De Partij voor de Dieren (PvdD) wil internationale treinverbindingen verbeteren en investeren in een betaalbaar, toegankelijk Europees treinnetwerk als alternatief voor vliegen, maar noemt nergens expliciet de aanleg van nieuwe hogesnelheidstreinen of -lijnen. Hun focus ligt op het versnellen en uitbreiden van bestaande treinverbindingen, het goedkoper maken van internationale treintickets en het aantrekkelijker maken van de trein voor reizen tot 2000 kilometer.
De PvdD ziet de trein als hét duurzame alternatief voor korte en middellange internationale reizen, met als doel het vliegverkeer te verminderen. Ze willen investeren in frequente, snelle internationale treinverbindingen en het Europese treinnetwerk betaalbaar en toegankelijk maken, maar spreken niet expliciet over nieuwe hogesnelheidslijnen of -treinen.
“We investeren in een betaalbaar en toegankelijk Europees treinnetwerk. Internationale tickets worden zodanig goedkoper dat de optie voor ov financieel aantrekkelijker wordt dan auto of vliegtuig.”
“Om goed op het Europese treinnetwerk aangesloten te zijn investeert Nederland in frequente internationale verbindingen naar Hamburg/Kopenhagen (noordoost), Berlijn/Praag (oost), München (zuidoost), Parijs (zuid) en Londen (west).”
“De trein wordt de aantrekkelijkste manier van internationaal reizen onder de 2000 kilometer.”
Om de trein aantrekkelijker te maken en het gebruik van hogesnelheidstreinen te stimuleren, wil de PvdD korte vluchten verbieden als er een goed trein-alternatief bestaat.
“Er komt een verbod op korte vluchten tot 750 kilometer waar de trein een goed alternatief is.”
De partij wil reistijden binnen Nederland verkorten door nieuwe snelle treinverbindingen aan te leggen, maar noemt geen specifieke hogesnelheidslijnen.
“De treinreistijd tussen de Randstad en Noord- en Oost-Nederland wordt verkort. De Lelylijn en Nedersaksenlijn komen er zo snel mogelijk. Ook zorgen we voor een nieuwe, snelle treinverbinding tussen Utrecht en Breda.”
Forum voor Democratie (FVD) noemt hogesnelheidstreinen niet expliciet in haar verkiezingsprogramma, maar zet in op innovatie in supersnelle treinverbindingen via hyperloop-technologie. Het programma bevat geen concrete voorstellen voor conventionele hogesnelheidstreinen, maar benadrukt investeren in de ontwikkeling van hyperloops als alternatief voor snelle treinverbindingen tussen steden en landen.
FVD ziet de toekomst van hogesnelheidsvervoer vooral in de ontwikkeling van hyperloop-technologie, waarmee zij inzetten op innovatieve, supersnelle verbindingen tussen steden en landen. Dit wordt gepresenteerd als alternatief voor traditionele hogesnelheidstreinen, met het doel Nederland voorop te laten lopen in mobiliteit en technologische innovatie.
“We investeren in de ontwikkeling van hyperloop-technologie, zodat Nederland vooroploopt in de ontwikkeling van supersnel en innovatief vervoer.”
“We willen investeren in hyperloop-technologie als supersnelle verbinding tussen steden en landen, en zorgen dat heel Nederland wordt voorzien van supersnel glasvezel internet.”
“Waar supersnelle treinverbindingen (hyperloops) worden ontwikkeld, waar een nieuwe, grootse luchthaven in de Noordzee wordt gerealiseerd...”
“We investeren in onderzoek naar hyperloops en geven ruim baan aan de haven van Rotterdam.”
NSC wil investeren in een beter Europees hogesnelheidstreinnetwerk om internationale verbindingen te verbeteren en korte afstandsvluchten te verminderen. Ze pleiten voor betere aansluiting van Nederlandse steden op het Europese HSL-netwerk, eenvoudiger en goedkoper internationaal treinreizen, en Europese financiering voor nieuwe lijnen zoals de Lelylijn.
NSC ziet een goed functionerend Europees HSL-netwerk als essentieel om Nederland beter te verbinden met grote Europese steden en het aantal korte afstandsvluchten terug te dringen. Ze willen dat meer Nederlandse steden en grensregio’s worden aangesloten op het internationale HSL-netwerk en dat internationale treinreizen toegankelijker en betaalbaarder worden.
“We zetten in op een betaalbaar en toegankelijk Europees HSL-treinnetwerk. Hierdoor ontstaat een betere verbinding met de grote steden in Europa en dringen we het aantal korte afstandsvluchten tot 750 km vanaf Schiphol terug. Vanaf Amsterdam/Schiphol lopen er lijnen naar het buitenland via Breda, Zwolle/Hengelo, Arnhem en Groningen. Maar ook grenssteden moeten beter worden aangesloten op het (Duits/Belgische) HSL-netwerk.”
“Het moet eenvoudiger en goedkoper worden om een internationale (nacht)treinreis te boeken.”
“Voor de Lelylijn zetten we in op Europese financiering.”
NSC wil investeren in hoogfrequent openbaar vervoer tussen grote steden, waar mogelijk met snelheden van 160-200 km/uur, zodat het OV een aantrekkelijk alternatief wordt voor de auto qua reistijd.
“We willen investeren in hoogfrequent openbaar vervoer van en naar de grotere steden, waar mogelijk met snelheden van 160-200 km/uur zodat ten opzichte van de auto duidelijk sprake is van tijdwinst.”
De SGP spreekt zich niet expliciet uit vóór of tegen hogesnelheidstreinen, maar pleit voor betere internationale treinverbindingen als alternatief voor vliegen en voor het opwaarderen van bestaand spoor in Nederland. Concrete voorstellen richten zich op het meenemen van varianten voor bestaande spoorverbetering (zoals bij de Lelylijn) en het stimuleren van internationaal treinverkeer, zonder specifieke inzet op nieuwe hogesnelheidslijnen.
De SGP ziet betere internationale treinverbindingen als een belangrijk alternatief voor vliegreizen binnen Europa. Dit wordt gepresenteerd als onderdeel van verduurzaming van mobiliteit en het verminderen van het aantal (goedkope) vluchten.
“In Europees verband zet Nederland in op betere internationale treinverbindingen.”
“Nederland werkt samen met andere Europese landen aan betere internationale treinverbindingen zodat er meer alternatieven komen voor vliegreizen binnen Europa.”
“De vliegbelasting wordt verhoogd en het tarief wordt afhankelijk van de afstand. Tegelijkertijd wordt internationaal treinverkeer juist gestimuleerd.”
De SGP kiest ervoor om bij grote spoorprojecten, zoals de Lelylijn, nadrukkelijk de optie van opwaardering van bestaand spoor te overwegen in plaats van nieuwe (hogesnelheids)lijnen aan te leggen. Dit is ingegeven door kostenbewustzijn en het streven naar de beste bereikbaarheid binnen beschikbare middelen.
“In het masterplan voor de Lelylijn wordt de variant ‘opwaardering van bestaand spoor’ meegenomen, zodat op basis van de beschikbare middelen de beste keus gemaakt kan worden voor betere bereikbaarheid van het noorden van het land.”
Het BBB-verkiezingsprogramma noemt hogesnelheidstreinen niet expliciet en doet geen concrete voorstellen voor de aanleg of uitbreiding van hogesnelheidslijnen. De partij richt zich vooral op regionale spoorverbindingen, verbetering van bestaande infrastructuur en internationale treinverbindingen als alternatief voor korteafstandsvluchten. Hogesnelheidstreinen als specifiek thema blijven buiten beschouwing in het BBB-programma.
BBB legt de nadruk op het verbeteren van regionale spoorlijnen en het stimuleren van internationale treinverbindingen als alternatief voor korte vluchten, maar noemt hogesnelheidstreinen niet als aparte ambitie of beleidsdoel. De partij ziet vooral kansen in betere bereikbaarheid en grensoverschrijdende samenwerking, zonder expliciet te kiezen voor hogesnelheidslijnen.
“Internationale trein en busverbindingen krijgen prioriteit als alternatief voor korteafstandsvluchten.”
“Hierbij denkt BBB onder meer aan de Lelylijn, de Oude Lijn bij Leiden, het verlengen van de Noord Zuidlijn, de IJmeerverbinding vanuit Almere en de passagiersverbinding tussen Weert en Hamont (Antwerpen).”
“Snelle realisatie Nedersaksenlijn. De Nedersaksenlijn is een belangrijke spoorverbinding tussen Groningen, Emmen en Enschede. Deze lijn versterkt de bereikbaarheid van het oosten en noorden van Nederland, bevordert grensoverschrijdende samenwerking met Duitsland en vergroot de leefbaarheid en economische kansen in regio’s die nu te vaak worden vergeten.”
BIJ1 pleit voor een massale investering in een klimaatvriendelijk, publiek Europees spoornetwerk, waarmee zij inzetten op het verbeteren van internationale treinverbindingen als alternatief voor korteafstandsvluchten. Specifiek over hogesnelheidstreinen worden geen concrete nationale voorstellen gedaan, maar de partij koppelt de ontwikkeling van het Europese spoornetwerk expliciet aan het uitfaseren van korte vluchten.
BIJ1 ziet een goed Europees spoornetwerk, waaronder hogesnelheidstreinen, als essentieel om korteafstandsvluchten te vervangen en klimaatdoelen te halen. De partij wil dat Nederland zich op Europees niveau inzet voor deze infrastructuur, met de nadruk op duurzaamheid en publieke controle.
“Tegelijkertijd zetten we ons op Europees niveau in voor een massale investering in een klimaatneutraal, publiek Europees spoornetwerk, zodat korteafstandsvluchten kunnen worden uitgefaseerd en afgeschaft.”
“Door de verbetering van het Europese spoornetwerk kunnen we korteafstandsvluchten uitfaseren en uiteindelijk bijna in het geheel afschaffen.”
“Ook op Europees niveau zetten we ons in om zo snel mogelijk op een klimaatvriendelijke manier een Europees spoornetwerk aan te leggen.”
De ChristenUnie kiest niet expliciet voor de aanleg van echte hogesnelheidstreinen, maar wil het spoor verbeteren zodat op delen een maximumsnelheid van 160 km/u de norm wordt. Ze investeren fors in internationale treinverbindingen en willen treinreizen aantrekkelijker maken als alternatief voor vliegen, maar concrete plannen voor nieuwe hogesnelheidslijnen of -treinen ontbreken.
De ChristenUnie wil het bestaande spoorwegennet verbeteren zodat op geschikte trajecten een maximumsnelheid van 160 km/u mogelijk wordt. Dit is een verhoging ten opzichte van het huidige gemiddelde, maar blijft onder de internationale standaard voor hogesnelheidstreinen (meestal 250 km/u of meer). Het doel is meer en snellere treinen, maar niet het aanleggen van volwaardige hogesnelheidslijnen.
“Op het spoorwegennet wordt – daar waar de ondergrond het toelaat – een maximumsnelheid van 160 km/u de norm.”
De partij zet in op het verbeteren van internationale treinverbindingen en het aantrekkelijker maken van treinreizen binnen Europa, mede om het aantal korte vluchten te verminderen. Dit gebeurt vooral via investeringen en internationale afspraken, niet door de aanleg van nieuwe hogesnelheidslijnen.
GroenLinks-PvdA wil het internationale treinverkeer, en specifiek hogesnelheidstreinen, fors uitbreiden als duurzaam alternatief voor vliegen. Hun belangrijkste concrete voorstel is de aanleg van de Lelylijn als internationale hogesnelheidslijn richting Noord-Duitsland, Denemarken en Zweden, en het stimuleren van een Europees netwerk van langeafstands-hogesnelheidstreinen. De partij ziet snelle internationale treinverbindingen als essentieel voor bereikbaarheid, duurzaamheid en het terugdringen van vliegverkeer.
GroenLinks-PvdA pleit voor de aanleg van de Lelylijn, niet alleen als binnenlandse verbinding, maar expliciet als internationale hogesnelheidslijn richting Noord-Europa. Dit moet de bereikbaarheid van Noord-Nederland verbeteren en internationale treinreizen versnellen, waarmee het een duurzaam alternatief voor vliegen wordt.
“We leggen de Lelylijn aan tussen Groningen en de Randstad en in internationaal verband als hogesnelheidslijn naar Noord-Duitsland, Denemarken en Zweden.”
De partij wil in EU-verband inzetten op een groot netwerk van internationale langeafstands-hogesnelheidstreinen die vaak rijden. Dit netwerk moet het reizen per trein aantrekkelijker maken dan vliegen, onder andere door betere aansluiting op binnenlands vervoer en eenvoudigere boekingssystemen.
JA21 ziet de trein als een mogelijk alternatief voor korte afstanden, maar alleen als dit logisch en efficiënt is. De partij pleit voor investeringen in grote spoorprojecten zoals de Lelylijn en Nedersaksenlijn, maar noemt hogesnelheidstreinen nergens expliciet als speerpunt of prioriteit. Hun visie is pragmatisch: de trein is geen vervanging van het vliegtuig of de auto, tenzij het daadwerkelijk toegevoegde waarde heeft.
JA21 erkent dat de trein op kortere afstanden een alternatief kan zijn voor het vliegtuig, maar benadrukt dat dit alleen geldt als het logisch en efficiënt is. De partij verzet zich tegen het dwingen van reizigers uit het vliegtuig of de auto ten gunste van de trein, en ziet geen rol voor grootschalige verschuiving naar hogesnelheidstreinen zonder duidelijke meerwaarde.
“Op kortere afstanden kan de trein een goed alternatief zijn, maar alleen waar het logisch en efficiënt is.”
JA21 wil investeren in grote spoorprojecten zoals de Lelylijn en Nedersaksenlijn, maar noemt hogesnelheidstreinen niet expliciet. De focus ligt op het verbeteren van bereikbaarheid buiten de Randstad en het voorkomen van verschraling van het openbaar vervoer, niet op het ontwikkelen van een nationaal netwerk van hogesnelheidstreinen.
“Dan komen grote projecten zoals de Lelylijn en de Nedersaksenlijn in beeld. JA21 blijft het belang benadrukken van een gelijktijdige aanleg van zowel de Nedersaksenlijn als de Lelylijn.”
“Dat alle mogelijke financieringsbronnen worden onderzocht om de Lelylijn toch binnen het oorspronkelijk tijdpad te realiseren.”
De SP wil internationale treinverbindingen, inclusief hogesnelheidstreinen, stimuleren als duurzaam en betaalbaar alternatief voor vliegen binnen Europa. Ze pleiten voor investeringen in snelle, langeafstandstreinen en goedkopere internationale treintickets, zodat de trein aantrekkelijker wordt dan korte vluchten en deze uiteindelijk kunnen worden verboden.
De SP ziet snelle, betaalbare hogesnelheidstreinen als essentieel om vliegen op korte afstanden te vervangen en zo klimaatdoelen te halen. Ze willen samenwerking met andere publieke vervoersbedrijven in Europa om langeafstandstreinen te stimuleren, investeren in betere verbindingen en internationale treintickets goedkoper maken dan het vliegtuig.
“We werken samen met andere publieke vervoersbedrijven in Europa om snelle langeafstandstreinen te stimuleren die goedkoper en schoner zijn dan vliegen. Zo wordt reizen met de trein binnen Europa een duurzaam en aantrekkelijk alternatief voor het vliegtuig.”
“Reizen met de trein moet makkelijker én goedkoper worden dan het vliegtuig op korte afstanden. Daarom investeren we in betaalbare internationale treintickets en betere verbindingen.”
“Zodra deze goede en betrouwbare alternatieven beschikbaar zijn moeten vluchten van minder dan 500km verboden worden.”
Volt wil dat grote Nederlandse steden worden aangesloten op het Europese hogesnelheidsnetwerk, zodat snelle treinverbindingen met andere Europese steden mogelijk worden. Ze pleiten voor de modernisering van het spoor, verhoging van de snelheid op bepaalde trajecten tot 200 km/u, en de aanleg van nieuwe internationale spoorlijnen als verlenging van bestaande hogesnelheidslijnen. Hun visie is gericht op duurzame, grensoverschrijdende mobiliteit als alternatief voor korteafstandsvluchten.
Volt vindt dat de grote Nederlandse steden onderdeel moeten worden van het Europese hogesnelheidsnetwerk, zodat snelle verbindingen met andere Europese steden ontstaan. Dit moet internationale treinreizen aantrekkelijker maken en bijdragen aan duurzame mobiliteit.
“De grote steden moeten onderdeel gaan uitmaken van het Europees hogesnelheidsnet waardoor zij verbindingen krijgen met alle belangrijke Europese steden.”
Volt wil het Nederlandse spoor moderniseren door het European Rail Traffic Management System (ERTMS) versneld in te voeren, zodat op bepaalde trajecten hogere snelheden tot 200 km/u mogelijk worden. Dit is bedoeld om het treinverkeer efficiënter en concurrerender te maken met andere vervoersmiddelen.
“Wij pleiten ervoor dat het European Rail Traffic Management System (ERTMS) zo spoedig mogelijk ingevoerd wordt. Dan kan op bepaalde trajecten met hogere snelheden gereden worden, tot soms wel 200 km/u, en kan ook met kortere afstanden tussen treinen gereden worden zonder dat de veiligheid in het geding komt.”
Volt wil de aanleg van nieuwe internationale spoorlijnen, zoals Amsterdam-Groningen-Bremen, als verlenging van de bestaande hogesnelheidslijn Brussel-Amsterdam. Dit moet de internationale bereikbaarheid verbeteren en bestaande projecten als de Lelylijn vervangen.
