De SP zet sterk in op duurzaamheid en cultuur, met nadruk op toegankelijkheid, sociale rechtvaardigheid en publieke regie. Ze willen een circulaire economie, investeren in lokale en digitale cultuur, en kiezen voor collectieve oplossingen waarbij grote bedrijven en vervuilers de rekening betalen. Hun benadering is uitgesproken links en antikapitalistisch, wat kan botsen met een gematigdere voorkeur.
De SP wil verspilling tegengaan door hergebruik, reparatie en recycling centraal te stellen, en producten duurzaam en reparatievriendelijk te maken. Ze leggen de nadruk op onafhankelijkheid van buitenlandse grondstoffen en willen dat afvalverwerking weer in publieke handen komt, met strengere eisen voor bedrijven.
“We bouwen aan een economie die zuinig en slim omgaat met grondstoffen, zodat we sterk en onafhankelijk zijn. Door hergebruik, reparatie en recycling wordt verspilling verleden tijd.”
“Recht op reparatie. Iedereen moet producten kunnen laten repareren in plaats van weggooien. We voeren het right to repair in, zodat fabrikanten verplicht reserveonderdelen en reparatieinstructies beschikbaar stellen.”
“Afvalinzameling en verwerking terug in publieke handen. Afvalinzameling en verwerking is een maatschappelijke taak, die wat ons betreft niet overgelaten kan worden aan de markt.”
De SP wil cultuur breed toegankelijk maken, investeren in lokale en digitale kunst, en eerlijke betaling voor kunstenaars garanderen. Ze benadrukken spreiding van cultuursubsidies, bescherming van regionale diversiteit en het bestrijden van commerciële dominantie in de sector.
“We investeren in de toegankelijkheid en betaalbaarheid van kunst en cultuur. Dat betekent het ondersteunen van kunstenaars en muzikanten en de plekken waar je van hun werk kunt genieten.”
“Nieuwe kunstvormen – zoals digitale media, games en online cultuur – krijgen ruimte en steun.”
“Zo kan iedereen genieten van kunst en geschiedenis, waar je ook woont, en zorgen we voor een eerlijke verdeling van cultuursubsidies in heel Nederland.”
“We stoppen de uitverkoop van onze beschaving door te investeren in kunst en cultuur.”
De SP koppelt duurzaamheid aan sociale rechtvaardigheid en wil dat de lasten van klimaatbeleid niet bij gewone mensen terechtkomen. Ze zijn fel tegen marktwerking en kapitalisme als oorzaak van de klimaatcrisis en kiezen voor collectieve, door de overheid georganiseerde oplossingen.
“We gaan de klimaatcrisis te lijf met collectief beleid waar iedereen voordeel bij heeft. Geen individuele verantwoordelijkheid, maar gezamenlijk georganiseerde en gefinancierde maatregelen zoals zonnepanelen op alle geschikte daken, het verduurzamen van woningen, circulair grondstoffengebruik...”
“Een crisis die in zijn kern veroorzaakt wordt door het kapitalisme. Want zolang winst boven alles gaat, blijft het kapitalisme de bron van deze crisis en moeten we het kapitalisme dus terugdringen om ons klimaat en onze toekomst te redden.”
“Tweedeling door klimaatbeleid staan wij niet toe. Daarvoor komt er een klimaatrechtvaardigheidstoets. Al het gevoerde beleid op klimaat moet zorgen dat we de uitstoot verminderen en de bestaanszekerheid vergroten.”
De SP kiest voor meer, kleinere boeren die duurzaam werken, en wil dat grote agroconcerns en supermarkten meebetalen aan de transitie. Ze zijn tegen schaalvergroting en exportgerichte bio-industrie, en willen landbouwsubsidies inzetten voor duurzame omschakeling.
“We kiezen voor kleinere, duurzame bedrijven in plaats van grootschalige export en bioindustrie.”
“Landbouwsubsidies worden volledig ingezet voor omschakeling naar duurzame en biologische landbouw. Omschakelaars krijgen de eerste jaren financiële steun.”
“Meer boeren die in balans produceren met natuur, milieu en landschap. Schaalvergroting en exportgerichte bioindustrie maken plaats voor gezinsbedrijven die lokaal produceren.”
BBB kiest voor een nuchtere, pragmatische benadering van duurzaamheid en cultuur: duurzaamheid moet haalbaar, betaalbaar en niet ideologisch zijn, terwijl cultuur vooral lokaal, regionaal en geworteld in tradities wordt ondersteund. De partij verzet zich tegen doorgeschoten klimaatbeleid en Randstedelijke dominantie in cultuurbeleid, en zet in op realistische oplossingen en eerlijke verdeling van middelen. BBB spreekt kiezers aan die duurzaamheid en cultuur belangrijk vinden, maar niet houden van links-activistische of top-down benaderingen.
BBB erkent het belang van duurzaamheid, maar wil geen ideologisch of kostbaar klimaatbeleid. De partij kiest voor haalbare, uitvoerbare en betaalbare maatregelen, met oog voor draagvlak en economische gevolgen. Klimaatbeleid moet niet ten koste gaan van burgers, mkb of de concurrentiepositie van Nederland.
“We kiezen niet voor klimaatgekte, maar voor klimaatrealisme: beleid dat werkt, uitvoerbaar is en draagvlak heeft.”
“Klimaatbeleid moet haalbaar, uitvoerbaar en betaalbaar zijn. We herzien afspraken als ze leiden tot onrealistische ambities of onbetaalbare oplossingen. Geen nationale koppen op Europees beleid.”
“Klimaatbeleid moet: Democratisch gelegitimeerd zijn, met inspraak van burgers zonder activistische vooringenomenheid. Eerlijke kostenverdeling waarborgen: de rekening mag niet steeds bij burgers en het mkb terecht komen. Vrij blijven van ideologie: klimaatbeleid is geen religie, maar een beleidsopgave die om ratio vraagt;”
“Hoewel de mate van menselijke invloed onderwerp van debat blijft, vindt BBB dat we als samenleving vanuit rentmeesterschap onze negatieve invloed op het milieu moeten beperken, waar dat haalbaar, betaalbaar en effectief is.”
“BBB is kritisch op de opstelling van Nederland als “klimaatkoploper” binnen Europa. Wij willen geen nationale kop bovenop Europese regelgeving, zoals aanvullende CO2 heffingen of overhaaste sluiting van kolencentrales.”
BBB wil cultuurbeleid dat geworteld is in lokale en regionale gemeenschappen, met nadruk op tradities, streekcultuur en een eerlijke verdeling van cultuurgeld buiten de Randstad. De partij verzet zich tegen grootschalige Randstedelijke subsidies en wil cultuur toegankelijk maken voor iedereen, met speciale aandacht voor plattelandscultuur en lokale initiatieven.
“Cultuurbudget voor plattelandscultuur. Minstens 50 procent van het cultuurbudget hoort naar initiatieven buiten de grote steden te gaan, waarbij nadrukkelijk wordt gekeken of de regio’s buiten de Randstad voldoende aandacht krijgen.”
“Steun streekcultuur. BBB is voor het verlenen van structurele steun aan streekcultuur zoals fanfares, bloemen en fruitcorso’s, varend erfgoed, trekkertrek en carnaval.”
“In plaats van grootschalige subsidies voor een klein aantal instellingen in de Randstad, kiezen wij voor versterking van regionale initiatieven, volkscultuur en lokaal erfgoed.”
“BBB kiest voor kunst, cultuur en media die zijn geworteld in lokale, regionale en landelijke tradities en gemeenschappen.”
BBB ziet Nederlandse boeren als voorlopers in duurzame productie en dierenwelzijn, en wil hun positie beschermen. De partij verzet zich tegen beleid dat boeren wegjaagt of productie naar het buitenland verplaatst, en pleit voor maatwerk en innovatie als oplossing voor natuurherstel en duurzaamheid.
“Bovendien lopen Nederlandse boeren wereldwijd voorop als het gaat om dierenwelzijn, innovatie en duurzame productie.”
“Wie natuur herstel wil, kan niet zonder de kennis en ervaring van de mensen die met de natuur werken.”
“BBB wil de nationale koppen op Europees beleid schrappen en meer ruimte bieden aan boeren om via innovatie, vakmanschap en grondgebonden werken bij te dragen aan natuurherstel én voedselzekerheid.”
50PLUS erkent het belang van duurzaamheid en cultuur, maar kiest voor een gematigde, pragmatische koers: Europese samenwerking op klimaat, behoud van bereikbare cultuur voor alle generaties, en een circulaire economie zonder nationale koppen op regelgeving. Ze combineren milieubescherming en culturele toegankelijkheid met behoud van economische concurrentiekracht en een nuchtere benadering van klimaatbeleid.
50PLUS wil duurzaamheid vooral Europees aanpakken, zonder extra nationale regels of symbolisch beleid dat de economie schaadt. Ze kiezen voor effectieve milieubescherming en circulaire economie, maar zijn kritisch op nationale koppen en willen uitfasering van nationaal klimaatbeleid zodra Europese afspraken zijn opgeschaald.
“Gezamenlijk klimaatbeleid op Europees of wereldwijd niveau, anders is het niet effectief.”
“Uitfasering van het nationale klimaatbeleid, nadat gezamenlijk is besloten om het Europese beprijzen van CO2 op te schalen.”
“Dezelfde regels voor iedereen binnen Europa. Dus geen nationale CO2-heffingen en geen extra regels bovenop de Europese afspraken.”
“Een circulaire economie waarbij het recyclen van grondstoffen concurrerend is met het gebruik van basisgrondstoffen.”
50PLUS vindt cultuur en sport belangrijk voor gezondheid en verbinding, en wil deze toegankelijk houden voor iedereen, ongeacht inkomen of leeftijd. Ze pleiten voor eerlijke verdeling van subsidies, ondersteuning van actieve deelname, en behoud van een sterke publieke omroep.
“Sport en cultuur blijven bereikbaar voor alle generaties ongeacht inkomen, regio of mobiliteit.”
“Culturele subsidies worden meer evenredig verdeeld naar alle regio’s in het land.”
“Het actief participeren bij sport en cultuur wordt gepromoot, waar nodig ondersteund, bijvoorbeeld door kortingstarieven voor senioren.”
“In deze tijd dat de vrijheid van meningsuiting en persvrijheid overal bedreigd worden, is een stevige publieke omroep noodzakelijk. Verspilling bij de publieke omroep moet worden tegengegaan.”
50PLUS ziet milieubescherming als een verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties, maar wil dit zonder overdreven nationale regels of obsessie met kleine natuurgebieden. Ze kiezen voor herziening van Natura 2000 en harde aanpak van zwerfafval en plastic.
“Bescherming van het milieu als generatieproject: rentmeesterschap voor degenen die na ons komen, met inzet van ervaring en betrokkenheid op landelijk én op gemeentelijk niveau.”
“Herziening van de indeling van Natura 2000-gebieden. Grote aaneengesloten en grensoverschrijdende natuurgebieden worden bevorderd en er wordt minder obsessief omgegaan met kleine natuurgebieden.”
“Harde aanpak van zwerfafval en plastic, zowel richting lokale overheden als naar de overlastgevers.”
FVD hecht sterk aan het behoud en de promotie van Nederlandse en Europese cultuur, erfgoed en klassieke kunst, maar verwerpt expliciet het huidige klimaat- en duurzaamheidsbeleid. De partij wil cultuuronderwijs en erfgoedsubsidies versterken, maar ziet duurzaamheid vooral als behoud van landschap en natuurbeheer, niet als energietransitie of klimaatmaatregelen. Voor kiezers die duurzaamheid als ‘groene energie’ of klimaatbeleid zien, biedt FVD weinig aansluiting; voor wie cultuur, erfgoed en traditioneel natuurbeheer belangrijk vindt, sluit FVD beter aan.
FVD wil cultuurbeleid richten op het behouden en uitdragen van erfgoed, klassieke kunst en Europese cultuur, en keert zich tegen subsidies voor moderne, ideologische of ‘woke’ projecten. Het onderwijs moet meer aandacht besteden aan klassieke muziek, schilderkunst en filosofie.
“Subsidies moeten gericht zijn op het conserveren en restaureren van erfgoed en het uitdragen van onze cultuur, niet op modieuze of ideologische projecten.”
“We geven meer aandacht aan de Nederlandse cultuur (en onze Europese cultuurfamilie), aan klassieke muziek, Europese schilderkunst en filosofie, zodat jongeren hun wortels en tradities beter leren kennen.”
“Het subsidiebeleid in de cultuursector dient gericht te zijn op kwaliteit, niet op diversiteit of ideologie.”
FVD verwerpt het idee van een klimaatcrisis en wil stoppen met de energietransitie, het Klimaatakkoord van Parijs en alle CO₂-reductiedoelen. Duurzaamheid wordt niet gezien als vergroening of energietransitie, maar als rationeel natuurbeheer en behoud van betaalbare energie.
“Forum voor Democratie verwerpt de mythe van een klimaatcrisis en ziet geen enkele reden om afstand te nemen van deze natuurlijke energiebronnen.”
“We stoppen volledig met de energietransitie, zodat ons land niet langer wordt opgezadeld met onbetaalbaar en zinloos klimaatbeleid.”
“We zeggen het Klimaatakkoord van Parijs op en trekken de klimaatwet in, zodat we weer ongeremd fossiele brandstoffen kunnen gebruiken en geen windturbines en zonneakkers hoeven aanleggen.”
FVD kiest voor een ‘nuchter en praktisch’ natuurbeleid gericht op behoud van het Nederlandse cultuurlandschap, bosuitbreiding en lokaal natuurbeheer, maar wijst rewilding en ‘mythisch oernatuurbeeld’ af. Duurzaamheid betekent hier vooral zorgvuldig beheer van bestaande natuur en landschap.
“We stoppen met rewildingprojecten die uitgaan van een mythisch oernatuurbeeld dat niet past bij het Nederlandse cultuurlandschap.”
“We ondersteunen particuliere initiatieven en landgoedeigenaren, omdat zij bewezen zorgvuldig omgaan met de natuur. Bovendien zetten we in op bosuitbreiding: we stoppen de massale bomenkap voor biomassa-centrales en zetten juist in op méér bomenplant.”
FVD is tegen windturbines op zee en zonneparken op land, omdat deze volgens de partij het landschap en de visserij schaden. In plaats daarvan wil FVD innovatie in landbouw en visserij stimuleren en voedselsoevereiniteit waarborgen.
“Geen windmolens op zee die vissers verdrijven, geen ontpoldering van vruchtbare grond, maar beleid dat onze agrarische sector versterkt en toekomstbestendig maakt.”
“We plaatsen geen windturbines op zee, omdat die de visserij ernstig belemmeren. Bestaande windturbineparken worden stapsgewijs ontmanteld.”
FVD wil cultuur- en muziekeducatie een vaste plek in het curriculum geven, zodat alle kinderen toegang krijgen tot kunst en culturele vorming.
