De SGP wil bouwen op landbouwgrond alleen toestaan als het echt noodzakelijk is, met behoud van vruchtbare landbouwgrond als uitgangspunt. Binnenstedelijk bouwen en hergebruik van bestaande ruimte krijgen prioriteit, maar uitbreiding buiten de stad wordt niet uitgesloten als de woningnood daarom vraagt. Vruchtbare landbouwgrond moet zoveel mogelijk behouden blijven voor voedselproductie.
De SGP vindt dat vruchtbare landbouwgrond zoveel mogelijk behouden moet blijven voor voedselproductie en ziet bouwen op deze grond als laatste optie. Dit standpunt komt voort uit het belang dat de partij hecht aan voedselzekerheid, rentmeesterschap en het beschermen van de agrarische sector.
De SGP erkent de noodzaak van woningbouw en staat bouwen buiten de stad toe als binnenstedelijke mogelijkheden uitgeput zijn. De partij wil echter zorgvuldig omgaan met de beschikbare ruimte en ziet uitbreiding op landbouwgrond als een laatste redmiddel bij urgente woningnood.
“Er wordt niet alleen binnenstedelijk, maar ook buitenstedelijk gebouwd. Tegelijk gaan we wel als een goed rentmeester met de beschikbare ruimte om. Verdichten als het kan, uitbreiden als het moet!”
“Waar nodig moeten provincies hiervoor meer ruimte bieden, zeker als die nodig is om te voorzien in de vraag naar woningen vanuit de eigen woonkern.”
“Regionale spreiding van nieuwbouw is belangrijk. Niet alleen in de grote steden, maar ook in de regio moet stevig gebouwd worden.”
De SGP geeft prioriteit aan het benutten van bestaande woningvoorraad, transformatie van leegstaande panden en verdichting, voordat wordt overgegaan tot bouwen op landbouwgrond. Dit moet onnodig ruimtebeslag op landbouwgrond voorkomen.
“Binnenstedelijk liggen er nog tal van kansen, onder andere door het transformeren van leegstaande winkel- en kantoorpanden. De SGP wil dat we de bestaande woningvoorraad veel beter gaan benutten door optoppen, splitsen en hospitaverhuur mogelijk te maken.”
De VVD wil het woningtekort oplossen door grootschalig te bouwen, ook aan de randen van steden en dorpen, waar bouwen goedkoper is en vaak landbouwgrond wordt gebruikt. Ze willen beperkingen op bouwen in het groen verminderen en landelijke regie voeren om gemeenten te dwingen tot meer woningbouw, zelfs als dat ten koste gaat van landbouwgrond. De partij kiest expliciet voor het schrappen van regels die bouwen buiten de bestaande stad tegenhouden.
De VVD kiest ervoor om nieuwe woonwijken vooral aan de randen van steden en dorpen te bouwen, waar vaak landbouwgrond wordt gebruikt. Dit wordt gezien als een noodzakelijke maatregel om het woningtekort snel en betaalbaar op te lossen, ondanks mogelijke gevolgen voor het landschap of de landbouw.
De VVD wil provinciale en gemeentelijke regels die bouwen in het groen (waaronder landbouwgrond) tegenhouden, beperken of schrappen. Dit moet het makkelijker maken om buiten bestaande stads- en dorpsgrenzen te bouwen.
De VVD wil dat het Rijk bepaalt waar, hoeveel en welke woningen gebouwd worden, inclusief op locaties buiten de bestaande stad, en gemeenten daartoe verplichten via een tijdelijke nationale wet. Dit betekent dat lokale bezwaren tegen bouwen op landbouwgrond makkelijker terzijde kunnen worden geschoven.
Om bouw op (onder andere) landbouwgrond te versnellen, wil de VVD bezwaarprocedures inkorten en griffierechten verhogen, zodat juridische vertragingen minder kans krijgen.
De PVV wil het woningtekort aanpakken door grootschalige woningbouw mogelijk te maken, ook buiten de bestaande stadsgrenzen. Zij pleiten voor het versoepelen van natuur- en stikstofregels die woningbouw op landbouwgrond belemmeren, maar zijn fel tegen gedwongen uitkoop of onteigening van boeren. De partij kiest voor het verminderen van Natura 2000-gebieden en snellere bestemmingswijzigingen, maar wil landbouwgrond niet verplicht afnemen voor woningbouw.
De PVV vindt dat het woningtekort vraagt om nieuwe, grootschalige woningbouwlocaties buiten de bestaande stad. Dit impliceert bouwen op landbouwgrond, waarvoor zij procedures willen versnellen en regels versoepelen. De partij ziet het als noodzakelijk om de woningnood op te lossen, maar zonder boeren te dwingen hun grond af te staan.
“Daarnaast moeten we volop buitenstedelijk gaan bouwen: méér nieuwe, grootschalige woningbouwlocaties. Niet alleen straatjes erbij, maar ook hele buurten en wijken.”
“Door wijziging van de bestemming (woningbouw) wordt grond meer waard. Met de invoering van een planbatenheffing zetten we een deel daarvan in om méér betaalbare woningen te bouwen en gaan we grondspeculatie tegen.”
De PVV ziet Europese natuur- en stikstofregels als een belangrijke belemmering voor woningbouw op landbouwgrond. Zij willen deze regels versoepelen, het aantal Natura 2000-gebieden verminderen en de kritische depositiewaarden uit de wet halen, zodat bouwen op landbouwgrond makkelijker wordt.
“Landbouw, woningbouw en wegenbouw zitten klem, omdat Nederland veel te veel Natura 2000-gebieden heeft aangewezen én zichzelf veel te strenge stikstofdoelen heeft opgelegd.”
“Wij zijn er helemaal klaar mee... eisen we versoepeling van de regels – van de Vogel- en de Habitatrichtlijn tot en met de verplichte emissiereductie. Ook willen we het aantal gebieden met een Natura 2000-status verminderen – of gebieden verkleinen.”
“Tot die tijd verhogen we direct de rekenkundige ondergrens naar minimaal 1 mol en halen we de kritische depositiewaarden uit de wet. Wij willen immers als de wiederweerga nieuwe woningen bouwen!”
Hoewel de PVV ruimte wil creëren voor woningbouw, is zij principieel tegen het gedwongen uitkopen of onteigenen van boeren voor bouwdoeleinden. De partij wil dat boeren vrijwillig kunnen besluiten hun grond te verkopen, maar sluit dwangmaatregelen uit.
De Partij voor de Dieren is zeer terughoudend met bouwen op landbouwgrond en wil het overgrote deel van vrijkomende landbouwgrond omzetten in natuur. Alleen aan de rand van bestaande woonkernen kan beperkt gebouwd worden, mits dit niet ten koste gaat van natuur, leefbaarheid en cultuurhistorie. De partij stelt als voorwaarde dat woningbouw vooral plaatsvindt na het benutten van bestaande bebouwing en dat natuurherstel altijd prioriteit heeft.
PvdD wil slechts in uitzonderlijke gevallen bouwen op landbouwgrond toestaan, namelijk aan de rand van bestaande woonkernen en alleen als natuur, leefbaarheid en cultuurhistorie niet worden aangetast. Het grootste deel van vrijgekomen landbouwgrond moet worden omgezet in natuur om biodiversiteit te herstellen. Bouwen op landbouwgrond is dus geen standaardoplossing voor het woningtekort, maar een laatste stap na hergebruik van bestaande bebouwing.
“Verreweg het grootste deel daarvan zetten we om naar natuur zodat de biodiversiteit kan herstellen. Zo ontstaat ruimte voor woningen aan de rand van bestaande woonkernen, zonder dat dit ten koste gaat van leefbaarheid, landschaps- en cultuurhistorie en de natuur.”
“We maken ruimte voor woningen. Door te kiezen voor een krimp met 75% van het aantal dieren dat wordt gefokt en gedood in de veehouderij wordt de stikstofcrisis opgelost, komt er veel landbouwgrond en agrarische bebouwing vrij. Naast herstel van de natuur ontstaat zo ruimte voor woningen.”
“Allereerst wordt bestaande bebouwing slimmer benut... Vervolgens wordt er waar dat niet volstaat, gebouwd aan de rand van bestaande woonkernen.”
“Daarnaast zorgen we ervoor dat bebouwing aan de rand van bestaande woonkernen plaatsvindt. Zo scheppen we ruimte voor de natuur en verbeteren we tegelijkertijd het leefklimaat, de woonomgeving en de biodiversiteit.”
De partij ziet het vrijkomen van landbouwgrond vooral als kans voor natuurherstel, niet als bouwlocatie. Slechts een klein deel van de grond kan eventueel voor woningbouw worden gebruikt, maar natuurherstel is het uitgangspunt.
“Een deel van de landbouwgrond wordt omgevormd tot natuur. Eigenaars worden gecompenseerd voor de verandering en bestemming van de grond.”
“Door boeren te helpen overschakelen naar plantaardige landbouw komt er veel grond vrij die we veel beter kunnen verdelen. Verreweg het grootste deel daarvan zetten we om naar natuur zodat de biodiversiteit kan herstellen.”
PvdD ziet bio-based productie (zoals vlas, hennep, stro, lisdodde, olifantsgras en hout) als een duurzaam alternatief gebruik van vrijkomende landbouwgrond, mits dit niet tot natuurdegradatie leidt. Dit wordt als prioriteit genoemd boven woningbouw.
“Wanneer het aantal dieren in de veehouderij krimpt, komt er landbouwgrond vrij voor onder meer natuur, maar ook voor bio-based productie, zoals de teelt van vlas, hennep, stro, lisdodde, olifantsgras en hout (productiebossen). We stellen daarbij als voorwaarde dat bio-based productie niet tot natuurdegradatie leidt.”
De ChristenUnie wil bouwen op landbouwgrond zoveel mogelijk beperken en kiest primair voor binnenstedelijke verdichting, maar erkent dat grotere nieuwbouwlocaties buiten dorpen en steden soms noodzakelijk zijn. Als bouwen op landbouwgrond toch nodig is, moet dit gebeuren op toekomstbestendige, goed bereikbare plekken, met respect voor water, bodem en het landschap. Speculatie met landbouwgrond wordt actief tegengegaan en gemeenten krijgen meer regie over grondbeleid.
De ChristenUnie vindt dat bouwen eerst binnen dorpen en steden moet plaatsvinden om het open landschap en landbouwgrond te sparen. Alleen als het echt niet anders kan, worden grotere nieuwbouwlocaties buiten de bebouwde kom overwogen, waarbij zorgvuldigheid voor bodem, water en bereikbaarheid centraal staat.
“We bouwen waar dat kan eerst binnen de dorpen en steden. Vooral in dorpen stimuleren we uitbreidingen met ‘een buurtje erbij’... Grotere nieuwbouwlocaties buiten de dorpen en steden, die nodig zijn om de woningnood op te lossen, worden gebouwd op plekken die verantwoord zijn qua gesteldheid van water en bodem én goed bereikbaar zijn met het openbaar vervoer.”
“Door te bouwen op plekken waar de infrastructuur al ligt, voorkomen we dat open landschap verdwijnt en houden we voorzieningen bereikbaar.”
De partij wil grondspeculatie tegengaan en de waardestijging bij bestemmingswijziging van landbouwgrond eerlijker verdelen. Gemeenten moeten actiever sturen op grondbeleid om te voorkomen dat landbouwgrond onnodig wordt omgezet in bouwgrond en om leegstand tegen te gaan.
“Daarom zijn we voor een belasting op de winst die ontstaat als grond bouwgrond wordt (planbatenheffing), we pakken hiermee ook grondspeculatie aan. Gemeenten moeten actiever met hun grond omgaan.”
“We maken de instrumenten waar nodig makkelijker in gebruik, zodat er sneller en betaalbaar gebouwd wordt en leegstand effectief wordt aangepakt.”
De ChristenUnie benadrukt het belang van zorgvuldig omgaan met ruimte, met respect voor historische landschappen en toekomstige generaties. Bouwen op landbouwgrond mag alleen als het echt niet anders kan en moet altijd toekomstbestendig en duurzaam zijn.
D66 kiest ervoor om woningbouw vooral te concentreren bij bestaande steden en ov-knooppunten, met respect voor natuur en zorgvuldig ruimtegebruik. Bouwen op landbouwgrond wordt niet expliciet uitgesloten, maar D66 benadrukt dat natuur en landbouw niet verder onder druk mogen komen te staan en dat keuzes per gebied zorgvuldig worden afgewogen. De partij wil dat nieuwe steden en woningbouwprojecten niet ten koste gaan van natuur en landbouw, maar zoekt naar een balans waarbij bestaande ruimte optimaal wordt benut.
D66 wil de bouw van nieuwe woningen en steden vooral realiseren bij bestaande steden of kernen en bij grote ov-knooppunten, om zo het open landschap en landbouwgrond zoveel mogelijk te sparen. De partij erkent de noodzaak van meer woningen, maar wil dit doen met respect voor natuur en bestaande gemeenschappen.
“D66 wil tien nieuwe steden bouwen, vooral bij bestaande steden of kernen en bij grote ov-knooppunten. Dit doen we met respect voor de natuur.”
“Oók als we bouwen naast bestaande steden of kernen. Zo bouwen niet alleen meer huizen, maar versterken we ook de bestaande gemeenschappen.”
D66 stelt dat nieuwe ontwikkelingen, waaronder woningbouw, de natuur niet verder mogen belasten en dat natuur en landbouw beschermd moeten worden. De partij pleit voor een natuurinclusieve benadering bij alle ruimtelijke keuzes, waarbij het verlies van landbouwgrond zoveel mogelijk wordt voorkomen.
D66 wil ruimtelijke keuzes, waaronder woningbouw, per gebied maken op basis van het principe 'bodem en water sturend', wat inhoudt dat de geschiktheid van de grond (waaronder landbouwgrond) leidend is voor wat waar gebouwd wordt. Dit kan betekenen dat op sommige landbouwgronden niet gebouwd wordt vanwege waterhuishouding of natuurwaarden.
“Om te bepalen wat we waar doen, hanteren we het principe van ‘bodem en water sturend’. Dat betekent bijvoorbeeld dat we bouwen op hogere grond als er overstromingsgevaar is.”
D66 wil dat er eerst gekeken wordt naar het beter benutten van bestaande gebouwen en ruimte binnen steden, voordat er eventueel naar landbouwgrond wordt gekeken voor woningbouw. Dit moet onnodig ruimtebeslag op landbouwgrond voorkomen.
“Daarom moeten we nu al beginnen met beter gebruik van wat er al is. Door lege gebouwen om te bouwen, extra verdiepingen toe te voegen en oude gebouwen te herontwikkelen. We onderzoeken waar we meer huizen in bestaande wijken kunnen toevoegen.”
NSC wil landbouwgrond in Nederland in principe beschermen tegen bebouwing, vooral in gebieden die als agrarische hoofdstructuur zijn aangewezen. Bouwen op landbouwgrond wordt niet uitgesloten, maar krijgt een zeer terughoudende benadering: woningbouw moet primair plaatsvinden op andere locaties, terwijl vruchtbare landbouwgrond behouden blijft voor voedselproductie en maatschappelijke landbouw. Alleen waar het echt niet anders kan, lijkt bebouwing op landbouwgrond bespreekbaar, maar altijd met oog voor het publieke belang en natuurherstel.
NSC kiest ervoor om vruchtbare landbouwgrond te beschermen en te reserveren voor voedselproductie en maatschappelijke landbouw. Dit standpunt is bedoeld om de voedselzekerheid te waarborgen en de positie van Nederlandse boeren te versterken, en adresseert direct het risico dat woningbouw ten koste gaat van landbouwgrond.
“Voor de akkerbouw en veeteelt wijzen we daarom geschikte gronden aan als agrarische hoofdstructuur. In dit gebied wordt landbouwgrond beschermd en krijgen innovatieve gezinsbedrijven ruimte om duurzaam te produceren voor de nationale en internationale markt.”
“Verder willen we landbouwgrond bestemmen voor maatschappelijke landbouw, met minder dieren en meer ruimte voor natuurherstel. Boeren ontvangen hiervoor een vaste vergoeding.”
NSC stuurt aan op woningbouw op rijksgronden, verouderde terreinen en aan de randen van steden en dorpen, en noemt landbouwgrond niet als primaire bouwlocatie. Dit beleid is bedoeld om de druk op landbouwgrond te minimaliseren en eerst andere mogelijkheden te benutten.
Indien landbouwgrond toch wordt omgezet naar bouwgrond, wil NSC dat de waardestijging niet naar private partijen gaat, maar wordt afgeroomd voor publieke doelen zoals gebiedsontwikkeling of sociale woningbouw. Dit voorkomt speculatie en zorgt dat de gemeenschap profiteert van eventuele bebouwing op landbouwgrond.
“Waardestijgingen die uitsluitend voortkomen uit bestemmingswijzigingen worden afgeroomd voor het publieke belang.”
“Er komt een gemeentelijke heffing om grondspeculatie tegen te gaan. Als grond in waarde stijgt, moet dat extra geld gaan naar de gebiedsontwikkeling of sociale woningbouw.”
BBB is uitgesproken tegen het klakkeloos bouwen op landbouwgrond en wil vruchtbare landbouwgrond beschermen tegen herbestemming voor woningbouw of andere functies. De partij pleit voor het benutten van bestaande bebouwing, het vereenvoudigen van bouwen op eigen erf, en het zoeken naar alternatieven zoals uitbreiding in natuurgebied voor Defensie, zodat landbouwgrond behouden blijft voor voedselproductie en de agrarische sector.
BBB beschouwt landbouwgrond als strategisch belangrijk voor voedselzekerheid en wil deze grond beschermen tegen herbestemming voor woningbouw, distributiecentra of andere niet-agrarische functies. De partij ziet het behoud van landbouwgrond als essentieel voor de economie, voedselvoorziening en het landschap, en wil dat woningbouw geen belemmering vormt voor omliggende agrarische bedrijven.
“Onze vruchtbare landbouwgrond is waardevol. BBB zal ervoor waken dat deze niet klakkeloos wordt herbestemd omdat er andere aanspraken op worden gedaan.”
“Om vruchtbare landbouwgrond te beschermen mogen nieuwe woningen in het buitengebied geen belemmering vormen voor omliggende agrarische bedrijven.”
“Defensie moet de mogelijkheid krijgen om uit te breiden in natuurgebied, zodat landbouwgrond goed wordt beschermd om het agrarisch gebruik te behouden.”
BBB wil woningbouw vooral realiseren door bestaande agrarische panden te herbestemmen en bouwen op het eigen erf te vergemakkelijken, in plaats van nieuwe woningen op open landbouwgrond te plaatsen. Dit moet bijdragen aan het behoud van het agrarisch landschap en tegelijkertijd voorzien in de woningbehoefte op het platteland.
“Leegstaande panden ombouwen tot woningen, zoals voormalige boerderijen, kantoren en fabrieken, moet makkelijker worden. Bouwen op eigen erf kan sinds de Wet Versterking Regie Volkshuisvesting. Dit moet maximaal worden benut en gemeenten moeten hiervoor duidelijke instructies krijgen.”
BBB stelt voedselzekerheid centraal bij ruimtelijke ordening en wil dat het belang van voedselproductie altijd wordt meegewogen bij het verdelen van schaarse ruimte, zodat landbouwgrond niet zomaar wordt opgeofferd voor andere doeleinden.
“Waarin het belang van voedselzekerheid altijd wordt meegewogen bij de verdeling van schaarse ruimte in het landelijk gebied.”
Het CDA erkent de noodzaak om ruimte te maken voor woningbouw, maar benadrukt het belang van zorgvuldig omgaan met landbouwgrond en het beschermen van het agrarisch landschap. De partij wil bouwen mogelijk maken waar nodig, maar pleit voor een goede ruimtelijke ordening en het behoud van landbouwgrond voor voedselproductie, met maatwerk per gebied en het inzetten van regionale grondbanken voor herinrichting. Grootschalige woningbouw op landbouwgrond wordt alleen overwogen als andere opties niet volstaan en met oog voor balans tussen wonen, landbouw en natuur.
Het CDA ziet de druk op de ruimte en erkent dat woningbouw soms op landbouwgrond nodig kan zijn, maar wil dit alleen doen met zorgvuldige afwegingen en maatwerk per gebied. De partij benadrukt het belang van voedselzekerheid, toekomstperspectief voor boeren en het duurzaam beheren van het landschap. Ruimtelijke ordening en regie van de overheid zijn volgens het CDA essentieel om belangen van landbouw, natuur en woningbouw in balans te brengen.
“We moeten het landschap duurzaam beheren, het welzijn van dieren verhogen, het klimaat en de bodem verbeteren en ruimte scheppen voor andere maatschappelijke prioriteiten, zoals natuur, woningbouw, water en energietransitie.”
“Elke vierkante meter in Nederland heeft een functie. Willen we ons land vitaal houden dan moeten we aan de slag. ... We willen kansrijke gebieden in steden herbestemmen, de stad leefbaar houden en de regio bereikbaar. We willen ruimte voor de agrarische sector en kwalitatieve natuur. We hebben nieuwe ruimte nodig voor de energietransitie, defensie, bereikbaarheid, grootschalige woningbouw of ‘een straatje erbij’. Dat vraagt om goede ruimtelijke ordening.”
“Voor boeren en vissers een eerlijke prijs voor het voedsel dat ze produceren, ruimte om te kunnen ondernemen, grond die betaalbaar is. Voor toekomstperspectief voor jonge boeren, zodat ze de transitie kunnen meemaken. De natuur moet worden versterkt...”
Om de schaarse ruimte beter te verdelen en landbouwgrond te beschermen waar mogelijk, stelt het CDA voor om regionale grondbanken in te zetten. Deze moeten onder regie van regionale commissies zorgen voor herinrichting van landbouw en natuur, zodat grondmobiliteit ontstaat en landbouwgrond niet onnodig verloren gaat aan woningbouw.
“Om grondmobiliteit te creëren komen er regionale grondbanken onder de regie van regionale landinrichtingscommissies om zo herinrichting van landbouw en natuur te creëren.”
Het CDA pleit voor maatwerk per gebied, waarbij per regio wordt gekeken wat mogelijk en wenselijk is. Dit betekent dat bouwen op landbouwgrond alleen gebeurt als het echt niet anders kan en altijd met oog voor de unieke kenmerken van het gebied en het belang van voedselproductie.
“Elk gebied is uniek en verdient een eigen aanpak, beleid en maatregelen, die werkelijk bijdragen aan betere natuur en uitvoerbaar zijn op het boerenerf.”
GroenLinks-PvdA vindt dat bouwen op landbouwgrond noodzakelijk is om de woningnood op te lossen, maar wil dit vooral doen waar andere belangen kunnen inschikken, zoals bij intensieve veehouderij. Ze stellen voor om landbouwgrond actief te bestemmen voor woningbouw, vooral rondom steden en waar de veestapel krimpt, en willen dat de overheid regie neemt door grond op te kopen en te herbestemmen.
GroenLinks-PvdA ziet het bestemmen van landbouwgrond voor woningbouw als essentieel om voldoende nieuwe woningen te realiseren. Dit gebeurt vooral waar andere belangen, zoals intensieve veehouderij, kunnen wijken. De partij wil bindende afspraken met gemeenten en provincies en benadrukt dat dit nodig is om de bouw van 100.000 woningen per jaar mogelijk te maken.
“We gaan landbouwgrond bestemmen voor woningbouw en doen hetzelfde met verloederde bedrijventerreinen, leegstaande binnenstedelijke locaties en grond van ontwikkelaars die jarenlang niet ontwikkelen.”
“Dat betekent dat andere belangen zullen moeten inschikken, zoals de veehouderij en de luchtvaart.”
De partij wil dat de overheid actief grond opkoopt, inclusief landbouwgrond, om sneller te kunnen bouwen en speculatie tegen te gaan. Door een Rijksgrondbank op te richten en het eerste recht van koop te vestigen op grond rondom bebouwd gebied, krijgt de overheid meer regie over waar gebouwd wordt.
“Wij maken duidelijke keuzes hoe we onze schaarse grond inzetten. Daarom gaan we actief grond opkopen zodat grond weer in publieke handen komt, moeten de intensieve veehouderij en verloederde bedrijventerreinen plaatsmaken voor woningen...”
“We passen de wet aan om een voorkeursrecht te vestigen op grond rondom bebouwd gebied, met prioriteit voor grond voor de bouw van nieuwbouwwoningen.”
GroenLinks-PvdA koppelt het bouwen op landbouwgrond aan het terugdringen van de intensieve veehouderij. Door veehouders uit te kopen, vooral rondom natuurgebieden, ontstaat ruimte voor woningbouw en wordt de stikstofimpasse doorbroken.
“Rondom natuurgebieden als de Veluwe en de Peel starten we direct met het uitkopen van intensieve veehouders zodat binnen een half jaar de vergunningverlening voor woningbouw weer loopt.”
JA21 is terughoudend over bouwen op landbouwgrond en benadrukt het belang van het behoud van landbouw voor voedselzekerheid en natuurbeheer. De partij pleit voor het benutten van bestaande vastgoedvoorraad en het aanwijzen van nieuwe locaties voor woningbouw, maar noemt nergens expliciet dat landbouwgrond hiervoor ingezet moet worden. JA21 ziet landbouw en woningbouw als sectoren die beide beschermd en zorgvuldig afgewogen moeten worden, zonder gedwongen uitkoop van boeren of grootschalige omzetting van landbouwgrond.
JA21 beschouwt landbouwgrond als essentieel voor voedselzekerheid, natuurbeheer en de Nederlandse economie. De partij verzet zich tegen het lukraak uitkopen van boeren en het omzetten van landbouwgrond voor andere doeleinden, en benadrukt het belang van een solide voedselproducerende sector. Dit standpunt adresseert het probleem van het verlies van landbouwgrond door woningbouw of natuurmaatregelen en onderstreept het belang van behoud en efficiënt gebruik van bestaande landbouwgrond.
“Het lukraak uitkopen van boeren voor miljarden euro’s is waanzinnig kostbaar en doet feitelijk weinig voor onze natuur. JA21 is en blijft fel gekant tegen de gedwongen uitkoop van agrariërs.”
“De Nederlandse land- en tuinbouw beslaat ruim 2 miljoen hectare en is daarmee een onmisbaar onderdeel van onze ruimtelijke ordening.”
“JA21 wil de positie van de Nederlandse agrosector de komende jaren blijven ondersteunen door vanuit Den Haag te sturen op lange termijn zekerheid en voorspelbaarheid in het landbouwbeleid.”
JA21 wil woningbouw vooral versnellen door bestaande vastgoedvoorraad te benutten, te transformeren en nieuwe locaties aan te wijzen, zonder expliciet landbouwgrond te noemen als primaire optie. Dit standpunt adresseert het woningtekort, maar kiest voor oplossingen die niet direct ten koste gaan van landbouwgrond.
“Het benutten van de huidige vastgoedvoorraad door optoppen, transformeren en splitsen van gebouwen en woningen waardoor gebruik gemaakt kan worden van bestaande infrastructuur en de stikstofuitstoot beperkter is.”
“Een nieuwe nota Ruimte realiseren waarbij nieuwe locaties voor woningbouw worden aangewezen.”
De SP is zeer terughoudend over bouwen op landbouwgrond en wil landbouwgrond primair behouden voor duurzame, natuurinclusieve landbouw en jonge boeren. De partij verzet zich tegen speculatie en commerciële bebouwing van landbouwgrond, en stelt dat grond voor wonen of landbouw altijd in publieke handen moet blijven en beschikbaar moet zijn voor maatschappelijke doelen, niet voor winstbejag. Bouwen op landbouwgrond wordt alleen overwogen als het publieke belang dat vereist, met strikte voorwaarden en publieke regie.
De SP vindt dat landbouwgrond in de eerste plaats beschikbaar moet blijven voor boeren die duurzaam werken, en dat speculatie of commerciële bebouwing moet worden tegengegaan. De partij wil een Publiek Landfonds oprichten om landbouwgrond te beschermen en jonge boeren toegang te geven, en verbiedt speculatie door banken en investeerders.
“Speculatie op landbouwgrond door banken, pensioenfondsen en buitenlandse investeerders wordt verboden. Dit zogenoemde land grabbing maken we een einde aan, zodat grond in handen blijft van boeren en gemeenschappen.”
“Er komt een Publiek Landfonds dat landbouwgrond opkoopt en beschikbaar stelt aan jonge en startende boeren die willen werken aan een circulaire en duurzame landbouw.”
De SP stelt dat bouwen op grond (waaronder landbouwgrond) alleen mag als het publieke belang dat vereist, en dat de overheid dan altijd de grond voor een redelijk bedrag moet kunnen verkrijgen. Grondspeculatie en winstbejag worden actief tegengegaan.
“Dus als we grond nodig hebben om te bouwen moet de overheid die in alle gevallen voor een redelijk bedrag kunnen verkrijgen.”
“Grondbezitters en speculanten ... belasten we zwaarder. Speculanten die onnodig wachten met bouwen en hun belang boven die van de samenleving zetten zullen wij onteigenen.”
De SP verzet zich tegen grootschalige functieverandering van landbouwgrond voor andere doeleinden dan duurzame landbouw, natuur of maatschappelijke doelen. De partij wil actieve overheidsregie om te voorkomen dat landbouwgrond verdwijnt door commerciële belangen.
“De overheid grijpt actief in op de grondmarkt, zodat gronden beschikbaar blijven voor boeren die duurzaam en in balans met hun omgeving willen werken.”
BVNL is uitgesproken tegen het opofferen van landbouwgrond voor woningbouw of zonneparken en wil landbouwgrond behouden voor voedselproductie. Zij pleiten voor woningbouw binnen bestaande ruimte, deregulering en het schrappen van belemmerende regelgeving, maar verzetten zich expliciet tegen het bebouwen van landbouwgrond voor andere doeleinden.
BVNL vindt dat landbouwgrond niet mag worden gebruikt voor woningbouw of zonne-akkers, omdat dit ten koste gaat van de voedselproductie en de positie van boeren. Zij willen dat de bestaande landbouwgrond behouden blijft en niet wordt opgeofferd aan andere functies.
BVNL wil woningbouw stimuleren door bestaande ruimte efficiënter te gebruiken, zoals het splitsen van woningen, optoppen en transformatie van bestaande gebouwen, in plaats van uitbreiden op landbouwgrond.
“Dit leidt onmiddellijk tot meer woningen, zonder dat hiervoor extra ruimte wordt gebruikt.”
“Pas landelijk bestemmingsplannen aan, zodat extra verdiepingen op bestaande gebouwen kunnen worden gebouwd (het zogenaamde optoppen) en bouw überhaupt meer in de hoogte om kostbare ruimte te besparen.”
Volt erkent dat bouwen op landbouwgrond een belangrijke rol speelt in het oplossen van de wooncrisis, maar wil speculatie en prijsopdrijving tegengaan door waardevermeerdering van landbouwgrond bij bestemmingswijziging fiscaal te belasten. Ze pleiten voor een duidelijke ruimtelijke visie waarin keuzes worden gemaakt over waar gebouwd mag worden, met oog voor een duurzame balans tussen landbouw, wonen en natuur.
Volt wil het speculeren met landbouwgrond tegengaan door de waardestijging bij bestemmingswijziging naar bouwgrond te belasten. Dit moet ervoor zorgen dat grond sneller en goedkoper beschikbaar komt voor woningbouw, en voorkomt dat grondeigenaren profiteren van publieke investeringen zonder bij te dragen aan de samenleving.
“de waardevermeerdering van bijvoorbeeld landbouwgrond die voor bouwgrond bestemd wordt fiscaal te belasten, waardoor grond naar verwachting eerder beschikbaar komt voor een lagere prijs.”
“Om sneller meer ruimte beschikbaar te maken voor nieuwbouw en de kosten van bouwprojecten en nieuwe woningen te verlagen wil Volt het speculeren met bouwgrond tegengaan. Dat doen we door de waardevermeerdering van bijvoorbeeld landbouwgrond die voor bouwgrond bestemd wordt fiscaal te belasten, waardoor grond naar verwachting eerder beschikbaar komt voor een lagere prijs.”
Volt wil dat er op nationaal niveau duidelijke keuzes worden gemaakt over waar gebouwd mag worden, zodat landbouw, wonen, natuur en andere functies in balans blijven. Dit voorkomt willekeurige bebouwing van landbouwgrond en biedt duidelijkheid aan alle betrokken partijen.
“In de nieuwe Nota Ruimte moet het kabinet duidelijke keuzes neerleggen over waar we in Nederland ruimte maken voor landbouw, wonen, natuur, industrie en infrastructuur.”
“We trekken de stekker uit het vervuilende Tata Steel en bouwen Tata-stad. Maken keuzes over waar wel en geen ruimte is voor landbouw. Woningen bouwen we duurzaam en betaalbaar.”
50PLUS spreekt zich in het verkiezingsprogramma niet expliciet uit over het toestaan of verbieden van bouwen op landbouwgrond. Het programma benadrukt vooral het belang van de agrarische sector en het behoud van landbouwgrond, zonder concrete voorstellen te doen over woningbouw of andere bouwactiviteiten op landbouwgrond.
50PLUS waardeert de Nederlandse boerenstand en ziet het belang van landbouwgrond vooral in het kader van voedselzekerheid en economische kracht. Er wordt geen expliciet standpunt ingenomen over het omzetten van landbouwgrond naar bouwgrond; de nadruk ligt op het beschermen van de agrarische sector en het bieden van perspectief aan jonge boeren.
“50PLUS is trots op de Nederlandse boerenstand en de geweldige sectoren die zij hebben opgebouwd. Onze hele samenleving profiteert mee van deze exportsector. Onze agrariërs hebben de hele wereld laten zien hoe je maximale productie haalt uit een minimale hoeveelheid grond. Wij willen bijdragen aan een goed perspectief voor de jonge ondernemers in de agrarische sector in Nederland.”
“We kiezen voor: • Boeren die vernieuwen en bijdragen aan voedselzekerheid en natuurherstel.”
BIJ1 is kritisch op het bouwen op landbouwgrond en wil landbouwgrond beschermen tegen speculatie en winstgedreven bouw. Ze pleiten ervoor om kostbare bouw- en landbouwgrond terug te nemen uit handen van speculanten en deze uitsluitend in te zetten voor sociale woningbouw, waarbij de grond in collectief eigendom blijft. Het bouwen op landbouwgrond is dus alleen toegestaan als het publieke belang, zoals sociale woningbouw, vooropstaat en speculatie wordt uitgesloten.
BIJ1 wil voorkomen dat landbouwgrond wordt gebruikt voor winstgedreven projecten of speculatie. Ze stellen dat bouw- en landbouwgrond niet in handen mag zijn van private partijen die deze grond oppotten voor eigen gewin. In plaats daarvan moet deze grond worden teruggenomen en ingezet voor de bouw van sociale woningen, waarbij het collectief eigendom en het publieke belang centraal staan.
“Kostbare bouw- en landbouwgrond hoort niet in handen van speculanten zoals ASR, die 46.000 hectare oppotten en dat gebruiken om de overheid te chanteren. Deze grond pakken we terug en gebruiken we voor de bouw van sociale woningen.”
“Nieuwe woningbouw mag voortaan alleen nog plaatsvinden op publieke grond. Die grond blijft permanent in collectief eigendom en wordt beheerd onder democratische controle van bewoners en lokale volkshuisvestingsorganisaties.”
FVD is uitgesproken tegen het bouwen van woningen op landbouwgrond en wil landbouwgrond expliciet beschermen tegen bebouwing. Hun visie is dat woningbouw moet plaatsvinden zonder landbouw- of natuurgrond op te offeren, om zo de agrarische sector en voedselzekerheid te waarborgen. Concrete voorstellen zijn het verbieden van zonneparken op landbouwgrond en het expliciet uitsluiten van woningbouw op landbouw- en natuurgrond.
FVD stelt dat de bouw van nieuwe woningen niet ten koste mag gaan van landbouw- of natuurgrond. Zij zien het behoud van landbouwgrond als essentieel voor voedselzekerheid, de agrarische sector en het Nederlandse cultuurlandschap. Dit standpunt adresseert het probleem van woningnood zonder de agrarische sector te schaden en benadrukt dat alternatieven gezocht moeten worden voor woningbouwlocaties.
“Bouwen doen we met oog voor schoonheid en menselijke maat, zonder natuur of landbouwgrond op te offeren.”
FVD wil landbouwgrond beschermen tegen andere vormen van bebouwing, zoals zonneparken, om ruimte voor landbouw en natuur te behouden. Dit voorstel is bedoeld om te voorkomen dat vruchtbare grond wordt gebruikt voor energieopwekking in plaats van voedselproductie.
“We verbieden de aanleg van zonneparken op grond of water, zodat ruimte behouden blijft voor landbouw en natuur.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma