BBB ziet bijstand als een noodzakelijk sociaal vangnet, maar wil het systeem eenvoudiger, menselijker en minder bureaucratisch maken. De partij benadrukt dat werken moet lonen en dat bijstand er vooral is voor wie het echt nodig heeft, met minder regels en meer vertrouwen in mensen. BBB pleit voor behoud van het vangnet, maar wil de uitvoering drastisch verbeteren en de menselijke maat terugbrengen.
BBB vindt dat het huidige bijstands- en sociale zekerheidsstelsel te bureaucratisch en ondoorzichtig is, waardoor mensen verdwalen in regels en loketten. De partij wil het systeem vereenvoudigen, de menselijke maat herstellen en zorgen dat het vangnet toegankelijk blijft voor wie het echt nodig heeft.
“Ons sociale vangnet is van grote waarde, maar de uitvoering is vaak bureaucratisch, afstandelijk en ondoorzichtig. Mensen verdwalen in regels, wachttijden en loketten.”
“Sociale zekerheid moet een vangnet zijn voor wie het nodig heeft geen doolhof.”
“BBB wil terug naar de menselijke maat, eenvoudiger regels en een uitvoerbare uitvoering.”
BBB benadrukt dat bestaanszekerheid in principe via werk moet komen, en dat bijstand er is voor mensen die echt niet kunnen werken. De partij wil dat werken aantrekkelijker wordt dan in de bijstand blijven, maar erkent het belang van een robuust vangnet.
“Bestaanszekerheid is wat BBB betreft in principe de mogelijkheid om met een volledige baan in je eigen levensonderhoud te kunnen voorzien.”
“We zorgen voor mensen die echt niet kunnen werken.”
“Voor BBB geldt: niemand blijft achter. We bouwen aan een samenleving waarin meedoen de norm is en waarin elke vorm van arbeid gewaardeerd wordt.”
BBB wil het UWV hervormen zodat het zich beperkt tot het uitkeren van bijstand en andere uitkeringen, en andere taken zoals keuringen en begeleiding overhevelen naar gespecialiseerde partijen. Dit moet de uitvoering eenvoudiger en klantvriendelijker maken.
De VVD wil de bijstand strenger en activerender maken, zodat werken altijd loont en misbruik wordt tegengegaan. Ze stellen voor om een uitkeringsplafond in te voeren, de taaleis te verscherpen, streng te handhaven op verplichtingen en tijdelijk inkomensaanvulling te bieden bij het starten met werk. De partij legt nadruk op het beperken van stapeling van regelingen en het stimuleren van uitstroom uit de bijstand.
De VVD vindt dat werken financieel aantrekkelijker moet zijn dan in de bijstand blijven. Ze willen een uitkeringsplafond, landelijke harmonisatie van gemeentelijke regelingen en tijdelijke inkomensaanvulling voor bijstandsgerechtigden die aan het werk gaan.
“Het mag niet meer gebeuren dat iemand door een stapeling van uitkeringen en toeslagen meer te besteden heeft dan iemand die hard werkt om rond te komen. We voeren een plafond in op de totale steun die één huishouden kan ontvangen.”
“Bijstandsgerechtigden die aan de slag gaan, mogen als dat nodig is tot zes maanden na het beginnen met een voltijdsbaan een bedrag claimen dat hun inkomen aanvult tot het niveau dat ze hadden.”
“We hervormen deze lokale nivelleringsmachine door meer landelijke voorwaarden te stellen en regelingen waar nodig in te perken of landelijk te organiseren, zodat we ook bureaucratie verminderen. Het mag namelijk niet zo zijn dat werken voor een slechter inkomen zorgt dan een uitkering.”
De VVD wil dat de bijstand niet vrijblijvend is en dat verplichtingen streng worden gehandhaafd. Ze stellen kortingen op de uitkering in bij onvoldoende inspanning, het niet leren van Nederlands of het weigeren van passend werk.
“Van iedereen in de bijstand verwachten we dat ze hun best doen om hun bijdrage te leveren aan Nederland. Daarom scherpen we de Participatiewet en het toeslagenbeleid aan. Wie onvoldoende Nederlands spreekt en geen moeite doet om dit te leren, wordt fors op de uitkering gekort. Er komt een extra korting bij het langdurig niet voldoen aan de taaleis. Uitkeringsgerechtigden die een geschikte baan weigeren, worden ook gekort. We willen dat gemeenten hier streng op handhaven, te vaak gebeurt dat nu niet.”
“Wie meer dan één keer passend werk weigert, moet gekort worden op de uitkering.”
De VVD wil de taaleis in de bijstand behouden en aanscherpen, met sancties voor wie niet meewerkt. Statushouders krijgen het eerste half jaar geen uitkering op de rekening, maar vaste lasten worden door de gemeente betaald.
“Het is cruciaal om de taaleis in de bijstand te behouden en deze aan te scherpen. We korten mensen op de uitkering die geen Nederlands spreken en dit niet willen leren.”
“Statushouders krijgen het eerste half jaar geen uitkering op de rekening, maar veel van hun vaste lasten worden rechtstreeks door de gemeente betaald. Statushouders die niet komen opdagen bij de taalles of verzuimen naar examens te komen moeten een boete betalen of worden gekort op de uitkering...”
De VVD wil strenger optreden tegen fraude met bijstandsuitkeringen en pleit voor effectievere handhaving.
“Fraudeurs pakken we aan: Misbruik van belastinggeld schaadt het vertrouwen van gewone Nederlanders die wél netjes bijdragen. De VVD kiest voor een overheid die rechtvaardig is én optreedt tegen fraude.”
D66 vindt dat de bijstand voldoende moet zijn om zelfstandig en waardig te kunnen leven, en wil deze koppelen aan het minimumloon. Op termijn wil D66 het huidige toeslagen- en bijstandsstelsel vervangen door een individueel basisbedrag voor iedereen, zodat inkomenssteun eenvoudiger, eerlijker en zekerder wordt.
D66 wil dat de bijstand voldoende is om van te leven en koppelt deze aan het minimumloon, zodat werken altijd loont en mensen niet onder het bestaansminimum zakken. Dit moet armoede tegengaan en zorgen voor meer bestaanszekerheid.
“Werken moet lonen en de bijstand moet genoeg zijn om jezelf te kunnen redden en een fijn leven te leiden. We verhogen het minimumloon en het minimumjeugdloon. De bijstand stijgt in verhouding mee.”
“Door de verhoging van het minimumloon en van de bijstand die daaraan gekoppeld is, zullen minder mensen afhankelijk zijn van toeslagen.”
Op de lange termijn wil D66 het complexe toeslagen- en bijstandsstelsel vervangen door een individueel basisbedrag voor iedereen. Dit moet het systeem eenvoudiger, eerlijker en minder onzeker maken, zodat inkomenssteun altijd voldoende en begrijpelijk is.
“Op de lange termijn vervangen we de toeslagen door een basisbedrag voor iedereen”
“Daarom gaat het toeslagenstelsel drastisch op de schop en komt er een individueel basisbedrag voor terug.”
“Het individuele basisbedrag zorgt ervoor dat het inkomen van mensen op peil blijft. Zo ontstaat eindelijk een systeem dat meer bestaanszekerheid biedt.”
D66 vindt dat het Rijk verantwoordelijk is voor een toereikende bijstand, zodat gemeenten niet hoeven bij te springen om mensen van een volwaardig inkomen te voorzien. Gemeenten moeten hun budget kunnen besteden aan maatwerk en ondersteuning, niet aan het aanvullen van tekorten in landelijke regelingen.
“Het Rijk is daarvoor verantwoordelijk, maar op dit moment moeten gemeenten vaak nog bijspringen om mensen van een volwaardig inkomen te voorzien. Dit moet anders.”
“Ondersteuning vanuit gemeenten is ontzettend belangrijk om in te spelen op specifieke situaties, maar niet om aan te vullen waar het Rijk tekortschiet.”
BIJ1 wil de bijstand radicaal hervormen door de nadruk te leggen op vertrouwen, persoonlijke ontwikkeling en het wegnemen van straffen en verplichtingen. Ze pleiten voor een verhoging van de bijstandsuitkering, het afschaffen van sancties en tegenprestaties, en het stimuleren van parttime werk zonder verrekeningen, zodat mensen in de bijstand meer bestaanszekerheid en kansen krijgen.
BIJ1 vindt dat het huidige niveau van de bijstandsuitkering te laag is en wil deze direct verhogen, gekoppeld aan het minimumloon. Dit moet armoede tegengaan en zorgen voor meer bestaanszekerheid.
“Het minimumloon verhogen we direct naar € 19 per uur. Met een gelijke verhoging van de AOW (pensioen) en de bijstandsuitkering.”
De partij wil af van het wantrouwen en de strenge controle in de bijstand. Sancties, tegenprestaties en verplichte sollicitatietrainingen worden afgeschaft om stress en angst bij bijstandsgerechtigden te verminderen.
BIJ1 wil dat mensen in de bijstand niet langer gestraft worden als ze parttime werken. Het parttime inkomen mag behouden blijven, zodat werken loont en mensen makkelijker uit de bijstand kunnen komen.
“Ook stoppen de verrekeningen in de bijstand bij parttime inkomen. Zodat mensen in de bijstand in plaats dat ze hiervoor gestraft worden hun parttime inkomen juist kunnen gebruiken om weer op eigen benen te staan.”
De partij wil de Participatiewet direct herzien, met minder bureaucratie en meer vertrouwen in mensen. Regelingen worden gelijkgetrokken in alle gemeenten en de Sociale Recherche wordt afgeschaft.
“Uitkeringen worden regelluw (met flexibele regels). ‘Eén plan, één regisseur’ is de basis van hulp voor mensen met een hulpvraag. Regelingen die inkomens ondersteunen trekken we gelijk in alle gemeenten. De Sociale Recherche wordt afgeschaft.”
“De Participatiewet is onnodig ingewikkeld... De wet gaat uit van wantrouwen richting mensen die recht hebben op uitkering en legt te veel nadruk op straffen en boetes. Dit zorgt voor onnodige angst, stress en wantrouwen bij mensen met een uitkering.”
BVNL wil de bijstand strenger maken en het verschil tussen werken en een uitkering vergroten. Ze stellen voor om nieuwkomers pas na tien jaar arbeidsverleden recht op bijstand te geven, bijstandsuitkeringen los te koppelen van het minimumloon, en bijstand te weigeren aan mensen die de Nederlandse taal niet willen leren of niet willen werken. Het sociaal vangnet blijft alleen bestaan voor mensen die echt niet kunnen werken.
BVNL wil dat nieuwkomers pas na een langdurig arbeidsverleden in Nederland recht krijgen op bijstand. Dit moet misbruik van het sociale stelsel tegengaan en de prikkel tot participatie vergroten.
“Nieuwkomers hebben pas na 10 jaar arbeidsverleden recht op een bijstandsuitkering.”
BVNL vindt dat bijstand alleen beschikbaar moet zijn voor mensen die zich inspannen om te werken en de Nederlandse taal beheersen. Dit moet integratie bevorderen en voorkomen dat mensen langdurig afhankelijk blijven van uitkeringen.
“Geen Nederlands willen leren spreken betekent geen bijstandsuitkering. Voor sociale voorzieningen wordt een minimaal niveau van beheersing van de Nederlandse taal vereist.”
“Mensen die wél kunnen, maar niet willen werken worden gekort op hun bijstandsuitkering en op toeslagen (zoals huur- en zorgtoeslag).”
BVNL wil de hoogte van de bijstandsuitkering loskoppelen van het minimumloon, zodat werken financieel aantrekkelijker wordt dan het ontvangen van een uitkering.
“Bijstandsuitkeringen en andere uitkeringen loskoppelen van het minimumloon, met uitzondering van de AOW.”
BVNL wil dat werkgevers minder lang loon hoeven door te betalen bij ziekte, waarna mensen sneller terugvallen op de bijstand. Dit verlaagt de lasten voor werkgevers en stimuleert re-integratie.
“Doorbetalen bij ziekteverzuim van een werknemer terugbrengen van 2 jaar naar maximaal 6 maanden. Na 6 maanden is iemand weer aan het werk of valt hij of zij terug naar de bijstand.”
Hoewel BVNL strengere eisen stelt, blijft er volgens hen een vangnet voor mensen die echt niet (volledig) kunnen werken.
“Er zal te allen tijde een adequaat sociaal vangnet blijven bestaan voor mensen die niet (volledig) kunnen werken.”
GroenLinks-PvdA wil de bijstand menswaardiger, eenvoudiger en toegankelijker maken, met meer vertrouwen in mensen en minder bureaucratie. Ze pleiten voor het afschaffen van de kostendelersnorm, het verhogen van de uitkering, lichtere eisen in het eerste jaar en het automatisch toekennen van aanvullende inkomensondersteuning. Het doel is een sociaal vangnet dat zekerheid biedt en mensen ondersteunt zonder onnodige verplichtingen of angst voor boetes.
GroenLinks-PvdA wil dat de bijstand voorziet in een menswaardig bestaan, met hogere uitkeringen en automatische toekenning van aanvullende ondersteuning. Dit moet armoede tegengaan en zorgen dat niemand onder het bestaansminimum leeft.
“We zorgen voor een bijstandsvoorziening die voorziet in een menswaardig bestaan, zowel in Europees- als in Caribisch Nederland. Naast hogere uitkeringen worden mensen actief gewezen op andere inkomensondersteuning waar zij recht op hebben, die zoveel mogelijk automatisch wordt uitgekeerd.”
De partij wil af van het wantrouwen en de strenge verplichtingen in de bijstand. Ze schrappen onder andere de zoekplicht voor jongeren, de taaleis en de kostendelersnorm, en willen dat een vergissing niet direct tot een boete leidt.
“We stellen vertrouwen boven wantrouwen en schrappen verplichtingen zoals de zoekplicht voor jongeren en de taaleis. We dringen het aantal formulieren terug en zorgen dat een vergissing niet zomaar leidt tot een boete. De kostendelersnorm schaffen we af.”
“Het eerste jaar in de bijstand staat in het teken van persoonlijke ontwikkeling en groei. Er gelden lichtere eisen waardoor mensen zich geen zorgen hoeven te maken over het behoud van hun spaargeld, auto of hun huis.”
“We willen het aantrekkelijker maken om samen te wonen. Daarom schaffen we de kostendelersnorm in de bijstand af.”
GroenLinks-PvdA wil dat werken vanuit de bijstand loont en dat mensen niet bang hoeven te zijn om alles kwijt te raken als werk niet lukt. Ze maken bijverdienen mogelijk en zorgen voor een terugvaloptie.
“Werk moet daarnaast lonen en de stap uit de uitkering mag geen sprong in het diepe zijn. Daarom zorgen we voor een terugvaloptie en maken we het mogelijk om vanuit een uitkering bij te verdienen.”
De partij wil dat aanvullende inkomensondersteuning zoveel mogelijk automatisch wordt toegekend, zodat mensen niet verdwalen in formulieren en niemand onterecht buiten de boot valt.
“De inkomensondersteuning wordt zoveel mogelijk automatisch uitgekeerd, zonder extra formulier.”
De Partij voor de Dieren wil de bijstand menselijker, eenvoudiger en rechtvaardiger maken door belemmerende regels en voorwaarden af te schaffen. Ze pleiten voor het verhogen van de uitkering, het schrappen van de kostendelersnorm en partnertoets, het toestaan van bijverdienen, en het beëindigen van de tegenprestatie en sollicitatieplicht voor ouderen en mantelzorgers. Hun visie is gericht op vertrouwen, autonomie en het wegnemen van wantrouwen en bureaucratie in het bijstandsbeleid.
De PvdD vindt dat uitkeringen, waaronder de bijstand, moeten meestijgen met de mediane lonen om bestaanszekerheid te garanderen. Dit moet armoede tegengaan en zorgen dat mensen in de bijstand voldoende inkomen hebben om van te leven.
“Uitkeringen zoals de AOW, WIA, Wajong en bijstand stijgen mee.”
De partij wil dat mensen in hetzelfde huishouden recht hebben op dezelfde bijstandsuitkering, ongeacht met wie ze samenwonen. Dit betekent het afschaffen van de kostendelersnorm en de partnertoets, die nu vaak leiden tot lagere uitkeringen.
“Mensen in hetzelfde huishouden hebben recht op dezelfde bijstandsuitkering als anderen, dus we schrappen de kostendelersnorm en partnertoets.”
De PvdD wil dat mensen in de bijstand mogen bijverdienen en meer giften mogen ontvangen zonder dat dit direct gevolgen heeft voor hun uitkering. Dit vergroot de autonomie en vermindert financiële stress.
“Bijverdienen wordt mogelijk voor mensen in de bijstand. De hoogte van het bedrag aan giften dat mensen met een uitkering op grond van de Participatiewet mogen ontvangen wordt verhoogd.”
De partij wil af van de verplichting tot tegenprestatie voor bijstandsgerechtigden en de sollicitatieplicht voor 60-plussers en mantelzorgers. Dit voorkomt onnodige druk en bureaucratie voor mensen die vaak weinig kans maken op de arbeidsmarkt.
Op termijn wil de PvdD alle toeslagen, waaronder de bijstand als vangnet, overbodig maken door te zorgen dat iedereen een voldoende hoog inkomen heeft om in de basisbehoeften te voorzien.
“We maken uiteindelijk alle toeslagen overbodig. Ieder mens moet een voldoende hoog inkomen hebben om in de basisbehoeften te voorzien.”
De SP wil de bijstand verhogen naar een menswaardig niveau en stoppen met dwangmaatregelen en wantrouwen richting bijstandsgerechtigden. Ze pleiten voor het afschaffen van de verplichte tegenprestatie, het verhogen van de bijstand samen met het minimumloon, en het garanderen van een leefbaar inkomen zodat niemand in armoede hoeft te leven. De partij ziet de bijstand als vangnet, maar wil vooral dat mensen recht krijgen op passend werk met begeleiding en een volwaardig loon.
De SP vindt dat de huidige bijstand te laag is en wil deze verhogen zodat niemand in armoede hoeft te leven. De verhoging wordt gekoppeld aan het minimumloon en moet bestaanszekerheid garanderen.
“We garanderen een leefbaar inkomen door uitkeringen mee te laten stijgen met de verhoging van het minimumloon en de bijstand op een menswaardig niveau te brengen.”
“Uitkeringen die gekoppeld zijn aan het minimumloon, zoals WIA, Wajong, bijstand en AOW stijgen mee met de verhoging van het minimumloon. Zo krijgen gepensioneerden meer te besteden en zorgen we voor een bijstand waarmee niemand in armoede hoeft te leven.”
De SP wil af van het huidige beleid van dwangmaatregelen, georganiseerd wantrouwen en verplichte tegenprestaties voor mensen in de bijstand. Ze willen dat mensen recht krijgen op begeleiding naar passend werk en een passend inkomen, zonder verplicht vrijwilligerswerk.
“Dwangmaatregelen helpen mensen niet en we stoppen met het georganiseerd wantrouwen van mensen in de bijstand.”
“We stoppen dus direct met de verplichte ‘tegenprestatie’ in de bijstand en garanderen mensen werk. Iedereen die wil werken krijgt zo het recht op werk en een passend inkomen.”
De SP wil dat jonggehandicapten niet langer afhankelijk worden van de bijstand, maar recht krijgen op een hogere Wajonguitkering.
“Jonggehandicapten die niet in hun eigen inkomen kunnen voorzien, worden daardoor niet meer verwezen naar de bijstand.”
De SP wil dat kinderen in gezinnen met een bijstandsuitkering extra ondersteuning krijgen om mee te kunnen doen aan sport.
“Voor kinderen die in de bijstand leven, zorgen we voor ondersteuning bij het aanschaffen van eventuele benodigde sportmaterialen.”
De ChristenUnie wil het bijstandsbeleid menselijker en eenvoudiger maken, met meer vertrouwen in plaats van wantrouwen. Ze pleiten voor het afschaffen van de kostendelersnorm, het vereenvoudigen van de Participatiewet, en het bieden van meer inkomenszekerheid en perspectief voor mensen in de bijstand, vooral voor jongeren en mensen met een beperking.
De ChristenUnie vindt het onrechtvaardig dat mensen die hun huis delen of onderdak bieden aan iemand in nood financieel worden gestraft via de kostendelersnorm. Door deze norm af te schaffen willen ze solidariteit bevorderen en de woningnood aanpakken.
“We schaffen de kostendelersnorm in de Participatiewet af voor mensen die tijdelijk of structureel onderdak bieden aan iemand in nood of bereid zijn om hun woning te delen met iemand anders.”
“Mensen zijn bereid om voor elkaar te zorgen. Familieleden, vrienden of kennissen openen hun deur voor iemand in woonnood. Maar wie dat doet, wordt nu financieel gestraft via de kostendelersnorm: hoe meer mensen in één huis wonen, hoe lager de uitkering per persoon. Dat is niet rechtvaardig. Daarom schaffen we de kostendelersnorm in de Participatiewet af voor mensen die onderdak bieden aan iemand in nood of bereid zijn om hun woning te delen met iemand anders.”
De partij wil de Participatiewet op lange termijn hervormen om inkomensondersteuning te vereenvoudigen en inkomenszekerheid te versterken, met speciale aandacht voor kwetsbare groepen zoals jongeren en mensen met een medische urenbeperking.
“Vereenvoudiging van inkomensondersteuning en versteviging van inkomenszekerheid (ook bij de overgang tussen dagbesteding, bijstand en betaald werk) moet daarbij de kern zijn. Onderdeel daarvan ook is perspectief voor chronisch zieken en mensen met een medische urenbeperking in de bijstand, de afschaffing van de 4-wekenzoektermijn bij jongeren en meer ruimte voor initiatieven zoals het bouwdepot dat kwetsbare jongeren financiële stabiliteit biedt.”
De ChristenUnie erkent dat mensen die minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn nu vaak ziek in de bijstand terechtkomen en wil hiervoor een oplossing, bijvoorbeeld via een verlicht bijstandsregime.
“Ook zoeken we een oplossing voor mensen die minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn. Zij krijgen nu geen WIA-uitkering en eindigen vaak ziek in de bijstand. Dit vraagt om een oplossing in de WIA of een verlicht bijstandsregime.”
De partij streeft ernaar de bijstandsregelingen op de BES-eilanden in lijn te brengen met Europees Nederland, zodat ook daar bestaanszekerheid wordt versterkt.
“We introduceren een WW-uitkering op de BES en streven ernaar de onderstand (bijstand) en AOV (AOW) in lijn te brengen met de regelingen zoals die in Europees Nederland gelden.”
DENK wil de bijstandsuitkering verhogen en structureel koppelen aan het minimumloon, zodat de koopkracht van mensen in de bijstand op peil blijft. Ze pleiten voor een eenvoudiger toeslagenstelsel en willen harde, benadelende regelgeving in de sociale zekerheid afschaffen. Het bestaansminimum moet beter aansluiten bij de werkelijke kosten van levensonderhoud.
DENK vindt dat de bijstandsuitkering voldoende moet stijgen met de prijzen en gekoppeld moet blijven aan het minimumloon, zodat mensen in de bijstand hun koopkracht behouden. Hiermee willen ze armoede tegengaan en bestaanszekerheid vergroten.
“Werkloosheidsuitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden. De koppeling met het minimumloon blijft bestaan.”
“Het bestaansminimum wordt beter afgestemd op wat mensen werkelijk nodig hebben om rond te komen en de bijstandsuitkering in combinatie met toeslagen gaat hier aan voldoen.”
DENK wil het toeslagenstelsel vervangen door een eenvoudiger systeem en pleit voor het afschaffen van harde regelgeving in de sociale zekerheid die mensen benadeelt. Fraudebestrijding moet met de menselijke maat en zonder afkomstgerelateerde gegevens.
“Wij willen dat het toeslagenstelsel vervangen wordt door een stelsel dat eenvoudiger is. Wij blijven actief werken om harde regelgeving in de sociale zekerheid die leidt tot het benadelen van mensen af te schaffen.”
“Fraudebestrijding in de sociale zekerheid moet altijd met de menselijke maat voorop en afkomstgerelateerde gegevens worden hier nooit voor gebruikt.”
NSC wil het bijstandsbeleid menselijker en eenvoudiger maken door onnodige en strenge regels te schrappen, vooral waar deze informele hulp ontmoedigen. Daarnaast pleit NSC voor een stevig sociaal vangnet zodat mensen niet onnodig in de bijstand terechtkomen, en voor het gelijk trekken van vermogensnormen bij lokale lasten met die van de bijstand. De partij keert zich tegen een minimummodel waarbij mensen snel op bijstand zijn aangewezen en wil de drempel naar werk verlagen.
NSC vindt het onwenselijk dat mensen in de bijstand gekort worden als zij informele hulp ontvangen, zoals boodschappen van familie of vrienden. De partij wil deze regels zoveel mogelijk schrappen om onderlinge hulp te stimuleren en het bijstandsregime menselijker te maken.
“Het kan niet zo zijn dat mensen gekort worden op hun uitkering als ze bijvoorbeeld boodschappen krijgen van familie, vrienden of buren. Die regels gaan we zoveel mogelijk schrappen.”
NSC wil voorkomen dat mensen met flexibele of tijdelijke contracten direct op de bijstand zijn aangewezen bij werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. De partij pleit voor een breed sociaal vangnet (zoals WW en WIA) voor alle werkenden.
“Als zij werkloos of arbeidsongeschikt worden, rest vaak alleen de bijstand. We willen een sociaal collectief vangnet zoals WW en WIA, voor álle werkenden behouden en keren ons tegen een minimummodel waarin mensen tot de bijstand veroordeeld zijn.”
NSC wil dat de vermogensnorm voor het kwijtschelden van lokale lasten wordt verhoogd naar het niveau van de bijstand, zodat meer mensen met een laag inkomen hiervoor in aanmerking komen.
“De vermogensnorm om lokale lasten kwijt te kunnen schelden moet verhoogd worden tot de vermogensnorm in de bijstand.”
NSC wil gemeenten stimuleren om mensen die nu in de bijstand zitten, aan het werk te helpen, mede gefinancierd door een werkgeversheffing op arbeidsmigranten.
“Met de opbrengsten kunnen gemeenten mensen in Nederland aan het werk helpen die nu nog langs de kant staan, zoals statushouders en werklozen in de bijstand.”
De PVV koppelt het bijstandsbeleid direct aan integratie en bestrijding van misbruik. Zij willen bijstand uitsluiten voor mensen die geen Nederlands spreken en stellen harde voorwaarden aan het ontvangen van een uitkering, met een nadruk op het tegengaan van fraude en misbruik, vooral onder niet-westerse allochtonen.
De PVV wil dat alleen mensen die de Nederlandse taal beheersen in aanmerking komen voor bijstand. Hiermee beogen ze integratie te bevorderen en misbruik van het sociale stelsel te voorkomen.
“Geen bijstand voor wie geen Nederlands spreekt”
De partij stelt harde maatregelen voor tegen bijstandsfraude en misbruik, waaronder het stopzetten van uitkeringen bij onverklaarbaar bezit van luxe goederen en bij strafbaar gedrag zoals ordeverstoring.
De PVV problematiseert het hoge aandeel niet-westerse allochtonen in de bijstand en koppelt dit aan bredere zorgen over de houdbaarheid van de verzorgingsstaat.
“Een derde van de statushouders zit na negen jaar nog steeds in de bijstand; meer dan de helft van de bijstandsontvangers in ons land zijn niet-westerse allochtonen.”
De SGP ziet bijstand als een strikt vangnet voor mensen die echt niet in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien, met als uitgangspunt dat werk altijd voorop staat. De partij wil het recht op bijstand beperken tot wie niet kan werken, de uitkering koppelen aan het minimumloon en stapsgewijs verhogen, en gemeenten en UWV meer middelen geven om misbruik tegen te gaan. Tegelijkertijd erkent de SGP dat te veel mensen niet rondkomen van de bijstand en wil zij daarom de uitkering verhogen.
De SGP vindt dat bijstand alleen bedoeld is voor mensen die echt niet in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Wie wel kan werken maar niet wil, verliest het recht op bijstand. Gemeenten en UWV krijgen extra middelen om hierop te controleren. Dit standpunt is ingegeven door het streven om misbruik te voorkomen en mensen te stimuleren zo snel mogelijk aan het werk te gaan.
“Alleen mensen die zelf echt niet kunnen rondkomen hebben recht op een uitkering. Voor wie wel kan maar niet wil werken, vervalt het recht op bijstand. Gemeenten en UWV krijgen middelen om hierop beter te toetsen.”
De SGP erkent dat de huidige bijstandsuitkering voor veel mensen onvoldoende is om van rond te komen. Daarom wil de partij de bijstand stapsgewijs verhogen en deze gekoppeld houden aan het wettelijk minimumloon, zodat het bestaansminimum beter wordt gewaarborgd.
“Te veel mensen komen niet rond van een bijstandsuitkering. De bijstand wordt daarom stapsgewijs verhoogd en blijft gekoppeld aan het wettelijk minimumloon.”
De SGP benadrukt dat de bijstand een minimumvoorziening is voor basale levensbehoeften en dat het uitgangspunt moet zijn dat burgers zoveel en zo snel mogelijk werk aanvaarden. Dit onderstreept het karakter van de bijstand als laatste redmiddel.
“De bijstand biedt een minimumvoorziening voor de basale levensbehoeften. Uitgangspunt moet zijn dat burgers zoveel en zo snel mogelijk werk aanvaarden.”
De SGP vindt het belangrijk dat de uitvoering van de bijstand zorgvuldig gebeurt, omdat het direct het levensonderhoud van uitkeringsgerechtigden raakt. Dit standpunt richt zich op het belang van correcte en rechtvaardige uitvoering.
“Een gedegen uitvoering en berekening is van wezenlijk belang voor uitkeringsgerechtigden, aangezien dat hun levensonderhoud raakt.”
Volt wil het huidige bijstands- en toeslagenstelsel vervangen door een maandelijks basisinkomen voor iedereen, waarmee bestaanszekerheid wordt gegarandeerd en armoede wordt bestreden. Tot die tijd wil Volt de kostendelersnorm in de bijstand afschaffen, zodat samenwonen niet langer leidt tot korting op de uitkering. Hun visie is gericht op eenvoud, zekerheid en het wegnemen van financiële stress voor mensen met een laag inkomen.
Volt pleit voor het invoeren van een maandelijks basisinkomen dat alle toeslagen en de bijstand vervangt, om zo het systeem te vereenvoudigen en bestaanszekerheid te garanderen. Dit basisinkomen moet hoog genoeg zijn om in de basisbehoeften te voorzien en armoede structureel terug te dringen.
“Er komt een maandelijks basisinkomen dat alle toeslagen vervangt. Dit bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd.”
“We schaffen alle toeslagen, heffingskortingen, aftrekposten, vrijstellingen en de werkgevers- en werknemerspremies af. Al deze regelingen worden afgedekt door invoering van het nieuwe basisinkomen...”
“Het sociaal minimum moet omhoog, zodat het voldoende is om bestaanszekerheid te garanderen.”
Volt wil direct de kostendelersnorm in de participatiewet afschaffen, zodat mensen die samenwonen niet langer gekort worden op hun bijstandsuitkering. Dit voorkomt dat mensen financieel gestraft worden voor het delen van een woning, wat vooral belangrijk is voor mensen boven de 27 jaar.
“We schaffen de kostendelersnorm in de participatiewet volledig af, zodat ook boven de 27 jaar inwonen niet meer tot korting op de bijstand leidt.”
Het CDA wil het bijstandsbeleid eerlijker en eenvoudiger maken door verschillen tussen gemeenten te verkleinen en werken vanuit de bijstand aantrekkelijker te maken. Ze pleiten voor landelijke afstemming van aanvullende regelingen en tijdelijke terugkeermogelijkheden naar de uitkering bij werkhervatting. De partij ziet de bijstand als een vangnet, maar wil dat het loont om te werken en dat iedereen een waardevolle bijdrage kan leveren.
Het CDA vindt het onwenselijk dat de hoogte en voorwaarden van bijstandsregelingen per gemeente verschillen, omdat dit leidt tot ongelijkheid en onzekerheid. Ze willen landelijke afstemming zodat het niet uitmaakt waar iemand woont en werken altijd loont.
“Veel gemeenten hebben aanvullende regelingen voor mensen in de bijstand of met een laag inkomen. Deze regelingen verschillen enorm en het is niet wenselijk dat de gemeente waar je woont bepalend is in hoeverre je kunt rondkomen en werken kan lonen. We willen daarom in overleg met...”
Het CDA wil mensen in de bijstand stimuleren om te gaan werken door tijdelijke terugkeermogelijkheden naar de uitkering te bieden als werk niet lukt. Zo willen ze de angst voor verlies van zekerheid wegnemen en de stap naar werk verkleinen.
“Voor mensen met een uitkering die aan het werk gaan, willen we tijdelijke mogelijkheden om terug te keren naar de oude uitkering als het werken onverhoopt niet gaat. Zodat mensen durven kiezen voor een baan, ook als dat onzeker voelt, in plaats van de zekerheid van een uitkering.”
Het CDA wil de Participatiewet hervormen met als uitgangspunt dat iedereen een waardevolle bijdrage aan de samenleving kan leveren, waarmee ze impliciet ook het bijstandsbeleid willen verbeteren.
“We hervormen de Participatiewet met als uitgangspunt dat iedereen een waardevolle bijdrage aan de samenleving kan leveren.”
FVD is kritisch over het vergroten van afhankelijkheid van de staat via inkomensondersteuning en wijst het basisinkomen expliciet af. Daarnaast wil FVD uitkeringen kunnen stopzetten voor activisten die de samenleving bewust ontwrichten. De partij positioneert zich dus duidelijk tegen uitbreiding van bijstandsachtige regelingen en pleit voor strengere voorwaarden bij het verstrekken van uitkeringen.
FVD verzet zich fel tegen het idee van een basisinkomen, omdat dit volgens hen leidt tot meer afhankelijkheid van de staat, een ondermijning van het arbeidsethos en hogere lasten voor werkenden. Dit standpunt adresseert direct de discussie over het verruimen van bijstandsregelingen of het invoeren van universele inkomensondersteuning.
“We zullen nooit instemmen met het instellen van een basisinkomen, dit communistische idee zorgt enkel voor meer afhankelijkheid van de staat, ondermijnt arbeidsethos en leidt tot hogere belastingen voor werkenden.”
FVD wil de wet aanpassen zodat uitkeringen kunnen worden stopgezet voor mensen die door activisme bewust de samenleving hinderen, zoals bij blokkades of vernielingen. Hiermee koppelt de partij het recht op bijstand aan maatschappelijk gedrag en wil zij misbruik van sociale voorzieningen tegengaan.
“We passen de wet zodanig aan dat we uitkeringen kunnen stoppen voor activisten die de samenleving bewust hinderen, zoals door het blokkeren van snelwegen, vernielingen, etc., zodat wie overlast veroorzaakt niet wordt beloond met belastinggeld.”
JA21 ziet bijstand als een noodzakelijk vangnet voor mensen die tijdelijk niet in hun eigen onderhoud kunnen voorzien, maar wil voorkomen dat mensen langdurig afhankelijk blijven. Hun beleid richt zich op het op niveau houden van de bijstandsvoorzieningen, met een sterke nadruk op activering en het stimuleren van zelfstandigheid, waarbij uitkeringen altijd gepaard gaan met een plicht tot werk zoeken.
JA21 erkent het belang van een robuust vangnet voor mensen die buiten de boot vallen, maar vindt dat bijstand altijd gericht moet zijn op het herstel van zelfstandigheid. De partij wil bijstandsvoorzieningen op niveau houden, maar koppelt daar een duidelijke verplichting aan om werk te zoeken of te hebben, zodat mensen niet langdurig afhankelijk blijven van de bijstand.
“JA21 biedt dit vangnet door de bijstandsvoorzieningen op niveau te houden. Wel verplichten wij mensen er alles aan te doen om weer zelfstandig en zelfredzaam te worden. Zo kennen onze uitkeringen een verplichting om werk te zoeken of werk te hebben.”
“Een vangnet dat mensen activeert om weer te gaan werken. Ondersteuning moet altijd gericht zijn op het herstel van zelfstandigheid.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma