De Partij voor de Dieren ziet inclusie als een kernwaarde en streeft naar een samenleving waarin iedereen volwaardig kan meedoen, ongeacht beperking, achtergrond of identiteit. Hun belangrijkste voorstellen richten zich op inclusief onderwijs, toegankelijke publieke voorzieningen, en het actief bestrijden van discriminatie. De partij koppelt inclusie aan concrete maatregelen zoals aangepaste voorzieningen, wettelijke verankering van rechten, en structurele investeringen in toegankelijkheid.
De PvdD wil dat onderwijs toegankelijk en inclusief is voor alle leerlingen, met extra aandacht voor maatwerk en ondersteuning voor kinderen met specifieke behoeften. Ze zien passend onderwijs als een recht en investeren in kleinere klassen, meer begeleiding en aangepaste faciliteiten.
“Voor de Partij voor de Dieren is passend, toegankelijk en inclusief onderwijs daarom een kernwaarde.”
“Er wordt geld en expertise vrijgemaakt om onderwijsfaciliteiten écht toegankelijk en inclusief te maken.”
“Iedere leerling heeft recht op onderwijs dat past bij de persoonlijke mogelijkheden en talenten, in een veilige en prettige omgeving.”
“We hebben hierbij speciale aandacht voor inclusie en houden het onderwijs vrij van commerciële invloeden.”
De partij wil dat publieke voorzieningen, werkplekken en woningen voor iedereen toegankelijk zijn, met specifieke aandacht voor mensen met een beperking. Dit omvat fysieke toegankelijkheid, prikkelarme ruimtes en het wegnemen van belemmeringen in de samenleving.
“Toegang tot openbare informatie, overheidsgebouwen, publieke voorzieningen – waaronder onderwijs, openbare instellingen en openbaar vervoer – wordt vanzelfsprekend voor iedereen.”
“We zorgen voor betere ondersteuning op de werkvloer en toegankelijke werkplekken voor mensen met een beperking, bijvoorbeeld prikkelarme ruimtes voor neurodivergente mensen.”
“Alle nieuw te bouwen huizen en de publieke ruimtes daar omheen zijn toegankelijk voor mensen in een rolstoel of met een beperking.”
De PvdD verbindt inclusie aan het actief bestrijden van discriminatie op basis van onder andere gender, beperking, afkomst en seksuele oriëntatie. Ze willen wettelijke verankering van gelijke rechten en extra aandacht voor gemarginaliseerde groepen.
“Publieke instellingen moeten hierin het goede voorbeeld geven met eerlijke, transparante en inclusieve selectie-procedures.”
“Er wordt gewerkt aan een meerjarige, nationale strategie zodat mensen met een beperking of chronische aandoening en hun naasten volwaardig mee kunnen doen in de maatschappij.”
“Iedereen heeft recht op juridische erkenning van hun identiteit, ongeacht leeftijd of genderidentiteit.”
De partij wil dat diversiteit en inclusie structureel worden bevorderd in de culturele sector, media en het onderwijs. Dit gebeurt door naleving van codes, representatie in lesmateriaal en aandacht voor verschillende perspectieven.
“Daarvoor wordt de naleving van de Code Diversiteit en Inclusie gestimuleerd.”
“Samenstellers van leermethoden zorgen bij ieder vak voor een representatieve weerspiegeling van de samenleving in hun lesmateriaal. Diversiteit, inclusie en emancipatie zijn hierbij een aandachtspunt.”
“Daarbij is er aandacht voor inclusie en diversiteit.”
De PvdD benadrukt het belang van digitale inclusie, zodat iedereen kan meedoen in de digitale samenleving. Dit betekent toegankelijke digitale diensten en aandacht voor digitale vaardigheden.
“Op alle overheidslagen worden de principes van digitale inclusie en toegankelijkheid in acht genomen en toegepast.”
Volt zet sterk in op inclusie door discriminatie structureel te bestrijden, gelijke kansen te bevorderen en toegankelijkheid te waarborgen in onderwijs, werk, sport en cultuur. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals een minister voor Inclusie, het recht op inclusieve educatie, transparantie van algoritmes, en het actief betrekken van gemarginaliseerde groepen. Volt koppelt inclusie aan gelijke behandeling, diversiteit en het actief tegengaan van uitsluiting op alle niveaus van de samenleving.
Volt wil een aparte minister die toeziet op inclusie en gelijkwaardigheid in beleid, wetgeving en werkplekken, om structurele ongelijkheid en discriminatie aan te pakken. Dit is een centrale maatregel om inclusie te waarborgen en te institutionaliseren.
“Daarom komt er een minister voor Discriminatiebestrijding, Inclusie en Gelijkwaardigheid. Deze minister zorgt ervoor dat wetten, overheidsbeleid en werkplekken eerlijk, veilig en inclusief zijn voor alle mensen in Nederland.”
“Bijvoorbeeld met een minister van Discriminatiebestrijding, Inclusie en Gelijkwaardigheid.”
Volt pleit voor het effectief implementeren van het recht op inclusief onderwijs voor kinderen met een beperking, met nadruk op toegankelijkheid van schoolgebouwen en voldoende begeleiding. Dit moet uitsluiting en stigmatisering tegengaan en gelijke kansen bevorderen.
“We pleiten ervoor het recht op inclusieve educatie voor kinderen met een beperking effectief te implementeren, waarbij we inzetten op de toegankelijkheid van bestaande schoolgebouwen.”
“Wij zetten in op voldoende begeleiding op scholen van kinderen met verschillende beperkingen en het vermijden van stigma’s bij kinderen met een beperking.”
Volt wil dat algoritmes en AI-systemen transparant, herleidbaar en vrij van discriminatie zijn, met verplichte toetsing op mensenrechten en betrokkenheid van getroffen groepen. Dit voorkomt digitale uitsluiting en borgt inclusie in technologische toepassingen.
“Algoritmen, inclusief daarop gebaseerde kunstmatige intelligentie (AI), mogen niet discrimineren en moeten transparant en herleidbaar zijn. Daarom worden alle algoritmes openbaar gemaakt in het algoritmeregister en vooraf getoetst op mensenrechten en non-discriminatie, zeker bij gebruik in handhaving en toezicht. Bij het ontwikkelen van risicoprofielen binnen algoritmes worden die mensen betrokken die erdoor geraakt kunnen worden.”
Volt maakt discriminatiebestrijding een structureel onderdeel van onderwijs en samenleving, met aandacht voor lesmateriaal, geschiedenisonderwijs en het trainen van leraren. Dit moet institutionele uitsluiting en racisme tegengaan en een inclusieve cultuur bevorderen.
“Wij maken discriminatiebestrijding een structureel onderdeel van het onderwijs. Leraren worden goed geschoold in het herkennen van vooroordelen en het voeren van moeilijke gesprekken in de klas. Leerlingen leren over de werking van structureel racisme, institutionele uitsluiting en privileges.”
“De koloniale geschiedenis en het slavernijverleden worden herschreven en verankerd in het geschiedenisonderwijs vanuit een inclusief, niet-Eurocentrisch perspectief.”
Volt bevordert inclusie in sport door anti-discriminatiebeleid, verplichte vertrouwenspersonen en gelijke behandeling van vrouwensport, parasport en transvrouwen. Dit moet deelname van iedereen mogelijk maken en uitsluiting tegengaan.
“We bevorderen inclusie in de (top)sport door meer aandacht voor anti-discriminatie en (seksueel) grensoverschrijdend gedrag te verplichten. Vertrouwenspersonen worden verplicht voor (groepen van) sportverenigingen.”
“Volt pleit voor de inclusie van transvrouwen in de topsport, vrij van desinformatie.”
Volt wil inclusie ook op Europees niveau bevorderen, onder meer via een Europees Sociaal Fonds en een nieuwe Raadsformatie voor grondrechten, gelijkheid en inclusie. Dit moet sociale uitsluiting tegengaan en gelijke kansen in de EU versterken.
DENK ziet inclusie als het actief rekening houden met verschillende achtergronden, wensen en identiteiten, vooral in zorg en onderwijs. De partij wil inclusieve, cultuursensitieve zorg verplicht stellen en investeert in representativiteit en diversiteit, zodat iedereen gelijke kansen krijgt en zichzelf kan zijn. Concrete voorstellen zijn onder meer een Taskforce Inclusieve Zorg, diversiteitsquota en het verankeren van inclusie in zorgopleidingen.
DENK wil dat zorg voor iedereen toegankelijk is en afgestemd wordt op de achtergrond en wensen van patiënten. Inclusie wordt een harde eis in beleid en opleidingen, met een Taskforce die dit stimuleert. Dit moet discriminatie tegengaan en de kwaliteit van zorg verhogen.
“Binnen de wettelijke normen en het aanbestedingsbeleid wordt cultuursensitieve en inclusieve zorg een harde eis.”
“Binnen de zorgopleidingen wordt cultuursensitieve en inclusieve zorg een uitgangspunt voor iedereen.”
“We richten een Taskforce Inclusieve Zorg op die stimuleert dat zorg cultuursensitief en inclusief is. Hiermee bedoelen wij dat binnen de zorg rekening gehouden dient te worden met de achtergronden en wensen van de patiënten.”
“Iedereen heeft het recht om zichzelf te zijn en DENK staat pal voor inclusieve zorg.”
Om inclusie structureel te waarborgen, wil DENK diversiteitsquota invoeren bij overheid en bedrijfsleven en de representativiteit in onderzoek en organisaties vergroten. Dit moet leiden tot gelijke kansen en het doorbreken van het glazen plafond.
“Diversiteitsquota. Door middel van quota breken wij het glazen plafond af binnen de overheid en het bedrijfsleven.”
“Wij nemen maatregelen om de representativiteit van gezondheidsonderzoek te vergroten.”
“Wij staan voor meer diversiteitsbeleid bij de politie. De politieorganisatie wordt een afspiegeling van de samenleving door het invoeren van diversiteitsquota.”
DENK wil dat onderwijs een afspiegeling is van de samenleving, met aandacht voor diversiteit, gelijke kansen en sociale veiligheid. Dit betekent onder meer investeren in begeleiding, bestrijden van stagediscriminatie en het recht op passende begeleiding binnen het reguliere systeem.
“Het onderwijs moet een afspiegeling zijn van onze samenleving en bijdragen aan samenleven in gelijkwaardigheid.”
“Het uitgangspunt is dat leerlingen zo veel mogelijk passende begeleiding krijgen binnen het reguliere onderwijssysteem. Ook in deze begeleiding wordt meer geïnvesteerd.”
De VVD benadrukt inclusie vooral als het gaat om gelijke behandeling en het tegengaan van uitsluiting, met nadruk op onderwijs, arbeidsmarkt en digitale toegankelijkheid. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals een acceptatieplicht in het bijzonder onderwijs, het versterken van de positie van LHBTIQ+’ers, en het bevorderen van digitale inclusie. De kern van hun visie is dat iedereen moet kunnen meedoen, maar altijd binnen de kaders van gedeelde liberale waarden en eigen verantwoordelijkheid.
De VVD wil uitsluiting in het onderwijs tegengaan door een acceptatieplicht in te voeren voor bijzondere scholen en het moderniseren van artikel 23 van de Grondwet. Hiermee wil de partij voorkomen dat vrijheid van onderwijs leidt tot discriminatie of uitsluiting, en benadrukt zij het belang van gelijke kansen voor alle leerlingen.
“De vrijheid van onderwijs mag nooit een vrijbrief vormen voor uitsluiting. Er komt een acceptatieplicht van leerlingen in het bijzonder onderwijs. Identiteitsverklaringen schaffen we af.”
“We blijven zien dat de vrijheid van onderwijs, zoals vastgelegd in artikel 23 van de Grondwet, botst met het gelijkheidsbeginsel. Daarom passen we artikel 23 aan, zodat de vrijheid van onderwijs niet langer het gelijkheidsbeginsel ondermijnt.”
De VVD zet in op het versterken van de acceptatie en positie van LHBTIQ+’ers, onder meer door samenwerking met relevante organisaties en het aanscherpen van de aanpak van hatecrimes. Dit is gericht op het bevorderen van inclusie en het tegengaan van discriminatie op basis van seksuele oriëntatie of genderidentiteit.
“We gaan de acceptatie en positie van LHBTIQ+’ers versterken door meer samen te werken met organisaties als Alliantie Verandering van Binnenuit en Alliantie Jong Gelijk.”
“Naast het invoeren van het discriminatoir aspect als strafverzwaringsgrond moeten we toe naar een taakstrafverbod voor hatecrimes zoals het mishandelen of terroriseren van vrouwen en LHBTIQ+’ers.”
De VVD erkent dat digitalisering risico’s op uitsluiting met zich meebrengt en wil daarom digitale systemen toegankelijk maken voor iedereen, inclusief mensen met een beperking. Dit moet voorkomen dat mensen buitengesloten raken in een steeds digitalere samenleving.
De VVD vindt dat mensen met een beperking optimaal ondersteund moeten worden om volwaardig deel te nemen aan de samenleving, zonder dat de regie volledig wordt overgenomen. Dit draagt bij aan inclusie door barrières weg te nemen en zelfstandigheid te bevorderen.
“Iedereen moet immers mee kunnen doen, ongeacht een eventuele beperking.”
De VVD ziet werk als het belangrijkste instrument voor integratie en inclusie, en wil dat statushouders en vrouwen met een migratieachtergrond actief worden geholpen aan werk. Hiermee wil de partij voorkomen dat groepen structureel buitengesloten raken van economische zelfstandigheid.
“Integreren is meedoen. De VVD wil dat elke statushouder direct bij het krijgen van huisvesting een leerwerkplek of startbaan krijgt aangeboden en accepteert, in plaats van direct een uitkering.”
“De VVD wil dat vrouwen altijd zelfstandig met de gemeente kunnen spreken over werk, inkomen en schulden, zonder tussenkomst van man, familie of gemeenschap.”
D66 beschouwt inclusie als een fundamenteel uitgangspunt voor al haar beleid en streeft naar gelijke kansen en volledige participatie voor iedereen, ongeacht achtergrond, identiteit of beperking. De partij wil inclusie wettelijk verankeren, discriminatie actief bestrijden en inclusieve toegang tot zorg en onderwijs waarborgen. Concreet stelt D66 onder meer een brede antidiscriminatiewet, inclusieve zorg en toegankelijke voorzieningen voor.
D66 wil alle vormen van discriminatie wettelijk aanpakken en inclusie als actieve opdracht bij de overheid beleggen. Dit moet gelijke kansen en daadwerkelijke participatie voor iedereen garanderen, met bijzondere aandacht voor mensen die op meerdere gronden worden uitgesloten (intersectionaliteit).
“Emancipatie en inclusie zijn geen bijzaak; ze zijn het uitgangspunt voor alles wat we doen.”
“Een bewindspersoon krijgt een sterke opdracht voor gelijkheid en inclusie, met adequate budgetten en betekenisvolle invloed op álle ministeries.”
“De huidige wet (de Algemene wet gelijke behandeling - Awbg) schiet op belangrijke punten tekort. D66 wil daarom een nieuwe, brede Antidiscriminatiewet waar álle vormen van discriminatie onder vallen.”
“Deze Antidiscriminatiewet bevat ook actieve verplichtingen om discriminatie te voorkomen. Deze gelden zowel voor publieke als private organisaties – denk aan scholen, werkgevers, verhuurders en gemeentes.”
D66 wil dat zorg voor iedereen toegankelijk en passend is, met expliciete aandacht voor verschillen in achtergrond, voorkeuren en behoeften. Inclusie in de zorg betekent volgens D66 dat niemand wordt buitengesloten op basis van geslacht, gender, religie, seksuele oriëntatie, etniciteit of culturele achtergrond.
“Inclusieve zorg betekent dat iedereen gelijke toegang heeft tot goede en passende zorg. Ongeacht wat je geslacht, gender, religie, seksuele oriëntatie, etniciteit of culturele achtergrond is.”
“D66 wil inclusie in de zorg versterken en goed vastleggen in beleid.”
“D66 vindt het belangrijk dat de zorg rekening houdt met culturele, sociaaleconomische en persoonlijke verschillen.”
D66 wil dat onderwijsinstellingen en publieke voorzieningen toegankelijk zijn voor iedereen, ongeacht beperking of achtergrond. Dit moet kansengelijkheid bevorderen en uitsluiting tegengaan.
“Alle onderwijsinstellingen worden verplicht hun gebouwen en het digitale onderwijsaanbod toegankelijk voor iedereen te maken.”
GroenLinks-PvdA zet sterk in op inclusie door concrete maatregelen die deelname van álle groepen aan de samenleving bevorderen, met bijzondere aandacht voor mensen met een beperking, diversiteit in cultuur en op de werkvloer, en toegankelijkheid van onderwijs en publieke voorzieningen. Ze willen onder meer het VN-verdrag Handicap volledig uitvoeren, inclusieve arbeidsmarkten en onderwijs stimuleren, en diversiteit en inclusiviteit verplicht stellen bij overheid en bedrijven. Hun visie is dat niemand wordt buitengesloten en dat gelijke kansen en toegankelijkheid centraal staan in beleid en samenleving.
GroenLinks-PvdA wil een samenleving waarin iedereen, inclusief mensen met een beperking, volwaardig kan meedoen. Ze kiezen voor volledige uitvoering van het VN-verdrag Handicap en stellen toegankelijkheid van publieke en digitale ruimtes, vervoer en gebouwen centraal. Dit moet uitsluiting tegengaan en gelijke toegang waarborgen.
“We bouwen aan een inclusieve samenleving waarin iedereen mee kan doen. Het VN-verdrag inzake de rechten voor personen met een handicap voeren we daarom volledig uit en we ratificeren het Facultatieve Protocol. Het openbaar vervoer, de publieke en digitale ruimte, bedrijfsruimten en overheidsgebouwen maken we toegankelijk voor ouderen en mensen met een beperking.”
De partij streeft naar inclusief onderwijs, waarbij kinderen met en zonder beperking samen naar school gaan en scholen voldoende ondersteuning krijgen om dit mogelijk te maken. Speciaal onderwijs blijft bestaan, maar er komt meer ruimte voor tussenvormen en leraren worden hierop voorbereid.
“Wij streven naar inclusief onderwijs waarbij kinderen met en zonder beperking samen naar school gaan. Scholen ontvangen hiervoor voldoende ondersteuning. Speciaal onderwijs blijft bestaan, maar we maken ruimte voor meer tussenvormen. Leraren leren in hun opleiding hoe ze kinderen met een ondersteuningsbehoefte het beste onderwijs kunnen bieden.”
GroenLinks-PvdA wil dat diversiteit en inclusiviteit structureel worden verankerd in de overheid en het bedrijfsleven. Dit betekent onder andere bindende voorwaarden voor subsidies, divers samengestelde topfuncties, en een transparant loopbaanbeleid in de publieke sector.
“We maken de naleving van de Code Diversiteit & Inclusie en fair pay & fair practice een bindende voorwaarde voor het ontvangen van subsidie.”
“De top van het bedrijfsleven – de raden van commissarissen en de raden van bestuur – mag voor maximaal zestig procent bestaan uit personen van hetzelfde gender.”
“Alle overheidsinstanties en semipublieke organisaties gaan diversiteit nastreven. Daarnaast zetten we in op een transparant en modern loopbaanbeleid in de publieke sector. We letten bij alle beleidsterreinen beter op een gender- en cultuur sensitieve benadering, dus ook bij beleidsterreinen als wonen en veiligheid. In alle functies streven we naar een evenredige verdeling van achtergrond en sekse.”
De partij pleit voor een arbeidsmarkt waar iedereen, ongeacht achtergrond of beperking, kan deelnemen. Dit is nodig vanwege personeelstekorten en om uitsluiting te voorkomen.
“Wij staan voor een inclusieve arbeidsmarkt waar iedereen mee kan doen.”
GroenLinks-PvdA wil dat de cultuursector actief inzet op diversiteit en toegankelijkheid, zodat alle mensen, ongeacht inkomen, leeftijd of overtuiging, worden bereikt. Toegankelijkheid voor mensen met een beperking wordt vergroot en diversiteit binnen instellingen bevorderd.
“Wij voeren actief beleid om diversiteit binnen culturele instellingen en organisaties te bevorderen, en om toegankelijkheid voor mensen met een beperking te vergroten.”
“We willen alle mensen, alle inkomensgroepen, alle leeftijden en alle levensovertuigingen bereiken.”
De PVV verwerpt het gangbare inclusiebeleid en positioneert zich expliciet tegen onderwijs en beleid gericht op diversiteit, gender, klimaat en religieuze inclusie. Hun voorstellen zijn gericht op het uitsluiten van islamitisch onderwijs, het afschaffen van onderwijs over gender en seksuele diversiteit, en het verplicht stellen van de Nederlandse taal in het onderwijs. De partij benadrukt nationale identiteit en traditionele waarden boven inclusieve benaderingen.
De PVV ziet de groei van islamitisch onderwijs als een bedreiging voor de Nederlandse identiteit en pleit voor een verbod hierop. Dit standpunt is direct gericht tegen religieuze inclusie in het onderwijs en benadrukt assimilatie boven diversiteit.
“Verbod op islamitisch onderwijs”
“We zien een explosieve groei van islamitisch onderwijs. Bijna twee derde van alle nieuwe basisscholen die in 2026 in Nederland openen, is islamitisch: negen van de veertien. Dat is een record; nooit eerder kwamen er in één jaar zoveel islamitische basisscholen bij.”
De PVV verzet zich tegen onderwijs over gender, seksuele diversiteit en wat zij 'woke-indoctrinatie' noemen. Dit is een expliciete afwijzing van inclusie op het gebied van seksuele oriëntatie en genderidentiteit in het onderwijs.
“Geen onderwijs over gender, klimaat of andere linkse indoctrinatie, maar terug naar de basisvaardigheden: rekenen, taal, geschiedenis. De Week van de Lentekriebels – symbool van seksuele woke-indoctrinatie – schaffen we af in het basisonderwijs.”
“Geen klimaat- of woke-indoctrinatie op school”
“De Week van de Lentekriebels afschaffen in het basisonderwijs”
De PVV wil dat op scholen uitsluitend Nederlands wordt gesproken en dat bacheloropleidingen volledig in het Nederlands zijn. Ook willen ze het aantal buitenlandse studenten maximaal beperken. Dit beleid is expliciet anti-inclusief richting taalkundige en culturele diversiteit.
De SP ziet inclusie als het actief wegnemen van drempels zodat iedereen, ongeacht beperking, afkomst, inkomen of achtergrond, volwaardig kan meedoen in de samenleving. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals inclusieve scholen, volledig toegankelijke publieke voorzieningen, en het toetsen van beleid aan het VN-verdrag voor mensen met een beperking. Hun visie draait om gelijke kansen, het tegengaan van uitsluiting en het waarborgen van deelname voor iedereen.
De SP wil dat scholen plekken zijn waar kinderen samen opgroeien, ongeacht afkomst, geloof of levensovertuiging, en verzet zich tegen scheiding op basis van religie of levensbeschouwing. Dit moet bijdragen aan een samenleving waarin iedereen erbij hoort en uitsluiting wordt tegengegaan.
De SP wil dat mensen met een beperking volledig kunnen meedoen in de samenleving. Daarom moet nieuw beleid altijd worden getoetst aan het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.
“Mensen met een beperking moeten volledig mee kunnen doen in de samenleving. Daarom moet er bij alle nieuwe wetten en regels gekeken worden of ze in lijn zijn met het VN verdrag inzake de rechten van personen met een handicap.”
De SP streeft naar openbaar vervoer dat niemand uitsluit, met speciale aandacht voor toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Dit bevordert inclusie door mobiliteit voor iedereen mogelijk te maken.
De SP wil discriminatie op alle gronden actief bestrijden en zet in op ontmoeting, kennisvergroting en ingrijpen bij discriminatie. Dit is essentieel voor een inclusieve samenleving waarin iedereen zich welkom voelt.
“Onze samenleving moet een plek zijn voor iedereen, zonder dat migratieachtergrond, LHBTIQA+, vrouw of man zijn, religie, woonplek of wat dan ook daarin uitmaakt. We werken hieraan door mensen elkaar te laten ontmoeten, kennis te vergroten en in te grijpen wanneer discriminatie zich voordoet.”
De SP wil dat cultuur en sport voor iedereen bereikbaar zijn, ongeacht beperking of achtergrond, om sociale uitsluiting tegen te gaan en deelname te bevorderen.
“Uitsluiting en discriminatie in de sector bestrijden we en we zorgen ervoor dat ook jongeren, nieuwkomers en mensen met een beperking mee kunnen doen.”
“Er komt in iedere gemeente een sportpas voor kinderen en jongeren tot 23 jaar, zodat niemand hoeft af te haken vanwege de kosten.”
FVD verwerpt het idee van inclusie als sturend principe in onderwijs en samenleving, en kiest expliciet voor differentiatie, keuzevrijheid en het behoud van eigen identiteit. De partij pleit voor het terugdraaien van beleid gericht op gelijke uitkomsten en benadrukt het belang van selectie, niveauverschillen en het beschermen van traditionele waarden en instellingen.
FVD stelt dat onderwijs en samenleving niet moeten streven naar gelijke uitkomsten of het uitvlakken van verschillen, maar juist ruimte moeten bieden aan selectie, differentiatie en het behoud van eigen identiteit. Inclusie als beleidsdoel wordt afgewezen ten gunste van het beschermen van kwaliteit, ambitie en traditionele structuren.
“We behouden differentiatie naar niveau, wijzen socialistische middenschool-experimenten af en beschermen categorale gymnasia, zodat kwaliteit en ambitie niet worden uitgevlakt.”
“Daarnaast staat keuzevrijheid centraal. Artikel 23 van de Grondwet moet behouden blijven, zodat bijzonder onderwijs de eigen identiteit kan bewaken en eigen aannamebeleid mag voeren.”
“Onze ambitie is om alle jonge mensen in Nederland te inspireren het beste uit zichzelf te halen, zonder het idee te pushen dat iedereen hetzelfde niveau hoeft te halen.”
“Beter onderwijs zonder woke: neutraal, kwalitatief hoogwaardig onderwijs zonder ideologie.”
FVD verzet zich tegen wat zij zien als ideologisch gemotiveerde inclusieprojecten, zoals diversity officers, safe spaces, en subsidies voor organisaties die volgens hen een inclusie- of genderagenda promoten. De partij wil deze initiatieven verbieden of stopzetten om neutraliteit en vrijheid van meningsuiting te waarborgen.
“We verbieden cancel culture, diversity officers en safe spaces, zodat universiteiten weer plekken zijn voor vrij debat en scherpe ideeën.”
“We geven geen subsidies aan organisaties die seksualiteit opdringen aan kinderen, zoals Rutgers, en verbieden deelname van kinderen aan ‘pride parades’ en ‘dragqueenshows’, zodat scholen weer veilig en neutraal zijn.”
“We verbieden transgender-propaganda op scholen en in jeugd-tv, en maken geslachtsveranderingsoperaties, hormoontherapie en puberteitsremmers voor minderjarigen onmogelijk.”
BIJ1 stelt inclusie centraal als norm in alle sectoren van de samenleving, met nadruk op gelijke toegang en participatie voor mensen met een handicap, en het structureel weerspiegelen van diversiteit in onderwijs, cultuur en media. De partij wil bindende inclusie-agenda’s, toegankelijke voorzieningen, en een cultuursector die daadwerkelijk inclusief is, niet alleen op papier. BIJ1 koppelt inclusie aan concrete maatregelen zoals lokale inclusie-agenda’s, bindende diversiteitscodes, en het verplicht betrekken van ondervertegenwoordigde groepen bij beleid.
BIJ1 wil dat gemeenten verplicht worden om samen met mensen met een handicap en hun vertegenwoordigers een lokale inclusie-agenda op te stellen, zodat overal in Nederland gelijke en toegankelijke voorzieningen gegarandeerd zijn. Dit moet structurele uitsluiting tegengaan en de implementatie van het VN-verdrag Handicap versnellen.
“Gemeenten worden daarnaast verplicht om mensen met een handicap en hun vertegenwoordigers te betrekken bij het maken, uitvoeren en evalueren van wetten en regels. Daarnaast moet zij een lokale inclusie-agenda opstellen, waarin zij aangeven hoe zij de positie van mensen met een handicap gaan verbeteren.”
“Gemeentebeleid dat mensen met een handicap raakt wordt landelijk vastgelegd. Zo kunnen mensen in elke gemeente aanspraak maken op dezelfde passende voorzieningen, onder dezelfde voorwaarden.”
BIJ1 wil dat inclusie niet slechts een formaliteit is, maar een bindende norm wordt in de cultuur-, media- en onderwijssector. Instellingen moeten de diversiteit van de samenleving daadwerkelijk weerspiegelen en worden hierop afgerekend bij subsidieaanvragen.
“BIJ1 wil dat inclusie de norm is en niet alleen een mooie alinea in een subsidieaanvraag. We maken de Code Culturele Diversiteit bindend. En stellen extra subsidies beschikbaar voor makers en verhalen die nu niet goed vertegenwoordigd zijn.”
“We zetten ons in voor inclusieve en betaalbare onderwijs-, kunst-, cultuur- en mediasectoren die onze diverse samenleving weerspiegelen en ruimte bieden aan alle perspectieven.”
BIJ1 streeft naar een woonomgeving die toegankelijk en inclusief is voor mensen met een handicap, vrouwen, jongeren en mensen van kleur, met het VN-verdrag Handicap als uitgangspunt.
“Een toegankelijke, inclusieve en groene woonomgeving.”
“Zo veel mogelijk bestaande- en nieuwbouwwoningen maken we geschikt voor mensen met een handicap. Het VN-verdrag Handicap is hierin het uitgangspunt. Ook testen we nieuwe wijken op toegankelijkheid. Waaronder toegankelijkheid voor vrouwen, jongeren en mensen van kleur.”
BBB ziet inclusie vooral als het bieden van gelijke kansen en brede toegankelijkheid voor iedereen, zonder mensen in hokjes te plaatsen of diversiteitsbeleid te voeren. De partij wil kansengelijkheid bevorderen via innovatie en digitale toegankelijkheid, en benadrukt dat beleid gericht moet zijn op alle inwoners, ongeacht achtergrond of woonplaats.
BBB wil dat technologische innovatie en digitalisering bijdragen aan inclusie door brede toegankelijkheid en gelijke kansen te waarborgen. Dit moet ervoor zorgen dat iedereen kan profiteren van economische groei en nieuwe banen, en dat niemand wordt buitengesloten door de digitale transitie.
“Digitalisering en technologische innovatie bieden immense kansen voor economische groei, inclusie en het creëren van nieuwe banen. Om deze potentie volledig te benutten, is actieve sturing op brede toegankelijkheid en gelijke kansen essentieel.”
BBB verwerpt expliciet beleid dat mensen indeelt op basis van diversiteit of labels, en pleit voor een benadering waarin ieder individu als uniek wordt gezien zonder etiketten.
“Daar hoort geen miljoenen verslindend diversiteitsbeleid bij dat mensen etiketten opplakt en in hokjes plaatst.”
“Kinderen moet geleerd worden dat zij meer zijn dan ‘het label dat de maatschappij hen opplakt’. Iedereen heeft talenten en draagt bij aan deze maatschappij.”
BBB draait het gangbare begrip ‘natuurinclusieve landbouw’ om naar ‘landbouwinclusieve natuur’, waarmee ze benadrukken dat landbouw en natuur samen moeten gaan en dat boeren een volwaardige rol hebben in natuurbeheer.
“De overheid spreekt voortaan over landbouwinclusieve natuur, in plaats van over natuurinclusieve landbouw.”
De ChristenUnie ziet inclusie als het actief betrekken van iedereen bij de samenleving, met bijzondere aandacht voor onderwijs en integratie. Ze pleiten voor inclusiever onderwijs waarin kinderen met verschillende achtergronden samen leren, en voor integratie van nieuwkomers door taalbeheersing en het onderschrijven van Nederlandse waarden. De partij koppelt inclusie aan duidelijke wederkerigheid: iedereen die wil meedoen, hoort erbij, maar deelname aan de samenleving is ook een plicht.
De ChristenUnie wil dat alle kinderen, ongeacht achtergrond of beperking, samen naar school kunnen, mits scholen dit aankunnen zonder extra bureaucratie. Het doel is gelijke kansen en het tegengaan van segregatie, met samenwerking tussen onderwijs, zorg en ouders.
“We blijven stappen zetten richting inclusiever onderwijs, waarbij alle kinderen zoveel mogelijk naar dezelfde school gaan. Voorwaarde is dat de scholen dit kunnen doen zonder bureaucratie en geschuif met budgetten.”
“Schoolgebouwen dienen beter te worden ingericht op inclusief onderwijs.”
Inclusie van nieuwkomers betekent volgens de ChristenUnie niet alleen fysieke aanwezigheid, maar ook het leren van de taal en het onderschrijven van Nederlandse waarden. Deelname aan de samenleving is een wederkerig proces: wie erbij wil horen, moet meedoen.
“Iedereen die mee wil doen, hoort erbij. De stelling laat zich echter ook omkeren: wie erbij wil horen, moet meedoen.”
“Integratie draait niet alleen om economische bijdrage, maar vooral om het aanvaarden van de Nederlandse samenleving, inclusief onze taal, grondwettelijke bepalingen (o.a. vrijheid van meningsuiting, godsdienstvrijheid, respect voor minderheden), geschiedenis, en christelijke wortels van ons land.”
NSC erkent het belang van inclusie vooral op het gebied van mensen met een beperking en hun volwaardige deelname aan de samenleving. De partij pleit voor concrete maatregelen zoals volledige implementatie van het VN Verdrag Handicap, meer toegankelijke voorzieningen, en een kritische houding tegenover het streven naar volledige inclusiviteit in het onderwijs. NSC kiest voor praktische oplossingen die gericht zijn op participatie, maar stelt grenzen aan inclusie als dit volgens hen ten koste gaat van kwaliteit of draagvlak.
NSC wil dat mensen met een beperking volledig kunnen meedoen in de samenleving, door drempels weg te nemen en voorzieningen toegankelijk te maken. Dit wordt gezien als een recht en als noodzakelijke voorwaarde voor een inclusieve samenleving, met nadruk op implementatie van internationale verdragen en praktische verbeteringen in wonen, vervoer en werk.
“We onderkennen het belang van een toegankelijke samenleving waarin iedereen, ongeacht beperking, volledig kan participeren. Daarom zetten we ons in voor een volledige implementatie van het VN Verdrag Handicap in nauwe samenwerking met lagere overheden en belangenorganisaties. Bijvoorbeeld door actief drempels weg te nemen in de fysieke leefomgeving en de toegankelijkheid van het openbaar vervoer te verbeteren.”
“We willen voor iedereen met een beperking een volwaardige deelname aan de samenleving bereiken door het realiseren van passende woningen, vervoer en kansen voor werk- en dagbesteding.”
“Mensen met een (aangeboren) beperking moeten volwaardig kunnen meedoen in onze maatschappij. Er komt een nieuw aanvalsplan om arbeidsplaatsen te creëren voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt om zo hun talenten beter te benutten.”
NSC is kritisch op het beleid waarbij alle leerlingen met speciale onderwijsbehoeften in het reguliere onderwijs worden geplaatst. De partij vindt dat dit leidt tot overbelasting van leerkrachten en onvoldoende aandacht voor zowel reguliere als speciale leerlingen, en pleit daarom voor een evenwichtiger systeem met voldoende plekken in het speciaal onderwijs.
“We keren ons tegen het doorgeschoten streven naar inclusiviteit, waarbij alle leerlingen met speciale onderwijsbehoeften in het regulier onderwijs worden geplaatst. Dit leidt tot overbelasting van leerkrachten, te weinig aandacht voor de begeleidingsbehoefte van ‘reguliere’ leerlingen en een verschraling van de middelen voor passend onderwijs.”
50PLUS ziet inclusie vooral als het waarborgen van digitale en maatschappelijke deelname van ouderen, met speciale aandacht voor digitale zelfredzaamheid. De partij wil dat gemeenten wettelijk verantwoordelijk worden voor digitale inclusie van ouderen en pleit voor begrijpelijke, toegankelijke communicatie en alternatieven voor digitale diensten.
50PLUS wil dat gemeenten wettelijk verplicht worden om de digitale inclusie van ouderen te waarborgen, zodat ouderen niet buitengesloten raken van digitale ontwikkelingen. Dit moet ouderen helpen zelfstandig te blijven en volwaardig deel te nemen aan de samenleving, ondanks de toenemende digitalisering van overheidsdiensten.
“Digitale inclusie: een gemeentelijke plicht. Gemeenten krijgen de wettelijke taak om digitale inclusie van ouderen te waarborgen. Net zoals gemeenten verantwoordelijk zijn voor de WMO, worden zij ook verantwoordelijk voor de digitale zelfredzaamheid van hun oudere inwoners.”
Om inclusie te bevorderen, moeten overheidsdiensten begrijpelijke taal gebruiken en alternatieven bieden voor ouderen en gehandicapten die moeite hebben met digitale formulieren. Dit voorkomt uitsluiting en zorgt dat iedereen toegang houdt tot essentiële diensten.
BVNL ziet inclusie primair als het bevorderen van digitale deelname voor alle burgers, met nadruk op het overbruggen van de digitale kloof via educatie en toegang tot technologie. Daarnaast pleit BVNL voor een open digitale samenleving waarin vrijheid van meningsuiting en privacy worden beschermd, maar verzet zich tegen diversiteits- en woke-beleid in bredere maatschappelijke zin. Hun inclusiebeleid is dus vooral technisch en functioneel, niet gericht op sociale of culturele diversiteit.
BVNL wil dat iedereen kan meedoen in de digitale samenleving door te investeren in digitale vaardigheden en toegang tot technologie, met speciale aandacht voor jongeren, werkenden en ouderen. Dit moet de digitale kloof verkleinen en deelname aan de samenleving vergroten.
“We willen ervoor zorgen dat elke burger de kans krijgt om volledig deel te nemen aan de digitale samenleving. Dit betekent dat we actief programma's en initiatieven zullen bevorderen om digitale vaardigheden te ontwikkelen en toegang tot technologie te vergroten. We zullen investeren in educatieve programma's voor jongeren, training voor werkenden en ondersteuning bieden aan ouderen om de digitale kloof te overbruggen.”
BVNL bepleit een open digitale ruimte waar verschillende meningen worden gerespecteerd, maar verzet zich expliciet tegen diversiteits- en inclusiebeleid op basis van identiteit, en tegen woke-initiatieven. Inclusie wordt hier beperkt tot het respecteren van meningsverschillen, niet tot het actief bevorderen van sociale of culturele diversiteit.
“We streven naar een open en inclusieve digitale ruimte waarin diverse perspectieven worden gehoord en gerespecteerd.”
“Er komt een einde aan al het woke- en diversiteitsbeleid. De overheid kiest voor kwaliteit ongeacht huidskleur, achtergrond of geaardheid of politieke affiliatie.”
Het CDA streeft naar een inclusieve samenleving waarin iedereen kan meedoen, met bijzondere aandacht voor inclusief onderwijs en arbeidsparticipatie van mensen met een beperking. De partij wil dat in 2035 zoveel mogelijk scholen inclusief onderwijs bieden en zet in op landelijke dekking van sociale ontwikkelbedrijven om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te ondersteunen. Concrete maatregelen zijn gericht op het bevorderen van deelname aan regulier onderwijs en werk, zodat niemand wordt buitengesloten.
Het CDA wil dat zoveel mogelijk kinderen samen naar reguliere scholen gaan, ongeacht hun achtergrond of beperking. Dit moet bijdragen aan gelijke kansen en het tegengaan van uitsluiting, met behoud van speciale scholen voor wie dat nodig heeft.
“Het doel blijft dat in 2035 zoveel mogelijk scholen in het funderend onderwijs zijn overgestapt naar inclusief onderwijs, waarbij zoveel mogelijk kinderen deelnemen in het reguliere onderwijs.”
Om inclusie op de arbeidsmarkt te bevorderen, zet het CDA in op sociale ontwikkelbedrijven die mensen met een beperking ondersteunen richting regulier werk of tijdelijke werkplekken. Dit moet bijdragen aan gelijke kansen op werk en economische zelfstandigheid.
“We werken toe naar landelijke dekking van ontwikkelbedrijven. Het gaat daarbij om ondersteuning van mensen met een beperking bij hun ontwikkeling richting regulier werk of om (tijdelijke) werkplekken.”
Het CDA benadrukt het belang van inclusie ook in het industriebeleid, door specifiek te streven naar duurzame én inclusieve groei van de Nederlandse industrie.
“Hierbij is specifiek aandacht voor duurzame en inclusieve groene groei van Nederlandse industrie.”
De SGP staat kritisch tegenover het streven naar inclusie als beleidsdoel op zichzelf en wil dat inclusieprojecten plaatsmaken voor selectie op basis van geschiktheid en het bieden van maatwerk. De partij ondersteunt scholen die vrijwillig aan inclusiever onderwijs willen werken, maar benadrukt dat speciaal onderwijs beschikbaar moet blijven voor wie dat nodig heeft. Diversiteit- en inclusiebeleid bij de politie wordt expliciet afgewezen ten gunste van selectie op geschiktheid.
De SGP vindt dat scholen die inclusiever onderwijs willen geven, hierin ondersteund mogen worden, maar dat dit geen verplichting mag zijn en dat speciaal onderwijs behouden moet blijven voor leerlingen die daar beter op hun plek zijn. Het uitgangspunt is maatwerk, niet een algemene verplichting tot inclusie.
“De overheid ondersteunt scholen die willen werken aan inclusiever onderwijs. Voor leerlingen die daarmee onvoldoende gebaat zijn, blijft de overheid echter een duidelijk perspectief op een plaats in het speciaal onderwijs bieden.”
De SGP verwerpt expliciet diversiteit- en inclusieprojecten binnen de politie en wil selectie uitsluitend op basis van geschiktheid. Volgens de partij moeten deze projecten plaatsmaken voor de kerntaken van de politie, zoals opsporing en vervolging.
“Diversiteit- en inclusieprojecten dienen plaats te maken voor opsporing en vervolging van echte criminelen.”
“Bij de instroom op de Politieacademie wordt niet langer onderscheid gemaakt op basis van diversiteit, maar wordt enkel geselecteerd op basis van geschiktheid voor de Politiefunctie.”
JA21 verwerpt expliciet beleid gericht op inclusie, diversiteit en antidiscriminatie binnen de overheid en publieke sector. In plaats daarvan legt de partij de nadruk op neutraliteit, gelijke behandeling zonder groepsgerichte programma’s, en het stoppen van diversiteits- en antiracismebeleid, met als doel de focus te leggen op professionaliteit en individuele verantwoordelijkheid.
JA21 is tegen het voeren van beleid dat gericht is op inclusie, diversiteit of antidiscriminatie binnen de overheid, politie en andere publieke functies. De partij ziet dergelijke programma’s als overbodig en pleit voor het vertrouwen op de professionaliteit van medewerkers, zonder groepsgerichte benaderingen. Dit standpunt adresseert het debat over institutionele inclusie en benadrukt een terugkeer naar neutraliteit en individuele beoordeling.
“De politiek weer vierkant achter de politie: stoppen met antiracisme- en diversiteitsprogramma’s in de gehele strafrechtketen en weer vertrouwen op de professionaliteit van onze mensen in blauw.”