BVNL positioneert zich als een klassiek-liberale, economisch rechtse en cultureel conservatieve partij die sterk inzet op individuele vrijheid, een kleine overheid, nationale soevereiniteit en het afschaffen van veel bestaande overheidsregelingen. Hun belangrijkste voorstellen zijn het stoppen van het stikstof- en klimaatbeleid, het beperken van immigratie, het invoeren van een vlaktaks en het drastisch verminderen van de invloed van supranationale organisaties. BVNL verzet zich fel tegen “woke”-beleid, EU-integratie, en pleit voor bindende referenda en maximale keuzevrijheid op medisch-ethisch gebied.
BVNL wil het stikstofbeleid en de Green Deal per direct beëindigen, subsidies stoppen en geen nieuwe windmolens of verplichte warmtepompen invoeren. Dit staat haaks op het D66-standpunt, dat juist inzet op ambitieuze klimaatmaatregelen en stikstofreductie.
“Het stikstofbeleid gaat per direct de prullenbak in, zodat boeren weer rustig kunnen boeren en vissers weer gewoon kunnen vissen.”
“Het klimaatfonds van € 35 miljard wordt ontmanteld.”
“Nederland doet niet meer mee aan de Green Deal. De Green Deal is een gevaarlijke ideologie...”
“Geen nieuwe windmolens op land of op zee.”
“Warmtepompen worden niet verplicht.”
“Subsidies worden zoveel mogelijk gestopt.”
BVNL wil stoppen met het overhevelen van bevoegdheden naar de EU, pleit voor opt-outs, en is tegen EU-fondsen en EU-belastingen. D66 is uitgesproken pro-EU en voor verdere integratie.
“We moeten stoppen met het overhevelen van zeggenschap naar ongekozen supranationale organen zoals de WHO, de EU, de VN en de NAVO.”
“De EU moet worden omgevormd tot een confederatie van samenwerkende landen, zoals de Europese Economische Gemeenschap (EEG) oorspronkelijk bedoeld was.”
“BVNL is tegen collectieve schulden van de eurozone. Nederland moet niet meebetalen aan de Zuid Europese schuldenlast en BVNL is tegen EU-fondsen en EU-belastingen.”
BVNL wil een volledige asielstop en het sluiten van de grenzen voor asielzoekers, terwijl D66 juist inzet op humane opvang en internationale solidariteit.
“BVNL wil een asielstop. Het absorptievermogen is bereikt en Nederland kan de eindeloze toestroom van asielzoekers niet meer aan.”
“Opvang van echte vluchtelingen kan prima in de eigen regio.”
“Om de afbraak van Nederland te stoppen moeten we onmiddellijk stoppen met het toelaten van asielzoekers en kansarme migranten...”
BVNL wil alle woke- en diversiteitsbeleid beëindigen, genderneutrale toiletten verbieden en biologische mannen uitsluiten van vrouwensporten. D66 is juist voorstander van inclusiviteit en diversiteit.
“Er komt een einde aan al het woke- en diversiteitsbeleid. De overheid kiest voor kwaliteit ongeacht huidskleur, achtergrond of geaardheid of politieke affiliatie.”
“Genderneutrale toiletten worden in alle overheidsgebouwen en door de overheid gefinancierde instellingen verboden.”
“Biologische mannen worden niet toegelaten in vrouwensporten, vrouwenkleedkamers, vrouwengevangenissen en ander voor vrouwen bedoelde ruimten.”
BVNL wil een bindend referendum invoeren, wat D66 niet steunt (D66 is voor correctief referendum, maar niet bindend op alle onderwerpen).
BVNL wil een strikt seculiere staat, zonder religieuze diensten in de publieke ruimte of overheidsbemoeienis met religie. D66 is voor scheiding kerk-staat, maar minder uitgesproken in het verbieden van religieuze uitingen.
“BVNL wil dat de staat seculier is. Overheid en religie blijven strikt gescheiden, de overheid bemoeit zich niet met religieuze aangelegenheden en religieuze instellingen hebben geen invloed op het overheidsbeleid.”
“Geen religieuze diensten en geen azan in de publieke ruimte.”
“Overheidsdiensten organiseren geen iftars.”
BVNL wil een vlaktaks van 25% en het afschaffen van alle toeslagen en andere belastingen, terwijl D66 juist voor een progressief belastingstelsel is.
“BVNL wil een vlaktaks invoeren van 25% op arbeidsinkomen, winst uit onderneming en winst uit vermogen, met een belastingvrije voet van €20.000,-. Tegelijkertijd worden alle andere belastingen en toeslagen afgeschaft.”
BVNL wil stoppen met ontwikkelingssamenwerking en alleen handel stimuleren, terwijl D66 juist inzet op internationale solidariteit en ontwikkelingshulp.
“Stoppen met ontwikkelingssamenwerking, want ontwikkelingsgeld eindigt zelden op de plek waarvoor het bedoeld is. In plaats daarvan gaan we handel stimuleren met landen die we willen helpen.”
DENK positioneert zich als uitgesproken progressief en antiracistisch, met een sterke focus op gelijke rechten, bestrijding van discriminatie, sociale rechtvaardigheid en een harde opstelling tegen extreemrechts. De partij pleit voor stevige sociale investeringen, radicale gelijkwaardigheid, en een uitgesproken internationale solidariteit, vooral rond Palestina. DENK onderscheidt zich door concrete voorstellen zoals het afschaffen van het eigen risico in de zorg, het verhogen van het minimumloon, en het eisen van sancties tegen Israël.
DENK wil discriminatie en racisme structureel uitbannen en kiest voor een expliciet antifascistisch beleid, met wettelijke doelen en een krachtige autoriteit. Dit gaat verder dan de meeste middenpartijen en is bedoeld als tegenwicht tegen normalisering van extreemrechtse ideeën.
“Het wettelijke doel wordt dat in 2030 de ervaren discriminatie in de samenleving 0% is.”
“Nooit meer is nu: in de Grondwet wordt expliciet opgenomen dat Nederland het fascisme en extreemrechtse politiek afwijst en kiest voor een pluriforme rechtsstaat waarin iedereen gelijkwaardig is.”
“De Autoriteit tegen Discriminatie en Racisme (AR). Deze Autoriteit vervangt de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme en krijgt iets wat nu ontbreekt: échte macht, een”
DENK kiest voor een zeer uitgesproken pro-Palestijnse koers, met harde sancties tegen Israël en volledige beëindiging van militaire samenwerking. Dit is veel verdergaand dan het beleid van D66 of CDA.
“Wij moeten keiharde sancties tegen “Israël” eisen om de genocide in Gaza te stoppen.”
“De zwaarste sancties tegen de oorlogsmisdadiger Netanyahu en alle andere leden van de “Israëlische” regering. Alle tegoeden van leden van de “Israëlische” regering worden bevroren, er wordt beslag gelegd op hun inkomsten en er worden inreisverboden ingesteld.”
“Nederland stopt alle vormen van militaire samenwerking met “Israël”. Het militaire verdrag tussen Nederland en “Israël” gaat door de shredder en er worden geen inlichtingen meer met “Israël” gedeeld.”
“Alle samenwerking met “Israëlische” universiteiten wordt beëindigd. Een academische boycot van “Israël”.”
DENK wil het minimumloon fors verhogen en investeert zwaar in armoedebestrijding, met concrete prijsmaatregelen en een fulltime minister voor armoede. Dit is een links-progressieve koers die verder gaat dan CDA en vaak ook D66.
“Wij willen een eerlijk loon voor alle Nederlanders. Daarom zijn wij voor een verhoging van het minimumloon naar 18 euro per uur.”
“Wij willen dat de prijzen van boodschappen omlaag gaan. Dit doen wij door het nemen van prijsmaatregelen en het verlagen van de BTW.”
“Er komt een fulltime Minister voor Armoedebestrijding.”
DENK wil het eigen risico volledig afschaffen en de zorgpremie verlagen, met uitbreiding van het basispakket. Dit is een uitgesproken sociaal standpunt dat verder gaat dan het CDA en D66.
DENK wil democratische vernieuwing door de invoering van een direct gekozen burgemeester en verlaging van de kiesgerechtigde leeftijd naar 16 jaar, wat progressiever is dan het CDA-standpunt.
DENK wil vasthouden aan en waar mogelijk ambitieuzere klimaatdoelen, met een Klimaatfonds en een grotere bijdrage van grote vervuilers. Dit is doorgaans progressiever dan het CDA-standpunt.
“Wij staan voor de klimaatdoelen. Dat betekent dat Nederland klimaatneutraal is in 2050 en dat wij de uitstoot met 55% beperken in 2030. Indien mogelijk gaan wij ambitieuzere doelen vaststellen.”
“Grote vervuilers gaan eerlijker bijdragen. Bedrijven in de commerciële sector die veel energie verbruiken, gaan relatief méér”
De PVV zet zich af tegen het progressieve beleid van partijen als D66 en positioneert zich als uitgesproken anti-immigratie, anti-EU, anti-klimaatmaatregelen en tegen woke- en genderbeleid. Hun belangrijkste voorstellen zijn een totale asielstop, het terugdraaien van klimaatbeleid, het beperken van Europese invloed, en het afschaffen van woke- en genderbeleid in onderwijs en overheid. De kern van hun visie is het herstellen van nationale soevereiniteit, het beschermen van Nederlandse cultuur en tradities, en het afwijzen van internationale verdragen en progressieve maatschappelijke veranderingen.
De PVV wil een volledige asielstop, geen immigratie uit islamitische landen, en het opzeggen van internationale verdragen zoals het VN-Vluchtelingenverdrag en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Dit staat haaks op het D66-standpunt dat inzet op internationale samenwerking en bescherming van vluchtelingenrechten.
“Totale asielstop: alle asielzoekers worden aan de grens geweigerd (artikel 72 VWEU)”
“Geen immigratie uit islamitische landen”
“Opzeggen VN-Vluchtelingenverdrag, Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, Europees Verdrag inzake Nationaliteit en andere verdragen die ons dwarsbomen”
De PVV verwerpt vrijwel alle klimaatmaatregelen, wil geen nieuwe windturbines of zonneparken, en zet in op fossiele energie en kernenergie. Dit botst direct met het D66-standpunt dat juist inzet op ambitieuze klimaatdoelen en energietransitie.
“Geen miljardenverspilling aan klimaatbeleid, maar een betaalbare energierekening.”
“Geen enkele nieuwe windturbine er meer bij; geen nieuwe zonneparken”
“Onze moderne, schone kolen- en gascentrales openhouden”
“Nieuwe kerncentrales bijbouwen, ook kleine modulaire reactoren; inzet op thorium”
De PVV wil bevoegdheden terughalen uit Brussel, vetorechten inzetten, EU-uitbreiding stoppen en opt-outs afdwingen, terwijl D66 juist voor verdere Europese samenwerking is.
De PVV wil excuses voor het slavernijverleden intrekken, woke- en genderbeleid schrappen, en alleen het biologische geslacht erkennen. Dit staat lijnrecht tegenover het D66-standpunt dat inzet op inclusiviteit, erkenning van historisch onrecht en genderdiversiteit.
“Excuses voor het slavernijverleden en de politionele acties intrekken”
“Voor de PVV bestaan er slechts twee geslachten: man en vrouw. In wetten en beleid hoort het biologische geslacht weer leidend te zijn – dus geen “X” in het paspoort.”
“We stoppen met gesubsidieerd wokebeleid en schrappen de hokjesdenkende genderpropaganda op scholen.”
De PVV wil per direct stoppen met alle ontwikkelingshulp, terwijl D66 ontwikkelingssamenwerking als essentieel ziet.
D66 onderscheidt zich van het CDA door uitgesproken progressieve standpunten op thema’s als klimaat, sociale gelijkheid, euthanasie, drugsbeleid, dierenwelzijn, Europese integratie en migratie. De partij kiest voor individuele vrijheid, vergroening, sociale rechtvaardigheid en een open, inclusieve samenleving. Kiezers die strategisch CDA overwegen om de PVV te blokkeren, moeten zich realiseren dat CDA op veel van deze punten een meer behoudende koers vaart die fundamenteel botst met de kern van het D66-programma.
D66 wil de mogelijkheden voor euthanasie en hulp bij voltooid leven wettelijk verruimen, inclusief bij psychisch lijden en dementie. Dit staat haaks op het CDA, dat traditioneel tegenstander is van verdere verruiming en hulp bij voltooid leven.
D66 kiest voor regulering van softdrugs, experimenten met XTC, en het niet criminaliseren van gebruikers. CDA is hier structureel tegen en kiest voor een streng verbod en repressief beleid.
“Door cannabis van het zaadje tot de shop te reguleren, halen we de handel uit criminele handen en maken we capaciteit voor de opsporing vrij. Bij andere drugs kiezen we per geval de beste aanpak: van regulering waar het kan tot hard ingrijpen waar het moet. Voor XTC willen we met lokale experimenten starten.”
“We stigmatiseren en criminaliseren mensen die drugs gebruiken niet.”
D66 wil sneller fossiele subsidies afbouwen, sectorale einddata voor fossiele technieken, en een nationaal vergroeningsoffensief. CDA is traditioneel terughoudender en kiest voor een gematigder tempo en meer ruimte voor landbouw en industrie.
“D66 wil fossiele subsidies sneller afbouwen en geeft ruimte aan duurzame innovatie.”
“We stellen per sector een duidelijke einddatum voor fossiele technieken en we maken duidelijke plannen voor de overstap naar duurzame alternatieven.”
“D66 wil een nationaal vergroeningsoffensief. Van gevels en daken tot pleinen en straten leggen we groen aan.”
D66 wil de bio-industrie afschaffen, dieronwaardige praktijken beëindigen en stoppen met internationaal veetransport voor slacht. CDA verdedigt de agrarische sector en is tegen zulke vergaande maatregelen.
“De bio-industrie past niet in een voedselsysteem dat rekening houdt met dier, natuur en gezondheid. We schaffen dieronwaardige praktijken af en pakken dieronvriendelijk transport aan, zoals het gesleep met jonge kalveren. We stoppen met internationaal transport van vee voor de slacht, naar Zwitsers voorbeeld.”
D66 wil meer Europese integratie, een Europese krijgsmacht en sterkere EU-besluitvorming. CDA is veel terughoudender en wil nationale soevereiniteit behouden.
D66 verdedigt de spreidingswet, humane opvang en eerlijke verdeling van asielzoekers. CDA is kritisch op de spreidingswet en wil strengere migratiebeheersing.
D66 zet zich expliciet in voor gelijke rechten, bestrijding van discriminatie op basis van seksuele oriëntatie en genderidentiteit, en volledige zelfbeschikking. CDA is op deze thema’s traditioneel terughoudender.
“D66 wil alle vormen van uitsluiting, racisme en discriminatie doorbreken: of het nu gaat om afkomst of geloof (jodenhaat of moslimhaat), huidskleur (zoals anti-zwart of anti-Aziatisch racisme), leeftijd, armoede, beperking, neurodiversiteit (zoals ADHD of autisme), seksuele oriëntatie of genderidentiteit (queerhaat) of omdat iemand een vrouw is.”
JA21 positioneert zich als een uitgesproken rechts-conservatieve partij die scherpe grenzen wil stellen aan migratie, minder EU-invloed nastreeft, en kritisch is op klimaat- en stikstofbeleid. Hun programma legt de nadruk op nationale soevereiniteit, beperking van migratie, behoud van fossiele energie en kernenergie, en het afschaffen van generieke klimaatmaatregelen. Deze standpunten staan haaks op de progressieve, pro-Europese en klimaatambitieuze koers van D66.
JA21 wil migratie en asiel sterk beperken, internationale verdragen herzien en integratie afdwingen, wat fundamenteel verschilt van het inclusieve en internationale migratiebeleid van D66.
“JA21 herziet de knellende internationale verdragen en legt de soevereiniteit over onze grenzen weer waar hij hoort: bij ons Nederlandse parlement.”
“Migratie moet sterk beperkt worden, en migranten die Nederland wel opneemt moeten integreren. JA21 wil dus scherpe grenzen stellen aan migratie, hiermee ruimte creëren op de woningmarkt, de Nederlandse cultuur beschermen, en wil integratie afdwingen.”
“Het inwilligingspercentage van asielverzoeken fors omlaag: loslaten ‘voordeel van de twijfel’-principe, beter en vaker onderzoeken van asielaanvragen...”
JA21 wil minder macht voor de EU, meer nationale zeggenschap en referenda, terwijl D66 juist pro-EU en voor verdieping van Europese samenwerking is.
JA21 verwerpt nationale klimaatheffingen, wil kolen- en gascentrales openhouden, en zet in op kernenergie in plaats van wind- en zonne-energie. Dit staat haaks op het ambitieuze klimaatbeleid van D66 gericht op snelle verduurzaming.
JA21 wil af van de kritische depositiewaarde (KDW) en generieke stikstofmaatregelen, en kiest voor regionale maatwerkpakketten, wat botst met het landelijke stikstofbeleid van D66.
JA21 wil ontwikkelingshulp beperken tot noodhulp en de ambassade naar Jeruzalem verplaatsen, in tegenstelling tot het bredere internationale beleid van D66.
BBB onderscheidt zich van D66 door een sterk pragmatische, behoudende koers op thema’s als klimaat, migratie, landbouw en Europese samenwerking. Waar D66 inzet op ambitieuze klimaatdoelen, internationale samenwerking en inclusiviteit, kiest BBB voor nuchterheid, nationale soevereiniteit en het beperken van regels en lasten. De partij verzet zich tegen ideologisch beleid en legt de nadruk op haalbaarheid, draagvlak en bescherming van traditionele sectoren en waarden.
BBB verwerpt het ideologisch en ambitieuze klimaatbeleid van D66 en pleit voor een nuchtere, haalbare aanpak zonder nationale koppen op Europees beleid. De partij wil geen extra nationale eisen bovenop Europese afspraken en is kritisch op de economische gevolgen van streng klimaatbeleid.
“Klimaatbeleid moet haalbaar, uitvoerbaar en betaalbaar zijn. We herzien afspraken als ze leiden tot onrealistische ambities of onbetaalbare oplossingen. Geen nationale koppen op Europees beleid.”
“We maken ons zorgen over de economische schade van ideologisch klimaatbeleid. Grote bedrijven vertrekken uit Nederland door hoge lasten en ondoordachte maatregelen, met banenverlies als gevolg.”
“Klimaatbeleid moet geen religie worden, maar een nuchtere beleidsopgave waarin haalbaarheid, draagvlak en de balans met andere publieke doelen voorop staan.”
“Pauzeknop voor windenergie. Er komt een pas op de plaats bij uitbreiding van wind op land en op zee. Alleen op 1 november 2025 volledig vergunde projecten worden gerealiseerd.”
BBB wil migratie en asiel sterk beperken en stelt draagvlak bij de lokale bevolking als voorwaarde voor opvang, in tegenstelling tot D66 dat inzet op humane opvang en internationale solidariteit.
“Asielopvang mag alleen plaatsvinden op locaties waar voldoende draagvlak is bij de bevolking, zodat de samenleving betrokken en ondersteund blijft.”
“We hechten waarde aan onze grenzen... Terwijl de instroom van migranten vrijwel onverminderd doorgaat, wordt onze verzorgingsstaat stap voor stap uitgehold.”
BBB is kritisch op Brusselse regelgeving en wil nationale belangen vooropstellen, terwijl D66 juist pleit voor meer Europese samenwerking en integratie.
“BBB is niet tegen Europese samenwerking, maar Nederland moet weer soeverein kunnen kiezen wat werkt. Nationale belangen moeten voorop staan, niet Brusselse dogma’s.”
BBB verzet zich tegen het halveren van de veestapel en het gedwongen uitkopen van boeren, een koers die D66 juist wél steunt om klimaat- en natuurdoelen te halen.
BBB wil de regeldruk en lasten voor bedrijven verlagen, waar D66 juist inzet op vergroening en hogere lasten voor vervuilers.
“We verlagen de regeldruk en houden hier zo veel als mogelijk rekening mee bij belastingmaatregelen.”
“We investeren in ons vestigingsklimaat. Daarbij erkennen we de bijdrage die onze bedrijven, zowel multinationals als mkb-bedrijven, leveren aan onze schatkist.”
50PLUS onderscheidt zich van D66 en CDA door een uitgesproken focus op ouderen, behoud van de AOW, en een kritische houding tegenover nationaal klimaatbeleid en migratie. De partij wil nationale regelgeving niet strenger maken dan Europees vereist, is voor kernenergie, en pleit voor beperking van arbeids- en studiemigratie. Hun visie is behoudend, pragmatisch en gericht op het beschermen van verworven rechten en koopkracht van ouderen.
50PLUS verzet zich tegen extra nationale klimaatmaatregelen en wil uitsluitend Europese regelgeving volgen, terwijl D66 juist voorop wil lopen met ambitieus nationaal klimaatbeleid. Dit verschil raakt direct aan de kern van de klimaat- en energiediscussie tussen deze partijen.
50PLUS wil het aantal arbeids- en studiemigranten actief beperken en legt verantwoordelijkheid bij werkgevers en onderwijsinstellingen, wat strenger is dan het migratiebeleid van D66. Dit standpunt adresseert zorgen over druk op overheidsdiensten en sociale zekerheid.
50PLUS kiest expliciet voor de bouw van meerdere nieuwe kerncentrales, een koers die D66 juist afwijst. Dit verschil is fundamenteel in het energiedebat.
50PLUS wil de schenk- en erfbelasting volledig afschaffen, terwijl D66 deze belastingen juist wil behouden of hervormen. Dit raakt aan de visie op vermogensverdeling en solidariteit.
“De schenk- en erfbelasting wordt afgeschaft.”
50PLUS verdedigt een onaantastbare AOW, gekoppeld aan het minimumloon, en wil een dertiende maand voor AOW’ers. D66 is voor hervorming en flexibilisering van de AOW. Dit verschil raakt direct aan het inkomensbeleid voor ouderen.
“De AOW is het onaantastbare fundament van onze welvaartsstaat en blijft, wat 50PLUS betreft, staan als een huis.”
“De AOW-uitkering is er voor iedereen en blijft gekoppeld aan het wettelijk minimumloon.”
“Er wordt een dertiende maand ingevoerd voor AOW’ers, ter compensatie van het afschaffen van de Inkomensondersteuning-AOW (IO-AOW).”
De VVD positioneert zich als een partij die inzet op economische groei, een kleinere overheid, minder nivellering en een pragmatische, realistische koers op thema’s als Europa, defensie en migratie. De partij benadrukt het belang van individuele vrijheid, minder herverdeling en een sterke focus op veiligheid en nationale belangen. Concrete voorstellen zijn onder meer lastenverlichting voor middeninkomens, minder uitgaven aan zorg en sociale zekerheid, en een kritische houding ten opzichte van verdere Europese integratie.
De VVD verzet zich tegen verdere inkomensnivellering en het vergroten van herverdeling via belastingen, in tegenstelling tot D66 dat doorgaans meer inzet op sociale gelijkheid en herverdeling. De VVD wil de lasten voor middeninkomens verlagen en de herverdelingsmachine inperken.
“De VVD perkt de Haagse herverdelingsmachine in. We stoppen met steeds maar weer verder nivelleren, verlagen de lasten voor middeninkomens en zetten de werkende Nederlander weer op één.”
“De VVD staat voor sterke publieke voorzieningen: onze wegen, onderwijs en defensie moeten van wereldklasse zijn. Maar van elke belastingcent gaat steeds meer naar de zorg, uitkeringen en regelingen voor mensen die niet of weinig werken. Dit terwijl werkenden er te weinig op vooruitgaan.”
De VVD kiest ervoor om te investeren in defensie en veiligheid, en wil bezuinigen op zorg en sociale zekerheid, onder andere door een kleiner basispakket en meer eigen bijdragen. Dit staat op gespannen voet met het D66-standpunt dat doorgaans inzet op een sterke sociale zekerheid en toegankelijke zorg.
“Dat betekent wel dat we keuzes zullen moeten maken in de zorg en de sociale zekerheid, zoals een kleiner basispakket, meer eigen bijdragen, een efficiënter zorgstelsel en een veel meer activerende sociale zekerheid.”
“We kiezen daarom voor het stevig aanpakken van zorgfraude, met hogere straffen voor fraudeurs en een zwarte lijst bij de Kamer van Koophandel van veroordeelde zorgfraudeurs. We vergoeden alleen effectieve en gecontracteerde zorg en kijken kritisch of behandelingen in het basispakket wel het meest effectief zijn.”
De VVD is tegen een federale EU en verdere overdracht van nationale bevoegdheden, en pleit voor een pragmatische samenwerking binnen Europa. D66 is juist uitgesproken pro-Europees en voorstander van verdere integratie.
“Wij verzetten ons tegen een sluipende overdracht van nationale bevoegdheden en een federale glijbaan.”
“De VVD staat open voor een EU met meerdere snelheden, waarin coalities van gelijkgezinde landen, zoals Nederland, Duitsland, Frankrijk en Scandinavische staten, samen verder kunnen integreren op terreinen als defensie, veiligheid, innovatie of samen hardere afspraken kunnen maken op migratie.”
De VVD wil minder geld uitgeven aan ontwikkelingssamenwerking en meer aan defensie, terwijl D66 traditioneel meer inzet op internationale solidariteit en ontwikkelingshulp.
“De VVD gaat mee met de huidige geopolitieke realiteit door te investeren in defensie en minder uit te geven aan ontwikkelingssamenwerking.”
“Elke euro die Nederland in het buitenland uitgeeft, moet bijdragen aan onze eigen veiligheid, vrijheid en economische kracht. Dit geldt dus ook voor de middelen die we inzetten voor ontwikkelingssamenwerking.”
De VVD is tegenstander van referenda en het instellen van een constitutioneel hof, terwijl D66 juist voorstander is van meer directe democratie en constitutionele toetsing.
Deze analyse vergelijkt de standpunten van CDA en D66, met focus op waar CDA afwijkt van D66. CDA positioneert zich als centrum-rechts, met nadruk op christendemocratische waarden, behoud van tradities, en een gematigde koers op thema’s als klimaat, migratie, en Europa. De belangrijkste botsingen met D66 liggen op het gebied van klimaatambitie, migratie, sociale progressiviteit, en Europese integratie.
CDA kiest voor een gematigder klimaatbeleid dan D66, met meer ruimte voor landbouw, behoud van gaswinning, en minder nadruk op snelle verduurzaming. Dit botst met de progressieve en ambitieuze klimaatdoelen van D66.
“We willen het Groninger gasveld weer openstellen, de overheidsbureacratie terugdringen en niet langer meegaan in een wezenloze proxy-oorlog tegen Rusland;”
“We schrappen alle klimaatregels, beëindigen het aardgasverbod en heropenen moderne kolen- en gascentrales.”
“Geen nieuwe windmolens op zee... Geen zonneparken op onbebouwde grond of water... Elke vorm van subsidie op de aanleg van zonnepanelen op daken wordt ingetrokken.”
CDA wil de immigratie beperken, met name uit niet-westerse landen, en zet in op remigratie van laagopgeleide migranten. Dit staat haaks op het inclusieve en internationale migratiebeleid van D66.
“Wij willen een volledige stop op immigratie uit Afrika en het Midden-Oosten en een aanzienlijke remigratie tot stand brengen van - zeg - 100.000 laagopgeleiden”
CDA is kritisch op verdere Europese integratie en wil meer nationale zeggenschap, terwijl D66 juist voorstander is van een sterker en hechter Europa.
CDA wil een kleinere overheid en lagere belastingen, wat kan botsen met de D66-inzet op publieke investeringen en sociale voorzieningen.
“De Rijksoverheidsuitgaven moeten verplicht ieder jaar 3% krimpen, zodat de overheid niet groter maar kleiner wordt.”
“We voeren een vlaktaks in op het inkomen in Box-1, zodat meer verdienen niet wordt afgestraft en altijd volstrekt transparant is hoeveel inkomstenbelasting moet worden betaald.”
CDA legt minder nadruk op inkomensgelijkheid en herverdeling dan D66, dat juist inzet op sociale rechtvaardigheid.
“We zijn tegen het kunstmatig gelijk trekken van inkomens of vermogens. Ondernemen, investeren en sparen moeten worden gestimuleerd in plaats van ontmoedigd.”
De SP benadrukt dat strategisch stemmen op het CDA voor D66-kiezers problematisch kan zijn, omdat het CDA op meerdere punten fundamenteel verschilt van D66, vooral op sociaal, economisch en ethisch vlak. De SP pleit voor een radicaal sociale koers, met nadruk op solidariteit, bestaanszekerheid, en progressieve waarden, terwijl het CDA traditioneel behoudender is en vaker compromissen sluit die botsen met D66-standpunten. Belangrijke voorstellen zijn onder andere het versterken van sociale voorzieningen, het tegengaan van militarisering, en het waarborgen van individuele vrijheden.
De SP verzet zich fel tegen de verhoging van defensie-uitgaven (de zogeheten Trump-norm), waar het CDA juist vóór is en D66 kritisch tegenover staat. Dit raakt direct aan de keuze van D66-kiezers die waarde hechten aan diplomatie en sociale investeringen boven militarisering.
“Geen Trump-norm. De SP is tegen de nieuwe NAVOnorm voor defensieuitgaven waarbij de Amerikaanse president Trump van ons eist dat wij 5% van alles wat we samen in Nederland verdienen uitgeven aan wapens.”
“Dit leidt nu al en zal nog meer leiden tot bezuinigingen op onze zorg, onderwijs en sociale zekerheid.”
De SP kiest voor een veel progressiever sociaal-economisch beleid dan het CDA, met hogere belastingen voor vermogenden en een sterke focus op het verkleinen van ongelijkheid. D66 deelt veel van deze progressieve accenten, terwijl het CDA traditioneel behoudender is op dit vlak.
“We verhogen de belasting voor het inkomen uit kapitaal naar het niveau van de inkomstenbelasting, voeren we een miljonairsbelasting in voor vermogens boven 5 miljoen euro en stoppen we met subsidies voor miljardairs.”
“Wij kiezen voor de belangen van de werkende klasse: de grote meerderheid van Nederland die hun inkomen verdient uit arbeid, uitkering of pensioen.”
De SP pleit voor een radicaal andere aanpak van de klimaatcrisis, waarbij het kapitalisme als oorzaak wordt gezien en winstmaximalisatie wordt teruggedrongen. D66 is ook ambitieus op klimaat, terwijl het CDA vaak kiest voor gematigde, stapsgewijze maatregelen en samenwerking met het bedrijfsleven.
“Een crisis die in zijn kern veroorzaakt wordt door het kapitalisme. Want zolang winst boven alles gaat, blijft het kapitalisme de bron van deze crisis en moeten we het kapitalisme dus terugdringen om ons klimaat en onze toekomst te redden.”
“De klimaatcrisis bestrijden. Het kapitalistische systeem stelt winst boven mensen en klimaat.”
De SP wil meer directe inspraak van burgers en werknemers, terwijl het CDA traditioneel meer waarde hecht aan representatieve democratie en bestuurlijke stabiliteit. D66 is juist voorstander van meer burgerparticipatie en democratische vernieuwing.
“We democratiseren bedrijven. Als eerste stap richting democratische bedrijven stellen we vast dat in het bestuur van een bedrijf altijd ten minste één bestuurder moet zitten die is verkozen door de werknemers die aan hen verantwoording moet afleggen.”
“We maken werk van een democratische universiteit, waar studenten en (onderwijs)medewerkers meer te zeggen krijgen over het onderwijs.”
De SP benadrukt het belang van gelijke behandeling, inclusiviteit en bescherming van minderheden, wat aansluit bij D66-waarden. Het CDA is op deze punten vaak behoudender, vooral op het gebied van ethische kwesties en sociale progressiviteit.
“Respect voor artikel 1 van de grondwet. We gaan tweedeling tegen en accepteren geen enkele vorm van discriminatie, door niemand.”
BIJ1 positioneert zich als radicaal links en pleit voor een fundamenteel andere koers dan zowel D66 als CDA, met nadruk op democratisering van bedrijven, gratis onderwijs, volledige publieke zorg, en vergaande sociale en antikoloniale maatregelen. Hun programma bevat voorstellen die veel verder gaan dan de standpunten van D66, en op veel punten haaks staan op het CDA, vooral rond sociale gelijkheid, democratisering, en internationale solidariteit. Voor kiezers die twijfelen tussen D66 en CDA is het belangrijk te beseffen dat CDA op tal van punten wezenlijk verschilt van D66, vooral op sociaal, cultureel en bestuurlijk vlak.
Het CDA verdedigt het recht op bijzonder (religieus) onderwijs, terwijl D66 voorstander is van meer seculier, inclusief onderwijs en het tegengaan van segregatie. Dit is een fundamenteel verschil in visie op onderwijs en samenleving.
“Elke instelling krijgt een diversiteitscommissie en er komen diversiteitsquota in alle onderwijs- en bestuurslagen in het theoretisch en wetenschappelijk onderwijs.”
Het CDA is traditioneel terughoudend met het geven van vergaande inspraak en vetorechten aan werknemers in grote bedrijven, terwijl D66 juist meer medezeggenschap wil, maar niet zo ver als BIJ1. Dit verschil is relevant voor kiezers die waarde hechten aan democratisering van het bedrijfsleven.
“Alle grote bedrijven worden verplicht om werknemers-raden aan te stellen met gekozen vertegenwoordigers van het personeel. Die raden hebben advies- en vetorecht over belangrijke beslissingen als ontslagen, investeringen en reorganisaties.”
Het CDA steunt marktwerking in zorg en woningmarkt in veel grotere mate dan D66, die juist meer regulering en publieke sturing wil. BIJ1 wil volledige publieke zorg en verregaande regulering van de woningmarkt, wat veel verder gaat dan D66.
“De zorg komt volledig in handen van de overheid, van ziekenhuis tot verzekeraar. Winst en markt-bureaucratie in de zorg worden zo verleden tijd.”
“Alle huren omlaag. We zorgen dat huisjesmelkers niet méér huur aan jou kunnen rekenen dan eerlijk is, met bindende maximumprijzen voor elke woning.”
Het CDA is voor behoud van collegegeld en een gematigde studiefinanciering, terwijl D66 voor verlaging van de lasten is, maar niet voor volledige afschaffing. BIJ1 wil gratis onderwijs en kwijtschelding van studieschulden.
“We schaffen collegegeld af: al het onderwijs wordt gratis. Alle studieschulden van de ‘pechgeneratie’ schelden we volledig kwijt.”
Het CDA is uitgesproken voorstander van NAVO-lidmaatschap en een trans-Atlantische koers, terwijl D66 kritisch is maar NAVO steunt. BIJ1 wil uit de NAVO treden en een radicaal andere buitenlandse politiek.
“Nederland start direct het traject om uit de NAVO te treden en voltooit dit binnen 4 jaar. Tot dat moment verhogen we op geen enkel moment het budget van defensie.”
Het CDA steunt de dienstplicht en een actieve rol van defensie, terwijl D66 deze wil moderniseren of beperken. BIJ1 wil dienstplicht afschaffen en jongeren beschermen tegen ronseling.
Het CDA-verkiezingsprogramma verschilt op enkele fundamentele punten van D66, vooral op het gebied van migratie, vrijheid van onderwijs en natuurbeleid. Waar D66 doorgaans kiest voor een progressieve, liberale koers, kiest het CDA voor meer restrictieve migratie, behoud van bijzonder onderwijs en ruimere mogelijkheden voor wildbeheer. Deze standpunten zijn concreet en kunnen voor een D66-stemmer zwaar wegen bij een strategische stemafweging.
Het CDA kiest voor een fors restrictiever migratiebeleid dan D66, met nadruk op beperking van alle vormen van migratie, tijdelijke asielvergunningen, beperking gezinshereniging en het strafbaar stellen van niet meewerken aan terugkeer. D66 is juist voor een humaan, ruimhartig migratiebeleid en gezinshereniging.
“Omdat de belangrijkste oorzaak migratie is, zal die fors moeten worden beperkt. Wij willen dat op alle vormen van migratie streng en stevig wordt gestuurd, in lijn met het scenario ‘gematigde bevolkingsgroei’ dat de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen schetst.”
“We steunen een nieuw veilig derde land-concept waarmee asielaanvragen ook in een veilig derde land buiten de EU worden onderzocht en het huidige bandencriterium wordt losgelaten in overeenstemming met de geldende verdragen.”
“Wij zijn voorstander van de maatregelen uit de Asielnoodmaatregelenwet waarin we kiezen voor tijdelijke asielvergunningen, gezinshereniging terugbrengen tot het kerngezin, de voornemenprocedure bij de IND afschaffen, uitbreiding van de ongewenstverklaring en de maatregelen die het stapelen van asielverzoeken onmogelijk maakt.”
“Het is strafbaar voor uitgeprocedeerde asielzoekers om niet mee te werken aan terugkeer naar het land van herkomst.”
Het CDA verdedigt expliciet de vrijheid van onderwijs, inclusief bijzonder (religieus) onderwijs, terwijl D66 deze vrijheid wil moderniseren en beperken als deze ten koste gaat van gelijke kansen of inclusiviteit.
“Het CDA staat pal voor de vrijheid van onderwijs. Dankzij dit grondrecht hebben ouders de mogelijkheid een school te kiezen die past bij hun overtuiging en opvattingen mits dat niet ten koste gaat van de kwaliteit van het onderwijs als voorbereiding op het samenleven in een democratische rechtsstaat.”
Het CDA wil structureel wildbeheer en de wildlijst verruimen, wat betekent dat meer diersoorten bejaagd mogen worden. D66 is hier doorgaans tegen en kiest voor strengere natuurbescherming.
“Het CDA kiest voor structureel en verantwoord wildbeheer en wil daarvoor de wildlijst waar mogelijk verruimen.”
Het CDA wil vissers meer ruimte geven in beschermde natuurgebieden, waar D66 juist strengere bescherming van deze gebieden nastreeft.
“We willen ook ruimte voor vissers in onder andere Natura 2000-gebieden en de voordelta.”
Het CDA wil de hogere nationale CO2-heffing schrappen, terwijl D66 juist voorstander is van stevige nationale CO2-prijsprikkels.
“We realiseren de ambitie om in 2040 klimaatneutraal te zijn en schrappen de hogere nationale CO2-heffing.”
De ChristenUnie onderscheidt zich van D66 door een behoudender visie op Europese integratie, migratie en de rol van de overheid in ethische kwesties. De partij legt nadruk op nationale soevereiniteit, stelt grenzen aan Europese bemoeienis en pleit voor een restrictiever migratiebeleid. Dit botst met het doorgaans progressievere, internationalere en liberalere profiel van D66.
De ChristenUnie wil Europese samenwerking beperken tot waar het strikt noodzakelijk is en verzet zich tegen verdere overdracht van bevoegdheden aan de EU, vooral op terreinen als gezondheidszorg, medische ethiek, onderwijs en woningbouw. Dit staat haaks op het pro-Europese en integratiegerichte beleid van D66.
“Wij verzetten ons tegen Europese bemoeizucht op terreinen waar de EU geen mandaat heeft, zoals gezondheidszorg, medische ethiek, onderwijs of woningbouw.”
“Europese samenwerking begint met duidelijkheid over bevoegdheden. Het moet helder zijn waar lidstaten zelf verantwoordelijk voor zijn en waar de Europese Unie wel of niet over gaat. Voor de ChristenUnie is subsidiariteit het uitgangspunt: besluiten worden genomen op het laagst mogelijke niveau, zo dicht mogelijk bij mensen.”
De ChristenUnie kiest voor een gematigde groei door gecontroleerde migratie en wil het migratiesaldo beperken, in tegenstelling tot D66 dat doorgaans een opener migratiebeleid voert.
“Op basis van het advies van de Staatscommissie kiest de ChristenUnie voor gematigde groei door gecontroleerde migratie, inclusief de nodige keuzes voor de economie en de ruimtelijke inrichting van Nederland.”
“De ChristenUnie streeft naar een maximaal migratiesaldo binnen de bandbreedte zoals geschetst door de staatscommissie.”
“Maar wie geen blijvende plek heeft in de Nederlandse samenleving en ook terug kan, moet terugkeren.”
De ChristenUnie is kritisch over de Europese Digitale Identiteit (eID) en wil geen Europees Burgerservicenummer, terwijl D66 innovatiever en positiever tegenover Europese digitale samenwerking staat.
“De ChristenUnie is kritisch op de ontwikkelingen rondom de Europese Digitale Identiteit (eID). Als er een eID komt, moet dit vrijwillig, transparant en privacy-proof zijn. Er komt geen Europees Burgerservicenummer.”
De ChristenUnie wijst referenda en een kiesdrempel af, terwijl D66 juist voorstander is van meer directe democratie en een kiesdrempel.
De Partij voor de Dieren (PvdD) benadrukt een radicaal andere koers dan traditionele partijen als CDA en D66, met welzijn, natuur en dierenrechten als uitgangspunt. PvdD pleit voor stevige klimaatmaatregelen, sociale gelijkheid en een sterke, onafhankelijke rechtsstaat. Hun programma bevat concrete voorstellen voor vergroening, sociale rechtvaardigheid en democratische bescherming, waarmee ze zich duidelijk onderscheiden van het CDA en op veel punten dichter bij D66 staan.
PvdD kiest expliciet voor welzijn, natuur en dierenrechten boven economische groei, terwijl CDA traditioneel economische groei en landbouwbelangen zwaarder laat wegen. Dit botst met het sociaal-liberale, op duurzaamheid gerichte profiel van D66.
PvdD wil de klimaatcrisis en stikstofcrisis radicaal aanpakken door het aantal dieren fors in te krimpen en de landbouw te hervormen, wat veel verder gaat dan het CDA-standpunt en meer aansluit bij D66.
“Door het aantal dieren fors in te krimpen en met maatregelen voor de industrie, de luchtvaart en het verkeer, lossen we de stikstofcrisis wél op.”
“We stoppen direct met nieuwe concessies voor gas- en olievelden, schaffen investeringssubsidies af en stoppen met uitbreiding van fossiele infrastructuur, zoals LNG-terminals, in lijn met het Fossiele Brandstof Non-Proliferatieverdrag.”
PvdD verdedigt een onafhankelijke rechtspraak, afschaffing van het toetsingsverbod en bescherming van grondrechten, terwijl CDA traditioneel terughoudender is met constitutionele toetsing en meer nadruk legt op orde en gezag. Dit sluit nauwer aan bij D66.
“We schaffen het toetsingsverbod af, zodat rechters in alle lagen – van rechtbank tot Hoge Raad – wetten kunnen toetsen aan de Grondwet. Grondrechten krijgen zo eindelijk directe bescherming in de rechtszaal.”
“De Partij voor de Dieren staat voor een sterke en weerbare rechtsstaat. Een samenleving waarin je mag zijn wie je bent.”
PvdD wil een radicaal rechtvaardig sociaal stelsel zonder toeslagen, met gelijke behandeling voor iedereen, wat progressiever is dan het CDA-standpunt en meer overeenkomt met D66.
“Sociale zekerheid moet simpel, rechtvaardig en menselijk zijn. Iedereen verdient een inkomen dat genoeg is om fatsoenlijk van te leven, zonder onnodige bureaucratie, wantrouwen of voorwaarden die de toegang belemmeren.”
“Iedereen die in Nederland werkt – waar je ook vandaan komt – heeft recht op gelijke behandeling, goede huisvesting en bescherming.”
De SGP zet zich in voor een uitgesproken christelijk-conservatieve koers, met nadruk op bescherming van het ongeboren leven, klassieke gezinswaarden, en het beperken van migratie. Hun standpunten wijken op fundamentele punten af van D66, vooral op het gebied van ethische kwesties, onderwijs, en migratie. Kiezers die strategisch CDA overwegen om D66-standpunten te beschermen, moeten zich bewust zijn van deze scherpe verschillen.
De SGP is fel tegen abortus en pleit voor maximale bescherming van het ongeboren leven, wat haaks staat op het liberale abortusstandpunt van D66. Dit is een fundamenteel ethisch verschilpunt.
De SGP benadrukt het belang van het klassieke huwelijk en traditionele gezinswaarden, wat contrasteert met de inclusieve visie van D66 op familie- en relatievormen.
De SGP wil duidelijke grenzen aan migratie en stelt cultuur en religie centraal bij toelating en integratie, terwijl D66 juist inzet op een meer open en inclusieve migratiepolitiek.
De SGP verdedigt het recht op bijzonder (christelijk) onderwijs en benadrukt de vrijheid van scholen om hun eigen identiteit te bepalen, wat kan botsen met de seculiere en inclusieve onderwijsvisie van D66.
GroenLinks-PvdA benadrukt solidariteit, gelijke rechten en een sterke publieke sector, met een focus op investeren in publieke voorzieningen, het tegengaan van marktwerking en het versterken van de democratische rechtsstaat. Ze kiezen voor een eerlijker belastingstelsel, meer inspraak voor jongeren, en het beschermen van fundamentele vrijheden zoals het demonstratierecht en een vrije pers. Hun visie is uitgesproken progressief en sociaal, gericht op het verkleinen van ongelijkheid en het versterken van de democratie.
GroenLinks-PvdA kiest expliciet voor investeren in publieke voorzieningen en het terugdringen van marktwerking, terwijl CDA traditioneel marktwerking in bepaalde sectoren verdedigt en minder ver gaat in het vergroten van de publieke sector. Dit botst met het D66-standpunt dat doorgaans meer inzet op innovatie en hervormingen binnen de publieke sector, maar minder uitgesproken is tegen marktwerking dan GroenLinks-PvdA.
“Wij kiezen ervoor om de komende jaren te investeren in onze publieke voorzieningen, economie, infrastructuur en veiligheid.”
“Opeenvolgende kabinetten kozen voor marktwerking in plaats van solidariteit. Als je de samenleving inricht als markt, komen niet mensen maar de winst centraal te staan.”
GroenLinks-PvdA pleit voor een belastingstelsel zonder speciale kortingen en met een eerlijke belasting op vermogen, winst en vervuiling. Dit staat haaks op het CDA-standpunt dat doorgaans minder vergaande hervormingen van het belastingstelsel voorstelt en meer oog heeft voor het ontzien van middeninkomens en ondernemers, terwijl D66 juist vaak progressieve belastinghervormingen steunt.
“Dat betekent een systeem zonder speciale kortingen en een eerlijke belasting op vermogen, winst en vervuiling.”
GroenLinks-PvdA wil de kiesgerechtigde leeftijd verlagen naar 16 jaar en jongeren meer betrekken bij de politiek. CDA is hier traditioneel tegen, terwijl D66 juist voorstander is van meer jongereninspraak en soms ook voor verlaging van de kiesgerechtigde leeftijd pleit.
“We verlagen de kiesgerechtigde leeftijd naar 16 jaar en we rollen een campagne uit om de opkomst onder jongeren te verhogen.”
GroenLinks-PvdA wil dat alleen natuurlijke personen mogen doneren aan politieke partijen, geen bedrijven of stichtingen, om de invloed van geld te beperken. CDA is hier traditioneel minder streng in, terwijl D66 zich ook kritisch opstelt tegenover grote donaties, maar minder vergaande maatregelen voorstelt dan GroenLinks-PvdA.
“Alleen natuurlijke personen mogen doneren en geen stichtingen, bedrijven of business clubs.”
GroenLinks-PvdA wil het demonstratierecht verzekeren en de vrije pers versterken, met duidelijke waarborgen tegen politieke inmenging. CDA is hier traditioneel voorzichtiger en benadrukt vaker de ordehandhaving, terwijl D66 juist sterk inzet op burgerrechten en persvrijheid.
“Het recht om te demonsteren behoort tot de kern van de democratie, ook wanneer dat botst met andere belangen. De burgemeester en de rechter beslissen of ingegrepen moet worden, niet de politiek.”
“Onafhankelijke media zijn onmisbaar in een democratie. We versterken...”
Volt benadrukt een sterk democratisch bestel met meer directe invloed voor burgers, jongeren en leden binnen partijen, en pleit voor vergaande democratische hervormingen zoals een grotere Tweede Kamer, een lager stemrecht, en het afschaffen van het vetorecht in de EU. Hun voorstellen zijn progressief en gericht op transparantie, inclusiviteit en het tegengaan van politieke versnippering. Volt onderscheidt zich hiermee duidelijk van traditionele partijen als CDA, die doorgaans behoudender zijn op deze punten, en van D66, dat weliswaar hervormingsgezind is, maar minder ver gaat dan Volt.
Volt wil het aantal Kamerleden fors verhogen om de volksvertegenwoordiging te versterken, terwijl CDA en D66 traditioneel vasthouden aan 150 zetels. Dit voorstel is bedoeld om de controlerende en wetgevende taak te verbeteren en de representatie te vergroten.
“We breiden de Tweede Kamer uit van 150 naar 250 zetels. Onze Tweede Kamer is namelijk te klein, zeker in vergelijking met andere Europese landen.”
Volt wil de stemgerechtigde leeftijd verlagen naar 16 jaar en een Derde Kamer invoeren voor jongeren, wat veel verder gaat dan het beleid van CDA en D66. Dit moet jongeren meer invloed geven op beleid dat hun toekomst raakt.
“De stem van jongeren vergroten we door de stemgerechtigde leeftijd te verlagen van achttien naar zestien jaar.”
“We voeren een Derde Kamer voor jongeren in. De Derde Kamer krijgt een permanent raadgevend jongerenberaad.”
Volt is expliciet tegen een bindend correctief referendum, terwijl D66 hier traditioneel juist voorstander van is. Volt vindt dat dit de verantwoordelijkheid van volksvertegenwoordigers ondermijnt.
“Volt is tegen een bindend correctief referendum, waarmee nieuwe wetten achteraf kunnen worden teruggedraaid.”
Volt wil wettelijk vastleggen dat partijen intern democratisch moeten zijn, met leden en stemrecht, en is tegen eenmanspartijen. Dit is strenger dan het huidige beleid van CDA en D66.
“We versterken de Nederlandse democratie door in de Wet Politieke Partijen op te nemen dat politieke partijen intern aan democratische minimumeisen moeten voldoen. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheid voor mensen om lid te worden van een politieke partij en stemrecht voor die leden.”
Volt wil het vetorecht in de EU afschaffen en een federale democratie met een Europese grondwet, wat veel verder gaat dan het huidige D66- of CDA-standpunt.
“We schaffen het vetorecht af, zodat nationale leiders hun eigenbelang niet meer boven het belang van ons allemaal kunnen stellen. De EU wordt een echte federale democratie.”
Het NSC-programma (Nieuw Sociaal Contract, niet CDA) legt sterk de nadruk op nationale soevereiniteit, beperking van migratie, en een kritische houding tegenover verdere Europese integratie. Dit staat op meerdere punten haaks op het D66-programma, dat juist pro-EU, progressief op migratie en sociaal-liberaal is. De belangrijkste botsingen zitten in het migratiebeleid, de EU-koers, en de visie op bestuurlijke vernieuwing.
NSC wil alle vormen van migratie (asiel, arbeid, studie) fors beperken en stelt strengere eisen dan D66, dat migratie als verrijking ziet en inzet op humane opvang en integratie. Dit verschil raakt direct aan de kern van het D66-profiel.
“We staan voor een streng en realistisch migratiebeleid. Niet gebaseerd op loze kreten die praktisch niet uitvoerbaar zijn, maar op werkbare en effectieve maatregelen. Dat betekent dat we ons niet alleen focussen op asielmigratie maar alle vormen van migratie aanpakken: arbeidsmigratie, kennismigratie, studiemigratie en asielmigratie.”
NSC is uitgesproken tegen een 'ever closer union' en wil nationale soevereiniteit behouden, terwijl D66 juist voorstander is van verdieping van de Europese samenwerking en meer macht voor de EU.
“We zijn tegen de ‘ever closer union’. Binnen Europa bepleiten we een stevige opstelling van Nederland, constructief maar realistisch. Taken, bevoegdheden en budgetten blijven van ons, deze nationale soevereiniteit bewaken we.”
NSC wil een regionaal kiesstelsel met meervoudige districten, wat de landelijke evenredige vertegenwoordiging (zoals D66 die verdedigt) onder druk zet. D66 is uitgesproken tegen districtenstelsels en voor landelijke evenredigheid.
“We willen de band tussen kiezer en Kamerlid versterken door een regionaal kiesstelsel in te voeren met meervoudige kiesdistricten.”
NSC verwerpt digitaal stemmen vanwege zorgen over stemgeheim en beïnvloeding, terwijl D66 juist voorstander is van digitale innovatie en experimenten met digitaal stemmen.
“Hoewel digitaal stemmen tijdens verkiezingen makkelijk lijkt, is het niet voldoende te beveiligen zonder het stemgeheim aan te tasten. ... Daarom blijven we in Nederland fysiek stemmen.”