“We geven cultuur- en muziekeducatie een vaste plek in het curriculum, zodat alle kinderen toegang krijgen tot kunst en culturele vorming.”
BIJ1 legt sterk de nadruk op radicale duurzaamheid en een inclusieve, diverse cultuursector, waarbij sociale rechtvaardigheid en antikapitalisme centraal staan. Hun voorstellen gaan veel verder dan gangbare groene en culturele beleidsmaatregelen: ze willen bijvoorbeeld fossiele bedrijven onteigenen, cultuur structureel dekoloniseren en alle energie publiek maken. Voor kiezers die duurzaamheid en cultuur belangrijk vinden, maar niet uitgesproken links zijn, kunnen deze standpunten als zeer radicaal en ideologisch overkomen.
BIJ1 wil dat de energietransitie volledig in publieke handen komt en dat fossiele bedrijven worden onteigend, waarbij hun middelen worden ingezet voor publieke doelen. Dit gaat veel verder dan het stimuleren van duurzaamheid via marktprikkels of subsidies en adresseert het probleem van macht en winst bij grote bedrijven.
“Vervuilende en fossiele bedrijven die sluiten worden onteigend. Hun kapitaal, machines en infrastructuur worden ingezet voor publieke doelen.”
“De energietransitie is geen technocratisch moderniseringsproject, maar een machtsvraag: breken met de groene kapitalisten, stoppen met westers industrieprotectionisme, en de energievoorziening in handen brengen van arbeiders en bewoners — lokaal én mondiaal.”
BIJ1 ziet cultuur niet als luxe, maar als essentieel voor een rechtvaardige samenleving, en wil de sector structureel dekoloniseren en diversifiëren. Ze willen bindende diversiteitscodes, extra subsidies voor ondervertegenwoordigde makers en directe teruggave van gestolen kunst.
“We maken de Code Culturele Diversiteit bindend. En stellen extra subsidies beschikbaar voor makers en verhalen die nu niet goed vertegenwoordigd zijn.”
“We geven deze gestolen kunst direct terug.”
“Alle culturele instellingen en media moeten een goede afspiegeling zijn van de samenleving om tot een gelijkwaardige sector te komen.”
BIJ1 wil dat de kosten van klimaatbeleid niet langer op burgers worden afgewenteld, maar op de grootste vervuilers. Ze verwerpen marktgerichte oplossingen en pleiten voor een radicaal nieuw systeem dat kapitalistische winstdrang doorbreekt.
“Alle benodigde klimaatmaatregelen worden voortaan getoetst op klimaatrechtvaardigheid. Dat betekent dat de kosten van klimaatbeleid worden gedragen door de grootste vervuilers.”
“De tijd van aarzelen en neppe oplossingen is voorbij. We hebben een radicaal nieuw systeem nodig: niet langer laten we de aarde verwoesten door kapitalistische winstdrang.”
BIJ1 wil cultuur en kunst voor iedereen toegankelijk maken, onder andere door toegangsprijzen te verlagen en musea gratis te maken voor jongeren. Dit sluit aan bij het idee dat cultuur geen privilege mag zijn.
“De toegangsprijzen van musea en culturele instellingen gaan flink omlaag. Zo kan iedereen van kunst en cultuur genieten, ongeacht hun inkomen. Voor iedereen onder de 25 jaar worden musea gratis.”
Het onderwijs en de cultuursector moeten volgens BIJ1 structureel aandacht besteden aan de koloniale geschiedenis en actief discriminatie bestrijden. Dit is een fundamenteel onderdeel van hun visie op duurzaamheid en cultuur.
BVNL combineert een uitgesproken cultureel conservatief profiel met een pragmatische, technologische benadering van duurzaamheid. De partij wil Nederlandse tradities en cultuur beschermen, is kritisch op ‘woke’ en identiteitsdenken, en kiest voor duurzaamheid als het technisch en economisch rendabel is, met nadruk op kernenergie en individuele keuzevrijheid. Subsidies voor activistische clubs en grootschalig klimaatbeleid worden afgewezen; innovatie en soevereiniteit staan centraal.
BVNL ziet het behoud van Nederlandse cultuur, normen en waarden als essentieel en verzet zich tegen cultuurrelativisme en identiteitsdenken. De partij wil nationale trots herstellen en stelt dat nieuwkomers zich moeten aanpassen aan de Nederlandse cultuur.
“Nederland is geen lege huls. Onze taal, onze normen, onze geschiedenis en onze waarden zijn het fundament van wie wij zijn. Wie Nederland binnenkomt, past zich aan – niet andersom.”
“Wij verzetten ons tegen cultuurrelativisme, identiteitsdenken en het afbreken van nationale trots.”
Duurzaamheid wordt ondersteund als het verstandig, technisch en financieel rendabel is. BVNL is voor kernenergie, woningisolatie en zonnepanelen op daken, maar tegen windmolens op land/zee, grootschalige zonneparken en verplichtingen. Klimaatbeleid moet geen obsessie worden en subsidies worden zoveel mogelijk gestopt.
“BVNL is voor duurzaamheid en wil zorgen voor een goed en schoon milieu, mits dat op een verstandige manier wordt ingestoken. Wij zijn tegen windmolens op land en zee, of het opofferen van bouwgrond of landbouwgrond ten behoeve van zonne-akkers.”
“Duurzaamheid mag nooit een obsessie worden. Technisch en financieel rendement is leidend.”
“Zo snel mogelijk energiesoeverein worden en betaalbare energie produceren voor de inwoners van Nederland. Dit kan door kerncentrales te bouwen en het gasveld in Groningen veilig en verantwoord open te houden en nieuwe gasvelden op Nederlands grondgebied te ontwikkelen”
“Subsidies worden zoveel mogelijk gestopt.”
BVNL verzet zich tegen ‘woke’-beleid, genderneutraliteit en overheidssteun aan activistische milieuclubs. De partij wil dat kwaliteit leidend is, niet identiteit, en dat NGO’s als Greenpeace geen subsidie meer krijgen.
“Er komt een einde aan al het woke- en diversiteitsbeleid. De overheid kiest voor kwaliteit ongeacht huidskleur, achtergrond of geaardheid of politieke affiliatie.”
“NGO’s en activistische clubs zoals Greenpeace, Milieu Defensie, Extinction Rebellion en organisaties die mensenhandel stimuleren en/of procederen tegen de Nederlandse Staat krijgen geen subsidie meer en verliezen hun ANBI status.”
BVNL wil meer bomen en groen in steden voor leefbaarheid en biodiversiteit, en benadrukt het belang van Nederlandse boeren als duurzaam en efficiënt. Europese regels worden verworpen als ze Nederlandse belangen schaden.
“Er moeten meer bomen komen. Bij stedelijke ontwikkeling wordt hiermee rekening gehouden... Er moet meer groen in steden komen.”
“Nederland heeft de meest duurzame, meest efficiënte en meest diervriendelijke boeren van de wereld en we zijn de een na grootste agri-exporteur ter wereld, na de VS. Daarom moeten wij onze boeren koesteren en trots zijn op deze prachtige sector.”
De PVV verwerpt vrijwel alle vormen van overheidsbeleid gericht op duurzaamheid en klimaat, en ziet dit als onnodige betutteling en geldverspilling. Op het gebied van cultuur legt de partij sterk de nadruk op het beschermen van traditionele Nederlandse cultuur, identiteit en geschiedenis, en keert zich fel tegen multiculturalisme en woke-ideologie. Voor kiezers die duurzaamheid belangrijk vinden, biedt de PVV nauwelijks aanknopingspunten; op cultuurgebied is de partij uitgesproken behoudend en nationalistisch.
De PVV is uitgesproken tegen klimaatbeleid, duurzaamheidseisen en overheidsmaatregelen gericht op vergroening. De partij ziet deze als betutteling, geldverspilling en ineffectief, en wil bestaande verplichtingen en subsidies schrappen. Dit standpunt is fundamenteel in strijd met een positieve waardering van duurzaamheid.
“Geen miljardenverspilling aan klimaatbeleid, maar een betaalbare energierekening.”
“We stoppen met het eindeloze geneuzel over duurzaam en circulair bouwen. Er komen geen verplichte warmtepomp en geen nieuwe duurzaamheidseisen; we gaan ook niet verplicht van het gas af.”
“Geen enkele nieuwe windturbine er meer bij; geen nieuwe zonneparken”
“We trekken ons terug uit het VN-Klimaatakkoord van Parijs en trekken de Klimaatwet in. We schrappen het Klimaatfonds en doeken het Klimaatberaad op.”
“SDE++ en andere klimaatsubsidies schrappen”
“Geen klimaatcampagnes van de overheid, zoals Zet ook de knop om”
De PVV wil de Nederlandse cultuur, tradities en geschiedenis actief beschermen en versterken, en keert zich tegen multiculturalisme, woke-ideologie en het maken van excuses voor het verleden. De partij ziet nationale trots en het behoud van traditionele feesten en symbolen als essentieel.
“Handen af van onze geschiedenis, cultuur, identiteit, tradities en feesten; linkse haat tegen helden uit onze geschiedenis stoppen”
“Wij willen weer collectief trots zijn op ons land en op wie we zijn – in plaats van excuses maken voor het verleden van onze voorouders. Geen misplaatste schaamtecultuur, maar het koesteren van onze tradities, de standbeelden van onze nationale helden en onze feesten als Kerstmis, Sinterklaas mét Zwarte Piet en Pasen.”
“Excuses voor het slavernijverleden en de politionele acties intrekken”
De PVV wil kunst en cultuur niet extra stimuleren, maar juist financieel ontmoedigen door het btw-tarief te verhogen. Dit maakt cultuur minder toegankelijk en laat zien dat de partij cultuur niet als prioriteit ziet, behalve waar het gaat om nationale tradities.
“En voortaan berekenen we 21% btw over kunst en cultuur.”
De SGP combineert een uitgesproken christelijke visie op cultuur en samenleving met een pragmatische, behoudende benadering van duurzaamheid. Ze zijn voor verduurzaming van economie, landbouw en energie, maar zonder “doorgeslagen maakbaarheidsdenken” en met oog voor betaalbaarheid en realisme. Cultuur wordt gezien als belangrijk, mits binnen christelijke kaders; progressief-seculiere waarden worden afgewezen.
De SGP wil verduurzaming van industrie, landbouw en energie, maar benadrukt dat dit verstandig, haalbaar en zonder rigide klimaatdoelen moet gebeuren. Ze leggen nadruk op rentmeesterschap, innovatie en het voorkomen van energiearmoede, maar verwerpen een “doorgeslagen” maakbaarheidsgeloof.
“We staan voor verduurzaming van de industrie, maar wel met oog voor een zo eerlijk mogelijk speelveld.”
“De SGP wil het gebruik van milieubelastende brandstoffen in de komende drie decennia zo veel mogelijk afbouwen. Maar niet door ons wettelijk vast te pinnen op concrete doelen voor reductie van de CO2-uitstoot, zoals 55% in 2030. Daarvoor is de situatie te complex.”
“De milieuopgaven zijn een gezamenlijke verantwoordelijkheid van samenleving en overheid. De overheid zorgt ervoor dat burgers en ondernemers mee kunnen schakelen. Beter groen hier dan grijs elders. Ook moet energiearmoede voorkomen worden.”
“Bedrijven worden (financieel) gestimuleerd duurzame en eerlijke keuzes te maken en te investeren in de lange termijn, door middel van fiscale aanpassingen en verruiming van subsidies.”
De SGP erkent het belang van cultuur en erfgoed, maar vindt dat deze moeten passen binnen de christelijke traditie en normen. Ze zijn kritisch op progressief-seculiere invloeden en willen dat cultuurbeleid zich richt op nationale geschiedenis, monumenten en publieke waarden, niet op “woke” of seculiere thema’s.
“Kunst en cultuur zijn bijzondere gaven die binnen de kaders van Gods wet kleur kunnen geven aan het leven en die tegenwicht kunnen bieden tegen een te dominante rol van een financieel-economische kijk op de samenleving.”
“De publieke omroep heeft de taak om tegenwicht te bieden tegen eenzijdige commerciële belangen en om zaken van nationaal belang, waaronder onze cultuur en geschiedenis, een podium te geven.”
“Godslasterlijke taal en zedeloosheid horen er niet thuis.”
“Het betekent geen omarming van progressief-seculiere waarden, zoals abortus of homohuwelijk.”
De SGP positioneert zich expliciet tegen progressief-seculiere en “woke” invloeden in cultuur, onderwijs en samenleving. Ze willen dat christelijke waarden leidend blijven en verzetten zich tegen overheidsbeleid dat diversiteit, inclusie of genderideologie promoot.
De VVD kiest voor een pragmatische, centrum-rechtse koers waarin duurzaamheid en cultuur belangrijk zijn, maar met nadruk op ondernemerschap, minder regels en eigen verantwoordelijkheid. Duurzaamheid wordt gekoppeld aan economische groei en onafhankelijkheid, terwijl cultuurbeleid inzet op spreiding, ondernemerschap en minder afhankelijkheid van subsidies. De partij richt zich op realistische, haalbare stappen en wil geen "linkse" sturing of betutteling.
De VVD ziet verduurzaming als essentieel voor economische groei, onafhankelijkheid en een schone toekomst, maar wil dit bereiken via realistisch beleid en samenwerking met bedrijven, niet door strenge regels of lastenverzwaring. Circulariteit en innovatie staan centraal, met oog voor betaalbaarheid en concurrentiekracht.
“Economische groei en verduurzaming gaan hand in hand: beide zijn nodig om onafhankelijk te zijn van onvrije landen en om in de toekomst in een schoon land te leven. De toekomst van economische groei is duurzaam. Het gaat niet om opgelegde regels, maar om de keuze hoe we samen een welvarend, schoon en innovatief land kunnen zijn.”
“We helpen huishoudens en ondernemers te verduurzamen: Verduurzaming is dé weg naar een onafhankelijke, schone economie en een betaalbare energierekening. We zorgen er daarom voor dat iedereen mee kan doen: van isolatie en elektrisch rijden tot schonere productieprocessen. Verduurzaming moet effectief en realistisch zijn.”
“Circulariteit is geen doel op zichzelf, maar een middel om uitstoot te verminderen, uitputting van de aarde te voorkomen en om geopolitieke afhankelijkheid voor schaarse grondstoffen te beperken Een schone economie is een circulaire economie.”
De VVD waardeert cultuur als onderdeel van de Nederlandse identiteit en wil deze sector stimuleren door ondernemerschap, minder regeldruk en meer regionale spreiding van cultuurgelden. De partij wil de sector minder afhankelijk maken van subsidies en zet in op nieuwe verdienmodellen en toegankelijkheid.
“We kiezen voor een ondernemende en bloeiende cultuursector, die vooral zelf aan de lat staat om zo veel mogelijk mensen te trekken. We beschermen ons erfgoed en stimuleren cultuureducatie op school.”
“We stimuleren artistiek ondernemerschap via nieuwe verdienmodellen en samenwerking met marktpartijen. Het moet aantrekkelijker worden voor zelfstandige kunstenaars en docenten om in het onderwijs te werken via bijvoorbeeld tijdelijke opdrachten/projecten.”
“We hervormen de culturele basisinfrastructuur: We kijken kritisch naar het systeem van cultuursubsidies en de cultuurbasisinfrastructuur. We verlengen de subsidietermijn van vier naar acht jaar en verminderen zowel de regeldruk als een deel van de aanvraagkosten. We stimuleren zo veel mogelijk eigen inkomsten in plaats van subsidies. Daarmee maken we de culturele sector minder afhankelijk van overheidssubsidies.”
De VVD wil cultuur en erfgoed toegankelijk maken voor een breed publiek, met aandacht voor regionale spreiding en volkscultuur. Streektalen en regionale tradities krijgen expliciet steun, en er wordt ingezet op het delen van kunst uit museumdepots.
“We houden rekening met regionale spreiding in de verdeling van cultuurgelden.”
“We ondersteunen organisatoren van volkscultuur beter en maken volkscultuur een volwaardig onderdeel van de culturele basisinfrastructuur.”
“We stimuleren tijdelijke uitleen of verhuur van deze kunst, zodat meer mensen ervan kunnen genieten. De Rijksoverheid kan deels garant staan voor schade en diefstal van in bruikleen gestelde kunst.”
“We stimuleren het Frysk op scholen in Fryslân en waarborgen het gebruik van deze taal, bijvoorbeeld in de rechtbank. We zijn trots op en stimuleren onze streektalen, zoals het Nedersaksisch en Limburgs, bijvoorbeeld in het onderwijs.”
DENK zet stevig in op duurzaamheid en cultuur, maar kiest daarbij voor een pragmatische en sociaal rechtvaardige benadering die niet doorslaat naar betutteling of extra lasten voor burgers. De partij wil investeren in groene energie, natuur en cultuur, maar sluit kernenergie niet uit en verzet zich tegen belastingen op consumptiegoederen zoals vlees en suiker. DENK benadrukt het belang van culturele diversiteit, religieuze vrijheid en toegankelijkheid, met oog voor verschillende achtergronden en opvattingen.
DENK wil fors investeren in zonne- en windenergie, natuurbehoud en verduurzaming, maar sluit kernenergie niet uit en wil burgers niet extra belasten met consumptieheffingen. Het klimaatbeleid moet eerlijk, haalbaar en betaalbaar blijven, met de nadruk op grote vervuilers en internationale verantwoordelijkheid.
“Wij willen investeren in zonne energie en windenergie op zee. Kolencentrales verdwijnen zo snel mogelijk. Kernenergie sluiten wij niet uit, omdat het schoner is dan andere energiebronnen. Veilige opslag van kernafval is een harde randvoorwaarde voor elke kernenergie optie.”
“Klimaatbeleid is hard nodig, maar mag geen middel worden om burgers betuttelend te bejegenen of op de kosten te jagen. Daarom komt er géén belasting op vlees, géén extra heffing op suiker en géén toeslag op plastic verpakkingen. Deze heffingen vergroten de ongelijkheid.”
“Wij staan voor de klimaatdoelen. Dat betekent dat Nederland klimaatneutraal is in 2050 en dat wij de uitstoot met 55% beperken in 2030. Indien mogelijk gaan wij ambitieuzere doelen vaststellen.”
“Grote vervuilers gaan eerlijker bijdragen. Bedrijven in de commerciële sector die veel energie verbruiken, gaan relatief méér energiebelasting en opslag voor duurzame energie betalen. Met een CO2-heffing voor de grootste vervuilers geven we een extra stimulans om te verduurzamen.”
DENK hecht veel waarde aan culturele en religieuze diversiteit, met nadruk op erkenning, vrijheid en het tegengaan van belemmeringen voor religieuze en culturele uitingen. Dit uit zich in het beschermen van religieus onderwijs, het stimuleren van meertaligheid en het waarborgen van ruimte voor verschillende culturele achtergronden in het onderwijs en de samenleving.
“Er wordt beter samengewerkt tussen religieuze instellingen en de overheid. Door middel van structureel overleg worden de krachten gebundeld.”
“Behoud en versterking van bijzonder onderwijs. DENK staat pal voor het behoud van artikel 23. Er worden geen extra belemmeringen opgeworpen om nieuwe scholen te stichten.”
“Meertaligheid stimuleren, door het aanbieden van lessen in veel gesproken talen in Nederland zoals het Turks, Marokkaans Arabisch en Pools.”
DENK kiest voor cultuursensitief beleid in zorg en onderwijs, waarbij ruimte is voor verschillende opvattingen en achtergronden, maar zonder dwang of verplichting richting burgers. Ouders en patiënten krijgen keuzevrijheid en inspraak, en er wordt rekening gehouden met diversiteit zonder eenzijdige normering.
“Keuzevrijheid voor de patiënt en cultuursensitieve zorg moeten het uitgangspunt zijn.”
“Bij onderwijs over seksuele vorming wordt er meer rekening gehouden met de diversiteit aan opvattingen en overtuigingen in de samenleving. Dit betekent dat ouders die niet willen dat hun kind blootgesteld wordt aan geseksualiseerd materiaal en dit nadrukkelijk zelf met hun kind willen bespreken, hiertoe de mogelijkheid krijgen en ook beter worden betrokken bij de besluitvorming.”
GroenLinks-PvdA zet sterk in op duurzaamheid en cultuur, met nadruk op ambitieuze klimaatmaatregelen, circulaire economie en brede toegankelijkheid van kunst en erfgoed. Ze willen dat de kosten van verduurzaming vooral bij grote vervuilers liggen en investeren fors in cultuurparticipatie en behoud van cultureel erfgoed. Hun aanpak is uitgesproken sociaal en progressief, wat voor kiezers die duurzaamheid en cultuur belangrijk vinden maar niet uitgesproken links zijn, soms als (te) links kan aanvoelen.
GroenLinks-PvdA kiest voor een voortrekkersrol in klimaatbeleid, met stevige maatregelen voor schone energie, circulaire economie en het belasten van vervuilers. De nadruk ligt op collectieve oplossingen en het beperken van marktwerking.
“We stoppen subsidies op fossiele brandstoffen en vervuilers gaan de prijs betalen voor hun uitstoot. Wij zetten alle zeilen bij met groene energie en het verduurzamen van onze industrie.”
“We maken van Nederland een koploper in duurzame economie. We investeren in schone energie, groene industrie, de isolatie van woningen, natuurinclusieve landbouw, groene wijken en goed openbaar vervoer.”
“Door naar een circulaire economie toe te groeien hergebruiken we grondstoffen en verduurzamen we onze economie.”
De partij wil cultuur breed toegankelijk maken, investeren in erfgoed en cultuuronderwijs, en diversiteit binnen de sector bevorderen. Er is veel aandacht voor eerlijke beloning van makers en het tegengaan van commercialisering.
“We willen alle mensen, alle inkomensgroepen, alle leeftijden en alle levensovertuigingen bereiken. Wij voeren actief beleid om diversiteit binnen culturele instellingen en organisaties te bevorderen, en om toegankelijkheid voor mensen met een beperking te vergroten.”
“We investeren in restauratie, verduurzaming en behoud van monumenten, historische gebouwen en archeologische vindplaatsen. Wij garanderen het voortbestaan van Nederlandse topinstellingen in de culturele sector, waaronder de symfonische orkesten.”
“Musea, podia en andere cultuurinstellingen worden in staat gesteld om actief en gericht specifieke groepen te laten kennismaken met kunst en cultuur, zoals jongeren, ouderen en nieuwkomers.”
De partij wil dat de kosten van verduurzaming en klimaatmaatregelen vooral bij grote bedrijven en vervuilers komen te liggen, niet bij gewone burgers.
“De rekening hoort bij de grote vervuilers te liggen, niet bij mensen die het minste bijdragen aan klimaatverandering.”
Er is veel aandacht voor cultuureducatie op scholen en het ondersteunen van jonge kunstenaars, met extra middelen voor cultuuronderwijs en talentontwikkeling.
“Scholen krijgen middelen om vakleraren in te zetten voor cultuuronderwijs en we versterken de samenwerking van scholen en kunstopleidingen met de culturele sector.”
“Wij bevorderen samenhangende lokale talentroutes, zodat jongeren de weg naar het professionele podium (muziek, dans, theater, beeldende kunst) kunnen bewandelen.”
JA21 erkent het belang van duurzaamheid en cultuur, maar kiest voor een pragmatische, niet-linkse benadering: duurzaamheid wordt alleen ondersteund als het economisch rendeert, en cultuurbeleid richt zich op het stimuleren van particulier initiatief en het behoud van Nederlands erfgoed, met minder subsidies. De partij verzet zich tegen symboolpolitiek en ideologische eenzijdigheid, en zet in op technologische innovatie, kernenergie en een pluriform cultuurklimaat waarin Nederlandse tradities centraal staan.
JA21 vindt duurzaamheid belangrijk, maar wil alleen investeren als het daadwerkelijk economisch nut heeft. Ze verwerpen onrealistische klimaatdoelen en kiezen voor betaalbare, betrouwbare energie, met een sterke voorkeur voor kernenergie en behoud van fossiele brandstoffen zolang alternatieven ontbreken.
“Duurzaamheid en circulaire economie alleen ondersteunen als het rendeert.”
“De huidige klimaatdoelstellingen zijn vaak onrealistisch en leveren twijfelachtig resultaat op. JA21 kiest daarom voor een nuchtere en realistische koers.”
“We moeten erkennen dat duurzame energie nog geen volwaardig alternatief is voor energie opgewekt door fossiele brandstof, en dat het versneld loslaten van fossiele brandstoffen grote effecten heeft voor de betrouwbaarheid en de betaalbaarheid van ons energienet.”
“Voor kernenergie kiezen in plaats van windturbines en zonneparken.”
JA21 waardeert cultuur, maar wil minder structurele subsidies en meer ruimte voor particulier en commercieel initiatief. De partij vindt dat de cultuursector te links is en pleit voor meer ideologische diversiteit en herwaardering van Nederlandse tradities en erfgoed.
“Dat de cultuursector minder afhankelijk wordt van structurele subsidies en meer het particulier en commercieel initiatief wordt gestimuleerd.”
“Wat JA21 betreft moet er significant minder overheidsgeld naar de uitvoerende kunsten: subsidie is juist niet goed voor een bloeiende cultuursector. Waar JA21 wel geld aan wil besteden is aan het behoud, de restauratie en het toegankelijk maken van ons cultureel erfgoed (zoals digitalisering van archieven en kwetsbare boeken).”
“JA21 staat daarentegen voor een pluriforme kunst en cultuursector waarbij juist wel de verschillende ideologische invalshoeken een plek krijgen. En zeker hoort daarbij de herwaardering van Nederlandse tradities, taal en culturele symbolen.”
JA21 wil een cultuurbeleid waarin Nederlandse tradities, taal en cultuuruitingen centraal staan, en waarin ruimte is voor verschillende ideologische perspectieven. Ze keren zich tegen een links-ideologische dominantie in de sector.
“Een pluriform cultuurklimaat stimuleren waarbij Nederlandse tradities, taal en cultuuruitingen in voldoende mate aan bod komen.”
“De sector kijkt al decennialang vanuit een links ideologische tunnelvisie naar de samenleving. Het tegengeluid krijgt nauwelijks een plek; diegene die een kritisch geluid laat horen, loopt het risico te worden gecanceld.”
De Partij voor de Dieren (PvdD) zet duurzaamheid en cultuur centraal in haar programma, met nadruk op ecologische grenzen, circulaire economie en brede toegankelijkheid van kunst en cultuur. De partij kiest voor stevige investeringen in cultuur en erfgoed, en wil bedrijven en economieën dwingen tot duurzame keuzes, vaak met bindende regels. Hun benadering is uitgesproken ecocentrisch en sociaal, wat verder gaat dan alleen duurzaamheid en cultuur, en raakt aan bredere linkse thema’s als marktregulering en herverdeling.
PvdD wil fors investeren in kunst, cultuur en erfgoed, met als doel deze sectoren breed toegankelijk te maken voor iedereen, niet alleen voor de elite of Randstad. Dit wordt gezien als essentieel voor een vrije, reflectieve samenleving en als tegenwicht tegen bezuinigingen en marktwerking.
“Het budget voor kunst, cultuur en erfgoed wordt verhoogd om de toegankelijkheid ervan voor alle inwoners van Nederland te vergroten. De overheid faciliteert kunst- en cultuuraanbod in heel Nederland, niet alleen in de Randstad.”
“Er moeten geen miljarden naar fossiele bedrijven, er moet meer geld naar de kunst- en cultuursector.”
De partij wil een economie die draait om hergebruik, beperking van consumptie en respect voor de draagkracht van de aarde. Dit betekent bindende regels voor bedrijven, minder import van vervuilende producten, en een focus op lokale, duurzame productie.
“Nederland werkt zo snel mogelijk toe naar een volledig circulaire economie en is in 2030 minimaal 50% circulair.”
“We voeren een wettelijke zorgplicht en klimaatplicht voor bedrijven in, ook voor internationale bedrijven die in Nederland actief zijn. Vrijblijvende akkoorden en convenanten worden vervangen door bindende regels en handhaving.”
PvdD kiest expliciet voor het centraal stellen van ecologie en duurzaamheid, zelfs als dat ten koste gaat van economische groei of gevestigde belangen. Dit is een fundamentele, radicale koerswijziging ten opzichte van traditionele partijen.
“Onze visie gaat ver voorbij de eerstvolgende verkiezingen. We kiezen voor de dieren. Voor ruimte voor natuur en woningen, voor het radicaal aanpakken van de klimaatcrisis, voor gezondheid, voor medemenselijkheid en rechtvaardigheid.”
“Het huidige systeem is gericht op uitbuiting en uitputting van de planeet en maakt mensen en dieren ziek. Daarom kiest de Partij voor de Dieren voor een radicaal ander uitgangspunt: een leefbare Aarde staat in al onze keuzes centraal, niet de kortetermijnbelangen van onze eigen soort.”
De partij wil structureel investeren in eerlijke beloning en arbeidsvoorwaarden voor kunstenaars en makers, met verplichte naleving van de Fair Practice Code en extra aandacht voor kwetsbare groepen in de sector.
“Makers in de culturele sector krijgen een eerlijke vergoeding, in lijn met de Fair Practice Code, de gedragscode voor ondernemen in deze sector. Fair Pay wordt overal verplicht, en daarvoor worden structureel middelen vrijgemaakt.”
PvdD wil dat energie en bouw duurzaam, lokaal en in publieke handen zijn, met prioriteit voor huishoudens en publieke voorzieningen boven grote bedrijven en datacenters.
“Ons energiesysteem komt in publieke handen. Omwonenden hebben zeggenschap over het soort centrale rol in de besluitvorming en profiteren mee in de baten van de projecten.”
“Plannen voor megadatacenters worden niet goedgekeurd, want ze gaan ten koste van stroom voor huishoudens en publieke voorzieningen zoals scholen.”
Volt zet sterk in op duurzaamheid en cultuur, met concrete voorstellen voor een groene economie, strengere milieuregels en forse investeringen in kunst en cultuur. Hun benadering is uitgesproken progressief, maar legt de nadruk op innovatie, brede welvaart en toegankelijkheid, zonder zich expliciet te profileren als 'klassiek links'. Volt wil duurzaamheid en cultuur structureel verankeren in beleid, met oog voor regionale spreiding en maatschappelijke samenhang.
Volt kiest voor een harde aanpak van vervuilende industrieën, stimuleert duurzame innovatie en wil dat economische groei samengaat met duurzaamheid. Ze leggen de nadruk op het sluiten van vervuilende bedrijven, steun voor duurzame ondernemers en het beprijzen van milieu-impact.
“Grote vervuilers moeten vergroenen. Lukt dit niet? Dan trekken we de vergunningen in. Kleine en middelgrote bedrijven krijgen steun bij verduurzamen.”
“We kiezen ervoor om niet verder te investeren in staalproductie in de IJmond, omdat er betere locaties in de EU zijn. Zo komt er ruimte vrij in het Noordzeekanaalgebied voor een strategische industrie die beter past bij de energietoekomst van Nederland en voor woningen.”
“We rekenen de milieu- en sociale impact van producten strenger mee in de prijzen van producten. Zo verleiden we consumenten duurzame producten te kopen en stimuleren we bedrijven om hun producten duurzamer te maken.”
Volt wil de kunst- en cultuursector herstellen na jaren van bezuinigingen, met meer geld, betere spreiding van subsidies en nadruk op toegankelijkheid en regionale cultuur. Ze zien cultuur als essentieel voor verbinding en innovatie in de samenleving.
“We gaan weer investeren in kunst en cultuur. We zorgen dat kunst toegankelijk is voor iedereen.”
“Culturele subsidies moeten daarom meer toegekend en gekoppeld worden aan creatieve makers zelf, waarmee we voorkomen dat de macht teveel bij kunst- en cultuurproducenten en uitvoerende instellingen komt te liggen.”
“De cultuurhubs in de regio’s buiten de Randstad krijgen een vaste rol in het voordragen en ondersteunen van aanvragen bij nationale loketten, om hun stem te versterken.”
Volt wil dat duurzaamheid centraal staat bij alle overheidskeuzes, met groene begrotingen, duurzame inkoop en een consistent wettelijk kader voor investeringen.
Volt benadrukt het belang van regionale tradities, minderheidstalen en lokale cultuur, en wil deze actief ondersteunen en behouden binnen een Europese context.
“We koesteren plaatselijke/regionale gebruiken, sporten of ambachten en ondersteunen behoud en verspreiding van kennis hierover. We ondersteunen (culturele) uitingen, zoals bijvoorbeeld toneel en locatietheater, in het Fries en in minderheidstalen en dialecten.”
Het CDA kiest voor behoud en versterking van cultuur en tradities, met nadruk op regionale spreiding en brede toegankelijkheid, en zet in op duurzaamheid via technologische innovatie en samenwerking met bedrijven, zonder extra nationale CO2-heffing. De partij positioneert zich als gematigd: waardeert traditie en gemeenschap, stimuleert verduurzaming van economie en industrie, maar kiest niet voor de meest linkse klimaatmaatregelen. Voor kiezers die duurzaamheid en cultuur belangrijk vinden, maar niet uitgesproken links zijn, biedt het CDA een pragmatische, verbindende koers.
Het CDA wil cultuur breed toegankelijk maken, met meer middelen voor regio’s en aandacht voor tradities en erfgoed. Dit sluit aan bij mensen die cultuur belangrijk vinden, maar niet per se een links-progressieve invulling zoeken. De partij benadrukt het belang van lokale identiteit en het verbinden van verleden en heden.
“We willen een brede regionale verdeling van aanbod en middelen, een brede toegang tot cultuur, en zowel lokale initiatieven als nationale iconen steunen. We willen dat er meer middelen van de beschikbare cultuurmiddelen naar de cultuurregio’s gaan.”
“Het CDA wil waardevolle culturele tradities voor nu en latere generaties behouden.”
Het CDA zet in op verduurzaming van de economie door technologische innovatie, circulaire productie en samenwerking met bedrijven, maar kiest bewust niet voor extra nationale lasten zoals een hogere CO2-heffing. Dit is een middenkoers: wel vergroening, maar met oog voor economische haalbaarheid en concurrentiekracht.
“We ontwikkelen een langetermijnstrategie om groene industrie naar Nederland te halen en te behouden.”
“We vertalen de Clean Industrial Deal naar Nederland voor het ontwikkelen van schone technologieën, circulaire productie en de vermindering van CO₂-uitstoot.”
“We schrappen de nationale CO2-heffing.”
De overheid moet volgens het CDA het goede voorbeeld geven door duurzaamheid en circulariteit als norm te hanteren bij investeringen en aanbestedingen. Dit laat zien dat de partij duurzaamheid belangrijk vindt, maar vooral via stimulerende en faciliterende rol van de overheid.
“De overheid heeft een voorbeeldfunctie als aanbesteder en investeerder. In het overheidsaanbestedingbeleid wordt rekening gehouden met de duurzaamheid, circulariteit en klimaatafdruk van producten.”
Het CDA kiest voor Europese samenwerking op het gebied van duurzaamheid, met gelijke normen voor producten en stimulering van circulaire economie. Dit is een minder linkse, meer internationale en pragmatische benadering van duurzaamheid.
D66 positioneert zich als sociaal-liberaal en kiest voor ambitieuze duurzaamheid en brede toegankelijkheid van cultuur, zonder zich te profileren als uitgesproken links. Ze leggen nadruk op innovatie, ondernemerschap en individuele vrijheid, met concrete investeringen in een groene economie en een diverse, toegankelijke culturele sector. Hun beleid richt zich op praktische oplossingen die duurzaamheid en cultuur combineren met economische groei en persoonlijke keuzevrijheid.
D66 ziet cultuur als essentieel voor innovatie, economie en een vrije samenleving, en wil cultuur breed toegankelijk maken zonder het te beperken tot grote steden of traditionele vormen. Ze kiezen voor langdurige investeringen, minder regels en meer ruimte voor creativiteit, met aandacht voor de positie van individuele makers en nieuwe kunstvormen.
“D66 kiest voor een bruisende, ondernemende culturele sector. We investeren meer en langdurig. Zo krijgen makers, kunstenaars en instellingen meer zekerheid, minder last van regels en meer ruimte voor creativiteit en vernieuwing.”
“We willen een diverse culturele sector, met meer ruimte voor individuele kunstenaars, kleine collectieven en nieuwe kunstvormen. Cultuur moet overal in Nederland te vinden zijn, ook buiten de grote steden.”
“Iedereen heeft het recht op cultuur. Dankzij D66 blijft het lage btw-tarief op cultuur, boeken en sport. Kunst, kennis en beweging mogen nooit een luxe zijn.”
D66 kiest voor een groene economie waarin duurzaamheid de norm is, met stevige investeringen in innovatie en het afbouwen van fossiele subsidies. Ze willen dat bedrijven worden gestimuleerd en soms verplicht om te vergroenen, met voorspelbare regels en ruimte voor ondernemers, en zetten in op circulaire productie en hergebruik.
“D66 stelt duidelijke grenzen aan vervuilende industrie. Duurzaamheid is de norm en vervuiling krijgt een voorspelbare prijs: de ‘echte’ prijs. Vervuilende bedrijven zullen hierdoor fors investeren in een energiezuinige en schone productie.”
“D66 wil fossiele subsidies sneller afbouwen en geeft ruimte aan duurzame innovatie. Dit bespaart miljarden euro’s en zorgt voor een gelijk speelveld voor duurzame bedrijven.”
“In 2050 is Nederland volledig circulair. In 2030 is het gebruik van nieuwe grondstoffen al gehalveerd. Overheden geven het goede voorbeeld: in 2035 is minstens de helft van hun aanbestedingen circulair en in 2045 alles.”
D66 benadrukt het belang van individuele vrijheid en zelfbeschikking, ook op ethische en maatschappelijke thema’s. Ze willen dat de overheid mensen ondersteunt bij het maken van hun eigen keuzes, passend bij een sociaal-liberale visie die niet per se links is.
“Ook op medisch-ethische thema’s laat D66 haar diepste waarden spreken: vrijheid van het individu en het recht op zelfbeschikking. De overheid is er om mensen te ondersteunen bij het maken van hun eigen keuzes over hun lichaam, leven en gezondheid.”
D66 kiest voor een landbouw die bijdraagt aan natuurherstel, voedselzekerheid en dierenwelzijn, maar ook economisch perspectief biedt voor boeren. Ze zoeken een balans tussen duurzaamheid en economische belangen, met ruimte voor innovatie en samenwerking.
“D66 maakt ruimte voor een duurzaam verdienmodel. We kiezen voor landbouw die de bodem en het landschap herstelt, bijdraagt aan voedselzekerheid, ons waterbeheer en biodiversiteit sterker maakt en dierenwelzijn serieus neemt.”
NSC kiest voor een gematigd, niet-links beleid dat duurzaamheid en cultuur serieus neemt, maar met nadruk op realisme, spreiding en behoud van Nederlandse waarden. Ze willen investeren in circulaire economie, natuurbehoud en een stabiel cultuurbudget, met aandacht voor regionale spreiding en toegankelijkheid. Hun visie is gericht op sociale samenhang, behoud van tradities en praktische verduurzaming zonder ideologische dogma’s.
NSC zet in op een circulaire economie en wil de transformatie van fossiele naar duurzame industrie stimuleren, met nadruk op hergebruik en biobased materialen. Dit sluit aan bij kiezers die duurzaamheid belangrijk vinden, maar niet per se een links-activistische koers willen.
“Nieuw Sociaal Contract zet in op een circulaire economie. Hiervoor zijn duidelijke keuzes in de politiek noodzakelijk. We maken de transformatie van een fossiele chemische industrie naar een op duurzame koolstof gebaseerde chemische industrie mogelijk.”
“Circulaire keuzes moeten de logische en voordelige optie worden. We maken afspraken met winkels in elektronica, meubels en kleding over het aanbieden van tweedehands en refurbished producten.”
NSC wil natuur en biodiversiteit beschermen, met aandacht voor water, bodem en luchtkwaliteit, en het behoud van landschapselementen. Dit is een concreet duurzaamheidsstandpunt zonder radicale toon.
“We beschermen natuur en biodiversiteit door de kwaliteit van water, bodem en lucht te verbeteren. We zetten ons in voor robuuste natuurgebieden en het in stand houden van bedreigde dieren en planten. Hierbij koesteren we ook landschapselementen zoals houtwallen, hagen en kwelders.”
NSC pleit voor een stabiel, meerjarig cultuurbudget en eerlijke spreiding van cultuurgelden over het hele land, niet alleen in de Randstad. Dit maakt cultuur toegankelijker en minder Randstad-gecentreerd, wat aantrekkelijk is voor gematigde kiezers.
“Een stabiel, meerjarig cultuurbudget geeft rust en ruimte aan instellingen. Daarbij moet er een eerlijke spreiding van cultuurgelden zijn: niet alleen in Amsterdam, maar ook provincies als Groningen of Limburg.”
NSC wil lokale cultuurinitiatieven, erfgoed en bibliotheken versterken, met minder bureaucratie voor goed presterende instellingen. Dit benadrukt behoud en toegankelijkheid van cultuur zonder ideologische lading.
“We gaan lokale cultuurinitiatieven, amateurkunst en bibliotheken versterken. De bibliotheek is een belangrijke basisvoorziening en moet gratis zijn.”
“Het cultuurbeleid ondersteunt de instandhouding van nationaal cultureel erfgoed, musea en tentoonstellingen. Historische kerktorens en stadsgezichten moeten actief behouden blijven.”
NSC benadrukt het belang van Nederlandse identiteit, tradities en regionale talen, en wil deze actief beschermen. Dit spreekt kiezers aan die cultuur belangrijk vinden, maar niet per se progressief zijn.
De ChristenUnie ziet duurzaamheid als een morele opdracht en kiest voor stevig natuur-, milieu- en klimaatbeleid, maar doet dit vanuit een rentmeesterschapsvisie die niet uitgesproken links is. Op het gebied van cultuur zet de partij in op het behoud van erfgoed, ondersteuning van bibliotheken en een eerlijke spreiding van cultuursubsidies. De partij combineert zorg voor mens en natuur met aandacht voor gemeenschapszin, innovatie en het tegengaan van overconsumptie.
De ChristenUnie verbindt duurzaamheid aan verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties en kiest voor ambitieus klimaat- en natuurbeleid, maar doet dit vanuit een rentmeesterschapsprincipe en niet vanuit klassiek links activisme. Ze leggen nadruk op innovatie, circulaire economie en het tegengaan van overconsumptie, met oog voor ondernemers en gemeenschappen.
“Duurzaamheid is voor de ChristenUnie een morele opdracht en verantwoordelijkheid. Het gaat niet alleen om cijfers, modellen of beleidsinstrumenten, maar om de vraag hoe we recht doen aan mens en natuur.”
“De ChristenUnie staat voor een toekomstbestendige economie. Dat vraagt om gerichte keuzes om de economie te vitaliseren en te vergroenen. De ChristenUnie stelt mens, maatschappij en milieu centraal en voelt zich thuis bij het Rijnlandse model van de economie.”
“We zetten in op de nieuwe economie via innovatie en nemen afscheid van het consumentisme dat de grenzen van de schepping niet respecteert. We willen een einde aan de overconsumptie.”
“Circulaire bedrijven hebben het zwaar terwijl de circulaire economie de toekomst is... Normering van de vraag op Europees niveau is noodzakelijk om het circulair maken van de economie te laten slagen.”
De ChristenUnie vindt cultuur en erfgoed belangrijk voor de samenleving en zet in op het behoud van monumenten, ondersteuning van bibliotheken en een eerlijke spreiding van cultuursubsidies. Dit beleid is niet exclusief links, maar benadrukt het belang van cultuur voor gemeenschapszin, kansengelijkheid en regionale spreiding.
“Kunst, cultuur en creativiteit verrijken het leven en de samenleving. De overheid vervult een belangrijke rol als subsidieverstrekker, opdrachtgever en hoeder van ons culturele klimaat en erfgoed zoals musea en orkesten. Bij de verdeling van overheidssubsidies voor culturele instellingen willen we een eerlijker verdeling over het land.”
“Bibliotheken en muziekscholen spelen een belangrijke rol in de overdracht en kennis van cultuur. Kinderen zijn tot hun 18e jaar gratis lid van de bibliotheek.”
“Het fysieke erfgoed is een culturele drager van de ruimtelijke inrichting van Nederland. De overheid stelt blijvend geld beschikbaar om onderhoud aan Rijksmonumenten te plegen en herbestemming mogelijk te maken.”