De Partij voor de Dieren ziet fijnstof als een ernstig gezondheids- en milieuprobleem, vooral veroorzaakt door afvalverbranding en industriële uitstoot. Ze willen afvalverbranding en industriële vervuiling drastisch terugdringen, onder meer door strengere controle, onafhankelijke metingen en het sluiten van de meest vervuilende installaties. Transparantie, handhaving en het principe dat de vervuiler betaalt staan centraal in hun aanpak.
De PvdD wil de uitstoot van fijnstof door afvalverbranding verminderen door de capaciteit van afvalverbrandingsinstallaties snel af te bouwen en te stoppen met de import van buitenlands afval. Dit moet leiden tot minder schadelijke stoffen in de lucht en een gezondere leefomgeving.
Om de uitstoot van fijnstof en andere schadelijke stoffen door bedrijven beter te monitoren, pleit de PvdD voor meer onafhankelijke en actuele metingen. Dit vergroot de transparantie en stelt burgers en journalisten in staat om inzicht te krijgen in de luchtkwaliteit in hun omgeving.
“Er komen meer onafhankelijke, fijnmazige en actuele metingen naar uitstoot van bedrijven.”
De partij wil dat de overheid de regie neemt over toezicht en handhaving, met hogere boetes en meer capaciteit voor controles. Vervuilers moeten betalen voor controles en metingen, en vergunningen worden sneller ingetrokken bij overtredingen.
“Het Rijk neemt de regie over het toezicht en de handhaving van milieuwetgeving en de bestrijding van milieucriminaliteit.”
“Controles zijn voortaan onaangekondigd en bedrijven betalen zelf de kosten van controles.”
“De boetes worden stevig verhoogd en passend gemaakt bij de omzet van de beboete bedrijven. Bij veelplegers worden vergunningen sneller ingetrokken.”
BIJ1 benoemt het probleem van slechte luchtkwaliteit en de impact daarvan op kwetsbare groepen, maar noemt "fijnstof" niet expliciet in het verkiezingsprogramma. Hun concrete voorstellen richten zich vooral op het verminderen van luchtvervuiling door het terugdringen van fossiele brandstoffen, autoverkeer en luchtvaart, met als doel een rechtvaardige en gezonde leefomgeving voor iedereen.
BIJ1 wil luchtvervuiling, waaronder fijnstof, terugdringen door het verminderen van autoverkeer en luchtvaart. Dit doen ze door te investeren in openbaar vervoer, het ontmoedigen van autobezit, en het beperken van vliegverkeer. De partij benadrukt dat slechte luchtkwaliteit vooral mensen in een zwakkere sociaaleconomische positie treft en wil daarom structurele veranderingen in mobiliteit en productie.
“de gevolgen van hoge uitstoot en slechte luchtkwaliteit raken vooral mensen in een zwakkere sociaaleconomische positie. Dat is onrechtvaardig.”
“Daarom verminderen we met ons Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) het autobezit, door te investeren in openbaar vervoer en het stimuleren van flex- en thuiswerken.”
“Het totale aantal vliegbewegingen wordt afgebouwd, met als doel een structurele krimp van de luchtvaart.”
Om luchtvervuiling (en daarmee fijnstof) te verminderen, wil BIJ1 fossiele brandstoffen uitfaseren en woningen isoleren, te beginnen bij kwetsbare groepen. De partij ziet dit als een kwestie van klimaatrechtvaardigheid en volksgezondheid.
“De staat voert een nationaal isolatieoffensief uit waarbij alle slecht geïsoleerde woningen binnen 10 jaar worden aangepakt, te beginnen bij sociale huur en koopwoningen in arbeiderswijken.”
“Om de afbouw van fossiele brandstoffen en een rechtvaardige energietransitie vorm te geven worden de Nederlandse energievoorzieningen in publieke handen gebracht.”
D66 erkent fijnstof als een serieus gezondheidsprobleem, vooral afkomstig van verkeer en industrie, en wil de uitstoot ervan actief terugdringen. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals het verduurzamen van mobiliteit, het invoeren van rekeningrijden, en het stellen van strengere normen voor luchtkwaliteit. D66 benadrukt het belang van schone lucht voor de volksgezondheid en wil dat zorgen van burgers hierover serieus worden genomen.
D66 wil de uitstoot van fijnstof door verkeer verminderen door mobiliteit te verduurzamen, onder andere via het stimuleren van elektrisch rijden en het invoeren van rekeningrijden. Dit moet bijdragen aan schonere lucht en een gezondere leefomgeving.
“D66 wil de automobiliteit verduurzamen en zo de uitstoot van CO2, stikstof en fijnstof terugdringen. We maken autorijden eerlijker door rekeningrijden in te voeren: niet langer het bezit maar het gebruik van de auto wordt belast.”
D66 vindt dat zorgen over fijnstof, bijvoorbeeld van industriële bronnen als Tata Steel, serieus genomen moeten worden en pleit voor scherpere normen en betere bescherming van de luchtkwaliteit.
“Zorgen van mensen over hun gezondheid moeten serieus genomen worden. Of het nu gaat om fijnstof van Tata Steel, geluidsoverlast van Schiphol of giftige stoffen in het water, de grond en de lucht.”
“Nieuwe kennis over bijvoorbeeld geluid, trillingen en schadelijke stoffen moet ook leiden tot scherpere normen als de gezondheid van mensen in gevaar is.”
D66 erkent dat fijnstof in schoolgebouwen de leerprestaties beïnvloedt en wil daarom investeren in renovatie en nieuwbouw om de luchtkwaliteit te verbeteren.
“Veel schoolgebouwen zijn oud, slecht onderhouden en slecht geventileerd. Leerlingen en leraren hebben daar last van: hitte en fijnstof hebben invloed op hoe goed je kunt leren. D66 wil een groot, landelijk plan om schoolgebouwen te renoveren of nieuw te bouwen.”
De SP benoemt het belang van schone lucht en een gezonde leefomgeving, maar noemt "fijnstof" niet expliciet in haar verkiezingsprogramma. Het beleid richt zich op het aanscherpen van luchtkwaliteitsnormen en het aanpakken van vervuilende industrieën, waarmee ook fijnstofuitstoot indirect wordt bestreden. Concrete voorstellen zijn het aanscherpen van luchtkwaliteitsnormen en strengere handhaving op vervuilende uitstoot.
De SP wil strengere normen voor luchtkwaliteit invoeren om de gezondheid van mensen te beschermen, wat ook de uitstoot van fijnstof zal beperken. Dit beleid richt zich op het recht op schone lucht en het verminderen van schadelijke stoffen in de leefomgeving.
De SP wil dat bedrijven pas stoffen mogen uitstoten als bewezen is dat deze veilig zijn, en pleit voor harde handhaving tegen overtreders. Dit raakt ook de uitstoot van fijnstof door industriële bronnen.
De ChristenUnie erkent dat fijnstof een ernstig gezondheidsprobleem is en wil de uitstoot van (ultra)fijnstof en andere schadelijke stoffen door industrie, mobiliteit en luchtvaart stevig aanpakken. De partij pleit voor strengere handhaving, betere bescherming van omwonenden en actieve inzet op schonere lucht via het Schone Lucht Akkoord. Gemeenten en overheden moeten gezondheid centraal stellen bij vergunningen en handhaving, met minder ruimte voor zelfregulering door bedrijven.
De ChristenUnie vindt dat de overheid actiever moet optreden tegen de uitstoot van (ultra)fijnstof door bedrijven, omdat dit de volksgezondheid ernstig schaadt. Ze willen dat omgevingsdiensten en GGD beter worden toegerust om schadelijke uitstoot te voorkomen en dat bedrijven minder op zelfregulering kunnen vertrouwen. De partij benadrukt dat gezondheid van omwonenden leidend moet zijn bij vergunningverlening, niet de maximaal toegestane emissies.
“De laatste jaren zijn er te veel incidenten met bedrijven geweest waarbij uitstoot van stoffen werd geconstateerd die schadelijk zijn voor het milieu, zoals PFAS, (ultra)fijnstof of staalslakken. De overheid moet de sociale grondrechten op het gebied van leefmilieu en volksgezondheid garanderen door zelf normen te stellen en deze te handhaven.”
“De leefomgeving van omwonenden wordt beter beschermd door de laatste inzichten over gezondheidsrisico’s leidend te laten zijn in de vergunningverlening en handhaving. Gezondheid van omwonenden komt centraal te staan bij het afgeven van nieuwe vergunningen. We sturen vanuit de bescherming van de gezondheid van omwonenden, niet vanuit de maximaal toegestane emissies van bedrijven.”
De partij wil dat gemeenten voortvarend aan de slag gaan met het Schone Lucht Akkoord om de uitstoot van schadelijke stoffen, waaronder fijnstof, terug te dringen. Dit is onderdeel van een bredere inzet op schone lucht, waarbij industrie, mobiliteit en luchtvaart worden aangepakt.
“De Nederlandse lucht is veel te vies. We pakken de uitstoot van schadelijke stoffen in de lucht van de industrie, mobiliteit en luchtvaart aan. Gemeenten moeten voortvarend aan de slag met het Schone Lucht Akkoord.”
NSC erkent de schadelijke effecten van fijnstof op de volksgezondheid en pleit voor strengere uitstootnormen en handhaving, met nadruk op het gebruik van de best beschikbare technologie. Hun belangrijkste voorstel is het aanscherpen en handhaven van normen voor industriële uitstoot, waaronder fijnstof, om gezondheidsrisico’s te minimaliseren.
NSC ziet het als een grondwettelijke taak van de overheid om de volksgezondheid te beschermen tegen schadelijke industriële uitstoot, waaronder fijnstof. Ze willen dat toepassing van materialen pas wordt toegestaan als is aangetoond dat er geen milieuschade ontstaat, en pleiten voor het aanscherpen en handhaven van uitstootnormen op basis van de nieuwste inzichten. De focus ligt op preventie en het minimaliseren van gezondheidsrisico’s door streng toezicht en toepassing van de best beschikbare technologie.
“We kunnen de ogen niet sluiten voor de schadelijke effecten van de uitstoot en afvalstromen door de industrie van onder meer NOx, benzeen, PFAS, PAK’s en fijnstof. We pleiten voor het aanscherpen en handhaven van uitstootnormen en maatregelen om afvaldumping te stoppen.”
“Het criterium ‘best beschikbare technologie’ moet zo worden gedefinieerd dat het geringste effect op de gezondheid en het milieu daarvan een integraal onderdeel is. Ook tussentijds moet worden getoetst aan de meest recente inzichten over gezondheids- en milieurisico’s.”
Volt erkent fijnstof als een belangrijke bron van luchtvervuiling en gezondheidsproblemen en wil daarom strengere normen en financiële prikkels invoeren om de uitstoot van fijnstof door de industrie te verminderen. Hun belangrijkste voorstel is het invoeren van een belasting op fijnstof-uitstoot, afgestemd op de veroorzaakte milieuschade, en het verplicht stellen van de WHO-standaarden voor luchtkwaliteit bij vergunningverlening.
Volt wil de industrie financieel verantwoordelijk maken voor de schade die fijnstof veroorzaakt aan milieu en gezondheid. Door een belasting in te voeren die direct gekoppeld is aan de hoeveelheid uitgestoten fijnstof, beoogt Volt bedrijven te stimuleren hun uitstoot te verminderen en zo de luchtkwaliteit te verbeteren.
“We voeren voor de industrie een belasting in voor luchtvervuiling (NOx, fijnstof, zwaveldioxide). De hoogte van de belasting komt overeen met de omvang van de milieuschade.”
Volt vindt dat de huidige vergunningverlening tekortschiet omdat deze niet voldoet aan de strengere WHO-normen voor luchtkwaliteit, waaronder fijnstof. Door alleen nog vergunningen te verlenen die aan deze standaarden voldoen, wil Volt de volksgezondheid beter beschermen.
“Volt wil dat bedrijven zich houden aan de WHO-standaarden en wil dus alleen nog vergunningen uitgeven die voldoen aan de WHO-standaarden.”
De SGP benoemt fijnstof slechts zijdelings in haar verkiezingsprogramma en doet geen expliciete, concrete voorstellen gericht op de reductie van fijnstof. Het enige relevante standpunt betreft het beperken van overlast en gezondheidsproblemen door houtkachels, waarbij maatregelen als roetfilters en emissie-eisen worden genoemd. Verder ontbreekt een bredere visie of aanpak specifiek gericht op fijnstof.
De SGP erkent dat houtkachels in de bebouwde kom kunnen zorgen voor overlast en gezondheidsproblemen, waaronder fijnstof. Om deze negatieve effecten te beperken, stelt de partij voor om gerichte maatregelen te nemen zoals verplichte roetfilters en emissie-eisen voor bestaande kachels.
“De rook kan in de bebouwde kom echter ook voor overlast en gezondheidsproblemen zorgen. Die overlast wordt gericht ingeperkt, bijvoorbeeld door verplichte roetfilters, emissie-eisen voor bestaande kachels of inzet van de Stookwijzer.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma