JA21 pleit voor economisch beleid dat gericht is op het stimuleren van ondernemerschap, het verlagen van lasten en het vereenvoudigen van het belastingstelsel, met als doel economische groei, werkgelegenheid en welvaart te bevorderen. De partij wil minder regeldruk, een kleinere overheid, en een focus op strategische sectoren zoals industrie, energie en infrastructuur. JA21 verzet zich tegen overheidsbemoeienis, complexe subsidies en Europese inmenging die de economische soevereiniteit en concurrentiepositie van Nederland ondermijnen.
JA21 ziet het huidige belasting- en toeslagenstelsel als te complex en ontmoedigend voor werken en ondernemen. Ze willen structureel lagere lasten, een eenvoudiger systeem en het afschaffen van het toeslagencircus om economische groei te stimuleren en werk te laten lonen.
“Werken en ondernemen laten lonen door de lasten op arbeid structureel te verlagen. We kiezen voor lagere belastingen in plaats van hogere toeslagen.”
“Wij schaffen het circus aan toeslagen en heffingskortingen af, en vervangen het door een simpel en transparant systeem van toelagen.”
“JA21 wil een fundamentele hervorming van de vennootschapsbelasting die eenvoud en eerlijkheid centraal stelt.”
“Een eenvoudige vennootschapsbelasting voor alle ondernemingen door het huidige tweeschijvenstelsel (19% en 25,8%) te vervangen door één helder tarief van 20% voor alle ondernemingen.”
JA21 stelt dat overmatige regeldruk en een uitdijende overheid economische groei en investeringen belemmeren. Ze willen drastisch minder regels, een kleinere overheid en begrotingsdiscipline om de concurrentiepositie van Nederland te versterken.
“Regeldruk terugdringen door met de stofkam door huidige wet- en regelgeving te gaan en overbodige regelgeving te schrappen. Voor elke nieuwe regel moet een oude regel verdwijnen.”
“Lagere lasten en een kleine overheid. We willen de hoge collectieve lastendruk verlagen en het aantal ambtenaren structureel terugbrengen.”
“Begroten doen we op basis van gezond verstand en met een sterk besef dat je een euro maar een keer kan uitgeven. Investeringen mogen tijdelijk leiden tot extra uitgaven, maar alleen met een duidelijk rendement of economisch nut.”
JA21 beschouwt ondernemers en industrie als de motor van economische groei en werkgelegenheid. Ze willen deze sectoren maximaal faciliteren door lasten te verlagen, investeringen aantrekkelijker te maken en de concurrentiepositie te beschermen, met speciale aandacht voor strategische sectoren zoals de Rotterdamse haven en de maakindustrie.
“Voor een sterke en concurrerende economie moeten ondernemers en bedrijven voldoende ruimte en prikkels krijgen om te groeien, risico’s te nemen, te innoveren en te investeren.”
“De Rotterdamse haven is één van de belangrijkste economische motoren van Nederland en een onmisbare schakel in de internationale handel. JA21 wil de haven ruim baan geven, als bron van werkgelegenheid en welvaart.”
“We stoppen de uittocht van bedrijven en banen door regelgeving niet strenger te maken dan Europese afspraken en door de concurrentiepositie van de haven te beschermen.”
“Het voortbestaan van familiebedrijven waarborgen door de bedrijfsopvolgingsregeling en de erf- en schenkbelasting af te schaffen.”
JA21 is kritisch op Europese regelgeving en bemoeienis die volgens hen de economische soevereiniteit en het vestigingsklimaat van Nederland aantasten. Ze willen dat de EU zich beperkt tot economische samenwerking en pleiten voor het terugdraaien van Europese belastingen en nationale koppen op EU-regels.
“Fiscale soevereiniteit: geen nieuwe Europese belastingen, waar mogelijk draaien we Europese heffingen terug.”
“Nationale koppen op EU-regels afschaffen: we introduceren geen nieuwe wetgeving die verder gaat dan EU-regelgeving.”
“JA21 wil dat de Europese Commissie zich bezighoudt met waar zij voor is opgericht, leert bevoegdheden terug te geven aan de lidstaten, en geen geitenpaden blijft zoeken om haar invloed uit te breiden.”
“JA21 pleit voor een Unie die zich weer richt op haar oorspronkelijke kracht: economische samenwerking en respect voor de soevereiniteit van lidstaten.”
JA21 ziet betaalbare en betrouwbare energie als essentieel voor de concurrentiekracht van de Nederlandse economie. Ze willen inzetten op kernenergie, het behoud van de fossiele sector zolang alternatieven ontbreken, en het oplossen van netcongestie om bedrijven te behouden.
“We moeten erkennen dat duurzame energie nog geen volwaardig alternatief is voor energie opgewekt door fossiele brandstof, en dat het versneld loslaten van fossiele brandstoffen grote effecten heeft voor de betrouwbaarheid en de betaalbaarheid van ons energienet.”
“Bedrijven en gezinnen kunnen nog niet zonder en moeten hiervoor niet bestraft worden. Wij maken daarom de strategische keuze om onze fossiele sector en infrastructuur te behouden zolang duurzame kernenergie nog geen volwaardig alternatief is.”
“We lossen netcongestie op en voorkomen dat bedrijven stilstaan omdat aansluiting op het stroomnet onmogelijk is.”
De ChristenUnie kiest voor een economie die duurzaamheid, brede welvaart en sociale rechtvaardigheid centraal stelt, in plaats van louter financiële groei. Ze pleiten voor een rentmeesterseconomie, investeren in innovatie en infrastructuur, en willen solide overheidsfinanciën zonder schuldfinanciering van consumptieve uitgaven. Concrete voorstellen zijn onder meer het stimuleren van circulaire economie, het belasten van vervuiling, het vereenvoudigen van het belastingstelsel en het investeren in vakmanschap en innovatie.
De ChristenUnie wil af van een economie die draait om kortetermijnwinsten en overconsumptie, en kiest voor een model waarin mens, maatschappij en milieu centraal staan. Ze zetten in op innovatie, circulaire economie en het Rijnlandse model, met aandacht voor familiebedrijven en brede welvaart.
“De ChristenUnie staat voor een toekomstbestendige economie. Dat vraagt om gerichte keuzes om de economie te vitaliseren en te vergroenen. De ChristenUnie stelt mens, maatschappij en milieu centraal en voelt zich thuis bij het Rijnlandse model van de economie.”
“Niet het maximaliseren van de kortetermijnwinsten, maar het duurzaam en langjarig floreren van ondernemingen en werknemers staat voorop.”
“We zetten in op de nieuwe economie via innovatie en nemen afscheid van het consumentisme dat de grenzen van de schepping niet respecteert.”
“We willen een einde aan de overconsumptie van goedkope prullaria die horen bij een wegwerpeconomie.”
De partij wil de circulaire economie versterken door normering op Europees niveau, financiële ondersteuning van hergebruik, en het beprijzen van vervuiling zodat duurzame producten concurrerend worden.
“Circulaire bedrijven hebben het zwaar terwijl de circulaire economie de toekomst is. Circulaire producten zijn duurder dan wegwerpproducten en de vraag blijft achter. Normering van de vraag op Europees niveau is noodzakelijk om het circulair maken van de economie te laten slagen.”
“De vervuiler betaalt... We willen dat die kosten worden meegerekend, zodat de werkelijke prijs (‘true price’) van producten wordt betaald.”
“Deze vorm van beprijzing vindt idealiter plaats op Europees niveau, om weglekeffecten te voorkomen.”
De ChristenUnie wil investeren in innovatie, beroepsonderwijs en infrastructuur om het verdienvermogen van de toekomst veilig te stellen. Ze pleiten voor een nationale investeringsbank, meer samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven, en forse investeringen in openbaar vervoer en infrastructuur.
“Om onze toekomstige welvaart zeker te stellen is het van belang om nu te investeren in innovatie en productiviteit.”
“Er komt een nationale investeringsbank, als voortzetting van InvestNL.”
“We investeren volop in het beroepsonderwijs en geven ruimte aan jonge ondernemers.”
“De ChristenUnie investeert fors in openbaar vervoer, het onderhoud van infrastructuur en verkeersveiligheid.”
De partij wil geen consumptieve uitgaven financieren met schuld, maar investeren in zaken die zich terugverdienen. Transparantie, begrotingsdiscipline en brede welvaartsindicatoren zijn leidend.
“In tegenstelling tot het huidige kabinet gaan we geen consumptieve uitgaven financieren met meer schuld, maar stoppen we juist geld in investeringen die zich terugverdienen, zoals woningbouw, infrastructuur en energienetten.”
“Solide en houdbare overheidsfinancien zijn een randvoorwaarde voor de duurzame bloei van ons land.”
“De ChristenUnie wil dat bredewelvaartsindicatoren een prominentere rol spelen in het begrotingsproces en de politieke besluitvorming. BBP-groei als heilige graal ontneemt het zicht op wat echt telt voor mensen en wordt daarom minder leidend.”
De ChristenUnie wil het belastingstelsel vereenvoudigen, arbeid minder zwaar belasten en de eerste €30.000 inkomen belastingvrij maken, zodat werken lonender wordt.
“De wirwar van toeslagen vervangen we door een eenvoudige belastingkorting. Zo blijft het gegarandeerd de eerste € 30.000 die per jaar verdient belastingvrij én is er geen sprake meer van onzekerheid en terugvorderingen.”
“Voor inkomen uit werk betekent dit concreet dat de eerste € 30.000 inkomen belastingvrij is.”
“In het door het CPB doorgerekende nieuwe belastingstelsel van de ChristenUnie is de marginale druk altijd lager dan 50%. Werken wordt daarmee veel lonender.”
NSC kiest voor een economie die eerlijker, duurzamer en minder afhankelijk van marktwerking is, met nadruk op bestaanszekerheid, innovatie en het versterken van het mkb. Ze willen marktmacht en ongelijkheid tegengaan, investeren in circulaire economie en innovatie, en pleiten voor een voorspelbaar en strategisch industriebeleid. Concrete voorstellen zijn onder meer het aantrekkelijker maken van vaste contracten, het verminderen van administratieve lasten voor mkb, het stimuleren van circulaire productie en het prioriteren van strategische sectoren.
NSC stelt dat het neoliberale beleid heeft geleid tot onzekerheid en ongelijkheid, en wil marktmacht van grote spelers doorbreken om de economie eerlijker te maken. Ze richten zich op het beschermen van consumenten en het versterken van het sociale contract.
“Het neoliberale beleid heeft mensen de laatste tientallen jaren onvoldoende beschermd. De onzekerheden van Nederlanders zijn steeds verder opgestapeld: onbetaalbare woningen, stijgende kosten voor levensonderhoud, flexibele arbeidscontracten en onzekere pensioenen.”
“De Nederlandse spaarmarkt wordt gedomineerd door een klein aantal banken die de spaarrente laag en tarieven hooghouden. Deze marktdominantie moet worden doorbroken.”
“Aanpakken van hoge prijzen in supermarkten en winkels door markten eerlijker te maken.”
NSC ziet het mkb en familiebedrijven als de ruggengraat van de economie en wil hun positie versterken door minder regeldruk, aantrekkelijkere vaste contracten en een gelijk speelveld qua financiering.
“Het midden- en kleinbedrijf (mkb) en familiebedrijven zijn de ruggengraat van de Nederlandse economie.”
“We willen daarom minder administratieve lasten voor mkb’ers, onder meer door bestaande prikkels tegen het licht te houden en bij nieuwe wetgeving een mkb-uitvoeringstoets in te voeren.”
“Het moet aantrekkelijker worden voor kleine werkgevers om mensen in vaste dienst te nemen.”
“We doen een gericht onderzoek en vergelijken de fiscale en andere mogelijkheden van private equity en traditionele stabiel en conservatief gefinancierde familiebedrijven. We zorgen ervoor dat er een gelijk speelveld ontstaat.”
NSC wil een voorspelbaar industriebeleid en innovatie stimuleren, met prioriteit voor strategische sectoren en groeibedrijven. Ze willen een nationale groeimarktenstrategie en investeren in technische opleidingen en regionale innovatie.
“Een sterk vestigingsklimaat en industriebeleid zijn voorwaarden om onze economie ook in de toekomst te laten groeien.”
“We starten met het opstellen van een Nationale Groeimarktenstrategie. Hierin bepalen we om de tien jaar de vijf sectoren met de hoogste toekomstige verdienkansen voor Nederland.”
“We geven strategische industrieën en groeibedrijven prioriteit bij het toewijzen van netcapaciteit.”
“Voor het innovatieve mkb blijven de regionale ontwikkelingsmaatschappijen het eerste aanspreekpunt. We handhaven de belastingvoordelen voor innovatie en de aftrek voor milieu-investeringen en zijn terughoudend met subsidies.”
NSC zet in op een circulaire economie, waarbij hergebruik en biobased materialen centraal staan. Ze willen de transformatie van de industrie naar duurzame productie versnellen en circulaire keuzes aantrekkelijker maken.
“Nieuw Sociaal Contract zet in op een circulaire economie. Hiervoor zijn duidelijke keuzes in de politiek noodzakelijk.”
“We maken de transformatie van een fossiele chemische industrie naar een op duurzame koolstof gebaseerde chemische industrie mogelijk.”
“Circulaire keuzes moeten de logische en voordelige optie worden. We maken afspraken met winkels in elektronica, meubels en kleding over het aanbieden van tweedehands en refurbished producten.”
NSC wil dat banken en de financiële sector de reële economie en samenleving dienen, niet alleen aandeelhouderswaarde. Ze pleiten voor meer maatschappelijke verankering en het tegengaan van een bonuscultuur.
BBB wil de Nederlandse economie versterken door minder regelgeving, het stimuleren van ondernemerschap en het investeren in strategische sectoren en regionale ontwikkeling. De partij pleit voor een economie die draait om vakmanschap, innovatie en een eerlijk speelveld voor mkb en industrie, met speciale aandacht voor regionale kansen buiten de Randstad. BBB verzet zich tegen ideologisch beleid dat economische schade veroorzaakt en kiest voor pragmatische, uitvoerbare maatregelen die het verdienvermogen van Nederland vergroten.
BBB ziet regeldruk en hoge lasten als belangrijke oorzaken van afnemende concurrentiekracht en wil deze drastisch verminderen. De partij stelt dat ondernemerschap en economische groei worden belemmerd door overmatige regelgeving, en pleit voor een overheid die ondernemers ondersteunt in plaats van hindert.
“De concurrentiekracht van Nederland neemt af door extra regelgeving, hoge lasten en een gebrek aan economisch strategisch beleid.”
“Minder regelgeving. De regelgeving op nationaal niveau moet drastisch verminderen en worden getoetst op de impact op ons concurrentievermogen.”
“Regeldruk, hoge lasten en stroperige procedures ontmoedigen ondernemerschap, terwijl andere landen hun bedrijven juist koesteren. Dat moet anders.”
BBB benadrukt het belang van een sterke maakindustrie en strategische sectoren voor economische groei, werkgelegenheid en strategische autonomie. De partij wil investeren in sectoren met civiele en militaire toepassingen en betaalbare energie voor de industrie waarborgen.
“De industrie is onmisbaar voor de voedselproductie, woningbouw, energietransitie, defensie, maritieme slagkracht en de regionale economie.”
“We vinden het belangrijk om te investeren in sectoren met zowel civiele als militaire toepassingen om zowel de economische als defensieve slagkracht te versterken.”
“Er moet worden ingezet op een sterke maakindustrie, omdat deze sector essentieel is voor economische groei, innovatie en werkgelegenheid.”
“Betaalbare energie voor de industrie, onder andere door het gebruik van kleine modulaire reactoren (SMR’s) kan de productiecapaciteit ondersteunen en de concurrentiepositie verbeteren.”
BBB vindt dat het economisch beleid te veel op de Randstad is gericht en wil juist investeren in regionale economische clusters en ecosystemen. De partij pleit voor maatwerk en het benutten van regionale kracht, met aandacht voor een gelijk speelveld in grensregio’s.
“Het economisch beleid van de rijksoverheid richt zich nog te vaak op de Randstad en een paar grote kennisclusters. Daardoor blijven andere delen van Nederland met name grensregio’s en plattelandsgebieden achter, terwijl daar volop economische kansen liggen.”
“Groeikansen buiten de Randstad verzilveren. De rijksoverheid onderzoekt de mogelijkheden om gericht te investeren in kansrijke regionale economische clusters, zoals agrofood in Noordoost Nederland, hightech in Twente en zorginnovatie in Limburg.”
“Regionale ecosystemen versterken. Samenwerking tussen grote bedrijven, mkb, startups, onderwijs en overheid wordt actief ondersteund, met ruimte voor maatwerk en regionale investeringsagenda’s.”
BBB beschouwt het mkb en kleine zelfstandigen als de ruggengraat van de economie en wil hen ondersteunen met minder regels, betere toegang tot financiering en eerlijke behandeling. De partij wil jong ondernemerschap stimuleren en lokale ondernemers in wijken en dorpen behouden.
“Mkb’ers en kleine zelfstandigen zijn de ruggengraat van de Nederlandse economie. Ze zorgen voor werk, vakmanschap, levendige dorpen en persoonlijke dienstverlening.”
“Jong ondernemerschap stimuleren. Jongeren die willen ondernemen krijgen begeleiding, toegang tot startkapitaal en ruimte in het onderwijs om ondernemerschap te ontwikkelen.”
“Lokale ondernemers in de wijk. In nieuwbouwwijken komt structureel ruimte voor kleinschalige ondernemers met een sociale functie, zoals bakkers, kapsalons, fietsenmakers of buurtwinkels.”
BBB uit zorgen over de economische schade van ideologisch klimaatbeleid en pleit voor realistische, uitvoerbare en betaalbare maatregelen. De partij wil bedrijven behouden voor Nederland en kiest voor evenwichtige doelen die het verdienvermogen niet ondermijnen.
“We maken ons zorgen over de economische schade van ideologisch klimaatbeleid. Grote bedrijven vertrekken uit Nederland door hoge lasten en ondoordachte maatregelen, met banenverlies als gevolg.”
“BBB wil bedrijven behouden voor Nederland en kiest voor verstandige, evenwichtige doelen. Want wie rood staat, kan niet groen doen.”
BIJ1 pleit voor een radicaal andere economie: democratisch, socialistisch en gericht op eerlijk delen van welvaart, waarbij de belangen van mensen, natuur en dieren centraal staan in plaats van winst voor een kleine elite. Ze willen grote sectoren nationaliseren, winsten herverdelen naar werkenden, het minimumloon fors verhogen, en coöperaties stimuleren. Belasting op vermogen en winsten van bedrijven gaat fors omhoog, terwijl basisvoorzieningen gratis of betaalbaar worden voor iedereen.
BIJ1 wil het kapitalistische systeem vervangen door een democratisch geleide, socialistische economie waarin werkenden en niet aandeelhouders bepalen wat er gebeurt. De partij ziet het huidige systeem als onhoudbaar en oneerlijk, en wil economische macht radicaal herverdelen.
“Onze ideale economie is socialistisch: een economie die de rechten en gezondheid van de mensen, de dieren en de natuur altijd voorop stelt. Ons huidige kapitalistische systeem is niet vol te houden.”
“Om een eerlijk loon te garanderen willen we de kapitalistische economie vervangen voor een democratisch geleide economie.”
“In elke sector maken de werkende mensen keuzes over de productie, verkoop, lonen en prijzen. Niet de aandeelhouders en managers, maar de werkende mensen aan de knoppen.”
BIJ1 wil belangrijke sectoren van de economie volledig in publieke handen brengen, zoals banken, energie, zorg, onderwijs en openbaar vervoer, om concurrentie en winstbejag uit te bannen en publieke belangen centraal te stellen.
“De belangrijke sectoren van de economie komen daarom volledig in publieke handen. Zoals banken, energiebedrijven, netbeheerders, het onderwijs, de zorg en het ov.”
De partij wil wettelijke maxima aan bedrijfswinsten stellen en afdwingen dat een deel van de winst direct naar hogere lonen voor werkenden gaat. Het minimumloon wordt fors verhoogd.
“Winsten moeten leiden tot hogere lonen voor de werkende mensen die de winsten hebben geproduceerd. Daarom stellen we allereerst paal en perk aan de winsten die mogen worden gemaakt (winst maximaliseren). We nemen in de wet op dat een zeker deel van alle winsten naar loonsverhogingen gaat.”
“Het minimumloon verhogen we direct naar € 19 per uur. Met een gelijke verhoging van de AOW”
BIJ1 wil de belasting op vermogen en erfenissen drastisch verhogen, een limiet op vermogen invoeren met een marginaal tarief van 100% daarboven, en belastingontwijking en kapitaalvlucht hard aanpakken.
“Er komt een limiet op vermogen, waarboven een marginaal belastingtarief van 100% geldt. De hoogte van deze limiet wordt democratisch besloten. Vermogens- en erfbelasting maken we drastisch hoger.”
“We bestrijden de vele brievenbusfirma’s in Nederland door belastingtarieven op vermogen te verhogen. En we introduceren een 'exit tax' voor bedrijven.”
Nieuwe bedrijven moeten standaard werknemerscoöperaties zijn, bestaande beursgenoteerde bedrijven moeten overgaan naar werknemersbezit, en coöperaties krijgen wettelijke en financiële steun.
“Nieuwe bedrijven worden standaard opgericht als werknemerscoöperaties.”
“De coöperatie van werknemers wordt de standaard eigendomsstructuur voor nieuw opgerichte rechtspersoonlijkheden. Hiervoor creëren we duidelijke grondslag in de wet.”
“Coöperatieve ondernemingen krijgen subsidie. En krijgen zo een concurrerend, waardig alternatief voor de aandeelhouderscorporatie, die op termijn uitsterft.”
BIJ1 wil prijsplafonds op essentiële goederen, wettelijke maximummarges op levensmiddelen, en zware belasting op onredelijke winsten (graaiflatie) en windfall profits.
“Daarom introduceren we een prijsplafond voor alle essentiële goederen.”
“Er komen wettelijke maximummarges op alle levensmiddelen voor bedrijven in de hele keten. Er wordt een substantiële windfall tax ingesteld, zodat bedrijven belasting betalen over stijgende inkomsten door iets waarvoor zij niet verantwoordelijk zijn.”
De partij wil onbetaald werk zoals mantelzorg, vrijwilligerswerk en huishoudelijk werk economisch waarderen en beter compenseren.
“Onbetaald werk dat Nederland nog te vaak als ‘vrouwenwerk’ ziet, compenseren we beter. Zoals mantelzorg, huishoudelijk werk en zorg voor kinderen.”
“Ook mantelzorg, vrijwilligerswerk, het werk van thuisblijvende ouders en andere vormen van onbetaalde arbeid zijn van onschatbare waarde voor onze maatschappij en willen we belonen.”
BVNL kiest voor een uitgesproken economisch rechts beleid, gericht op lage belastingen, minder overheidsbemoeienis en maximale ondernemersvrijheid. De partij wil het vestigingsklimaat verbeteren door lasten te verlagen, bureaucratie te verminderen en subsidies en overheidsregulering fors terug te dringen. Werken en ondernemen moeten weer lonen, waarbij de overheid zich terugtrekt en ruimte biedt aan de echte economie.
BVNL ziet hoge belastingen en overregulering als rem op economische groei en ondernemerschap. De partij wil een vlaktaks, lagere werkgeverslasten, afschaffing van diverse belastingen en minder regels, zodat werken en ondernemen aantrekkelijker worden en Nederland concurrerend blijft.
“Het vestigingsklimaat moet worden verbeterd door lagere belastingen (vlaktaks van 25%) in te voeren, minder overheidsbemoeienis, lage energiekosten en versoepeling van het arbeidsrecht.”
“BVNL wil de belastingen en werkgeverslasten voor ondernemers omlaag brengen, de bureaucratie verminderen en het gelijke speelveld weer terugbrengen in de markt door in elk geval geen regels te maken die strenger zijn dan het EU-gemiddelde.”
“Geen geldcreatie zonder waarde, geen subsidies voor falend beleid en als compensatie voor inactiviteit en geen belasting op ambitie.”
“Belang Van Nederland kiest voor een ondernemersvriendelijke koers die gestoeld is op vrijemarkteconomie, sober fiscaal beleid, lage belastingen en structurele hervormingen.”
BVNL beschouwt ondernemers, ZZP’ers en werkenden als de ruggengraat van de economie. De partij wil minder regels, meer contractvrijheid en het verschil tussen werken en een uitkering vergroten, zodat werken altijd loont en ambitie wordt beloond.
“Werken moet weer gaan lonen. De armoedeval, waarbij mensen meer geld overhouden in een uitkering dan in een laagbetaalde baan, is een belediging voor werkend Nederland, houdt onze economie en ons land tegen en moet worden opgelost.”
“Of je nu werkt als ondernemer, als ZZP’er of in loondienst, je verdient waardering en kansen om te groeien. Geen exorbitante belastingen om collectivistische hobby’s te kunnen betalen.”
“BVNL wil de belastingen en werkgeverslasten voor ondernemers omlaag brengen, de bureaucratie verminderen...”
“Het verschil tussen een uitkering en een baan moet fors worden vergroot. Werken moet weer lonen.”
BVNL wil concrete fiscale maatregelen nemen, zoals het afschaffen van de dividendbelasting, erf- en schenkbelasting, en het verlagen van accijnzen en energiebelastingen. Ook wil de partij subsidies afschaffen en parlementaire controle op uitgaven versterken.
BVNL baseert haar economische visie op de Oostenrijkse School en klassiek-liberale principes: een kleine overheid, vrije markt en zo min mogelijk staatsinterventie. Dit moet leiden tot meer innovatie, groei en individuele vrijheid.
“Onze visie is geworteld in de Oostenrijkse School van de economie, waarin ondernemersvrijheid, eigendoms...”
“Gebaseerd op onze onwankelbare kernwaarden van vrijheid, soevereiniteit, gezond verstand, realisme, verantwoordelijkheid, barmhartigheid, fatsoen, ambitie, technologische vooruitgang en eenvoud, kiezen wij nadrukkelijk voor een koers die klassiek-liberaal, en economisch rechts is.”
GroenLinks-PvdA kiest voor een eerlijke, duurzame economie waarin brede welvaart, hogere lonen en sociale rechtvaardigheid centraal staan. Ze willen de macht van aandeelhouders beperken, investeren in innovatie en strategische autonomie, en zorgen dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Concrete voorstellen zijn onder meer het verhogen van lonen, investeren in onderzoek en circulaire economie, en het beschermen van de Europese economie tegen oneerlijke concurrentie.
GroenLinks-PvdA wil af van het aandeelhouderskapitalisme en kiest voor een economie waarin lange termijn, gedeelde verantwoordelijkheid en sociale rechtvaardigheid centraal staan. Ze willen hogere lonen, een eerlijkere verdeling van welvaart en meer zekerheid voor werkenden, om zo ongelijkheid en kortetermijndenken tegen te gaan.
“De afgelopen jaren is onze economie doorgeslagen in het voordeel van aandeelhouders, met kortetermijnwinsten als hoogste doel. Dit heeft geleid tot groeiende ongelijkheid, verlies aan zekerheid voor werkenden en schade aan milieu en samenleving. Daarom keren wij terug naar het Rijnlandse model, waarin lange termijnbelangen, gedeelde verantwoordelijkheid en sociale rechtvaardigheid centraal staan.”
“We streven op korte termijn naar een verdeling waarbij de opbrengst voor werkenden minimaal tachtig procent is, zoals vroeger normaal was. Zo komt de winst niet alleen terecht bij de aandeelhouders, maar ook bij werknemers.”
“We sluiten daarom een Groot Loonakkoord met de vakbonden en werkgevers. Daarin maken we afspraken over hogere lonen, in ruil voor investeringen in infrastructuur, onderzoek en technologie.”
De partij wil de economie versterken door te investeren in innovatie, wetenschap en een circulaire economie. Dit moet Nederland minder afhankelijk maken van vervuilende import, strategische autonomie vergroten en zorgen voor duurzame groei.
“We werken toe naar de Lissabon-doelstelling om drie procent van ons nationaal inkomen aan onderzoek en innovatie te besteden.”
“Wij zetten ons in voor forse EU-investeringen in fundamenteel onderzoek en technologieontwikkeling. Daarbij zijn Europese waarden en maatschappelijke behoeften leidend.”
“Door naar een circulaire economie toe te groeien hergebruiken we grondstoffen en verduurzamen we onze economie.”
GroenLinks-PvdA wil de Europese economie beschermen tegen oneerlijke concurrentie en economische afhankelijkheid van grote landen. Ze pleiten voor eerlijke handel, het versterken van de Europese maakindustrie en het waarborgen van kritieke grondstoffen.
“Nederland en Europa moeten zich daarom actiever inzetten om de aanvoer en beschikbaarheid van kritieke grondstoffen te waarborgen.”
“We staan open voor nieuwe handelsverdragen met landen als dit gebeurt op een gelijkwaardige manier en met aandacht voor mens, dier en milieu.”
“We kiezen voor een groene en eerlijke economie waarin meer producten in Europa worden gemaakt. Hiermee worden we minder afhankelijk van vervuilende import en krijgen we meer grip op arbeidsrechten en het milieu, en vergroten we onze strategische autonomie.”
De partij wil een eerlijker belastingstelsel waarin de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Topinkomens, vermogenden en de meest winstgevende bedrijven gaan meer bijdragen om publieke voorzieningen en investeringen mogelijk te maken.
“We maken een einde aan speciale belastingkortingen voor de rijkste Nederlanders en aandeelhouders van multinationals.”
“We maken werken lonend, [...] een systeem zonder speciale kortingen en een eerlijke belasting op vermogen, winst en vervuiling.”
“We maken ruimte voor de grote uitgaven door een eerlijke bijdrage te vragen aan de topinkomens, vermogenden en meest winstgevende bedrijven. Voor ons geldt altijd: de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten.”
GroenLinks-PvdA kiest voor investeren in publieke voorzieningen, infrastructuur en economie, met een focus op de lange termijn. Ze verwerpen harde kortetermijnbezuinigingen en willen verantwoord begrotingsbeleid voeren.
“We kiezen ervoor om de komende jaren te investeren in onze publieke voorzieningen, economie, infrastructuur en veiligheid. Op lange termijn heeft Nederland er baat bij dat we die investeringen nu doen en niet uitstellen.”
“Wie denkt dat harde bezuinigingen op de korte termijn verstandig zijn, heeft het mis. Onze verworvenheden zijn juist het beschermen waard.”
Volt kiest voor een economie die duurzaamheid, innovatie en brede welvaart centraal stelt, waarbij economische groei niet langer het enige doel is. Ze willen grootschalig investeren in onderwijs, energietransitie en technologische innovatie, en pleiten voor een sterke, onafhankelijke Europese economie die minder afhankelijk is van vervuilende industrieën en buitenlandse grootmachten. Concrete voorstellen zijn onder meer het uitfaseren van vervuilende bedrijven, het stimuleren van duurzaam ondernemerschap, en het opbouwen van een Europese industrie- en investeringsstrategie.
Volt wil af van het oude economische model dat draait op vervuiling en goedkope arbeid, en zet in op een economie waarin maatschappelijke waarden en duurzaamheid centraal staan. Ze willen bedrijven stimuleren die sociaal, innovatief en duurzaam werken, en investeren in onderwijs, energietransitie en infrastructuur om zo een sterke, toekomstbestendige economie te bouwen.
“Wij geloven in een economie van brede welvaart, waarin maatschappelijke waarden belangrijker zijn dan economische groei. We durven afscheid te nemen van een oud economisch model dat draait op vervuiling, uitputting van grondstoffen en goedkope arbeid.”
“We bouwen aan een nieuwe economie gebaseerd op duurzaamheid, rechtvaardigheid en samenwerking.”
“We bouwen aan een duurzame en innovatieve economie. Terwijl de Verenigde Staten en China veel geld investeren in innovatie en de economie, dreigt de Europese Unie (EU) achter te blijven. Onderlinge concurrentie staat een sterke en innovatieve Europese economie in de weg. We moeten groots investeren in de toekomst.”
“We stimuleren ondernemers die duurzaam, sociaal en innovatief werken.”
Volt wil grote vervuilers die niet kunnen vergroenen uitfaseren en vergunningen intrekken, terwijl kleine en middelgrote bedrijven extra steun krijgen bij verduurzaming. Ze kiezen voor een hoogwaardige maakindustrie en investeren in circulaire economie en groene technologie.
“Grote vervuilers moeten vergroenen. Lukt dit niet? Dan trekken we de vergunningen in. Kleine en middelgrote bedrijven krijgen steun bij verduurzamen.”
“Tata Steel gaat zo snel mogelijk dicht. Op een gezonde en betaalbare manier groen staal produceren is daar niet op korte termijn haalbaar, maar in andere Europese landen kan dat wel. Ook andere vervuilende bedrijven die niet kunnen vergroenen, faseren we zorgvuldig uit. Middelgrote en kleine bedrijven geven we extra steun bij het verduurzamen.”
“We zorgen dat economische groei en duurzaamheid hand in hand gaan.”
Volt streeft naar een economisch onafhankelijke EU door te investeren in strategische sectoren, digitale infrastructuur en een gezamenlijke industriepolitiek. Ze willen minder afhankelijk zijn van andere grootmachten en pleiten voor een Europese minister van Industrie en een gezamenlijke Europese begroting.
“De EU moet economisch onafhankelijk worden van andere grootmachten. De afgelopen jaren, hebben we op het gebied van defensie, handel en digitale soevereiniteit niet onze eigen koers als economisch blok kunnen uitzetten en dat moet anders.”
“We investeren in sleuteltechnologieën en sectoren die ook over 50 jaar nog relevant zijn voor onze economie. Dat resulteert in een EU die zijn eigen koers kan varen.”
“We staken alle overheidssteun aan de oude industrie en besteden onze tijd, aandacht en ons geld nog uitsluitend aan sectoren met groeiperspectief.”
“De Europese Unie (EU) krijgt een financieel systeem dat klaar is voor de toekomst. We hebben een gezamenlijke munt, maar nog geen gezamenlijke Europese begroting en minister van Financiën. Daardoor is het moeilijk om samen te investeren in grote uitdagingen, zoals klimaat, defensie en digitalisering.”
Volt wil ondernemen makkelijker maken door regeldruk te verlagen, toegang tot financiering te verbeteren en te investeren in sterke regionale economieën. Ze stimuleren duurzaam en sociaal ondernemerschap en willen medewerkers meer laten delen in de winst.
“We verlagen de regeldruk, maken subsidieregelingen overzichtelijker en verbeteren de toegang tot financiering en duurzame energie. We investeren in sterke regionale economieën, zodat talent behouden blijft en we kansen lokaal benutten.”
“We stimuleren duurzaam ondernemerschap en ondersteunen ondernemers met de ontwikkeling en implementatie van sociaal rechtvaardige, duurzame bedrijfsmodellen met duidelijke toegevoegde waarde voor de maatschappij, zoals steward-ownership.”
“We vergroten de binding van medewerkers met (de doelstellingen van) de onderneming door de mogelijkheden van medewerkersparticipatie in ondernemingen te verkennen, uit te breiden en te benutten.”
De SGP pleit voor een economie die niet alleen op groei en winst is gericht, maar vooral op waarden, duurzaamheid en sociale samenhang. Ze willen ondernemers stimuleren, regeldruk verminderen, investeren in regionale economieën en een rechtvaardig belastingklimaat, met bijzondere aandacht voor kwetsbaren en een robuuste arbeidsmarkt. Concrete voorstellen zijn onder meer fiscale stimulansen voor duurzame keuzes, het verlichten van lasten voor het mkb, en het koppelen van ontwikkelingssamenwerking aan economische groei.
De SGP wil af van een puur op winst en groei gerichte economie en kiest voor een model dat robuust, sociaal, duurzaam en innovatief is. Ze benadrukken het belang van rentmeesterschap, rechtvaardige belastingen en het beschermen van kwetsbaren, met als doel dat mens en maatschappij opbloeien.
“Ons economisch handelen moet tot doel hebben dat mens en maatschappij opbloeien. Daarom moeten we toe naar een economie die gebaseerd is op waarden, die robuust, sociaal, duurzaam en innovatief is.”
“Een economie die stevig staat en niet bij het eerste zuchtje wind omvalt. Een economie met oog voor de mens en omgeving. En een economie die creatief is en voortdurend innoveert. Kortom: robuust, sociaal, duurzaam en innovatief.”
De SGP wil ondernemers financieel stimuleren tot duurzame keuzes, lasten verlichten voor het mkb, en voorspelbaar beleid voeren. Ze pleiten voor minder administratieve rompslomp, een aantrekkelijk vestigingsklimaat en het behoud van familiebedrijven.
“Bedrijven worden (financieel) gestimuleerd duurzame en eerlijke keuzes te maken en te investeren in de lange termijn, door middel van fiscale aanpassingen en verruiming van subsidies.”
“De winstbelasting voor het bedrijfsleven en de werkgeverslasten worden verlicht, vooral gericht op het mkb.”
“Basisvereiste hiervoor is voorspelbaar overheidsbeleid zodat ondernemers weten waar zij van op aan kunnen, zeker ook ten aanzien van belastingen.”
De SGP wil de regionale economie versterken door extra investeringen in regionale ontwikkelingsmaatschappijen, praktijkgericht onderzoek en publiek-private samenwerking. Ook moet werken in de maakindustrie aantrekkelijker worden gemaakt.
“De regionale economie wordt versterkt door extra te investeren in de regionale ontwikkelingsmaatschappijen.”
“Er komt meer geld voor praktijkgericht onderzoek door hogescholen in samenwerking met het regionale mkb.”
“Werken in de maakindustrie moet op alle mogelijke manieren aantrekkelijker worden gemaakt en gestimuleerd, ook door de overheid.”
De SGP wil een uitgebreide regelschrapoperatie, minder regeldruk uit Brussel, en betere toegang tot financiering voor ondernemers, met name voor kleine kredieten en innovatieve sectoren.
“Er komt een uitgebreide regelschrapoperatie waarbij zeker een kwart van de regels verdwijnt.”
“De overheid gaat private financiering lostrekken en verbreedt het palet aan publieke en private financiering. Er komen verbeterde garantiestellingen voor kleine kredieten en grote financiers, zoals pensioenfondsen, worden gestimuleerd hun geld hierin te steken.”
De SGP wil de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking weer koppelen aan de groei van de economie en streeft naar het besteden van 0,7% van het nationale inkomen aan ontwikkelingssamenwerking.
“Zoals decennialang gebruikelijk was, koppelt Nederland de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking weer aan de groei van de economie. De SGP wil de drastische bezuinigingen van afgelopen jaren terugdraaien en toewerken naar de besteding van 0,7% van ons nationale inkomen aan ontwikkelingssamenwerking.”
De SGP wil rechtvaardige belastingen, het beperken van overheidsuitgaven en het naleven van Europese begrotingsregels om toekomstige generaties niet met schulden op te zadelen.
“De hand moet stevig op de knip. In goede jaren wordt gespaard voor magere jaren. Het zou namelijk heel onrechtvaardig zijn om toekomstige generaties met een torenhoge schuld op te zadelen.”
“De begrotingsregels, zoals de schuldnorm van 60% van het BBP en de tekortnorm van maximaal 3% van het BBP, moeten nageleefd worden zodat het financieel beleid degelijk en houdbaar is.”
De VVD kiest radicaal voor economische groei als fundament voor welvaart, veiligheid en onafhankelijkheid. De partij wil dit bereiken door het ondernemersklimaat te versterken, te investeren in infrastructuur en innovatie, lasten en regeldruk te verlagen, en verduurzaming te koppelen aan economische kansen. Concrete voorstellen zijn onder meer het schrappen van nationale CO2-heffingen, investeren in (data-)infrastructuur, en het wettelijk vastleggen van de plicht tot verbetering van het ondernemersklimaat.
De VVD ziet economische groei als de sleutel tot welvaart, internationale concurrentiekracht en het kunnen financieren van publieke voorzieningen. Groei wordt nagestreefd door investeringen, het oplossen van knelpunten en het stimuleren van ondernemerschap.
“Missie 1: Radicale economische groei. De sterkste economie van Europa”
“Alle seinen op groen voor groei: we willen de energiekosten verlagen en we gaan het elektriciteitsnet versneld uitbreiden. We zorgen voor een substantiële vermindering van de stikstofuitstoot, zodat er weer ruimte komt voor vergunningverlening. En we investeren in onze infrastructuur door nieuwe wegen aan te leggen en bestaande wegen goed te onderhouden.”
“Investeren in groei met een investeringsagenda voor nationale groei: We investeren in de groei van morgen door de grootste knelpunten in onze economie op te lossen, zoals met investeringen in onze (data-)infrastructuur en in de energietransitie.”
De VVD wil het ondernemersklimaat verbeteren door lasten te verlagen, bureaucratie te verminderen en regelgeving te schrappen die strenger is dan Europees vereist. Dit moet investeringen en werkgelegenheid stimuleren en voorkomen dat bedrijven vertrekken.
“Lagere belastingen voor ondernemers: We voorkomen dat de lasten voor ondernemers steeds omhooggaan. Minder lasten voor ondernemers is onze inzet. Dit geeft ondernemers de ruimte om te investeren, banen te creëren en voorkomt dat bedrijven de grens over worden gejaagd.”
“We hanteren een meetbare doelstelling om het aantal onnodige regels te verminderen. We beoordelen met meetbare doelen of bestaande regels effectief zijn en herzien regels waar nodig. We schrappen regelgeving die in Nederland strenger is dan in de rest van Europa, zoals de nationale CO2-heffing.”
“We leggen wettelijk vast dat de Nederlandse overheid de plicht heeft het ondernemersklimaat te verbeteren.”
De VVD koppelt verduurzaming expliciet aan economische groei en onafhankelijkheid. Klimaatbeleid moet effectief, realistisch en gericht zijn op het versterken van de economie, zonder bedrijven weg te jagen.
“We kiezen voor een groeiende, schone en onafhankelijke economie. Als we onze bedrijven ook in de toekomst willen laten floreren, als we onafhankelijk willen zijn van landen als Rusland en regimes in het Midden-Oosten, en als we onze eigen energievoorziening veilig en betaalbaar willen houden, dan is verduurzaming de weg.”
“Verduurzaming is dé weg naar een onafhankelijke, schone economie en een betaalbare energierekening. We zorgen er daarom voor dat iedereen mee kan doen: van isolatie en elektrisch rijden tot schonere productieprocessen. Verduurzaming moet effectief en realistisch zijn.”
“We schrappen de CO2-heffing: Nederland kent als enige land binnen de EU een nationale CO2-heffing. Dit creëert een ongelijk speelveld voor bedrijven. ... Daarom schrappen we de heffing en gaan we met de sector op zoek naar een alternatief systeem, waarbij we ons inzetten voor één Europees systeem voor duurzame industrie en mijnbouw en waarmee we een gelijk speelveld waarborgen.”
De VVD ziet vrijhandel als motor van de economie, maar wil in de nieuwe geopolitieke realiteit strategische autonomie versterken en oneerlijke concurrentie tegengaan.
“Vrijhandel is de motor van onze welvaart, maar in de nieuwe geopolitieke realiteit is handel ook een wapen. Daarom kiest de VVD voor vrijhandel met spierballen. We moeten strategisch soeverein zijn, niet naïef autonoom.”
“Daarom kiezen we voor vrijhandel met spierballen. Tegenover landen die de spelregels niet respecteren, moeten we onze eigen belangen beschermen.”
De VVD wil de arbeidsmarkt en sociale zekerheid moderniseren om economische groei te stimuleren, bureaucratie te verminderen en werken lonender te maken.
“We willen dat werken loont en ondernemers beloond worden als zij mensen in dienst nemen en open staan voor nieuwe vormen van ondernemerschap.”
“De VVD wil een totale herziening van de arbeidsmarkt en sociale zekerheid. Een forse deregulering zorgt voor meer banen, terwijl een zorgvuldige herziening zorgt voor behoud van zekerheid. ... De hervormingen moeten gericht zijn op werken meer lonend maken, mensen aan een baan helpen en nieuwe zekerheid creëren.”
De Partij voor de Dieren pleit voor een radicale economische systeemverandering waarbij welzijn, ecologie en rechtvaardigheid centraal staan in plaats van winst en groei. Ze willen marktwerking in publieke sectoren terugdraaien, vervuilers en grootvermogenden zwaarder belasten, en economische groei als beleidsdoel loslaten. Concrete voorstellen zijn onder meer een groene belastingverschuiving, het stoppen van subsidies aan vervuilers, en het vervangen van het BBP door brede welvaart als leidraad.
De PvdD verwerpt het huidige economische model dat gericht is op groei en winst, en kiest voor een economie die binnen de grenzen van de aarde blijft en welzijn voor mens, dier en natuur centraal stelt. Ze zien de huidige focus op economische groei als oorzaak van sociale en ecologische crises.
“Ons huidige economische model is onhoudbaar. We hebben een systeem dat uitgaat van een sprookje: dat economische groei vanzelf leidt tot welvaart voor iedereen. Maar dat is niet zo.”
“De ecologische én sociale crisis is het directe gevolg van een systeem dat winst en groei boven welzijn stelt.”
“We kiezen voor een economie die werkt vóór dier, mens en planeet, in plaats van ten koste van hen.”
De partij wil publieke voorzieningen zoals zorg, onderwijs en openbaar vervoer uit de markt halen en weer in handen van de samenleving brengen, omdat marktwerking volgens hen leidt tot ongelijkheid en verlies van publieke waarden.
“We draaien de doorgeslagen marktwerking terug in publieke diensten zoals zorg, onderwijs en openbaar vervoer. Publieke voorzieningen zijn er voor iedereen en horen niet afhankelijk te zijn van winstprikkels.”
“We zetten ons in tegen de doorgeslagen marktwerking in zorg, onderwijs en openbaar vervoer.”
De PvdD wil het belastingstelsel hervormen zodat werken lonender wordt, vervuiling zwaarder wordt belast, en grootvermogenden en grote bedrijven meer bijdragen. Dit moet leiden tot meer ecorechtvaardigheid en brede welvaart.
“We maken werken lonender, belasten vervuiling zwaarder en zorgen dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. Zo zetten we het belastingstelsel in als krachtig instrument voor ecorechtvaardigheid, solidariteit en brede welvaart.”
“We verschuiven de belastingdruk: minder op arbeid, meer op grondstoffenverbruik en vervuiling.”
“Nu dragen werkenden en het mkb relatief veel bij, terwijl vervuilers en grootvermogenden te vaak buiten schot blijven. Dat draaien we om.”
De partij wil een einde maken aan subsidies voor de grootste vervuilers en deze middelen inzetten voor duurzame, toekomstbestendige ondernemingen en innovatie.
“We stoppen met het subsidiëren van de grootste vervuilers. De vervuiler gaat betalen en de opbrengsten gebruiken we voor toekomstbestendige ondernemingen en groene innovatie.”
“De onderhandelingen over maatwerkafspraken met één van de grootste vervuilers van Nederland, het staalbedrijf Tata Steel, worden per direct gestopt. Dat betekent geen miljardensubsidie.”
De PvdD wil af van het Bruto Binnenlands Product (BBP) als maatstaf en in plaats daarvan brede welvaart en welzijn centraal stellen in beleid, inclusief een generatietoets voor rechtvaardigheid richting toekomstige generaties.
“In plaats van het Bruto Binnenlands Product (BBP) maken we de Monitor Brede Welvaart leidend in beleid. De overheid stopt met rapporteren van economische groei.”
“We voeren een verplichte generatietoets in om te garanderen dat overheidsbeleid ook rechtvaardig is voor toekomstige generaties.”
De SP pleit voor een economie die in dienst staat van mensen in plaats van kapitaal, met nadruk op het verkleinen van ongelijkheid, het versterken van publieke regie en het stimuleren van duurzame groei. Belangrijke voorstellen zijn het reguleren van de financiële sector, investeren in strategische industrieën en publieke voorzieningen, het verhogen van lonen en het eerlijker belasten van vermogens. De partij wil zo economische macht decentraliseren en de economie socialer, duurzamer en minder afhankelijk van de markt maken.
De SP ziet de dominantie van financiële markten als schadelijk voor de echte economie en wil deze sector reguleren en verkleinen. Dit moet leiden tot meer investeringen in de reële economie, minder ongelijkheid en grotere stabiliteit.
“Door deze financiële logica te doorbreken en de sector te reguleren maken we de financiële wereld weer dienstbaar aan de reële economie.”
“Door de dominantie financiële logica en het financiële overgewicht in Nederland aan te pakken komt er meer investering en inzet vrij voor de echte economie. Bovendien vergroten we de stabiliteit van de economie door de doorgeschoten financiële sector te reguleren en tot een passend formaat terug te brengen.”
“Financiële bedrijven moeten de reële economie dienen. De logica van de financiële markten domineert bedrijven en onze economie. Deze papieren werkelijkheid van financialisering heeft talloze sectoren in de echte economie verstoord.”
De SP wil fors investeren in strategische industrieën, infrastructuur en publieke voorzieningen om de economie minder afhankelijk te maken van de markt en internationale ontwikkelingen. Dit moet leiden tot een sterke, moderne en stabiele economie.
“De SP kiest voor forse investeringen en moderne politieke keuzes om onze economie weer sterker te maken.”
“We pakken de regie terug en investeren in onze mensen, bedrijven en voorzieningen. Zo werken we aan een moderne en sterke economie.”
“Door te investeren in mensen, middelen en innovatie zorgen we voor de groei en ontwikkeling van de Nederlandse economie. We scheppen gezamenlijk de voorwaarden voor een bloeiende en innovatieve economie en zorgen ervoor dat alle gebieden in Nederland gestimuleerd en ondersteund worden.”
De SP wil de inkomensongelijkheid verkleinen door lonen te verhogen, belasting op arbeid te verlagen en vermogens van de allerrijksten zwaarder te belasten. Dit moet de koopkracht van de werkende klasse vergroten en de economie stimuleren.
“We kiezen ervoor om de lonen te verhogen, belasting op arbeid te verlagen en dit te betalen door de vermogens van de allerrijksten te belasten.”
“Op dit moment komt tachtig procent van de belastinginkomsten uit arbeid en consumptie en maar twintig procent uit kapitaal. Er worden miljarden cadeau gegeven aan de rijkste individuen en grootste bedrijven, terwijl gewone mensen en het mkb steeds meer betalen.”
De SP wil af van de wegwerpeconomie en zet in op hergebruik, reparatie en recycling. Dit moet leiden tot een sterke, onafhankelijke en duurzame economie die minder afhankelijk is van buitenlandse grondstoffen en vervuilende productie.
“We bouwen aan een economie die zuinig en slim omgaat met grondstoffen, zodat we sterk en onafhankelijk zijn. Door hergebruik, reparatie en recycling wordt verspilling verleden tijd. Zo creëren we een toekomst waarin iedereen profiteert van een eerlijke, duurzame en circulaire economie.”
“We stoppen met de wegwerpeconomie. Producten worden herbruikbaar, repareerbaar en duurzaam.”
De SP wil publieke voorzieningen collectief organiseren en privatiseringen terugdraaien, zodat winst voor aandeelhouders niet langer leidend is en de kosten voor burgers dalen. Dit moet de economie stabieler en socialer maken.
“Door de markt terug te dringen en publieke voorzieningen collectief te organiseren vergroten we de zeggenschap en verlagen we de kosten. Omdat winst voor aandeelhouders niet meer nodig is, kunnen we zaken als woningbouw, zorg, openbaar vervoer, onderwijs, energievoorziening, internet en klimaatinvesteringen goedkoper organiseren.”
“We accepteren daarom geen privatiseringen. Die maken op de lange termijn de veiligheid en leveringszekerheid van cruciale producten en diensten onzeker, waardoor de schokbestendigheid van onze economie onder druk komt te staan.”
Het CDA ziet economische groei niet als doel op zich, maar als noodzakelijke voorwaarde voor brede welvaart, innovatie en het behoud van sociale voorzieningen. De partij wil investeren in innovatie, een aantrekkelijk vestigingsklimaat, en deregulering, met speciale aandacht voor familiebedrijven, het MKB en duurzame industrie. Concrete voorstellen zijn onder meer het behouden van fiscale regelingen voor innovatie, het schrappen van de nationale CO₂-heffing, en het oprichten van een nationale investeringsbank.
Het CDA benadrukt het belang van investeren in innovatie, technologie en een leven lang ontwikkelen om het verdienvermogen van Nederland te versterken en de economie toekomstbestendig te maken. Dit moet leiden tot hogere arbeidsproductiviteit en een concurrerende positie in Europa.
“We moeten volop investeren in innovatie en in een leven lang ontwikkelen.”
“We geven het Groeifonds een nieuwe impuls en investeren daarmee in nieuwe technologieën die nodig zijn voor de toekomst.”
“We richten een nationale investeringsbank op die investeringen in Nederland aanjaagt. Daarnaast investeren we in innovatie, R&D en onderzoek om ons verdienvermogen in de toekomst te vergroten.”
Het CDA wil het ondernemers- en vestigingsklimaat verbeteren door fiscale stabiliteit, het behouden van bestaande regelingen voor innovatie en expats, en het verminderen van regeldruk. Dit moet Nederland aantrekkelijk houden voor familiebedrijven, het MKB, en innovatieve starters.
“Voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat is betrouwbaar en stabiel overheidsbeleid cruciaal, met een concurrerend investeringsklimaat, aantrekkelijk voor familiebedrijven, voor groot- en kleinbedrijf, voor onze maakindustrie, voor innovatieve en snelgroeiende starters en voor investeerders.”
“We voeren actief economisch en fiscaal beleid om bedrijven en investeringen aan te trekken en te behouden. We behouden de expatregeling, de innovatiebox en de (uitgebreide) WBSO, scherpen de renteaftrekbeperking niet verder aan en komen niet aan de inkoop van eigen aandelen.”
“We zetten met prioriteit in op deregulering: minder regels, betere regelgeving en efficiëntere rapportages.”
Het CDA kiest voor een duurzame economie via een Europese aanpak, bindende afspraken met grote vervuilers, en het schrappen van de nationale CO₂-heffing om het vestigingsklimaat niet te schaden. De partij wil groene industriepolitiek en inzet op schone technologieën.
“De nationale CO₂-heffing schrappen we, want we willen bedrijven niet wegjagen. We willen groene industriepolitiek.”
“We ontwikkelen een langetermijnstrategie om groene industrie naar Nederland te halen en te behouden.”
“We vertalen de Clean Industrial Deal naar Nederland voor het ontwikkelen van schone technologieën, circulaire productie en de vermindering van CO₂-uitstoot. We schrappen de nationale CO2-heffing.”
Het CDA maakt onderscheid tussen investeringen die het toekomstig verdienvermogen versterken en andere uitgaven, en wil groeibevorderende investeringen in infrastructuur, energie en onderzoek desnoods financieren via de staatsschuld.
“Daarom voegen we nadrukkelijk onderscheid toe tussen (a) investeringen in structuurversterking en toekomstig verdienvermogen, (b) herverdelende uitgaven zoals uitkeringen en subsidies en (c) uitgaven aan bestuur en rechtsstaat. Op die manier kan economische groei onze welvaart blijven dragen.”
“Zulke investeringen doen we zo nodig ten laste van de staatsschuld, omdat deze uiteindelijk de staatsschuld zullen verlagen. Het gaat met name om investeringen in publieke kapitaalgoederen, die groeibevorderend zijn: bijvoorbeeld in het stroomnet, in de aanleg en het onderhoud van infrastructuur of in grootschalige onderzoekfaciliteiten.”
D66 kiest voor een groene, innovatieve economie die binnen de grenzen van de planeet groeit en waarin duurzaamheid, eerlijke concurrentie en brede welvaart centraal staan. Ze willen vervuilende productie en fossiele subsidies afbouwen, ondernemers stimuleren tot verduurzaming en innovatie, en het belastingstelsel eerlijker maken. Concrete voorstellen zijn onder andere het sneller afbouwen van fossiele subsidies, het invoeren van echte prijzen voor vervuiling, het verlagen van de belasting op arbeid, en het stimuleren van technologie en ondernemerschap.
D66 wil de economie vergroenen door vervuilende productie te ontmoedigen en fossiele subsidies versneld af te bouwen. Ze stellen voor om vervuiling een voorspelbare, ‘echte’ prijs te geven en duurzame innovatie te stimuleren, zodat bedrijven investeren in schone productie en een gelijk speelveld ontstaat voor duurzame ondernemers.
“D66 stelt duidelijke grenzen aan vervuilende industrie. Duurzaamheid is de norm en vervuiling krijgt een voorspelbare prijs: de ‘echte’ prijs. Vervuilende bedrijven zullen hierdoor fors investeren in een energiezuinige en schone productie.”
“D66 wil fossiele subsidies sneller afbouwen en geeft ruimte aan duurzame innovatie. Dit bespaart miljarden euro’s en zorgt voor een gelijk speelveld voor duurzame bedrijven.”
D66 ziet ondernemers als motor van de economie en wil hen ondersteunen bij verduurzaming en groei. Ze willen de regeldruk verminderen, toegang tot financiering verbeteren, en zorgen voor voorspelbare regels en subsidies, zodat ook het mkb kan vergroenen en innoveren.
“We zorgen voor toegankelijke subsidies, zekerheid voor investeringen en snellere procedures voor beroep en bezwaar. Zo kunnen ondernemers sneller door en kan ook het mkb de stap zetten naar een groen bedrijfsmodel.”
“D66 maakt het aantrekkelijker om een bedrijf te starten of te laten groeien. Veel ondernemers maken zich zorgen over de regeldruk en de verlening van vergunningen. Dat gaan we simpeler maken.”
D66 wil het belastingstelsel hervormen zodat werken meer loont, fiscale verschillen tussen werkenden worden verkleind en belastingvoordelen eerlijker verdeeld zijn. Ze stellen voor om het tarief in de eerste en tweede schijf van de inkomstenbelasting te verlagen, het minimumloon te verhogen, en fiscale regelingen die niet effectief zijn af te schaffen.
“Daarom verlagen we het tarief in de eerste en tweede schijf van de inkomstenbelasting en verhogen we het minimumloon.”
“We verkleinen de fiscale verschillen tussen werknemers en ondernemers, en behandelen verschillende vormen van arbeid gelijker.”
“D66 wil oneerlijke belastingvoordelen verminderen. Daarom evalueren we fiscale regelingen die niet doen wat of voor wie ze zijn bedoeld goed. We passen ze aan of schaffen ze eventueel af.”
D66 wil de arbeidsproductiviteit verhogen door technologie en innovatie te stimuleren, vooral in het mkb. Ze zetten in op arbeidsbesparende technologieën zoals automatisering en robotisering, en zorgen voor omscholingsmogelijkheden via een leerbudget.
“De arbeidsproductiviteit in het mkb stagneert. D66 stimuleert technologie en innovatie die mkb’ers helpt om de arbeidsproductiviteit te verhogen.”
“We zetten sterk in op arbeidsbesparende technologie, zoals automatisering en robotisering. We zijn ons bewust van de effecten hiervan voor Nederlandse werknemers: zij krijgen via het leerbudget de mogelijkheid om zich om te scholen.”
D66 ziet internationale handel als essentieel voor de Nederlandse economie, maar wil deze verduurzamen en minder afhankelijk maken van landen als China. Ze pleiten voor Europese samenwerking en strategisch industriebeleid om economische veiligheid te waarborgen.
“Internationale handel is de drijvende kracht achter een goed draaiende wereldeconomie en achter de Nederlandse economie.”
“Chinese staatssteun en het eigen-volk-eerstbeleid van de Verenigde Staten bedreigen onze economische veiligheid. Europa moet strategisch slimmer en onafhankelijker worden. Met groen Europees industriebeleid produceren en innoveren we zelf meer in cruciale sectoren, zoals in microchips en kritieke grondstoffen.”
FVD pleit voor een radicaal andere economische koers met minder overheidsbemoeienis, lagere belastingen, en het stopzetten van kostbare klimaat- en immigratieprojecten. De partij wil ondernemers, MKB’ers en ZZP’ers centraal stellen, het Groninger gasveld heropenen, en Nederland als handelsland versterken. Hun visie draait om economische groei door lastenverlichting, deregulering en het stimuleren van eigen initiatief.
FVD wil de belastingdruk fors verlagen door invoering van een vlaktaks, een hoge belastingvrije voet, en het schrappen van diverse belastingen. Dit moet werken en ondernemen aantrekkelijker maken en economische groei stimuleren.
“We gaan voor een radicale verlaging van de belastingen. We voeren een belastingvrije voet in van €30.000,- voor alle werkenden en gepensioneerden, en we maken de eerste €1.000 verdiend in een tweede baan (bij minimaal 32 uur hoofdbaan) belastingvrij. We verhogen de VPB-grens naar €1 miljoen, de zelfstandigenaftrek naar €15.000,- en we schrappen de BTW op B2B-transacties om de cashflow van bedrijven te verbeteren. We verlagen de BTW naar respectievelijk 6% en 19% en vereenvoudigen het belasting- en toeslagenstelsel door invoering van een vlaktax. Inkomen uit Box-3 wordt volledig belastingvrij. Erf- en schenkbelasting schaffen we af.”
“We voeren een vlaktaks in op het inkomen in Box-1, zodat meer verdienen niet wordt afgestraft en altijd volstrekt transparant is hoeveel inkomstenbelasting moet worden betaald.”
FVD wil het huidige klimaatbeleid volledig stopzetten en het Groninger gasveld heropenen om energie goedkoper te maken en een economische impuls te geven.
“Indien we dat zouden doen, zou er - evident! - weer ruimschoots goedkoop en kwalitatief hoogwaardig aardgas beschikbaar komen voor huishoudens, industrie, agrariërs, enzovoorts: het zou vanzelfsprekend een gigantische bestedingsimpuls opleveren.”
“We hervatten de gasboringen in Groningen, waar nog eens voor circa 585 miljard euro aan gasbaten gerealiseerd kunnen worden. Zo zorgen we voor lagere rekeningen en een bloeiende economie.”
FVD ziet het MKB en ZZP’ers als de motor van de economie en wil hen ontlasten van regels, lasten en verplichtingen, zodat zij kunnen groeien en investeren.
“Forum voor Democratie kiest onvoorwaardelijk voor de ruim 400.000 MKB-bedrijven en de ruim 1.2 miljoen zelfstandigen: zij vormen het fundament van onze economie.”
“We versoepelen het ontslagrecht voor het MKB en verkorten de doorbetalingsverplichting bij ziekte naar één jaar, zodat ondernemers weer mensen durven aan te nemen.”
“We verhogen de zelfstandigenaftrek voor ZZP-ers naar €15.000, zodat hard werken loont.”
FVD wil Nederland als neutraal handelsland naar Zwitsers model, met bilaterale verdragen en zonder EU-bemoeienis, om de economie te versterken.
FVD wil innovatie in de landbouw stimuleren, het stikstofbeleid schrappen en exportvrijheid voor boeren herstellen om de economische positie van de agrarische sector te versterken.
De PVV vindt dat de Nederlandse economie stagneert door hoge lasten voor burgers en verspilling van belastinggeld aan buitenlandse doelen. Hun economische koers is gericht op lastenverlichting voor Nederlanders, het schrappen van uitgaven aan asiel, ontwikkelingshulp en klimaat, en het direct verlagen van kosten voor energie, boodschappen en wonen. De partij wil zo de koopkracht verhogen en economische groei stimuleren door geld in Nederland te houden en te besteden aan de eigen bevolking.
De PVV stelt dat de economie wordt afgeremd door hoge lasten en verkeerde besteding van belastinggeld. Ze willen de lasten voor burgers verlagen, onder meer door het schrappen van btw op boodschappen, het instellen van maximumprijzen op basisproducten, en het verlagen van de btw op energie. Dit moet de koopkracht direct verhogen en de economie stimuleren.
“De PVV wil de economie weer een boost geven door de lasten van burgers te verlagen.”
“De PVV wil daarom de btw op boodschappen helemaal schrappen, waardoor de boodschappenkar bijna 10% goedkoper kan worden.”
“We gaan ook de strijd aan tegen de hoge huren... De PVV gaat de sociale huren volgend jaar met 10% verlagen.”
“Daarom verlagen we de btw op energie van 21 naar 9%.”
De PVV ziet uitgaven aan asielopvang, ontwikkelingshulp, de EU en klimaat als verspilling die de Nederlandse economie schaadt. Ze willen deze uitgaven fors terugdringen en het geld in Nederland houden, zodat het ten goede komt aan de eigen bevolking en economie.
“Miljarden worden verspild aan zaken waar de Nederlander niets aan heeft en ook helemaal niet om heeft gevraagd. Alleen al dit jaar besteden we € 9 miljard aan de opvang van asielzoekers en Oekraïners. Ook sturen we elk jaar € 7 miljard naar Afrika en doneren we € 10 miljard aan Brussel.”
“We schrappen alle uitgaven uit het Klimaatfonds.”
“De PVV stopt ook met ontwikkelingshulp. Elk jaar maken we vele miljarden over naar Afrika. Ook willen we miljarden minder afdragen aan de Europese Unie.”
“Stop met de verspilling van onze zuurverdiende belastingcenten. Stop met de export van onze miljarden. Besteed het geld in Nederland, aan de Nederlanders.”
De PVV wil de economie stimuleren door minder regels en lasten voor bedrijven, het schrappen van ondoelmatige subsidies, en het behouden van belangrijke infrastructuur in Nederlandse handen. Dit moet het vestigingsklimaat verbeteren en economische groei bevorderen.
“Ook snijden we fors in de vele ondoelmatige fiscale subsidies voor het bedrijfsleven.”
“Wij zijn trots op Amsterdam Airport Schiphol, één van de grootste luchthavens van Europa én de wereld – van groot belang voor ons vestigingsklimaat, onze economie en onze internationale handelspositie. Van de PVV mag Schiphol groeien.”
“Havens en andere kritieke infrastructuur moeten altijd met een meerderheidsaandeel in Nederlandse (publieke) handen blijven.”
DENK kiest voor een economie waarin bestaanszekerheid, het verkleinen van ongelijkheid en het betaalbaar houden van het dagelijks leven centraal staan. De partij wil dit bereiken door belastingverlagingen voor lage en middeninkomens, hogere lasten voor grote bedrijven en vermogenden, en gerichte investeringen in publieke voorzieningen en het MKB. DENK benadrukt een rechtvaardige inkomensverdeling, het tegengaan van armoede en het ondersteunen van ondernemers als motor van de economie.
DENK wil de economische ongelijkheid verkleinen door de belastingdruk te verlagen voor lage en middeninkomens en deze te verhogen voor grote bedrijven, banken en mensen met hoge vermogens. Dit moet zorgen voor meer koopkracht, een eerlijkere verdeling van welvaart en het financieren van publieke voorzieningen zonder toekomstige generaties te belasten.
“We verlagen de belasting voor lage- en middeninkomens. Mensen met een heel hoog inkomen of vermogen kunnen een extra bijdrage leveren. Grote bedrijven die flinke winsten maken, gaan een eerlijker deel bijdragen. We verhogen de belasting op banken en schaffen ondoelmatige belastingvoordelen af, zoals de expat regeling. We pakken belastingontwijking steviger aan, zodat iedereen eerlijk bijdraagt.”
“Op fiscaal gebied kan dekking worden gerealiseerd door een eerlijkere bijdrage uit de winsten van grote bedrijven en van de superrijken. Wij verhogen daarom de winstbelasting voor grote bedrijven en schaffen ondoelmatige belastingvoordelen die de ongelijkheid vergroten af. Binnen de inkomstenbelasting zorgen wij voor een rechtvaardigere verdeling door van superrijken een eerlijke bijdrage te vragen.”
DENK wil fors investeren in publieke voorzieningen zoals onderwijs, zorg, openbaar vervoer en betaalbare woningen. Deze investeringen moeten de bestaanszekerheid vergroten en de maatschappelijke ongelijkheid verkleinen, waarbij de financiering op een verantwoorde manier gebeurt.
“Wij staan daarom voor meer geld voor het onderwijs, voor betaalbare woningen, voor het openbaar vervoer, voor de zorg en voor andere publieke voorzieningen. We versterken de bestaanszekerheid door het invoeren van belastingverlagingen voor mensen met lage en middeninkomens en investeren in toereikende tegemoetkomingen.”
“Wij willen onze maatregelen op een goede manier financieren. Dat betekent dat wij niet toestaan dat rekeningen op een onverantwoorde manier doorgeschoven worden naar komende generaties.”
DENK erkent het belang van het MKB voor de economie en wil deze ondernemers ondersteunen met lastenverlichting, minder bureaucratie en betere toegang tot financiering. Dit moet zorgen voor meer economische groei en werkgelegenheid.
“Wij willen een verlaging van de belastingen en lasten voor kleinere ondernemingen.”
“We richten een publieke kredietbank op voor kleine ondernemers. Die verstrekt eerlijke leningen aan ondernemers die bij gewone banken geen kans krijgen.”
“We toetsen nieuwe wetten en regels altijd op de gevolgen voor ondernemers. Ondernemers moeten kunnen ondernemen, niet vastlopen in papierwerk.”
DENK wil de inkomensongelijkheid actief verkleinen door armoede te bestrijden, uitkeringen te koppelen aan het minimumloon en het sociaal stelsel te versterken. Dit moet ervoor zorgen dat iedereen kan rondkomen en economische bestaanszekerheid heeft.
“Wij kiezen voor een rechtvaardigere inkomensverdeling en vragen aan hen die dat kunnen om bij te dragen aan ons sociale stelsel.”
“Werkloosheidsuitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden. De koppeling met het minimumloon blijft bestaan.”
DENK ziet investeren in onderwijs als essentieel voor een sterke economie en een hoogwaardige arbeidsmarkt. Goed onderwijs moet gelijke kansen bieden en de kenniseconomie versterken.
“Niet alleen zorgen we hiermee voor een samenleving met meer gelijkwaardigheid, ook blijft Nederland hiermee een sterke economie met een hoogwaardige arbeidsmarkt. Alleen door onze investeringen in het onderwijs op peil te houden, kan Nederland de kenniseconomie blijven die wij nu zijn.”
50PLUS pleit voor een behoedzaam economisch beleid dat gericht is op het beschermen van de Nederlandse welvaart, het tegengaan van verspilling en het beperken van nationale en Europese regelgeving. De partij wil een circulaire economie, minder nationale industriepolitiek, en strengere controle op overheidsuitgaven en belastingfaciliteiten. Hun visie is economisch behoudend, kritisch op symboolpolitiek en gericht op het versterken van de concurrentiepositie van Nederland binnen Europa.
50PLUS is kritisch op nationaal beleid dat verder gaat dan Europese afspraken en pleit voor het stoppen met actieve industriepolitiek, omdat dit volgens hen de concurrentiepositie schaadt en vaak ineffectief is. Ze willen dat Nederland zich houdt aan Europese regels en geen extra nationale lasten oplegt aan bedrijven.
“Stoppen met actieve industriepolitiek op nationaal en op Europees niveau, omdat dit beleid altijd eindigt in tranen. Hierbij kunnen tijdelijk uitzonderingen gelden voor kritieke militair-industriële doelen.”
“Dezelfde regels voor iedereen binnen Europa. Dus geen nationale CO2-heffingen en geen extra regels bovenop de Europese afspraken.”
“Uitfasering van het nationale klimaatbeleid, nadat gezamenlijk is besloten om het Europese beprijzen van CO2 op te schalen.”
De partij wil het begrotingstekort binnen Europese grenzen houden, overheidsuitgaven kritisch doorlichten en besparen op fraude en verspilling. Dit moet bijdragen aan economische stabiliteit en het voorkomen van onnodige lasten voor burgers en bedrijven.
“Een behoedzame ontwikkeling van het begrotingstekort binnen de grenzen van de Europese begrotingsafspraken.”
“Een topteam ambtenaren en ondernemers onderzoekt alle overheidsuitgaven van alle ministeries op effectiviteit met als doel ten minste 10 miljard euro aan fraude, verspilling en ondoelmatigheden op te sporen aan de uitgavenkant van de collectieve sector.”
“Besparing van, per saldo, 5 miljard op fraude, verspilling en ondoelmatigheden binnen het woud van belastingfaciliteiten.”
50PLUS wil een circulaire economie stimuleren waarbij recycling concurrerend is met het gebruik van nieuwe grondstoffen. Dit moet bijdragen aan economische duurzaamheid zonder de concurrentiepositie van Nederland te ondermijnen.