“We realiseren zo snel mogelijk de spoorlijn Amsterdam - Groningen - Bremen. Die is goedgekeurd door de EU binnen het uitgebreide Trans-European Transport Network (TEN-T). Hiervoor zijn Europese subsidies beschikbaar. Deze spoorlijn is een verlenging van de HSL Brussel - Amsterdam en vervangt daarbij het Lelylijnproject en het Wunderlineproject.”
BVNL noemt hogesnelheidstreinen niet expliciet, maar pleit wel voor meer aandacht en investeringen in internationale treinverbindingen. Hun focus ligt op het verbeteren van het openbaar vervoer en het doorbreken van het monopolie van nationale vervoerders, met specifieke aandacht voor knelpunten bij infrastructuurbeheerder ProRail.
BVNL wil het internationale treinverkeer verbeteren door te investeren in betere verbindingen en het openbreken van de markt voor kaartverkoop. Dit moet de bereikbaarheid en concurrentie vergroten, maar concrete plannen voor hogesnelheidstreinen worden niet genoemd.
“Meer aandacht voor internationale treinverbindingen. Doorbreken van het monopolie van kaartverkoop door nationale vervoerders. Meer aandacht voor ProRail als bottle-neck voor nieuwe infrastructuur.”
Het CDA wil investeren in snelle internationale treinverbindingen en het realiseren van hogesnelheidslijnen als onderdeel van een robuust spoornetwerk tussen economische kerngebieden, universiteitssteden, regio’s en havens. De partij ziet hogesnelheidstreinen als essentieel voor de bereikbaarheid, economische groei en het verbinden van Nederland met Europa.
Het CDA pleit voor de snelle realisatie van hogesnelheidslijnen om de verbindingen tussen belangrijke economische regio’s en met het buitenland te verbeteren. Dit wordt gezien als noodzakelijk voor de economische ontwikkeling, het versterken van het spoornetwerk en het vergroten van de internationale bereikbaarheid van Nederland.
“Op de grote assen van ons land – tussen economische kerngebieden, universiteitssteden, regio’s en havens – blijft investeren in een robuust spoornetwerk noodzakelijk, zoals de Lelylijn, de Noord-Zuidlijn en snelle internationale verbindingen. Daarom moeten ook de Hogesnelheidslijnen en ERTMS snel worden gerealiseerd.”
D66 wil internationale treinreizen aantrekkelijker maken door betere aansluiting op het Europese hogesnelheidsnetwerk en pleit voor een Europese Spoorautoriteit. Hun doel is dat het openbaar vervoer voor afstanden tot 700 kilometer goedkoper wordt dan vliegen, waarmee ze inzetten op verduurzaming en concurrentie met het vliegtuig.
D66 ziet het verbeteren van de aansluiting op het Europese hogesnelheidsnetwerk als essentieel om treinreizen binnen Europa aantrekkelijker te maken en zo het gebruik van het vliegtuig voor middellange afstanden terug te dringen. Ze koppelen dit aan de wens voor een Europese Spoorautoriteit en prijsvoordeel voor de trein.
“Treinreizen in Europa moet makkelijker worden door een betere aansluiting op het hogesnelheidsnetwerk en een Europese Spoorautoriteit. Het openbaar vervoer voor afstanden tot 700 kilometer moet goedkoper zijn dan het vliegtuig.”
De VVD erkent het belang van betere internationale spoorverbindingen, waaronder snelle verbindingen met Europese steden, maar doet geen expliciete toezeggingen over de aanleg of uitbreiding van hogesnelheidstreinen binnen Nederland. De partij zet vooral in op het versterken van het Europese treinnetwerk, het verbeteren van open toegang tot het spoorsysteem en de uitrol van ERTMS, met als doel om internationaal reizen per trein sneller en aantrekkelijker te maken. Concrete investeringen in nationale hogesnelheidslijnen of specifieke projecten worden niet genoemd.
De VVD wil dat Nederlanders in de toekomst goedkoop en snel naar Europese steden kunnen reizen en ziet daarvoor een versterking van het Europese treinnetwerk als noodzakelijk. De focus ligt op het verbeteren van de open toegang tot het spoorsysteem en het versneld invoeren van ERTMS, maar er wordt niet concreet gesproken over de aanleg van nieuwe hogesnelheidslijnen of -treinen. Het standpunt adresseert vooral de internationale component van hogesnelheidstreinen, niet de binnenlandse.
“▶ Betere internationale spoorverbindingen: Als we in de toekomst goedkoop en snel naar Europese steden willen kunnen reizen, is het van belang dat we het Europese treinnetwerk versterken. Dit willen we doen door open toegang tot het spoorsysteem te verbeteren en ERTMS (European Rail Traffic Management System) zo snel mogelijk uit te rollen.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma