De ChristenUnie vindt het onacceptabel dat er in een welvarend land als Nederland nog steeds armoede bestaat, vooral onder kinderen en werkenden. Ze willen armoede structureel terugdringen door verhoging van het sociaal minimum, vereenvoudiging van het toeslagenstelsel, betere schuldhulpverlening en een wettelijk doel om kinderarmoede te verlagen. Hun visie is gericht op een rechtvaardige samenleving waarin iedereen kan rondkomen en kinderen niet de dupe worden van armoede.
De ChristenUnie wil armoede structureel verminderen door het sociaal minimum te verhogen, eerlijke lonen te stimuleren en het belastingstelsel te hervormen. Ze vinden het onrechtvaardig dat werkenden niet rond kunnen komen en willen dat het sociaal minimum periodiek wordt getoetst en aangepast.
De partij stelt dat het aantal mensen en kinderen in armoede sterk omlaag moet en wil dit wettelijk vastleggen. Ze nemen het advies van de Commissie Sociaal Minimum als leidraad en willen dat de overheid weer een expliciete doelstelling krijgt om armoede te verlagen.
“Het aantal mensen en kinderen dat in armoede leeft moet sterk omlaag. Voor een beter armoedebeleid is het advies van de Commissie Sociaal Minimum de leidraad.”
“De Rijksoverheid gaat weer werken met een doelstelling om de (kinder)armoede te verlagen in plaats van armoede niet te laten toenemen.”
“Het verlagen van kinderarmoede wordt een wettelijk doel.”
De ChristenUnie wil het huidige toeslagenstelsel vervangen door slimmere alternatieven om inkomensonzekerheid en grote naheffingen te voorkomen. Ze streven naar een systeem waarbij mensen vooraf duidelijkheid hebben over hun inkomen.
“We willen een eenvoudiger systeem voor inkomen en toeslagen waarbij mensen van tevoren duidelijkheid hebben over hun inkomen. Daarom vervangen we de toeslagen door slimmere alternatieven.”
De partij erkent dat veel mensen door onverwachte kosten in armoede kunnen belanden en wil daarom betere schuldhulpverlening, een verbod op Buy Now, Pay Later-diensten, en een absolute ondergrens voor beslagleggingen op het sociaal minimum.
“Voor veel mensen is de grens tussen rondkomen en in armoede belanden akelig dun. Een kapotte wasmachine of een onverwachte rekening kan al genoeg zijn om in de problemen te raken.”
“Het sociaal minimum wordt de absolute ondergrens voor beslagleggingen.”
“In Europees verband pleiten we voor een verbod op BNPL-diensten, zoals Klarna en flitskredieten.”
De ChristenUnie wil wettelijk verbieden dat gezinnen met kinderen uit huis worden gezet of worden afgesloten van water, gas en elektra, en koppelt dit aan vroegtijdige schuldhulpverlening.
“Er komt een wettelijk verbod gecombineerd met vroegtijdige schuldhulpverlening en begeleiding.”
De partij erkent de rol van kerken en maatschappelijke organisaties in het bestrijden van armoede en wil hun rol beter verankeren in beleid en samenwerking stimuleren.
“Kerken zijn al eeuwen actief om armoede te bestrijden. In plaats van hun rol te bemoeilijken geven we ruim baan aan kerken en maatschappelijke organisaties (zoals voedselbanken en Schuldhulpmaatje).”
De ChristenUnie wil de kostendelersnorm in de Participatiewet afschaffen voor mensen die onderdak bieden aan iemand in nood, zodat solidariteit wordt beloond en armoede wordt tegengegaan.
“We schaffen de kostendelersnorm in de Participatiewet af voor mensen die tijdelijk of structureel onderdak bieden aan iemand in nood of bereid zijn om hun woning te delen met iemand anders.”
De partij wil de inkomens van werkenden, bijstandsgerechtigden en gepensioneerden op Bonaire, Sint Eustatius en Saba verhogen zodat mensen in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
“De inkomens van werkenden, bijstandsgerechtigden en gepensioneerden omhoog zodat mensen in hun levensonderhoud kunnen voorzien.”
De ChristenUnie wil de bezuinigingen op hulp aan de allerarmsten wereldwijd terugdraaien en minstens 50% van het ontwikkelingsbudget besteden aan verbetering van leefomstandigheden in landen met de grootste armoede.
BIJ1 ziet armoede als een direct gevolg van een oneerlijke verdeling van welvaart door het kapitalistische systeem en pleit voor radicale herverdeling en collectieve basisvoorzieningen. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals het garanderen van een leefbaar inkomen, het invoeren van prijsplafonds op essentiële goederen, het vereenvoudigen van toeslagen, het kwijtschelden van schulden, en het wettelijk verankeren van basisrechten als wonen, energie en voedsel. Hun visie is dat armoede niet het gevolg is van individuele tekorten, maar van politieke keuzes en structurele ongelijkheid.
BIJ1 wil armoede structureel bestrijden door iedereen te voorzien van een leefbaar inkomen en universele toegang tot basisvoorzieningen zoals wonen, energie, zorg en onderwijs. Ze zien armoede als een gevolg van een oneerlijk economisch systeem en willen dit fundamenteel veranderen.
“Waarom is er dan zoveel armoede? Omdat de allerrijksten en politici de welvaart extreem oneerlijk verdelen.”
“Daarom willen wij basisvoorzieningen voor iedereen, zoals een leefbaar inkomen en een eerlijke economie.”
“Bestaanszekerheid en een goed leven voor iedereen moet normaal zijn. Dat betekent dat iedereen voorzien is van een eerlijk inkomen en zekerheden als een dak boven je hoofd, goede en betaalbare boodschappen, energie, zorg, onderwijs, kinderopvang en openbaar vervoer.”
Om armoede direct te verlichten, wil BIJ1 een prijsplafond instellen op essentiële goederen zoals voedsel, en basisrechten als energie en water wettelijk garanderen. Hiermee willen ze voorkomen dat mensen door stijgende kosten in armoede raken.
“Daarom introduceren we een prijsplafond voor alle essentiële goederen. Het brood op onze plank is geen middel om prijzen op te drijven.”
“Toegang tot energie en water is een basisrecht. Het wordt verboden om de toegang hiertoe te ontnemen door huishoudens af te sluiten.”
“Het recht op een huis, voeding, energie en gezondheidszorg herformuleren we verankerd in de Grondwet. Zodat deze basisrechten niet langer alleen een verplichte inspanning vereisen, maar een garantie zijn.”
BIJ1 wil het toeslagenstelsel radicaal vereenvoudigen en uitkeringen eerlijker en toegankelijker maken, zodat mensen niet door bureaucratie of fouten in armoede terechtkomen.
“We maken het stelsel van onze toeslagen radicaal eenvoudiger. Zo voorkomen we toekomstige toeslagenschandalen.”
“Regelingen die inkomens ondersteunen trekken we gelijk in alle gemeenten. De Sociale Recherche wordt afgeschaft.”
“Uitkeringen worden regelluw (met flexibele regels).”
Om armoede door schulden te bestrijden, wil BIJ1 schulden vaker kwijtschelden, schuldhulpverlening weer in publieke handen brengen en commerciële incassobureaus verbieden.
“De overheid neemt daarnaast schulden vaker over, zodat er maar één schuldeiser is en de schulden niet oplopen. Het opkopen van schulden door commerciële bedrijven verbieden we. Ook gaat de overheid vaker schulden kwijtschelden, zodat mensen een nieuwe start kunnen maken.”
“Schuldhulporganisaties die geld verdienen aan andermans schulden bannen we uit. De overheid neemt zelf de schuldhulpverlening weer in handen.”
BIJ1 erkent armoede als een maatschappelijk en politiek probleem, niet als een individueel falen, en koppelt het aan bredere thema’s als criminaliteit en sociale uitsluiting.
“We erkennen de rol die armoede, sociale onzekerheid en maatschappelijke achterstelling spelen in de kansen op een criminele toekomst.”
“Nederland is rijk. Er is méér dan genoeg voor iedereen. Waarom is er dan zoveel armoede? Omdat de allerrijksten en politici de welvaart extreem oneerlijk verdelen.”
De SGP ziet armoede als een maatschappelijk probleem dat krachtig bestreden moet worden, met bijzondere aandacht voor gezinnen, kinderen en kwetsbare groepen. De partij wil het bestaansminimum verhogen, kinderarmoede terugdringen, schuldhulp versterken en werken stimuleren, terwijl alleen wie echt niet kan werken recht op bijstand houdt. Concrete voorstellen zijn onder meer het verhogen van de bijstand, een vierjaarlijkse herijking van het bestaansminimum, preventie van schulden, en het versterken van informele schuldhulpverlening.
De SGP vindt dat iedereen recht heeft op een fatsoenlijk bestaansminimum en dat de bijstand omhoog moet, omdat te veel mensen niet rondkomen. Ze willen het bestaansminimum periodiek herijken en kinderarmoede expliciet terugdringen. Alleen wie echt niet kan werken, krijgt bijstand; wie wel kan werken, moet dat doen.
“We maken werk van een fatsoenlijk bestaansminimum met een vierjaarlijkse herijking en een daling van kinderarmoede.”
“Te veel mensen komen niet rond van een bijstandsuitkering. De bijstand wordt daarom stapsgewijs verhoogd en blijft gekoppeld aan het wettelijk minimumloon.”
“Alleen mensen die zelf echt niet kunnen rondkomen hebben recht op een uitkering. Voor wie wel kan maar niet wil werken, vervalt het recht op bijstand.”
De SGP wil armoede en schulden voorkomen door in te zetten op financiële educatie, preventie en een menselijker incassobeleid. Ze willen informele schuldhulp structureel financieren en een landelijk schuldendashboard inzetten, met meer verantwoordelijkheid voor gerechtsdeurwaarders en een centraal incassopunt.
“We maken daarom werk van het voorkomen van armoede en schulden door in te zetten op financiële educatie en preventie.”
“De opgebouwde landelijke infrastructuur van schuldhulpvrijwilligers wordt geborgd door structureel een minimumbudget van 20% van het budget voor schuldenaanpak uit te geven aan informele schuldhulpverlening.”
“In samenwerking met Nederlandse Schuldhulproute en SchuldHulpMaatje komt er een landelijk schuldendashboard, dat ook preventief wordt ingezet.”
“Een nieuw maatschappelijk verantwoord incassostelsel wordt ingericht, waarbij onnodige rechtsgang wordt voorkomen en gerechtsdeurwaarders een grotere verantwoordelijkheid krijgen voor een duurzame oplossing.”
“De overheid creëert een landelijk incassopunt voor lokale en landelijke overheidsincasso’s en gaat op terughoudende en menselijke wijze om met boetes en aanmanings- en incassokosten.”
De SGP legt nadruk op het bestrijden van (kinder)armoede binnen gezinnen, met een gezinsvriendelijk fiscaal stelsel en gerichte toeslagen voor lage en middeninkomens. Ze zien het gezin als fundament en willen financiële rust en zekerheid bieden.
De SGP ziet werken als een morele plicht en wil mensen zoveel mogelijk aan het werk helpen. Voor wie niet kan werken, blijft er een vangnet, maar misbruik wordt bestreden. Dit moet armoede structureel tegengaan.
“Er moet zoveel mogelijk gedaan worden om mensen aan het werk te helpen en te houden. Werken is immers een Bijbelse roeping en geeft zin en structuur aan het leven.”
“De overheid is het schild voor de zwakken. Het beleid moet rekening houden met mensen die zichzelf niet kunnen redden en geen sociaal vangnet hebben. Een adequaat vangnet is daarom onmisbaar.”
De SGP wil armoede ook internationaal bestrijden door ontwikkelingshulp te richten op de grondoorzaken van migratie, zoals armoede en honger, om zo ook migratiedruk te verminderen.
“Ruimhartige ontwikkelingshulp moet de grondoorzaken van migratie, zoals armoede, honger of (burger)oorlogen, zoveel mogelijk bestrijden.”
D66 ziet armoede als een urgent probleem dat de bestaanszekerheid en vrijheid van mensen ondermijnt. Hun belangrijkste voorstellen zijn het verhogen van het minimumloon en de bijstand, het vervangen van het toeslagenstelsel door een individueel basisbedrag, en het vereenvoudigen van het schuldenstelsel. D66 wil dat inkomensondersteuning eerlijker, begrijpelijker en effectiever wordt, zodat minder mensen in armoede leven en iedereen voldoende bestaanszekerheid heeft.
D66 wil armoede structureel terugdringen door het minimumloon en de bijstand te verhogen, zodat werken loont en mensen niet onder het bestaansminimum zakken. Dit moet voorkomen dat mensen in armoede terechtkomen of afhankelijk blijven van gemeentelijke noodsteun.
Het huidige toeslagenstelsel is volgens D66 te complex en veroorzaakt onzekerheid en armoede. Door het te vervangen door een individueel basisbedrag en het samenvoegen van kindgebonden budget en kinderbijslag, wil D66 inkomensondersteuning eenvoudiger en effectiever maken.
“Op de lange termijn vervangen we de toeslagen door een basisbedrag voor iedereen.”
“Het toeslagenstelsel drastisch op de schop en komt er een individueel basisbedrag voor terug.”
“Het kindgebonden budget en de kinderbijslag voegen we samen. Zo gaan we van drie ingewikkelde regelingen naar één duidelijke bijdrage voor ouder en kind.”
D66 erkent dat schuldenproblematiek armoede verergert en wil het schuldenstelsel daarom simpeler en menselijker maken. Door één overzicht, één incasso en duidelijke trajecten te bieden, wil D66 mensen sneller uit de schulden en armoede helpen.
D66 vindt dat de overheid mensen in armoede beter moet ondersteunen door inkomensondersteuning eerlijker en begrijpelijker te maken, zodat steun daadwerkelijk werkt om mensen vooruit te helpen.
“D66 wil dat iedereen genoeg heeft om van te leven, ook als het even tegenzit. Maar voor te veel mensen is dat nu niet zo. Meer dan een half miljoen mensen in Nederland leven in armoede.”
“Daarom maken we inkomensondersteuning eerlijker en begrijpelijker. En we zorgen dat steun werkt om mensen vooruit te helpen.”
D66 erkent dat armoede en schulden leiden tot slechtere gezondheid en wil daarom investeren in bestaanszekerheid, inkomen en leefomgeving om gezondheidsverschillen te verkleinen.
“De beste manier om gezondheid te verbeteren, is door armoede en schulden aan te pakken, te zorgen voor een goed huis en te investeren in onderwijs.”
“Door te zorgen voor bestaanszekerheid en minder stress, voorkomen we (chronische) ziektes, juist bij de meest kwetsbare groepen in de samenleving.”
De PVV erkent dat meer dan een half miljoen Nederlanders onder de armoedegrens leven en wil armoede bestrijden door lasten voor burgers te verlagen, met name via het schrappen van btw op boodschappen en energie. De partij stelt dat geld nu verkeerd wordt besteed aan buitenland en asielopvang, en wil deze middelen inzetten om de koopkracht van Nederlanders te verbeteren. Concrete voorstellen zijn het verlagen van de btw op boodschappen en energie, het instellen van maximumprijzen op basisproducten, en het investeren in betaalbare huisvesting.
De PVV wil armoede direct aanpakken door de kosten van levensonderhoud te verlagen, met name voor mensen die moeite hebben hun rekeningen te betalen. Door de btw op boodschappen en energie te schrappen of te verlagen, wil de partij ervoor zorgen dat Nederlanders meer geld overhouden en minder snel onder de armoedegrens belanden.
Om de stijgende kosten van levensonderhoud te beteugelen, stelt de PVV voor om maximumprijzen in te stellen op essentiële basisproducten. Dit moet voorkomen dat mensen door prijsstijgingen in armoede raken.
“Ook willen we op een aantal essentiële basisproducten maximumprijzen instellen. Dit regelen we via de Prijzenwet.”
De PVV ziet het woningtekort en de hoge woonlasten als belangrijke oorzaken van armoede. De partij wil sociale huren verlagen, inkomensgrenzen voor betaalbare huurwoningen verhogen en meer betaalbare woningen bouwen, zodat wonen weer bereikbaar wordt voor mensen met een laag inkomen.
De PVV stelt dat armoede in Nederland mede wordt veroorzaakt doordat miljarden naar asielopvang, ontwikkelingshulp en de EU gaan. Door deze uitgaven te schrappen, wil de partij meer middelen vrijmaken voor armoedebestrijding onder Nederlanders.
“Nederland staat altijd vooraan om anderen te helpen, maar vergeet zijn eigen mensen. De PVV zet de Nederlanders weer op 1!”
“Geen cent meer naar kansloze projecten, corrupte regimes en activistische ngo’s. Geen cent meer naar Afrika, het Midden-Oosten of Azië. Nederland is geen pinautomaat voor de rest van de wereld. Ontwikkelingshulp wordt volledig afgeschaft.”
“Alleen al dit jaar besteden we € 9 miljard aan de opvang van asielzoekers en Oekraïners. Ook sturen we elk jaar € 7 miljard naar Afrika en doneren we € 10 miljard aan Brussel.”
De PVV erkent energiearmoede als een groeiend probleem en wil dit bestrijden door de energielasten te verlagen en energie als basisbehoefte te behandelen.
De SP beschouwt armoede als een direct gevolg van politieke keuzes en vindt het onacceptabel dat mensen in armoede leven in een rijk land als Nederland. Hun belangrijkste voorstellen zijn het juridisch afdwingbaar maken van sociale grondrechten, het verhogen van het sociaal minimum en de lonen, het bieden van gratis publieke voorzieningen, en het gericht uitbannen van armoede en dakloosheid. De partij legt de nadruk op structurele herverdeling van welvaart en het garanderen van bestaanszekerheid voor iedereen.
De SP wil dat rechten op wonen, zorg, maatschappelijke en culturele ontplooiing en bestaanszekerheid juridisch afdwingbaar worden, zodat niemand meer in armoede hoeft te leven. Dit moet de overheid verplichten om armoede actief te bestrijden en sociale zekerheid te garanderen.
“We accepteren als samenleving niet dat er mensen in armoede moeten leven door politieke keuzes. In de Grondwet staan sociale grondrechten: het recht op een woning, het recht op zorg, het recht op maatschappelijke en culturele ontplooiing en het recht op bestaanszekerheid. Deze rechten worden juridisch afdwingbaar en de overheid krijgt de taak om deze rechten te garanderen.”
De SP wil armoede bestrijden door essentiële publieke voorzieningen gratis of goedkoper te maken, zoals zorg, onderwijs en boodschappen. Dit verlaagt de kosten van het dagelijks leven en voorkomt dat mensen in armoede raken door hoge vaste lasten.
De partij stelt voor het sociaal minimum en de lonen te verhogen, zodat werken loont en niemand onder de armoedegrens hoeft te leven. Dit wordt gefinancierd door hogere belastingen op grote vermogens en winsten.
“Daarom verhogen wij de lonen en het sociaal minimum, verhogen we de belastingen op de grootste vermogens en winsten en voeren we een sociaal maximum in.”
“We kiezen ervoor om de lonen te verhogen, belasting op arbeid te verlagen en dit te betalen door de vermogens van de allerrijksten te belasten.”
De SP accepteert niet dat mensen in armoede of dakloosheid leven en wil dit structureel uitbannen door onder andere het recht op huisvesting, het verbieden van huisuitzettingen zonder alternatief, en het bieden van directe hulp aan dak- en thuislozen.
“Wij accepteren niet dat er mensen in armoede en dakloosheid moeten leven. We gaan ervoor zorgen dat niemand dit meer hoeft mee te maken.”
“We verbieden huisuitzettingen zonder alternatief, schaffen de kostendelersnorm en het zelfredzaamheidscriterium af en zorgen ervoor dat niemand vastloopt door kleine schulden of gebrek aan een briefadres.”
De SP ziet armoede als een systemisch probleem veroorzaakt door het huidige economische systeem en politieke keuzes, en stelt dat het moreel onacceptabel is dat mensen in armoede worden geduwd.
De partij benadrukt dat het bestrijden van armoede niet alleen moreel juist is, maar ook economisch verstandig, omdat het leidt tot minder verloren talent, lagere zorgkosten en minder criminaliteit.
“Armoede verhelpen levert geld op. ... Systemische armoede leidt tot verloren talent en productiviteit, tot vergrote kans op ziekte en criminaliteit, en een perverse schuldenindustrie en de samenleving. Dit moet gestopt worden en het geld dat hiermee verdiend is, moet worden afgepakt.”
De SP stelt expliciet dat geen enkel kind of volwassene in armoede mag leven en dat dit een collectieve verantwoordelijkheid is.
“Géén kind en volwassene meer in armoede. We accepteren als samenleving niet dat er mensen in armoede moeten leven door politieke keuzes.”
GroenLinks-PvdA ziet armoede als een politiek onrecht dat actief bestreden moet worden, met bijzondere aandacht voor kinderarmoede en werkende armen. De partij wil het sociaal minimum verhogen, kinderarmoede wettelijk terugdringen, toeslagen vervangen door structurele inkomenszekerheid, en schulden effectiever aanpakken. Hun visie is dat armoede geen individuele schuld is, maar een collectief probleem dat vraagt om structurele, solidaire oplossingen.
GroenLinks-PvdA beschouwt kinderarmoede als onacceptabel en wil dit via wetgeving fors terugdringen. De partij vindt dat ieder kind recht heeft op een zorgeloze jeugd zonder armoede en wil de overheid hier wettelijk toe verplichten.
“Er komt een Wet reductie armoede onder kinderen, die de overheid verplicht ervoor te zorgen dat het aantal kinderen dat in armoede opgroeit de komende jaren fors daalt.”
“Ieder kind dat opgroeit in armoede is er één te veel. Daarom strijden we net zo lang totdat in Nederland geen kind meer in armoede opgroeit.”
De partij stelt dat armoede een politieke uitkomst is en wil het sociaal minimum verhogen zodat iedereen kan rondkomen. Dit gebeurt door het minimumloon en uitkeringen te verhogen en lokale ondersteuning te stimuleren zolang het sociaal minimum nog niet toereikend is.
GroenLinks-PvdA wil de afhankelijkheid van toeslagen afbouwen omdat deze onzekerheid en armoede in stand houden. De partij streeft naar structurele inkomenszekerheid via alternatieven zoals gratis kinderopvang, lagere zorgpremies en automatische inkomensondersteuning.
“Daarom maken we toeslagen stap voor stap overbodig: met gratis kinderopvang, lagere zorgpremies en hogere inkomens. Niet afhankelijkheid, maar eenvoud en zekerheid staan voorop.”
“Wie rond moet komen van toeslagen, leeft vaak in onzekerheid. Eén foutje, één verandering in je inkomen – en je zit in de problemen.”
De partij erkent dat steeds meer werkenden in armoede leven en wil hun positie versterken, vooral voor mensen met een onzeker contract of laag inkomen.
“Steeds meer mensen met een baan leven in armoede. We versterken de positie van werkenden met een onzeker contract of laag inkomen.”
GroenLinks-PvdA wil een heldere en eerlijke definitie van armoede, waarbij ook schulden en hoge zorgkosten worden meegewogen. Dit voorkomt dat groepen buiten de armoededefinitie vallen en zorgt voor gerichtere bestrijding.
“Voor een heldere armoedefinitie is het nodig dat ook schulden worden meegewogen. Daarnaast moet ook gekeken worden naar hoge zorgkosten. We houden geen groepen buiten de definitie, zoals studenten.”
De partij wil dat mensen met schulden vroegtijdig, vriendelijk en zonder winstbejag worden geholpen. Overheidsinstanties moeten stoppen met het ophogen van boetes, huisuitzettingen wegens betaalachterstanden worden verboden, en gemeenten krijgen meer regie over schuldhulp.
“Overheidsinstanties stoppen het excessief ophogen van boetes en vorderingen bij betaalachterstanden. De wanbetalersregeling voor de zorgverzekering schaffen we af. Huisuitzettingen, zowel door woningcorporaties als particuliere verhuurders, zijn alleen nog toegestaan vanwege criminele activiteiten en niet meer vanwege betaalachterstanden.”
“Schuldhulpverlening mag alleen nog worden uitgevoerd door partijen zonder winstoogmerk.”
NSC ziet armoede als een urgent probleem dat vraagt om structurele vereenvoudiging van inkomensondersteuning, verhoging van het minimumloon en proactieve hulp aan mensen met geldzorgen. De partij wil landelijke regie op inkomensbeleid, het minimumloon verhogen naar €18, en pleit voor actieve armoedebestrijding door gemeenten en de rijksoverheid. NSC richt zich op het wegnemen van bureaucratische drempels en het bieden van maatwerk, zodat niemand door het bestaansminimum zakt.
NSC vindt het huidige stelsel van lokale regelingen te complex en pleit voor landelijke regie en vereenvoudiging, zodat mensen met een laag inkomen beter worden geholpen en niet verdwalen in regels. Gemeentelijk armoedebeleid moet het sluitstuk zijn van rijksbeleid, niet een lappendeken van lokale verschillen.
Om armoede structureel te bestrijden, wil NSC het minimumloon verhogen naar €18 en uitkeringen daaraan koppelen, zodat werken loont en mensen niet onder het bestaansminimum zakken.
NSC wil dat de overheid actief mensen met geldzorgen benadert en niet afwacht tot zij zelf om hulp vragen. Het wetsvoorstel proactieve dienstverlening moet worden uitgevoerd om armoede te verminderen.
NSC erkent energiearmoede als specifiek armoedeprobleem en wil de opbrengst van CO2-rechten inzetten voor woningisolatie, zodat energielasten dalen voor mensen met een laag inkomen.
NSC erkent de bijzondere armoedeproblematiek op de BES-eilanden en wil daar versneld maatregelen nemen voor bestaanszekerheid en kansengelijkheid.
“Een groot aantal inwoners leeft daar in armoede. In overeenstemming met de conclusies van de Nationale ombudsman en van de commissie Thodé moet op Saba, Bonaire en St Eustatius vaart gemaakt worden met maatregelen voor bestaanszekerheid en kansengelijkheid.”
Volt ziet armoede als een groeiend probleem in Nederland en wil dit structureel aanpakken door het invoeren van een basisinkomen, het verhogen van het minimumloon en het afschaffen van toeslagen. De partij richt zich op het voorkomen van schulden, het verbeteren van bestaanszekerheid en het aanpakken van energiearmoede, met speciale aandacht voor kwetsbare groepen en het doorbreken van intergenerationele armoede.
Volt stelt een maandelijks basisinkomen voor dat alle toeslagen vervangt, met als doel financiële rust, het voorkomen van schulden en het halveren van armoede. Dit moet het complexe toeslagenstelsel vervangen en iedereen een bestaansminimum garanderen.
“Er komt een maandelijks basisinkomen dat alle toeslagen vervangt. Dit bestaat uit een vaste basisuitkering per huishouden. Boven op die basis wordt er per volwassene en per kind extra geld uitgekeerd. Ook alleenstaande ouders ontvangen extra geld boven op de basisuitkering.”
“Toen de partij het basisinkomen meenam in de CPB-doorrekeningen van 2023, halveerde dit plan ook de armoede van 6.1% naar 2.8% en daalde de werkloosheid.”
Volt wil het minimumloon verhogen naar 19 euro per uur en het minimumjeugdloon afschaffen, zodat werken altijd loont en niemand die werkt onder het sociaal minimum uitkomt. Dit moet armoede onder werkenden tegengaan.
“We verhogen het minimumloon, zodat je ervan rond kan komen. Ook wordt het minimumjeugdloon afgeschaft. Wie hetzelfde werk doet, moet hetzelfde betaald krijgen, ongeacht leeftijd.”
“Daarom vindt Volt het belangrijk dat het minimumloon een normale levensstandaard garandeert. Om het minimumloon niet afhankelijk te maken van de politieke kleur van het kabinet, verhogen we het minimumloon geleidelijk naar 19 euro.”
Volt wil een nationaal schuldenpardon invoeren en focust op het voorkomen van schulden door financiële scholing, betere hulp en nazorg, en het eerlijker maken van boetes. Dit moet mensen perspectief bieden en voorkomen dat armoede door schulden verergert.
“We voeren een nationaal schuldenpardon in. Dat geeft mensen weer zicht op de toekomst.”
“Volt wil fors investeren in het voorkomen van schulden, onder meer door financiële scholing en betere samenwerking bij vroegsignalering. Daarnaast moet de overheid zorgen voor duidelijke hulp en nazorg bij problematische schulden.”
Volt wil energiearmoede bestrijden door een collectieve wijkaanpak voor slecht geïsoleerde woonwijken, zodat energierekeningen dalen en de leefbaarheid in kwetsbare buurten verbetert. Dit helpt vooral mensen met lage inkomens.
“We helpen mensen doelgericht uit de energiearmoede met een versnelde wijkaanpak. Een collectieve wijkaanpak voor slecht geïsoleerde woonwijken is de meest kosteneffectieve strategie tegen energiearmoede.”
Volt investeert extra in het voorkomen van armoede die van generatie op generatie wordt doorgegeven, onder meer door begeleiding en vroegtijdige traumaverwerking.
“We investeren extra in het voorkomen van intergenerationele overdracht van armoede en huiselijk geweld. Dit doen we door onder andere meer te investeren in begeleiding en in vroegtijdige traumaverwerking, om de gevolgen van een trauma, en de mogelijkheid op herhaling later in iemands leven, te minimaliseren.”
Volt maakt armoedebestrijding expliciet onderdeel van een brede preventiestrategie, waarbij sociale problematiek zoals armoede, huisvestingsproblemen en dakloosheid samen worden aangepakt.
“Armoedebestrijding wordt onderdeel van de Samenhangende Preventiestrategie. Deze preventiestrategie is nu vooral gericht op het terugdringen van roken, alcohol- en drugsmisbruik, schermgebruik, seksuele gezondheid en overgewicht. De sociale problematiek rondom de leefsituatie, zoals armoede, huisvestingsproblemen, dakloosheid en huiselijk geweld, moet hierin ook worden meegenomen.”
DENK maakt van armoedebestrijding en het vergroten van bestaanszekerheid een topprioriteit. De partij stelt concrete maatregelen voor zoals verhoging van het minimumloon, structurele verhoging van uitkeringen, prijsmaatregelen voor boodschappen, en een fulltime minister voor armoedebestrijding. DENK wil inkomensongelijkheid actief verkleinen door gericht beleid op schulden, toeslagen en belastingverdeling.
DENK wil armoede tegengaan door het minimumloon te verhogen en uitkeringen te koppelen aan prijsstijgingen, zodat de koopkracht van mensen met lage inkomens behouden blijft. Dit moet direct bijdragen aan het verkleinen van de kloof tussen arm en rijk en het vergroten van bestaanszekerheid.
“Wij willen een eerlijk loon voor alle Nederlanders. Daarom zijn wij voor een verhoging van het minimumloon naar 18 euro per uur.”
“Werkloosheids uitkeringen en bijstandsuitkeringen zullen voldoende stijgen met de prijzen om de koopkracht van mensen op peil te houden. De koppeling met het minimumloon blijft bestaan.”
Om de directe kosten van levensonderhoud te verlagen, wil DENK prijsmaatregelen nemen, de BTW op boodschappen verlagen en de belastingdruk voor lage- en middeninkomens verminderen. Dit moet armoede structureel terugdringen en het leven betaalbaarder maken.
DENK pleit voor extra investeringen in armoedebestrijding, het toegankelijker maken van armoederegelingen en het aanstellen van een fulltime minister voor armoedebestrijding. Hiermee wil de partij de effectiviteit en bereikbaarheid van hulp vergroten.
“Wij staan voor extra investeringen in armoedebestrijding en in toegankelijkere armoederegelingen. Er komt een fulltime Minister voor Armoedebestrijding.”
De partij wil schuldenproblematiek aanpakken door vroegtijdige signalering, het overnemen van schulden en het verhogen van de beslagvrije voet. Ook moet de overheid als schuldeiser het goede voorbeeld geven.
DENK wil het huidige toeslagenstelsel vervangen door een eenvoudiger systeem om te voorkomen dat mensen door complexe regels in armoede raken. De partij benadrukt het belang van menselijke maat en het afschaffen van harde regelgeving die mensen benadeelt.
“Wij willen dat het toeslagenstelsel vervangen wordt door een stelsel dat eenvoudiger is. Wij blijven actief werken om harde regelgeving in de sociale zekerheid die leidt tot het benadelen van mensen af te schaffen.”
De Partij voor de Dieren ziet armoede als een fundamenteel onrecht in een rijk land en pleit voor structurele oplossingen gericht op bestaanszekerheid, preventie en autonomie. Ze willen armoede bestrijden door onder meer het invoeren van een basisinkomen, het radicaal aanpakken van kinderarmoede, het overbodig maken van voedselbanken, het verbieden van huisuitzettingen om financiële redenen, en het beschermen van kwetsbare huishoudens tegen energiearmoede. De partij kiest voor preventie boven symptoombestrijding en wil dat iedereen toegang heeft tot basisvoorzieningen zoals huisvesting, energie en gezond voedsel.
De PvdD wil structurele bestaanszekerheid garanderen door het invoeren van een basisinkomen en het uiteindelijk overbodig maken van voedselbanken. Dit moet voorkomen dat mensen afhankelijk zijn van tijdelijke hulp en zorgt ervoor dat iedereen in de basisbehoeften kan voorzien.
“Voedselbanken en andere armoedehulporganisaties moeten overbodig worden. Zolang dat niet zo is ondersteunen we deze organisaties, zodat iedereen die ervoor in aanmerking komt geholpen kan worden.”
“We breiden pilots met verschillende vormen van een basisinkomen, zoals een vast bedrag per maand of een negatieve inkomstenbelasting, uit.”
De partij wil kinderarmoede radicaal bestrijden door universele, gezonde schoolmaaltijden aan te bieden en te zorgen dat geen enkel kind zonder ontbijt naar school gaat. Dit voorkomt dat kinderen door armoede op achterstand raken.
“We bestrijden kinderarmoede radicaal. Geen kind gaat zonder ontbijt naar school. Iedere school krijgt toegang tot biologische, plantaardige schoolmaaltijden – gratis en toegankelijk voor alle kinderen.”
Om bestaansonzekerheid en dakloosheid te voorkomen, wil de PvdD huisuitzettingen en uithuisplaatsingen vanwege financiële problemen verbieden. Dit beschermt mensen direct tegen de meest extreme gevolgen van armoede.
“Huisuitzetting en uithuisplaatsing om financiële redenen worden verboden.”
De partij kiest voor preventie en vroegsignalering om te voorkomen dat betalingsachterstanden uitgroeien tot problematische schulden, met meer budget en ondersteuning voor gemeenten.
“We zetten, naast het verhelpen van schulden, veel meer in op vroegsignalering om te voorkomen dat betalingsachterstanden uitgroeien tot problematische schulden. Gemeenten krijgen meer budget en inhoudelijke ondersteuning voor het omgaan met signalen over startende financiële problemen.”
De PvdD wil kwetsbare huishoudens beschermen tegen energiearmoede door afsluiting van gas en stroom bij betalingsachterstanden te verbieden en huurverhogingen te koppelen aan isolatie.
“We beschermen kwetsbare huishoudens tegen energiearmoede. Afsluiting van gas en stroom bij betalingsachterstanden wordt verboden. Verhuurders mogen pas huur verhogen na verplichte isolatie van hun woningen, en huurders draaien nooit op voor verplichte energiebesparende investeringen van de verhuurder.”
De partij investeert in armoedepreventie en wil financiële educatie structureel in het onderwijs opnemen om toekomstige armoede te voorkomen.
BVNL ziet armoede vooral als een gevolg van te hoge lasten, een te genereus uitkeringsstelsel en overheidsbemoeienis die werken onaantrekkelijk maakt. Hun belangrijkste voorstellen zijn het vergroten van het verschil tussen werken en een uitkering, het afschaffen van het toeslagenstelsel, het verhogen van het minimumjeugdloon, en het gelijktrekken van de AOW op de Caribische eilanden. De partij gelooft dat het stimuleren van werk en het verminderen van afhankelijkheid van de staat de beste manier is om armoede structureel te bestrijden.
BVNL wil de armoedeval opheffen door werken financieel aantrekkelijker te maken dan een uitkering. Ze stellen dat het huidige systeem mensen in armoede houdt en afhankelijk maakt van de staat, en pleiten voor het fors vergroten van het verschil tussen een uitkering en werk.
“Het verschil tussen een uitkering en werk moet daarom worden vergroot en de armoedeval moet worden opgeheven.”
“Het verschil tussen een uitkering en een baan moet fors worden vergroot. Werken moet weer lonen.”
“Mensen die werken moeten substantieel meer geld verdienen dan mensen die niets doen.”
BVNL ziet het toeslagenstelsel als een bron van armoedeval en pleit voor afschaffing ervan, gecombineerd met lagere belastingen en een vlaktaks. Dit moet het systeem eenvoudiger maken en armoedeval voorkomen.
“Het toeslagenstelsel leidt tot grote problemen en hier moet snel een oplossing voor worden gevonden. Het zinloos en nodeloos ingewikkeld rondpompen van geld moet stoppen. Bovendien moet de armoedeval worden opgelost.”
“Het toeslagenstelsel afschaffen waardoor de Belastingdienst weer gewoon een organisatie wordt die belastingen int en geen uitkeringsorganisatie meer is.”
Om armoede onder jongeren tegen te gaan, wil BVNL het minimumjeugdloon fors verhogen en laten stoppen bij 18 jaar, zodat jongeren vanaf die leeftijd het reguliere minimumloon ontvangen.
“Het minimumjeugdloon gaat fors omhoog en stopt bij 18 jaar. Voor mensen die 18 jaar of ouder zijn geldt het gewone minimumloon.”
BVNL erkent armoede als een specifiek probleem op de Caribische eilanden en wil de AOW (AOV) daar gelijk trekken aan het niveau in Europees Nederland.
“De AOW, op de eilanden AOV genoemd, gelijk trekken aan de Nederlandse AOV.”
FVD ziet armoede vooral als een gevolg van hoge belastingen, duur energiebeleid, en een te grote druk op het sociale vangnet door immigratie. Hun belangrijkste voorstellen zijn het verlagen van belastingen, het terugdraaien van klimaatmaatregelen die energie duur maken, en het beperken van immigratie om de sociale voorzieningen te ontlasten. De partij gelooft in zelfredzaamheid en wil afhankelijkheid van de staat minimaliseren.
FVD stelt dat hoge belastingen en duur energiebeleid leiden tot financiële problemen voor burgers en bedrijven, waardoor armoede toeneemt. Door het schrappen van klimaatregels en het verlagen van belastingen wil FVD de koopkracht vergroten en de bestaanszekerheid verbeteren.
“De belastingen zijn veel te hoog geworden en belemmeren innovatie en economische groei.”
“Het huidige klimaat- en energiebeleid maakt energie duurder, onbetrouwbaarder en instabieler. Belastingen zijn verhoogd, kolencentrales gesloten en burgers worden gedwongen dure en inefficiënte alternatieven te gebruiken.”
FVD ziet immigratie als een belangrijke oorzaak van druk op het sociale vangnet, wat volgens hen leidt tot minder middelen voor armoedebestrijding onder Nederlanders. Door immigratie fors te beperken, wil FVD de sociale voorzieningen betaalbaar houden en armoede onder de eigen bevolking tegengaan.
“Een eindeloze stroom immigranten bedreigt onze veiligheid, onze woningvoorraad en ons sociale vangnet.”
“Niet alleen is de druk op onze verzorgingsstaat, sociale voorzieningen en woningmarkt fors toegenomen, ook de veiligheid, culturele identiteit en sociale cohesie zijn ernstig ondermijnd.”
FVD benadrukt het belang van individuele verantwoordelijkheid en ziet afhankelijkheid van de staat als een oorzaak van structurele armoede. Zij zijn tegen het basisinkomen en willen dat mensen meer vrijheid krijgen om hun eigen keuzes te maken.
“We zullen nooit instemmen met het instellen van een basisinkomen, dit communistische idee zorgt enkel voor meer afhankelijkheid van de staat, ondermijnt arbeidsethos en leidt tot hogere belastingen voor werkenden.”
“Voor ons is de mens in beginsel zelfredzaam. ... Het obsessief willen afdekken van risico’s, het altijd maar focussen op pechvogels, heeft de overheid log en traag gemaakt en de samenleving humeurig en klagerig.”
De VVD ziet armoede vooral als een gevolg van onvoldoende werk en te hoge vaste lasten, en wil armoede bestrijden door werken aantrekkelijker te maken dan een uitkering. Hun belangrijkste voorstellen zijn het invoeren van een uitkeringsplafond, het beperken van toeslagen en gemeentelijke regelingen, en het verlagen van vaste lasten zoals energie en kinderopvang. De kern van hun visie is dat armoede het beste wordt bestreden door mensen aan het werk te helpen en financiële prikkels voor werk te versterken, in plaats van via herverdeling door de overheid.
De VVD wil voorkomen dat mensen met een uitkering meer te besteden hebben dan werkenden, omdat dit volgens hen armoede in stand houdt en werken ontmoedigt. Ze stellen een uitkeringsplafond voor, beperken de stapeling van toeslagen en willen landelijke voorwaarden stellen aan gemeentelijke regelingen.
“Het mag niet meer gebeuren dat iemand door een stapeling van uitkeringen en toeslagen meer te besteden heeft dan iemand die hard werkt om rond te komen. We voeren een plafond in op de totale steun die één huishouden kan ontvangen.”
“We hervormen deze lokale nivelleringsmachine door meer landelijke voorwaarden te stellen en regelingen waar nodig in te perken of landelijk te organiseren, zodat we ook bureaucratie verminderen.”
De VVD kiest ervoor om armoede te bestrijden door vaste lasten te verlagen, zoals energie en kinderopvang, in plaats van via een grotere overheid en herverdeling. Dit moet het leven voor werkenden betaalbaarder maken en voorkomen dat mensen in armoede raken.
“Niet door een grote, dure overheid op te tuigen en te laten herverdelen, maar door de vaste lasten omlaag te brengen. Bijvoorbeeld door het verlagen van de energiebelasting en het bijna gratis maken van de kinderopvang.”
“De VVD pakt dit probleem bij de wortel aan. Niet door een grote, dure overheid op te tuigen en te laten herverdelen, maar door de vaste lasten te verlagen en regels die het leven duurder maken te schrappen.”
De VVD wil dat mensen in de bijstand actief werken aan hun kansen op werk en de Nederlandse taal, met kortingen op de uitkering als ze hier niet aan voldoen. Dit moet voorkomen dat langdurige afhankelijkheid van de bijstand leidt tot armoede.
“Wie onvoldoende Nederlands spreekt en geen moeite doet om dit te leren, wordt fors op de uitkering gekort. Er komt een extra korting bij het langdurig niet voldoen aan de taaleis. Uitkeringsgerechtigden die een geschikte baan weigeren, worden ook gekort.”
“We willen dat mensen in de bijstand, autochtoon of nieuwkomer, actief aan een baan worden geholpen, waarbij we naar Rotterdams model kiezen voor focus op intensieve hulp voor mensen die het meest kans hebben om snel aan het werk te gaan.”
JA21 ziet armoede vooral als een gevolg van afhankelijkheid van het sociale vangnet en een vastzittende woningmarkt, en wil armoede tegengaan door mensen te stimuleren tot zelfstandigheid en werken. De partij pleit voor een activerend sociaal vangnet, het verminderen van bureaucratie, en het verbeteren van de betaalbaarheid en beschikbaarheid van woningen, vooral voor jonge gezinnen en mensen met een laag inkomen.
JA21 vindt dat het sociale vangnet mensen moet stimuleren om weer zelfstandig te worden en niet langdurig afhankelijk te blijven van uitkeringen. De partij wil dat ondersteuning altijd gericht is op het herstel van zelfstandigheid, met minder bureaucratie en meer vertrouwen in mensen.
“Een vangnet dat mensen activeert om weer te gaan werken. Ondersteuning moet altijd gericht zijn op het herstel van zelfstandigheid.”
“Gerichte hulp voor wie het echt nodig heeft, zonder bureaucratische rompslomp.”
“JA21 biedt dit vangnet door de bijstandsvoorzieningen op niveau te houden. Wel verplichten wij mensen er alles aan te doen om weer zelfstandig en zelfredzaam te worden. Zo kennen onze uitkeringen een verplichting om werk te zoeken of werk te hebben.”
JA21 ziet het woningtekort als een belangrijke oorzaak van sociale problemen en armoede, vooral onder jonge gezinnen en mensen met een laag inkomen. De partij wil met fiscale stimulansen en nieuwe eigendomsmodellen de toegang tot betaalbare woningen verbeteren.
“Jonge gezinnen met een relatief laag gezamenlijk inkomen kunnen vaak de gemiddelde starterswoning niet betalen. Veel jonge mensen ervaren momenteel een gevoel van uitzichtloosheid op de woningmarkt en overwegen zelfs om die reden het land te verlaten.”
“JA21 wil daarom met een samenhangend pakket komen van maatregelen zoals fiscale stimulansen en creatieve eigendomsmodellen zoals huurkoop, om de acute woningnood voor jonge gezinnen te verlichten.”
50PLUS ziet armoede vooral als een probleem van bestaanszekerheid en schulden bij ouderen, en pleit voor concrete maatregelen om te voorkomen dat mensen in armoede of problematische schulden terechtkomen. De partij wil het sociaal vangnet versterken, schuldenproblematiek aanpakken en het verdienmodel van incassobedrijven aanpassen aan armoedebestrijding. Hun visie is dat ouderen niet mogen worden uitgesloten of gestraft, en dat financiële problemen niet verder mogen escaleren door boetes of incassokosten.
50PLUS beschouwt bestaanszekerheid als een grondrecht en wil dat het sociaal stelsel beschermt, ondersteunt en motiveert, in plaats van uit te sluiten of te straffen. Dit is bedoeld om te voorkomen dat ouderen in armoede terechtkomen, vooral als zij te jong zijn voor AOW en te oud voor nieuw werk.
De partij erkent dat oplopende schulden en het huidige incassomodel armoede kunnen verergeren. Daarom wil 50PLUS dat schulden niet verder oplopen door boetes en dat het verdienmodel van deurwaarders en incassobedrijven wordt aangepast om armoedebestrijding centraal te stellen.
“Schulden mogen niet oplopen door boetebepalingen bij woningbouwcorporaties, energiebedrijven, ziektekostenverzekeraars, belastingdienst en deurwaarders.”
“Het verdienmodel van deurwaarders en incassobedrijven moet passen bij armoedebestrijding en mag schulden niet verder in de hand werken.”
Het CDA erkent dat armoede in Nederland nog steeds voorkomt en wil dit aanpakken door landelijke minimumnormen voor gemeentelijke regelingen en meer maatwerk. Internationaal zet het CDA in op het bestrijden van armoede via ontwikkelingssamenwerking, met nadruk op effectieve besteding en samenwerking met lokale partners. De partij koppelt armoedebestrijding aan het vergroten van bestaanszekerheid en het bevorderen van gelijke kansen.
Het CDA vindt het onwenselijk dat de mate van armoedebestrijding afhangt van de gemeente waar iemand woont. Ze willen landelijke minimumnormen voor gemeentelijke regelingen, met ruimte voor maatwerk, om zo armoede structureel en eerlijker aan te pakken.
“Armoede is in Nederland nog steeds aanwezig. Veel gemeenten hebben aanvullende regelingen voor mensen in de bijstand of met een laag inkomen. Deze regelingen verschillen enorm en het is niet wenselijk dat de gemeente waar je woont bepalend is in hoeverre je kunt rondkomen en werken kan lonen. We willen daarom in overleg met gemeenten komen tot vereenvoudiging en een basisniveau van gemeentelijke regelingen, met mogelijkheden voor maatwerk.”
Internationaal zet het CDA in op het bestrijden van armoede door ontwikkelingssamenwerking, waarbij ze vasthouden aan de 0,7% bbp-norm en samenwerking zoeken met lokale partners. Ze benadrukken dat armoedebestrijding hand in hand gaat met het bevorderen van welvaart, stabiliteit en gerechtigheid.
“Sinds 1990 is de armoede wereldwijd significant gedaald. Wij zijn voorstander van de norm van 0,7 procent bbp voor ontwikkelingssamenwerking, conform internationale afspraak, en zetten stappen in fases naar het herstel van deze norm.”
“Het bestrijden van armoede en bevorderen van welvaart en stabiliteit is ook een zaak van de betrokken landen. Dat betekent ook voor ons een omslag in denken: van een overdracht van middelen en kennis naar een gezamenlijke en wederkerige inzet voor onze gemeenschappelijke welvaart en gerechtigheid.”
“We ondersteunen lokale gemeenschappen in hun strijd tegen armoede, met aandacht voor vrouwen, het kunnen geven en krijgen van onderwijs, vrijheid van religie, het bevorderen van voedselproductie, het versterken van gezondheidszorg en leefbaar loon.”
BBB erkent armoede als een probleem dat lokaal en sociaal moet worden aangepakt, met nadruk op het ondersteunen van lokale initiatieven en het waarborgen van basisvoorzieningen. De partij ziet het versterken van noaberschap (omzien naar elkaar) en het toegankelijk houden van voorzieningen als kern van hun visie om armoede en sociale uitsluiting te voorkomen. Concrete beleidsvoorstellen zijn gericht op het ondersteunen van lokale armoede-initiatieven en het behouden van bereikbare basisvoorzieningen in dorpen en wijken.
BBB vindt dat de overheid lokale initiatieven tegen armoede actief moet ondersteunen, omdat deze het beste aansluiten bij de behoeften van de gemeenschap en bijdragen aan het voorkomen van sociale uitsluiting. Door vrijwilligerswerk en lokale verenigingen te steunen, wil BBB armoede en eenzaamheid tegengaan, vooral in regio’s waar voorzieningen onder druk staan.
“(Lokale) initiatieven tegen armoede en eenzaamheid kunnen rekenen op steun van de overheid.”
BBB ziet het behoud van basisvoorzieningen zoals scholen, zorg, sportverenigingen en ontmoetingsplekken als essentieel om armoede en sociale achterstand te voorkomen. Door te zorgen dat deze voorzieningen bereikbaar blijven, wil de partij voorkomen dat mensen in armoede of sociaal isolement raken, vooral in dorpen en buitengebieden.
“Scholen, sportverenigingen, bibliotheken, dorps en buurthuizen en zwembaden moeten makkelijk bereikbaar zijn. Wij maken ons sterk voor het behoud van deze basisvoorzieningen...”