De Partij voor de Dieren is kritisch over defensieuitgaven en pleit voor selectieve, goed onderbouwde investeringen die niet ten koste gaan van klimaat, natuur, zorg, onderwijs of sociale zekerheid. Ze willen geen blanco cheque voor defensie, verwerpen de NAVO-norm, en zetten in op Europese samenwerking gericht op onafhankelijkheid van de VS, met nadruk op diplomatie, conflictpreventie en het belasten van de wapenindustrie. Elke defensie-uitgave moet aantoonbaar noodzakelijk zijn en mag niet ten koste gaan van andere maatschappelijke prioriteiten.
De PvdD wil alleen investeren in defensie als dit aantoonbaar noodzakelijk is voor de verdediging van Europa, en verzet zich tegen automatische verhogingen of het volgen van de NAVO-norm. Ze zijn kritisch op ongerichte uitgaven en willen geen blanco cheque voor defensie.
“Hoewel hiervoor investeringen nodig zijn, zegt de Partij voor de Dieren ‘nee’ tegen een blanco cheque voor defensie. We kijken bij elke maatregel kritisch welke uitgaven nodig zijn om de verdediging van Europa op orde te krijgen en efficiënt te organiseren.”
“Nederland steunt geen specifieke NAVO-norm en geen wettelijke verankering van een defensienorm. Elke uitgave voor defensie wordt bepaald op basis van goede onderbouwing. Uitgaven gaan niet ten koste van klimaat, natuur, sociale zekerheid, zorg en onderwijs.”
“De NAVO-norm wordt gedicteerd door Trump: daar doen wij niet aan mee. We wegen zorgvuldig af wat nodig is op basis van goed onderbouwde plannen. Géén blanco cheque voor defensie.”
De partij stelt expliciet dat extra investeringen in defensie niet mogen leiden tot bezuinigingen op essentiële maatschappelijke sectoren. Indien nodig mag de staatsschuld iets oplopen of worden de lasten bij de rijksten en grote vervuilers gelegd.
“Investeringen in defensie mogen niet ten koste gaan van klimaat, natuur, sociale zekerheid, zorg en onderwijs.”
“Gezamenlijk lenen stelt Europese landen in staat te investeren in de eigen (digitale) verdediging, zonder te bezuinigen op deze belangrijke maatschappelijke posten.”
“We kiezen er liever voor om die [staatsschuld] iets te laten oplopen dan om te bezuinigen op deze posten. De sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen. Daarom worden de grote vervuilers en de rijksten ook extra belast om investeringen in defensie te bekostigen.”
De PvdD wil de afhankelijkheid van de VS afbouwen door te investeren in Europese defensie en samenwerking, met gezamenlijke aanschaf van materieel en het delen van oefenlocaties om kosten laag te houden.
“De afhankelijkheid van de VS bouwen we zo snel mogelijk af door te investeren in een eigen Europese defensie.”
“Samenwerking op het gebied van (bestaande) oefenlocaties in Europa en het aankopen van defensiematerieel met andere Europese landen is daarom cruciaal. Bovendien hebben Europese landen een gezamenlijk belang om de kosten voor defensie laag te houden.”
Een deel van het defensiebudget moet worden besteed aan diplomatie, conflictpreventie en geweldloze weerbaarheid van burgers, in plaats van uitsluitend aan militaire middelen.
“Een deel van het defensiebudget zal specifiek worden ingezet op diplomatie in conflictsituaties, het ontwikkelen van methoden voor conflictpreventie en geweldloze conflictoplossing, en voor het geweldloos weerbaar maken van de burgers.”
De partij wil dat winsten uit de wapenindustrie maximaal worden belast en ten goede komen aan de samenleving, onder andere via een windfall tax of solidariteitsbijdrage.
“De wapenindustrie wordt maximaal belast. Er komt een windfall tax of solidariteitsbijdrage waarbij de winsten van de wapenindustrie ten goede komen aan de samenleving.”
“De wapenindustrie is er niet om winst te maken. Winsten moeten maximaal worden belast en ten goede komen aan de samenleving.”
FVD wil de Nederlandse defensie-uitgaven verhogen, maar uitsluitend op basis van nationale belangen en niet volgens internationale NAVO-normen. Ze pleiten voor investeringen in de krijgsmacht, betere beloning voor militairen, versterking van de eigen defensie-industrie en cyberdefensie, terwijl ze tegelijkertijd alle financiële en militaire steun aan buitenlandse conflicten, zoals Oekraïne, willen stoppen.
FVD wil de defensie-uitgaven verhogen, maar bepaalt zelf het niveau en de prioriteiten, los van internationale verplichtingen. De focus ligt op weerbaarheid, betere beloning voor militairen, versterking van de eigen defensie-industrie en cyberdefensie, met expliciete afwijzing van NAVO-normen en buitenlandse missies.
“We investeren in onze krijgsmacht - niet volgens een opgelegde NAVO-norm, maar naar eigen inzicht, zodat Nederland weerbaar is en onze militairen beter worden beloond.”
“We investeren in een sterke nationale defensie, met betere beloning en zorg voor militairen en veteranen, meer marechaussee voor grensbewaking en een krachtige eigen defensie-industrie.”
“We investeren in cyberdefensie, zodat Nederland beschermd blijft tegen digitale dreigingen en koploper wordt op digitaal gebied.”
“We betrekken de Nederlandse defensie-industrie bij aanschaf, onderhoud en ontwikkeling van materieel, zodat innovatie en werkgelegenheid in eigen land groeien.”
FVD wil geen belastinggeld meer besteden aan militaire missies of steun aan buitenlandse conflicten, met name Amerikaanse proxy-oorlogen zoals in Oekraïne. Dit geld moet in plaats daarvan naar de eigen veiligheid en welvaart gaan.
“Geen belastinggeld meer voor zinloze militaire avonturen of Amerikaanse proxy-oorlogen zoals in Oekraïne.”
“We stoppen met miljardenuitgaven aan buitenlandse conflicten, zoals de oorlog in Oekraïne, en richten ons op vrede en samenwerking.”
“We staken alle militaire en financiële steun aan Oekraïne.”
“Dit bespaart miljarden, die we investeren in onze eigen veiligheid en welvaart.”
FVD wil dat Nederland altijd zelf beslist over de inzet van militairen en het defensiebudget, zonder inmenging van EU of NAVO. Het NAVO-lidmaatschap moet via een referendum worden heroverwogen.
“We staan nooit toe dat de inzet van onze militairen door de EU of de NAVO wordt bepaald, zodat Nederland altijd zelf de controle houdt.”
“We leggen het lidmaatschap van de NAVO via een referendum voor aan de Nederlandse bevolking, zodat we als land zelf kunnen beslissen of we door willen op het huidige pad.”
De VVD wil de defensie-uitgaven structureel en fors verhogen, met als doel een technologisch superieure krijgsmacht en het waarborgen van de nationale en Europese veiligheid. De partij streeft naar een wettelijke verankering van een defensiebudget van minimaal 3,5% van het BNP, ruim boven de huidige NAVO-norm, en wil deze investeringen koppelen aan modernisering, innovatie en versterking van de Nederlandse defensie-industrie. Om dit te bekostigen, kiest de VVD voor bezuinigingen op andere overheidsuitgaven in plaats van belastingverhogingen.
De VVD pleit voor een ongekend grote en structurele verhoging van het defensiebudget, tot minimaal 3,5% van het BNP, om de krijgsmacht te moderniseren en aan NAVO-verplichtingen te voldoen. Dit wordt als wettelijke ondergrens vastgelegd en kan verder stijgen als de NAVO-norm wordt verhoogd. De partij ziet dit als noodzakelijk gezien de Russische dreiging en de instabiele geopolitieke situatie.
“Op termijn is een investering van tenminste 3,5% is nodig om onze krijgsmacht te moderniseren en onze NAVO-verplichtingen na te komen; een eerlijke contributie is de logische en morele verplichting van elke bondgenoot.”
“De VVD heeft de 2%-norm al als harde ondergrens wettelijk vastgelegd. Om ons land en onze krijgsmacht de zekerheid voor de lange termijn te geven die zij verdient, leggen we de geldende NAVO-norm van 3,5% als streefcijfer ook vast in de wet. Stelt de NAVO een hogere norm, dan willen we dat de wettelijke verplichting ook weer verhoogd wordt.”
“De VVD wil investeren in veiligheid en de defensie-uitgaven laten groeien naar 3,5% van onze economie.”
“Daarom kiezen we voor een krijgsmacht die geloofwaardig af kan schrikken. Daarvoor moeten de defensie-uitgaven fors omhoog. Niet later, maar nu. Niet tijdelijk, maar structureel.”
De VVD wil dat de verhoogde defensie-uitgaven niet alleen de krijgsmacht versterken, maar ook innovatie en de Nederlandse defensie-industrie stimuleren. Er wordt ingezet op het beste materieel, technologische vernieuwing (zoals drones en quantumtechnologie), en voorkeur voor Nederlandse bedrijven waar mogelijk.
“We investeren in de wapens van de toekomst, zoals hypersonische raketten en drones, en brengen de luchtverdediging snel op orde. Deze investeringen bieden een enorme impuls voor de Nederlandse economie.”
“Daarom geven we bij militaire aankopen waar mogelijk voorkeur aan Nederlandse ondernemers op de terreinen waar onze industrie goed in is en investeren we in belangrijke innovatieve defensieclusters, bijvoorbeeld in de regio’s Eindhoven, Nijmegen en Twente.”
“Voor onze defensie-industrie zetten we in op behoud van zelfstandigheid in zaken waar we traditioneel sterk in zijn, zoals het marinebouwcluster en radars. Daarnaast versterken we gericht een aantal innovatieve niches, zoals quantumtechnologie en drones.”
Om de forse verhoging van de defensie-uitgaven te bekostigen, wil de VVD bezuinigen op andere overheidsuitgaven, zoals sociale zekerheid, zorg en ontwikkelingssamenwerking, in plaats van de belastingen te verhogen.
“De VVD kiest voor investeren in onze veiligheid, van je eigen straat tot op mondiaal niveau. ... Dat betekent wel dat we keuzes zullen moeten maken in de zorg en de sociale zekerheid, zoals een kleiner basispakket, meer eigen bijdragen, een efficiënter zorgstelsel en een veel meer activerende sociale zekerheid.”
“De VVD gaat mee met de huidige geopolitieke realiteit door te investeren in defensie en minder uit te geven aan ontwikkelingssamenwerking.”
“Om het huishoudboekje van de overheid op orde te houden, kiest de VVD voor minder uitgeven in plaats van hogere belastingen. Zo leggen we de rekening niet bij hardwerkende Nederlanders of ondernemers neer, maar bij de overheid zelf.”
BBB wil fors investeren in Defensie, met als uitgangspunt het groeipad naar 3,5% van het BBP in 2035, maar stelt duidelijke voorwaarden: defensieuitgaven mogen niet ten koste gaan van sociale voorzieningen, zorg en economie. De partij koppelt defensie-investeringen aan versterking van de Nederlandse economie en strategische autonomie, en wil dat een groot deel van de uitgaven in Nederland zelf terechtkomt.
BBB onderschrijft het belang van een sterke krijgsmacht en steunt het streven naar een substantiële verhoging van de defensieuitgaven, maar wil dit alleen als het niet ten koste gaat van andere essentiële uitgaven. Na 2030 gelden strikte voorwaarden, zoals een eerlijke lastenverdeling binnen de NAVO en geen financiering via Europese schulden of giften.
“We nemen het groeipad naar 3,5% van het Bruto Binnenlands Product (BBP) in 2035 als uitgangspunt. Tegelijk willen we dat dit niet ten koste gaat van belangrijke zaken zoals de AOW, betaalbare zorg, het mkb en een leefbaar platteland.”
“BBB onder schrijft het belang van een sterke en geloofwaardige krijgsmacht... In dat kader is BBB bereid om het door het CPB geschetste ingroeipad naar 3,5% BBP in 2035 als uitgangspunt te nemen, waarbij we ons in de komende kabinetsperiode conformeren aan een structurele intensivering van ruim zes miljard euro in 2030.”
“BBB legt zich nu nog niet vast op het bereiken van 3,5% BBP en ruim 19,3 miljard euro in 2035. Zulke bedragen kunnen en mogen niet per definitie ten koste gaan van andere zaken die voor BBB essentieel zijn...”
“Na 2030 gelden voor ons duidelijke voorwaarden voor verdere verhoging van onze defensieuitgaven, zoals een eerlijke verdeling van kosten binnen de NAVO en geen financiering via Europese schulden of giften.”
“Daarom hanteren we als BBB tien duidelijke voorwaarden, waaronder een eerlijke lastenverdeling tussen NAVOpartners, geen financiering via Europese schulden of giften en een groeipad dat aanpasbaar is bij veranderende dreigingen.”
BBB wil dat defensie-investeringen bijdragen aan de Nederlandse economie, innovatie en strategische autonomie. Minimaal 50% van de defensiematerieeluitgaven moet in Nederland landen, met expliciete aandacht voor regionale spreiding en versterking van de Nederlandse defensie-industrie.
“Een Wet Strategische Defensieproductie (WSDP), waarin we vast leggen dat minimaal 50 procent van de Defensiematerieeluitgaven uiteindelijk in Nederland moet landen.”
“Investeringen moeten bijdragen aan: Operationele slagkracht, gereedheid innovatief vermogen en munitievoorraden; Versterking van de Nederlandse defensieindustrie en strategische autonomie; Infrastructuur die ook civiele weerbaarheid vergroot (zoals spoor en logistiek); Economische kansen in regio’s en sectoren waar Nederland zelf sterker van wordt.”
“Door dit project te koppelen aan Defensieuitgaven, maken we dubbel rendement: voor onze veiligheid én onze economie.”
BBB benadrukt dat het verhogen van defensieuitgaven geen doel op zich is, maar een middel om daadwerkelijke veiligheid en afschrikking te realiseren. De partij wil een krijgsmacht die werkt, niet alleen een hoge begroting.
“Defensieuitgaven zijn nooit een doel op zich. BBB wil een krijgsmacht die werkt en kwaadwillenden afschrikt, niet alleen een begroting die scoort.”
BIJ1 is radicaal tegen het verhogen van defensieuitgaven en wil bestaande militaire budgetten fors inperken. De partij pleit voor het stoppen van alle extra investeringen in wapens, het beëindigen van militaire samenwerking en NAVO-lidmaatschap, en het herbestemmen van defensiegeld naar sociale sectoren zoals zorg en onderwijs. Hun visie is dat echte veiligheid voortkomt uit ontwapening, neutraliteit en investeringen in vrede, niet uit militaire uitgaven.
BIJ1 verzet zich tegen elke verhoging van het defensiebudget en extra uitgaven aan wapens, ongeacht internationale druk of NAVO-verplichtingen. Ze zien militaire uitgaven als een verspilling die ten koste gaat van sociale voorzieningen en als een aanjager van geweld en oorlog.
“Tot dat moment verhogen we op geen enkel moment het budget van defensie.”
“BIJ1 geeft geen extra geld uit aan wapens. We werken niet mee aan de absurde verhoging van het NAVO-budget. Er gaat geen cent meer naar wapens in militaire conflicten, naar koloniale oorlogen en naar genocide.”
De partij wil dat Nederland binnen vier jaar uit de NAVO stapt en alle NAVO- en VS-bases sluit. Dit is direct gekoppeld aan het fors terugbrengen van defensieuitgaven en het afbouwen van militaire verplichtingen.
BIJ1 wil alle overheidsfinanciering voor militair onderzoek en samenwerking met universiteiten stopzetten. Het geld dat hierdoor vrijkomt, wordt ingezet voor een wettelijk vredesfonds voor zorg, onderwijs en wederopbouw.
“Nederland stopt geen geld van de overheid meer in militair onderzoek, beëindigt geweld gerelateerde samenwerking met universiteiten en ontmantelt militaire industrieel-academische netwerken.”
“Militaire samenwerking met universiteiten en publieke financiering van militair onderzoek stoppen we. Geld dat hierdoor vrijkomt komt in een wettelijk vredesfonds voor zorg, onderwijs, openbaar vervoer en internationale wederopbouw.”
Het geld dat vrijkomt door het schrappen van defensieuitgaven en wapenleveranties wordt wettelijk geoormerkt voor investeringen in zorg, onderwijs, openbaar vervoer en internationale wederopbouw.
“Het geld dat hierdoor vrijkomt, gebruiken we voor een wettelijk vredesfonds voor zorg, onderwijs, openbaar vervoer en internationale wederopbouw.”
BIJ1 wil de wapenindustrie in Nederland zwaar belasten, nieuwe vestiging verbieden en een strikte wapenexportstop naar mensenrechtenschenders.
GroenLinks-PvdA kiest voor een forse verhoging van de defensieuitgaven tot 3,5% van het bbp, vooral vanwege de Russische dreiging en om minder afhankelijk te worden van de VS. Ze koppelen deze verhoging aan een investeringsplan, publieke sturing van de defensie-industrie, en benadrukken dat de extra uitgaven niet ten koste mogen gaan van zorg, onderwijs of sociale zekerheid, maar betaald worden door hogere bijdragen van de rijksten.
GroenLinks-PvdA wil het defensiebudget structureel verhogen naar 3,5% van het bbp, als reactie op de Russische agressie en om de NAVO-doelstellingen te halen. De partij ziet dit als noodzakelijk voor de veiligheid van Nederland en Europa, en om minder afhankelijk te zijn van de Verenigde Staten.
“We committeren ons aan het verhogen van het defensiebudget naar 3,5% van het bbp vanwege de Russische agressie en de noodzaak om ons onafhankelijker te maken van de Verenigde Staten.”
“We houden ons aan de nieuwe NAVO-norm en groeien toe naar de afspraak om 3,5% van het bbp uit te geven aan defensie.”
De partij stelt expliciet dat de hogere defensieuitgaven niet gefinancierd mogen worden door te bezuinigen op sociale voorzieningen. In plaats daarvan willen ze de lasten leggen bij de rijkste Nederlanders.
GroenLinks-PvdA wil dat de overheid mede-eigenaar wordt van strategisch relevante defensiebedrijven, zodat winsten terugvloeien naar de samenleving en prijsopdrijving wordt voorkomen. Ze pleiten voor een serieus investeringsplan om verspilling en onnodige prijsstijgingen te voorkomen.
“De overheid wordt medeaandeelhouder van defensiebedrijven, zodat de winsten terugvloeien naar de samenleving.”
“Voor het opbouwen van een sterke krijgsmacht zijn forse investeringen nodig en veel tijd. Daar moet een serieus investeringsplan voor komen. Vooraf moet duidelijk zijn waarin we gaan investeren en of defensie en de industrie dat geld ook kunnen uitgeven. Zo voorkomen we verspilling en onnodige prijsstijgingen.”
“Strategisch relevante defensiebedrijven komen deels in publieke handen via staatsdeelnemingen. We gaan zo prijsopdrijving en overwinsten tegen zodat gemeenschapsgeld bijdraagt aan collectieve veiligheid en niet eindigt in de portemonnee van wapenspeculanten.”
De partij wil Europese defensiesamenwerking versterken, de afhankelijkheid van de VS afbouwen, en geen orders meer plaatsen bij de Israëlische defensie-industrie.
“We bouwen onze afhankelijkheid van de VS af en plaatsen geen orders meer bij de Israëlische defensie-industrie.”
“Defensie moet een gedeelde EU-competentie worden; besluiten over inzet van de krijgsmacht blijven echter een nationale bevoegdheid. Integratie van de krijgsmachten zetten we voort.”
NSC wil de defensieuitgaven fors verhogen naar de nieuwe NAVO-norm van 3,5% van het bbp, met daarnaast 1,5% voor gerelateerde uitgaven zoals infrastructuur. Ze koppelen deze verhoging aan investeringen in een weerbare samenleving, innovatie, en betere arbeidsvoorwaarden voor militairen, maar benadrukken dat de bestaanszekerheid van burgers niet mag lijden onder deze uitgaven.
NSC pleit voor een structurele verhoging van de defensie-uitgaven tot de nieuwe NAVO-norm van 3,5% van het bbp, met aanvullend 1,5% voor gerelateerde uitgaven zoals infrastructuur. Dit wordt gezien als noodzakelijk vanwege de veranderde geopolitieke situatie en de noodzaak om de krijgsmacht slagvaardig, flexibel en schaalbaar te maken.
“We versterken de krijgsmacht en hanteren de nieuwe NAVO-norm van 3,5% voor Defensie-uitgaven en 1,5% voor andere uitgaven zoals versterken van de bruggen.”
“We committeren ons daarom aan de nieuwe NAVO-norm in 2035 van 3,5% van de economie voor Defensie-uitgaven en 1,5% voor gerelateerde uitgaven zoals infrastructuur.”
“We verhogen daarom de defensie-uitgaven tot de nieuwe NAVO-norm van 3,5% van de economie.”
NSC koppelt de verhoging van defensie-uitgaven aan investeringen in een weerbare samenleving, zoals burgersteunpunten, cyberveiligheid en hulpstructuren. Dit moet de maatschappelijke basis voor defensie versterken en de samenleving voorbereiden op crises.
Hoewel NSC fors wil investeren in defensie, stellen ze als harde randvoorwaarde dat deze uitgaven niet ten koste mogen gaan van de bestaanszekerheid van burgers. Sociale zekerheid en gezondheidszorg blijven prioriteit.
“De extra investeringen in defensie zijn noodzakelijk, maar moeten zorgvuldig worden gedekt. Daarbij mag de bestaanszekerheid van mensen nooit in het gedrang komen.”
NSC wil dat de extra defensiemiddelen ook worden ingezet voor innovatie (zoals drones en cyber) en voor betere arbeidsvoorwaarden voor militairen, om personeelstekorten tegen te gaan en de krijgsmacht toekomstbestendig te maken.
“We investeren fors in onbemande voertuigen voor in de lucht – zoals drones – en onder water.”
“Militairen verdienen een passende wedde, een modern loongebouw en toelagen. Goede arbeidsvoorwaarden en personele voorzieningen voor onze militairen zijn belangrijk.”
“Wij willen de innovatiekracht van de Nederlandse economie benutten om een stimulans te geven aan de ontwikkeling van een hoogwaardige defensie-industrie met een accent op strategic enablers.”
De SP is fel tegen het verhogen van de defensieuitgaven naar de NAVO-norm van 5% van het bbp, omdat dit volgens hen leidt tot bezuinigingen op sociale voorzieningen en vooral de Amerikaanse wapenindustrie ten goede komt. De partij pleit voor een krijgsmacht die zich beperkt tot verdediging van het eigen grondgebied en vredestaken op basis van een VN-mandaat, met investeringen in een onafhankelijke Europese defensie-industrie zonder winstmotief. De SP ziet diplomatie, ontwapening en internationale samenwerking als de basis voor veiligheid, niet een wapenwedloop of militaire expansie.
De SP verzet zich krachtig tegen de NAVO-norm van 5% van het bbp voor defensieuitgaven, omdat dit volgens hen leidt tot een wapenwedloop, bezuinigingen op publieke voorzieningen en bevoordeling van de Amerikaanse wapenindustrie. Ze vinden deze norm economisch en maatschappelijk schadelijk.
“De SP is tegen de nieuwe NAVOnorm voor defensieuitgaven waarbij de Amerikaanse president Trump van ons eist dat wij 5% van alles wat we samen in Nederland verdienen uitgeven aan wapens. Dit leidt tot een wereldwijde wapenwedloop en komt vooral de Amerikaanse wapenindustrie ten goede. Bovendien zijn voorstanders van deze norm niet eerlijk over de bekostiging ervan. Om deze extra defensieuitgaven te doen zullen onze publieke en sociale voorzieningen worden kapotbezuinigd, belastingen verhoogd worden en zullen onze economie en innovatie worden geremd.”
“Wij gaan niet akkoord met tientallen miljarden onproductieve uitgaven per jaar aan de Trumpnorm van vijf procent voor defensieuitgaven.”
“De onnodige NAVOnorm van 5 procent zal veel economieën onder druk zetten en tot begrotingsproblemen leiden. Wij gaan niet garant staan voor de gevolgen van deze economische en financiële doodlopende weg en gaan niet akkoord met nog verdere bezuinigingen op onze sociale zekerheid en zorg.”
“Tegelijkertijd doen wij geen onnodige extra uitgaven aan de NAVOnorm die onze economie juist afremmen.”
De SP wil dat defensie-uitgaven uitsluitend worden ingezet voor de verdediging van het eigen grondgebied en vredestaken op basis van een VN-mandaat, en niet voor militaire interventies of expansie.
“De SP wil een krijgsmacht die in staat is het eigen grondgebied te verdedigen en in staat is op basis van VNmandaat bondgenoten te verdedigen en vredestaken uit te voeren.”
“Tot deze Europese veiligheidsarchitectuur er is moet de NAVO zich richten op haar eigen taak, namelijk het verdedigen van het eigen grondgebied van de aangesloten bondgenoten. Dat betekent expliciet: geen operaties buiten het eigen grondgebied, geen operaties zonder VNmandaat en geen uitbreiding met nieuwe NAVOlanden.”
De SP wil investeren in een Europese defensie-industrie die onafhankelijk is van de Amerikaanse wapenindustrie en waarbij publieke investeringen gepaard gaan met publieke zeggenschap, gericht op verdediging en niet op winstmaximalisatie.
“Europa moet onafhankelijk zijn van de Amerikaanse wapenindustrie. Wij hebben tal van alternatieven binnen de grenzen van de EU, goed opgeleide vakmensen en onderzoekers waarmee wij zelf wapens voor onze verdediging kunnen maken. Daarmee hoeven we ons niet meer over te leveren aan de winsthonger en voorwaarden waarmee Amerikaanse bedrijven ons confronteren. We investeren in onze eigen defensieindustrie die wapens maakt voor onze verdediging. Publieke investeringen moeten altijd gepaard gaan met publieke zeggenschap in de bedrijven. Het algemeen belang en de veiligheid moeten centraal staan, niet de winstmaximalisatie van wapenbedrijven. Overproductie van wapens wordt voorkomen.”
De SP ziet diplomatie, ontwapening en internationale samenwerking als de basis voor veiligheid, en vindt dat militaire inzet alleen als laatste redmiddel mag worden ingezet.
“Wij kiezen voor een defensiebeleid dat mensen beschermt door diplomatie, ontwapening en rechtvaardige internationale samenwerking.”
“Bij alle conflicten moet de Nederlandse inzet gericht zijn op diplomatie en het vinden van een pad naar vrede. Militaire inzet is alleen een laatste redmiddel en moet altijd met diplomatieke inspanningen gepaard gaan.”
JA21 wil fors investeren in Defensie en pleit voor een sterke verhoging van de defensieuitgaven, met als doel een schaalbare, moderne krijgsmacht die zelfstandig de Nederlandse belangen kan beschermen. De partij streeft naar een structurele groei van het defensiebudget tot 5% van het nationaal inkomen in 2035, met nadruk op personeelsuitbreiding, betere arbeidsvoorwaarden en versterking van de Nederlandse defensie-industrie. JA21 positioneert zich hiermee als de partij die Defensie structureel wil versterken, zowel qua middelen als qua strategische autonomie.
JA21 wil de defensieuitgaven fors verhogen tot 5% van het nationaal inkomen in 2035, waarmee zij ruim boven de NAVO-norm gaan zitten. Dit moet Nederland in staat stellen zelfstandig haar veiligheid te waarborgen en langdurig inzetbaar te zijn in een instabiele wereld. Niet-benutte middelen worden in een speciaal fonds gestopt voor grote investeringen, en de partij wil belemmerende regelgeving voor de defensie-industrie schrappen.
“Wij werken lineair toe naar 3,5% + 1,5% van het nationaal inkomen aan defensie(gerelateerde)-uitgaven in 2035.”
“Lineair groeien naar uitgaven van 5% van het BBP in 2035.”
“Jaarlijks niet-benutte middelen worden ondergebracht in het bestaande Defensiematerieelbegrotingsfonds, waarmee grote materiële investeringen mogelijk blijven zonder het jaarbudget te belasten.”
“Voor de defensie-industrie schrapt JA21 belemmerende regelgeving en zet het in op langdurige opdrachten binnen Nederland.”
JA21 wil het personeelsbestand van Defensie uitbreiden naar 200.000 medewerkers (militairen, reservisten en burgers) in 2035 en de arbeidsvoorwaarden flink verbeteren. Dit moet de krijgsmacht schaalbaar, aantrekkelijk en toekomstbestendig maken.
JA21 wil de NAVO-norm van 2% wettelijk verankeren, maar ziet dit als een minimum. De partij profileert zich als dé defensiepartij met de hoogste doorgerekende defensie-uitgaven.
“Met onder meer de hoogste doorgerekende defensie-uitgaven in het verkiezingsprogramma voor de Tweede Kamerverkiezingen van 2023, en het wettelijk verankeren van de 2% NAVO-norm.”
JA21 wil geen EU-leger en geen militaire inzet zonder aantoonbaar Nederlands belang of mandaat, om de soevereiniteit te waarborgen ondanks de forse investeringen.
“Geen EU-leger en geen militaire inzet zonder aantoonbaar Nederlands belang of mandaat.”
De SGP wil fors hogere defensieuitgaven en pleit voor het voldoen aan de nieuwe NAVO-norm, met als doel een sterke, moderne en veelzijdige krijgsmacht. Ze stellen voor om in 2035 5% van het BBP aan defensie te besteden, waarvan 1,5% aan maatschappelijke weerbaarheid en infrastructuur, en benadrukken investeringen in innovatie, materieel en de Nederlandse defensie-industrie.
De SGP vindt dat Nederland structureel meer moet uitgeven aan defensie en wil de NAVO-norm niet alleen halen, maar zelfs verhogen naar 5% van het BBP in 2035. Dit is bedoeld om de krijgsmacht te versterken en Nederland weerbaarder te maken tegen moderne dreigingen.
“De SGP wil gaan voldoen aan de nieuwe NAVO-norm voor defensie-uitgaven. In 2035 besteedt Nederland 5% van het BBP aan onze Defensie, waarbij 1,5% wordt besteed aan bredere investeringen in maatschappelijke weerbaarheid en infrastructuur.”
“Dankzij onze initiatiefwet is er nu een minimumnorm voor defensie-uitgaven wettelijk verankerd. Defensie kan hierdoor blijven opschalen én moderniseren om bedreigingen van vandaag én morgen het hoofd te bieden.”
De SGP wil extra investeren in modernisering, innovatie (zoals drones en cybercapaciteiten), en het betrekken van de Nederlandse maakindustrie bij defensieaankopen. Ze zien lange termijn-contracten en opschaling van de defensie-industrie als essentieel om strategische autonomie en innovatie te waarborgen.
“De defensie-industrie moet worden opgeschaald nu de vraag naar wapensystemen stijgt. Hierbij houdt de SGP rekening met financiële belemmeringen rond voorfinanciering, risicoaversie en bezwaren bij pensioenfondsen en banken, evenals ESG-criteria voor investeringen.”
“Om te waarborgen dat de defensie-industrie expertise en zekere productiecapaciteit behoudt in vredestijd zijn langetermijn contracten nodig.”
“De SGP wil dat de Nederlandse maakindustrie maximaal betrokken is bij de aanschaf van nieuw materieel zoals onderzeeboten, schepen en tanks, en hier daadwerkelijk van profiteert.”
“Nederland investeert in innovatie, drones, counterdrone systemen en overige cybercapaciteiten.”
Hoewel de SGP fors wil investeren in defensie, benadrukken ze dat dit gepaard moet gaan met financiële degelijkheid en het beperken van andere overheidsuitgaven. Ze willen geen lastenverzwaring voor burgers en bedrijven, en pleiten voor een kleinere, efficiënte overheid.
“Wij willen dat er goed gekeken wordt hoe de groei van de overheidsuitgaven beperkt kan worden, zeker nu de Defensie-investeringen gaan stijgen. De SGP kijkt daarom kritisch naar de uitgaven aan (onnodige) zorg, sociale zekerheid en de uitgaven bij de overheid zelf.”
“Het is niet meer dan logisch dat het belastinggeld op een doelmatige en doeltreffende manier ingezet moet worden, zodat overheidsbeleid niet alleen financieel degelijk, maar ook financieel rechtmatig is.”
De ChristenUnie wil de defensieuitgaven fors verhogen om te voldoen aan de NAVO-norm van 3,5% van het BBP in 2035, met daarnaast 1,5% voor defensiegerelateerde infrastructuur. Ze koppelen deze investeringen aan economische groei, innovatie en werkgelegenheid, en willen de defensie-industrie versterken. De partij financiert deze uitgaven deels door een extra vermogensbelasting en benadrukt het belang van integrale veiligheid en politieke controle.
De ChristenUnie pleit voor een substantiële verhoging van het defensiebudget om te voldoen aan de nieuwe NAVO-norm. Dit wordt gezien als noodzakelijk voor de bescherming van vrijheid en veiligheid, mede door de veranderde geopolitieke situatie. De partij koppelt deze uitgaven aan investeringen in de Nederlandse defensie-industrie en innovatie.
“We investeren de komende jaren fors in defensie om te kunnen voldoen aan de NAVO-norm om in 2035 3,5% van ons BBP uit te geven aan defensie en daarnaast 1,5% aan bijvoorbeeld infrastructuur die ook defensie ten goede komt.”
“De forse uitbreiding van het defensiebudget gaat waar mogelijk gepaard gaan met de groei van de Nederlandse defensie-industrie en met onderzoek en ontwikkeling, zodat investeringen vanuit belastinggeld voor een deel terugkeren in de vorm van economische groei, innovaties en groei van werkgelegenheid.”
“Nederland gaat zich houden aan de afspraken en voldoen aan de internationale normen. Daarom geven we 3.5% van ons nationale inkomen uit aan defensie...”
Om de benodigde investeringen in defensie te bekostigen, stelt de ChristenUnie een extra belasting op grote vermogens voor. Dit is een concrete maatregel om de lasten eerlijk te verdelen en de begroting sluitend te houden.
“In het licht van de grote investeringen die nodig zijn in defensie, vragen we van de grootste vermogens een extra bijdrage met een vermogensbelasting van 1% op vermogens boven de 1 miljoen euro.”
Naast het verhogen van het defensiebudget, wil de ChristenUnie investeren in infrastructuur en technologische innovatie die defensie ten goede komt. Dit moet niet alleen de militaire paraatheid vergroten, maar ook bijdragen aan economische ontwikkeling.
“Naast financiële ruimte is er fors meer fysieke ruimte nodig om te kunnen uitbreiden en om meer op Nederlands grondgebied te kunnen oefenen. De uitbreiding van kazernes en oefenterreinen gebeurt altijd in afstemming met lokale overheden.”
“Bij nieuwe kazernes kijken we met nadruk naar gebieden waar deze ook een bijdrage kunnen leveren aan economische ontwikkeling en werkgelegenheid.”
De ChristenUnie benadrukt dat de forse verhoging van defensieuitgaven gepaard moet gaan met voldoende politieke controle en een integrale benadering van veiligheid, waarin defensie samenwerkt met diplomatie en ontwikkelingssamenwerking.
“Juist omdat het bij defensie om een ultiem machtsmiddel gaat, namelijk de inzet van wapens en militairen, is het belangrijk dat defensie onderdeel is van een integraal veiligheidsbeleid met voldoende politieke controle.”
D66 wil de Nederlandse defensie-uitgaven fors verhogen om te voldoen aan internationale NAVO-afspraken en investeert daarnaast in civiele paraatheid, kritieke infrastructuur en technologische innovatie. De partij koppelt deze uitgaven expliciet aan Europese samenwerking en benadrukt dat defensie-uitgaven niet ten koste mogen gaan van onderwijs en het sociale vangnet. D66 ziet defensie als een investering in veiligheid, veerkracht en Europese strategische autonomie.
D66 wil dat Nederland de NAVO-afspraak nakomt door minimaal 2% van het bbp aan defensie uit te geven, waarmee het land een volwaardig bondgenoot wordt op zowel financieel als capaciteitsvlak. Dit is een duidelijke breuk met het verleden, waarin Nederland structureel onder deze norm bleef.
“We komen de NAVO-afspraak na om minimaal 2% van het bbp aan defensie uit te geven en minimaal 1,5% van het bbp aan de kritieke infrastructuur, civiele paraatheid, veerkracht en het versterken van onze defensie-industrie.”
Naast de klassieke defensie-uitgaven wil D66 structureel investeren in civiele paraatheid, digitale en fysieke infrastructuur en het tegengaan van hybride dreigingen. Hiermee verbreedt D66 het begrip ‘defensieuitgave’ naar een bredere veiligheidsagenda.
“en minimaal 1,5% van het bbp aan de kritieke infrastructuur, civiele paraatheid, veerkracht en het versterken van onze defensie-industrie.”
“Beveiliging tegen hybride oorlogsvoering vraagt om meer dan alleen een sterke krijgsmacht. Minstens zo belangrijk zijn investeringen in de fysieke en digitale infrastructuur, in strategische reserves, in een weerbare samenleving en in het tegengaan van desinformatie.”
D66 koppelt hogere defensieuitgaven aan Europese samenwerking, gezamenlijke inkoop en standaardisatie, en streeft op termijn naar een Europese krijgsmacht. Dit moet leiden tot meer efficiëntie, innovatie en strategische autonomie.
“Op de korte termijn wil D66 een sterke Europese positie binnen de NAVO, met Europese strategische commandovoering, Europees materieel en Europees personeel.”
“Om Europees een vuist te maken, is samenwerking essentieel. We moeten gezamenlijk voorraden aanleggen, trainen en investeren in innovatie. Gezamenlijk materieel inkopen en meer standaardiseren. Door onze krachten te bundelen zijn we samen slagvaardiger en besparen we kosten.”
D66 stelt expliciet dat de verhoging van defensieuitgaven niet mag leiden tot bezuinigingen op onderwijs of het sociale vangnet. De partij wil binnen de Europese begrotingsregels blijven en benadrukt het belang van een brede welvaartsbenadering.
“Veiligheid en defensie zijn cruciaal, maar mogen nooit ten koste gaan van de samenleving die we juist willen beschermen. Daarom gaat er geen euro minder naar het onderwijs en het sociale vangnet.”
“De plannen van D66 blijven binnen de door Europa gestelde begrotingsruimte, zodat Nederland verantwoord investeert in de toekomst.”
BVNL wil dat Nederland per direct voldoet aan de NAVO-norm van 2% van het BBP voor defensieuitgaven, maar is fel tegen een verdere verhoging naar 5%. Ze pleiten voor een soevereine krijgsmacht die niet betrokken raakt bij buitenlandse conflicten buiten het NAVO-grondgebied, en willen extra loonsverhogingen voor militairen in de lagere schalen.
BVNL vindt dat Nederland zijn NAVO-verplichtingen moet nakomen door minimaal 2% van het BBP aan defensie uit te geven, maar verzet zich tegen een verhoging naar 5%. Ze zien de 5%-norm als buitensporig en willen deze terugdraaien om onnodige uitgaven te voorkomen.
BVNL wil dat defensieuitgaven uitsluitend worden ingezet voor de verdediging van Nederland en NAVO-lidstaten, en niet voor militaire operaties of steun buiten het NAVO-grondgebied. Dit moet verspilling van middelen en betrokkenheid bij buitenlandse conflicten voorkomen.
BVNL wil een eenmalige extra loonsverhoging van 10% voor militairen in de lagere loonschalen, om hun positie te verbeteren en het beroep aantrekkelijker te maken. Dit is een gerichte uitgave binnen het defensiebudget.
“Een eenmalige extra loonsverhoging van 10% voor alle militairen die zich in de lagere loonschalen bevinden.”
Het CDA wil fors meer investeren in defensie en committeert zich aan de nieuwe NAVO-norm van 3,5% van het bbp in 2035, met een eerste stap richting 2030. Om deze defensieuitgaven te financieren, maakt het CDA ruimte op de begroting, benut het de EU-begrotingsregels en introduceert het een 'vrijheidsbijdrage' voor burgers en bedrijven, zodat iedereen naar draagkracht bijdraagt. De extra middelen worden ingezet voor het versterken en moderniseren van de krijgsmacht en het stimuleren van een innovatieve defensie-industrie.
Het CDA wil dat Nederland uiterlijk in 2035 3,5% van het bbp aan defensie uitgeeft, conform de nieuwe NAVO-norm, en zet in de komende periode de eerste stap richting 2030. Hiermee wil het CDA de krijgsmacht versterken en moderniseren, en bijdragen aan de internationale veiligheid.
“Nederland committeert zich aan de afspraken van de NAVO-capaciteitsdoelstellingen en de nieuwe NAVO-norm om uiterlijk in 2035 3,5 procent van het bbp uit te geven aan defensie. In de komende periode willen we de eerste stap naar 2030 zetten.”
Om de forse verhoging van defensieuitgaven te financieren, maakt het CDA ruimte op de begroting, benut het de ruimere EU-begrotingsregels en voert het een vrijheidsbijdrage in voor burgers en bedrijven. Zo draagt iedereen evenredig naar draagkracht bij aan de nationale veiligheid.
“We maken ruimte op de begroting om de extra defensie-uitgaven te kunnen betalen, waarbij we gebruikmaken van de ruimere EU-begrotingsregels. Daarnaast introduceren we een vrijheidsbijdrage voor iedereen, burgers en bedrijven. We vragen daarmee iedereen evenredig naar draagkracht bij te dragen.”
“Voor een deel financieren we de defensie-uitgaven via een vrijheidsbijdrage voor burgers en bedrijven, zodat iedereen evenredig bijdraagt naar draagkracht.”
De extra defensie-uitgaven worden specifiek ingezet voor het versterken en moderniseren van de krijgsmacht, met aandacht voor hoogwaardig materieel, innovatie en een sterke Nederlandse en Europese defensie-industrie.
“We zetten de extra defensie-uitgaven in voor het versterken en moderniseren van onze krijgsmacht. Die moet beschikken over hoogwaardig materieel waarvan de eisen in Europees verband zijn afgestemd.”
“Een deel van de defensie-investeringen kan worden gericht op innovatieve en technologische investeringen en onderwijs, die relevant zijn voor defensie.”
De PVV wil de defensieuitgaven stapsgewijs laten groeien om de Nederlandse krijgsmacht te versterken, met de nadruk op bescherming van het eigen grondgebied en minder buitenlandse militaire missies. De partij stelt dat investeringen in Defensie nodig zijn, maar wil deze vooral richten op nationale belangen en grensbewaking. Tegelijkertijd pleit de PVV voor het beperken van uitgaven aan internationale verplichtingen, zodat er meer geld beschikbaar blijft voor Nederlanders.
De PVV wil de defensieuitgaven laten groeien, maar met een duidelijke focus op het beschermen van Nederland zelf in plaats van internationale missies. De partij ziet de NAVO als hoeksteen van het beleid, maar wil dat de middelen vooral naar nationale prioriteiten gaan. Dit standpunt wordt gemotiveerd door het belang van soevereiniteit en het idee dat Nederland te veel uitgeeft aan internationale verplichtingen.
“Wij hebben de ambitie om de Defensie uitgaven te laten groeien, en zullen dit stapsgewijs vormgeven.”
“De basistaak van onze Krijgsmacht is de bescherming van ons eigen grondgebied. Wij willen dus geen buitenlandse militaire missies, maar militaire inzet aan onze eigen grenzen: grensbewaking.”
“Om ervoor te zorgen dat onze militairen hun belangrijke werk goed kunnen doen, steunt de PVV investeringen in ons leger.”
De PVV wil de financiële bijdrage aan internationale defensie-inspanningen, zoals steun aan Oekraïne, beperken en andere landen meer laten bijdragen. Hierdoor moet er meer geld beschikbaar komen voor binnenlandse bestedingen en de Nederlandse bevolking.
“Ondertussen hebben we al ruim € 20 miljard aan Oekraïne betaald. Laat andere landen nu wat meer doen, dan hebben wij meer geld voor de Nederlanders.”
Volt wil defensieuitgaven vooral Europees organiseren, met nadruk op gezamenlijke investeringen, transparantie en het voorkomen van verspilling. Ze pleiten voor structurele investeringen in wat écht nodig is, waarbij uitgaven boven 2% van het bbp gericht worden op gezamenlijke Europese projecten en waarbij kostenbesparingen ten goede komen aan andere maatschappelijke doelen. Democratische controle, Europese waarden en openheid over de impact op sociale uitgaven staan centraal.
Volt wil defensieuitgaven centraliseren en richten op gezamenlijke Europese projecten om versnippering en dubbele aankopen te voorkomen. Ze leggen de nadruk op resultaat, niet op het halen van een arbitrair percentage, en willen kostenbesparingen inzetten voor andere maatschappelijke doelen. Transparantie, doelmatigheid en democratische normen zijn leidend.
“Er wordt structureel geïnvesteerd in wat écht nodig is, met focus op resultaat, niet alleen op hoeveel procent van het budget naar defensie gaat. De uitbreiding binnen defensie wordt gezamenlijk gefinancierd met eurobonds. Uitgaven boven de 2% van het bruto binnenlandse product (bbp) worden gericht op gezamenlijke Europese projecten. Dit om versnippering te voorkomen, dubbele aankopen te vermijden en de interoperabiliteit te verbeteren. Door samen te investeren besparen we kosten. Die besparingen kunnen we gebruiken voor groene, sociale en economische projecten.”
“Alle defensie-uitgaven moeten voldoen aan democratische normen, Europese waarden en het internationaal recht. De zorgen van burgers over stijgende defensiebudgetten worden serieus genomen. We praten daar open en eerlijk over, vooral als de sociale uitgaven onder druk staan.”
Volt wil dat defensieuitgaven transparant zijn en financiële risico’s voor overheden en bedrijven worden beperkt. Ze combineren leasing en aankoop van materieel en willen duidelijke financieringsinstrumenten.
“Leasing en aankoop van defensiematerieel worden slim gecombineerd om financiële risico’s te beperken voor zowel overheden als bedrijven.”
“Financieringsinstrumenten worden duidelijker zodat transparantie en doelmatigheid gewaarborgd zijn.”
50PLUS wil de defensie-uitgaven uitbreiden in lijn met de NAVO-afspraken, vanwege de veranderde geopolitieke situatie door de oorlog in Oekraïne. Ze benadrukken het belang van voldoende militair vermogen voor de verdediging van Nederland en het NAVO-grondgebied, en willen daarnaast de nationale defensie-industrie versterken. Hun visie is dat Nederland en Europa minder afhankelijk moeten worden van andere wereldmachten en dat investeren in defensie noodzakelijk is voor de veiligheid.
50PLUS vindt dat de oorlog in Oekraïne aantoont dat Nederland meer moet investeren in defensie om zichzelf en het NAVO-grondgebied te kunnen verdedigen. Ze willen de defensie-uitgaven verhogen tot het afgesproken NAVO-niveau en zien dit als essentieel voor de nationale en Europese veiligheid.
“Uitbreiding van de defensie-uitgaven in lijn met de afspraken in NAVO-verband.”
Naast het verhogen van het defensiebudget, pleit 50PLUS voor het versterken van de nationale defensie-industrie. Dit moet bijdragen aan meer strategische autonomie en minder afhankelijkheid van andere wereldmachten.
“Versterking van de nationale defensie-industrie.”
DENK vindt de huidige Nederlandse defensieuitgaven voldoende en verzet zich tegen het verhogen van het defensiebudget onder druk van de NAVO. Ze willen alleen investeren in defensie als het aantoonbaar nodig is voor de basisvoorzieningen van militairen, en zijn tegen een wapenwedloop of onnodige miljardeninvesteringen.
DENK is tegen het verhogen van het defensiebudget boven het huidige niveau, vooral als dit gebeurt onder externe druk van de NAVO of andere landen. Ze vinden dat de NAVO al een militaire overmacht heeft en zien geen noodzaak voor verdere uitbreiding. Alleen uitgaven die aantoonbaar nodig zijn voor de basis (zoals huisvesting, salaris en uitrusting van militairen) worden gesteund.
“DENK verzet zich tegen de extra miljardenuitgaven onder druk van NAVO baas Mark Rutte en President Donald Trump. DENK vindt de huidige defensie uitgaven voldoende en wijst op de enorme militaire overmacht van de NAVO die niet nog verder uitgebreid hoeft te worden.”
“Wij steunen alleen defensie uitgaven die aantoonbaar nodig zijn om de basis op orde te hebben bij Defensie. Dit betekent goede huisvesting van onze militairen, een fatsoenlijk salaris en een goede uitrusting. Miljardeninvesteringen zonder aantoonbare noodzaak steunen wij niet. Wij willen geen wapenwedloop.”