De SP spreekt zich in haar verkiezingsprogramma niet expliciet uit over het invoeren van een brede brugklas, maar benadrukt wel het belang van gelijke kansen, het tegengaan van segregatie en het verbinden van leerlingen met verschillende achtergronden in het onderwijs. De partij pleit voor kleinere klassen, gemengde scholen en het stoppen van scheiding op basis van geloof, afkomst of inkomen, waarmee ze impliciet de uitgangspunten van een brede brugklas ondersteunen.
De SP wil dat scholen plekken zijn waar kinderen samen opgroeien, ongeacht hun achtergrond, en verzet zich tegen het scheiden van leerlingen op basis van geloof, afkomst of inkomen. Dit sluit aan bij de kern van het brede brugklas-idee: leerlingen langer samen laten leren en ontwikkelen voordat ze worden gescheiden op niveau of richting.
“Scholen zijn dé plek waar kinderen samen opgroeien, van elkaar leren en een gezamenlijke toekomst opbouwen. De samenleving is niet meer verzuild. Leerlingen scheiden op basis van godsdienst of levensbeschouwing is daarom achterhaald en ongewenst.”
“Onderwijs moet verbinden, niet verdelen. Maar nu ontstaan door bijzonder onderwijs, privéscholen en dure bijlessen nieuwe muren tussen kinderen. Geloof, afkomst of inkomen mogen nooit bepalen of je welkom bent op school.”
De SP wil segregatie in het onderwijs tegengaan door te investeren in gemengde klassen en gelijke kansen voor alle kinderen, wat aansluit bij het doel van de brede brugklas om sociale en onderwijskansen te vergroten.
“Zowel op klasse als op etniciteit groeien kinderen op in verschillende en ongelijke werelden. Door alle scholen goed te financieren en met beleid te zorgen voor goede, kleine en gemengde klassen komt onze toekomst elkaar weer tegen.”
“We bestrijden de tweedeling en segregatie op school en in de buurt, bijvoorbeeld door woningen te bouwen in verschillende prijsklassen.”
GroenLinks-PvdA wil brede brugklassen invoeren zodat leerlingen pas op hun vijftiende een definitief schooladvies krijgen, met als doel gelijke kansen en minder vroege selectie. Ze ondersteunen scholen financieel met een "brede brugklasbonus" en investeren in ondersteuning voor leraren die lesgeven aan diverse groepen leerlingen. De kern van hun visie is dat een latere selectie en meer gemengde klassen de kansenongelijkheid in het onderwijs verkleinen.
GroenLinks-PvdA pleit voor een systeem waarin leerlingen langer samen in brede brugklassen blijven, zodat ze pas op hun vijftiende een definitief schooladvies krijgen. Dit moet de vroege selectie en bijbehorende kansenongelijkheid tegengaan. Scholen worden financieel ondersteund om deze brede brugklassen mogelijk te maken.
“We werken toe naar een systeem waar kinderen op hun vijftiende een definitief schooladvies krijgen. We ondersteunen scholen met een brede brugklasbonus, en helpen leraren om les te geven aan leerlingen met verschillende achtergronden.”
Het invoeren van brede brugklassen wordt gepresenteerd als een instrument om gelijke kansen te bevorderen. Door leerlingen langer samen te laten leren, wil de partij de invloed van achtergrond en vroege selectie op schoolloopbanen verkleinen.
“Onderwijs zou de grote gelijkmaker moeten zijn. Dat stimuleren we door ongelijk te investeren voor gelijke kansen en leraren te helpen die lesgeven in de meest kwetsbare wijken.”
“Brede brugklassen. We werken toe naar een systeem waar kinderen op hun vijftiende een definitief schooladvies krijgen.”
BIJ1 is voorstander van het stimuleren van brede brugklassen en scholengemeenschappen met verschillende schoolsoorten (vmbo, havo, vwo) om kansenongelijkheid tegen te gaan. Ze willen dat selectie en toetsing voor het voortgezet onderwijs later en anders plaatsvinden, en dat diploma’s gestapeld kunnen worden zonder extra eisen.
BIJ1 ziet brede brugklassen als een middel om kansenongelijkheid en onderadvisering te verminderen. Door leerlingen langer samen te laten leren en pas later te selecteren, krijgen kinderen met verschillende achtergronden gelijke kansen. Ook willen ze het mogelijk maken om diploma’s te stapelen zonder aanvullende eisen, zodat doorstroming eenvoudiger wordt.
“We moedigen brede brugklassen en scholengemeenschappen met verschillende schoolsoorten (vmbo, havo, vwo) aan. Diploma’s in het voortgezet onderwijs moeten gestapeld kunnen worden zonder aanvullende eisen.”
“De selectie en toetsing van basisschoolleerlingen voor het voortgezet onderwijs moet anders, en op een later moment.”
BVNL is tegen onderwijsnivellering en brede brugklassen; de partij wil het onderwijsniveau juist verhogen en pleit voor het behoud van differentiatie op basis van niveau. BVNL verzet zich tegen het verlagen van het onderwijsniveau en vindt dat middelmatigheid niet de norm mag zijn. Er wordt geen enkel concreet voorstel gedaan om brede brugklassen in te voeren; integendeel, BVNL positioneert zich duidelijk tegen deze ontwikkeling.
BVNL ziet brede brugklassen als een vorm van onderwijsnivellering die het niveau naar beneden bijstelt en middelmatigheid stimuleert. De partij wil juist het onderwijs differentiëren op basis van niveau, zodat leerlingen optimaal worden uitgedaagd en het onderwijsniveau omhoog gaat.
“We doen niet aan onderwijsnivellering door het niveau steeds verder naar beneden bij te stellen. Middelmatigheid mag niet de norm zijn.”
“BVNL wil de kwaliteit van het onderwijs verbeteren en geen inflatie van diploma’s. Daarom moeten we stoppen het onderwijsniveau naar beneden bij te stellen.”
Het CDA spreekt zich in haar verkiezingsprogramma uit vóór brede scholen en gezamenlijke huisvesting van verschillende niveaus, mits dit niet ten koste gaat van de eigenheid van leerlingen. Het programma noemt het belang van samen opgroeien en diversiteit, maar doet geen expliciet voorstel voor een verplichte brede brugklas; de nadruk ligt op ruimte voor diversiteit en keuzevrijheid voor ouders.
Het CDA is voorstander van brede scholen en het samenbrengen van verschillende onderwijsniveaus in één gebouw, zolang de eigenheid en diversiteit van leerlingen gewaarborgd blijven. Hiermee wil de partij gezamenlijke ontwikkeling stimuleren zonder uniformiteit op te leggen, en benadrukt het belang van keuzevrijheid voor ouders.
“Kinderen moeten zoveel mogelijk samen opgroeien. Wij zijn voor brede scholen en gezamenlijke huisvesting van verschillende niveaus op dezelfde school in één gebouw mits dit niet ten koste gaat van de eigenheid van leerlingen. Brede scholen moeten ruimte bieden voor diversiteit in talenten, lesstof en persoonlijke ontwikkeling, zodat gezamenlijkheid niet leidt tot uniformiteit maar tot wederzijdse verrijking.”
“Ouders zijn vrij in de schoolkeuze van hun kinderen. Het CDA staat pal voor artikel 23 van de Grondwet.”
D66 wil de selectie naar onderwijstype uitstellen door brede brugklassen in te voeren tot ongeveer 15 jaar, zodat kinderen langer samen onderwijs volgen en meer tijd krijgen om hun talenten te ontwikkelen. Hiermee wil D66 gelijke kansen bevorderen en het risico op een te laag schooladvies verkleinen. De partij koppelt dit aan investeringen in onderwijsachterstanden en ondersteuning voor kwetsbare leerlingen.
D66 pleit ervoor dat leerlingen pas rond hun 15e een keuze maken voor een onderwijstype, zodat zij langer samen in brede brugklassen zitten. Dit moet voorkomen dat kinderen te vroeg worden vastgezet op een bepaald niveau en vergroot de kansengelijkheid. Het beleid richt zich op het bieden van meer ontwikkeltijd en het tegengaan van te lage schooladviezen.
“D66 wil dat jongeren pas rond de leeftijd van 15 jaar kiezen welke route dan het best bij ze past. Tot die tijd zitten ze in brede brugklassen. Zo krijgen ze langer de tijd om zich te ontwikkelen. Hiermee verkleinen we ook het probleem van een te laag schooladvies.”
D66 verbindt de brede brugklas aan het aanpakken van onderwijsachterstanden en het bieden van extra hulp aan kwetsbare leerlingen. Door te investeren in deze programma’s wil de partij zorgen dat alle kinderen, ongeacht achtergrond, optimaal kunnen profiteren van de langere gezamenlijke onderwijstijd.
“We investeren in gelijke kansen op school. Daarom herstellen we het budget om onderwijsachterstanden aan te pakken. Dat is belangrijk voor programma’s zoals de brede brugklas en de hulp voor kwetsbare leerlingen in het voortgezet onderwijs.”
DENK is voorstander van het investeren in en uitbreiden van de brede brugklas om vroege selectie in het onderwijs tegen te gaan en kansengelijkheid te bevorderen. Ze willen hiermee voorkomen dat leerlingen te vroeg worden ingedeeld op onderwijsniveau, zodat ieder kind meer tijd krijgt om zich te ontwikkelen. De partij koppelt dit aan bredere investeringen in kansengelijkheid en eerlijke selectieprocedures.
DENK wil meer investeren in brede brugklassen en deze uitbreiden, omdat zij vinden dat vroege selectie de kansenongelijkheid vergroot. Door leerlingen langer samen te laten leren, krijgen zij meer tijd om hun talenten te ontwikkelen voordat er een definitieve schoolkeuze wordt gemaakt. Dit sluit aan bij hun bredere visie op kansengelijkheid in het onderwijs.
FVD is uitgesproken tegen de brede brugklas en soortgelijke 'middenschool'-experimenten. Zij willen differentiatie naar niveau behouden en beschermen categorale gymnasia, omdat zij vinden dat kwaliteit en ambitie niet mogen worden uitgevlakt. Hun beleid is gericht op het behouden van niveauverschillen en het stimuleren van talent, in plaats van het invoeren van brede brugklassen waar leerlingen langer samen les krijgen ongeacht niveau.
FVD verzet zich expliciet tegen de brede brugklas en vergelijkbare initiatieven die leerlingen langer op hetzelfde niveau houden. Zij zien deze als 'socialistische middenschool-experimenten' die volgens hen de kwaliteit en ambitie in het onderwijs ondermijnen. In plaats daarvan willen ze differentiatie naar niveau behouden en categorale gymnasia beschermen, zodat talentvolle leerlingen optimaal kunnen presteren.
“We behouden differentiatie naar niveau, wijzen socialistische middenschool-experimenten af en beschermen categorale gymnasia, zodat kwaliteit en ambitie niet worden uitgevlakt.”
“Scholen krijgen de vrijheid om extra vakken aan te bieden en differentiatie naar niveau blijft bestaan. Socialistische middenschool-experimenten wijzen wij af, en categorale gymnasia worden beschermd.”
De Partij voor de Dieren wil de vroege selectie in het voortgezet onderwijs afschaffen en structureel investeren in brede brugklassen, zodat leerlingen pas na twee tot drie jaar worden ingedeeld naar onderwijsniveau. Hiermee wil de partij kansenongelijkheid tegengaan en leerlingen meer tijd en ruimte geven om hun talenten te ontdekken in een inclusieve, kindgerichte omgeving.
De PvdD is tegen het huidige systeem van vroege selectie en pleit voor brede brugklassen waarin leerlingen langer samen les krijgen voordat ze worden ingedeeld naar niveau. Dit moet kansenongelijkheid verminderen en leerlingen de mogelijkheid geven hun eigen leerroute te ontdekken, met speciale aandacht voor inclusie en het tegengaan van onderwijsachterstanden.
“We stoppen met vroege selectie. We stimuleren middelbare scholen om brede brugklassen aan te bieden en pas na twee tot drie jaar klassen in te delen in specifieke onderwijsrichtingen. Leerlingen krijgen in deze brede scholengemeenschappen volop de ruimte om te ontdekken welke leerroute het beste bij hen past.”
“We investeren structureel in brede brugklassen, stellen de keuze voor een onderwijsniveau uit en dringen onderwijsachterstanden terug. We hebben hierbij speciale aandacht voor inclusie en houden het onderwijs vrij van commerciële invloeden.”
De ChristenUnie is voorstander van het later selecteren van leerlingen in het onderwijs en ziet brede en verlengde brugklassen als een manier om de overgang van primair naar voortgezet onderwijs soepeler te maken en kansengelijkheid te vergroten. Hun belangrijkste voorstel is om nu al in te zetten op brede en verlengde brugklassen, zodat kinderen langer samen onderwijs volgen voordat ze worden gescheiden op niveau. Dit past in hun bredere visie op gelijke kansen en het tegengaan van vroege selectie.
De ChristenUnie wil de kansen voor ieder kind eerlijker maken door de selectie voor het voortgezet onderwijs uit te stellen. Brede en verlengde brugklassen worden gezien als een concreet middel om de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs soepeler te laten verlopen en om kinderen langer gezamenlijk onderwijs te bieden, ongeacht hun achtergrond of niveau. Dit moet bijdragen aan gelijke kansen en het verminderen van ongelijkheid in het onderwijs.
“Door in te zetten op later selecteren zal de overgang van PO naar VO soepeler verlopen en worden de kansen voor ieder kind eerlijker. Daarvoor kan nu al ingezet worden op brede en verlengde brugklassen.”
De SGP is gematigd positief over het stimuleren van brede brugklassen, maar wijst een algemene verplichting tot uitstel van selectie voor alle leerlingen af. Ze willen praktijken die latere selectie bevorderen ondersteunen, maar scholen behouden de vrijheid om zelf te kiezen. De partij ziet brede brugklassen als een optie, niet als norm.
De SGP vindt het wenselijk dat selectie van leerlingen minder vroeg plaatsvindt en wil brede brugklassen aantrekkelijker maken, maar is tegen een verplicht uitstel van selectie voor iedereen. Ze erkennen dat brede brugklassen kunnen bijdragen aan latere selectie, maar scholen moeten hierin keuzevrijheid houden.
“Praktijken die ervoor zorgen dat selectie van leerlingen minder vroeg plaatsvindt worden gestimuleerd. Bijvoorbeeld door brede brugklassen aantrekkelijk te maken. Er komt geen verplicht uitstel van selectie van alle leerlingen.”
De VVD spreekt zich in haar verkiezingsprogramma niet expliciet uit over de invoering of het stimuleren van de brede brugklas. Er worden geen concrete beleidsvoorstellen gedaan die direct betrekking hebben op het concept van de brede brugklas; het programma richt zich vooral op maatwerk, flexibele leerroutes en het beter aansluiten op individuele talenten van leerlingen.
Het verkiezingsprogramma van de VVD bevat geen concrete voorstellen of standpunten over de brede brugklas. In plaats daarvan ligt de nadruk op maatwerkdiploma’s en het aanbieden van flexibele leerroutes, waarmee leerlingen vakken op verschillende niveaus kunnen afronden. Dit sluit aan bij het idee van meer individuele differentiatie, maar er wordt niet gesproken over het langer bij elkaar houden van leerlingen in een brede brugklas.
“We stimuleren scholen in het voortgezet onderwijs om flexibele leerroutes aan te bieden, waarin leerlingen vakken op verschillende niveaus kunnen afronden. Op het diploma wordt zichtbaar welk vak op welk niveau is behaald. Zo sluiten we beter aan op de talenten van leerlingen en vergroten we hun kans op succesvolle doorstroom.”
Volt pleit voor het invoeren van brede brugklassen in het funderend onderwijs om het selectiemoment voor leerlingen uit te stellen en zo kansengelijkheid te bevorderen. Ze willen hiermee voorkomen dat kinderen te vroeg worden ingedeeld op schoolniveau, en streven naar een eerlijker en kindgerichter onderwijssysteem.
Volt wil het selectiemoment in het onderwijs uitstellen door brede brugklassen in te voeren, zodat kinderen langer samen onderwijs volgen voordat ze worden ingedeeld op niveau. Dit moet bijdragen aan gelijke kansen en het verminderen van vroege selectie op basis van achtergrond of prestaties.
“We kiezen ook voor een later selectiemoment in het funderend onderwijs door in te zetten op brede brugklassen.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma