GroenLinks-PvdA wil huurverhogingen beperken om huren betaalbaar te houden en huurders te beschermen tegen te hoge lasten, vooral in tijden van hoge inflatie. Ze stellen een wettelijke bovengrens aan huurstijgingen voor, willen dat lonen harder stijgen dan huren, en nemen aanvullende maatregelen zoals huurverlaging bij slecht geïsoleerde woningen. De partij legt de verantwoordelijkheid voor betaalbaarheid en verduurzaming bij verhuurders en wil woekerhuren tegengaan.
GroenLinks-PvdA wil huurverhogingen wettelijk beperken om explosieve huurstijgingen te voorkomen, vooral bij hoge inflatie. Ze vinden dat huren niet harder mogen stijgen dan lonen, zodat huurders zekerheid houden over hun woonlasten.
“Om explosieve huurstijgingen te voorkomen, komt er een wettelijke bovengrens aan de toegestane huurstijging.”
“We willen ervoor zorgen dat de lonen harder stijgen dan de huren. In tijden van hoge inflatie mogen de huren dan niet te hard stijgen.”
“We beperken de stijging van de huur, en zorgen dat de lonen harder stijgen dan de huren.”
“Wij maken vaste lasten weer behapbaar: met een lagere energierekening door goede woningisolatie, huurverhogingen aan banden, lagere prijskaartjes in het ov, en een forse verlaging van zowel de zorgpremie als het eigen risico.”
De partij wil huurverlaging of kortingen mogelijk maken voor huurders van slecht geïsoleerde woningen, om zo verhuurders te stimuleren tot verduurzaming en huurders te beschermen tegen hoge woonlasten.
“Huurders van slecht geïsoleerde woningen behouden een korting op de huur.”
“Een uitgefaseerd energielabel geeft huurders recht op een tochtkorting die via de huurcommissie kan worden opgeëist. Enkel glas wordt erkend als gebrek, zodat huurders recht krijgen op verbetering of huurverlaging.”
GroenLinks-PvdA wil huurders beschermen tegen excessieve huurprijzen door wettelijke bescherming tegen woekerhuren uit te breiden naar alle huurwoningen en de invloed van de markt op de maximale huurprijs te verkleinen.
“De wettelijke bescherming tegen woekerhuren gaat gelden voor alle huurwoningen. De markt krijgt een minder grote rol bij het bepalen van de maximaal toegestane huurprijs, doordat de koopprijs van de woning (WOZ-waarde) minder zwaar gaat meetellen in de berekening.”
BBB wil betaalbare huur stimuleren zonder verhuurders te ontmoedigen of weg te jagen. De partij pleit voor het afschaffen van de Wet betaalbare huur, eerlijkere huurprijsbepaling, voorspelbare belastingen voor verhuurders en meer ruimte voor tijdelijke huurcontracten. Hun kernvisie is dat minder strenge regels en meer marktwerking de huurmarkt stabieler en betaalbaarder maken.
BBB vindt dat de huidige Wet betaalbare huur leidt tot minder huurwoningen doordat particuliere verhuurders hun woningen verkopen. Om huurverhogingen te beperken zonder het aanbod te verkleinen, wil BBB deze wet afschaffen, eerlijkere puntentellingen voor huurprijzen invoeren en belastingen voor verhuurders voorspelbaar maken. Zo willen ze de huurmarkt stabiel en betaalbaar houden.
“We willen de Wet betaalbare huur dan ook afschaffen omdat deze leidt tot het aanzienlijk verminderen van huurwoningen. Want veel particuliere verhuurders verkopen hun woningen, mede door strengere regels.”
“We willen regels aanpassen zodat verhuurders woningen blijven aanbieden in plaats van verkopen. Denk aan eerlijkere puntentellingen voor huurprijzen (woningwaardering), bijvoorbeeld geen strafpunten meer voor het ontbreken van buitenruimte.”
“Belastingen voor (kleine) verhuurders moeten eerlijk en voorspelbaar zijn. Zo houden we de huurmarkt stabiel én betaalbaar.”
BBB wil het verhuren aantrekkelijker maken door meer ruimte te bieden voor tijdelijke huurcontracten, vooral voor studenten en starters. Dit moet het aanbod vergroten en huurverhogingen voorkomen door meer flexibiliteit op de markt.
De PVV is fel tegen huurverhogingen en wil de sociale huren juist met 10% verlagen om wonen betaalbaarder te maken. Ze stellen voor woningcorporaties te compenseren door de winstbelasting te schrappen, zodat de bouw van nieuwe woningen niet in gevaar komt. Het verlagen van de huren en het tegengaan van hoge woonlasten zijn centrale punten in hun visie op volkshuisvesting.
De PVV wil de stijgende woonlasten tegengaan door sociale huren volgend jaar met 10% te verlagen. Ze zien de hoge huren als een groot probleem voor de betaalbaarheid van wonen en willen woningcorporaties compenseren door de winstbelasting af te schaffen, zodat investeringen in nieuwbouw niet worden belemmerd.
“De PVV verlaagt volgend jaar de sociale huren met 10%. Woningcorporaties worden gecompenseerd: door voor hen de winstbelasting te schrappen, komt de bouwopgave niet in gevaar.”
“We gaan ook de strijd aan tegen de hoge huren. Deze zijn in de afgelopen tien jaar met bijna 30% omhooggeschoten. De PVV gaat de sociale huren volgend jaar met 10% verlagen. Woningcorporaties compenseren we door voor hen de winstbelasting te schrappen, zodat de bouwopgave niet in gevaar komt. Dat gaan we regelen voor alle sociale huurders.”
“Sociale huren met 10% verlagen”
Om meer mensen toegang te geven tot betaalbare huurwoningen, wil de PVV de inkomensgrenzen verhogen. Dit moet ervoor zorgen dat een grotere groep woningzoekenden in aanmerking komt voor lagere huren.
De Partij voor de Dieren wil huurverhogingen krachtig tegengaan door huren voor vijf jaar te bevriezen en het woningwaarderingsstelsel (WWS) dwingend te maken voor alle huurwoningen, inclusief de vrije sector. Hiermee wil de partij excessieve huurprijzen voorkomen en de betaalbaarheid van wonen waarborgen, vooral voor mensen met een lager inkomen.
De PvdD stelt voor om alle huren, ook in de vrije sector, voor de komende vijf jaar te bevriezen en de maximale huurprijzen te beperken. Dit moet huurverhogingen direct stoppen en de woonlasten betaalbaar houden, vooral voor huurders die nu te maken hebben met stijgende huren.
Om structurele huurverhogingen en excessieve huurprijzen te voorkomen, wil de PvdD het WWS verplicht maken voor alle huurwoningen, inclusief de vrije sector. Dit voorkomt dat verhuurders het puntensysteem omzeilen en zorgt ervoor dat verbeteringen zoals isolatie niet tot hogere huren leiden.
“We maken het woningwaardenstelsel (WWS) dwingend, zodat we excessieve huurprijzen tegengaan en voorkomen dat huisbazen het puntensysteem voor kamers omzeilen. Huurwoningen in de vrije sector gaan ook onder het WWS vallen. Het WWS wordt voor alle woningen verplicht.”
“Het WWS wordt zo aangepast dat betere isolatie niet leidt tot hogere huren.”
“De WOZ-waarde van een woning wordt niet langer meegenomen in het woningwaarderingsstelsel: Zo voorkomen we dat woningen in populaire gebieden veel punten krijgen met hele hoge huren tot gevolg. Huren gaan zo omlaag.”
De SP is fel tegen huurverhogingen en wil de huren bevriezen om betaalbaarheid te garanderen. Daarnaast pleit de partij voor automatische huurverlaging bij slecht geïsoleerde woningen en wil zij het puntensysteem aanpassen zodat huren niet kunstmatig stijgen. De kern van hun visie is dat wonen een recht is, geen marktproduct, en dat huurders beschermd moeten worden tegen stijgende woonlasten.
De SP wil een einde maken aan jaarlijkse huurverhogingen door de huren te bevriezen. Dit moet huurders beschermen tegen stijgende woonlasten, die volgens de partij harder zijn gestegen dan de inkomens. De partij ziet huurbevriezing als een noodzakelijke maatregel om wonen weer betaalbaar te maken voor brede groepen.
De SP wil dat huurders van woningen met een slecht energielabel (E, F of G) automatisch minder huur gaan betalen, zonder dat zij zelf actie hoeven te ondernemen. Hiermee wil de partij voorkomen dat mensen met slecht geïsoleerde woningen dubbel worden geraakt door zowel hoge huur als hoge energiekosten, en verhuurders stimuleren tot verduurzaming.
“Daarom zorgen wij ervoor dat huurders in woningen met een slecht energielabel (E, F of G) automatisch minder huur gaan betalen zolang de woning nog niet is verduurzaamd.”
“De SP wil dat het energielabel automatisch wordt meegenomen in de huurprijs, zonder dat de huurder naar de Huurcommissie hoeft.”
De SP wil het woningwaarderingsstelsel (puntensysteem) aanpassen zodat de huurprijs weer gebaseerd is op de kwaliteit van de woning en niet op schommelingen in de WOZ-waarde, die de huren kunstmatig opdrijven. Dit moet voorkomen dat huren stijgen door externe factoren die niets met de woningkwaliteit te maken hebben.
“We passen het puntensysteem aan: het gaat weer over de kwaliteit van de woning, niet over schommelingen in de WOZwaarde die de huren kunstmatig opdrijven.”
BIJ1 is radicaal tegen huurverhogingen en wil huren direct goedkoper maken door huurprijzen te bevriezen en te verlagen, inclusief in de vrije sector en met terugwerkende kracht. Ze willen alle huurprijzen aan strenge maximums binden, huurtoeslag verhogen, en huisjesmelkers hard aanpakken. Hun visie is dat wonen een basisrecht is en dat huurders structureel beschermd moeten worden tegen stijgende woonlasten.
BIJ1 wil huurverhogingen volledig stoppen door alle huurprijzen onmiddellijk te bevriezen en bestaande te hoge huren te verlagen, ook in de vrije sector en met terugwerkende kracht. Dit moet huurders direct beschermen tegen stijgende woonlasten en de wooncrisis tegengaan.
Om structurele huurverhogingen te voorkomen, wil BIJ1 de vrije huursector afschaffen en alle huurwoningen onder een bindend puntensysteem brengen dat de maximale huur bepaalt. Dit geldt ook voor bestaande contracten, zodat verhuurders geen ruimte meer hebben om huren te verhogen buiten objectieve kwaliteitscriteria.
“De ‘vrije’ huursector schaffen we af. Alle huurwoningen vallen onder een bindend en algemeen puntensysteem dat de maximale huur bepaalt op basis van de kwaliteit van een woning. Ook bestaande contracten.”
Om huurders extra te beschermen tegen hoge woonlasten en huurverhogingen, wil BIJ1 de huurtoeslag verhogen en loskoppelen van de manier van wonen. Dit vangt de gevolgen op van hoge huren zolang het systeem nog niet volledig hervormd is.
“We maken huren veel goedkoper. Dit doen we door huurtoeslag hoger te maken, huurtoeslag onafhankelijk van de manier van wonen te maken...”
BVNL wil de huurmarkt volledig liberaliseren door overheidsregulering, zoals de Wet betaalbare huur, af te schaffen en contractvrijheid te herstellen. Huurverhogingen worden niet direct genoemd, maar door het schrappen van regulering en het toestaan van vrije huurcontracten, kiest BVNL voor marktwerking waarbij huurprijzen – en dus huurverhogingen – door vraag en aanbod worden bepaald.
BVNL ziet overheidsregulering als oorzaak van schaarste en verstoring op de woningmarkt. Door het afschaffen van de Wet betaalbare huur en het herstellen van vrije contracten, wil BVNL verhuurders en huurders volledige vrijheid geven om huurprijzen en huurverhogingen zelf te bepalen. Dit betekent dat wettelijke beperkingen op huurverhogingen verdwijnen en de markt de prijs bepaalt.
BVNL wil dat scheefwoners – mensen met een hoger inkomen in een sociale huurwoning – niet langer profiteren van lage, gesubsidieerde huren. Zij moeten minimaal de maximaal redelijke huur volgens het WWS betalen, wat in de praktijk kan leiden tot forse huurverhogingen voor deze groep.
“Scheefwoners moeten in elk geval de maximaal redelijke WWS-huur betalen.”
FVD wil de huurmarkt liberaliseren en verhuurders meer vrijheid geven, waarbij zij expliciet tegen regulering en wettelijke beperkingen op huurprijzen zijn. Het afschaffen van de Wet Betaalbare Huur is hun belangrijkste concrete voorstel, waarmee zij huurverhogingen niet willen beperken maar juist de marktwerking willen herstellen.
FVD is tegen wettelijke beperkingen op huurverhogingen en wil verhuurders volledige vrijheid geven om huurprijzen te bepalen. Zij stellen dat regulering, zoals de Wet Betaalbare Huur, het aanbod van huurwoningen vermindert en investeringen ontmoedigt. Door deze wet af te schaffen, willen zij huurverhogingen niet langer beperken en de markt laten bepalen.
“De Wet Betaalbare Huur is een aanval op het eigendomsrecht en leidt tot minder aanbod. Wij schaffen deze wet af, zodat verhuurders weer durven investeren en middenhuurwoningen terugkeren.”
“We geven verhuurders volledige vrijheid in de keuze van hun huurders, zodat het aanbod in de huurmarkt weer wordt vergroot, met name in het middensegment.”
“We schaffen de Wet Betaalbare Huur af om de huurmarkt te vitaliseren en geven verhuurders vrije keuze in huurders.”
JA21 wil huurverhogingen vooral via marktwerking laten verlopen en pleit voor het afbouwen van huurregulering. Tegelijkertijd willen ze consumenten beschermen tegen plotselinge en buitensporige stijgingen, maar structurele huurprijsbescherming of maximale huurverhogingen wijzen ze af. Hun kernvoorstel is het intrekken van de Wet betaalbare huur en het toewerken naar marktgebaseerde huurvorming, met tijdelijke bescherming tegen extreme stijgingen.
JA21 ziet huurregulering als een belemmering voor investeringen en doorstroming op de huurmarkt. Ze willen op termijn huurprijzen laten bepalen door de markt, wat volgens hen leidt tot een gezondere woningmarkt en meer aanbod. Dit betekent dat structurele beperkingen op huurverhogingen worden afgeschaft, behalve bij excessen.
“Dat het investeringsvertrouwen terugkeert, bijvoorbeeld door het de Wet betaalbare huur in te trekken, door de fiscale druk op de huurwoningmarkt te verlagen, door op termijn te komen tot een afbouw van de huurregulering naar een huurvorming vanuit de markt, én door een duidelijk en voorspelbaar overheidsbeleid.”
Hoewel JA21 marktwerking wil, erkennen ze het risico van plotselinge en buitensporige stijgingen. Ze willen daarom consumenten wettelijk beschermen tegen extreme verhogingen, maar zonder structurele huurprijsbescherming.
“Consumentenbescherming wettelijk vastleggen om plotselinge en exorbitante stijgingen van de erfpachtcanon te beëindigen.”
JA21 wil de huurmarkt snel flexibeler maken, onder andere door tijdelijke contracten en aanpassingen van het woningwaarderingsstelsel, maar benadrukt dat bestaande huurders niet benadeeld mogen worden. Dit impliceert dat zij geen abrupte huurverhogingen voor zittende huurders willen.
“Het op korte termijn ontgrendelen van de huurmarkt door bijvoorbeeld het toestaan van tijdelijke contracten voor bredere doelgroepen, directe aanpassingen van het woningwaarderingsstelsel, (tijdelijke) fiscale en regeldruk verlichting waardoor binnen enkele maanden een grotere, flexibeler huuraanbod ontstaat zonder bestaande huurders te benadelen.”
De VVD wil huurverhogingen in de sociale sector koppelen aan het inkomen van huurders en pleit voor een jaarlijkse inkomenstoets om scheefwonen tegen te gaan. Tegelijkertijd wil de partij marktconforme huren stimuleren om doorstroming te bevorderen, maar ook de maximale huurverhoging als indexatiegrondslag gebruiken voor erfpacht. De VVD is kritisch op extra regulering en wil regels schrappen die volgens hen de huurmarkt "afknijpen".
De VVD wil dat sociale huurwoningen vooral beschikbaar blijven voor mensen die ze het hardst nodig hebben. Daarom pleiten ze voor een jaarlijkse inkomenstoets en afspraken met corporaties over marktconforme huren, zodat huurverhogingen mogelijk zijn voor huurders met een hoger inkomen. Dit moet scheefwonen tegengaan en doorstroming bevorderen.
“Om sociale huurwoningen beschikbaar te houden voor de mensen die deze woningen het hardst nodig hebben, komt er een jaarlijkse inkomenstoets voor sociale huurwoningen, om te bepalen of de huurprijs nog passend is. We blijven maken afspraken met corporaties over het toepassen van een marktconforme huur, waardoor doorstroming op gang kan komen.”
De VVD wil dat de maximale huurverhoging voor vrije sectorwoningen als norm wordt gebruikt voor de jaarlijkse verhoging van de erfpachtcanon, zodat erfpachters niet met onverwachte lastenstijgingen worden geconfronteerd.
“Ook volgt de maximale indexatie van de te betalen canon de maximale huurverhoging voor vrije sectorwoningen. Zodat niemand voor verrassingen komt te staan.”
De VVD is tegen extra regulering die volgens hen de huurmarkt belemmert en pleit voor het schrappen van wetten die huurprijzen beperken, in de hoop dat meer private huurwoningen worden gebouwd en de huurprijs daardoor daalt.
“We schrappen de Wet betaalbare huur, de lokale zelfbewoningsplicht en het verbod op tijdelijke contracten.”
Het CDA kiest voor een inflatievolgend huurbeleid in de sociale huursector, zodat huurverhogingen beperkt blijven tot het inflatieniveau en huurders meer zekerheid krijgen over hun woonlasten. Daarnaast wil het CDA de huren in het middensegment betaalbaar houden, met aandacht voor regionale verschillen. De partij streeft naar een evenwicht tussen betaalbaarheid voor huurders en het aantrekkelijk houden van particuliere verhuur.
Het CDA wil huurverhogingen in de sociale huursector beperken tot het inflatieniveau, zodat huurders en verhuurders langdurige zekerheid hebben over woonlasten. Dit beleid is bedoeld om onvoorspelbare of buitensporige huurverhogingen te voorkomen en de betaalbaarheid van sociale huurwoningen te waarborgen.
“Voor sociale huur kiezen we voor inflatievolgend huurbeleid. Huurders en verhuurders hebben zo voor een lange termijn zekerheid over hun woonlasten.”
Naast sociale huur wil het CDA ook de betaalbaarheid van huren in het middensegment beschermen. Hierbij wordt rekening gehouden met regionale verschillen, onder andere door de WOZ-waarde meer te laten meetellen. Dit moet voorkomen dat huurverhogingen in bepaalde regio’s te hoog uitvallen.
“We houden de huren betaalbaar, ook in het middensegment. Er zijn grote regionale verschillen op de woningmarkt, daarom laten we de WOZ-waarde meer meetellen.”
D66 vindt dat huurverhogingen in de sociale huursector gerechtvaardigd zijn voor huurders met een hoger inkomen of vermogen, zodat de huur beter aansluit bij de markt. Daarnaast mogen verhuurders investeringen in verduurzaming deels terugverdienen via een beperkte huurverhoging, mits huurders er financieel op vooruitgaan.
D66 wil dat mensen met een hoger inkomen of meer vermogen die in een sociale huurwoning wonen, een huurprijs gaan betalen die meer in lijn is met de markt. Dit moet de doorstroming bevorderen en de sociale huur toegankelijker maken voor mensen met lagere inkomens.
“Het is dan ook redelijk dat wie meer verdient of meer vermogen heeft en in een sociale huurwoning woont, een huur gaat betalen die past bij de markt.”
D66 staat toe dat verhuurders investeringen in verduurzaming van huurwoningen deels terugverdienen via een bescheiden huurverhoging, maar alleen als huurders er per saldo financieel op vooruitgaan. Zo wil D66 verduurzaming stimuleren zonder dat huurders extra lasten ervaren.
“Verhuurders worden verplicht om huizen met een slecht energielabel te verbeteren. Ze mogen die investering op termijn terugverdienen via een bescheiden huurverhoging, maar wel zodat huurders er per saldo altijd op vooruitgaan.”
DENK wil huurverhogingen beperken en reguleren om betaalbaar wonen te garanderen. De partij pleit voor het bevriezen van huren als deze te veel op de koopkracht drukken, het verbieden van huurstijgingen bij slechte woningen, en het wettelijk vastleggen dat huren niet harder mogen stijgen dan inkomens. De overheid krijgt volgens DENK een actieve rol om deze regels te handhaven en huurders te beschermen.
DENK vindt dat huurverhogingen niet mogen leiden tot een lagere koopkracht en wil daarom wettelijke normen stellen. Huren mogen niet harder stijgen dan het inkomen van mensen, en bij te grote druk op de koopkracht moeten huren worden bevroren. Hiermee wil DENK huurders beschermen tegen onbetaalbare woonlasten.
“De huren worden bevroren indien de huurstijgingen te veel op de koopkracht van mensen drukken. Op de langere termijn mogen de huren niet harder stijgen dan het inkomen van mensen, zodat huurstijgingen niet drukken op de portemonnee. De overheid krijgt de bevoegdheden om dit te bewaken.”
DENK wil huurders extra beschermen tegen huurverhogingen bij woningen die niet aan kwaliteitseisen voldoen of slecht geïsoleerd zijn. Dit voorkomt dat huurders extra betalen voor woningen die niet aan de minimale standaarden voldoen.
“Bij woningen die niet voldoen aan kwaliteitseisen of slecht zijn geïsoleerd, worden huurstijgingen verboden.”
De SGP vindt jaarlijkse huurverhoging redelijk, mits verhuurders rekening houden met de draagkracht van huurders en er een heldere, stabiele systematiek is. Daarnaast wil de SGP extra huurverhoging mogelijk maken voor sociale huurders met een aanmerkelijk hoger inkomen om scheefwonen tegen te gaan.
De SGP accepteert jaarlijkse huurverhogingen, vooral vanwege stijgende lasten zoals verduurzaming, maar benadrukt dat verhuurders rekening moeten houden met de financiële situatie van huurders. Ze pleiten voor een duidelijke en stabiele systematiek om onvoorspelbaar "jojobeleid" te voorkomen.
“Met het oog op bijvoorbeeld verduurzaming en andere stijgende lasten is het redelijk dat verhuurders de huur jaarlijks laten stijgen. Daarbij moeten de verhuurders wél rekening houden met de portemonnee van de huurders. Niemand zit echter te wachten op jojobeleid als het gaat om huurstijgingen. Daar moet gewoon een heldere systematiek voor zijn, die goed is voor huurder en verhuurder.”
Om scheefwonen tegen te gaan, wil de SGP dat sociale huurders met een aanmerkelijk hoger inkomen dan toegestaan stapsgewijs een extra huurverhoging krijgen. Dit moet ervoor zorgen dat sociale huurwoningen beschikbaar blijven voor de doelgroep met lagere inkomens.
“Om scheefwonen tegen te gaan kan in de sociale huursector stapsgewijs een extra huurverhoging worden opgelegd als het inkomen van de huurder aanmerkelijk hoger wordt dan voor de toegang tot de sociale huursector toegestaan is.”
De ChristenUnie wil huurverhogingen beperken door de stijging van huren los te koppelen van loonstijgingen en te koppelen aan de gemiddelde prijsontwikkeling over meerdere jaren. Ze zetten in op meer zekerheid voor huurders en willen dat huren minder hard stijgen dan in het verleden, met behoud van de Wet betaalbare huur.
De ChristenUnie vindt dat de stijging van huren te hard is gegaan en wil huurverhogingen beperken door deze niet langer te koppelen aan loonstijgingen, maar aan de gemiddelde prijsontwikkeling over meerdere jaren. Dit moet huurders meer zekerheid geven en de betaalbaarheid van huren beschermen.
“De huren moeten minder hard stijgen dan in voorgaande jaren, door ze niet meer te koppelen aan loonstijgingen maar aan de gemiddelde prijsontwikkeling over meerdere jaren.”
NSC wil huurverhogingen beperken om huurders te beschermen tegen stijgende woonlasten. In de sociale sector wordt de huurverhoging gemaximeerd op inflatie, terwijl in de midden- en vrije sector een maximum geldt van inflatie plus 1%. Zo wil NSC buitensporige huurstijgingen voorkomen en de betaalbaarheid van huren waarborgen.
NSC stelt duidelijke maxima aan huurverhogingen om huurders te beschermen tegen te hoge woonlasten. In de sociale sector mag de huur jaarlijks maximaal met de inflatie stijgen, terwijl in de midden- en vrije sector een verhoging tot inflatie plus 1% is toegestaan. Hiermee wil NSC buitensporige huurstijgingen voorkomen en de betaalbaarheid van huren garanderen.
“Om huren betaalbaar te houden, worden huurverhogingen in de sociale sector gemaximeerd op inflatie. Voor midden-huur en de vrije sector geldt een maximum van inflatie plus 1%. Zo kunnen we buitensporige huurstijgingen voorkomen en beschermen we huurders tegen hoge woonlasten.”
Volt wil huurverhogingen tegengaan door strengere huurregulering, meer controles op eerlijke huurprijzen en uitbreiding van regulering naar het middensegment. Ze pleiten voor proactieve handhaving en boetes voor verhuurders die maximale huurprijzen overschrijden, om zo wonen betaalbaar te houden en huurders te beschermen tegen excessieve huurverhogingen.
Volt wil huurverhogingen beperken door de huurregulering uit te breiden naar het middensegment en streng te controleren op eerlijke huurprijzen, ook bij wisseling van huurder. Gemeenten moeten actief handhaven en boetes uitdelen aan verhuurders die de maximale huur overschrijden. Dit beleid is bedoeld om betaalbaar wonen te waarborgen en huurders te beschermen tegen ongewenste huurverhogingen.
“Volt is voorstander van de uitbreiding van de huurregulering naar het middensegment. Volt wil meer controles op eerlijke huurprijzen, ook als er wordt gewisseld van huurder. De gemeente moet proactief controles uitvoeren en boetes uitdelen als verhuurders de maximale huurprijzen niet respecteren.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma