D66 wil de basisbeurs voor studenten structureel verhogen om studeren betaalbaarder te maken en schulden te beperken. Ze pleiten voor een verhoging van de basisbeurs met €166 per maand en gelijke aanvullende beurzen voor mbo-, hbo- en wo-studenten. Hiermee wil D66 kansengelijkheid bevorderen en de financiële druk op studenten verlagen.
D66 kiest ervoor de basisbeurs fors te verhogen zodat studenten beter kunnen rondkomen en minder afhankelijk zijn van leningen. Dit moet de toegankelijkheid van het hoger onderwijs vergroten en de financiële stress onder studenten verminderen.
“D66 verhoogt de basisbeurs met €166 euro per maand, zodat studenten beter kunnen rondkomen.”
D66 wil dat mbo-studenten dezelfde aanvullende beurs krijgen als studenten in het hbo en wo, om zo kansengelijkheid te bevorderen en discriminatie tussen onderwijsvormen tegen te gaan.
“Een mbo-student krijgt dezelfde aanvullende beurs als een student aan de hogeschool of universiteit.”
D66 noemt expliciet de verhoging van de basisbeurs als een van de kernmaatregelen binnen hun onderwijsbeleid.
“Hogere basisbeurs”
De Partij voor de Dieren vindt de huidige basisbeurs te laag en wil deze fors verhogen om studeren toegankelijker te maken en financiële druk bij studenten weg te nemen. Daarnaast pleit de partij voor een forse verruiming van de compensatie voor de 'pechgeneratie' die onder het leenstelsel viel, en voor het structureel verlagen van de rente op studieschulden naar 0%. Hun visie is gericht op het herstellen van rechtvaardigheid tussen generaties en het wegnemen van financiële barrières voor studenten.
De PvdD vindt dat de huidige basisbeurs onvoldoende is om zonder financiële druk te kunnen studeren. Ze willen de basisbeurs verhogen naar minimaal 500 euro per maand voor uitwonende studenten en 130 euro voor thuiswonenden, zodat studeren voor iedereen haalbaar blijft.
“De basisbeurs is veel te laag om zonder druk te kunnen studeren. Daarom verhogen we de basisbeurs naar minimaal 500 euro per maand voor uitwonende studenten en 130 euro per maand voor thuiswonende studenten.”
De partij erkent de schade van het leenstelsel en de ongelijkheid die is ontstaan tussen de ‘pechgeneratie’ en huidige studenten. Ze willen een eerlijke compensatie voor deze groep en stellen voor de rente op studieschulden structureel op 0% te zetten.
“De compensatieregeling voor de ‘pechgeneratie’, de leenstelsel-studenten, wordt fors verruimd. De financiële positie van deze studenten wordt gelijk aan de studenten uit het huidige stelsel. De rente op studieschulden gaat structureel naar 0%.”
“Het afschaffen van de basisbeurs heeft veel schade aangericht: veel (oud-)studenten hebben een studieschuld van vele (tien)duizenden euro’s. Dit heeft de ongelijkheid tussen de pechgeneratie en de huidige studenten sterk vergroot. De huidige compensatieregeling is een druppel op een gloeiende plaat. De Partij voor de Dieren wil een eerlijke compensatieregeling, om te voorkomen dat de gevolgen van het leenstelsel voor verschillen blijven zorgen.”
Volt vindt de huidige basisbeurs ontoereikend en wil deze verhogen zolang er nog geen basisinkomen is ingevoerd. Daarnaast pleit Volt voor een inkomensafhankelijke aanvullende beurs en het gelijktrekken van de aanvullende beurs voor mbo-studenten met die van hbo- en wo-studenten. Hun visie is gericht op het verbeteren van de toegankelijkheid en betaalbaarheid van studeren, vooral voor jongeren uit minder draagkrachtige gezinnen.
Volt ziet de huidige basisbeurs als onvoldoende om studeren betaalbaar te houden en wil deze verhogen volgens het voorstel van het SER Jongerenplatform, inclusief inflatiecorrectie. Dit is een tijdelijke maatregel totdat een basisinkomen is gerealiseerd, waarmee Volt de financiële druk op studenten wil verlichten.
“Zolang de plannen voor een basisinkomen nog niet zijn ingevoerd, verhogen we de basisbeurs conform het voorstel van het SER Jongerenplatform, inclusief inflatiecorrectie.”
Volt wil dat de aanvullende beurs inkomensafhankelijk blijft en dat het recht op deze beurs afneemt naarmate ouders meer kunnen bijdragen. Ook moeten mbo-studenten onder dezelfde voorwaarden als hbo- en wo-studenten aanspraak kunnen maken op de aanvullende beurs, om zo de kansen voor alle studenten gelijk te trekken.
“De aanvullende beurs is inkomensafhankelijk en het recht op de beurs neemt evenredig af met de mogelijkheid van ouders om financieel bij te dragen.”
“Volt zorgt ervoor dat mbo-studenten, onder dezelfde gunstige voorwaarden als studenten in het hoger onderwijs, aanspraak kunnen maken op een aanvullende beurs. Dit doen we door de aanspraakgrond voor de aanvullende beurs voor mbo-studenten gelijk te trekken met die voor hbo- en wo-studenten (ouderlijk verzamelinkomen tot 70.000 euro).”
De ChristenUnie wil de basisbeurs in het hoger onderwijs behouden en versterken als middel om studeren toegankelijk te houden en schulden te beperken. Ze pleiten voor een rechtvaardiger bekostigingssysteem voor instellingen en nemen de positie van de leenstelselgeneratie expliciet mee in hun beleid.
De ChristenUnie ziet de basisbeurs als essentieel om studeren toegankelijk te houden en de schuldenlast van studenten te beperken. Ze willen het systeem van studiefinanciering verbeteren en rechtvaardiger maken, met oog voor studenten die onder het leenstelsel vielen.
“Het hoger onderwijs speelt een belangrijke rol in innovatie en beleidsontwikkeling. Studentenaantallen dalen echter komende jaren en de kosten nemen toe. Een beter en rechtvaardiger systeem om instellingen in het hoger onderwijs te financieren is daarom nodig. In de nieuwe bekostiging worden...”
“We onderzoeken de moeilijkheden van starters op de woningmarkt en nemen daarbij de positie van de leenstelselgeneratie mee.”
GroenLinks-PvdA wil de basisbeurs terugbrengen voor alle studenten, inclusief thuiswonenden, om studeren betaalbaarder te maken en de schuldenlast te verlagen. Daarnaast willen ze meer maatwerk bieden voor starters met een studieschuld bij het aanvragen van een hypotheek. Hun visie is dat goed onderwijs en gelijke kansen voorop moeten staan, zonder dat financiële drempels jongeren belemmeren.
GroenLinks-PvdA pleit voor het herinvoeren van de basisbeurs, ook voor studenten die thuis wonen, om studeren toegankelijker te maken en de financiële druk op jongeren te verlagen. Hiermee willen ze de ongelijkheid in het onderwijs tegengaan en zorgen dat iedereen kan studeren zonder grote schulden op te bouwen.
“thuis wonen krijgen ook een basisbeurs.”
De partij erkent dat een studieschuld een belemmering kan vormen bij het kopen van een huis en wil daarom meer maatwerk bieden bij hypotheekaanvragen voor starters met een studieschuld. Dit moet de kansen op de woningmarkt voor jonge mensen verbeteren.
“Er komt meer maatwerk voor starters bij het aanvragen van een hypotheek in geval van een studieschuld.”
De VVD wil de basisbeurs niet opnieuw invoeren en kiest ervoor om het geld dat anders naar de basisbeurs zou gaan, te investeren in het verlagen van het collegegeld. De partij vindt dat het herinvoeren van de basisbeurs vooral de midden- en hogere inkomens bevoordeelt en wil in plaats daarvan gericht investeren in betaalbaar onderwijs.
De VVD is tegen het opnieuw invoeren van de basisbeurs omdat dit volgens hen vooral ten goede komt aan studenten uit midden- en hogere inkomensgroepen. In plaats daarvan willen ze het collegegeld verlagen om studeren voor iedereen betaalbaarder te maken, zonder generieke inkomensoverdrachten.
DENK wil de basisbeurs voor studenten verhogen en de toegankelijkheid ervan vergroten, zodat hoger onderwijs betaalbaarder wordt voor iedereen. Ze pleiten daarnaast voor een verruiming van de inkomensgrenzen voor de aanvullende beurs, zodat meer studenten hiervoor in aanmerking komen. Hun visie is gericht op het wegnemen van financiële drempels voor studenten en het bevorderen van gelijke kansen in het hoger onderwijs.
DENK vindt dat de huidige basisbeurs te laag is en dat te weinig studenten in aanmerking komen voor de aanvullende beurs. Door de basisbeurs te verhogen en de inkomensgrenzen te verruimen, willen ze studeren betaalbaarder maken en meer studenten ondersteunen, met als doel gelijke kansen in het hoger onderwijs te bevorderen.
“Verhoging van de basisbeurs en verruiming van inkomensgrenzen voor de aanvullende beurs, zodat meer studenten hiervoor in aanmerking komen.”
NSC is voorstander van het behoud van de basisbeurs om de toegankelijkheid van het hoger onderwijs te waarborgen. Ze koppelen dit aan het probleem van dure studentenhuisvesting en willen daarnaast investeren in betaalbare studentenwoningen, zodat studeren voor iedereen bereikbaar blijft.
NSC vindt het belangrijk dat de basisbeurs blijft bestaan, omdat dit de toegankelijkheid van het hoger onderwijs ondersteunt. Ze zien de basisbeurs als een middel om te voorkomen dat financiële drempels studenten weerhouden van studeren, zeker in combinatie met de huidige problemen op de woningmarkt.
“Verder moet de toegankelijkheid van het hoger onderwijs worden gewaarborgd, daarom blijven we voorstander van de basisbeurs.”
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma
Niet expliciet genoemd in verkiezingsprogramma