooral als een kwestie van het beschermen van koopkracht via structurele inkomensmaatregelen, zoals een basisinkomen en belastingverlaging op arbeid. Daarnaast wil Volt prijsstijgingen dempen door betaalbaar wonen te bevorderen en de belastingdruk op essentiële goederen en diensten te verlagen. Hun visie richt zich op het versterken van de bestaanszekerheid en het eerlijker verdelen van lasten, zodat inflatie minder hard aankomt bij burgers.
Volt wil inflatie tegengaan door de koopkracht structureel te beschermen met een basisinkomen en lagere belasting op arbeid. Dit moet ervoor zorgen dat stijgende prijzen minder impact hebben op het besteedbaar inkomen van burgers, vooral bij essentiële uitgaven.
“Om de koopkracht van mensen te beschermen, verlagen we de belastingdruk op arbeid en voeren we een basisinkomen in.”
“Er komt een maandelijks basisinkomen dat alle toeslagen vervangt. Dit bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd.”
Volt erkent dat inflatie studeren duurder maakt en wil daarom de basisbeurs verhogen met een inflatiecorrectie, zodat studenten hun koopkracht behouden ondanks prijsstijgingen.
“Zolang de plannen voor een basisinkomen nog niet zijn ingevoerd, verhogen we de basisbeurs conform het voorstel van het SER Jongerenplatform, inclusief inflatiecorrectie.”
Volt wil de prijsdruk op de woningmarkt verlagen, wat een belangrijke factor is in de inflatie, door meer betaalbare woningen te bouwen en speculatie tegen te gaan. Dit moet ervoor zorgen dat woonlasten niet verder stijgen.
“We bouwen de hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait zo snel mogelijk af en verplaatsen de eigen woning stapsgewijs naar box 3. De gestegen maandlasten voor huiseigenaren worden gecompenseerd met een lagere inkomstenbelasting en een basisinkomen. Op deze manier belasten we vermogen meer dan arbeid én dalen de huizenprijzen.”
“Om sneller meer ruimte beschikbaar te maken voor nieuwbouw en de kosten van bouwprojecten en nieuwe woningen te verlagen wil Volt het speculeren met bouwgrond tegengaan.”
50PLUS wil inflatie tegengaan door een combinatie van begrotingsdiscipline, het normaliseren van het monetaire beleid van de ECB en het volledig toepassen van inflatiecorrectie in de inkomstenbelasting. De partij pleit voor een zuiniger uitgavenbeleid van de overheid en het voorkomen van extra lasten voor gepensioneerden, zodat koopkrachtverlies door inflatie wordt beperkt.
50PLUS ziet het beteugelen van overheidsuitgaven en het beperken van het begrotingstekort als essentieel om inflatie te bestrijden. Door minder te besteden en binnen Europese afspraken te blijven, wil de partij bijdragen aan het onder controle krijgen van de inflatie.
De partij vindt dat het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank (ECB) moet worden genormaliseerd om te voorkomen dat Nederland door inflatie en schuldsanering wordt geraakt.
“Het monetaire beleid van de ECB wordt genormaliseerd om te voorkomen dat Nederland met zijn lage staatsschuld wordt meegezogen in een pijnlijke schuldsanering van zwakkere eurolanden.”
Om koopkrachtverlies door inflatie te voorkomen, wil 50PLUS dat de wettelijke inflatiecorrectie volledig wordt toegepast in de inkomstenbelasting.
“Volledige toepassing van de wettelijke inflatiecorrectie in de inkomstenbelasting.”
Het CDA erkent inflatie als een probleem voor de betaalbaarheid van wonen en het dagelijks leven, maar biedt slechts enkele concrete voorstellen die direct gericht zijn op het tegengaan van inflatie. Hun belangrijkste maatregelen zijn het koppelen van sociale huren aan de inflatie en het verlagen van de inkomstenbelasting door de hypotheekrenteaftrek geleidelijk af te bouwen. De kern van hun visie is het bieden van meer financiële zekerheid en het betaalbaar houden van wonen, vooral voor huurders en starters.
Het CDA wil de stijging van sociale huren beperken door deze direct te koppelen aan de inflatie, zodat huurders beschermd worden tegen bovenmatige huurverhogingen. Dit biedt huurders meer zekerheid over hun woonlasten op de lange termijn en voorkomt dat huren sneller stijgen dan de algemene prijsontwikkeling.
“Voor sociale huur kiezen we voor inflatievolgend huurbeleid. Huurders en verhuurders hebben zo voor een lange termijn zekerheid over hun woonlasten.”
Door de hypotheekrenteaftrek geleidelijk af te bouwen en de opbrengsten direct te gebruiken voor verlaging van de inkomstenbelasting, wil het CDA de betaalbaarheid van wonen verbeteren en de koopkracht van huishoudens ondersteunen. Dit moet bijdragen aan het dempen van de effecten van inflatie op het besteedbaar inkomen.
Het CDA benoemt dat bij energiebeleid de impact op lagere inkomens altijd moet worden meegenomen, maar biedt geen concrete, directe maatregelen tegen energie-inflatie. Dit blijft een algemene intentie zonder uitgewerkte voorstellen.
“Bij het maken van energiebeleid moet de impact van maatregelen op lagere inkomens altijd worden meegenomen.”
De PVV wil inflatie tegengaan door de lasten voor burgers direct te verlagen, met name via het schrappen van btw op boodschappen, het instellen van maximumprijzen op essentiële producten en het verlagen van de btw op energie. Hun kernvisie is dat de overheid moet ingrijpen om de kosten van levensonderhoud te drukken, zodat Nederlanders weer kunnen rondkomen. De partij ziet prijsmaatregelen en belastingverlagingen als de belangrijkste middelen om de koopkracht te beschermen tegen inflatie.
De PVV wil de inflatie bij dagelijkse boodschappen tegengaan door de btw op boodschappen volledig af te schaffen. Dit moet de prijzen direct verlagen en de koopkracht van Nederlanders versterken, vooral voor mensen die moeite hebben om rond te komen.
“De PVV wil daarom de btw op boodschappen helemaal schrappen, waardoor de boodschappenkar bijna 10% goedkoper kan worden.”
Om prijsstijgingen van essentiële producten te beperken, stelt de PVV voor om maximumprijzen in te voeren. Dit moet voorkomen dat de prijzen van basisbehoeften door inflatie onbetaalbaar worden.
“Ook willen we op een aantal essentiële basisproducten maximumprijzen instellen. Dit regelen we via de Prijzenwet. Producenten en supermarkten dienen zich hieraan te committeren en de overheid zal daarop toezien.”
De PVV wil de energiekosten verlagen door het btw-tarief op energie fors te verlagen. Dit is bedoeld om de impact van inflatie op de energierekening te beperken en energie betaalbaar te houden voor huishoudens.
“De PVV wil de btw op energie verlagen van 21 naar 9%.”
De partij wil de inflatie in de woonlasten tegengaan door sociale huren direct met 10% te verlagen. Dit moet huurders direct financiële verlichting bieden in een tijd van stijgende prijzen.
“De PVV gaat de sociale huren volgend jaar met 10% verlagen.”
BBB ziet het tegengaan van inflatie vooral als een kwestie van het beperken van lastenverhogingen, het vereenvoudigen van het belastingstelsel en het voorkomen van extra kosten voor burgers en bedrijven. De partij wil geen verhoging van belastingen op sparen, ondernemen of wonen, en pleit voor het afschaffen van nationale koppen op Europees klimaatbeleid die tot hogere prijzen kunnen leiden. BBB richt zich op het stimuleren van koopkracht en het beperken van prijsopdrijvende maatregelen vanuit de overheid.
BBB wil voorkomen dat lastenverzwaringen de koopkracht van burgers en bedrijven verder aantasten, wat inflatie kan aanjagen. Door belastingen op sparen, ondernemen en wonen niet te verhogen, probeert BBB prijsstijgingen te beperken en de bestedingsruimte van huishoudens te beschermen.
“De belastingen op sparen in box 3 en op ondernemen in box 2 niet verhogen. De erf en schenkbelasting zeker niet verhogen. De hypotheekrenteaftrek wordt niet verder beperkt en de (over)waarde van de eigen woning wordt niet belast. AOW-uitkeringen worden niet zwaarder belast.”
BBB stelt voor het belasting- en toeslagenstelsel te vereenvoudigen en vaste bedragen in te voeren, met een hogere belastingvrije voet. Dit moet onzekerheid verminderen, werken lonender maken en de koopkracht versterken, wat indirect helpt om inflatie-effecten op huishoudens te dempen.
“Op korte termijn moet er een eenvoudiger belasting- en toeslagenstelsel met vaste bedragen als toelage in plaats van ingewikkelde regelingen komen. Met ook een hogere belastingvrije voet in plaats van heffingskortingen, zodat werken altijd loont. Dit leidt tot minder onzekerheid.”
BBB wil nationale extra belastingen en heffingen bovenop Europees klimaatbeleid afschaffen, omdat deze de kosten voor bedrijven en consumenten verhogen en zo bijdragen aan inflatie. Door alleen Europese regels te volgen, wil BBB prijsopdrijving voorkomen.
“Het afschaffen van nationale koppen op Europees klimaatbeleid (zoals extra CO₂heffing).”
De ChristenUnie wil inflatie tegengaan door terughoudend te zijn met consumptieve overheidsuitgaven, vooral in tijden van een oververhitte economie. In plaats van het uitdelen van financiële cadeautjes met geleend geld, kiest de partij voor investeringen die de economie op de lange termijn sterker en duurzamer maken, zoals infrastructuur en energienetten. Hun kernvisie is dat solide overheidsfinanciën en gerichte investeringen essentieel zijn om prijsstijgingen te beperken en de economie weerbaarder te maken.
De ChristenUnie stelt dat overheidsuitgaven in een oververhitte economie de inflatie verder kunnen aanjagen. Daarom kiezen ze ervoor om geen extra schulden te maken voor consumptieve bestedingen, maar richten ze zich op investeringen die op termijn renderen. Dit standpunt adresseert direct het risico dat overheidsbeleid zelf inflatie versterkt.
“Een overheid die veel consumptieve uitgaven doet in een oververhitte economie, jaagt de inflatie aan. De ChristenUnie kiest er daarom niet voor om met geleend geld onnodige financiële cadeautjes uit te delen.”
“In tegenstelling tot het huidige kabinet gaan we geen consumptieve uitgaven financieren met meer schuld, maar stoppen we juist geld in investeringen die zich terugverdienen, zoals woningbouw, infrastructuur en energienetten.”
De partij ziet investeringen in infrastructuur, openbaar vervoer en het stroomnet als manieren om de economie structureel te versterken en zo de impact van inflatie op de lange termijn te beperken. Dit is een meer structurele, toekomstgerichte benadering van inflatiebestrijding.
“Liever investeren we in zaken die zich op termijn terugverdienen of de economie weerbaarder en duurzamer maken (zoals infrastructuur, OV en stroomnetten).”