D66 benoemt het begrip "doorbraak" expliciet in relatie tot de woningmarkt, waar zij pleiten voor fundamenteel andere keuzes om het woningtekort op te lossen. Hun belangrijkste concrete voorstellen zijn het bouwen van tien nieuwe steden en het versnellen van procedures, waarmee zij structurele belemmeringen willen doorbreken. De kern van hun visie is dat alleen met grote, innovatieve maatregelen het recht op wonen voor iedereen kan worden gerealiseerd.
D66 ziet het bouwen van tien nieuwe steden als een noodzakelijke, grootschalige maatregel om het woningtekort structureel aan te pakken. Dit voorstel is bedoeld als een echte "doorbraak" op de woningmarkt, waarmee zij het huidige beleid van kleine, incrementele stappen willen vervangen door een fundamentele koerswijziging.
“D66 kiest voor een doorbraak: wonen en sociale zekerheid zeker maken.”
“2.1. Doorbraak op de woningmarkt”
“We bouwen tien nieuwe steden met uitstekende verbindingen met het openbaar vervoer.”
“D66 wil tien nieuwe steden bouwen, vooral bij bestaande steden of kernen en bij grote ov-knooppunten.”
D66 wil de stilstand op de woningmarkt doorbreken door bezwaarprocedures te versnellen en te vereenvoudigen, zodat woningbouwprojecten sneller kunnen starten. Hiermee willen ze het recht op wonen beter in balans brengen met het recht op bezwaar, en zo de realisatie van nieuwe woningen versnellen.
“Ook maken we de regels simpeler, zodat bouwprojecten sneller kunnen starten. Dat is hoe D66 de stilstand doorbreekt.”
“Op dit moment lopen veel woningbouwprojecten vast door allerlei lange procedures voor bezwaar en beroep. Het recht om bezwaar te maken is nu vaak sterker dan het recht op een woning. D66 wil dit in balans brengen. Daarom maken we bezwaarprocedures sneller en korter”
De PVV wil de woningbouw versnellen door het aanwijzen van meer grootschalige bouwlocaties buiten de stad en het verminderen van juridische en milieutechnische belemmeringen, waarmee ze impliciet het concept van "doorbraaklocatie" ondersteunen. Ze pleiten voor het tijdelijk beperken van bezwaarprocedures en het schrappen van strenge bouweisen om sneller hele nieuwe wijken te kunnen realiseren. De partij ziet het creëren van deze locaties als noodzakelijk om het woningtekort op te lossen en betaalbare woningen te bouwen.
De PVV wil fors inzetten op het aanwijzen van nieuwe, grootschalige woningbouwlocaties buiten de bestaande stadsgrenzen, wat direct aansluit bij het idee van "doorbraaklocaties". Dit moet het woningtekort aanpakken door niet alleen kleine uitbreidingen, maar hele nieuwe buurten en wijken te bouwen.
Om de realisatie van deze grootschalige locaties te versnellen, wil de PVV bezwaar- en beroepsmogelijkheden tijdelijk beperken en procedures inkorten. Dit moet voorkomen dat woningbouwprojecten worden vertraagd door juridische procedures, een veelgenoemd knelpunt bij doorbraaklocaties.
“Kortere en snellere vergunningverlening en procedures; tijdelijk beperken van de mogelijkheden tot bezwaar en beroep tegen woningbouw waar een omgevingsplan vastligt”
“Daarom beperken we tijdelijk de mogelijkheden voor bezwaar en beroep tegen bouwvergunningen waar het omgevingsplan al onherroepelijk vastligt. Zo voorkomen we dat ieder deelproject of iedere fase van een woningbouwproject gefrustreerd wordt.”
De PVV wil bouweisen zoveel mogelijk schrappen en vereenvoudigen, en stoppen met extra duurzaamheidseisen. Dit verlaagt de drempel voor het ontwikkelen van doorbraaklocaties, omdat het bouwen sneller en goedkoper moet worden.
“We schrappen en vereenvoudigen bouweisen zoveel mogelijk. We stoppen met het eindeloze geneuzel over duurzaam en circulair bouwen. Er komen geen verplichte warmtepomp en geen nieuwe duurzaamheidseisen; we gaan ook niet verplicht van het gas af.”
BBB noemt het begrip "doorbraaklocatie" niet expliciet in haar verkiezingsprogramma, maar verwijst wél naar het versnellen van woningbouw via nieuwe uitbreidings- en versnellingslocaties. De partij pleit voor het aanwijzen van locaties waar woningbouw sneller mogelijk wordt gemaakt, met minder regels en meer maatwerk per regio. BBB wil dat deze locaties daadwerkelijk bijdragen aan het oplossen van de woningcrisis, zonder dat dit ten koste gaat van het karakter van de regio of vruchtbare landbouwgrond.
BBB wil de woningbouw versnellen door het aanwijzen van nieuwe uitbreidings- en versnellingslocaties, vergelijkbaar met het concept "doorbraaklocatie". Dit moet helpen om de woningcrisis aan te pakken, vooral door procedures te verkorten en onnodige regels te schrappen. De partij benadrukt dat deze locaties alleen effectief zijn als ze daadwerkelijk bijdragen aan het oplossen van knelpunten en passen bij het karakter van de regio.
“Aan nieuwe uitbreidings- en versnellingslocaties die echt helpen. De koers is ingezet. BBB levert, nu en in de komende jaren. Want de woningcrisis vraagt om lef én gezond verstand.”
“BBB wil gebruikmaken van Europese uitzonderingsregels om sneller vergunningen te verlenen voor zowel grote als kleine woningbouwprojecten die van maatschappelijk belang zijn.”
BBB is kritisch op het aanwijzen van woningbouwlocaties als dit leidt tot het verlies van waardevolle landbouwgrond. De partij wil dat nieuwe locaties zorgvuldig worden gekozen, zodat de leefbaarheid van kleine kernen behouden blijft en het landschap niet onnodig wordt aangetast.
“Onze vruchtbare landbouwgrond is waardevol. BBB zal ervoor waken dat deze niet klakkeloos wordt herbestemd omdat er andere aanspraken op worden gedaan.”
“Om vruchtbare landbouwgrond te beschermen mogen nieuwe woningen in het buitengebied geen belemmering vormen voor omliggende agrarische bedrijven.”
De ChristenUnie wil de woningbouw versnellen door voor grote nieuwbouwlocaties een centrale, integrale aanpak te hanteren, waarbij Rijk, provincie, gemeente en waterschap samenwerken. Doorbraaklocaties worden aangewezen op basis van toekomstbestendigheid, bereikbaarheid en verantwoord ruimtegebruik, met aandacht voor water, bodem en openbaar vervoer.
De ChristenUnie pleit voor een centrale aanpak van grote nieuwbouwlocaties (“doorbraaklocaties”), waarbij verschillende overheden samenwerken om de woningbouw te versnellen en te zorgen dat deze locaties verantwoord worden gekozen. Dit moet knelpunten in procedures en vergunningen oplossen en garandeert dat bouwen gebeurt op plekken die duurzaam, bereikbaar en veilig zijn.
“Voor grote nieuwbouwlocaties komt er een centrale aanpak, waarin Rijk, provincie, gemeente en waterschap samenwerken.”
“Het Rijk komt daarom eindelijk met de langverwachte ‘Nota Ruimte’. Daarin worden grote structuurkeuzes gemaakt, zoals ... het aanwijzen van grootschalige nieuwbouwlocaties...”
“Grotere nieuwbouwlocaties buiten de dorpen en steden, die nodig zijn om de woningnood op te lossen, worden gebouwd op plekken die verantwoord zijn qua gesteldheid van water en bodem én goed bereikbaar zijn met het openbaar vervoer.”
“Rijk en gemeenten kijken minimaal 50 jaar vooruit in de keuzes waar wel en niet wordt gebouwd.”
NSC wil de woningbouw versnellen door het aanwijzen van locaties die vanwege de wooncrisis snel ontwikkeld moeten worden, waarvoor een verkorte (bezwaar)procedure geldt. Provincies krijgen een belangrijke stem bij het aanwijzen van deze zogenoemde versnellings- of doorbraaklocaties, en het Rijk investeert extra om knelpunten weg te nemen en vergunningen sneller te verlenen. De partij zet in op centrale regie, strikte termijnen en het beperken van bezwaarprocedures om de bouw van woningen op deze locaties te versnellen.
NSC stelt voor om locaties die vanwege de wooncrisis snel bebouwd moeten worden, aan te wijzen als versnellings- of doorbraaklocaties. Voor deze locaties geldt een verkorte (bezwaar)procedure, waarbij provincies een belangrijke stem hebben. Het doel is om bureaucratische vertragingen te minimaliseren en de woningbouwproductie snel op te voeren.
“Locaties die vanwege de wooncrisis zeer snel moeten worden bebouwd volgen een verkorte (bezwaar)procedure. Provincies krijgen een belangrijke stem in het aanwijzen van deze versnellingslocaties.”
Om de bouw op doorbraaklocaties daadwerkelijk te versnellen, wil NSC dat de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening de regie houdt, strikte termijnen stelt en extra middelen beschikbaar stelt via een versnellingsfonds. Dit moet ervoor zorgen dat knelpunten worden opgelost en vergunningen sneller worden verleend.
“De gemeentelijke goedkeuring van bouwplannen wordt aan strikte termijnen gebonden en de mogelijkheden voor bezwaar en beroep worden ingeperkt. Waar nodig geven we gemeenten mensen, kennis en middelen om processen te versnellen.”
“We investeren € 2 miljard extra in een versnellingsfonds voor de woningmarkt. Met het geld worden woningbouwprojecten sneller uitgewerkt, concrete knelpunten aangepakt en vergunningen eerder verleend.”
De SP is kritisch op het gebruik van grootschalige opvang- en doorbraaklocaties voor asielzoekers en arbeidsmigranten. Zij pleiten voor kleinschalige, verspreide opvang met oog voor de menselijke maat en willen een verbod op de bouw van nieuwe grootschalige huisvestingslocaties, omdat deze als onmenselijk worden beschouwd. Doorbraaklocaties als massale opvangplekken worden expliciet afgewezen ten gunste van kleinere, beter geïntegreerde alternatieven.
De SP verzet zich tegen de bouw van grootschalige opvang- en doorbraaklocaties voor arbeidsmigranten en asielzoekers, omdat deze leiden tot onmenselijke situaties en negatieve impact op zowel bewoners als lokale gemeenschappen. In plaats daarvan pleiten zij voor kleinere, verspreide opvanglocaties die beter aansluiten bij de menselijke maat en integratie bevorderen.
“Er moet een verbod komen op de bouw van nog meer grootschalige huisvestingslocaties. Deze plekken zijn onmenselijk. Zowel voor arbeidsmigranten die op elkaar gestapeld moeten wonen, als voor de gemeenschappen waar de huisvesting wordt gebouwd.”
“We zetten in op kleinere en verspreide huisvesting met de menselijke maat, integratie en verbinding met de omgeving voorop.”
De SP stelt kleinschalige opvanglocaties voor als alternatief voor doorbraaklocaties, met een maximum van vijftig tot honderd bewoners per locatie. Dit is volgens de partij beter voor zowel de opvangbewoners als de lokale gemeenschap.
“Nieuwe opvanglocaties worden niet groter dan vijftig tot honderd bewoners. Dit is beter voor de bewoners van de opvang en minder ingrijpend voor de gemeenschap.”
GroenLinks-PvdA benoemt het belang van het creëren van meer locaties voor woningbouw, waarbij ze expliciet verwijzen naar het aanwijzen van "doorbraaklocaties" om de bouw van nieuwe woningen te versnellen. Ze willen bindende afspraken maken met gemeenten en provincies over deze locaties, zodat woningbouw niet langer wordt vertraagd door ruimtelijke of bestuurlijke obstakels. De partij ziet het aanwijzen van doorbraaklocaties als een noodzakelijke maatregel om de woningnood structureel aan te pakken.
GroenLinks-PvdA pleit voor het aanwijzen van doorbraaklocaties om de bouw van nieuwe woningen te versnellen, vooral op plekken waar procedures of andere belangen de voortgang belemmeren. Door deze locaties aan te wijzen en bindende afspraken te maken met lagere overheden, willen ze de woningbouwproductie structureel verhogen en de woningnood aanpakken.
Het CDA noemt "doorbraaklocatie" niet expliciet in het verkiezingsprogramma, maar verwijst impliciet naar grootschalige woningbouwlocaties en de noodzaak om deze locaties te ondersteunen met leefbaarheids- en veiligheidsmaatregelen. Het belangrijkste concrete voorstel is het beschikbaar stellen van het Programma Leefbaarheid en Veiligheid voor deze nieuwe grootschalige woningbouwlocaties. De kern van hun visie is dat bij het ontwikkelen van grote woningbouwlocaties extra aandacht nodig is voor leefbaarheid en veiligheid om succesvolle, duurzame gemeenschappen te creëren.
Het CDA wil dat het bestaande Programma Leefbaarheid en Veiligheid wordt ingezet op nieuw aangewezen grootschalige woningbouwlocaties (impliciet: doorbraaklocaties). Hiermee beoogt het CDA te voorkomen dat nieuwe wijken kampen met sociale problemen en onveiligheid, door vanaf het begin te investeren in een veilige en leefbare omgeving.
“Het Programma Leefbaarheid en Veiligheid zetten we door. Het komt beschikbaar voor de nieuw aangewezen grootschalige woningbouwlocaties.”
De SGP erkent dat de woningnood in Nederland vraagt om snelle en daadkrachtige bouwmaatregelen. Zij zijn in principe terughoudend met het aanwijzen van doorbraaklocaties door het Rijk, maar accepteren dit als uiterste middel wanneer lokale of regionale procedures vastlopen en de aanpak van de woningnood anders onvoldoende vlot getrokken kan worden. De partij benadrukt dat het lokale bestuur leidend moet blijven, met het Rijk slechts als sturende actor bij ernstige knelpunten.
De SGP vindt dat het aanwijzen van doorbraaklocaties door het Rijk alleen aan de orde is als lokale of regionale woningbouwprocedures vastlopen en de woningnood daardoor niet snel genoeg wordt aangepakt. Dit is een uitzondering; het lokale bestuur moet normaal gesproken de regie houden. Het aanwijzen van doorbraaklocaties wordt gezien als een middel om stagnatie te doorbreken, maar niet als standaardbeleid.
“Waar plaatselijk of regionaal knelpunten optreden door vastgelopen of knellende procedures, kan het Rijk een meer sturende rol vervullen, bijvoorbeeld door het aanwijzen van bouwlocaties. Maar alleen als het voor snellere aanpak van de woningnood echt nodig is.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma