De PVV verwerpt het idee van een inclusief Nederland waarin ruimte is voor diversiteit en verschillende achtergronden. In plaats daarvan pleit de partij voor het centraal stellen van "de Nederlanders", waarbij immigratie, asiel en islamitische invloeden sterk worden beperkt of uitgesloten. De belangrijkste voorstellen zijn een totale asielstop, het sluiten van azc’s, het verbieden van islamitisch onderwijs en het beëindigen van beleid en subsidies die gericht zijn op inclusiviteit of ondersteuning van minderheden.
De PVV stelt expliciet dat Nederland er niet is voor iedereen, maar primair voor "de Nederlanders", en verzet zich tegen beleid dat gericht is op inclusiviteit of het ondersteunen van minderheden. De partij ziet immigratie, asiel en islamitische invloed als bedreigingen voor de Nederlandse identiteit en samenleving, en wil deze daarom zoveel mogelijk beperken of terugdraaien.
“Nederland staat altijd vooraan om anderen te helpen, maar vergeet zijn eigen mensen. De PVV zet de Nederlanders weer op 1!”
“De PVV zet de Nederlanders wél op 1. Wij voeren onmiddellijk een azc-stop in, gaan azc’s sluiten, asielzoekers aan de grens terugsturen, criminele vreemdelingen uitzetten – en Nederland terugveroveren.”
“Onder de PVV wordt Nederland géén groot azc, maar wordt ons land weer van ons. Nederlanders weer op 1!”
De PVV wil een totale asielstop, sluiting van azc’s, en het actief terugsturen van asielzoekers en bepaalde migrantengroepen. Dit beleid is expliciet anti-inclusief en gericht op het beperken van de aanwezigheid van niet-Nederlanders in de samenleving.
“Totale asielstop: alle asielzoekers worden aan de grens geweigerd (artikel 72 VWEU)”
“Geen immigratie uit islamitische landen”
“We gaan azc’s sluiten: alle gemeentelijke besluiten tot de opening, verlenging of uitbreiding van azc’s worden ingetrokken.”
“Naturalisatie pas na 15 jaar legaal verblijf”
“Verbod dubbele nationaliteit: schrappen uitzonderingsgronden”
De PVV wil islamitisch onderwijs verbieden en stelt dat onderwijs en cultuur primair Nederlands moeten zijn, zonder ruimte voor diversiteit of inclusiviteit. Dit is een direct afwijzen van een inclusief Nederland waarin verschillende religies en culturen naast elkaar bestaan.
De PVV wil alle subsidies en beleid gericht op vluchtelingen, asiel, en inclusiviteit stopzetten. Dit onderstreept de afwijzing van een inclusief Nederland en het streven naar een exclusief beleid voor "de Nederlanders".
BIJ1 streeft naar een radicaal inclusief Nederland waarin iedereen, ongeacht afkomst, verblijfsstatus of woonplaats (Europees of Caribisch Nederland), gelijke rechten en toegang tot basisvoorzieningen heeft. De partij wil structurele ongelijkheid en koloniale machtsverhoudingen doorbreken door concrete maatregelen zoals het gelijkstellen van parlementaire macht, het afschaffen van uitsluitende wetten, en het versterken van zelfbeschikking en sociale zekerheid op de Caribische eilanden. BIJ1 koppelt inclusiviteit expliciet aan antiracisme, dekolonisatie en het herstellen van historisch onrecht.
BIJ1 wil dat iedereen in Nederland, ongeacht verblijfsstatus of afkomst, toegang krijgt tot basisvoorzieningen en gelijke rechten. Dit betekent het afschaffen van uitsluitende wetten en het bieden van structurele mogelijkheden voor verblijfspapieren, zodat niemand wordt uitgesloten van deelname aan de samenleving. Dit standpunt adresseert de structurele uitsluiting van migranten en mensen zonder verblijfsstatus en is een kernpunt in hun visie op een inclusief Nederland.
“Iedereen in Nederland heeft recht op basisvoorzieningen. We strijden voor iedere centimeter om alle migranten, migrantengemeenschappen en iedereen die hen bijstaat te beschermen. Migranten en mensen op de vlucht opsluiten en gedwongen deporteren, stopt.”
“Iedereen zonder geldige verblijfsvergunning in Nederland krijgt een structurele, wettelijke mogelijkheid om verblijfspapieren te verkrijgen, ongeacht leeftijd of verblijfsduur. Dit geldt ook voor staatlozen.”
“De Koppelingswet, die mensen zonder verblijfsvergunning uitsluit van voorzieningen, wordt afgeschaft.”
BIJ1 wil de structurele ongelijkheid tussen Europees en Caribisch Nederland opheffen door parlementaire macht gelijk te trekken, sociale zekerheid te harmoniseren en de autonomie van de eilanden te versterken. Dit standpunt adresseert het probleem van koloniale machtsverhoudingen en uitsluiting van Caribische Nederlanders, en is essentieel voor hun visie op een inclusief Nederland.
“Alle parlementen in Nederland krijgen evenveel macht om wetsvoorstellen voor rijkswetten in te dienen. Deze worden voortaan in alle parlementen van de betrokken landen goedgekeurd.”
“Het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden hervormen we in overleg met de eilanden. Het uitgangspunt wordt een nieuw Statuut waar daadwerkelijke gelijkwaardigheid centraal staat.”
“Deze uitkeringen zijn hetzelfde of hoger dan in Europees Nederland. Er is speciaal aandacht voor het feit dat de levenskosten in het Caribische deel van Nederland hoger zijn dan in Europees Nederland.”
BIJ1 koppelt inclusiviteit expliciet aan antiracisme en dekolonisatie, zowel in beleid als in de houding van overheidspersoneel. Dit standpunt adresseert de doorwerking van kolonialisme en racisme in de Nederlandse samenleving en bestuurscultuur, en benadrukt dat een inclusief Nederland niet mogelijk is zonder actief antiracistisch en dekoloniaal beleid.
BIJ1 stelt zelfbeschikking en inclusie centraal, waarbij mensen zelf keuzes maken over hun leven en beleid wordt aangepast om barrières voor deelname weg te nemen. Dit standpunt adresseert het probleem van uitsluiting op basis van handicap, afkomst of andere kenmerken, en verbindt inclusiviteit aan autonomie en toegankelijkheid.
D66 streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen gelijke kansen krijgt en niemand wordt buitengesloten, ongeacht afkomst, geloof, beperking, gender of andere kenmerken. De partij wil uitsluiting en discriminatie actief bestrijden en inclusie verankeren in beleid, met concrete maatregelen op het gebied van zorg, toegankelijkheid en gelijke rechten. D66 legt nadruk op het wegnemen van drempels en het waarborgen van deelname voor alle groepen in de samenleving.
D66 wil dat iedereen in Nederland zichzelf kan zijn en gelijke kansen krijgt, zonder uitzonderingen. Uitsluiting, racisme en discriminatie worden actief bestreden, met speciale aandacht voor minderheden en kwetsbare groepen. Dit standpunt adresseert het probleem van sociale ongelijkheid en discriminatie, en is fundamenteel voor een inclusief Nederland.
“Emancipatie en inclusie zijn geen bijzaak; ze zijn het uitgangspunt voor alles wat we doen. Want wie we ook zijn, hoe we er ook uitzien, van wie we ook houden, wat we ook geloven: iedereen moet zichzelf kunnen zijn en dromen na kunnen jagen.”
“Maar vrijheid bestaat pas als écht als élke Nederlander meetelt, meedoet en zichzelf mag zijn – zonder uitzondering.”
“D66 wil alle vormen van uitsluiting, racisme en discriminatie doorbreken: of het nu gaat om afkomst of geloof (jodenhaat of moslimhaat), huidskleur (zoals anti-zwart of anti-Aziatisch racisme), leeftijd, opleidingsniveau, armoede, beperking, neurodiversiteit (zoals ADHD of autisme), seksuele oriëntatie of genderidentiteit (queerhaat) of omdat iemand een vrouw is.”
D66 wil dat zorg voor iedereen toegankelijk en passend is, ongeacht achtergrond, geslacht, religie of beperking. Het beleid moet rekening houden met verschillen en voorkeuren, zodat niemand wordt buitengesloten van goede zorg. Dit standpunt richt zich op het wegnemen van drempels in de zorg en het bevorderen van gelijke toegang.
“Inclusieve zorg betekent dat iedereen gelijke toegang heeft tot goede en passende zorg. Ongeacht wat je geslacht, gender, religie, seksuele oriëntatie, etniciteit of culturele achtergrond is.”
“D66 wil inclusie in de zorg versterken en goed vastleggen in beleid.”
“D66 vindt het belangrijk dat de zorg rekening houdt met culturele, sociaaleconomische en persoonlijke verschillen.”
D66 vindt dat Nederland volledig toegankelijk moet zijn voor mensen met een fysieke beperking. Dit betekent afdwingbare normen voor toegankelijkheid van gebouwen, vervoer en publieke ruimte, zodat iedereen kan deelnemen aan de samenleving. Dit standpunt adresseert structurele uitsluiting van mensen met een beperking.
“Nederland moet voor iederéén toegankelijk zijn. De afspraken hierover tussen Rijk, provincies en gemeenten moeten zo snel mogelijk worden uitgevoerd. Ook voeren we afdwingbare normen in voor toegankelijkheid, zoals voor gebouwen, vervoer en de publieke ruimte.”
D66 benadrukt dat nieuw beleid in Europees Nederland ook voor Caribisch Nederland moet gelden, tenzij er goede redenen zijn om af te wijken. Dit waarborgt gelijke behandeling en inclusie van alle inwoners van het Koninkrijk, ongeacht geografische ligging.
BBB streeft naar een Nederland waarin alle regio’s en inwoners meetellen, met nadruk op gelijke kansen en verbondenheid tussen stad en platteland. Hun visie op een inclusief Nederland richt zich vooral op regionale gelijkwaardigheid, kansengelijkheid via innovatie, en het bevorderen van integratie door nadruk op Nederlandse taal en waarden. Concrete voorstellen zijn onder meer maatwerk voor regio’s, strenge eisen aan integratie en taalbeheersing, en het stimuleren van brede toegankelijkheid bij innovatie.
BBB wil dat beleid niet alleen op de Randstad gericht is, maar op het hele land, zodat iedereen – ongeacht woonplaats – gelijke kansen krijgt. Dit betekent maatwerk voor regio’s, het waarderen van lokale cultuur, en het tegengaan van het gevoel dat sommige groepen of gebieden worden vergeten.
“BBB staat voor een verbonden Nederland, waarin stad en platteland elkaar aanvullen in plaats van tegenover elkaar staan. Dat betekent: geen beleid voor enkelen, maar eerlijk beleid voor iedereen.”
“Iedereen in Nederland, van Randstad tot Achterhoek en van Heuvelland tot de Wâlden, moet zich veilig, betaalbaar en betrouwbaar kunnen verplaatsen.”
“Elke regio telt!”
BBB ziet innovatie en digitalisering als middelen om inclusie en gelijke kansen te bevorderen. Ze willen dat technologische vooruitgang bijdraagt aan het welzijn en de participatie van alle inwoners, met nadruk op brede toegankelijkheid en het voorkomen van uitsluiting.
“Digitalisering en technologische innovatie bieden immense kansen voor economische groei, inclusie en het creëren van nieuwe banen. Om deze potentie volledig te benutten, is actieve sturing op brede toegankelijkheid en gelijke kansen essentieel.”
“Door regels te toetsen op menselijke maat, eenvoud en begrijpelijkheid, zorgen we ervoor dat de digitale transitie mensen verbindt in plaats van verdeeld.”
BBB koppelt inclusie aan het beheersen van de Nederlandse taal en het respecteren van Nederlandse normen en waarden. Ze stellen strenge eisen aan taalbeheersing en participatie voor nieuwkomers, en willen overheidscommunicatie beperken tot Nederlands en erkende streektalen.
“We gaan veel strenger toezien op het beheersen van de Nederlandse taal. Migranten dienen een verplichte taalcursus te volgen en minimaal B1niveau te behalen.”
“Overheidscommunicatie in eigen taal. Geen Arabische of Turkse folders van de overheid meer door de brievenbus. Want anders leren deze migranten al helemaal geen Nederlands. We stoppen met overheidscommunicatie in andere talen dan het Nederlands, Fries, Engels of streektalen.”
“Samenleven in Nederland begint bij het respecteren van onze waarden, normen, wetten en omgangsvormen. Dat veronderstelt erkenning van de Nederlandse cultuur en identiteit, die in elke regio een eigen invulling kent.”
De Partij voor de Dieren streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen, ongeacht achtergrond of status, volledig kan deelnemen aan de samenleving. Ze willen discriminatie en uitsluiting tegengaan, rechten van migranten en ongedocumenteerden waarborgen, en barrières tot essentiële voorzieningen zoals zorg, onderwijs en huisvesting wegnemen. Concrete voorstellen zijn onder meer het afschaffen van de Koppelingswet, het waarborgen van kinderrechten in de Vreemdelingenwet, en het actief bestrijden van discriminatie en xenofobie.
De PvdD wil dat iedereen, inclusief mensen zonder papieren, toegang heeft tot basisvoorzieningen en niet wordt uitgesloten van de maatschappij. Ze zien het waarborgen van mensenrechten en het tegengaan van discriminatie als essentieel voor een inclusief Nederland.
“We schaffen de Koppelingswet af. Deze wet beperkt of ontneemt ongedocumenteerde mensen toegang tot zorg, onderwijs, onderdak, werk en nog veel meer levensbehoeften.”
“Mensen zonder papieren (“ongedocumenteerden”), worden niet gecriminaliseerd. Hetzelfde geldt voor het helpen van mensen zonder documenten.”
“Nederland zorgt ervoor dat de rechten van migranten worden gewaarborgd, pakt discriminatie op het gebied van werk, huisvesting en gezondheidszorg aan en gaat xenofobie jegens migranten tegen.”
“Kinderrechten, zoals vastgelegd in het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK), worden in de Vreemdelingenwet vastgelegd. Gewortelde kinderen worden niet uitgezet en krijgen een verblijfsvergunning.”
De partij benadrukt dat iedereen, ongeacht achtergrond of status, volledig moet kunnen deelnemen aan de samenleving. Dit betekent het actief bestrijden van uitsluiting en het waarborgen van toegang tot essentiële voorzieningen.
“volledig mee kunnen doen in de maatschappij.”
De PvdD vindt het belangrijk dat kunst, cultuur en media toegankelijk zijn voor alle inwoners van Nederland, niet alleen voor bepaalde groepen of regio’s. Dit draagt bij aan een inclusieve samenleving waarin iedereen zich gerepresenteerd voelt.
“Het budget voor kunst, cultuur en erfgoed wordt verhoogd om de toegankelijkheid ervan voor alle inwoners van Nederland te vergroten. De overheid faciliteert kunst- en cultuuraanbod in heel Nederland, niet alleen in de Randstad.”
De partij wil dat het onderwijs een representatieve afspiegeling is van de samenleving en dat onderwerpen als koloniale geschiedenis en arbeidsmigratie structureel aan bod komen. Dit bevordert wederzijds begrip en inclusie.
“Samenstellers van leermethoden zorgen bij ieder vak voor een representatieve weerspiegeling van de samenleving in hun lesmateriaal. Er worden hierover afspraken gemaakt met uitgeverijen. Diversiteit, inclusie en emancipatie zijn hierbij een aandachtspunt.”
“De koloniale geschiedenis en de geschiedenis van arbeidsmigratie naar Nederland gaan een vast onderdeel uitmaken van het onderwijs en lesmateriaal.”
De ChristenUnie streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen die wil meedoen, erbij hoort, maar benadrukt dat deelname aan de samenleving gepaard moet gaan met het respecteren van Nederlandse taal en waarden. Integratie wordt gezien als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van overheid, samenleving en nieuwkomers, met nadruk op taalbeheersing, participatie en het accepteren van grondwettelijke en culturele fundamenten. Concrete voorstellen zijn onder andere het combineren van inburgeringstrajecten met werk, het stellen van eisen aan naturalisatie, en het beschermen van minderheden.
De ChristenUnie vindt dat een inclusief Nederland alleen mogelijk is als nieuwkomers niet alleen fysiek, maar ook mentaal integreren door de taal te leren en de Nederlandse waarden te respecteren. Integratie is een wederzijdse verantwoordelijkheid: de overheid schept voorwaarden, de samenleving is gastvrij, en nieuwkomers hebben een morele plicht tot inburgering. Dit standpunt adresseert het risico van parallelle samenlevingen en benadrukt binding met de lokale gemeenschap.
“Integratie vraagt van mensen dat ze niet alleen fysiek, maar ook mentaal verhuizen. Niet alleen onze taal leren, maar ook onze waarden leren kennen en respecteren.”
“Iedereen die mee wil doen, hoort erbij. De stelling laat zich echter ook omkeren: wie erbij wil horen, moet meedoen.”
“Integratie draait niet alleen om economische bijdrage, maar vooral om het aanvaarden van de Nederlandse samenleving, inclusief onze taal, grondwettelijke bepalingen (o.a. vrijheid van meningsuiting, godsdienstvrijheid, respect voor minderheden), geschiedenis, en christelijke wortels van ons land.”
De partij stelt dat beheersing van de Nederlandse taal cruciaal is voor succesvolle integratie en deelname aan de samenleving. Dit geldt voor alle groepen nieuwkomers, inclusief arbeidsmigranten, en wordt als randvoorwaarde gezien voor naturalisatie en maatschappelijke participatie.
“Het beheersen van de Nederlandse taal, ook door arbeidsmigranten, is daarbij essentieel.”
“We verwachten van alle Nederlanders een actieve bijdrage aan de maatschappij. Het spreken van het Nederlands en het onderschrijven van de waarden zoals vastgelegd in de grondwet is daarvoor randvoorwaarde.”
Om integratie te versnellen en binding met de samenleving te bevorderen, wil de ChristenUnie inburgeringstrajecten combineren met een betaalde baan of vrijwilligerswerk, direct na aankomst in Nederland.
“Taal- en inburgeringstrajecten worden gecombineerd met een betaalde baan of vrijwilligerswerk en kunnen zo snel mogelijk starten na aankomst in Nederland (bijvoorbeeld via de Meedoenbalies op COA locaties).”
De ChristenUnie wil de eisen voor het verkrijgen van het Nederlanderschap aanscherpen, zodat alleen wie daadwerkelijk integreert en de waarden onderschrijft, Nederlander kan worden. Er is mildheid voor wie wel wil, maar niet kan voldoen.
“Daarom kijken we kritisch naar de bestaande eisen en scherpen we deze waar nodig aan. Het recht op bescherming leidt niet automatisch na een aantal jaar tot het recht op Nederlanderschap. Daarbij zijn we mild voor hen die wel willen, maar niet kunnen.”
Forum voor Democratie (FVD) positioneert zich expliciet tegen het idee van een "inclusief Nederland" zoals dat doorgaans wordt opgevat (diversiteit, multiculturaliteit, gelijke kansen voor alle groepen). In plaats daarvan pleit FVD voor het beschermen en versterken van de Nederlandse cultuur en identiteit, het beperken van immigratie, en het geven van voorrang aan Nederlanders op gebieden als huisvesting. Hun beleid is gericht op exclusiviteit en behoud van nationale homogeniteit, niet op inclusiviteit.
FVD wil expliciet dat Nederlanders voorrang krijgen op sociale voorzieningen en huisvesting, en dat immigratie en naturalisatie sterk worden beperkt. Dit beleid is bedoeld om de Nederlandse identiteit en cultuur te beschermen en sluit het idee van een inclusief Nederland uit, waarbij alle inwoners gelijke kansen krijgen ongeacht achtergrond.
“We stoppen de huisvesting van statushouders in sociale woningen en geven voorrang op wachtlijsten aan Nederlanders.”
“We stoppen volledig met asielopvang in Nederland, investeren in opvang in de regio en stellen illegaal verblijf in Nederland strafbaar. Daarnaast voeren we een tienjarige stop op naturalisaties in, bieden steun voor remigratie naar landen van herkomst en introduceren een GreenCard-systeem voor economisch waardevolle migranten om tijdelijk in Nederland te verblijven.”
“Nederland weer van ons. Forum voor Democratie wil dat Nederlanders zich weer thuis voelen in eigen land. Onze cultuur en identiteit moeten we behouden en versterken.”
FVD stimuleert actief remigratie van migranten en hun nakomelingen, met als doel het verminderen van culturele diversiteit en het behouden van een homogene Nederlandse samenleving. Dit staat haaks op het streven naar een inclusief Nederland.
“We bieden migranten en hun kinderen en kleinkinderen remigratiebeurzen en begeleiding door coaches aan, zodat terugkeer naar hun landen van herkomst haalbaar en aantrekkelijk wordt.”
“We willen stoppen met de massale immigratie en remigratie tot stand brengen zodat ons volk ook in de komende tientallen, honderden jaren als zodanig kan blijven bestaan.”
FVD benadrukt het belang van nationale trots, eigen cultuur en soevereiniteit, en verzet zich tegen internationale invloeden en het opgeven van nationale kenmerken. Dit sluit een inclusief, multicultureel Nederland uit.
“We zien een Nederland voor ons dat weer trots is op de eigen identiteit, de eigen cultuur, taal, industrie, ondernemers, enzovoorts - en dus ook een Nederland dat (als vanzelfsprekend) de eigen soevereiniteit weer herstelt.”
“Het is een kans om terug te grijpen op de waarden die ons land groot hebben gemaakt. Om de dromen van onze voorouders terug te brengen - en deze door te geven.”
JA21 verzet zich expliciet tegen het idee van een "inclusief Nederland" zoals dat vaak in progressieve zin wordt gebruikt. In plaats daarvan legt de partij de nadruk op het beschermen van de Nederlandse identiteit, normen en waarden, en stelt zij strikte eisen aan integratie en naturalisatie. JA21 wil dat nieuwkomers zich volledig aanpassen aan de Nederlandse cultuur en ziet het behoud van een herkenbare, samenhangende samenleving als voorwaarde voor burgerschap.
JA21 vindt dat wie zich in Nederland wil vestigen, zich volledig moet aanpassen aan de Nederlandse cultuur, normen en waarden. De partij wijst het idee van een vrijblijvende, multiculturele samenleving af en stelt strengere eisen aan naturalisatie en inburgering. Dit standpunt is een direct antwoord op het concept van een "inclusief Nederland" waarin ruimte is voor verschillende culturele identiteiten.
“Wie van buiten komt, dient zich aan te passen en in onze samenleving te integreren. Een glashelder uitgangspunt, dat echter decennialang verwaarloosd is. Ongecontroleerde immigratie in combinatie met vrijblijvend - of zelfs volkomen ontbrekend - integratiebeleid, heeft geleid tot het ontstaan van parallelle samenlevingen, het onherkenbaar veranderen van wijken in onze steden en een Nederlandse cultuur die steeds verder onder druk komt te staan.”
“Wie Nederlander wil worden, moet bereid zijn onze wetten, normen, waarden en cultuur te omarmen. Dat is niet te veel gevraagd, dat is wat JA21 betreft niets minder dan een voorwaarde.”
JA21 wil het verkrijgen van het Nederlanderschap moeilijker maken en ziet het paspoort als meer dan een administratief document. De partij wil dat alleen mensen die zich aantoonbaar identificeren met de Nederlandse samenleving en cultuur in aanmerking komen voor naturalisatie.
JA21 wil het aantal mensen dat zich via gezinshereniging in Nederland kan vestigen beperken, en stelt hogere inkomenseisen en leeftijdsgrenzen. Dit beleid is bedoeld om de instroom van mensen met een andere culturele achtergrond te beperken en zo de samenhang van de Nederlandse samenleving te beschermen.
“Het aantal huwelijkspartners dat een persoon gedurende zijn leven kan laten overkomen beperken tot maximaal één.”
“De inkomenseis waaraan de ontvangende partner in Nederland moet voldoen ophogen naar een modaal inkomen.”
“Verhoging van de leeftijdsgrens naar 25 jaar voor beide partners.”
De SGP verwerpt het idee van een inclusief Nederland in de progressief-seculiere zin en pleit juist voor het versterken van de Nederlandse identiteit, taal en cultuur als voorwaarde voor deelname aan de samenleving. Integratie betekent voor de SGP nadruk op beheersing van de Nederlandse taal, kennis van nationale symbolen en het afwijzen van progressieve waarden als norm. Toelating en inburgering van nieuwkomers worden gekoppeld aan culturele en religieuze nabijheid tot de Nederlandse samenleving.
De SGP vindt dat integratie niet draait om het omarmen van progressief-seculiere waarden, maar om het verwerven van de Nederlandse taal, kennis van nationale symbolen en het respecteren van de Nederlandse rechtsstaat. Dit sluit expliciet een brede, inclusieve benadering uit en stelt duidelijke grenzen aan wie en wat als 'inclusief' wordt gezien.
“Het betekent geen omarming van progressief-seculiere waarden, zoals abortus of homohuwelijk. Bij toelating van (arbeids)migranten wordt allereerst gekeken naar werving van Nederlanders en Nederlandstaligen in het buitenland, vervolgens naar mensen met zo min mogelijk culturele afstand tot de Nederlandse samenleving.”
“Inburgering dient in ieder geval te leiden tot een basale beheersing van de Nederlandse taal, maar ook tot kennis van historische gebeurtenissen, nationale symbolen (zoals ons volkslied en koningshuis), ons cultureel erfgoed en de manier waarop wij in een rechtsstaat samenleven.”
“Er komt onder andere een taal- en inburgeringsplicht voor mensen met een migratieachtergrond van de tweede en derde generatie, als ze nog onvoldoende Nederlands kunnen spreken.”
De SGP koppelt toelating van migranten en asielzoekers expliciet aan culturele en religieuze criteria, met als doel een hechte, samenhangende gemeenschap te behouden. Dit staat haaks op een inclusief Nederland waarin diversiteit als waarde wordt gezien.
“Bij toelating van (arbeids)migranten wordt allereerst gekeken naar werving van Nederlanders en Nederlandstaligen in het buitenland, vervolgens naar mensen met zo min mogelijk culturele afstand tot de Nederlandse samenleving.”
“Het moet mogelijk worden culturele en religieuze achtergrond mee te laten wegen bij asielaanvragen, om integratieproblemen zoveel mogelijk te voorkomen.”
“We bouwen immers aan een samenleving die een gemeenschap wil zijn, geen los zand.”
De SGP verzet zich expliciet tegen het gelijkstellen van progressief-seculiere waarden aan de Nederlandse identiteit en wijst deze als norm voor inclusiviteit af.
“Het betekent geen omarming van progressief-seculiere waarden, zoals abortus of homohuwelijk.”
DENK streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen gelijke kansen krijgt, ongeacht afkomst, religie, geslacht of andere kenmerken. De partij wil discriminatie volledig uitbannen, pleit voor cultuursensitieve en inclusieve zorg, en zet in op een onderwijs- en overheidsbeleid dat diversiteit en gelijkwaardigheid centraal stelt. Concrete voorstellen zijn onder meer een discriminatiedeadline, cultuursensitieve zorg als harde eis, en meer aandacht voor diversiteit in het onderwijs.
DENK ziet het uitbannen van discriminatie als bestaansreden en wil dat Nederland daadwerkelijk een samenleving wordt waarin iedereen gelijkwaardig is. Het adresseren van discriminatie is volgens DENK essentieel voor een inclusief Nederland.
DENK vindt dat zorg toegankelijk en passend moet zijn voor iedereen, ongeacht achtergrond. Daarom moet cultuursensitieve en inclusieve zorg een harde eis worden binnen het zorgstelsel en de zorgopleidingen.
DENK wil dat het onderwijs een afspiegeling is van de samenleving en actief bijdraagt aan samenleven in gelijkwaardigheid. Dit betekent meer aandacht voor de diverse achtergronden van leerlingen en het tegengaan van uitsluiting.
“Het onderwijs moet een afspiegeling zijn van onze samenleving en bijdragen aan samenleven in gelijkwaardigheid.”
DENK benadrukt dat Nederland van iedereen is en dat gelijke rechten en kansen voor alle Nederlanders het uitgangspunt moeten zijn. Dit vormt de basis voor hun visie op een inclusief Nederland.
“DENK is opgericht om te strijden voor gelijke rechten voor iedereen. De strijd voor gelijkwaardigheid is ons bestaansrecht.”
NSC ziet een inclusief Nederland als een samenleving waarin iedereen – ongeacht afkomst of verblijfsduur – actief bijdraagt, de Nederlandse taal spreekt en gedeelde waarden omarmt. Ze leggen nadruk op sociale samenhang, wederkerigheid en het bestrijden van discriminatie, met concrete voorstellen voor burgerschapsvorming, taalbeleid en acceptatie van diversiteit. De partij is kritisch op individualisering en wil de Nederlandse identiteit en taal actief beschermen als fundament voor inclusiviteit.
NSC vindt dat een inclusief Nederland alleen mogelijk is als iedereen – nieuwkomers én geboren Nederlanders – zich onderdeel voelt van de samenleving, de taal spreekt en bijdraagt aan het gemeenschappelijke geheel. Ze benadrukken dat sociale samenhang en gedeelde waarden essentieel zijn en niet vanzelfsprekend blijven bestaan.
“Of iemand hier geboren is, later is gekomen of tijdelijk verblijft, we verwachten dat iedereen zich onderdeel voelt van de samenleving en eraan bijdraagt. Nederland is meer dan een optelsom van individuen; het is een gemeenschap die door generaties is opgebouwd.”
“Bijdragen aan het grote geheel is niet vrijblijvend, maar noodzakelijk voor een stabiel en sociaal Nederland.”
De partij stelt dat de Nederlandse taal een cruciale rol speelt in het verbinden van mensen en het bevorderen van inclusie. Ze willen het gebruik van het Nederlands in het onderwijs, op straat en op de werkvloer versterken, en eisen dat internationale studenten taallessen volgen om actief te kunnen deelnemen aan de samenleving.
“We zijn daarom kritisch op ontwikkelingen waarbij de Nederlandse taal naar de achtergrond verdwijnt. Daarom komen we met maatregelen om het Nederlands op straat, op de werkvloer, in de klas en collegezaal weer gangbaar te maken.”
“Universiteiten en hogescholen krijgen de opdracht om structureel voldoende capaciteit te organiseren voor gratis taallessen Nederlands voor internationale studenten. Deze taallessen moeten toegankelijk zijn voor alle studenten die actief willen deelnemen aan de Nederlandse samenleving.”
NSC beschouwt het verbod op discriminatie als fundament van de rechtsstaat en wil alle vormen van discriminatie bestrijden, met expliciete aandacht voor de acceptatie van LHBTI’ers. Dit is volgens hen essentieel voor een samenleving waarin iedereen zich thuis kan voelen.
“Het verbod op discriminatie (art. 1 van de Grondwet) is de basis van de democratische rechtsstaat en een waarborg voor menselijke waardigheid. Dit verbod heeft betrekking op ras, godsdienst en geslacht, maar ook op seksuele diversiteit. We bestrijden alle vormen van discriminatie en zetten ons in voor een volwaardige acceptatie van LHBTI’ers in de samenleving.”
NSC wil dat burgerschapsvorming al op school begint, zodat jongeren leren over rechten, plichten en de betekenis van de Nederlandse samenleving. Dit moet bijdragen aan een inclusieve samenleving met wederzijds begrip en respect.
“Burgerschapsvorming begint al jong. Leerlingen moeten in alle niveaus van onderwijs leren wat het betekent om deel uit te maken van de Nederlandse samenleving.”
De VVD koppelt het idee van een inclusief Nederland expliciet aan het belang van gedeelde normen, waarden en de Nederlandse taal, waarbij meedoen en aanpassen centraal staan. Inclusiviteit betekent voor de VVD niet afkomst of geloof, maar gedrag: iedereen die zich aanpast en bijdraagt, hoort erbij, maar wie zich afkeert van de samenleving of anderen belemmert, wordt uitgesloten. Concrete voorstellen zijn het verhogen van de taaleis voor naturalisatie, het bestrijden van discriminatie, en het eisen van actieve participatie en onderschrijving van Nederlandse waarden.
De VVD stelt dat inclusiviteit in Nederland gebaseerd is op het onderschrijven van Nederlandse normen en waarden, niet op afkomst of religie. Iedereen die zich aanpast en wil meedoen, hoort erbij; wie zich afkeert of anderen belemmert, wordt uitgesloten. Dit standpunt adresseert het probleem van integratie en sociale cohesie, en stelt duidelijke voorwaarden aan deelname aan de samenleving.
“De VVD kijkt niet naar afkomst, maar naar toekomst. Niet naar geloof, maar naar gedrag. Dus iedereen die hier mag blijven, hoort er volwaardig bij. Maar dat geldt niet voor mensen die zich beroepen op cultuur, religie of het verheerlijken van een ander regime, met hun rug naar onze samenleving staan, niet willen meedoen of zelfs anderen onderdrukken. Dan vinden zij ons tegenover zich.”
“Mensen die hier wonen en volop willen meedoen, vinden ons aan hun kant – ongeacht hun afkomst. Niet mee kunnen doen is een probleem dat we graag helpen oplossen. Maar niet mee willen doen, accepteren we nooit.”
“We maken heldere afspraken over integratie: die is niet vrijblijvend, maar een plicht.”
De VVD maakt beheersing van de Nederlandse taal en actieve participatie tot harde voorwaarden voor het verkrijgen van het Nederlanderschap en toegang tot de samenleving. Dit moet voorkomen dat mensen niet kunnen meedoen en bevordert volgens de VVD een inclusieve samenleving waarin iedereen volwaardig kan participeren.
“De Nederlandse taal spreken is cruciaal om vol mee te doen in onze samenleving. Daarom moet iedereen die Nederlander wil worden dat kunnen. Het is onacceptabel dat migranten die onvoldoende Nederlands spreken Nederlander mogen worden. Daarom willen wij de taaleis voor naturalisatie verhogen naar het basisniveau voor de werkvloer.”
“Statushouders die op azc’s verblijven komen pas in aanmerking voor andere vormen van huisvesting op het moment dat zij zowel in woord als in daad achter de Nederlandse samenleving staan.”
De VVD erkent dat discriminatie een belemmering vormt voor inclusie en stelt dat iedereen die zich inspant, gelijke kansen moet krijgen, ongeacht afkomst. Dit standpunt adresseert het probleem van uitsluiting en benadrukt het belang van gelijke behandeling als fundament voor een inclusief Nederland.
“Net zo goed pakken we discriminatie aan. Want als je je best doet, is het onacceptabel dat je op basis van je afkomst minder kansen krijgt.”
De SP streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen gelijke kansen krijgt, ongeacht afkomst, regio of beperking. Ze willen dit bereiken door eerlijke verdeling van voorzieningen, toegankelijke cultuur, gelijke behandeling van Caribisch Nederland, en het bevorderen van integratie en taalvaardigheid. Concrete voorstellen zijn onder meer gratis musea, wettelijke bescherming van regionale talen, gelijke voorzieningen voor Caribisch Nederland, en verplichte taallessen voor nieuwkomers.
De SP vindt dat cultuur en geschiedenis voor iedereen toegankelijk moeten zijn, ongeacht waar je woont of je achtergrond. Dit draagt bij aan een inclusieve samenleving waarin iedereen kan meedoen en zich kan herkennen in het gezamenlijke verhaal van Nederland.
“Onze musea open voor iedereen. Rembrandt en Van Gogh zijn van ons allemaal. Daarom maken we rijksmusea gratis, te beginnen minimaal één dag per week. Ook regionale musea worden minstens één dag per week gratis toegankelijk. Zo kan iedereen genieten van kunst en geschiedenis, waar je ook woont, en zorgen we voor een eerlijke verdeling van cultuursubsidies in heel Nederland.”
De SP erkent de culturele en taalkundige diversiteit binnen Nederland en wil deze actief beschermen. Dit betekent wettelijke bescherming en een plek in het onderwijs en de media voor regionale talen, zodat iedereen zich thuis kan voelen in Nederland.
“Erkenning van onze regionale diversiteit. De culturele rijkdom van Nederland stopt niet bij de deuren van een museum. Het leeft in de talen van onze regio’s en gemeenschappen, zoals bijvoorbeeld het Fries, Nedersaksisch, Limburgs en Papiaments. Wij kiezen voor actieve steun en wettelijke bescherming, met een passende plek in het onderwijs en bij de publieke omroep.”
De SP wil dat inwoners van Caribisch Nederland dezelfde rechten en voorzieningen krijgen als Europeanen in Nederland. Dit is essentieel voor een inclusief Nederland waarin alle burgers gelijkwaardig zijn.
“De Caribische Nederlanden zijn gelijkwaardig aan Nederland. Het huidige Koninkrijk der Nederlanden, met de autonome landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten, gaat samenwerken op basis van gelijkwaardigheid. De bewoners van Saba, Sint Eustatius en Bonaire horen bij ons land en verdienen een gelijkwaardig niveau van hun voorzieningen.”
De SP benadrukt dat integratie essentieel is voor een inclusieve samenleving. Iedereen die in Nederland blijft, moet de taal leren en meedoen. Ook moet de opvang van vluchtelingen eerlijk verdeeld worden over alle gemeenten, zodat niet alleen arme buurten de lasten dragen.
“Wanneer migranten in Nederland mogen (ver)blijven is het van het grootste belang dat zij integreren. Dat is zowel een recht als een plicht. Als je in Nederland mag blijven wonen, dan hoor je ook bij onze samenleving. Om verschillen te overbruggen, je buren te leren kennen of om elkaar aan te spreken, moet je dezelfde taal spreken. De overheid, bedrijven en onderwijsinstellingen moeten ervoor zorgen dat mensen die hier komen wonen vanaf dag één Nederlands leren.”
“Alle gemeenten dragen bij aan de opvang, dus ook de rijkste. De opvang van vluchtelingen moet eerlijk verdeeld worden over gemeenten. Dat lijkt logisch, maar vluchtelingen worden nu vaak opgevangen en gehuisvest in arme buurten en gemeenten.”
50PLUS streeft naar een samenleving waarin ouderen volwaardig kunnen meedoen en zich veilig, gerespecteerd en verbonden voelen, maar hun visie op een "inclusief Nederland" is sterk gericht op de positie van ouderen en minder op brede diversiteit of inclusie van alle bevolkingsgroepen. Hun concrete voorstellen richten zich vooral op digitale inclusie voor ouderen, het bevorderen van veiligheid en verbondenheid, en het stellen van duidelijke eisen aan nieuwkomers rond taal en integratie. De partij koppelt inclusiviteit primair aan het waarborgen van deelname en bescherming van ouderen, niet aan een breed inclusief beleid voor alle groepen.
50PLUS wil dat gemeenten wettelijk verantwoordelijk worden voor de digitale zelfredzaamheid van ouderen, zodat zij niet worden buitengesloten in een steeds digitalere samenleving. Dit moet voorkomen dat ouderen achterblijven en draagt bij aan hun volwaardige deelname aan de maatschappij.
“Digitale inclusie: een gemeentelijke plicht. Gemeenten krijgen de wettelijke taak om digitale inclusie van ouderen te waarborgen. Net zoals gemeenten verantwoordelijk zijn voor de WMO, worden zij ook verantwoordelijk voor de digitale zelfredzaamheid van hun oudere inwoners.”
De partij benadrukt het belang van een samenleving waarin iedereen zich veilig, gerespecteerd en verbonden voelt, maar noemt expliciet de kwetsbaarheid van ouderen. Dit standpunt adresseert sociale inclusie vooral vanuit het perspectief van ouderen.
“50PLUS wil een Nederland waarin iedereen zich veilig, gerespecteerd en verbonden kan voelen; op straat, online, in de wijk en in het hart van de maatschappij.”
50PLUS koppelt het recht om Nederlander te worden aan het beheersen van de Nederlandse taal en benadrukt plichten voor nieuwe Nederlanders. Dit standpunt beperkt inclusie tot wie aan deze voorwaarden voldoet en legt de nadruk op assimilatie.
BVNL positioneert zich expliciet tegen het idee van een inclusief Nederland in de gangbare betekenis van het woord. De partij benadrukt het belang van het behouden van de Nederlandse identiteit en cultuur, stelt assimilatie van immigranten centraal en wijst multiculturele of inclusieve benaderingen af. Concreet pleit BVNL voor het verplicht aanpassen van immigranten aan Nederlandse normen en waarden en het doorgeven van de Nederlandse identiteit via onderwijs.
BVNL verwerpt het idee van een inclusief Nederland waarin verschillende culturen gelijkwaardig naast elkaar bestaan. In plaats daarvan stelt de partij dat immigranten zich volledig moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur en kernwaarden, en dat deze waarden actief moeten worden overgedragen via het onderwijs. Dit standpunt is een reactie op wat BVNL ziet als de afbraak van de Nederlandse identiteit door te veel nadruk op inclusiviteit en multiculturalisme.
“Immigranten die al in Nederland zijn passen zich aan. Dat betekent dat zij de Nederlandse taal spreken, onze normen en waarden onderschrijven en zich houden aan onze wetten en regels.”
“De Nederlandse identiteit, cultuur, burgerschap en daarbij horende kernwaarden moeten worden doorgegeven in het onderwijs.”
“Wie Nederland binnenkomt, past zich aan – niet andersom.”
“Wij tolereren geen afbraak van wat generaties voor ons hebben opgebouwd. Weg met de schaamte voor onze identiteit. BVNL wil een Nederland dat weer trots is op zichzelf.”
Volt streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen gelijke kansen krijgt, ongeacht afkomst, beperking of woonplaats. De partij zet in op concrete maatregelen zoals het recht op inclusieve educatie, directe politieke vertegenwoordiging voor Caribisch Nederland, en het verhogen van het sociaal minimum op de BES-eilanden. Hun visie is gericht op het wegnemen van structurele ongelijkheden en het waarborgen van volwaardige deelname aan de samenleving voor alle groepen.
Volt wil dat kinderen met een beperking daadwerkelijk toegang krijgen tot regulier onderwijs, door barrières weg te nemen en schoolgebouwen toegankelijk te maken. Dit draagt bij aan een samenleving waarin iedereen, ongeacht beperking, volwaardig kan meedoen.
“We pleiten ervoor het recht op inclusieve educatie voor kinderen met een beperking effectief te implementeren, waarbij we inzetten op de toegankelijkheid van bestaande schoolgebouwen.”
Volt erkent de historische ongelijkheid tussen Europees en Caribisch Nederland en wil deze actief aanpakken door directe parlementaire vertegenwoordiging, gelijke sociale rechten en verhoging van het sociaal minimum op de BES-eilanden. Hiermee beoogt Volt een inclusiever Koninkrijk waarin alle burgers gelijkwaardig zijn.
“We zetten ons in voor een toekomst waarin alle delen van ons Koninkrijk gelijkwaardig en toekomstbestendig zijn.”
“Volt wil dat in de Nederlandse Grondwet wordt opgenomen dat de BES-eilanden direct vertegenwoordigd worden in het parlement door middel van geborgde zetels.”
“De armoede op de BES-eilanden is groter dan in Europees Nederland. De sociale uitkeringen zijn er lager en de kosten van levensonderhoud zijn daar hoog, vooral vanwege de hoge prijzen voor voedsel. Wij gaan het sociaal minimum en de uitkeringen op de BES-eilanden verhogen en de kosten van voedsel verlagen.”
GroenLinks-PvdA streeft naar een inclusief Nederland waarin iedereen kan meedoen, ongeacht achtergrond, beperking of regio. Ze willen dit bereiken door een inclusieve arbeidsmarkt, toegankelijke cultuur en gelijke behandeling van alle burgers, met speciale aandacht voor mensen met een beperking en inwoners van Caribisch Nederland. Concrete voorstellen zijn onder andere actief beleid voor diversiteit in cultuur, een inclusieve arbeidsmarkt en het beëindigen van tweederangs burgerschap op de BES-eilanden.
GroenLinks-PvdA wil dat iedereen in Nederland kan deelnemen aan de arbeidsmarkt, met extra aandacht voor groepen die nu worden uitgesloten. Dit is essentieel voor een samenleving waarin iedereen gelijke kansen krijgt en niemand aan de kant staat.
“We hebben iedereen in Nederland hard nodig. Wij staan voor een inclusieve arbeidsmarkt waar iedereen mee kan doen.”
De partij vindt dat cultuur toegankelijk moet zijn voor alle inkomensgroepen, leeftijden en levensovertuigingen, en zet in op meer diversiteit en toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Dit draagt bij aan een samenleving waarin iedereen zich gerepresenteerd en welkom voelt.
“We willen alle mensen, alle inkomensgroepen, alle leeftijden en alle levensovertuigingen bereiken. Wij voeren actief beleid om diversiteit binnen culturele instellingen en organisaties te bevorderen, en om toegankelijkheid voor mensen met een beperking te vergroten.”
GroenLinks-PvdA wil een einde maken aan het tweederangs burgerschap van inwoners van Bonaire, Saba en Sint-Eustatius door onder andere een fatsoenlijk sociaal minimum in te voeren. Dit is een concrete stap naar een inclusief Nederland waarin alle burgers gelijkwaardig zijn.
“Er komt een eind aan het tweederangs burgerschap van de inwoners van Bonaire, Saba en Sint-Eustatius. Dit betekent onder andere dat er een fatsoenlijk sociaal minimum wordt ingevoerd op de eilanden en dat de gevolgen van de klimaatverandering op de eilanden wordt beperkt.”
Het CDA benoemt het belang van een inclusieve samenleving vooral in de context van duurzame economische groei en het bieden van eerlijke kansen aan alle inwoners, met speciale aandacht voor minder draagkrachtigen en het bevorderen van inclusieve groene groei. Concrete voorstellen richten zich op het toegankelijk maken van verduurzaming voor iedereen en het stimuleren van inclusieve groei in de industrie. De partij koppelt inclusiviteit vooral aan economische en ecologische transities, minder aan sociale of culturele diversiteit.
Het CDA wil dat ook mensen met een lager inkomen kunnen meedoen aan de energietransitie en in een goed geïsoleerd huis kunnen wonen. Dit wordt gezien als essentieel voor een inclusief Nederland, zodat niemand wordt buitengesloten van de voordelen van verduurzaming.
“Om te zorgen dat ook minder draagkrachtigen in ons land in een goed geïsoleerd huis kunnen wonen, gaan we door met de verduurzamingsafspraken, zoals gemaakt in de nationale prestatieafspraken met woningcorporaties.”
Het CDA koppelt inclusiviteit aan economische groei door specifiek aandacht te vragen voor duurzame én inclusieve groene groei van de Nederlandse industrie. Dit moet ervoor zorgen dat de transitie naar een groene economie niet alleen duurzaam, maar ook inclusief is.
“Hierbij is specifiek aandacht voor duurzame en inclusieve groene groei van Nederlandse industrie.”