D66 noemt Google niet expliciet in het verkiezingsprogramma, maar adresseert het bedrijf indirect als onderdeel van "grote techbedrijven" uit Amerika. Hun standpunt is dat Nederland en Europa minder afhankelijk moeten worden van deze bedrijven, door te kiezen voor Europese alternatieven, strenge regulering en het versterken van digitale autonomie. D66 wil dat publieke sectoren en de overheid loskomen van dominante Amerikaanse techbedrijven zoals Google, en pleit voor stevige handhaving en eigen Europese oplossingen.
D66 ziet de dominantie van grote Amerikaanse techbedrijven (waaronder Google) als een risico voor digitale autonomie, privacy en democratische waarden. Ze willen publieke sectoren en de overheid losmaken van deze bedrijven en kiezen voor Europese alternatieven, met strenge handhaving van Europese regels.
“Een bewindspersoon voor Technologie en Innovatie krijgt onder meer de taak om het Rijk en publieke sectoren los te maken van grote techbedrijven uit Amerika en China.”
“We kiezen voor Europese oplossingen en stevige handhaving van Europese regels.”
“Onder leiding van de bewindspersoon zet de overheid sterk de toon bij aanbestedingen en contracteisen van ICT, vooral in belangrijke publieke sectoren. De ontwikkeling van AI in bijvoorbeeld de zorg, het onderwijs en overheidsdiensten is gevoelig. Daarom laten we dat niet over aan buitenlandse bedrijven die alleen uit zijn op winst en schaal.”
“We zorgen voor digitale onafhankelijkheid, van de cloud en infrastructuur tot apps en algoritmes.”
D66 wil dat grote techbedrijven die geld verdienen aan journalistieke producten, zoals Google, verplicht worden journalisten eerlijk te vergoeden.
“Grote techbedrijven die geld verdienen aan journalistieke producten moeten journalisten hier eerlijk voor vergoeden.”
D66 wil dat grote techbedrijven (waaronder Google) strenger gereguleerd worden, onder meer door toezicht, aansprakelijkheid en het beschermen van gebruikers tegen schadelijke verdienmodellen.
“Techbedrijven worden verplicht om nepbeelden binnen 24 uur te verwijderen. Sociale mediaplatforms moeten meer doen om online haatberichten te verwijderen. Iedereen moet zich veilig kunnen uitspreken, ook online. We versterken het toezicht hierop en stellen bedrijven aansprakelijk als zij in gebreke blijven.”
“Waar we die autonomie nog niet hebben, beschermen sterke toezichthouders mensen en maatschappij tegen de schadelijke effecten van de verdienmodellen van grote techbedrijven.”
Het CDA benoemt Google niet expliciet in het verkiezingsprogramma, maar positioneert zich duidelijk kritisch tegenover de macht en invloed van grote, niet-Europese techbedrijven ("Big Tech"). Het CDA wil de afhankelijkheid van bedrijven als Google verminderen door te investeren in Europese digitale autonomie, strengere regulering van platforms, en het stimuleren van Europese alternatieven op het gebied van cloud, data en AI. Concrete voorstellen zijn onder meer het ontwikkelen van Europese cloud-toepassingen, het bestraffen van platforms die zich niet aan regels houden, en het stimuleren van Europese technologieontwikkeling.
Het CDA ziet de dominantie van bedrijven als Google als een risico voor digitale autonomie en privacy. Daarom wil de partij investeren in Europese alternatieven voor cloud, dataopslag en AI, en de overheid als voortrekker laten fungeren in deze transitie. Het doel is om minder afhankelijk te zijn van Amerikaanse en Chinese techgiganten.
“We willen minder afhankelijk worden van Big Tech buiten Europa. Daarom investeren we in digitale autonomie, bijvoorbeeld door als Europa eigen cloud-toepassingen te maken, en met gelijkgestemde landen te bouwen aan de versterking van de Europese chipsector.”
“Daarnaast fungeert de landelijke overheid als voorloper in de transitie naar de eigen cloud-toepassing en ondersteunt het lagere overheden om ook deze transitie door te voeren.”
Het CDA wil platforms die zich niet aan de regels houden, zoals mogelijk Google, strenger aanpakken. Dit omvat het (tijdelijk) uit de lucht halen van websites bij grove schendingen, het aanscherpen van Europese regelgeving (DSA), en het verplicht stellen van privacyvriendelijke standaardinstellingen.
“We bestraffen platforms die zich niet aan de regels houden. Bij herhaalde en grove schending willen we dat websites en platforms (tijdelijk) uit de lucht worden gehaald.”
“Naast strenge handhaving moet Nederland initiatief nemen voor aanscherping van de DSA, waarmee we platforms als Telegram en X dwingen meer te doen om desinformatie en schadelijke of zelfs criminele content te weren. Techbedrijven worden verplicht om standaard de veiligste en meest privacy-vriendelijke instellingen te gebruiken.”
Het CDA wil Europese alternatieven voor Amerikaanse technologieën stimuleren, onder andere door te investeren in Europese AI, datacentra en chipproductie. Hiermee wil de partij de technologische achterstand op de VS en China verkleinen en de afhankelijkheid van bedrijven als Google verminderen.
“We stimuleren doorontwikkeling van het Nederlands ‘large language-model’ GPT-NL als basis voor AI. Ook stimuleren we de bouw van Europees-autonome datacentra.”
“We stimuleren de ontwikkeling van chipproductie en -ontwerp met gelijkgestemde Europese landen. Ook dragen we actief bij aan de daadwerkelijke productie van geavanceerde chips in Nederland of Europa.”
FVD ziet Google als onderdeel van een problematisch Big Tech-monopolie dat de publieke ruimte domineert en daarmee de vrijheid van meningsuiting bedreigt. Ze willen censuur door Google en andere grote techbedrijven wettelijk verbieden, concurrentie afdwingen en overheidsbemoeienis met online meningsuiting tegengaan. Hun kernvoorstel is een anti-censuurwet die bepaalt dat alleen strafbare uitingen gemodereerd mogen worden.
FVD beschouwt Google en vergelijkbare bedrijven als dominante spelers die de publieke sfeer beheersen, waardoor het verwijderen van legale uitingen onacceptabel is. Ze willen dat alleen uitingen die in Nederland strafbaar zijn, verwijderd mogen worden, en pleiten voor een anti-censuurwet om dit te waarborgen.
“Grote technologiebedrijven zoals Facebook, Google, Instagram en X hebben een semi-monopoliepositie opgebouwd. Hun platforms zijn zo dominant dat het oprichten van concurrerende alternatieven vrijwel onmogelijk is geworden. Daarmee zijn zij niet langer slechts private aanbieders, maar een wezenlijk onderdeel van de publieke ruimte geworden.”
“Juist omdat zij de publieke sfeer domineren, is censuur door deze bedrijven onacceptabel. Als een uiting in Nederland niet strafbaar is, mag die ook niet verwijderd worden van online platforms of leiden tot sancties door een Big Tech-bedrijf.”
“We voeren een wet in die bepaalt dat Big Tech-bedrijven alleen strafbare uitingen mogen modereren, zodat legale meningen nooit worden verwijderd of onzichtbaar worden gemaakt.”
FVD wil dat de overheid geen directe of indirecte druk uitoefent op Google en andere techbedrijven om meningen te weren, zodat het publieke debat vrij blijft. Ze verzetten zich tegen overheidsbemoeienis en pleiten voor een verbod op achterkamertjesoverleg met Big Tech.
“We verbieden de overheid om contact te houden met of druk uit te oefenen op techbedrijven om afwijkende meningen te weren, zodat het publieke debat vrij blijft.”
FVD wil wetgeving die de monopoliepositie van Google en andere grote techbedrijven doorbreekt, zodat er meer alternatieven ontstaan en burgers keuzevrijheid behouden.
“We zorgen voor wetgeving en voorwaarden die concurrentie bevorderen, zodat burgers alternatieven hebben en monopolies worden doorbroken.”
GroenLinks-PvdA is kritisch over de macht van grote Amerikaanse techbedrijven zoals Google en wil de afhankelijkheid van Europa van deze bedrijven verminderen. Ze pleiten voor het opknippen van Big Tech, het investeren in Europese alternatieven en het invoeren van een heffing op niet-Europese techbedrijven. Hun visie draait om digitale autonomie, eerlijke concurrentie en bescherming van privacy en mensenrechten.
GroenLinks-PvdA ziet de dominantie van bedrijven als Google als een bedreiging voor digitale autonomie, eerlijke concurrentie en privacy. Ze willen de macht van deze bedrijven inperken door Europese alternatieven te stimuleren, strengere regelgeving in te voeren en financiële heffingen op te leggen aan niet-Europese techgiganten.
“Europa is te afhankelijk van Amerikaanse tech-giganten. We bouwen hun macht af door te investeren in Europese digitale infrastructuur, een eigen Cloud en veilige AI.”
“We pleiten voor het opknippen van Big Tech en een heffing op niet-Europese Big Tech-bedrijven.”
“Nederland kent veel innovatieve ICT-bedrijven, maar is toch afhankelijk van Amerikaanse en Chinese leveranciers. Samen met Europese partners maken we haast met het bouwen van Europese alternatieven en het stallen van data op Europees grondgebied.”
Om de marktmacht van bedrijven als Google te doorbreken, wil GroenLinks-PvdA dataportabiliteit standaard maken en overstappen tussen diensten makkelijker maken. Dit moet consumenten meer keuzevrijheid geven en de concurrentie bevorderen.
“Het moet met één klik op de knop mogelijk zijn om over te stappen naar een nieuwe dienstverlener en al je data mee te nemen. Dataportabiliteit – het makkelijk verplaatsen van gegevens tussen diensten – wordt in Europa standaard voor online platforms. Dit zorgt voor keuzevrijheid en een eerlijke concurrentie op de digitale markt.”
GroenLinks-PvdA wil het verdienmodel van bedrijven als Google, dat draait op grootschalige dataverzameling en gepersonaliseerde content, doorbreken. Ze pleiten voor een Europees verbod op gepersonaliseerde content en online tracking.
“We doorbreken het verdienmodel hierachter door een verbod op Europees niveau van gepersonaliseerde content en online tracking.”
Het verkiezingsprogramma van BBB noemt "Google" niet expliciet en bevat geen concrete standpunten of beleidsvoorstellen die direct op Google als bedrijf of platform zijn gericht. Wel spreekt BBB zich uit tegen de monopoliepositie van big tech en voor digitale soevereiniteit, waarbij afhankelijkheid van grote buitenlandse technologiebedrijven (zoals Google) moet worden verminderd. De partij pleit voor meer inzet op open source, Nederlandse bedrijven en digitale autonomie.
BBB wil de afhankelijkheid van grote buitenlandse technologiebedrijven, waaronder impliciet Google, verminderen om digitale soevereiniteit en publieke controle te waarborgen. Dit wordt gezien als noodzakelijk om privacy, zeggenschap en autonomie van burgers te beschermen en de regie over digitale infrastructuur in Nederlandse handen te houden.
“BBB erkent ook de noodzaak om de monopoliepositie van big tech te bekritiseren en een strategisch leveranciersbeleid te voeren om afhankelijkheid te verminderen.”
“Afhankelijkheid van buitenlandse cloud en software leveranciers wordt waar mogelijk stap voor stap afgebouwd.”
“Nieuwe overheidsprojecten maken waar mogelijk gebruik van open sourcesoftware en open standaarden om kosten te drukken en applicaties inzetbaar te maken op meerdere overheidslagen.”
“De overheid kiest als 'launching customer' actief voor innovatieve Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen bij digitaliseringsprojecten.”
De SP is zeer kritisch over de macht en het verdienmodel van grote techbedrijven zoals Google. Ze willen de afhankelijkheid van Google en soortgelijke bedrijven verminderen door strengere regulering, het verbieden van gepersonaliseerde advertenties en het stimuleren van open standaarden en open source. De kern van hun visie is dat het internet en digitale economie in dienst moeten staan van mensen, niet van de winst van Big Tech.
De SP ziet Google als een van de dominante techbedrijven die te veel macht hebben over data, markten en gebruikers. Ze willen deze macht inperken door strengere regulering, het verbieden van gepersonaliseerde advertenties en het stimuleren van open standaarden. Het doel is om privacy, innovatie en democratie te beschermen tegen de negatieve effecten van het huidige verdienmodel van bedrijven als Google.
“Wij verzetten ons tegen de groeiende macht van grote (tech)platformbedrijven zoals Amazon, Google, Facebook, Booking.com en Uber. Deze bedrijven maken andere bedrijven, gebruikers en werkenden afhankelijk van hun systemen, stellen eenzijdige voorwaarden en verzamelen enorme hoeveelheden data waarmee zij hun monopolie versterken. Dit systeem ondermijnt privacy, innovatie, arbeidsrechten en zelfs onze democratie.”
“Het is tijd voor een internet waarin de mens centraal staat, niet het algoritme en de winst. Daar moet een grote aanpak voorkomen, met als eerste kleine stappen een wettelijk verbod op gepersonaliseerde advertenties, advertentieveilingen en de grootschalige dataverzameling en handel.”
“We stimuleren de ontwikkeling van publieke alternatieven voor sociale media, waar democratische controle en transparantie wél centraal staan.”
“Het bevorderen van open sourcetechnologie en open standaarden is noodzakelijk. Internet is een moderne nutsvoorziening en moet voor iedereen beschikbaar en betaalbaar zijn.”
Volt wil de afhankelijkheid van grote, niet-Europese techbedrijven zoals Google verminderen en pleit voor een digitale infrastructuur gebaseerd op Europese waarden en open source alternatieven. Ze stellen voor dat de overheid volledig overstapt op EU-alternatieven en dat publieke data en infrastructuur niet langer draaien op commerciële platforms zoals Google. Transparantie, digitale soevereiniteit en het stimuleren van Europese innovatie staan hierbij centraal.
Volt vindt dat de Nederlandse overheid haar digitale infrastructuur niet langer moet laten draaien op commerciële platforms zoals Google, Microsoft of Amazon. Dit moet de digitale soevereiniteit, transparantie en zeggenschap waarborgen en de afhankelijkheid van Amerikaanse techgiganten verminderen. De overheid moet daarom volledig overstappen op EU-alternatieven en open source software.
“Overheidsdata en publieke infrastructuur moeten niet langer draaien op commerciële platforms zoals Microsoft, Amazon of Google.”
“De overheid geeft het goede voorbeeld en is in 2030 volledig overgestapt op EU-alternatieven voor haar digitale infrastructuur.”
“Europese waarden zijn leidend bij overheidsdigitalisering, zodat transparantie, zeggenschap en digitale soevereiniteit gewaarborgd blijven.”
Volt wil dat ICT-bedrijven die een zeer hoog concentratierisico vormen voor vitale infrastructuur, zoals Google, een extra belastingafdracht betalen. Dit moet de markt openbreken voor kleinere, innovatieve alternatieven en het risico van te grote afhankelijkheid verkleinen.
“ICT-bedrijven die als een zeer hoog concentratierisico worden beoordeeld, krijgen een extra belastingafdracht van de omzet. Hierdoor krijgen kleine innovatieve bedrijven een eerlijkere kans om een alternatief hiervoor te ontwikkelen.”
De ChristenUnie is kritisch over de macht van grote techbedrijven zoals Google en wil de afhankelijkheid van niet-Europese technologie verminderen. Ze pleiten voor strengere regulering van data, privacy en algoritmes, en stimuleren het gebruik van Europese of open source alternatieven. De partij wil dat de overheid minder afhankelijk wordt van bedrijven als Google en meer grip krijgt op digitale platforms.
De ChristenUnie ziet de dominantie van grote techbedrijven als Google als een risico voor privacy, autonomie en informatievoorziening. Ze willen dat de overheid actief kiest voor Europese alternatieven of open source oplossingen om deze afhankelijkheid te verminderen en de regie over data en digitale infrastructuur terug te pakken.
“De overheid zorgt ervoor dat ze zelf niet afhankelijk wordt van niet-Europese techbedrijven, door zo veel mogelijk gebruik te maken van Europese alternatieven of open source oplossingen.”
De partij vindt dat grote techbedrijven zoals Google te veel data verzamelen en invloed hebben op welke informatie mensen zien. Ze willen strengere regels voor het gebruik van data, meer transparantie over algoritmes en betere bescherming van privacy.
“Ons recht op privacy en onze vrije en ongefilterde toegang tot gegevens kunnen in het gedrang komen als we niet meer grip krijgen op grote techbedrijven die grote hoeveelheden data over ons verzamelen en steeds meer bepalen welke informatie wij zien.”
“De overheid moet grenzen stellen waar het gaat om de inzet van technieken en de regulering van ons digitale maatschappelijke verkeer, bijvoorbeeld bij het gebruik van kunstmatige intelligentie en algoritmes.”
DENK noemt "Google" niet expliciet in haar verkiezingsprogramma, maar adresseert wel de macht van grote technologiebedrijven ("bigtech") en de bescherming van digitale mensenrechten. Hun belangrijkste voorstellen zijn het Europees inperken van de macht van bigtechbedrijven, het verbieden van handel in persoonsgegevens, en het verplicht transparant maken van algoritmes bij zowel bedrijven als overheid. DENK wil zo burgers beschermen tegen machtsmisbruik en discriminatie door technologie.
DENK ziet de macht van grote technologiebedrijven als een bedreiging voor privacy en digitale rechten. Ze pleiten voor strengere Europese regulering om de handel in persoonsgegevens te beperken en de invloed van bedrijven als Google te verminderen.
“Dat betekent dat handel in persoonsgegevens aan banden wordt gelegd en de macht van de bigtech bedrijven Europees moet worden ingeperkt.”
Om discriminatie en machtsmisbruik door technologiebedrijven (waaronder Google) te voorkomen, wil DENK dat algoritmes transparant worden gemaakt en onder streng toezicht komen te staan.
NSC uit stevige zorgen over de macht van grote technologiebedrijven zoals Google en wil de privacy van burgers beschermen tegen dataverzameling en AI-training door deze bedrijven. Ze pleiten voor strengere regelgeving, het gebruik van soevereine of lokaal draaiende AI-modellen door de overheid, en strafrechtelijke aanpak van grootschalige privacyschendingen door techreuzen.
NSC wil voorkomen dat de overheid data van burgers deelt met grote technologiebedrijven zoals Google, vooral om te voorkomen dat deze bedrijven hun AI-modellen kunnen trainen op Nederlandse overheidsdata. Dit moet de privacy van burgers beschermen en de afhankelijkheid van buitenlandse techgiganten verminderen.
“We moeten voorkomen dat de overheid data van onze burgers voedt aan de tech-reuzen omdat zij hun AI-modellen daarop trainen.”
“De overheid moet wanneer het nuttig is zeker gebruik maken van AI-toepassingen, maar hierbij omwille van de veiligheid en privacy bij voorkeur kiezen voor soevereine of lokaal draaiende AI-modellen.”
NSC vindt dat grootschalige privacyschendingen door bedrijven als Google en de online advertentie-industrie een bewuste schending van grondrechten zijn. Ze willen daarom een wettelijke basis om deze bedrijven via het strafrecht aan te pakken.
“Grootschalige privacyschendingen van groepen burgers door tech-reuzen en de online advertentie industrie zijn een grove en bewuste schending van de grondrechten. We vinden dat er een wettelijke basis moet komen om deze bedrijven via het strafrecht aan te pakken.”
JA21 uit in haar verkiezingsprogramma zorgen over de digitale afhankelijkheid van Nederland van grote buitenlandse techbedrijven zoals Google. De partij pleit voor digitale soevereiniteit en wil investeren in nationale en Europese technologie, zodat Nederland en Europa minder afhankelijk worden van Amerikaanse en Chinese bedrijven.
JA21 ziet de groeiende afhankelijkheid van buitenlandse techgiganten als een risico voor de digitale soevereiniteit van Nederland. De partij wil daarom investeren in strategische technologie en digitale veiligheid, met als doel minder afhankelijk te zijn van bedrijven als Google. Dit moet de controle over data en digitale infrastructuur versterken en de economische weerbaarheid vergroten.
“Zorgen voor digitale soevereiniteit. Europa en Nederland mogen niet volledig afhankelijk zijn van Amerikaanse of Chinese techbedrijven. We investeren in strategische technologie en digitale veiligheid.”
“Digitale soevereiniteit. Investeer in een nationale cloud onder Nederlandse wetgeving. Geen Amerikaanse of Chinese toegang tot onze data.”
Het SGP-verkiezingsprogramma noemt "Google" nergens expliciet en bevat geen concrete, onderscheidende standpunten of beleidsvoorstellen die specifiek op Google gericht zijn. Wel worden grote techplatforms in algemene zin genoemd in het kader van macht, concurrentie en verantwoordelijkheid, maar zonder Google bij naam te noemen of specifieke maatregelen tegen Google te formuleren.
De SGP maakt zich zorgen over de macht van grote digitale platforms (waaronder impliciet bedrijven als Google) en wil deze macht inperken om concurrentie te waarborgen. Dit standpunt richt zich op het voorkomen van te veel marktmacht en het beschermen van publieke waarden, maar noemt Google niet expliciet.
“De macht van grote platforms moet aan banden worden gelegd zodat concurrentie mogelijk blijft. Indien nodig worden hiervoor mededingingsregels aangepast.”
De SGP wil dat Nederland een actieve rol speelt in het verantwoordelijk stellen van techbedrijven voor het faciliteren van de verspreiding van strafbaar materiaal, zoals kindermisbruik. Hoewel Google niet genoemd wordt, vallen grote techbedrijven hier impliciet onder.
“Nederland moet een actieve rol spelen in het verantwoordelijk stellen van techbedrijven voor het faciliteren van de verspreiding van dit afschuwelijke materiaal.”
De Partij voor de Dieren is kritisch over de macht en invloed van grote internetbedrijven zoals Google. Ze willen meer transparantie over hoe deze bedrijven informatie tonen, microtargeting beperken, en het gebruik van privacyvriendelijke alternatieven stimuleren zolang transparantie ontbreekt. Hun kernvisie is het beschermen van privacy, het beperken van Big Tech-dominantie en het vergroten van zeggenschap van gebruikers over hun data.
De PvdD vindt dat bedrijven als Google te veel macht hebben over wat gebruikers te zien krijgen en hoe hun data worden gebruikt. Ze willen dat deze bedrijven transparanter worden over hun algoritmes en advertentiepraktijken, en pleiten voor het aan banden leggen van microtargeting. Zolang deze transparantie en zeggenschap ontbreken, moedigen ze het gebruik van alternatieven aan.
“We gaan ervoor zorgen dat internetbedrijven als Meta en Google meer transparantie bieden over wat zij gebruikers laten zien en waarom, en leggen microtargeting (waarbij heel gericht wordt geadverteerd) aan banden. Zolang dit niet op orde is ontmoedigen we het gebruik van deze platformen en wijzen we op privacyvriendelijke alternatieven waarbij gebruikers zeggenschap houden over hun eigen data.”
De VVD benoemt Google slechts één keer in haar verkiezingsprogramma, en dan uitsluitend als voorbeeld van een succesvolle, innovatieve onderneming uit de Verenigde Staten. Er zijn geen concrete beleidsvoorstellen of standpunten die specifiek over Google gaan; de partij gebruikt Google enkel illustratief om het belang van economische groei en innovatie te onderstrepen.
De VVD verwijst naar Google als illustratie van het achterblijven van Europa en Nederland op het gebied van baanbrekende technologische ondernemingen. Dit wordt gebruikt om het belang van radicale economische groei en innovatie te benadrukken, maar er worden geen specifieke beleidsmaatregelen richting Google genoemd.
“Baanbrekende ondernemingen als Apple, Google, Uber en OpenAI zijn het afgelopen decennium groot geworden in de Verenigde Staten, niet in Europa of Nederland.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma